mm*
Hoe ik een studio huurde
Kinderkleeding
arlene'i
fMAATGORSETTEN
DE TABLETTEN „AMAIGRITOL"
ELIZABETH TURNER'S PRODUCTEN
Gerechten voor Vrijdag
L
REESINK
„TOSA
L
ZONDAG 9 JULI 1939
KLEINE WERKJES IN
DEN TUIN
ZONDER EENIG RISICO
HULSHOF
Engesir. 14 - Deventer
van Dr. Schmidt doen geleidelijk
en zonder gevaar of eeiregel
vermageren - Vele getuigschriften
Eieren met kaas (4 personen)
Omelette a la Savoyarde (4 p.)
Oeufs a la Suisse (4 personen)
Wed. J. vai*
Nuenen Zit*
ZEERST
Uitzeilen
Linnenkast-
aanvulling
VOOR ALLE
SANITAIR
verwijder! voor aliijd
op GEZICHT en LICHAAM, waarbij weder
aangroeien uitgesloten.
WAARBORG: GEEN BAAT UW GELD TERUG
VRAAGT GRATIS BROCHURE AAN
HOORNBRUGLAAN 29 K, RIJSWIJK Z.-H.
Eén Hollandsche
in Chicago vertelt
VOOR STRAND EN
WATERSPORT
KAAS GEEFT EEN
PITTIGEN SMAAK
Wij ting filets met spinazie en
kaassaus (4 personen)
eerste liefde
GRATIS
PATWWW
Korenblauw en klaprozenrood zijn de kleuren van dit zomersch geheel, dat wat
landelijk aandoet en dat geknipt is voor vacantiedagen, die we buiten doorbren
gen. De knoopjes zijn in de kleur van de zijden shawl, die om het hoofd geslagen
is, geheel op dezelfde manier, waarop we den afgeloopen winter onze wollen das
sen tot mutsen maakten, namelijk door het dubbelgeslagen gedeelte een eindje
samen te naaien. Als we voor de shawl zijden marocain in de gewenschte lengte
en breedte laten uitslaan of smal omzoomen, kunnen we deze lang niet onflat
teuze hoofdbedekking precies in de bloemenkleur van het jasje nemen
Wie z'n tuin, al is het nog zoo'n klein lapje
grond, netjes wil houden, zoodat hij den gan-
schen zomer een oogenlust is, moet er niet te
gen opzi'en, er voortdurend mee bezig te zijn
zonder eigenlijk ooit het gevoel te hebben er
heelemaal kant en klaar mee te zijn.
Er zijn zoo'n massa kleine karweitjes, die we
niet aan den man hoeven over te laten, die
ook door vrouwenhanden best gedaan kunnen
worden. Voor de meesten van ons, die gedoemd
zijn, den heelen dag binnen te werken, is het
een verpoozing, zoo'n uurtje in de buitenlucht
bezig te zijn tusschen de planten en de aarde,
en den frisschen wind te voelen om je hoofd.
Wie bang is om haar nagels en handen te be
derven, trekke een paar oude handschoenen
aan; stevige, practische tuin-handschoenen zijn
voor een tuinierster onmisbaar.
Allereerst is er het wieden. Het gezaaide goed
en het nieuw-geplante is in de hoogte gescho
ten, maar.het onkruid heeft ook niet stil
gestaan. Dat moet uitgetrokken worden. Het
lastige, overal tusschenklittende muur; het kop
pige gras en het altijd weer uit den grona
schietende herderstaschje, in sommige streken
lepeltjesdief genoemd, en de windekelk, die
zich met zijn lange slierten overal tusschen-
dringt, het tiert allemaal even welig.
We trekken de onkruidplantjes voorzichtig,
met wortel en al uit, zonder de omstaande plan
ten daarbij te beschadigen. Opgewerkten grond
drukken we met de hand weer vast aan. Het
gemakkelijkst is het om een mand bij de hand
te hebben, waar we het „vuil" in kunnen wer
pen. Schoffelen komt alleen in aanmerking voor
de paadjes, maar niet tusschen zaadgoed.
