I Zoekt gij betrouwbaar
i Personeel? 1
Moord te Brunssum
in hooger beroep
H
Laatste Nieuws
Plaats dan een „Omroeper" j
voor 90.000 gezinnen j
VOORJAARSUITVOERING
R.K. ORATORIUMVER.
BANKDIRECTIE VOOR DE
RECHTBANK
DONDERDAG 1 JUNI 1939
liiiiiiininiiHiiHiiiiiHiiNiiiHtiniiiiiiitiinflimHHiwHHHiiiiiiiiiniiHnfnnintiiimHinmHimnnRHmnHmt^
Wat de andere bladen schreven
WAARSCHUWING
Het Ziekenfondswezen
Gegroeid tot een soliede instelling
V.
Mannelijke verdachte verklaarde
in drift gehandeld te
hebben
HILLEGOM
Bevestiging vonnis
geëischt
Voortgezet verhoor der
slachtoffers
Vereeniging van Huis- en Grond
eigenaren „Het Eigendom"
Hun effecten werden te
gelde gemaakt
Een wonderlijk contract
I
T egenstrijdigheden
De eisch
De rede van Molotof
Landau winnaar met
Euwe of Flohr
Internationale zeskamp op één
partij na geëindigd
De begrafenis van
generaal Snijders
BILJARTEN
Heinekens-beker
BÏilllllllll!llllliyi!IIIIII!11!!lt!UUIIHIUIIUlll]lllllIllllll!lllllllllimHilI!!lllll!llllj|iltUliIllllllll1IIIUUUIIIIItlllUlt!
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
HiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiJiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiimiiiiiiiiiiitra
STAD
Over de voorjaarsuitvoering der R. K. Ora-
toriumvereeniging te Haarlem, die cp 23 Mei in
de groote zaal van Het Concertgebouw werd
gegeven, schrijft de Telegraaf: Het pro
gramma was belangrijk. Beethoven's Mis in C,
waarmede de avond werd geopend, beleefde een
zeer goede uitvoering door dit geroutineerde
koor_ met medewerking van de Haarlemsche
Orke'stvereeniging en de solisten Hélène Lu-
dclph (sopraan), Ans Stroink (alt)t Henk Viskil
(tenor), Lucien Louman (bas) en Albert de
Klerk (orgel).
Volgens de Nieuwe Rotterdamsche
Courant was de belangrijkheid van dezen
avond vooral gelegen in de eerste Nederland-
sche uitvoering der koorwerken „Sennacherib's
nederlaag-' en „Jozua". „Bij kennismaking ble
ken beide ideale koormuziek te zijn, vol brio en
verve, doch ook wel met momenten van bezin
ning op diepere zielsgeheimen, van inkeer tot
den geest achter den tekst."
De recensent schrijft verder: Van Beinum's
directie was in overeenstemming met het hier
vereischte bondig en verbeten. Aldus wist hij
aan het koor passages van grooten klankrijk
dom te ontlokken, waar vocale benepenheid het
effect zeker in gevaar gebracht zou hebben.
Voor de uitvoering in haar geheel hebben wij
veel lof niet het minst voor de slagvaardige
prestaties van het koor, waarvan vooral de so
pranen met haar uiterst soepele en egale tim-
breering opvielen.
Over de uitvoering van deze twee werken is
ook het Aigemeen Handelsblad vol lof.
Alle uitvoerenden werden er door geïnspireerd
tot het geven van de beste reproduceerende
krachten, in de eerste plaats de dirigent, die
de vertolking tot een sublieme hoogte wist op
te voeren, dan het koor, dat voortreffelijk en
volkomen zeker met prachtigen klank zong. de
alt Ans Stroink en de bariton Louman, die bei
den gelgenheid kregen om uitstekenden zang te
doen hoorenf en tenslotte het begeleidend or
kest. De toehoorders waren opgetogen
De muziekrecensent van Het Volk schreef
in zijn enthousiast verslag om.: Wij zijn van
de R. K. Oratoriumvereeniging steeds zeer goe
de uitvoeringen gewend en deze avond kan
zich weer met het volste recht bij de vorige
aansluiten. Het koor zingt onder de kranige en
temperamentvolle leiding van Eduard van Bei-
num met volle overgave.
Van Beinum stimuleert zijn menschen, zoo
wel het koor als het medewerkende H.O.V.-or-
kest, doch hij houdt tevens de teugels strak
Vooral op rhythmisch gebied weet hij hier won
deren te verrichten.
De Missa in C. van Beethoven, de zooge
naamde kleine mis, vulde het geheele eerste
programmadeel. Het koor ontwikkelde hier een
prachtigen klank en deze klank leeft en straalt
en bloeit open. Hoor die magnifique rhythmische
inzetten van het „Gloria" en het „Credo". Of
dat „Quoniam tu solus Sanctus" in het Gloria
en het magistrale slot van het „Credo".
Het H.O.V.-orkest heeft zich best gehouden
onder leiding van zijn oud-dirigent. Het geheel
was bijzonder goed verzorgd. Het was levend en
warm van klank, rhythme en sfeer.
In H a a r 1 e ms Dagblad lezen wij over
Beethoven's Missa in C: Men mag het bekend
veronderstellen, dat ook dit werk geen kerkmu
ziek is in den eigenlijken zin van het woord, de
lengte nog buiten beschouwing gelaten. Maar
het is. zoo goed als Fidelio, Beethoven ten voe
ten uit. Wat hier geschiedt met één enkele har
monische uitwijking, of zooals in het „Dona
nobis" met 't aanwenden van een solotrekje voor
hoorn, maakt bij de jongeren een geheel orkest-
apparaat noodig, waaraan de uitwerking echter
niet evenredig is: Het is juist deze eenvoud, die
ons in deze uitvoering zoo zeer heeft overtuigd.
En door dien eenvoud ongerept te bewaren, ook
in het zingen van het koor, dat zich verre hield
van elke nuanceering, kwam als vanzelf de wij
zing.
Onvergetelijk zal ons blijven, schrijft het blad
verder, deze eerste uitvoering, die van Beinum
in ons land gaf van „SennacheiriB" en van
„Josua" voor koor en orkest, het laatste werk
met altsolo. Hoe prachtig werkte in het eerste
opus de afwisseling van mannenkoor en van
vrouwenstemmen, en aan het slot: hoe machtig
werkte daar de vereeniging van hen beide tot
het uitbeelden van het Bijbelsch Tooneel, dat
men evenals in het bewonderenswaardig „Josua"
tevergeefs zal zoeken in de muziekliteratuur.
Daar de uitvoering technisch zeer goed was
verzorgd (ook aan de uitspraak was bijzondere
zorg besteed) hebben de Or.-vereen. en de diri
gent ons zeer aan zich verplicht.
En tenslotte het oordeel van de Oprechte
Haarlemsche Courant: Het tweede ge
deelte van den avond, aan Moussorgski gewijd,
deelde sterke indrukken mee, door de felle di
rectheid der muziek, maar ook door de span
ning en de dynamische stuwing, waarmee van
Beinum haar wist te realiseeren.
Over de twee kleine cantates van Moussorgski
zegt de recensent: Deze koorwerken werden in
een goede Nederlandsche vertaling gezongen,
wat m.i. een zuiver standpunt is. En 't bleek,
dat dit Nederlandsch het heel goed deed, waar
om ook niet? De felle directheid van Mous-
sorgski's muziektaal maakte deze cantates tot
sterk beeldende fresco's van Bijbelsche onder
werpen. Een enkel liedertafeleffect neemt men
er op den koop toe bij, doch overigens laat men
zich gemakkelijk meesleepen door dezen haast
primitieven balladestijl, die soms aan de kracht
van een onzer geschiedzangen „Merk toch hoe
sterck" doet denken. Het zuiver Oostersche ca
chet in het middendeel der Josua-cantate wijst
erop hoe Moussorgski's realistische tendenz ook
precies te situeeren wist.
De uitvoering dezer effectvolle stukken was
buitengewoon gaaf en boeiend; 't koor zong ze
zeer markent en zuiver en van Beinum liet het
orkest werken als een eersterangs-ensemble.
De Commissaris van Politie te Haarlem geeft
belanghebbenden in overweging om, alvorens in
relatie te treden met Arnoldus Petrus van Rijn,
geboren te Sassenheim 22 October 1893, bollen-
kweeker, wonende te Haarlem, Westergracht 43
rood, met betrekking tot de levering van bloem
bollen of de door dezen persoon aangeboden
z.g. Calystegia-roos, inlichtingen in te winnen
aan zijn bureau, afdeeling recherche, Smede-
straat 9, alhier.
A. P. van Rijn voornoemd doet ook zaken
onder de namen: „Erste Haarlemmer Blumen-
zwiebelzüchterei und Kandlung", „Culture et
Commerce des Vignons a Fleurs de Harlem,
maison renommée" en „First Haarlem Bulb-
nursery and Bulb trade".
Het dezer dagen gepubliceerde jaarverslag
van een onzer grootste Haarlemsche zie
kenfondsen wierp weer eens het volle licht
op den grooten omvang, welken deze mooie
vorm van sociale zorg in onze huidige
samenleving heeft aangenomen. Er bleek
uit, dat bij dit enkele ziekenfonds er zijn
er vijf van dien aard in Haarlem, behalve
de zoogenaamde middenstandsziekenfond
sen niet minder dan 33.468 personen
verzekerd waren. De uitgaven voor medi
sche, tandheelkundige en pharmaceutische
hulp bedroegen 220.774, terwijl bovendien
aan brillen, breukbanden, buikbanden,
elastische kousen, steunzolen en dergelijke
nog 21.556 werd uitgegeven.
Men kan wel niet zeggen, dat iedereen
in Haarlem tegen ziekte verzekerd is. Daar
voor moet Maatschappelijk Hulpbetoon nog
te veel briefjes afgeven voor gratis genees
kundige hulp. Doch de hierboven geciteerde
cijfers spreken toch wel een duidelijke taal.
In den regel bekommeren de menschen zich
in den dagelijkschen gang van het leven maar
liefst niet al te veel over de mogelijkheid van
ziekte en sterfgeval in de familie, zoolang zich
die narigheid niet voordoet, maar diep in ieders
hart leeft toch dezelfde gedachte, welke ook
reeds de laatste levensdagen van Keesje, het
Diaconiehuismannetje, vergalde: „begraven te
moeten worden van de armen". Dat wenscht
niemand en ook bij ziekte hoopt men op een
eervolle behandeling.
Zoo is het begrijpelijk, dat de zieken- en
begrafenisfondsen er onder de minder met goe
deren gezegende menschen ingegaan zijn als
koek en reeds lang bekend zijn.
Wie het eerst daartoe het denkbeeld geopperd
heeft, vond niet alleen algeheelen bijval, maar
hij voldeed aan een innerlijk gevoelde behoefte
bij de massa van het volk.
En wel zelden zal een idee een gelukkiger
bevrediging van alle betrokken partijen hebben
gebracht dan dat, waarop de ziekenfondsen
gebaseerd zijn.
Reeds de eerste dokter, die aannam om tegen
betaling van een kleine wekelijksche contri
butie de bij hem verzekerden en hun huisge-
nooten bij voorkomende ziekte te behandelen,
moet al spoedig tot de ontdekking zijn geko
men, dat hij daarmede zijn beurs geen schade
toebracht, doch de latere ontwikkeling van het
ziekenfondswezen is zelfs zoo geworden, dat de
ziekenfondsen aan tal van geneesheeren een
bestaanszekerheid geven en dat wellicht heel
wat specialisten zonder de hulp van zieken
fondsen niet zouden kunnen bestaan. Zoo zijn
èn patiënten èn dokters bij deze verzekeringen
gebaat en ook de apothekers zijn er zeker van
voor hun diensten een behoorlijke belooning
te krijgen.
Nog is de organisatie van dat alles in
wording en blijven, zooals bij alle groei
processen, soms pijnlijke moeilijkheden niet
uit. Wij denken hierbij aan de conflicten
tusschen verschillende ziekenfondsen in den
lande en organisaties van geneeskundigen,
zooals onlangs het conflict met de specia
listen in Amsterdam. Zeker is het echter
wel, dat over enkele tientallen jaren op het
gebied der ziekenverzorging een vrijwel
ideale toestand zal zijn ontstaan. Deze zal
dan geboren zijn uit het vrije maatschap
pelijke leven, zonder drang van boven af.
Reeds is de overheid begonnen zich met
het instituut te bemoeien. In Haarlem is
zij zelfs verder dan in welke andere stad
van ons land, nu zij niet alleen een toe
slag geeft aan degenen, die werkloos zijn
en uit dien hoofde hun ziekenfondspremie
niet meer kunnen betalen, doch bovendien
de verzekering tegen ziekenhuisverpleging
op uitnemende wijze stimuleert.
Een jaar of tien geleden heeft het gemeente
bestuur van Haarlem de hulp der ziekenfond
sen ingeroepen om alle leden daarvan tegen
de kosten van opname in ziekenhuizen te ver
zekeren. Voor acht cent per week, wat betreft
de zoogenaamde zelfstandige leden (vrijgezel
len en personen boven de zestien jaar) en 16
cent per week voor een gezin van man, vrouw
en alle kinderen beneden zestien jaar, neemt
de gemeente alle risico over van ziekenhuis
verpleging. Dat is sociale zorg van de bovenste
plank.
Ziekenhuisverpleging immers komt meer en
meer in het leven voor.
Reeds lang ligt de tijd achter ons, dat over
ziekenhuisverpleging minder goed werd gedacht
dan tegenwoordig. Gold vroeger opneming in
een ziekenhuis als een soort schande, wijl daar
in het bewijs werd gezien, dat men thuis niet
goed verpleegd werd of verpleegd kon worden,
tegenwoordig is dat idee er geheel af en heeft
men begrepen, dat een zieke feitelijk nergens
zoo goed is als juist in een inrichting, waar
men alles voor de verpleging bij de hand heeft,
waar deskundig verplegend personeel is en waar
alles wordt gedaan om het den zieken zoo aan
genaam mogelijk te maken. Het is zelfs ge
woonte geworden, zich ook in minder ernstige
gevallen, zooals bij bevallingen, in een zieken
huis te laten opnemen. Thuis is men dan van
de soesah af, de moeder en het kind krijgen
een verpleging, zooals niet beter gewenscht kan
worden en de kosten zijn niet veel hooger.
Doordat de medische wetenschap tegenwoordig
ook veel meer dan vroeger tot het verrichten
van operaties overgaat, is de ziekenhuisverple
ging ook veel frequenter geworden dan vroeger.
In het algemeen kan worden gezegd, dat
bij ietwat ernstige ziektegevallen zieken
huisverpleging de voorkeur verdient boven
verpleging thuis. Het is daarom toe te
juichen, dat door de overheid daaraan zoo
veel aandacht wordt besteed en dat het
iedereen mogelijk wordt gemaakt zich tegen
een draaglijke premie bij ziekte een uit
stekende verzorging te verzekeren.
Voor de gemeente is deze ziekenhuisverzeke
ring zooal geen winstmakerij, dan toch een vaste
bron van inkomen, die medehelpt om de hooge
kosten der ziekenverpleging te dragen. Ook be-
teekent zij een vermindering van de uitgaven,
welke het gemeentebestuur anders te doen heeft
voor de on- en min-vermogenden, die in een
ziekenhuis moeten worden opgenomen en waar
voor zij geheel of gedeeltelijk den verpleegprijs
moet betalen.
Zoo bekeken hebben de vroeger nog al eens
gesmade „doktersbussen" een ongedacht groote
vlucht genomen en zijn een zegen voor onze
samenleving geworden. De daaruit gegroeide
ziekenfondsen werden machtige organisaties,
waar geneesheeren en patiënten elkander von
den en leerden waardeeren. Zij bestrijken bijna
het geheele gebied der ziekenverpleging, zoodat
er in het jaarverslag van het in den aanhef
van dit artikel bedoelde ziekenfonds zelfs mel
ding wordt gemaakt van een spaarregeling voor
gebitten.
Zij zijn een mooi voorbeeld hoe van onder
op uit de maatschappij nuttige instellingen kun
nen groeien, die steviger en solieder zijn dan
andere, welke op commando van de overheid
in het leven worden geroepen.
V
De begrafenis van wijlen generaal Snijders. Een overzicht van den rouwstoet in
de Alexander straat te 's Gravenhage
(Berichten, reeds geplaatst in een deel
van onze vorige oplage)
Bloembollenexport bedreigd? De vereeni
ging tot behoud van het bloembollenvak in Ne
derland deelt ons mede, dat met het oog op de
dit- jaar te verleenen importvergunning voor
bloembollen in Denemarken in dit land thans
telling wordt gehouden van den te verwachten
eigen oogst. Van de uitkomst dezer telling zal
het afhangen welk bedrag aan importvergun
ning voor Nederlandsche bloembollen in dit
jaar zal worden afgegeven.
Bouwt kerken
dan kunnen we bidden en werken:
Giro 135198 „Bisschopsfonds" H. Sondaal, pr.
Secr.-Penn.
Woensdag heeft 't gerechtshof te 's-Hertogen-
bosch in hooger beroep behandeld de strafzaak
tegen den schilder W. van E. en tegen M. H.
Dr., huisvrouw van den W„ beiden wonende te
Brunssum en verdacht van het feit, dat jzij op
12 November van het vorige jaar te Brunssum
te zamen en in vereeniging Maria Johannes
Schuurmans, echtgenoote van Heinrich Augus
tus Maassen, opzettelijk van het leven hebben
beroofd. Dit is geschied door eerst de vrouw met
bijlslagen te verwonden en haar daarna met
een touw, waarin zich een schuifstrik bevond,
te wurgen.
Voorts hadden beiden zich te verantwoorden
als verdacht van het feit, dat zij na den moord
het lijk van de vrouw in een zak hebben gestopt,
het daarna hebben gesleept naar den tuin van
verdachte M. H. Dr., waar het, nadat een kuil
was gegraven, is opgeborgen. De kuil werd met
appel- en aardappelschillen dichtgegooid en
vervolgens met rijshout afgedekt.
De afdeeling Haarlem van den Ned. Bond van
Huis- en Grondeigenaren en Bouwondernemers
„Het Eigendom" hield één dezer dagen haar
jaarvergadering in café ,,'t Bolwerk". In de va
cature van voorzitter, ontstaan door het over
lijden van den heer J. G. Hoffmann, werd voor-
Zien door benoeming van den heer K. de Jong.
Dit het jaarverslag van den secretaris, mr. L.
G. van Dam, bleek, dat het ledental voortdurend
toeneemt.
Aan het voortgezet getuigenverhoor bij de
behandeling van de bankdêbacle bij W. en
M. te Amsterdam, waarover wij gisteravond
berichtten, ontleenen wij nog het volgende:
Het tweede geval, dat door de rechtbank be
handeld werd, betrof eveneens een aankoop van
effecten, zonder dat een enkel stuk geleverd
werd. Getuige, een Amsterdamsche fabrikant,
had opdracht gegeven in Augustus 1938 voor
ruim f 2000 Radio Corporation aan te koopen.
Get. kan niet zeggen, of de stukken inderdaad
door de verdachten zijn gekocht. Hij kreeg be
richt, dat hij met zijn geld kon deelnemen aan
een combinatie. Er zou een syndicaat worden
gevormd.
Verd. M.: Toen meneer zijn stukken opvroeg,
hebben wij hem een bewijs van deelneming in
de combinatie gezonden en daar was hij mee
tevreden.
De directeur van Gemeentewerken in een der
Geldersche steden, het derde slachtoffer, had bij
de bank stukken Unilever, United States Steel.
Kansas City, samen voor vele tienduizenden
dollars, gedeponeerd. Er zou een levensverzeke
ringsmaatschappij worden opgericht, maar daar
is nooit wat van gekomen.
Naar de meening van desk. Stil was hier deels
sprake van een effectendepot en anderdeels van
een leendepot.
Verd. W. deed een lang verhaal over de wijze,
waarop het leendepot van getuige was ontstaan.
Toen hij getuige had uitgelegd, wat een leen
depot eigenlijk was, had getuige gezegd: „Daar
voel ik veel voor, want m'n zoons moeten stu-
deeren en ik kan dus wel wat geregelde extra
inkomsten gebruiken".
De rest van de stukken was in naam op een
effecten-deposito-rekening geplaatst. De opzeg
termijnen waren op drie maanden gesteld.
Pres.: En u hebt die effecten verkocht??
Verd. W.: Ja, na overleg met mijn medever
dachte hebben wij ze verkocht.
Pres.: En u wist, dat de stukken in deposito
en leendepot waren gegeven.
Verd.: Ja.
Pres.: En u verkocht ze op een oogenblik, dat
de zaak „onder Jan" was.
Verd. (kalm)Er was geld noodig.
Pres.: Ja, er moesten beursschulden worden
gedelgd. Er moest f 155.000 worden betaald.
Accountant Stil: In de practijk is het zoo, dat
de verdachten voor f 48.000 stukken van getuige
in bezit kregen. Zij hebben die stukken onmid
dellijk te gelde gemaakt om hun schulden te
betalen.
Verdediger mr. Keune (tot getuige)U kreeg
een exorbitant hooge rente uitgekeerd door de
bank, n.l. 8 pet., en bovendien kreeg u nog 2
pet. voor de leendepot-effecten extra. Daaruit
blijkt dus, dat u zelf wel in de meening moest
verkeeren, dat u de stukken in leendepot had
gegeven, anders is die hooge rente niet te ver-
kiaren.
Getuige: Neen, ik dacht, dat het heel nor
maal was.
