H. M. de Koningin spreekt „Christus vóór alles" Hohenzollern vereenigd om het hoofd van hun Huis Geestelijke en moreele herbewapening Het nieuws van heden GR00TE DAG OP DOORN VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS VRIJDAG 27 JANUARI 1939 - AVONDBLAD BUREAUX VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE. NASSAULAAN 51 - TEL. 13866 - GIRO 22884 Abonnementsprijs (bij vooruitbetaling) voor Haarlem 25 cent per week; per kwartaal VIJF EN ZESTIGSTE JAARGANG No 21607 tJ.25. Bij onze Agenten 27 Aiet. per week, DACBLAD MET OCHTEND- EN AVOND-EDITIE, UITGEGEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD» HAARLEM per kwartaal f 3.58 Bij het inschepen van vluchtelingen werden jra de haven van Caldetas buitenlandsche oorlogsschepen door de vliegtuigen van Franco gebombardeerd. De Fransche torpedojagers Simoun en Siroco vuurden op de aanvallende vliegtuigen H. M. de Koningin heeft hedenmiddag voor de radio de volgen de rede uitgesproken over het onderwerp: „Onze taak in deze dagen, in verband met de moreele en geestelijke herbewapening". Het oude klooster op den Montserrat bij Barcelona, waar de linksche regeering, die thans naar Noord-Catalonië is gevlucht, zetelde Ex-Keizermiddelpunt van intieme, maar luister rijke feestelijkheid Ondoordringbare stilte rondom Een kijkje op Grindelwald in Zwitserland, waarheen het Prinselijk echtpaar voornemens is zich vooreenigen tijd te begeven. De pijl duidt de plaats aan, waar het hotel „Adler" zich tusschen de boomen bevindt en waar de vorstelijke personen hun intrek zullen nemen Ik heb gezegd. o DIT NUMMER BESTAAT UIT TWAALF BLADZIJDEN Het Weeriiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiij Wij berichten hiermede, dat de Heer Potgieser Zaterdag 28 dezer van 8 tot 9 uur namiddag in ons Haarlemsche Secretariaat aan wezig zal zijn tot hel inschrijven van leerlingen op de nieuwe cur sussen M. O. Boekhouden en Staatspraktijkdiploma. Examenopleiding, HUGAS, ELGERSMA, POTGIESER Om de Engelsche Cup NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentieprijzen: Per lossen regel SO et Inget mededeelirrgen 50 cent; Idem op pag één 65 cent f 0^ Rü Anantan 071/ M na.u.aalr Pe' regel. BIJ contract sterk verlaagde prijzen Voor 4» kleine annonces „OmroeDers" tie de rubriek Het klokkespel in het wintersche park om Huize Doorn klingelt half tien. De deuren van de groote hall in het kasteel gaan open. Orgelmuziek zingt zacht door het huis. De ex- keizer gaat zijn vrouw, zijn kinderen, zijn kleinkinderen, zijn verwanten, zijn gasten, en zijn personeel voor naar hun plaatsen, waar allen zich vereenigen voor de godsdienstoefe ning, waarmee 's keizers tachtigste verjaardag begint. De hof- en dom- predikant, dr. Döhring, leidt den dienst. Hij gaat voor in gebed. Zijn stem klinkt over al die hoofden, oud en jong, die luisteren, gebogen of op gericht. Zijn woord geldt in het bij zonder den hoogbejaarden gewezen monarch, temidden van zijn Huis. Hij zet den zang in, hooge en zware stem men vallen bijNun danket allen Gott. Het orgel ruischt. De hofprediker, ds. D. Döhring, spreekt naar aanleiding van de teksten, welke de jarige ex- keizer zelf heeft gekozen: „Jesaja, 45-6-7: „Ich bin der Herr und Keiner mehr!" en Matth. 116: „Und selig ist der sioh nicht in Mir argert." In zijn predicatie gaf de hofprediker weder om op verlangen van den jarige er uiting aan, hoe het hart en het gebed van den balling al tijd nog bij zijn volk verwijlen, waarvan hij zoo smartelijk verwijderd is. Zoo zegt het ds. Döh ring: „Al is de keizer dan door afstand en tijd van zijn volk verwijderd, met zijn hart en met zijn gebed blijft de keizer ondanks alles, water is gebeurd, bij zijn Duitschers. Van dezen plicht heeft de keizer nimmer afstand willen doen, zou hij ook niet afstand hebben kunnen doen. Het is de liefde van den keizer, geboren uit het geloof, een liefde die nimmer eindigen zal." Doodstil is Doorn, dezen triesten winterschen morgen. Nauwelijks een zuchtje wind brengt leven in de vlaggen, die overal zijn uitgehan gen. In het vroege uur reden auto's af en aan naar het huis van den ex-keizer. Zij vormden vrijwel het eenige gerucht in het dorp. Bij het poorthuis, waar een witte standaard met ge- kroonden rijksadelaar is geheschen, staan wat menschen. Zij kijken toe hoe de auto's met de gasten, die elders den nacht hebben doorge bracht, naar binnen rijden en tusschen de boomen van het park verdwijnen. Alle gasten zijn in de voorgeschreven kleeding: de heeren in het zwart, de dames in tot den hals gesloten Costuums met kleinen hoed Heel ver en vaag ziet men de oude huizinge haar vensters en klimopgroei. Boven den hoofdingang is een baldakijn uitgestoken. Daar gaan de gasten binnen. Doodstil is het in Doorn, doodstil is het ook in den tuin rond het huis. Niéts roert er zich. Stom staan de donkere kale boomen rij na rij, in gesloten gelederen, schuttend de intimiteit van het feestelijk gebeuren daarginds in net ex-keizerlijk huis. Een gordel van stil zwijgen, van roer- looze wintersche sfeer, scheidt het kasteel van de wereld daarbuiten, die al even stil is, en grijs onder den grauwen hemel, hoog stens slechts een weinig nieuwsgierig. Zooals heel den vorigen dag wordt ook nu met regelmatige tusschenpoozen post bezorgd, groote gebundelde pakketten vaak, zeer veel telegrammen. Telkens en telkens weer worden bloemen gebracht, groote manden en bouquet- ten, ook tal van kleine tuiltjes. De kerkeraads- kamer van het Ned. Herv. kerkje, grenzende aan het park van Huize Doorn, is ingericht voor het teekenen van de felicitatieregisters. Zeer velen maken hiervan gebruik. Daar staan de handteekeningen van vooraanstaanden uit de omgeving, adellijke namen, naast het krie belig schrift van een eenvoudigen Spakenbur ger, namen van menschen uit alle kringen, even zooveel getuigen van de achting en sym pathie, welke de grijze balling zich in de plaats en in de streek zijner inwoning heeft verwor ven, Na de godsdienstoefening neemt de hooge jarige de gelukwenschen der zijnen, van de hooge adellijke gasten en van het personeel in ontvangst. Er wordt koffie met ververschingen ge serveerd, een opgewekt onderons der groo te Hohenzollernfamilie, die verstrooid door het lot der omstandigheden een van de zeldzame oogenblikken van hereeniging beleeft. De ex-keizer leest thans ook de voornaamste der ingekomen gelukwen schen; er is ook 'n lange brief bij van den oudsten kleinzoon Wilhelm, die de huiswet der Hohenzollern schond om de blonde haren en de blauwe oogen van een jonge vrouw. De gelukwensch van dezen afwezi gen kleinzoon houdt de gewezen keizer iets langer in handen. Ook naar dezen jonge man, naar zijn bloeiend jong gezin, gaat het hart van den ouden man op dezen dag uit. De jarige ex-keizer heeft een groot aantal geschenken op zijn feestdag mogen ontvangen. Zijn gemalin Prinses Hermine schonk hem zijn geschilderd portret. Van zijn kinderen kreeg hij een verguld zilveren bokaal met inschrift. Van Prins Ruprecht van Beieren 'n porcelein figuur, voorstellende een ruiter-officier van het regi ment des keizers. Van den Markgraf van Meis sen een figuur van Meissner-porcelein, voor stellende den ruiter-generaal Seidlitz, staande naast zijn paard. Van Prins Louis Ferdinand een zilveren doos, welke de Prins bij zijn huwe lijk het vorig jaar van zijn grootvader gekre gen had en welke hij thans terugschonk met in het deksel vermeld de data en plaatsen van zijn groote huwelijksreis, waarbij hij o.m. Ame rika, Japan, en Ned.-Ind.ië bezocht. De ex- keizer ontving van zijn huis- en tuinpersoneel een fraaie tuinbank. Tenslotte is uit Duitschland een stroom van kleinere geschenken op Huize Doorn aangeko men, waaronder sjaals, gebruiksvoorwerpen, bokalen, enz., getuigen van ontroerende aan hankelijkheid, welke ook in het groote vader land nog voor den ex-keizer leeft. Ook is een zeer groot aantal bloemstukken op Doorn bezorgd, welke het kasteel in een groo- ten geurenden bloementuin hebben herschapen. Prinses Juliana en Pins Bernhard hebben eveneens een groot bloemstuk gestuurd. Een deel der gasten verpoost zich dan met een wandeling in den grooten tuin, in afwach ting van de meer officieele felicitaties, welke te omstreeks twaalf uur worden aangeboden. Waar de gedachte der geestelijke en moreele herbewapening in het middelpunt der belang stelling is komen te staan en Mij gebleken is, dat er nog veel verschil van meening bestaat omtrent hare toepassing, wil Ik trachten u nader toe te lichten, hoe Ik haar zie. Vanzelf zal dit dan tevens een antwoord zijn op enkele van de vele vragen, die Mij naar aanleiding daarvan langs verschillende wegen bereikten. De innerlijke vernieuwing, die de oproepen van October voorop stellen, noopt ons tot een geheel nieuwe instelling ten opzichte van alle nooden van den tijd, een zich daarvoor inzet ten, in eigen omgeving, en eigen kring en als. volk in zijn geheel. Met vreugde heb Ik de bereidwilligheid be groet van zoovelen, zoowel hier, als in Neder land onder de keerkringen, om aan deze gees telijke en zedelijke krachtsinspanning deel te riemen. De stroom van persoonlijke betuigingen van instemming, die Ik mocht ontvangen, zoowei ais de gemeenschappelijke adressen, geven blijk van den ernstigen wil, als mensch, en als kring, er den schouder onder te zetten. Wil die krachtsinspanning de sterke hef boom worden, die ons volk opheft boven zich zelf uit, boven de onderlinge verdeeldheid en den druk van den tijd, dan moet zij omgezet worden in de levenshouding van: „draagt el kanders lasten" in de geheele samenleving. Laten wij in dit ernstige tijdsgewricht wer kelijk eerlijk zijn tegenover ons zelf en ook als volk en de oogen niet sluiten voor onze te kortkomingen en feilen als mensch en als ge meenschap. De verdeeldheid en voortschrijdende splitsing en versnippering, die ons in het dagelijksche leven tegemoet treden met de daarmee ge paard gaande vervreemding onderling, zijn slechte heelmeesters voor de krankheden van onzen tijd. Waar juist nu het verlangen naar samenwerking en het sluiten der gelederen bij talloos velen opkomt en de noodzaak gevoeld wordt elkander de hand te reiken, moet aller streven er in de eerste plaats op gericht zijn elkander te begrijpen en begrepen te worden. Men geve zich rekenschap hoe het den en keling te moede moet zijn, indien de omstandig heden nog drukkender en benauwder zouden worden en hij zich niet gedragen zoude voe len door de gemeenschapsgedachte. Ik weet het niet korter uit te drukken dan in de woorden van den tweeden oproep: „vrees voor afbraak moet worden omgezet in wil tot opbouw". Wat moet er opgebouwd worden? Waarop moet onze arbeid gericht zijn? In de eerste plaats op een geheel gewijzigde, nieuwe geestesgesteldheid ten opzichte van de nooden die allerwege zijn ontstaan, en op een krachtig streven om, als volk in zijn geheel, daarin te voorzien. Ten tweede op het bevorderen van een nieuwe geestesgesteldheid ten opzichte van de moreele en geestelijke moeilijkheden van dezen tijd en van den drang om ook daarin, in nationalen zin, de helpende hand te reiken Heel bijzonder hebben Mij daarom de mede- deelingen en berichten verblijd over de hier en daar aan den dag getreden pogingen van practische toepassing der gedachte van geeste lijke en moreele herbewapening in grooter ver band, met wegcijfering van hetgeen dreigt te scheiden en vooropstelling van een breede ge meenschapsgedachte. Nog geheel onder den indruk van de prach tige samenwerking en