Staan de zaaiplantjes te dicht op elkaar, dan
moeten ze verspeend worden, waarbij we moe
ten opletten, bij zaaisel, dat ook %iubbelbloemige
planten of kleur-variaties geeft, niet enkel de
grootste of de best ontwikkelde plantjes uit te
pikken en de kleinere, zwakke, weg te doen.
Deze laatste geven dikwijls juist de fraaist ge
kleurde bloemen.
Verspenen is een consciëntieus werkje, waar
bij. voorzichtig, met een houtje, uitgewipte
plantjes hoe droger eri losser de grond, hoe
minder de worteltjes te lijden hebben op een
leeg perk, op behoorlijke afstanden uitgezet
worden. Voor ieder plantje wordt een gaatje
gemaakt, zoo diep, dat de wortels er rechtstan
dig in passen; dan wordt het met water ge
vuld en aangedrukt met aarde.
Nooit moet er in de zon verspeend worden.
Het beste tijdstip is des avonds als het koel
is en er voor direct uitdrogen geen gevaar be
staat. De eerstvolgende dagen beschermt men
tegen te felle warmte, door over ieder plantje
een bloempot te zetten (op een kleine verhoo
ging, een steen of een houtje, zoodat er vol
doende luchttoevoer is).
Weten we, dat een van onze meest populaire
zaaibloemen, de papaver, een van de weinige
is, die zich niet laat verplanten!
A.
De Convulvulus of Windekelk met haar
geplooide rose kelkjes, die zich overal
tusschendringt
Wij leveren fr. door heel Nederl.
een prima maatcorset voor 8.50
Wij betalen U den vollen prijs
terug, indien een door ons ge
leverd corset U niet zou bevallen,
'n Huls-hol-corset maakt U slank
Vraagt maatkaarfen en uitgebreide offert»
Alle Apotheken en Drogisten
4 gefileerde wijtings, 11/2 k.g. spinazie, 3/4
kg. aardappelen, ongeveer 3/4 liter melk, 50 gr
geraspte kaas, 3 afgestreken eetlepels bloem,
iOO gr. boter, 1 theelepel maggi aroma.
Kook de spinazie op de bekende wijze gaar.
laat ze uitlekken, maal of hak ze fijn. warm
ze even op en vermeng ze met anderhalveti
afgestreken eetlepel boter. Zet, tegelijk met de
groente, in een tweede pan de aardappelen op,
laat ze gaar worden en vorm er dan met on
geveer 3 1/2 d.L. melk en weer anderhalven le
pel van de boter een gladde purée van. Smoor
de vischfilets gaar in een bodempje water met
wat zout en 1 afgestreken eetlepel boter. Roer
voor de kaassaus op een zacht vuur de nog
overgehouden boter met de bloem tot een ge
lijk papje, voeg er geleidelijk de rest van de
melk bij, laat de saus even doorkoken en maak
ze dan af met de geraspte kaas, de maggi aro
ma en naar smaak wat zout en peper.
Leg op den bodem van een vuurvasten scho
tel de vischfilets, bedek ze met de spinazie,
spreid daarover de aardappelpurée uit en ein
delijk de kaassaus. Laat den schotel in een
heeten oven goudbruin kleuren.
6 eieren, 30 gr. boter, 50 gr. belegen of oude
kaas, 1 middelmatig groote ui.
Hak den schoongemaakten ui fijn en laat
hem met de boter lichtbruin worden in een on-
diepen vuurvasten schotel. Strooi er de helft
van de geraspte kaas over, breek één voor éen
de eieren en laat ze voorzichtig in den schotel
vallen, zonder de dooiers te beschadigen. Strooi
over de eieren de rest van de geraspte kaas
en zet den schotel in een warmen oven, tot het
wit van de eieren gestold is.
