en D.E.
in de pijp!
DOUWE EGBERTS
Prins Paul van Joego-Slavië
bezoekt Berlijn
Belgrado in een
moeilijke positie
BIJ DEN DOOD VAN
EEN VRIJDENKER
De hengel
in de hand
Onder zwaren druk
van de as
DADEN.
BERLIJN VERWACHT
PRIfISPAUL
OCEAAN"
BEGRAFENIS GENERAAL
SNIJDERS
Buitenlandsch Overzicht
Kerkelijk Leven
WOENSDAG 31 MEI 1939
Ncderlandsche Stoomvaart Mij.
rr
AMSTERDAM
NEDERLANDSCH-INDIE
Poolsch antwoord over
incident te Kalthof
„Indien de Senaat oprecht
verlangt
Onderwijsvraag
stukken van dezen tijd
Geen nieuws van de
„Baby Clipper"
Eervolle loopbaan van
„luitenant" Colijn
Voor 40 jaren eerste bestuurder
van Tapatoean
NA DE TIMOR-RAMP
Deelneming van H. M. de
Koningin
D.E. tabak geeft „Wolken van genot"
FRIESCHE HEEREN-BAAI en BAAI-TABAK
sijn ideale pijnver drijvers
MIJNHARDT
door de typische hartvorm
gemakkelijk in te nemen.
Regeering kocht weer
lammeren
1700 dieren te Texel uit de
markt genomen
Na een voorspoedige retourvlucht uit Ned. Indïè zijn de heide sportvliegers Rous
middenen Hcymans Dinsdagavond behouden op Schiphol geland, waar zij
door familieleden hartelijk verwelkomd werden
Pater P. van Hoof t
Aan boord van de „Johan de Witt"
overleden
Bidweg voor den vrede
Grootsche manifestatie
te Maastricht
65 JAAR PRIESTER
Em. Pastoor N. Crefcoeur te
Vught jubileert
Het meest beslissende moment in
'smenschen leven is dat van den
dood. Onmiddellijk na het schei
den van de ziel van het lichaam voltrekt
zich Gods bijzonder oordeel. Dan wordt
het goede, wat de mensch tijdens zijn
leven heeft verricht, tegen het kwade
afgewogen en de rekening der gerech
tigheid door de alwetende goddelijke
rechtvaardigheid opgemaakt en afge
sloten, onverbiddelijk en onverander
lijk in alle eeuwigheid. Voor berouw,
boetvaardigheid en herstel is dan de
tijd voorbij. De barmhartigheid en ge-
nadenrijke lankmoedigheid Gods hebben
uitgepleit en de Goddelijke Rechter
velt het vonnis, waarop geen beroep
meer mogelijk is. Schrikwekkende ge
dachten voor hen, die in vijandschap
met God leven en Zijn goedertieren
heid en liefde miskennen, maar heilzame
gedachten voor hen, die, ook al hebben
zij uit zwakheid vele misslagen begaan,
eerlijk en met telkens hernieuwden wil
gestreefd hebben het goede te doen en
het kwade te laten. Zooals gij geleefd
hebt, zoo ook zult gij sterven. De
waarheid van dit waarschuwend woord
schijnt bewaarheid bij het afsterven van
Jan Hoving, den voorzitter van de vrij-
denkersvereeniging „De Dageraad", die
op 62-jarigen leeftijd te Halfweg over
leed. „Schijnt", want geen mensch kan
weten, wat Gods genade in onbegrijpe
lijke goedheid en barmhartigheid nog
uitwerkt in den stervenden mensch tot
op het allerlaatste oogenblik.
De heer Hoving was mandenmaker
en rietvlechter van zijn stiel, maar
hij heeft in ons Christelijk land
een treurige vermaardheid verworven
als een der meest actieve en fanatieke
voormannen van de in het dogma der
Godloochening gevangen vrijdenkerij.
De invloeden van Domela Nieuwenhuis,
het historisch materialisme en Multa-
tuli, die ook den geest van den jongen
Wibaut eenmaal vergiftigd heeft, hebben
van dezen eenvoudigen, zeker sociaal
voelenden, ongeletterden arbeider een
gevaarlijken half-intellectueel gemaakt,
die heel zijn leven besteedde aan den
strijd tegen God, wiens bestaan hij ont
kende. In tal van geschriften en rede
voeringen, maar vooral in het blad „De
Vrijdenker", dat door hem werd opge-
richt en geredigeerd, is hij tegen God
en godsdienst ten velde getrokken met
een heftigheid, welke Goddank niet
enkel instemming vond, maar ook ge-
zegend verzet wekte. Hij was de beramer
en leider van de beruchte Dageraads-
invasie in Limburg, een veldtocht, welke
dank zij de prachtige houding van de
Katholieke Limburgers mislukte, in een
éclatant, beschamend échec. Het vorig
jaar nog vertegenwoordigde de heer Ho
ving op het Godloozen-congres te Lon
den, waartegen ondanks de aanwezig
heid van Sovjet-agenten de Britsche
minister van Binnenlandsche Zaken
geen maatregelen durfde nemen, de
Nederlandsche vrijdenkers.
Voorwaar, een droeve staat van
dienst. De heillooze actie van den
heer Hoving en zijn vrijdenkers
beweging was en is een schandevlek in
het leven van ons land, en allen, die in
God gelooven, moeten eendrachtig de
handen ineenslaan om te bewerken dat
zij wetmatig wordt uitgewischt. De Ka
tholieke actie „Voor God" heeft dien
goeden strijd aangebonden in een wei-
georganiseerd tegenoffensief, dat zich
niet slechte concentreert op de godloos
heid, maar ook op haar natuurnoodza
kelijke uitvloeisels als het tegennatuur
lijke neo-Malthusianisme en plat-mate-
rialistische bolsjewisme. Laten wij bij de
groeve van hem, die in waanwijsheid de
goddelijke Almacht en Wijsheid zocht te
ontkennen, ons voornemen hernieuwen
om het Christelijk erfdeel onzer vaderen
te verdedigen tegen alle aanvallen van
welken kant die ook mogen komen. Maar
laten wij tevens niet vergeten een gebed
om ontferming te storten voor hem, die
de troostelooze, geestelijke duisternis der
godloochening een dageraad noemde,
opdat ook voor hem de dageraad van het
eeuwige licht door Gods eindelooze goed
heid moge opengaan.
BERLIJN, 31 Mei. De Duitsche hoofdstad
is in afwachting van het bezoek van prins-regent
Paul van Joego-Slavië, die Donderdagmiddag
half vier in Berlijn wordt verwacht. Aan dit
officieele bezoek wordt in Duitsche kringen
groote waarde gehecht.
Prins Paul is Dinsdagavond om 9.30 uur uit
Belgrado vertrokken, vergezeld van zijn gema
lin, prinses Olga, en den Joego-Slavischen mi
nister van Buitenlandsche Zaken, dr. Markowitsj.
De hooge «bezoekers worden hedenavond om
8 uur aan de Duitsche grens verwacht, waar zij
door tal van hooge autoriteiten worden verwel
komd. Met een specialen trein reizen zij door
naar Berlijn. Zij zullen hun intrek nemen in het
kasteel Bellevue. Vrijdag wordt een parade ge
houden, des avonds wordt in de staatsopera „Die
Meistersinger von Niirnberg" opgevoerd. Zater
dag biedt de minister van Buitenlandsche Za
ken von Ribbentrop te Potsdam een lunch aan,
des middags worden de prins en de prinses door
minister Goebbels ontvangen, het diner wordt
weer aangeboden door von Ribbentrop.
Zondag is het prinselijk echtpaar de gast van
generaal-veldmaarschalk Garing, Van Maandag
tot Donderdag blijven de prinsen als particuliere
gasten van Göring te Eberswalde. Des avonds
keeren zij naar Belgrado terug. Vele Joego-Sla-
Geregelde Vracht- en Passagicrsdienst naar en van
Agenten
MEYER CO'S SCHEEPVAART MIJ., N.V.
AMSTERDAM ROTTERDAM
vische journalisten vegrezellen prins Paul op
zijn bezoek aan Berlijn.
De „Diplomatisch-politische Korrespondenz"
ziet in het bezoek van prins Paul „een bewijs,
dat de Joego-Slavische politiek in den chaos,
veroorzaakt door de Engelsche vredesfrontver-
warring, haar zelfstandigheid heeft behouden.