Pres.: En meneer wist niet, dat hij zijn geld
in het water gooide en dat niemand er plezier
van zou hebben, noch M., noch W., noch de
eigenaar zelf.
De volgende getuige, een chemicus, had stuk
ken, o.a. een aantal Philips-certificaten, in open
bewaargeving gegeven. De verdachten hadden er
echter een leendepot van gemaakt, wat nooit ge-
tuige's bedoeling is geweest.
Verd. W gaf toe, dat ook deze stukken onmid
dellijk zijn verkocht.
Een rentenier uit Overveen, de volgende ge
tuige, had een aantal effecten, Koninkl. Olie,
Delimaatschappij e.a., in bewaring gegeven bij de
bank. Ieder kwartaal kwam 'n afrekening van
de rente. In Febr. 1937 vroeg hij de stukken op.
Onder allerlei voorspiegelingen werd door de
verdachten uitstel gevraagd. Getuige had steeds
met het volste vertrouwen zaken met de ver
dachten gedaan. In Maart 1938 kreeg hij de
mededeeling, dat het beter was alles te verkoo-
pen met het oog op de daling der koersen.
Verdediger: Was er niet een contract, dat er
tot een waarde van 2000.— met uw stukken
mocht worden gespeculeerd? De 'winst was voor
u .en het verlies voor de bank, nietwaar? Een
v/onderlijk contract
Getuige: Ik heb er aanvankelijk een paar dui
zend gulden op verdiend, maar later liep her
mis
Officier: Dat contract was natuurlijk een
lokvischjemaar zoo gauw de verdachten
de stukken in handen kregen, hebben zij ze
verkocht. Op dat oogenblik pleegden ze de
verduistering. Die stukken waren in onderpand
gegeven.
Een Hagenaar had stukken in onderpand ge
geven om Philips aandeelen, Bethlehem Steel
e.a. effecten te koopen.
Get. hoorde op een zekeren dag, dat de zaak
van W. M. mis was. In een financieel week
blad was tegen verdachten gewaarschuwd. Ge
tuige had onmiddellijk bevel gegeven alle stuk
ken te verkoopen. De verdachten hadden echter
'niets uitbetaald. Getuige had toen het faillisse
ment aangevraagd. De verdachten betaalden
toen ijlings 1000.waarop de faillissements
aanvrage werd ingehouden. Enkele dagen ia-
ter had de Justitie een inval in de bank
gedaan.
Getuige vertelde nog, dat de verdachten hem
gezegd hadden, dat de Nationale Lloyd zich
garant gesteld had voor een jaar tegen verlies
op de effecten. Getuige had echter niet geweten,
dat deze instelling dezelfde directie had als de
bank.
oe meer men gelijk wil hebben,
hoe minder men het krijgt.
Een en ander hebben zij gedaan teneinde den
dood der vrouw verborgen te houden.
6 Februari j.l. heeft deze zaak voor de recht
bank te Maastricht gediend.
18 Februari d.a.v. uitspraak doende heeft de
rechtbank de vrouw M. H. Dr. voor de ten laste
legging van moord en doodslag vrijgesproken,
doch haar tot zes maanden gevangenisstraf ver
oordeeld wegens het verbergen van het lijk.
De schilder W. van E. werd veroordeeld tot
20 jaren gevangenisstraf wegens moord en we
gens het verbergen van het lijk.
Zoowel de beide verdachten als de officier van
justitie hadden tegen dit vonnis hooger beroep
aangeteekend en Woensdag vond de appèl-be
handeling plaats voor het Bossche hof.
Toen de president, Jhr. mr. E. van Meeuwen,
den verdachte Van E. vroeg waarom hij hooger
beroep tegen het vonnis had aangeteekend, gaf
hij als reden op dat hij de straf te zwaar vond.
Verd. gaf toe, dat hij de vrouw met bijl
slagen van het leven had beroofd. „Ik heb
echter in drift gehandeld en heb nooit de
bedoeling gehad de vrouw met voorbedach
ten rade te vermoorden. Ik heb mij kwaad
gemaakt, een bijl genomen en er maar op
los geslagen."
Aan de vrouwelijke verdachte, M. H. D„ vroeg
de president of zij het lijk van de vermoorde
vrouw in een zak heeft vervoerd en in een kuil
heeft gelegd. Hierop antwoordde de vrouw, dat
zij wel een zak verborgen heeft gehouden, zij
heeft echter niet geweten, dat er in dien zak
een vrouwenlijk zat. Zij heeft altijd gedacht dat
het smokkelwaar was.
De president wees hierna op diverse tegen
strijdigheden. De president zeide tegen den man:
„Aan de politie heeft u bekend, dat u drie
dagen een bijl bij u had met de bedoeling de
vrouw te vermoorden. Thans beweert u, dat u
niet de bedoeling hebt gehad haar te vermoor
den. U komt dus op uw bekentenis terug." Zich
vervolgens tot de vrouwelijke verdachte rich
tend, zei de president: „Uw verklaringen klop
pen niet met de werkelijkheid. U moet geweten
hebben, dat u een vrouwenlijk hebt verborgen
gehouden, want volgens de politie was het on
mogelijk den zak dicht te binden."
Na een uitvoerig getuigenverhoor hield de
advocaat-generaal, mr. Massink, requisitoir.
Kort en zakelijk toonde hij aan, dat verd. W.
van E. zich aan moord heeft schuldig gemaakt.
Wat het aandeel van de vrouwelijke verdachte
D. is geweest, staat niet geheel vast. Wel staat
vast, dat de vrouw het lijk verborgen heeft ge
houden en met Van E. naar den kuil heeft ge
sleept.
Zij ontkent zulks wel, doch twee getuigen die
reeds vroeger zijn gehoord, hebben haar tezamen
met Van E den zak naar den kuil zien sleepen.
Uit alles blijkt ook dat zij geweten moet hebben,
dat er in den zak 'n vrouwenlijk verborgen was.
Resumeerende zeide de advocaat-generaal,
dat Van E. zou moeten worden veroordeeld
wegens moord en wegens het verbergen van
een lijk. De rechtbank te Maastricht heeft
hem deswege veroordeeld tot twintig jaar ge
vangenisstraf. De advocaat-generaal meende
dat hem deze straf ten volle toekomt en hij
eischte opnieuw tegen hem twintig jaar ge
vangenisstraf.
Wegens gebrek aan bewijs is vrouw D. van
medeplichtigheid aan moord vrijgesproken.
Ook de advocaat-generaal moet zich bij dit
vonnis neerleggen. Echter is de vrouw we
gens het verbergen van een lijk veroordeeld
tot zes maanden gevangenisstraf. Deze straf
komt haar ten volle toe en de advocaat-
generaal eischte tegen haar opnieuw zes
maanden gevangenisstraf.
De verdediging van de twee verdachten werd
gevoerd door mr. van Oppen, die ten aanzien
van verd. Van E. betoogde, dat deze zich niet
heeft schuldig gemaakt aan moord, doch aan
doodslag, omdat hij niet met voorbedachten
rade, doch uit drift heeft gehandeld. Daar an-
Gedeeltelijk gecorrigeerd)
MOSKOU, 31 Mei (Havas) Molotof heeft in
zijn rede duidelijk de voorwaarden gesteld, die
de Sovjet-Unie voor haar samenwerking met de
westelijke mogendheden eischt. Het zijn: le. Af
sluiting van een daadwerkelijk pact tusschen
Rusland, Frankrijk en Engeland; 2e Een nauw
keurige waarborg voor alle nabuurstaten van
Rusland zonder uitzondering; 3e Afsluiting van
een accoord tusschen de drie mogendheden ter
vaststelling van de modaliteiten der hulp, die zij
elkander moeten verleenen tegen een eventueele
agressie.
De volkscommissaris legde den nadruk op de
gedachte, dat de agressie gestuit moet worden,
overal, waar zij zich kan voordoen, en verklaar
de: „Italië en Duitschland hebben zoojuist een
accoord van agressieven aard gesloten, dat alle
mogelijkheden van agressie onder oogen ziet.
Dat accoord dekt zich zelfs niet meer met de
z.g.n. noodzakelijkheid van strijd tegen de ko
mintern, en noemt zelfs het antikomintempact
niet: het is gericht tegen,-de democratische
mogendheden."
Voorts oefende Molotof critiek uit op de z.g-n,
„verzoeningspolitiek", die de Russische leiders
steeds hebben beschouwd als een politiek van
voortdurende concessies aan de agressoren.
Zijn conclusie luidde: de Sovjet-Unie is bereid
om tot overeenstemming te komen met Enge
land en Frankrijk, wanneer deze landen bewij
zen dat zij ernstig besloten zijn om weerstand te
bieden aan de agressoren.