4 eieren, wat peper en zout, 2 groote rauwe
aardappelen, 50 gr. boter, 100 gr. belegen
oude kaas, 2 eetlepels melk of room.
Snijd de aardappelen in dobbelsteentjes,
droog ze tusschen een schoonen doek en bak ze
in de koekenpan met de boter lichtbruin en
gaar in ongeveer vijftien minuten. Klop de
eieren met wat peper en zout, roer er den room
of de melk door en de geraspte kaas; giet het
mengsel in de pan over de aardappelen en bak
op een zacht vuur de ommelet aan weerskanten
goudbruin.
4 eieren, 50 gr. boter, 75 gr. belegen of oude
kaas, 2 eetlepels dikke room, wat peper en
zout.
Laat de boter smelten in een ondiepen vuur
vasten schotel, leg er de in plakjes gesneden
kaas in, zóó, dat de bodem geheel bedekt is-
Breek één voor één de eieren en laat ze voor
zichtig zonder de dooiers te beschadigen
in den schotel vallen; strooi er wat peper en
zout over en begiet dan alles met den room-
Strooi over den room nog wat geraspte kaas
(een klein gedeelte, dat van de overige kaas is
teruggehouden); zet den schotel in een heeten
oven, tot het wit van de eieren gestold is in
ongeveer tien minuten.
LINNENFABBIh»
Jost Meerveldlioven
Tel K 4995 200
ZUTPHEN - ROTTERDAM (Leuvehaven 127)
AMSTERDAM
BREI MET NEVEDA-WOL
Aan de N.V. Ned. Wolspinnerij
Heerengracht 483, A'dam (C.)
M.H., TJ gelieve mij op te ge
ven, waar ik Neveda Wol en
Gratis Neveda Breipatronen in
mijn woonpl. kan verkrijgen
Naam
AdresWoonplaats
Prijs f 1.75
Ik heb acht leerlingen, die zich in de edele
kunst van de rhythmiek willen bekwamen, dus
nu moet ik voor een studio zorgen. Op een
mooien morgen ga ik er op uit met een lijstje
van de verschillende gebouwen, waar studio's
te huren zijn. Alle liggen down-town, in de be
nedenstad dus.
„Och", zegt Mary tegen me: „Als je toch in
de stad bent, koop dan meteen een en ander
bij Hillemans: brood, boter, een kan soep, een
groote kan fruitjuice en zoek ook een lekkere
koffie-cake uit."
„All right", zeg ik gedwee.
..O ja", gaat ze door: „en dan kun je ook die
vijftien knotten wol bij Woolworth koopen,
waar Charlotte om vroeg."
Twee karbiezen, denk ik, o dear, o dear.
Ik ga de trap af, maar ze roept me terug.
„Dear, dear (lieve), ga alsjeblieft ook even
voor me naar Marshall Fields, wil je, en haai
mijn bontjas, die ik daar heb laten opbergen,
want als ik op reis ga, heb ik die zeker noo-
dig."
„Ik heb geen tijd voor al die dingen", zeg ik,
maar Mary heeft nu eenmaal een Maryaan-
schen invloed: „Natuurlijk heb je er tijd voor,
en ik heb de jas noodig en het brood en de
soep en de boter ook."
„En mijn studio?" zeg ik bescheiden.
„Nou ja, ook wel."
Ik ga de trap af, ik ga het huis uit, ik loop
langs Michigan Boulevard, ik sla rechts af
Washingtonstreet in en ik daal de trap af naar
de Hillman hel. Ik laad mijn karbies vol, ter
wijl dikke negerinnen tegen me aanbotsen, om
dat hun rollende oogen alleen maar de meloen
zien en niet, dat wat is tusschen hen en de
meloen, namelijk een kleine Hollandsche met
twee karbiezen en een extra pak van de kof
fie-cake, wat zóó groot was, dat het niet in de
karbies ging. Het brood paste er wel in, het
witte brood, dat met zooveel hoofdbrekens uit
gezocht werd.
