I Zoekt gij betrouwbaar i Personeel? 1 Moord te Brunssum in hooger beroep H Laatste Nieuws Plaats dan een „Omroeper" j voor 90.000 gezinnen j VOORJAARSUITVOERING R.K. ORATORIUMVER. BANKDIRECTIE VOOR DE RECHTBANK DONDERDAG 1 JUNI 1939 liiiiiiininiiHiiHiiiiiHiiNiiiHtiniiiiiiitiinflimHHiwHHHiiiiiiiiiniiHnfnnintiiimHinmHimnnRHmnHmt^ Wat de andere bladen schreven WAARSCHUWING Het Ziekenfondswezen Gegroeid tot een soliede instelling V. Mannelijke verdachte verklaarde in drift gehandeld te hebben HILLEGOM Bevestiging vonnis geëischt Voortgezet verhoor der slachtoffers Vereeniging van Huis- en Grond eigenaren „Het Eigendom" Hun effecten werden te gelde gemaakt Een wonderlijk contract I T egenstrijdigheden De eisch De rede van Molotof Landau winnaar met Euwe of Flohr Internationale zeskamp op één partij na geëindigd De begrafenis van generaal Snijders BILJARTEN Heinekens-beker BÏilllllllll!llllliyi!IIIIII!11!!lt!UUIIHIUIIUlll]lllllIllllll!lllllllllimHilI!!lllll!llllj|iltUliIllllllll1IIIUUUIIIIItlllUlt! NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT HiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiJiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiimiiiiiiiiiiitra STAD Over de voorjaarsuitvoering der R. K. Ora- toriumvereeniging te Haarlem, die cp 23 Mei in de groote zaal van Het Concertgebouw werd gegeven, schrijft de Telegraaf: Het pro gramma was belangrijk. Beethoven's Mis in C, waarmede de avond werd geopend, beleefde een zeer goede uitvoering door dit geroutineerde koor_ met medewerking van de Haarlemsche Orke'stvereeniging en de solisten Hélène Lu- dclph (sopraan), Ans Stroink (alt)t Henk Viskil (tenor), Lucien Louman (bas) en Albert de Klerk (orgel). Volgens de Nieuwe Rotterdamsche Courant was de belangrijkheid van dezen avond vooral gelegen in de eerste Nederland- sche uitvoering der koorwerken „Sennacherib's nederlaag-' en „Jozua". „Bij kennismaking ble ken beide ideale koormuziek te zijn, vol brio en verve, doch ook wel met momenten van bezin ning op diepere zielsgeheimen, van inkeer tot den geest achter den tekst." De recensent schrijft verder: Van Beinum's directie was in overeenstemming met het hier vereischte bondig en verbeten. Aldus wist hij aan het koor passages van grooten klankrijk dom te ontlokken, waar vocale benepenheid het effect zeker in gevaar gebracht zou hebben. Voor de uitvoering in haar geheel hebben wij veel lof niet het minst voor de slagvaardige prestaties van het koor, waarvan vooral de so pranen met haar uiterst soepele en egale tim- breering opvielen. Over de uitvoering van deze twee werken is ook het Aigemeen Handelsblad vol lof. Alle uitvoerenden werden er door geïnspireerd tot het geven van de beste reproduceerende krachten, in de eerste plaats de dirigent, die de vertolking tot een sublieme hoogte wist op te voeren, dan het koor, dat voortreffelijk en volkomen zeker met prachtigen klank zong. de alt Ans Stroink en de bariton Louman, die bei den gelgenheid kregen om uitstekenden zang te doen hoorenf en tenslotte het begeleidend or kest. De toehoorders waren opgetogen De muziekrecensent van Het Volk schreef in zijn enthousiast verslag om.: Wij zijn van de R. K. Oratoriumvereeniging steeds zeer goe de uitvoeringen gewend en deze avond kan zich weer met het volste recht bij de vorige aansluiten. Het koor zingt onder de kranige en temperamentvolle leiding van Eduard van Bei- num met volle overgave. Van Beinum stimuleert zijn menschen, zoo wel het koor als het medewerkende H.O.V.-or- kest, doch hij houdt tevens de teugels strak Vooral op rhythmisch gebied weet hij hier won deren te verrichten. De Missa in C. van Beethoven, de zooge naamde kleine mis, vulde het geheele eerste programmadeel. Het koor ontwikkelde hier een prachtigen klank en deze klank leeft en straalt en bloeit open. Hoor die magnifique rhythmische inzetten van het „Gloria" en het „Credo". Of dat „Quoniam tu solus Sanctus" in het Gloria en het magistrale slot van het „Credo". Het H.O.V.-orkest heeft zich best gehouden onder leiding van zijn oud-dirigent. Het geheel was bijzonder goed verzorgd. Het was levend en warm van klank, rhythme en sfeer. In H a a r 1 e ms Dagblad lezen wij over Beethoven's Missa in C: Men mag het bekend veronderstellen, dat ook dit werk geen kerkmu ziek is in den eigenlijken zin van het woord, de lengte nog buiten beschouwing gelaten. Maar het is. zoo goed als Fidelio, Beethoven ten voe ten uit. Wat hier geschiedt met één enkele har monische uitwijking, of zooals in het „Dona nobis" met 't aanwenden van een solotrekje voor hoorn, maakt bij de jongeren een geheel orkest- apparaat noodig, waaraan de uitwerking echter niet evenredig is: Het is juist deze eenvoud, die ons in deze uitvoering zoo zeer heeft overtuigd. En door dien eenvoud ongerept te bewaren, ook in het zingen van het koor, dat zich verre hield van elke nuanceering, kwam als vanzelf de wij zing. Onvergetelijk zal ons blijven, schrijft het blad verder, deze eerste uitvoering, die van Beinum in ons land gaf van „SennacheiriB" en van „Josua" voor koor en orkest, het laatste werk met altsolo. Hoe prachtig werkte in het eerste opus de afwisseling van mannenkoor en van vrouwenstemmen, en aan het slot: hoe machtig werkte daar de vereeniging van hen beide tot het uitbeelden van het Bijbelsch Tooneel, dat men evenals in het bewonderenswaardig „Josua" tevergeefs zal zoeken in de muziekliteratuur. Daar de uitvoering technisch zeer goed was verzorgd (ook aan de uitspraak was bijzondere zorg besteed) hebben de Or.-vereen. en de diri gent ons zeer aan zich verplicht. En tenslotte het oordeel van de Oprechte Haarlemsche Courant: Het tweede ge deelte van den avond, aan Moussorgski gewijd, deelde sterke indrukken mee, door de felle di rectheid der muziek, maar ook door de span ning en de dynamische stuwing, waarmee van Beinum haar wist te realiseeren. Over de twee kleine cantates van Moussorgski zegt de recensent: Deze koorwerken werden in een goede Nederlandsche vertaling gezongen, wat m.i. een zuiver standpunt is. En 't bleek, dat dit Nederlandsch het heel goed deed, waar om ook niet? De felle directheid van Mous- sorgski's muziektaal maakte deze cantates tot sterk beeldende fresco's van Bijbelsche onder werpen. Een enkel liedertafeleffect neemt men er op den koop toe bij, doch overigens laat men zich gemakkelijk meesleepen door dezen haast primitieven balladestijl, die soms aan de kracht van een onzer geschiedzangen „Merk toch hoe sterck" doet denken. Het zuiver Oostersche ca chet in het middendeel der Josua-cantate wijst erop hoe Moussorgski's realistische tendenz ook precies te situeeren wist. De uitvoering dezer effectvolle stukken was buitengewoon gaaf en boeiend; 't koor zong ze zeer markent en zuiver en van Beinum liet het orkest werken als een eersterangs-ensemble. De Commissaris van Politie te Haarlem geeft belanghebbenden in overweging om, alvorens in relatie te treden met Arnoldus Petrus van Rijn, geboren te Sassenheim 22 October 1893, bollen- kweeker, wonende te Haarlem, Westergracht 43 rood, met betrekking tot de levering van bloem bollen of de door dezen persoon aangeboden z.g. Calystegia-roos, inlichtingen in te winnen aan zijn bureau, afdeeling recherche, Smede- straat 9, alhier. A. P. van Rijn voornoemd doet ook zaken onder de namen: „Erste Haarlemmer Blumen- zwiebelzüchterei und Kandlung", „Culture et Commerce des Vignons a Fleurs de Harlem, maison renommée" en „First Haarlem Bulb- nursery and Bulb trade". Het dezer dagen gepubliceerde jaarverslag van een onzer grootste Haarlemsche zie kenfondsen wierp weer eens het volle licht op den grooten omvang, welken deze mooie vorm van sociale zorg in onze huidige samenleving heeft aangenomen. Er bleek uit, dat bij dit enkele ziekenfonds er zijn er vijf van dien aard in Haarlem, behalve de zoogenaamde middenstandsziekenfond sen niet minder dan 33.468 personen verzekerd waren. De uitgaven voor medi sche, tandheelkundige en pharmaceutische hulp bedroegen 220.774, terwijl bovendien aan brillen, breukbanden, buikbanden, elastische kousen, steunzolen en dergelijke nog 21.556 werd uitgegeven. Men kan wel niet zeggen, dat iedereen in Haarlem tegen ziekte verzekerd is. Daar voor moet Maatschappelijk Hulpbetoon nog te veel briefjes afgeven voor gratis genees kundige hulp. Doch de hierboven geciteerde cijfers spreken toch wel een duidelijke taal. In den regel bekommeren de menschen zich in den dagelijkschen gang van het leven maar liefst niet al te veel over de mogelijkheid van ziekte en sterfgeval in de familie, zoolang zich die narigheid niet voordoet, maar diep in ieders hart leeft toch dezelfde gedachte, welke ook reeds de laatste levensdagen van Keesje, het Diaconiehuismannetje, vergalde: „begraven te moeten worden van de armen". Dat wenscht niemand en ook bij ziekte hoopt men op een eervolle behandeling. Zoo is het begrijpelijk, dat de zieken- en begrafenisfondsen er onder de minder met goe deren gezegende menschen ingegaan zijn als koek en reeds lang bekend zijn. Wie het eerst daartoe het denkbeeld geopperd heeft, vond niet alleen algeheelen bijval, maar hij voldeed aan een innerlijk gevoelde behoefte bij de massa van het volk. En wel zelden zal een idee een gelukkiger bevrediging van alle betrokken partijen hebben gebracht dan dat, waarop de ziekenfondsen gebaseerd zijn. Reeds de eerste dokter, die aannam om tegen betaling van een kleine wekelijksche contri butie de bij hem verzekerden en hun huisge- nooten bij voorkomende ziekte te behandelen, moet al spoedig tot de ontdekking zijn geko men, dat hij daarmede zijn beurs geen schade toebracht, doch de latere ontwikkeling van het ziekenfondswezen is zelfs zoo geworden, dat de ziekenfondsen aan tal van geneesheeren een bestaanszekerheid geven en dat wellicht heel wat specialisten zonder de hulp van zieken fondsen niet zouden kunnen bestaan. Zoo zijn èn patiënten èn dokters bij deze verzekeringen gebaat en ook de apothekers zijn er zeker van voor hun diensten een behoorlijke belooning te krijgen. Nog is de organisatie van dat alles in wording en blijven, zooals bij alle groei processen, soms pijnlijke moeilijkheden niet uit. Wij denken hierbij aan de conflicten tusschen verschillende ziekenfondsen in den lande en organisaties van geneeskundigen, zooals onlangs het conflict met de specia listen in Amsterdam. Zeker is het echter wel, dat over enkele tientallen jaren op het gebied der ziekenverzorging een vrijwel ideale toestand zal zijn ontstaan. Deze zal dan geboren zijn uit het vrije maatschap pelijke leven, zonder drang van boven af. Reeds is de overheid begonnen zich met het instituut te bemoeien. In Haarlem is zij zelfs verder dan in welke andere stad van ons land, nu zij niet alleen een toe slag geeft aan degenen, die werkloos zijn en uit dien hoofde hun ziekenfondspremie niet meer kunnen betalen, doch bovendien de verzekering tegen ziekenhuisverpleging op uitnemende wijze stimuleert. Een jaar of tien geleden heeft het gemeente bestuur van Haarlem de hulp der ziekenfond sen ingeroepen om alle leden daarvan tegen de kosten van opname in ziekenhuizen te ver zekeren. Voor acht cent per week, wat betreft de zoogenaamde zelfstandige leden (vrijgezel len en personen boven de zestien jaar) en 16 cent per week voor een gezin van man, vrouw en alle kinderen beneden zestien jaar, neemt de gemeente alle risico over van ziekenhuis verpleging. Dat is sociale zorg van de bovenste plank. Ziekenhuisverpleging immers komt meer en meer in het leven voor. Reeds lang ligt de tijd achter ons, dat over ziekenhuisverpleging minder goed werd gedacht dan tegenwoordig. Gold vroeger opneming in een ziekenhuis als een soort schande, wijl daar in het bewijs werd gezien, dat men thuis niet goed verpleegd werd of verpleegd kon worden, tegenwoordig is dat idee er geheel af en heeft men begrepen, dat een zieke feitelijk nergens zoo goed is als juist in een inrichting, waar men alles voor de verpleging bij de hand heeft, waar deskundig verplegend personeel is en waar alles wordt gedaan om het den zieken zoo aan genaam mogelijk te maken. Het is zelfs ge woonte geworden, zich ook in minder ernstige gevallen, zooals bij bevallingen, in een zieken huis te laten opnemen. Thuis is men dan van de soesah af, de moeder en het kind krijgen een verpleging, zooals niet beter gewenscht kan worden en de kosten zijn niet veel hooger. Doordat de medische wetenschap tegenwoordig ook veel meer dan vroeger tot het verrichten van operaties overgaat, is de ziekenhuisverple ging ook veel frequenter geworden dan vroeger. In het algemeen kan worden gezegd, dat bij ietwat ernstige ziektegevallen zieken huisverpleging de voorkeur verdient boven verpleging thuis. Het is daarom toe te juichen, dat door de overheid daaraan zoo veel aandacht wordt besteed en dat het iedereen mogelijk wordt gemaakt zich tegen een draaglijke premie bij ziekte een uit stekende verzorging te verzekeren. Voor de gemeente is deze ziekenhuisverzeke ring zooal geen winstmakerij, dan toch een vaste bron van inkomen, die medehelpt om de hooge kosten der ziekenverpleging te dragen. Ook be- teekent zij een vermindering van de uitgaven, welke het gemeentebestuur anders te doen heeft voor de on- en min-vermogenden, die in een ziekenhuis moeten worden opgenomen en waar voor zij geheel of gedeeltelijk den verpleegprijs moet betalen. Zoo bekeken hebben de vroeger nog al eens gesmade „doktersbussen" een ongedacht groote vlucht genomen en zijn een zegen voor onze samenleving geworden. De daaruit gegroeide ziekenfondsen werden machtige organisaties, waar geneesheeren en patiënten elkander von den en leerden waardeeren. Zij bestrijken bijna het geheele gebied der ziekenverpleging, zoodat er in het jaarverslag van het in den aanhef van dit artikel bedoelde ziekenfonds zelfs mel ding wordt gemaakt van een spaarregeling voor gebitten. Zij zijn een mooi voorbeeld hoe van onder op uit de maatschappij nuttige instellingen kun nen groeien, die steviger en solieder zijn dan andere, welke op commando van de overheid in het leven worden geroepen. V De begrafenis van wijlen generaal Snijders. Een overzicht van den rouwstoet in de Alexander straat te 's Gravenhage (Berichten, reeds geplaatst in een deel van onze vorige oplage) Bloembollenexport bedreigd? De vereeni ging tot behoud van het bloembollenvak in Ne derland deelt ons mede, dat met het oog op de dit- jaar te verleenen importvergunning voor bloembollen in Denemarken in dit land thans telling wordt gehouden van den te verwachten eigen oogst. Van de uitkomst dezer telling zal het afhangen welk bedrag aan importvergun ning voor Nederlandsche bloembollen in dit jaar zal worden afgegeven. Bouwt kerken dan kunnen we bidden en werken: Giro 135198 „Bisschopsfonds" H. Sondaal, pr. Secr.-Penn. Woensdag heeft 't gerechtshof te 's-Hertogen- bosch in hooger beroep behandeld de strafzaak tegen den schilder W. van E. en tegen M. H. Dr., huisvrouw van den W„ beiden wonende te Brunssum en verdacht van het feit, dat jzij op 12 November van het vorige jaar te Brunssum te zamen en in vereeniging Maria Johannes Schuurmans, echtgenoote van Heinrich Augus tus Maassen, opzettelijk van het leven hebben beroofd. Dit is geschied door eerst de vrouw met bijlslagen te verwonden en haar daarna met een touw, waarin zich een schuifstrik bevond, te wurgen. Voorts hadden beiden zich te verantwoorden als verdacht van het feit, dat zij na den moord het lijk van de vrouw in een zak hebben gestopt, het daarna hebben gesleept naar den tuin van verdachte M. H. Dr., waar het, nadat een kuil was gegraven, is opgeborgen. De kuil werd met appel- en aardappelschillen dichtgegooid en vervolgens met rijshout afgedekt. De afdeeling Haarlem van den Ned. Bond van Huis- en Grondeigenaren en Bouwondernemers „Het Eigendom" hield één dezer dagen haar jaarvergadering in café ,,'t Bolwerk". In de va cature van voorzitter, ontstaan door het over lijden van den heer J. G. Hoffmann, werd voor- Zien door benoeming van den heer K. de Jong. Dit het jaarverslag van den secretaris, mr. L. G. van Dam, bleek, dat het ledental voortdurend toeneemt. Aan het voortgezet getuigenverhoor bij de behandeling van de bankdêbacle bij W. en M. te Amsterdam, waarover wij gisteravond berichtten, ontleenen wij nog het volgende: Het tweede geval, dat door de rechtbank be handeld werd, betrof eveneens een aankoop van effecten, zonder dat een enkel stuk geleverd werd. Getuige, een Amsterdamsche fabrikant, had opdracht gegeven in Augustus 1938 voor ruim f 2000 Radio Corporation aan te koopen. Get. kan niet zeggen, of de stukken inderdaad door de verdachten zijn gekocht. Hij kreeg be richt, dat hij met zijn geld kon deelnemen aan een combinatie. Er zou een syndicaat worden gevormd. Verd. M.: Toen meneer zijn stukken opvroeg, hebben wij hem een bewijs van deelneming in de combinatie gezonden en daar was hij mee tevreden. De directeur van Gemeentewerken in een der Geldersche steden, het derde slachtoffer, had bij de bank stukken Unilever, United States Steel. Kansas City, samen voor vele tienduizenden dollars, gedeponeerd. Er zou een levensverzeke ringsmaatschappij worden opgericht, maar daar is nooit wat van gekomen. Naar de meening van desk. Stil was hier deels sprake van een effectendepot en anderdeels van een leendepot. Verd. W. deed een lang verhaal over de wijze, waarop het leendepot van getuige was ontstaan. Toen hij getuige had uitgelegd, wat een leen depot eigenlijk was, had getuige gezegd: „Daar voel ik veel voor, want m'n zoons moeten stu- deeren en ik kan dus wel wat geregelde extra inkomsten gebruiken". De rest van de stukken was in naam op een effecten-deposito-rekening geplaatst. De opzeg termijnen waren op drie maanden gesteld. Pres.: En u hebt die effecten verkocht?? Verd. W.: Ja, na overleg met mijn medever dachte hebben wij ze verkocht. Pres.: En u wist, dat de stukken in deposito en leendepot waren gegeven. Verd.: Ja. Pres.: En u verkocht ze op een oogenblik, dat de zaak „onder Jan" was. Verd. (kalm)Er was geld noodig. Pres.: Ja, er moesten beursschulden worden gedelgd. Er moest f 155.000 worden betaald. Accountant Stil: In de practijk is het zoo, dat de verdachten voor f 48.000 stukken van getuige in bezit kregen. Zij hebben die stukken onmid dellijk te gelde gemaakt om hun schulden te betalen. Verdediger mr. Keune (tot getuige)U kreeg een exorbitant hooge rente uitgekeerd door de bank, n.l. 8 pet., en bovendien kreeg u nog 2 pet. voor de leendepot-effecten extra. Daaruit blijkt dus, dat u zelf wel in de meening moest verkeeren, dat u de stukken in leendepot had gegeven, anders is die hooge rente niet te ver- kiaren. Getuige: Neen, ik dacht, dat het heel nor maal was. Pres.: En meneer wist niet, dat hij zijn geld in het water gooide en dat niemand er plezier van zou hebben, noch M., noch W., noch de eigenaar zelf. De volgende getuige, een chemicus, had stuk ken, o.a. een aantal Philips-certificaten, in open bewaargeving gegeven. De verdachten hadden er echter een leendepot van gemaakt, wat nooit ge- tuige's bedoeling is geweest. Verd. W gaf toe, dat ook deze stukken onmid dellijk zijn verkocht. Een rentenier uit Overveen, de volgende ge tuige, had een aantal effecten, Koninkl. Olie, Delimaatschappij e.a., in bewaring gegeven bij de bank. Ieder kwartaal kwam 'n afrekening van de rente. In Febr. 1937 vroeg hij de stukken op. Onder allerlei voorspiegelingen werd door de verdachten uitstel gevraagd. Getuige had steeds met het volste vertrouwen zaken met de ver dachten gedaan. In Maart 1938 kreeg hij de mededeeling, dat het beter was alles te verkoo- pen met het oog op de daling der koersen. Verdediger: Was er niet een contract, dat er tot een waarde van 2000.— met uw stukken mocht worden gespeculeerd? De 'winst was voor u .en het verlies voor de bank, nietwaar? Een v/onderlijk contract Getuige: Ik heb er aanvankelijk een paar dui zend gulden op verdiend, maar later liep her mis Officier: Dat contract was natuurlijk een lokvischjemaar zoo gauw de verdachten de stukken in handen kregen, hebben zij ze verkocht. Op dat oogenblik pleegden ze de verduistering. Die stukken waren in onderpand gegeven. Een Hagenaar had stukken in onderpand ge geven om Philips aandeelen, Bethlehem Steel e.a. effecten te koopen. Get. hoorde op een zekeren dag, dat de zaak van W. M. mis was. In een financieel week blad was tegen verdachten gewaarschuwd. Ge tuige had onmiddellijk bevel gegeven alle stuk ken te verkoopen. De verdachten hadden echter 'niets uitbetaald. Getuige had toen het faillisse ment aangevraagd. De verdachten betaalden toen ijlings 1000.waarop de faillissements aanvrage werd ingehouden. Enkele dagen ia- ter had de Justitie een inval in de bank gedaan. Getuige vertelde nog, dat de verdachten hem gezegd hadden, dat de Nationale Lloyd zich garant gesteld had voor een jaar tegen verlies op de effecten. Getuige had echter niet geweten, dat deze instelling dezelfde directie had als de bank. oe meer men gelijk wil hebben, hoe minder men het krijgt. Een en ander hebben zij gedaan teneinde den dood der vrouw verborgen te houden. 6 Februari j.l. heeft deze zaak voor de recht bank te Maastricht gediend. 18 Februari d.a.v. uitspraak doende heeft de rechtbank de vrouw M. H. Dr. voor de ten laste legging van moord en doodslag vrijgesproken, doch haar tot zes maanden gevangenisstraf ver oordeeld wegens het verbergen van het lijk. De schilder W. van E. werd veroordeeld tot 20 jaren gevangenisstraf wegens moord en we gens het verbergen van het lijk. Zoowel de beide verdachten als de officier van justitie hadden tegen dit vonnis hooger beroep aangeteekend en Woensdag vond de appèl-be handeling plaats voor het Bossche hof. Toen de president, Jhr. mr. E. van Meeuwen, den verdachte Van E. vroeg waarom hij hooger beroep tegen het vonnis had aangeteekend, gaf hij als reden op dat hij de straf te zwaar vond. Verd. gaf toe, dat hij de vrouw met bijl slagen van het leven had beroofd. „Ik heb echter in drift gehandeld en heb nooit de bedoeling gehad de vrouw met voorbedach ten rade te vermoorden. Ik heb mij kwaad gemaakt, een bijl genomen en er maar op los geslagen." Aan de vrouwelijke verdachte, M. H. D„ vroeg de president of zij het lijk van de vermoorde vrouw in een zak heeft vervoerd en in een kuil heeft gelegd. Hierop antwoordde de vrouw, dat zij wel een zak verborgen heeft gehouden, zij heeft echter niet geweten, dat er in dien zak een vrouwenlijk zat. Zij heeft altijd gedacht dat het smokkelwaar was. De president wees hierna op diverse tegen strijdigheden. De president zeide tegen den man: „Aan de politie heeft u bekend, dat u drie dagen een bijl bij u had met de bedoeling de vrouw te vermoorden. Thans beweert u, dat u niet de bedoeling hebt gehad haar te vermoor den. U komt dus op uw bekentenis terug." Zich vervolgens tot de vrouwelijke verdachte rich tend, zei de president: „Uw verklaringen klop pen niet met de werkelijkheid. U moet geweten hebben, dat u een vrouwenlijk hebt verborgen gehouden, want volgens de politie was het on mogelijk den zak dicht te binden." Na een uitvoerig getuigenverhoor hield de advocaat-generaal, mr. Massink, requisitoir. Kort en zakelijk toonde hij aan, dat verd. W. van E. zich aan moord heeft schuldig gemaakt. Wat het aandeel van de vrouwelijke verdachte D. is geweest, staat niet geheel vast. Wel staat vast, dat de vrouw het lijk verborgen heeft ge houden en met Van E. naar den kuil heeft ge sleept. Zij ontkent zulks wel, doch twee getuigen die reeds vroeger zijn gehoord, hebben haar tezamen met Van E den zak naar den kuil zien sleepen. Uit alles blijkt ook dat zij geweten moet hebben, dat er in den zak 'n vrouwenlijk verborgen was. Resumeerende zeide de advocaat-generaal, dat Van E. zou moeten worden veroordeeld wegens moord en wegens het verbergen van een lijk. De rechtbank te Maastricht heeft hem deswege veroordeeld tot twintig jaar ge vangenisstraf. De advocaat-generaal meende dat hem deze straf ten volle toekomt en hij eischte opnieuw tegen hem twintig jaar ge vangenisstraf. Wegens gebrek aan bewijs is vrouw D. van medeplichtigheid aan moord vrijgesproken. Ook de advocaat-generaal moet zich bij dit vonnis neerleggen. Echter is de vrouw we gens het verbergen van een lijk veroordeeld tot zes maanden gevangenisstraf. Deze straf komt haar ten volle toe en de advocaat- generaal eischte tegen haar opnieuw zes maanden gevangenisstraf. De verdediging van de twee verdachten werd gevoerd door mr. van Oppen, die ten aanzien van verd. Van E. betoogde, dat deze zich niet heeft schuldig gemaakt aan moord, doch aan doodslag, omdat hij niet met voorbedachten rade, doch uit drift heeft gehandeld. Daar an- Gedeeltelijk gecorrigeerd) MOSKOU, 31 Mei (Havas) Molotof heeft in zijn rede duidelijk de voorwaarden gesteld, die de Sovjet-Unie voor haar samenwerking met de westelijke mogendheden eischt. Het zijn: le. Af sluiting van een daadwerkelijk pact tusschen Rusland, Frankrijk en Engeland; 2e Een nauw keurige waarborg voor alle nabuurstaten van Rusland zonder uitzondering; 3e Afsluiting van een accoord tusschen de drie mogendheden ter vaststelling van de modaliteiten der hulp, die zij elkander moeten verleenen tegen een eventueele agressie. De volkscommissaris legde den nadruk op de gedachte, dat de agressie gestuit moet worden, overal, waar zij zich kan voordoen, en verklaar de: „Italië en Duitschland hebben zoojuist een accoord van agressieven aard gesloten, dat alle mogelijkheden van agressie onder oogen ziet. Dat accoord dekt zich zelfs niet meer met de z.g.n. noodzakelijkheid van strijd tegen de ko mintern, en noemt zelfs het antikomintempact niet: het is gericht tegen,-de democratische mogendheden." Voorts oefende Molotof critiek uit op de z.g-n, „verzoeningspolitiek", die de Russische leiders steeds hebben beschouwd als een politiek van voortdurende concessies aan de agressoren. Zijn conclusie luidde: de Sovjet-Unie is bereid om tot overeenstemming te komen met Enge land en Frankrijk, wanneer deze landen bewij zen dat zij ernstig besloten zijn om weerstand te bieden aan de agressoren. De uitslagen van de partijen, gespeeld in de vijfde, tevens laatste ronde van den internatio nalen zeskamp luiden CortleverLandau Vi*- FonteinSzabo 01 FlohrEuwe afgebroken De partij tusschen cortlever en Fontein werd door laatstgenoemde opgegeven. De eindstand luidt 1. Landau 3Va punt. 2. Euwe 3 punten plus 1 afgebroken partij. 