Zeilend schoolschip nuttig? Warschau de sluitsteen der as-politiek Oost-Europa weer gerustgesteld VALDA PASTILLES VAN ANDEREN LEEREN Vijftigtal gasten op Huize Doom Concentratie op het Westen ANDERE EISCHEN DAN OP STOOMSCHIP Buitenlandsch overzicht DONDERDAG 26 JANUARI 1939 Rheumatische pijnen Duizend gulden in een sleutelgat 'Aanhouding wegens bedrieglijke bankbreuk BELANGRIJK CONGRES VOOR SPECIALISTEN Vierde int. bijeenkomst voor keel-, neus- en oorheelkunde ONTPLOFFING TE WEESP Het slachtoffer wordt Zaterdag begraven De verjaardag van den ex-Keizer wordt als een intiem familie feest gevierd De dagorde van morgen Gezanten ten hove Door het Prinselijk Paar ontvangen Vereeniging met een mooi, doch onpractisch en overbodig doel Wat is zeemanschap? ■ÉÉr. HOEST ECHTE VALDA De radiorede van de Koningin Uitzending ook naar de over- zeesche gewesten Holland—Amerika-Lijn Winst f 5.598.974 v.j. f 6.643.388, dividend 5 pCt. (onv.) GOUDEN JUBILEUM VAN DEN BOND WESTLAND Plannen voor een tentoonstelling Zonder ons aan een overdreven na tionalisme schuldig te maken en zonder hoovaardige zelfverheffing mogen wij, Nederlanders, er ons van overtuigd houden, dat ons land in meer can één opzicht gunstig afsteekt bij menig ander land. De beginselen van vrijheid en recht worden hier ondanks alle politieke hetze, welke het tegendeel tracht te suggereeren, nog hooggehou den en op ware beschaving wordt hier nog in het algemeen bijzonder prijs ge steld, ook al neemt in bepaalde krin gen de onbeschaafdheid op even erger lijke als ontstellende wijze toe. Wat er nog aan welvaart in ons land heerscht is geen schijn-welvaart, gebaseerd op economische goocheltrucs, waarmee het volk wordt wijsgemaakt, dat men uit een ledigen doodgravershoed volksrijkdom te voorschijn kan halen en uit de lucht goudstukken plukken kan, maar wel vaart op een reëele, zij het dan ook aan zienlijk versmalde basis. Wat er aan nood en ellende en vooral aan werkloos heid in ons land geleden wordt, moet grootendeels worden geweten aan om standigheden en invloeden van buitenaf en niet aan eigen schuld. Maar al mogen wij met recht en reden constateeren, dat ons land vergelijkenderwijs gespro ken in de huidige nerveus gespannen, verontruste en geschokte wereld in vele opzichten een eiland van rust en zeker heid en evenwichtigheid vormt, dit neemt niet weg, dat wij van sommige andere landen nog wel een.en ander kunnen leeren. Vergelijken wij b.v. de krachtige maat regelen, welke in Zwitserland tegen het extremisme van uiterst linksch en uiterst rechtsch worden genomen, met de maat regelen, die in ons land tegen deze beide uitersten niet worden genomen, dan vragen wij ons af, waarom in het historisch land van de vrijheid van den vrijheidsheld Willem Teil, dat tevens het historisch land van de demo cratie van het Eedgenootschap is, de de mocraten zich niet tegen zulke maat regelen verzetten en in ons land wel. Is de situatie van Zwitserland met zijn hooge, gemakkelijk te verdedigen ber gen zooveel onveiliger en onzekerder dan die van ons vlakke, naar alle kanten openliggende en daardoor juist zooveel moeilijker te verdedigen land? Staat ons democratisch staatsbestel zooveel ster ker dan dat van den Zwitserschen bondsstaat en worden er in ons land althans naar den geest niet evenveel verschillende talen gesproken als in de Zwitsersche bergen? Het kan moedig zijn gevaren te trotseeren, maar gevaren laten voortbestaan, wanneer men ze kan verwijderen riekt meer naar wekeloos- heid. Het wil ons voorkomen, dat wij van Zwitserland nog wel iets nuttigs kun nen leeren. Mijnhardtjes doen deze snel verdwijnen. 