„Een gewoon wit brood", vroeg ik, niets ver
moedend.
„Wat voor soort: Fransch, Duitsch, Zweedsch,
Amerikaansch of maanzaad-brood."
„Hoe", stamel ik: „ik weet niet precies" en
al de bezwaren, die Mary tegen alle soorten kan
hebben, vliegen door mijn brein. Fransch
wordt direct oudbakken, Duitsch is geen
sprake van als protest tegen Hitier, Zweedsch
is zonde van de moeite, want de Zweedsche
modiste, die in huis woont, tracteert zoo dik
wijls op eigengebakken brood. Waarom zou ik
echter Amerikaansch brood nemen als je zoo
veel andere soorten kunt krijgen, dus neem ik
maar poppyseed oftewel maanzaad-brood, hoe
wel ik het zelf allerakeligst vind. Ik baan me
een weg naar den uitgang en klauter de trap
op naar de straat. Ai mijn energie is al ver
speeld aan de soep en de boter en het brood.
Maar er liggen ergens vijftien knotten wol op
me te wachten en een bontjas en een studio.
Ik ga naar de Kimbalt Hall, waar een too-
neelschool is. Op het bord in de groote lobby
staat aangegeven, dat ik die op nr. 1626 kan
vinden. „Zestien", zeg ik tegen den liftman, de
lift is vol en vele verdiepingen worden opge
geven om te stoppen. De deuren sluiten, met een
vaart zuigen we naar boven, blijven hangen
tusschen eerste en tweede verdieping, suizen
terug een eind en blijven stilstaan met zóó'n
veerkrachtigen schok, dat ik aan de wip denk
in den speeltuin vroeger in Valkeveen en aan
de „Empress of Britain", die me den Oceaan
over voerde naar dit werelddeel. „Hemel!" denk
ik.
Deuren sluiten zich weer en hetzelfde proces
herhaalt zich. Ik herinner me opeens, hoe het
ook weer was, toen ik den laatsten keer zeeziek
was. A ba, denk ik. Derde verdieping hetzelfde.
Je moet het zelf weten, waarschuwt mijn maag,
de tooneelschool haal je niet, beladen als je
bent met je ontbijt, vooral die koffie, die sterke
koffie, en die vette toast, die vette, vette, vet
te.... „Pardon, excuse me", zeg ik ferm tegen
den meneer voor me. Ik elboog mijp weg uit'de
lift op de vijfde verdieping en daar sta ik, met
de karbiezen. Diep haal ik adem en de toast
wordt minder vet en de koffie minder sterk. Ik
steek mijn tong uit naar zes omhoog, waar de
tooneelschool is en ik daal alle trappen af.
Op alle verdiepingen zijn muziek-studio's en
het is een cacaphonie van geluiden. Achter
een deur klinkt een mannenstem, die met ge
weldige passie het woord „Isolde" zingt uit de
„Tristan". Van de deur er naast komt een
vrouwenstem, die heel vlug op één toon zingt:
Bie-ba-boe-boo. Boo-bie-boe-baa. Baa-boo-boe-
bie. Bie-bie-bie-bie.
Bah-bah-bah-bah, denk ik bij mezelf. Bah-
bah-bah-bah.
Ik ga naar het volgende adres. Weer een groot
gebouw, waar ergens hoog een dansschool is,
maar de lift is er in orde en ik haal het.
Ik klop aan de deur en een wezen doet open
in een blauw gewaad, dat veel gedrapeerde stof
heeft op één plaats en heel weinig op een an
dere plaats. Heur haren vallen op haar schou
ders, ongepermanent. Ik sta tegenover haar en
ben me erg bewust van het brood en de soep
en de boter: ik voel me als de arme vrouw,
die vroeger thuis-gehaakte kinderkleertjes kwam
verkoopen en die liefst uit een nietswaardig-
heidsgevoel, met haar heele figuur onder de
gangmat was gekropen.
„Verhuurt u studio's per uur?" vraag ik be
nepen.
„Waarom", is haar wedervraag en ze kijkt
naar de soep.
Ik leg het haar uit en ze is heel vriendelijk,
zooals elke Amerikaan, maar ze verhuurt niet
per uur. Ze geeft me echter het adres van een
andere tooneelschool. Ik ga er heen en huur
een ideale zaal tegen een idealen prijs.
Zonder moeite krijg je nu eenmaal niets, ook
niet in Amerika.
FEP.
Een badtasch hoort nu eenmaal versierd te
zijn met emblemen aan de zeevaart of aan het
strandleven ontleend. Ankertjes, zeesterren,
krabben en kreeften vormen meestal de niet
geheel origineele decoratie van kleedingstukken
en benoodigdheden, die we aan het water ge
bruiken.
de vier strepen zijn van rood zeildoek bedoeld
de middelste cirkel is van dit gladde materiaal
in hardblauwe kleur. Het hengsel wordt ge
vormd door roode of blauwe koorden.
De grootte bepale ieder zelf. Er zijn vrou
wen, die aan een tasch van bescheiden for
maat voldoende hebben, maar er is een catego
rie vrouwen, die, waar ze ook heengaan, haar
heele hebben en houden mee moet sleepen om
zich gelukkig te weten. Dezulken raden wij aan,
deze reddingsboei van royalen omvang te knip
pen. Er kan dan alles en alles in meegedra
gen worden, wat ge aan zee of op de boot bij
u wilt hebben van het boek, dat ge toch niet
leest tot den extra hoofddoek, dis u eigenlijk ook
zoo goed staat, maar die ge naar alle waar
schijnlijkheid toch n'et zul; gébruiken.
Heusch zoo zijn er!
De badtasch, die hier geteekend is en die be
doeld is om door degene, die daar plezier in
heeft, nagemaakt te worden, stelt een reddings
boei voor. Wit linnen levert het materiaal voor
den buitenkant, van rood zeildoek is de voe
ring, die waterproof moet zijn voor het geval
er natte badpakken in vervoerd worden. Ook
De opvatting, dat kinderen zoo practisch mo
gelijk en bij gevolg zoo onappetijtelijk moge
lijk gekleed moeten gaan, is gelukkig reeds
lang van de baan. De rood en blauw katoenen
speelschorten, waar vroeger zoowel jongens als
meisjes mee vernederd werden en die ieder kind
er deden uit zien als een vondeling uit het be
faamde John Grier Home, zijn volkomen ver
bannen en geen meisje gaat 's Maandags meer
met zoo'n schoon gesteven, wit katoenen geval
met kantjes in haar tasch naar school. Als er
nog een schortje gedragen wordt, dan is het
een versierseltje met borduursel en van batist
en dient het alleen om bij het jurkje te passen.
Ook het begrip „Zondagskleeding" is erg van de
baan, ook al doordat de kinders tegenwoordig
doordeweeks met meer fantaisie gekleed gaan
en men in deze „eeuw van het kind" tot de
overtuiging is gekomen, dat kinderen des Zon
dags evengoed hun kleeren wenschen te beder
ven als op eiken anderen dag van de week. Wij
hebben nu ook een speciale kindermode, die
wel op een grooten afstand het een en ander
van de heerschende grootemenschenmode over
neemt, maar toch niet meer van de kinderen
kleine volwassenen maakt. Wanneer wij in
Frankrijk zoo'n paar kleuters zien gekleed als
keurige copietjes van hun ouders, rondwande
lend met handschoentjes aan, dan beklagen wij
die van harte en zijn blij, dat onze kinderen
een, zij het dan ook minder decoratieve, dan
toch een Veel natuurlijker indruk maken.
Toch is het goed, vooral terwille van het
kind, bij kinderkleeding de fantasie niet al te
zeer den vrijen loop te laten. Kinderen hebben
nu eenmaal een zeer groot comformistisch ele
ment in zien en zij vinden niets kinderlijker
dan wat hun kleeding betreft, een uitzondering
te zijn tusschen hun klasgenootjes. Daarom is
het ook goed kinderen bij hun kleeren in ze
kere mate hun eigen keuze te laten doen. Na
tuurlijk moet wat leiding gegeven worden,
maar juist in de kleine onderdeelen is het goed
de kinderen hun eigen besluit te laten nemen.
En het kan voor de moeder toch niet veel
verschil uitmaken of de dochter nu liever in
het rose ruitje gekleed gaat, dat haar hart ge
stolen heeft dan in het blauwe streepje, dat
moeder haar toebedacht had, of dat zoonlief
liever zoo'n paar sportieve, bruine schoenen
heeft, zooals de branie van de klas ze ook
draagt, dan de zwarte die moeder zoo keurig
vond. Het maakt niet veel uit en men doet
er den kinderen zoo'n plezier mee.
De hedendaagsche kindermode is overigens
zeer op de kinderen zelf ingesteld eiT het moet
voor niemand moeilijk zijn, zijn keuze zooda
nig te doen, dat alle partijen tevreden zijn.
Vooral voor meisjes worden de aardigste jurk
jes, jasjes en schoentjes uitgevonden. Het on
derstaande vijftal is daarvan een bewijs. Wat
de kleeding voor jongens betreft, daar heb ik
wel eens het bezwaar tegen, dat die wat te
veel op die van de meisjes gaat gelijken. Ik
kan niet goed wennen aan die knapen met
meisjesachtige open halsjes- en uitgedost in
meisjesachtige tintjes. Ik vind dit het aanko
mend mannelijk geslacht een beetje onwaar
dig. Maar wellicht ben ik stokouderwetsch.
CLARA.
Door Dora Niemann
29
„Mijn hemel, zou dat mogelijk zijn?" Marle-
ne's oogen stonden verward.
„Het is beslist zoo gegaan, als ik je verteld
heb". Hij wist, dat iedereen naar de middelen
grijpt, dien zijn karakter hem wijst. Dolores
wilde hem destijds alle hindernissen uit den
weg gaand voor zich winnen.
Innig streek de man met zijn rechterhand over
de door tranen vochtige wangen van de vrouw.
„Huil niet, liefste," ook hij was diep ontroerd,
„kijk toch naar het wonder, dat we ondanks
alles, geleid door een gunstige lotsbeschikking,
nu weer vrij tegenover elkaar staan." Sven boog
zich dicht naar haar toe en sprak verder: Al
leen, omdat ik heelemaal niets meer van je
hoorde en moest aanemen, dat je niets meer
van mij weten wilde, liet ik me door de liefde
van Dolores verleiden tot een huwelijk met
hear. Na korten tijd wist ik echter al dat we
elkander niet begrepen. Feitelijk vervreemden we
steeds meer van elkaar. Ik had mijn werk, en zij
gaf zich over aan allerlei pretjes in mondaine
gelegenheden. Dikwijls vrweet ze mij ook, dat
zij door mij de beste partijen was misgeloopen.
Maar laat ik er niet over uitweiden, ze is dood
en ze heeft een moeilijk einde gehad. Ze heeft
aan het strand kou gevat en daardoor een long
ontsteking opgeloopen. Ze werd tijdens haar
ziekte verpleegd door een nichtje, dat later bleek
de eenige erfgename te zijn. Deze Viola was ver
liefd op mij, ik was blij, na mijn groote teleur
stellingen en na het overlijden van mijn vrouw
bij haar troost en medeleven te vinden. Ik heb
zelfs zoo in haar geloofd, dat ik, opnieuw aan
mezelf overgelaten, haar trouwbeloften heb ge
daan. Maar al spoedig bleek zij in egoïsme niet
veel onder te doen voor haar gestorven bloed
verwante. Ik kwam tot bezinning en besloot
naar Europa terug te keeren. