Londen wil geen omsingeling van Berlijn Groeiende onrust in Tsjechië „België voert een politiek van onafhankelijkheid" Bureaux voor redactie en administratie: Koning George op het Witte Huis Het nieuws van' heden HALIFAX SPREEKT IN% HET HOOGERHUIS STAAT VAN BELEG TE KLADNO KLARE UITEENZETTING VAN PIERLOT DE BAROMETER Mits de onafhankelijkheid der naties erkend wordt, is Engeland bereid het vraagstuk der economische levensruimte onder de oogen te zien VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS NASSAULAAN 51 - TEL. 13866 - GIRO 22884 Abonnementsprijs (bij vooruitbetaling) voor Haarlem 25 cent per week; per kwartaal '3.25. Bij onze Agenten 27H ct. per week, per kwartaal f 3.58 DAGBLAD MET OCHTEND- EN AVOND-EDITIE, UITGEGEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD, HAARLEM VRIJDAG 9 JUNI 1939 - OCHTENDBLAD DRIE EN ZESTIGSTE JAARGANG No. 21827 Uitstekend verloop der onderhan delingen met Turkijede be zwaren der Sovjet-Unie De geestesgesteldheid van den Duitscher Londen, 8 Juni. Tijdens de debat- De onderhandelingen met Turkije Rusland en de Oostzee-staten Geen strijd met Berlijn beoogd De Tsjechische staatspolitie ont wapend; burgemeester en ge meenteraad afgezet Heeft Chvalkovsky met aftreden gedreigd? Het Weer iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!| ff VOOR HET GEHEELE LAND: De ontmoeting tusschen Roosevelt en den Koning was als van twee oude vrienden Washington één en al enthousiasme Zal men de Thetis nog kunnen lichten? BRAND EISCHT ZES MENSCHENLEVENS Wij zullen slechts de wapenen op nemen bij een aanval, die recht streeks onze levensbelangen bedreigt De betrekkingen met Nederland Echter geen militair verbond De Italiaansche duikbooten De rol van de marine bij den oorlog in Spanje (WSW'N NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentieprijzen: Per lossen regel 30 ctIngez. mededeelingen 50 cent; idem op pag één 65 cent per regel. Bij contract sterk verlaagde prijzen Voor de kleine annonces „Omroepers" zie de rubriek 15 ten over de Britsche buitenlandsche PoliÜiek in het Engelsche Hooger- ^uis, heeft Lord Halifax een uitvoe rige uiteenzettinggegeven van de Vele en menigvuldige vraagstukken, "Le het Foreign Office thans onder oogen heeft te zien en die de rich- ''hg van de Britsche politiek bepalen. *h verband niet de vele moeilijkheden in 'e' Verre Oosten zeide Halifax, dat de toe- 8tand aldaar aan de Britsche regeering ern- sti8e zorg baarde. Daar zich verscheidene in enten hadden voorgedaan, deed de regee- rMg haar best ervoor te zorgen, dat de belan- van Britsche onderdanen geëerbiedigd en dat de verdragsbepalingen, die door 'et optreden der Japanners in meer dan een j-Bticht in het geding waren gebracht, nage- °hien werden, voorzoover de regeering hier- V°or kon zorgen. •Wij zulen," aldus Halifax, „in samenwer- 'lik '8 met andere mogendheden, al het moge- ;e doen om deze politiek voort te zetten." ^tet betrekking tot Polen verklaarde Halifax hopen, dat binnenkort een permanent ac- 9rd zou worden gesloten. Wat Roemenië en Griekenland betreft, ^'Icle Halifax, dat de Britsche verzekeringen ®ar den vorm eenzijdig waren en op het ^8'enblik geen nadere omschrijving behoef- het Deze verzekeringen zouden, evenals in geval van Polen, in werking treden, in- bp--* er sprake mocht zijn van een duidelijke Preiiging van de onafhankelijkheid van g^menië of Griekenland van dien aard, dat onderscheidene regeeringen het een levens- a.nS zouden achten, zich met hun nationale Idkrachten hiertegen te verzetten. Ten aanzien van Turkije zeide Halifax, het eerste stadium der onderhande len, hetwelk op 12 Mei met succes werd Afgesloten, en het verdere overleg, waar- te de regeeringsverklaring van toen voor- AAg. thans actief