Joego-Slavië wil zich alleen door zijn eigen be
langen laten leiden De verhouding tusschen
Duitschland en Joego-Slavië staat al langen tijd
in het teeken van vertrouwen en oprechte
vriendschap. Duitschland beschouwt de nieuwe
nabuurschap als een gelegenheid om de goede
betrekkingen, juist op ecoilbmisch gebied, nog
meer te versterken."
DAnzig, 30 Mei. (D.N.B.iDe diplomatieke
vertegenwoordiger van Polen te Danzig, minis
ter Chodacki, heeft het antwoord van de Pool-
sche regeering op de nota van den Senaat in
zake het incident te Kalthof overhandigd.
De Poolsche regeering stelt de Danzigsche
autoriteiten voor de gebeurtenissen te Kalthof
verantwoordelijk. O.a. wordt £et slechts natuur
lijk geacht, dat de Poolsche bambten, die zich
naar Kalthof begaven, zich van wapens had
den voorzien. De Poolsche •"igeering is van oor
deel dat de Poolsche bambten niet van nalatig
heid beschuldigd kunnen worden en zij kan niet
toelaten dat de Senaat eischen stelt ten aan
zien van een ontslag dezer beambten.
In de nota, die de Poolsche commissaris den
Senaat van Danzig heeft overhandigd, wordt ge
zegd:
1 „Indien de Senaat oprecht verlangt een
einde te maken aan den gespannen toestand
in de vrije stad, is de commissaris bereid tot
het bespreken van de maatregelen, die een
gezonde sfeer kunnen herstelllen en kun
nen leiden tot normale omstandigheden,
waarin de ambtenaren hun plichten kunnen
vervullen en tot verbetering der betrekkin
gen tusschen de Poolsche ambtenaren en die
van de vrije stad."
Nadat de eerite dag van den R.K. va-
cantiecursus „Onderwijsvraagstukken van
dezen tijd" gewijd was geweest aan de
grondslagen en aan den weg naar een her
vorming van het lager onderwijs, opende
drs. D. G. G. vaa Ringelestein, gemeentelijk
inspecteur van het onderwijs te 's Graven-
hage, den tweeden cursusdag met een in
leiding over „Voorbeelden van onderwijs
vernieuwing":
Spr. uitte zijn waardeering voor hetgeen door
de sprekers van den eersten dag naar voren
was gebracht, doch achtte de wijze, waarop de
heer L. Welling in de rijksinspectie Groningen
zijn stem adviseerend en bemiddelend over
brengt op alle scholen, niet van gevaren ont
bloot, omdat zij een stap in de richting van
een zekere staatspaedagogiek'beteekent.
Een der eerste voorwaarden om tot onderwijs
vernieuwing te komen is een reductie van de
getalsterkte der klassen, doch ook zonder dat
kunnen reeds nu eenvoudige vernieuwingen
worden doorgevoerd. Als voorbeeld van een
nieuwe methode noemde spr. een verhandeling
over de koe, zooals deze bij het onderwijs ge
bruik wordt in den kop van Noordholland en
welke als voorbeeld kan dienen voor andere
verhandelingen.
Spr. verklaarde er zich een voorstander van
om de kinderen reeds van de derde klas af op
stelletjes te laten maken en kon zich niet
voorstellen, dat dit tengevolge van aanvanke
lijke slordigheid van ongunstigen invloed zou
zi.'n op de stijlvorming, zooals van verschil
lende zijden wordt beweerd. Bij een in Den
Haag genomen proef bleken meer dan de helft
van de kinderen in de derde klas bij het maken
van een eerste opstelletje de voorkeur te ge
ven aan hun eigen gedachten en de verhaaltjes,
die door den inspecteur werden verteld, vol
komen te negeeren. De verhaalvorm werd echter
overgenomen door ongeveer 75 pCt. der kin
deren.
Op gelijke wijze kan men de kinderen laten
ontwikkelen, wat in henzelf gestructueera
wordt in het vrije teekenonderwijs. De arbeids
vreugde, die de leerlingen ontwikkelen, wanneer
zij zelf iets mogen voortbrengen, is enorm. Spr.
haalde een voorbeeld aan van het toepassen
van de moderne richting in het teekenonderwijs
bij het handwerkonderwij.s.
Een door zusters geleide meisjesschool slaagde
er in het programma van de achtste klas der
lagere school te verrijken, met warenkennis,
keken en huishouden, onder het motto „5 uur
natuurkundeles", waarbij gebruik werd ge
maakt van de mogelijkheid om „sommige vak
ken om te buigen in practische richting." Zelfs
is er een lagere school, die zonder in conflict
te komen met de rijksinspectie, opleidt tot het
diploma costumière. De scholen zijn gevestigd
in plaatsen, met een betrekkelijk arme bevol-"
king, waar overigens geen vakonderwijs kan
worden gegeven.
Ook op het gebied van de lichamelijke op
voeding zal men zoover moeten gaan als in
overeenstemming met de geestelijke overheid
mogelijk is. In Den Haag wordt door vele ka
tholieke jongens- en meisjesscholen deelgeno
men aan het gemeentelijk zwemonderricht en
aan het spel in de open lucht.
Spr. wilde waarschuwen tegen het overdreven
gebruik maken van testen om de schooljeugd
op daar vorming te onderzoeken. Cijfers too-
nen aan, dat deze onderzoeken tot zeer uiteen-
loopende resultaten leiden. De uiterste voor
zichtigheid is daarom geboden. Ten aanzien van
wil en doorzettingsvermogen, die zich niet laten
meten, kunnen testen geen enkel resultaat op
leveren. Spr. wees op de ongewenschtheid om
aan de hand van testen de leerlingen te selec-
teeren, en om de begaafden in aparte scholen
te verzamelen. Spr. besloot met de opmerking:
Laten we alles onderzoeken en het goede be
houden.
De middagzitting was gewijd aan de nieuwe
school in België, waarover prof. dr. J. Vlerick.
hoogleeraar aan de R.K. universiteit te Leuven
een inleiding hield.
(Vervolg Pag. 1)
Bij de teraardebestelling van generaal Snij
ders te Den Haag bevonden zich onder de zeer
talrijke aanwezigen op de begraafplaats o.m.
de particuliere secretaris van H. M. de Konin
gin, C. S. Sixma baron van Heemstra, de gep.
generaal-majoor A. G. Sickinghe, eerste ka
merheer van de Koningin, F. M. L. baron vap
Geen, kamerheer i. b. d., oud-particulier secre
taris van de Koningin, kanselier der Neder
landsche ridderorden: de ministers J. A. N. Pa-
tijn, minister van Buitenlandsche Zaken, dr.
J. J. C. van Dijk, minister van Defensie, mr. C.
M. J. F. Goseling, minister van Justitie; Ch.
J. I. M. Wel ter, minister van Koloniën; mr. dr.
ir. J. A. M. van Buuren, minister van Wa
terstaat en prof. dr. J. R. Slotemaker de
Bruine, minister van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen.
Voorts de voorzitters van de Eerste en Twee
de Kamer der Staten-Generaal, mr. W. L. ba
ron de Vos van steenwijk en mr. J. van Schaik;
de voorzitter van de Algemeene Rekenkamer,'
de heer R. Zuyderhoff; staatsraad vice-admi-
raal J. J. Rambonnet; vice-admiraal A. Vos,
oudste actief vlagofficier; vice-admiraal J. T.
Fürstner, chef van den marinestaf; luitenant-
generaal J. J. G. baron van Voorst tot Voorst,
commandant van het veldleger, gouverneur van
de Residentie; vele hooge leger-autoriteiten;
mr. J. F. van Royen, algemeen secretaris en
waarn. directeur-generaal van de P. T. T., een
deputatie van de zeemacht; E. H. Juckema
van Burmania baron Rengers van Warmenhui-
zen, dienstdoend grootmeester van H. K. H.
Prinses Juliana en kapitein J. K. H. de Roo
van Alderwerelt, adjudant van Z. K. H. Prins
Bernhard; de oud-ministers jhr. mr. D. J. de
Geer en mr. L. N. Deckers, alsmede de oud
minister J. M. J. H. Lambooy, burgemeester
van Hilversum; de heer H. Ch. E. van Ede van
der Pais, directeur van den luchtvaartdienst,
als vertegenwoordiger van de luchtvaart; de
Belgische militaire attaché kolonel P. J. Die-
penrykx; de -Fransche militaire attaché, com
mandant graaf J. de Mascureau en de adjunct
attaché kapitein R. Trutat; een deputatie van
den Kon. Bond van Ridders M. W. O., bene
den den rang van officier; de hoofdaalmoeze
nier kolonel mgr. J. J. J. Noordman en de oud
hoofdaalmoezenier, kolonel mgr. Evers.
CLARKSBURG (West-Virginia) 31 Mei
(Reuter) De ouders van den 27-jarigen
Oceaan-vlieger Tom Smith zijn den geheelen
nacht opgebleven, in de hoop, over de radio of
door de telefoon het bericht te ontvangen, dat
hun zoon in veiligheid was.
Zij hebben geenszins de hoop opgegeven en
Smith's moeder heeft het telegram, dat zij di
rect nadat haar zoon was opgestegen, heeft op
gesteld, nog gereed liggen. Het luidt: „Geluk -
gewenscht Tommy. Kom alsjeblieft om
mijnentwille per boot terug."
KOETARADJA, 31 Mei. (Aneta) 3 Juli her
denkt de onderaf deeling Tapatoean van de af-
öeeling Westkust van Atjeh (Meulaboh) het feit,
dat 40 jaar geleden hier het bestuur werd ge
vestigd.
De eerste, die het civiele en militaire bestuur
daar aanvaardde, was luitenant H. Colijn, thans
minister van Staat, nyAter van Algemeene Za
ken. w
Het journal van luitenant Colijn begint dien
dag als volgt: „Vergezeld van het detachement
voor de bezetting van Tapatoean bestemd, kwam
verslaggever aldaar hedenmorgen ter reede aan.
Datoeq Radja Achmat en Datoeq Besar wer
den aan boord van de „Albatros" door mij ont
vangen, ter bespreking van enkele zaken met de
oprichting van den post verband houdende."
BUITENZORG, 31 Mei (Aneta) Ingevolge
opdracht van H. M. de Koningin is aan den
resident van Timor en onderhoorigheden ver
zocht Harer Majesteits deelneming te willen
overbrengen aan de door den watersnood ge
teisterde bevolking van Timor.
Bij het visschen rookt men natuurlijk een pijp tabak.
Want een pijp stemt zoo rustig en is zoo gemoedelijk.
In dezen bewogen tijd, al een reden op zichzelf om
pijprooker te worden. Denkt er daarbij aan:
Gutoj2$
Begin October 1934. Er heerscht een optimis
tische stemming aan den Quai d'Orsay, want
de politiek van den grijzen minister van Buiten
landsche Zaken in het kabinet-Doumergue
Barthou schijnt met succes bekroond te worden.
Hij had al zijn krachten ingespannen om tot
een betere verstandhouding met Italië te komen.
Om dit te bereiken, was echter in de eerste
plaats noodig dat aan de vijandschap tusschen
Italië en Joego-Slavië, dat als lid der Kleine
Entente tevens Frankrijks bondgenoot was, een
einde kwam, Belgrado was bereid op Barthou's
voorstellen in te gaan. Den 9en October kwam
koning Alexander van Joego-Slavië zelf naar
Frankrijk om met de Fransche regeeringsauto-
riteiten besprekingen hierover te voeren. Men
weet, wat er gebeurde, toen de vorst te Mar
seille voet aan land zette; een Kroatische ter
rorist vermoordde Alexander en Barthou. Aan
vankelijk scheen de mogelijkheid van een ver
gelijk ernstig geschokt, doch Barthou's opvol
ger Laval wist de goede betrekkingen met Joego-
Slavië te handhaven en een overeenkomst mee
Italië kwiam tot stand. Waartoe diende destijds
Frankrijks groote diplomatieke activiteit? Zij
had geen ander doel dan Duitschland in te
toornen.
1 Juni 1939. Prins-Regent Paul van Joego-
Slavië, die het regentschap waarneemt voor
Alexander's zoon, Peter II, die nog minderjarig
is, en Ajn gemalin prinses Olga brengen op uit-
noodiging van den Führer met den minister
van Buitenlandsche Zaken Cincar-Markowits'
een officieel bezoek aan Berlijn om met de po
litieke leiders van het Derde Rijk besprekingen
te voeren over kwesties, welke op de gemeen
schappelijke politiek van Duitschland en Joego-
Slavië betrekking hebben.
Er is in Europa veel veranderd in de jaren
Bij apoth. en drogisten, 12 st. 50 ct.
6 st. 30 ct.