3. Cortlever 3 punten. 4. Flohr 2V4 punt plus 1 afgebroken partij. 5. Szabo 2 punten. 6. Fontein 0 punten. De partij tusschen Flohr en Euwe is afgebro ken: een stand, waarin Flohr een pion meer heeft. Waarschijnlijk wordt de partij remise, derzijds Van E., die niet ongunstig bekend staat, zeer veel spijt heeft van hetgeen hij heeft misdreven, en die gekweld door een hevige wroeging heeft uitgeroepen: „ik zou er mijn leven voor over hebben, indien ik Mia Schuur mans weer levend kon maken", is het niet noo dig hem voor doodslag tot de maximumstraf te veroordeelen. Het hof zal over veertien dagen in deze zaak arrest wijzen. Betreffende de uitvaart van generaal C. J. Snijders, waarvan wij in ons avondblad van Woensdag uitvoerig melding maakten, kunnen we nog het volgende melden: Nadat de baar in de aula was opgesteld, hield de minister-president dr. H. Colijn zijn rede. Nadat dr. Colijn was uitgesproken, legde de oud-minister van Marine, gep. vice-admiraal Naudin ten Cate, met een kort woord van eer biedige hulde aan de nagedachtenis van generaal Snijders een grooten krans met rood-wit-blauw lint namens de Koninklijke Nederlandsche Ma rine bij de baar neer. Op het lint van dezen krans stond: Van de Koninklijke Nederlandsche Marine aan generaal Snijders, die van 19141918 den lande als opperbevelhebber heeft gediend. Van de zijde van de Koninklijke vereeniging van officieren, ridders der militaire Willems orde de overledene was ridder 4e klasse dezer orde had een eenvoudig ceremonieel plaats, waarmede mevrouw de wed. Snijders en de naastbestaanden zich vereenigd hadden. In de aula plaatsten zich twee leden der ver eeniging aan weerszijoen van de kist, die ge dekt was door de nationale vlag met de onder scheidingsteekenen op fluweelen kussens, met het front naar de naastbestaanden. Bij het uit dragen van de baar, waarbij de militaire kapel treurmuziek deed weerklinken, stelden zij zich op voor de kist, de onderscheidingen op de kus sens dragende en begaven zich op deze wijze naar het graf. Daar stelden zij zich aan het hoofdeinde op en legden de onderscheidings- teekenen naast de kist. Alvorens de kist daalde, legden zij een or chidee op de kist onder het uitspreken der woor den: „een laatste groet der oude makkers", ter wijl zij hun standplaats aan het hoofdeinde bleven innemen tot de plechtigheid beëindigd was. Daarna werd de kist in de met sparrengroen bekleede groeve plechtig neergelaten, terwijl stemmig het Wilhelmus weerklonk. De heer Snijders, zoon van den ontslapen ge neraal, dankte in welgekozen bewoordingen de vertegenwoordigers van H.M. de Koningin, als mede dr. Colijn en vice-admiraal Naudin ten Cate en voorts allen, die van hun belangstelling hadden blijk gegeven. In Rest. Bolwerk a/h. Kennemerplein werd Dinsdagavond een aanvang gemaakt met de cupmatch Kets (A'dam) en D.E.S. Wegens ziekte van den Kets-speler Niessen moest do 6de partij uitgesteld worden. De behaalde resultaten zijn- Kets—D.E.S. brt. h.s. gem. Hillenius 115 46 11 2.50 Vooges 125 46 10 2.71 den Ouden 84 56 9 1.67 N. N. 100 56 11 1.78 v. Oers Boeré Dammé Vaars Chargois Mulder 66 90 23 50 100 81 51 6 1.29 51 10 1.76 44 4 -.52 44 5 1.13 38 16 2.63 38 12 2.13 Vooiloopige stand 398—446 caramboles. Vrijdagavond worden dé resteerende 7 pas tijen gespeeld,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 4