vervolgd worden. Halifax hoopte binnen zeer korten tijd kunnen mededeelen, dat de onderhan delingen met succes zijn bekroond (toe juichingen). houding van vriendschappelijke samen ging, die de Turksche regeering bij deze herhandelingen steeds aan den dag had e8d, hadden de Britsche regeering en het ^heeie land aanleiding tot groote tevreden- gegeven. Halifax achtte dit een goed n voor de consolidatie van den vrede in v, Middellandsche Zeegebied en in Zuidoost- hropa. gp^aIifax besprak vervolgens de onderhandelin gen, met de Sovjet-Unie. Na erop gewezen te n' ciat de Russische volkscommissaris van etl'andsche Zaken in een openbaar com- tei] r °P de jongste Britsch-Fransche voor- te^ Rh toegegeven heeft, dat deze in hoofdzaak Oe teoet komen aan hetgeen zijn regeering voor geest zweeft, vervolgde Halifax: "®r zijn nog één of twee moeilijkheden op 'ossen, waarvan de voornaamste is de '>0s>tie van de Oostzeestaten. Gedurende al Pz<! besprekingen heeft de Britsche regeering h'h laten leiden door den wensch, niet al- 0,1 rekening te houden met de omstandig- j cden van de landen, waarmede zij onder bedelde, doch ook met de positie en wen- 'chcn van andere landen." hebben, zoo vervolgde Halifax, er nooit gevoeld en zouden het ook niet juist vin- verzekeringen op te dringen aan landen, niet wenschen, of stappen te nemen, die k hen anderen kant de betrekkingen zouden telen - - v ij. schaden van die landen, welke slechts h e'gen neutraliteit ongeschonden wenschen °hden. Tegelijkertijd moet echter worden v.t':nh, dat de Sovjetregeering, uit een oogpunt biijvhaar eigen veiligheid, niet onverschillig kan bii,. 6n tegenover de onafhankelijkheid harer geen verschil van meening tusschen de drie re geeringen bestaat, op te lossen. De minister wees op de hartelijke betrekkin gen met Portugal en ging vervolgens over tot bespreking van den toestand in het algemeen. Bovenal, zeide hij, moeten wij ons ervan be wust zijn, van welk een zeer groot belang het is, al het mogelijke te doen om het standpunt van andere naties te begrijpen en aan deze het onze te doen begrijpen. De Britsche politiek schijnt ons open en duidelijk toe, doch wellicht is het niet moeilijk, zich voor te stellen, hoe anders zij aan vele intellectueelen in Duitsch- land kan toeschijnen. Er moeten velen zijn, die niet minder dan wij geschokt zijn door de behandeling der Joden en die inzien dat, wat Duitschland ook gevoeld mag hebben omtrent de betrekkingen tusschen Duitschland en Tsjecho-Slowakije, zooals het na München was overgebleven, het onverstandig en onjuist was, dit vraagstuk op te lossen door de vernietiging van de Tsjechische onafhankelijkheid. Van hier is het voor den patriottischen Duitscher geen groote stap, de hem naarstig ingeprente leerstelling te aanvaarden, dat de Britsche politiek bestaat uit het blokkeeren van alle Duitsche aspiraties, zoowel op politiek en economisch, als op rasgebied. Er schuilt een werkelijk gevaarlijk element in den tegenwoor- digen toestand, namelijk dat het Duitsche volk gaat overhellen naar de conclusie, dat Enge land ieder verlangen om tot een goede ver standhouding te komen, heeft laten varen en dat van nieuwe pogingen, als zijnde hopeloos, moet worden afgezien. Het Britsche volk heeft voortdurend er naar gestreefd, en zou nog steeds gaarne wenschen, als het mogelijk is, tot een over eenstemming met Duitschland te geraken, die niet slechts bestaat uit een regeling- van bijzondere kwesties, doch waardoor tevens de betrekkingen tusschen de beide landen op een hechte basis van wederzijdsch vertrouwen worden geplaatst. Het was, zoo zeide Halifax, volkomen onver mijdelijk, dat de gebeurtenissen sedert 1933 de ontwikkeling van de vriendschappelijke betrek- Ringen tusschen Engeland en Duitschland ern stig gestoord hebben. Spr. herinnerde aan de bezetting van Tsjecho-Slowakije en vervolgde: Velen scheeii het geen onwezenlijke vrees, zich af te vragen of men niet stond tegenover een eersten stap om te trachten, Europa door geweld te overheerschen, en welke den indruk wekte, dat men stond op den drempel van toe standen, waarbij elk land zou kunnen denken, cat zijn onafhankelijkheid bedreigd zou kun nen worden. Er is geen tragischer of rampzaliger vergis sing dan te denken dat, omdat het Britsche en het Fransche volk duldzaam zijn en geneigd, geschillen door onderhandeling en geven en nemen te regelen, zij minder vastberaden zijn dan andere volken. Ook dient het duidelijk te zijn, dat het volk van dit land niet minder be reid en vastbesloten is dan zijn vrienden aan de overzijde van het Kanaal, iedere bijdrage te leveren, die noodzakelijk is om zijn levenswij ze in stand te houden en zijn positie in de we reld te verdedigen. Als het inderdaad waar is, dat in geen land de leiders het duistere voor nemen koesteren, regelingen op te leggen on der den druk van overweldigende machtsmid delen, dan zal geen onzer verplichtingen ooit in werking treden. (Zie vervolg op pag. 2) y De Duitsche minister van Binnenlandsche Zaken, dr. Frick, vertoeft voor bespre kingen in Boedapest. De minister (midden) op de Duitsche legatie PRAAG, 8 Juni (DNB). De rijks protector in Bohemen en Moravië, Von Neurath, maakt bekend: ,,In den nacht van 7 op 8 Juni 1939 is voor het Realgymnasium in Kladno de hoofdwachtmeester der Duitsche politie, Wilhelm Kniest, het slacht offer geworden van een sluipmoord. De daders zijn niet gegrepen. De rijks protector heeft daarop bevel gegeven tot de volgende, onmiddellijk van kracht wordende maatregelen voor het politiedistrict Kladno, welke maatregelen tot nader order van kracht blijven: 1Verbod van alle samenscholingen in de open lucht. 2. Sluiting van alle bioscopen, schouwburgen en openbare lokalen. 3. Sluiting van alle scholen wegens opruiend optreden van een groot deel van het onderwijzend personeel. 4. Van acht uur des avonds tot vijf uur des morgens moeten huisdeuren en vensters gesloten gehouden wor den. Op openstaande vensters wordt geschoten. 5. De burgemeester en de stedelijke vertegenwoordiging van Kladno wor den afgezet. 6. Er wordt een regeeringscommis- saris aangesteld. 7. De bevoegde Tsjechische staats politie wordt wegens het niet vervul len van haar dienstplicht ontwapend en geschorst. Mochten de daders voor 9 Juni des avonds om 8 uur niet gegrepen zijn, dat zullen verdere maatregelen wor den genomen. Staatssecretaris Frank en de opperbevelheb ber der Duitsche politietroepen, generaal Kamps, hebben zich hedenmorgen naar Kladno begeven. De Tsjechische staatspolitie is hedenavond om zes uur op het marktplein in Kladno ontwapend. De Neuer Tag schrijft in verband met den moord op den noofdwachtmeester der Duit sche politie, Kniest, o.a.: De sluipmoord van Kladno toont welke gevolgen bij de Tsjechi sche bevolking de door bepaalde elementen gevoerde opruiing tegen het Duitsche rijk en zijn vertegenwoordigers heeft. De door den rijksprotector bevolen maatregelen moeten derhalve met het oog op den ernst en op de begeleidende omstandigheden van de daad slechts als gerechtvaardigd beschouwd worden. De Daily Telegraph and Morning Post meldt uit Berlijn, dat de laatste dagen op het ministerie van Buitenlandsche Zaken te Berlijn besprekingen zijn gehouden tus schen den Tsjechischen vertegenwoordiger te Berlijn, Chvalkovsky, en vooraanstaande Duitsche ambtenaren met betrekking tot den toestand te Praag. De betrekkingen tusschen de Tsjechen en de Duitsche autoriteiten worden dagelijks meer gespannen en de instructies van de Duitsche rijksautoriteiten worden herhaaldelijk gene geerd. Het wordt waarschijnlijk geacht, dat Chvalkovsky binnenkort naar Praag zal ver trekken om den toestand te bespreken met baron von Neurath, den rijksprotector voor Bohemen en Moravië. In politieke kringen te Berlijn doet het gerucht de ronde, dat Chvalkovsky gedreigd heeft af te treden. Aan geruchten, dat baron von Neurath In een onderhoud met Hitier er ook over zou heb ben gesproken te willen aftreden, wordt ovei het algemeen geen geloof gehecht. De correspondent van de „Times" te Praag maakt eveneens melding van animositeit in Bohemen en Moravië. Een van de grootste grie ven van de Tsjechen is, dat alle Tsjechische steden met een duidelijke Duitsche minderheid door Duitsche commissarissen worden beheerd. Politieke waarnemers te Praag vergelijken de huidige spanning met die. welke heerschte enkele weken vóór de bezetting van Praag en schrijven haar voornamelijk toe aan de Sphinx- achtige houding van Berlijn. Deze Sphinx heeft echter twee hoofden; het eene glimlacht wel willend, hoewel op een afstand, en het andere draagt een dreigende uitdrukking. Iets koeler, gedeeltelijk bewolkt, droog weer, matige tijdelijk krachtige N.O. tot N.W. wind. i WASHINGTON, 8 Juni. (Reuter). Koning George VI en Koningin Elisabeth zijn te gen het middaguur aan Unionstation te Washington aangekomen, waar zij werden verwelkomd door den president der Ver. Staten en mevrouw Roosevelt. Van het sta tion reden zij in pleehtigen stoet, overal luide toegejuicht, naar het Witte Huis, waar een dichte menigte hen stormachtig begroette. Het weer is fraai en de tempe ratuur bedraagt ongeveer 90 gr. F. Geheel Washington ademde een sfeer van ongekend enthousiasme. De ontvangstkamer van den president op Unionstation was met 'n weelde van bloemen versierd. Reeds vroeg in den ochtend hadden man schappen van land- en zeemacht het station bezet. Straatvegers in nieuwe witte uniformen maakten den weg schoon. Het zakenleven stond geheel stil. Tal van inrichtingen waren geslo ten. De omroeper, die een ooggetuigeverslag van de aankomst op Unionstation gaf, sprak van een ontmoeting als van tusschen twee oude vrienden. De president glimlachte hartelijk, toen hij de hand van den Koning in de zijne hield. Ambassadeur Lindsay stelde mevrouw Roosevelt voor aan de Koningin. LONDEN, 8 Juni (.Reuter). In antwoord op de vraag van Lord Strabolgi of hij de in de bladen verschenen berichten, dat de redding van de duikboot Thetis zou zijn opgegeven, zou kunnen tegenspreken, heeft Lord Stanhope ge zegd, dat hij die verklaring kon tegenspreken, aangezien daarvoor voor het oogenblik geen enkele grond bestaat. Niettemin ziet men, volgens Havas, te Lonaen ernstig de mogelijkheid onder het oog, dat men de „Thetis" niet zal kunnen vlotbrengen. Men vestigt er de aandacht op, dat kapitein Oram en de andere overlevenden voldoende in staat zijn om alle technische bijzonderheden te ge ven over de omstandigheden van de schipbreuk De bij de lichtingswerkzaamheden ontmoette moeilijkheden zijn zoodanig, dat men nog niet weet of het mogelijk zal zijn de duikboot weer vlot. te brengen. Men houdt er voldoende rekening mee, dat het lichten van de boot eenige maanden zal kunnen duren. ST. BRIEUC, 8 Juni. (Havas). Bij een brand in een drukkerij te Chateaudren zijn elf perso nen door uitstroomende gassen bedwelmd. Zes hunner zijn overleden. De toestand der overige vijf is ernstig. Ik «°op, dat wij de middelen zullen vinden om ten Moeilijkheden en Vele andere, die zich kun- •Wteordoen bij de aanpassing van de alge- 9 beginselen. waarom*'""1'" BRUSSEL, 8 Juni (Belga). Bij de be handeling van de Belgische bcgrooting van Buitenlandsche Zaken in de Kamer heeft minister-president