Dinsdag is te Den Burg op Texel de derde
groote lammerenmarkt gehouden. Deze markt
kenmerkte zich door een grooten aanvoer; er
waren n.l, 5838 beesten, tegen het vorige jaar
5422. I)e prijzen liepen vanaf ƒ3.75 tot 7.75
voor de allerbeste. De handel was eerst erg
stug, hetgeen veroorzaakt werd door een te
grooten aanvoer en een schaarschte aan gras,
door de aanhoudende droogte. De gemiddelde
prijs was ƒ5.50.
Er dreigden een paar duizend lammeren on
verkocht te blijven, toen de regeering wederom
ingreep en wel door het koopen van 1700 lam
meren tegen den gewonen marktprijs.
Hierdoor liep de markt tegen het einde een
beetje op en eindigde beter dan zij begonnen
was.
tusschen 1934 en 1939. Het Frankrijk van 1934
dat Oost-Europa naar zijn hand zette, is naar
het Westen teruggedrongen. Het nationaal -
socialistische Duitschland heeft een eerst-rangs-
positie in het huidige Europa ingenomen en
heeft als machtige tegenspeler niet meer Frank
rijk, maar Engeland, ook in Oost- en Zuid-
Oost-Europa. Het is in dit licht dat men de be-
teekenis van Prins Paul's bezoek aan Berlijn
moet bezien.
Joego-Slavië verkeert in een moeilijke positie
Het voelt veel sympathie voor de Westersche
mogendheden, maar voelt ook den sterken druk
van de as. Na de overmeestering van Tsjecho-
Slowakije door Duitschland en Albanië door
Italië heeft de as den Balkan als operatieterrein
uitgekozen. En het is juist Joego-Slavië, dat
hier al heel ongelukkig ligt, want het land is
als het ware ingekneld tusschen een Duitsch-
Italiaansche tang, welke maar behoeft dicht
geknepen te worden, waardoor het hetzelfde
lot zou ondergaan als Tsjecho-Slowakije. Joego-
Slavië moet alléén worstelen; is het niet opval
lend, dat Engeland wel bereid was Polen, Roe
menië en Griekenland garanties te geven voor
het geval deze landen het slachtoffer zouden
worden van een agressie, maar Joego-Slavië aan
zijn lot overliet? Of wilde Belgrado geen garan
ties van Londen en Parijs om de as-mogend-
heden niet te veel te prikkelen? Feit is, dat den
laatsten tijd Joego-Slavië zich niet verzet tegen
de avances van Duitschland en Italië. Veertien
dagen geleden bracht Prins Paul ook een bezoek
aan Italië. Er kwam geen bijzonder accoord tot
stand, maar dat was ook niet de opzet. Voor-
loopig w"as het voldoende, dat de vriendschaps
betrekkingen met Italië, welke tot stand zijn
gekomen door de accoorden van Belgrado in
1937, bevestigd worden. Morgen zal Prins Paul
met grooten luister door den anderen sterksten
partner van de as ontvangen worden. Al dagen
lang hebben de Duitsche bladen in hoofdarti
kelen den lof op Prins-regent Paul en zijn mi
nister van Buitenlandsche Zaken Markowitsj
gezongen. Prins Paul en zijn gemalin zullen de
eerste gasten zijn, die in het gerestaureerde slot-
Bellevue in den Tiergarten te Berlijn hun intrek
zullen nemen. Kortom uit alles blijkt, dat Ber
lijn veel belang hecht aan dit bezoek. Het moet
immers in de eerste plaats bewijzen, dat Joego-
Slavië niet tot de mogendheden gerekend be
hoeft te worden, die aan de „omsingelingspoli-
tiek" van Engeland, Frankrijk en Rusland
deelnemen. Juist in neze dagen, nu een pact
tusschen Londen, Parijs en Moskou te wachten
is, kan Berlijn dit bezoek, dat acht dagen zal
duren, uitbuiten.
Men vraagt zich thans af, of Belgrado op den
duur wel tegen den druk van de as zal kunnen
standhouden. Berlijn weet heel goed, dat Joego-
Slavië zelf geen eenheid vormt. De actie der
Kroaten voor autonomie en de onderhandelin
gen met de Serven wijzen er reeds op, dat er
groote tegenstellingen bestaan onder belangrijke
bevolkingsgroepen van dit land. We hebben in
Tsjecho-Slowakije gezien hoe noodlottig dit voor
een land kan zijn.