eensgezindheid, geheel uit u zelf voortgekomen, bij gelegenheid van de viering van Mijn veertigjarige regeering, doe Ik een beroep op uw aller medewerking om dev? eensgezindheid duurzaam te doen zijn en prac- tisch in toepassing te brengen bij de bestrijdins van den hooggestegen nood op geestelijk en stoffelijk gebied en de hinderpalen weg te ne men, die den opbouw tegenhouden, die noodza kelijk is om tot een betere toekomst te geraken. Als men de gedachte laat gaan over de groote vraagstukken, die voor duizenden een levens belang zijn, denken Wij in de eerste plaats aan het schrijnend leed van de werkloosheid. De bestrijding daarvan zou in hooge mate gebaa' zijn door de geboden nieuwe instelling des gees- tes tegenover de nooden van ons volk. Mogen de in een vergevorderden staat van voorbereiding verkeerende plannen der over heid, welke eene aanzienlijke uitbreiding der werkverschaffing beoogen, aangevuld door het geen particulieren bereid blijken te doen, een krachtig begin van toepassing der herbewape ning op groote schaal zijn. Voor Onzen geest rijst op het gebrek aan brandstoffen, kleeding en dekking, dat in een zoo groot aantal gezinnen is ontstaan, en dat, ondanks de mildheid van vele en onderschei dene groepen, nog steeds om leniging roept. Daaraan zal eerst ten volle kunnen worden voldaan als de geest van saamhoorigheid en helpen over ons geheele volk vaardig wordt. Ter verduidelijking herinner Ik u hier aan het vuur, dat allerwege aan den dag kwam bij het vervaardigen van wanten en bivakmutsen voor onze gemobiliseerden voor den eersten winter na het uitbreken van den oorlog. En een dergelijke algemeene belangstelling en voort varendheid deed zich verleden jaar voor, waa* het gold het maken van uitzetten voor jong ge borenen ter gelegenheid van de geboorte Mij ner Kleindochter. Al bestreken deze behoeften slechts een zeei bescheiden oppervlak op maatschappelijk ge bied, de eenheidsgedachte, die daarbij op den voorgrond trad, geeft een helder beeld van wat hier aan de orde is. Niet minder dan aan de materieele moeilijk heden denk Ik aan het schrijnend leed en de gedruktheid in het hart van hen, die van werk verstoken zijn, of op andere wijze slachtoffer van de crisis zijn. Hier ontsluit zich een wijd arbeidsveld voor naastenliefde in nationalen zm, om de gevolgen te bestrijden van crisisleed, zoowel voor hen, die midden in het leven staan, ais voor de jongeren, die geen kans krijgen om aan den slag te komen. De landen, die in den wereldoorlog gewik keld waren, hebben voorzien in de nooden van de oorlogsslachtoffers. Is er niet aanleiding naar middelen te zoeken om hetzelfde te doen voor de velen, die buiten hun schuld slacht offers zijn geworden van de huidige economi sche omstandigheden? Ik weet, dat de wil tot opbouw, uitgaande boven alle verdeeldheid, bij zeer velen aan wezig is. Ik zou dezen allen willen vragen voort te gaan en vooraan te staan bij het te verrich ten werk in groot verband en nationalen zin, teneinde metterdaad, en met hun bezieling en voortvarendheid, het bewijs te leveren, dat dit moet en kan! Sedert het uitbreken van den wereldoorlog is er veel op maatschappelijk en staatkundig ter rein ontwricht en zijn ons, door de omstandig heden, beperkingen van onze vrijheid opgelegd, waardoor ons geduld op menigerlei gebied op de proef is gesteld, want, al verandert onophoude lijk het beeld van den toestand en daarmede ook de aard van de offers, die van ons gevraagd worden, de onvrijheid is er niet minder om. Deze prikkelbaar makende en benauwende toestand is oorzaak, dat goede eigenschappen weieens in het gedrang komen terwij] minder goede soms hun vrijen loop nemen. Het is overeenkomstig de beginselen der herbewapening om dergelijke verschijnselen var. verwording niet met onverschilligheid voorbij te gaan, doch zich deze als gemeenschap en als volk aan te trekken, de handen uit de mouwen te steken, ten einde de vergroeiing uit te snijden. Alleen de overtuiging van een geheel volk van de noodzaak van den door Mij bedoelden opbouw, gevolgd door de eendrachtige poging daartoe, kan verval en ineenstorting voorkomen en een beweging in opgaande lijn doen ont staan. Ongetwijfeld zullen geen van u de hooge in nerlijke waarde en de diepe beteekenis ontgaan van zoodanige vrijwillige, en uit eigen overtui ging voortgekomen nationale daad van een vrij volk, dat in de grondslagen, waarop zijn staatsbestel rust, het hechte fundament vindt, waarop het zich kan verjongen en vernieuwen. Ik zoude in Mijn taak tekort schieten, waar Ik over de moreele en geestelijke herbewape ning spreek, die zoo nauw samen hangt met de geestesgesteldheid van den enkelen mensch, in dien Ik niet een enkel woord zeide over de persoonlijke zijde dezer geestelijke krachtsin spanning. In den eersten oproep lezen wij, dat Gods levende geest elk volk en elk mensch tot zijn hoogste bestemming roept. Deze geest beant woordt ook den angstkreet, die de mensch in zijn geestelijke ellende en verlatenheid slaakt naar Gods nabijheid. Deze begeerte naar persoonlijk contact met God is wel nooit zoo sterk en zoo verbreid ge weest als tegenwoordig, nu schier alles weg valt waarop de menschheid eertijds meende te kunnen staat maken, en onzekerheid en onvast heid ons overal tegemoet treden. Die persoonlijke verhouding, zonder welke geen innerlijke vrede mogelijk is en die ver uit gaat boven de hoogste scheidsmuren, onver schillig van welken aard deze mogen zijn, ken merkt zich bij uitstek door waarheidszin, op rechtheid en eerlijkheid. Ik zou dit met het volgende beeld willen ver duidelijken. Wij weten, dat er geen spleet zoo klein is, of het zonlicht en de lucht, die wij inademen, dringt er doorheen. Op gelijke wijze banen Gods liefde en Gods geest zich een weg door de kieren Van het be staan van elkeen. Van elkeen, zonder uitzonde ring, onverschillig in welk werelddeel hij woont, of wat zijn overtuiging is, of welke taal hij spreekt. Staat ons allen deze ontzaglijke doch tevens zoo verblijdende en moedgevende waarheid hel der voor oogen? Beseffen wij, dat zij het krach tigste cement is tusschen menschen onderling en volken onderling? Op deze waarheid berust nu de gedachte der herbewapening en het „draagt elkanders lasten". Omdat velen Mij gevraagd hebben naar Mijn persoonlijk geloof en per soonlijke ervaring en Mij herinnerd werd aan de woorden „Christ avant tout", die Ik een% neerschreef, voeg Ik ten besluite het navolgende nog hier aan toe. De ervaring, die aan die woorden ten grondslag ligt, is Mijn leidster geweest om tot bovenstaand inzicht te komen. Ik hoop aan die woorden „Christus vóór alles" tot aan Mijn laatsten ademtocht trouw te blijven. Daartoe geve Hij Mij de kracht. RADIOREDE VAN H. M. DE KONIN GIN. Regeeringswijziging in Engeland voor a.s. Dinsdag? De besprekingen van Von Ribbentrop te Warschau. Het bergingswerk der slachtoffers van de aardbeving in Chili. Barcelona officieel bij het Franco-gebied ingelijfd. VERWACHTING geldig van hedenavond H tot morgenavond ongeveer 19 nur: I VOOR HET GEHEELE LAND: nevelig tot betrokken of zwaar bewolkt, plaatselijk nog eenige regen of natte sneeuw, zwakke tot matige Noordooste- lijke tot Noordelijke wind, weinig veran- dering in temperatuur. Zon op v.m. 7.50 onder n.m. 4.35 uur. E Licht op n.m. 5.05. Maan op v.m. 10.03 onder Eerste Kwartier 28 Januari. illllllllllllllllllllllllllilillllllllllllllliliiillilllllilliiiililllllllliililllilifH Den voor de vierde Cupronde overgespeelden wedstrijd tusschen Wallsall en Notts County heeft Wallsall met 4—0 gewonnen. Stand op Vrijdag 1 uur n.m. 753.6 Vorige stand 753.1

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 1