en minister van Bui minister-president Pierlot een rede ge houden, waarin hij duidelijk de buiten landsche politiek van België, die niet een neutraliteitspolitiek, doch een politiek van onafhankelijkheid is, uiieenzette. België, dat bezield is met den vasten wil, den vrede te bewaren, aldus Pierlot, is vast besloten slechts de wapens op te nemen bij een aanval, die rechtstreeks zijn levensbelan gen bedreigt. Wij zijn vastbesloten, al onze grenzen zonder uitzondering en zonder voor behoud te verdedigen, zoowel in Europa als in Afrika. Wij willen niet, dat men voor moei lijkheden, die gerezen zijn tusschen twee vreemde mogendheden, in welken hoek van Europa ook, een beroep kan doen op onze medewerking, door zich te beroepen op juri dische verplichtingen, die in strijd met onzen wil zouden zijn. De garanties welke ons gegeven zijn door Frankrijk, Engeland en Duitschland, houden geen wederkeerigheid in. Wij hebben geen po litieke of militaire bondgenootschappen en geen andere contractueele verplichtingen op dit gebied, dan die welke op ons rusten als lid van den Volkenbond. Wat artikel 16 van het Volkenbondspact betreft, kan niet betwist worden, dat ieder lid van den Volkenbond in elk bepaald geval zelf kan beslissen, of door gang door zijn grondgebied al of niet moet worden verleend. Kan onze onafhankelijkheidspolitiek een oorlog al of niet vermijden? vroeg Pierlot. Da minister zou dit niet durven zeggen, doch het was hem naar hij zeide voldoende, dat zij deze mogelijkheid inhield en een kans bood, die hij niet aarzelde een waarschijnlijkheid te noemen. Het zou, aldus Pierlot, een dwaas heid zijn, ervan af te stappen. De minister besprak vervolgens de betrek kingen met Nederland en ging hierbij uit van de vrees, die de openbare meening sedei t eenigen tijd koestert voor een mogelijken in val in Nederland. Indachtig aan de overeen komst tusschen de gevaren en belangen, zeide Pierlot, zouden sommige onzer medeburgers gaarne hebben gezien, dat wij een militair verbond met onze Noorderburen sloten, in dier voege, dat, zoo één der beide landen wordt aangevallen, het andere te hulp zou moeten komen. Ook zou men willen, dat de regeering verklaarde, dat zij in een dergelijk geval doortocht over Belgisch grondgebied zou verleenen aan buitenlandsche troepen, die dezen doortocht zouden verlangen om Neder land hulp te bieden. Deze voorstellen worden niet alleen inge geven door de zorg voor het belang van België. De geestelijke vaders ervan worden ook geleid door de groote sympathie, die be staat tusschen de beide volken, welke geschapen zijn om elkaar te begiijpen en die door een groote gemeenschap van aspiraties, zoowel als door de vriendschap, die hun dynastieën verbindt, steeds meer tot samenwerking neigen. Ik ken de kracht dezer gevoelens. De re geering deelt ze. Hun levendigheid is eenige dagen geleden op indrukwekkende wijze ge bleken ter gelegenheid van het bezoek van H. M. de Koningin der Nederlanden. Wij wenschen dat in de zoo gunstige omstandig heden, welke aldus geschapen zijn, steeds naar een gelegenheid tot toenadering tusschen Nederland en België gezocht wordt en dat de beide zusternaties steeds meer bijdragen tot de werken van den vrede: op economisch ge bied, op dat der cultureele betrekkingen, bij de verdediging van de juridische en moreeJe beginselen, waaraan zii ter> zeerste verknocht zijn cn in eliminatie waarvan uit de inter nationale betrekkingen zij niet zouden kun nen berusten. Wat een militair verbond aangaat, antwoord ik in de eerste plaats dat er, om het te sluiten, twee partijen noodig zijn en bij deze gelegenheid herinner ik aan de verklaringen, die de heer Patijn in Februari j.l. heeft afgelegd. De houding van de regeering van Nederland is verstandig en zij wordt ingegeven door dezelfde zorgen als die welke ons bezig houden. Laten wij ons ook hier ervan weerhouden, vooruit te loopen op de toekomst en, wellicht onnoodig, de kansen om in een conflict te worden betrokken, te vergrooten. En wat betreft den doortocht van hulplegers door België, laten wij ons ervoor wachten, enze verlangens voor werkelijkheden te hou den en ons door willekeurige veronderstel lingen te laten meesleepen op een weg, waar van wfj slechts gevaren kunnen verwachten, zonder eenig nuttig tegenwicht, noch voor ons, noch voor onze buren. Na nog verklaard te hebben, dat België met al zijn buren correcte en vreedzame betrek kingen wil onderhouden, besloot Pierlot met erop te wijzen van hoe groot belang een goede voorbereiding van het leger voor de onafhan- keliikheidspolitiek is. Bij de debatten van het Britsche Hoo- gerhuis sprak Lord Halifax over de Britsche politiek. Pierlot gaf in de Belgische Kamer een uiteenzetting over de buitenlandsche politiek- Koning George VI en Koningin Elisabeth op het Witte Huis te Washington aan gekomen. Het verzet tegen Berlijn in het protec toraat Bohemen en Moravië is sterk groeiende. Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer over de wetsontwerpen betref fende het onder de wapenen blijven van dienstplichtigen. Gelden aangevraagd in verband met de uitvoering van de Electriciteitswet. Invoerrecht op zinkwit en met zink be reide witte verfstoffen nog steeds nood zakelijk. Commissie van advies bij den Rijks dienst tot bestrijding der werkloosheid samengesteld. Tijdelijke voorziening in verband met de nieuwe tariefwet wordt overwogen. Kinderen van vluchtelingen worden binnenkort in gezinnen ondergebracht. Twee arbeiderswoningen te Almeloo in de asch gelegd. Beurs van New York: Stemming lus teloos; slot lui met meerendeels kleine nadeelige verschillen. Waardeer toch! De menschen hebben naar het zon nige, warme zomerweer verlangd. On danks alle booze weervoorspellingen hebben we het ook nog deze week vol op gekregen. En.... de menschen mopperen mopperen over die ver schrikkelijke hitte. Het is moeilijk 't ieder naar den zin te maken! Maar 't is eigenaardig te constateeren, hoe weinig menschen voluit genieten kun nen van hetgeen hun aan goeds deel achtig wordt. Er is altijd een „maar" bij. Er is altijd iets op aan te merken. Maar al te weinigen vermogen het goede te aanvaarden en er met groote dankbare overgave van te genieten, volop, voluit als van een genade Gods. Laat ons toch afwennen het mooie, goede en waardeerbare altijd te ver kleinen door onze kleinzieligheid en net ons geschonkene te verzuren met de gal van onze grimmigheid. We moeten het goede wetente genieten zonder af te geven op de onvolkomen heden en kleinere onpleizierigheden. We moeten de vreugde in alles zoeken voor ons zelf en voor anderen. ROME, 8 Juni. Het Italiaansche militaire tijdschrift „Forze Armate" publiceert een arti kel over de rol van de Italiaansche marine in den Spaanschen oorlog. In vier maanden lijds in het einde van 1936 en begin 1937 wer den 100.000 manschappen, 4300 vrachtauto's. 40.000 ton materieel en 750 stukken geschut naar Spanje overgebracht. Hiervoor waren 52 koopvaardijschepen en 30 oorlogsschepen noo dig. Verder wordt gewezen op het beslissend op treden van de Italiaansche onderzeeërs in dienst van Franco in de Middellandsche Zee met het doel het verkeer van de „rooden" lam ce leggen. Deze onderzeeërs hebben verscheidene sche pen tot zinken gebracht. Behalve de onder zeeërs hebben lichte eenheden van de Italiaan sche marine deelgenomen aan de actie voor de Spaansche kust. Stand op Vrijdag 1 uur v.m.: 765.8 Vorige stand: 765.4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 1