Na het bezoek van Prins Paul aan Italië werd
te Belgrado verklaard, dat de buitenlandsche
betrekkingen van Joego-Slavië onveranderlijk
beheerscht werden door twee beginselen: het
verlangen afzijdig te blijven van ieder ideolo
gisch of strategisch statenblok, dat tegenover
een ander blok staat en de onvoorwaardelijke
eerbiediging van de verplichtingen, welke het
land aan andere Balkanstaten, in het bijzonder
Roemenië, binden. Wij gelooven graag, dat
Joego-Slavië niets liever zou w»illen, dan deze
politiek handhaven; maar of het dit onder
de huidige omstandigheden zal kunnen? Velen
vreezen nu reeds, dat Belgrado na de tot-stand-
koming van een Engelsch-Fransch-Russisch
pact min of meer gedwongen zal worden zich bij
de as aan te sluiten. In ieder geval zal Prins
Paul, die de erfenis van koning Alexander over
nam, heel wat stuurmanskunst moeten toonen,
om het Joego-Slavische schip zonder ongeluk
ken langs de^ klippen te sturen. En in heel wat
hoofdsteden volgt men met de grootste belang
stelling den koers, welken het schip volgt.
Het Katholiek Comité van Actie
„Voor God" schrijft ons
Er wacht ons, katholieken, een
groote en grootsche taak niets
minder dan de herkerstening van
ons gemeenschapsleven. En met
deze taak moeten wij beginnen, nu
al. Het moet niet blijven bij wee
klagen, bij praten, doch de handen
dienen te worden ineen geslagen
en daden gesteld.
Prof. J. B. Kors O.P.
BATAVIA, 31 Mei (Aneta) Aan boord van
de „Johan de Witt", welk schip zich op weg
bevond naar Nederland, is overleden pater P.
J. van Hoof O.M. Cap. uit Padang.
Pater van Hoof was reeds van 1908 af in Indië
werkzaam. Hij werd geboren 25 Januari 1878 te
Stratum en priester gewijd 19 December 1903.
Sinds 1 Februari van het vorig jaar was de
thans overledene belast met de zielzorg in de
parochiekerk der H. Theresia van het Kind
Jezus te Padang.
Dinsdagavond hebben duizenden katholieke
vrouwen en meisjes van Maastricht een bidweg
gehouden vanuit de Onze Lieve Vrouwe basi
liek.
Deze bedetocht was speciaal georganiseerd tot
intentie van het behoud van den vrede.
De bidweg geschiedde onder instemming van
den Bisschop van Roermond, die voor deze ge
legenheid speciaal was overgekomen naar de
stand van St. Servaas en van de Sterre der Zee.
Mgr. Lemmens, vergezeld van den deken van
Maastricht, ging biddend en zegenend vooraan
in den eindeloozen stoet van vrouwen uit alle
lagen der bevolking.
In de Onze Lieve Vrouw-basiliek celebreerde
de Bisschop daarna een plechtig Lof voor een
meer dan overvolle kerk.
I
Dinsdag vierde de Z. Eerw. heer Nioolaks N.
J. Crefcoeur, em.-pastoor van Goirle, sinds I
October 1918 dienstdoende rector van de Zusters
Franciscanessen te Vught, zijn 65-jarig pries
terfeest.
Te dier gelegenheid heeft de jubilaris in de
rijk versierde kapel van het Liefdehuis een
solemneele H. Mis opgedragen met assistentie
van pastoor A. Sanders der St. Petrus-parochie
en van rector J. Giessen. De zusters zongen de
liturgische gezangen en brachten na de H. Mis
een jubelcantate ten gehoore.
Tijdens de afwezigheid van den jubilaris had
men den voorhof der rectorale woning prachtig
versierd, terwijl alle buurtbewoners de vlaggen
uitstaken. Na de eerste begroeting zijner huis-
genooten, werd de pastoor door de buurt ge
huldigd bij monde van den heer v. d. Berg,
waarbij als huldeblijk een zeer groote bloemen
mand werd aangeboden. Talrijke gelukwenschen
per luchtpost, telegram, brief of kaart, csdeaux,
waaronder een prachtig geschilderd portret van
den jubilaris, kwamen mede binnen.
Van zijn misdienaars in het Liefdehuis was
er voor hem een fruitmand met linten in ker
kelijke kleuren.
Des avonds te half acht bracht de harmonie
„Kunst en Vriendschap" een serenade.