12 stuks 50 ct. De Goudsche politie heeft Woensdag te Gouda een ingezetene aangehouden, die aan zijn fail lieten boedel een bedrag van f 1000 onttrokken heeft. De man had een bankbiljet van f 1000 in het sleutelgat van zijn huisdeur verstopt, waar de politie het ontdekt heeft. Het biljet is in beslag genomen. De aange houdene is ter beschikking der justitie gesteld. Xn 1940 zal te Amsterdam van 29 Juli tot 3 Augustus het vierde internationale congres voor keel-, neus- en oorheelkunde worden gehouden. Eere-voorzitters van dit congres, waarvoor zeer groote belangstelling onder de betrokken specialisten uit tal van landen bestaat, zijn de ministers dr. H. Colijn, minister-president; mr. J. A. N. Patijn, minister van Buitenlandsche Zaken; prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine, minister van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen en prof. mr. C. P. M. Romme, minis ter van Sociale Zaken. Het uitvoerend comité bestaat uit prof. dr. H. Eurger, voorzitter; A. Marres, alg. secretaris, Willemsparkweg 31, Amsterdam; A. J. H. Dok- kum, secretaris; dr. M. J. ten Cate, penning meester. Naar wij vernemen is de vereischte justititieele roestemming voor de teraardebestelling van het stoffelijk overschot van den heer Freen, die bij de explosie in de Philips—van Houten-fabriek te Weesp j.l. Dinsdag om het leven kwam, thans afgekomen. De begrafenis zal Zaterdagmiddag te Hilversum plaats vinden. De fabriek te Weesp Wordt dien dag gesloten en het voltallig perso neel zal in de gelegenheid worden gesteld de teraardebestelling bü te wonen. (Van onzen specialen verslaggever) Ongeveer vijftig gasten zullen mor gen deelnemen aan de viering van den tachtigsten verjaardag van ex- keizer Wilhelm te Doorn. Het feest zal een intiem karakter dragen, een familiefeest, zooals de laatste jaren meer dan eens met veel luister en plechtigheid ten Huize Doorn werd gevierd, maar steeds besloten en zonder uiterlijk vertoon. Op de intimiteit van het feest van morgen heeft Freiherr Von Sell, hof maarschalk, hedenmorgen in een con ferentie, die wij met hem hadden, nog eens den nadruk gelegd. Morgen, op zijn tachtigsten verjaardag, zal keizer Wilhelm in het bijzonder met groote dankbaarheid de gastvrijheid gedenken, welke bij thans meer dan twintig jaar in Nederland geniet. Deze gastvrijheid, zoo verzekerde ons Freiherr Von Sell, heeft er niet weinig toe bij gedragen het lot van den vorstelijken balling te verlichten. Daarnaast wil de ex-keizer ook Uiting geven aan de verbondenheid, welke in al die jaren is gegroeid tusschen de gemeente Doorn en de bewoners van Huize Doom. Maar daarnaast zal het hart van den ex- keizer morgen, op den voor hem zoo heug- Ifken dag, ook sterk verwijlen in het vaderland, dat hij zoolang niet meer mocht betreden, terwijl in hem de illusie niet sterft, dat hij het eenmaal nog voor zijn dood zou mogen weerzien. Een illusie, waaraan de ex-keizer zelden uiting geeft, maar waarvan allen, die hem kennen, weten hoe sterk zij leeft in den in ballingschap vergrijsden monarch. Zoo zal het feest van morgen worden gevierd in den kring der kinderen en kleinkinderen, enkele verwanten en bijzondere gasten. Sedert gisteren zijn de meesten van hen reeds op Doorn aangekomen. Vanavond worden de laatsten ver wacht. Zij logeeren bij den ex-keizer voor