De uitslagen van de partijen, gespeeld in de
vijfde, tevens laatste ronde van den internatio
nalen zeskamp luiden
CortleverLandau Vi*-
FonteinSzabo 01
FlohrEuwe afgebroken
De partij tusschen cortlever en Fontein werd
door laatstgenoemde opgegeven.
De eindstand luidt
1. Landau 3Va punt.
2. Euwe 3 punten plus 1 afgebroken partij.
3. Cortlever 3 punten.
4. Flohr 2V4 punt plus 1 afgebroken partij.
5. Szabo 2 punten.
6. Fontein 0 punten.
De partij tusschen Flohr en Euwe is afgebro
ken: een stand, waarin Flohr een pion meer
heeft. Waarschijnlijk wordt de partij remise,
derzijds Van E., die niet ongunstig bekend
staat, zeer veel spijt heeft van hetgeen hij heeft
misdreven, en die gekweld door een hevige
wroeging heeft uitgeroepen: „ik zou er mijn
leven voor over hebben, indien ik Mia Schuur
mans weer levend kon maken", is het niet noo
dig hem voor doodslag tot de maximumstraf
te veroordeelen.
Het hof zal over veertien dagen in deze zaak
arrest wijzen.
Betreffende de uitvaart van generaal C. J.
Snijders, waarvan wij in ons avondblad van
Woensdag uitvoerig melding maakten, kunnen
we nog het volgende melden:
Nadat de baar in de aula was opgesteld, hield
de minister-president dr. H. Colijn zijn rede.
Nadat dr. Colijn was uitgesproken, legde de
oud-minister van Marine, gep. vice-admiraal
Naudin ten Cate, met een kort woord van eer
biedige hulde aan de nagedachtenis van generaal
Snijders een grooten krans met rood-wit-blauw
lint namens de Koninklijke Nederlandsche Ma
rine bij de baar neer. Op het lint van dezen
krans stond: Van de Koninklijke Nederlandsche
Marine aan generaal Snijders, die van 19141918
den lande als opperbevelhebber heeft gediend.
Van de zijde van de Koninklijke vereeniging
van officieren, ridders der militaire Willems
orde de overledene was ridder 4e klasse dezer
orde had een eenvoudig ceremonieel plaats,
waarmede mevrouw de wed. Snijders en de
naastbestaanden zich vereenigd hadden.
In de aula plaatsten zich twee leden der ver
eeniging aan weerszijoen van de kist, die ge
dekt was door de nationale vlag met de onder
scheidingsteekenen op fluweelen kussens, met
het front naar de naastbestaanden. Bij het uit
dragen van de baar, waarbij de militaire kapel
treurmuziek deed weerklinken, stelden zij zich
op voor de kist, de onderscheidingen op de kus
sens dragende en begaven zich op deze wijze
naar het graf. Daar stelden zij zich aan het
hoofdeinde op en legden de onderscheidings-
teekenen naast de kist.
Alvorens de kist daalde, legden zij een or
chidee op de kist onder het uitspreken der woor
den: „een laatste groet der oude makkers", ter
wijl zij hun standplaats aan het hoofdeinde
bleven innemen tot de plechtigheid beëindigd
was.
Daarna werd de kist in de met sparrengroen
bekleede groeve plechtig neergelaten, terwijl
stemmig het Wilhelmus weerklonk.
De heer Snijders, zoon van den ontslapen ge
neraal, dankte in welgekozen bewoordingen de
vertegenwoordigers van H.M. de Koningin, als
mede dr. Colijn en vice-admiraal Naudin ten
Cate en voorts allen, die van hun belangstelling
hadden blijk gegeven.
In Rest. Bolwerk a/h. Kennemerplein werd
Dinsdagavond een aanvang gemaakt met de
cupmatch Kets (A'dam) en D.E.S. Wegens
ziekte van den Kets-speler Niessen moest do
6de partij uitgesteld worden.
De behaalde resultaten zijn-
Kets—D.E.S. brt. h.s. gem.
Hillenius 115 46 11 2.50
Vooges 125 46 10 2.71
den Ouden 84 56 9 1.67
N. N. 100 56 11 1.78
v. Oers
Boeré
Dammé
Vaars
Chargois
Mulder
66
90
23
50
100
81
51 6 1.29
51 10 1.76
44 4 -.52
44 5 1.13
38 16 2.63
38 12 2.13
Vooiloopige stand 398—446 caramboles.
Vrijdagavond worden dé resteerende 7 pas
tijen gespeeld,