zoo ver de logeerruimte op Huize Doom dit toelaat en verder in de hotels der omgeving. Zoo zal de ex-keizer morgen om zich ver- eenigd zien zijn ou<Jsten zoon ex-kroonprins Wilhelm en ex-kroonprinses Cecilie, de prin sen Eitel, Friedrich, Adelbert, August Wilhelm en Oscar. De prinsen Adelbert en Oscar zijn eveneens vergezeld van hun echtgenooten en kinderen. Onder de kleinkinderen zal morgen op Doom ontbreken de oudste kleinzoon, die, zooals men weet, enkele jaren geleden een huwelijk sloot tegen den wil van zijn grootvader. De tweede zoon van den kroonprins Prins Louis Ferdinand zal met zijn jonge echtgenoote het feest wel bijwonen. Verder noemen wij van de gasten de eenige r.og levende zuster van den ex-keizer met haar beide schoondochters, de nichten van den ex- keizer, de prinsessen Friedrich Wilhelm en prin ses Louise van Pruissen. Ook de kinderen van prinses Hermine wonen het feest bij. Onder de hooge gasten, die verder komen gelukwenschen, noemen wij ex-kroonprins Ruprecht van Beieren, tijdens den grooten oorlog generaal- veldmaarschalk en leider van een legergroep, den markgraaf van Neissen, vertegenwoordiger van het oude Saksische koningshuis en den groot-hertog en de groot-hertogin van Mecklen- burgh. Zooals bekend wordt de dag van morgen in gezet met een godsdienstoefening in de huis kapel, waarbij alle gasten tegenwoordig zullen zijn. Na afloop zal de jarige hun gelukwenschen in ontvangst nemen, alsmede die van allen, die op Huize Doorn werkzaam zijn. Namens de gemeente Doorn komen dan ook de burgemeester baron Van Nagell, wethouder P. A. de Haan, de heeren A. v. d. Wel, P. Rui tenbeek Sr. en W. G. Ruitenbeek. Zij zullen het geschenk der gemeente overhandigen, de tee- kening van een tuinhuisje, dat zal worden ge plaatst in het pinetum in den tuin van Huize Doorn, welks naaldgewassen den laatsten tijd de bijzondere belangstelling van den ex-keizer hebben. Eveneens voor den tuin van Huize Doorn zal namens Hollandsche vrienden een rhododen- dron-aanplanting worden aangeboden. Op de aanbieding van het geschenk der ge meente volgt een aubade. Om een uur des middags Wordt de lunch ge bruikt in den familiekring. Hierbij zullen ook aanzitten Z. K. H. Prins Bernhard en de ver tegenwoordiger van H. M. de Koningin, kamer heer baron van Hardenbroek. Des avonds na het feestdiner wordt een Fre- derik de Groote-film vertoond, getiteld „Das Choral von Leuten". 4 Men bericht ons van officieele zijde, dat het Prinselijk Paar hedenmorgen op het paleis Noordeinde te Den Haag de gezanten en hunne dames ontvangen heeft, voor zoover deze nog niet aan H. H. K. K. H. H. waren voorgesteld. Door het volhardend streven van den oud- zeilschippe» C. J. Jaski te Laren, is het thans gekomen tot de oprichting van een vereeniging „Het zeilend schoolschip", welke zich ten doel stelt, om voor de opleiding der toekomstige koopvaardij-offieieren een zeilend schoolschip in de vaart te brengen. De vereeniging heeft het plan, om dit schip, met een bemanning van adspirant-stuur- lieden, ter dekking van de onkosten aan de lange vrachtvaart deel te laten nemen. Wol uit Australië, enz. Nu begrijpe men ons wel; tegen de vereeni ging op zich hebben we niets. Integendeel zelfs! Zooals de oprichters van de vereeniging be treuren ook wij het, dat de Nederlandsche groo te zeilvaart geheel en al ten gronde is gegaan. Daar is een stuk romantiek en zeer veel schoonheid mee verdwenen, want het is nu een maal een feit, dat een zeilschip, onder een vlucht van blanke zeilen, een veel grootscher aanblik M... De „Gorch Fock", het opleidingsschip der Duitsche Marine Het schouwspel van nieuwjaarsbezoeken, dat de Europeesche diplomatie thans oplevert, vooral in Oostelijk Europa, loopt ten einde Vandaag legt de Duitsche minister van Bui tenlandsche Zaken, Von Ribbentrop, visites af bij president Moscicki en maarschalk Smiglv Rydz te Warschau, nadat hij gisteren met zijn Poolschen confrater Beek geconfereerd heeft. In zekeren zin mag men dit bezoek den sluitsteen noemen van de jongste activiteit, die de as- •mogendheden in Oostelijk Europa aan den dag hebben gelegd. Nadat Tsjecho-Slowakije en Hongarije tot de orde geroepen waren, is graaf Ciano op be zoek gegaan in Joego-Slavië, waar hij met Stoyadinowitsj is gaan jagen. „Niet alleen het wild, maar ook de achtergebleven wolkjes aan den politieken hemel zijn bij die jachtpartij ver jaagd", schreef een Italiaansch blad na deze conferentie, en het is Waarschijnlijk, dat het blad de situatie met deze woorden vrij juist weergaf. Sedert de toenadering tusschen Rome en Belgracto, na jaren van wrijving, heeft Italië langs dezen weg invloed gekregen op den Balkan en in Oost-Europa, dien het immer zoowel te zijnen voordeele als in het belang van de paci ficatie van dit roerige deel van Europa heeft aangewend; het jongste bezoek van graaf Ciano nu schijnt een belangrijk succes voor die paci ficatie geweest te zijn. Reeds te Boedapest moet Ciano op een meer conciliante houding van de Hongaren hebben aangedrongen; te Belgrado schijnt hij alvast dit bereikt te hebben, dat een definitieve verzoening tusschen het revisionis tische Hongarije en het vasthoudende Joego slavië in de naaste toekomst verwacht mag worden. Bij die gelegenheid is ook gesproken over Roemenië, dat zich en terecht nog het meest bedreigd voelt door de Hongaarsche verlangens naar een revisie der grenzen; en Stoyadinowitsj kon van Prins Paul, die koi t tevoren ook al een jachtpartij met koning Carol had meegemaakt, weten, hoe Boekarest over een verzoening dacht. De Roemenen hebben him Hongaarsche minderheid een redelijke plaats gegeven in het pas opgerichte nationale front, en wanneer de situatie zich in die richting blijft ontwikkelen, lijkt een verzoening Boedapest Boekarest niet tot de onmogelijkheden. Italië werkt er hard voor en Joego-Slavië Werkt daar bij als een zeef, die den Romeinschen invloed van alle voor Roemenië vreesverwekkende ele menten tegenhoudt. „Wij laten geen oude vrien den schieten voor nieuwe," schreef de officieuze „Wreme" na Ciano's bezoek, en dit woord is zoowel een waarschuwing aan Italië, om niet al te veel te verwachten, als een geruststelling aan Boekarest. Niettemin schijnt Stoyadinowitsj strikte neutraliteit beloofd te hebben ten aan zien van zijn Italiaanschen vriend en het bezoek van Von Ribbentrop aan Warschau moet ongeveer hetzelfde doel hebben in de Duitsch- Poolsche betrekkingen. Kolonel Beck is er nog immer op bedacht het evenwicht tusschen zijn groote buren te behou den en na zijn omzwaai naar Moskou heeft hij de nog verrassender manoeuvre van zijn bezoek aan Berchtesgaden gedaan. Sedertdien zijn er allerlei geruchten door de wereldpers gegaan: Hitier zou beloofd hebben zijn Oekrainische plannen als hij die al heeft op de lange baan te schuiven en zelfs een totstandkoming van een gemeenschappelijke Poolsch-Hongaar- sche grens niet meer te verhinderen; Polen zou een exterritorialen weg over zijn gebied naar Oost-Pruisen cedeeren. Men moge ervan den ken, wat men wil zeker schijnt, dat de Wil- helmstrasse reden had om het verontruste Polen gerust te stellen. De Polen mogen dan nog niet bereikt hebben, dat hun republiek definitief als groote mogendheid erkend wordt, hun leger generaal Sitorski wees er dezer dagen in een artikel nog op stelt hen in staat te eischen, dat met hun belangen rekening Wordt gehou den en telt mee als een belangrijke factor bij het overwegen van plannen met agressieve be doelingen. Derhalve trok Von Ribbentrop naar Warschau, op den vijfden verjaardag van het Poolsch-Duitsche non-agressie-verdrag, om dit verdrag nog eens extra te bevestigen; misschien niet meer, maar zeker ook niet minder. De kleinere geschillen kunnen bij onderling overleg uit den weg geruimd worden, zooals reeds ge schied is bij de onderhandelingen over de Poolsche Joden in Duitschland, onderhandelin gen, die na maanden van pijnlijk sleepen plot seling tot een goed resultaat leidden. Beek moge zich geen illusies maken over de verre toekomst; voorloopig weet hij, dat hij weer niets te vreezen heeft. Algemeen verwacht men een concentratie van de Europeesche poli tiek op meer Westelijk gelegen vraagstukken: koloniën, Italiaansche eischen, Spanje. Het be richt van den Romeinschen correspondent van de „Daily Mail", volgens wien de Duce een vier- mogendheden-conferentie wenscht, wijst erop, dat Beck's vermoeden juist is en dat hij weer eenigen tijd op rust rekenen kan. oplevert dan het fraaiste passagiersschip. Om van de ordinaire trampers of tankbooten, met een kinderachtig motorpijpje achterop, niet eens te spreken. En tegelijkertijd erkennen we vol mondig, dat er voor het navigeeren en behan delen van dergelijke schepen een ontzaglijke hoeveelheid vakbekwaamheid spreek uit „zee manschap" noodig was. En hoe men het ook wil draaien of keeren, deze zeemanschap is op stoom- of motorschepen nu eenmaal niet te leeren. Het essentieel e van ons betoog hangt nu om dat woord „zeemanschap", dat mSn wel moet verstaan. Velen achten dit een soort begenadi ging, zooals het dichterschap, met dien verstan de, dat deze niet te leeren gave speciaal ovei bewoners van kusteilanden en visschersdorpen zou worden uitgestrooid. In de verbeelding van velen groeien daar de lieden, die in de wieg al zeebeenen hebben en die later met de onaf scheidelijke pruim achter de kiezen met één blik constateeren wat het overmorgen voor weer zal zijn en die in hun kooi aan het klotsen van de golven tegen den boordwand hooren dat ze te weinig water onder de kiel hebben. Het spijt ons zeer, dat we onzen lezers een illu sie moeten ontnemen, doch deze wakkere fi guren bestaan alleen in de verbeelding. Hiermede willen we het bestaan van de zeemanschap als eigenschap geenszins ont kennen. Integendeel! Zeemanschap is een onmisbare eigenschap voor eiken stuurman, doch de zeemanschap is slechts een combi natie van nuttige, doch overigens alleszins menschelijke eigenschappen. En ter berei ding van zeemanschap volge hier het recept: men neme een goede dosis gezond verstand, een even groot deel plichtsbesef, een kwan tum voorzichtigheid en critischen zin, een weinig durf en een groote hoeveelheid be sluitvaardigheid, routine hoe meer hoe lie ver, en menge dit dan ondereen met een grondige theoretische kennis van alle wis kundige, wettelijke, meteorologische en practische vaardigheden. Daar komen dus heelemaal geen raadselachtige dingen bij te pas. Uit dien hoofde kunnen jongens van de Veluwe, die nooit meer water zagen dan het Uddelermeer, binnen enkele jaren een beter zeeman zijn dan een jeugdige IJmui- denaar, die zijn jeugd op en langs de trawlers doorbracht. Ze zijn het zelfs vaak! Daarmee zijn we er. Een zeilschip stelt heel andere eischen dan een stoomschip, waarmee we overigens de kundigheden van den zeilschip per niet willen onderschatten. Als men in het bolst van den nacht, door vlagen zwiepend wa ter, naar boven moet om zeil te bergen, dan is dat met recht een stoer stukje werk; de zeilen onderhouden is een vreeselijk karwei, terwijl de bemanning van een zeilschip op den duur een vaardigheid in het splitsen en zeil- naaien verkrijgt, waar een stoombemanning eenvoudig niet aan tippen kan. Als daar een tent of presenning (zeildoeksch dekkleed) al te stuk gaat, geven ze het aan den wal en dan wordt het op de machine gestikt. Gebrek aan respect is het dus evenmin, dat ons leidt, en eerlijk gezegd moeten wij eerbied hebben voor de zeilkapiteins, die met zooveel minder hulpmiddelen toch de reis tot een goed einde weten te brengen. Maar zooals we reeds zeiden: het is anders, heel anders en we zullen nader aantoonen waarom. Een zeilschip heeft uit- den aard der zaak be hoefte aan het ruime water. De voorzichtigheid gebiedt het, om zonder noodzaak onder den wal weg te blijven en ziet dan stoomschepen, die, voortgedreven door het doel hun lading zoo spoedig mogelijk ter plaatse te brengen, hun koers bij voorkeur zoo krap mogelijk kiezen zonder nochtans de veiligheid uit het oog te verliezen. Neem bijvoorbeeld de Noord-Spaansche kust bij Kaap Finisterre, Torinjana etc. Van een stuurman ter stoomvaart wordt als vanzelfspre kend verwacht dat hij zijn schip zonder over bodige mijlen langs die kapen stuurt en dan wordt het aan zijn routine overgelaten, om uit de vele torens, waarmee de wal door den kijker als bezaaid schijnt, voor zijn kruispeilingen de juiste vuurtorens te vinden. Een zeilschip moet voorzichtiger zijn, dat vaart zeker zoo ver uit de kust dat men slechts vaag de contouren der bergen herkent en al moet de stuurman daar een deskundig oog op de zeilen houden, het irri teerend loeren naar den juisten toren blijft hem lespaard. Meer van dergelijke dingen: Een stoomschip vaart ook bij nevelig of heiig weer rustig door de Straat van Gibraltar. Het wordt wel eens ingewikkeld, als men voortdurend allerlei licht jes ziet opdoemen en verdwijnen, de mailboot naar Melilla kan iemand wel eens een stuip op het lijf jagen, maar anderzijds: de ontvangers wachten op hun sinaasappelen en dus vooruit! Varen met die malle boot! De zeilschip kapitein zegt daarentegen en zeer terecht: „Te gevaarlijk! We blijven een nachtje op en neer houden. Morgen bij daglicht zal het wel beter zijn." Op de lange reis gaat een- stoomschip verder volgens het beginsel dat de rechte lijn ot de grootcirkel de kortste verbinding tus schen twee punten vormt, doch een zeilschip vaart via Maastricht naar Den Helder, omdat het zoo het beste uitkomt met den wind. Om zoo'n zeilroute goed te bepalen, veflangt on miskenbaar groote kennis, doch die wetenschap is op een stoomschip net zoo nuttig als de studie van den Koran voor een electrotechnisch inge nieur. Het sterkste verschil zit echter wel in het manoeuvreeren. Een zeilschip kan in nauwe waters niet manoeuvreeren en heeft daar onder alle omstandigheden een sleepboot noodig. Voor den stoomgezagvoerder is het echter een eisch van wijs beleid en zuinig heid, om het met zoo min mdgelijk sleep boothulp te stellen. Blijkt uit deze voorbeelden, die we nog met 1001 nieuw voorbeeld kunnen ver sterken, dat iemand met een zeilschipoplei- óing aan boord van een stoomschip onwen nig staat en niet veel waard is, ook de an dere voordeelen, die men aan de zeilschip opleiding verbindt, beteekenen niet zooveel als de voorstanders gelooven. We erkennen het: het leven op het zeilschip zal de toe komende stuurlieden harden en bij nacht en ontij in het want klimmen kweekt on getwijfeld moed. Doch de moderne zeevaart heeft andere manieren om haar mensehen te harden. Zij kweekt de menschen in een sfeer van „hurry up!"; zij zet de stuurlieden van 's ochtends zes tot 's avonds twaalf in een ruim en roept ze dan op de brug om de navigatie te leiden; zij stelt stuwage- problemen, waar de menschen van de mas sale ladingen geen benul van hebben; zij verdrinkt ze in paperassen en alles wat dies meer zij en met dat al is de tegenwoor dige stuurman de wetenschappelijk ge schoolde, varende ambtenaar anders dan zijn voorganger uit den zeiltijd, heel anders zelfs, doch zeker niet minder. Zij zijn beiden specialisten, doch ieder op hun gebied. Verder stellen de voorstanders van het zeilen de schoolschip het voor, dat hun ideaal de men schen zal ziften. De lamzakken, die zich slechts door het mooie pakje aangetrokken voelden, zullen uitvallen en wat er overblijft, worden de geharde, aan de zee verknochte lieden. Dan is tevens aan het groote verloop onder de jongere stuurlieden paal en perk gesteld. Het schijnt ons wederom een fout van inzicht. Er zijn nu eenmaal uitzonderingen daaree- De Hardnekkigste bedaart oogenblikkelijk bij gebruik van het sterk antiseptische geneesmiddel tegen Verkoudheid, Keelpijn en Griep. Maar vraag naar de Hollandsche doozen^ a 50 cent. Naar wij vernemen zal de radiorede van H.M. de Koningin over moreele en geestelijke her bewapening morgen tegelijkertijd naar Indië worden uitgezonden over de Phohi-zenders op 13.97, 16.88 en 19.71 meter en over den rijks zender P.C.V. op 16.6 meter met normale modu latie en tweezijdig stralende beam, voorts over den rijkszender P.C.K. op 6.3 meter met enke len zijband. De uitzending zal worden herhaald voor Suriname en Curasao Zaterdag 28 Januari te 0.35 uur Amsterdamschen tijd over de Phohi- zenders op 31.28 en 25.57 meter en over de rijks zenders P.D.K. op 28.8 en P.D.V. op 24,8 meter, beide met normale modulatie. Burgemeester en Wethouders van Den Haag hebben bepaald, dat de rede van H. M. de Ko ningin over de moreele en geestelijke herbe wapening door middel van luidsprekers op het Buitenhof en op het Kerkplein te Den Haag zal worden uitgezonden. De HollandAmerika-Lijn heeft een alles zins bevredigend jaarverslag over 1938 gepubli ceerd. Het in de vaart nemen van nieuwe schepen, vooral van de „Nieuw Amsterdam" was gunstig voor de exploitatie. De exploitatie-reke ning sluit met een voordeelig saldo van f 5.127.072 of f 309.583 meer dan in 1937. Door het weg vallen van bijzondere baten is het totale winst saldo echter wat lager, nl. f 5.598.974 (f 6.643.388). Na hoogere afschrijving op de vloot en verster king van de reserve diverse belangen met f 1 mill, wordt een dividend van 5 pet. uitge keerd. De eerste maanden van het nieuwe jaar laten zich niet minder gunstig aanzien dan die van het vorige jaar. Het bestuur van den Bond Westland, waarbij de twaalf veilingvereenigingen in het Westland zijn aangesloten, heeft thans aan de besturen der veilingvereeniging te Naaldwijk, Honselers- dijk en Poeldijk een schrijven gezonden, waarin gevraagd wordt naar de mogelijkheid, om indien noodig, een gebouw af te willen staan voor het houden van een groote groenten- en fruitten- toonstelling. De Bond zal nX in April van dit jaar zijn gouden jubileum herdenken. In het kader van deze herdenking bestaan in principe plannen zoo mogelijk in het Westland een tentoonstel ling van groenten en fruit te houden. Deze tentoonstelling zou dan worden gehou den in de tweede helft van de maand Septem ber. laten geen zeelieden van geboorte. Er zijn wel lui, die zoo lang gevaren hebben, dat ze zich aan den wal onwennig gaan voelen, doch het overgroote deel der jongelieden, die- de nautische loopbaan kiezen, komen te zijner tijd voor een conflict, dat ze zich in den aanvang niet ge droomd hebben: Het conflict AmorNeptunus. Het gold reeds in het paradijs en het is nu nog net zoo: „Het is niet goed dat de mensch alleen zij". Zoo'n jonge stuurman raakt verliefd, trouwt en mag dan.... veertien dagen of drie weken of soms nog veel minder per jaar thuis zijn. Dan komt de strijd tusschen het huiselijke en het zeemansleven en dan heeft in den tegenwoordi- gen tijd het zeemansleven al bitter weinig te bieden. Betrekkelijk lage gages, slechte promo tiekansen, een verzorging, die vaak maar zoo zoo is, lange werktijden en slechts heel weinig vrij. En vandaar dat er een heeleboel stuurlieden de zee vaarwel zeggen. Per slot van rekening is de maatschappij waarvoor men vaart ander mans zaak en nu mag men er over treuren, doch dat doet aan het feit niets af: „Het hart voor andermans zaak zit in de portemonnaie." Als het verlaten van de stuurmansloopbaan een groote stap terug op de maatschappelijke lad der was, zouden er veel meer blijven, doch on der de huidige omstandigheden zeggen ze de zee vaarwel. Doch zelfs van deze deserteurs mag het vrije lijk gezegd worden, dat ze vaak naar de zee terugverlangen. Het zeevaren geeft, zelfs onder de. huidige omstandigheden, meer voldoening c an menige „baan aan den wal" en in de einde- lcoze, kille voorjaren van ons klimaat loopen er honderden door onze steden, die met bitteren weemoed aan de Middellandsche Zee en Las Palmas terugdenken. Dat ze de zee verlieten was geen onverdeeld genoegen! Dat was geen afkeer van de zee! Het beste blijkt de overbodigheid van het zeilschoolschip tenslotte wel uit de statistiek, die overtuigend bewijst dat Nederland zonder zeilschip! procentueel veruit de minste verliezen in zijn koopvaardijvloot lijdt. Veel minder zelfs dan vele naties met zeilschoolsehepen. Dat resultaat wordt be reikt door nautici die nog nooit op een zeil schip hebben gevaren en dat houden ze jaar achter jaar vol. De oorzaak? Goed onderwijs en aangeboren voorzichtigheid! Een zeilschoolschip is daarom overbodig. Dan zcu men evengoed van een buschauffeur kunnen verlangen, dat hij zijn opleiding op een post koets met vier paarden begon. En zooals de zaken thans staan, is het met een zeilschip als methet leger. Het dienen doet velen jongens goed; een zeilschip zou velen stuurlieden goed doen, doch dat is toch geen reden om leger of zeilschip in het leven te roepen. Want dat staat reeds vast: er moet dik geld bij en o.i. kan de tijd, dien de jongelingen aan boord van zoo'n schoolschip doorbrengen, nuttiger worden be steed, "Lh. R. B.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 9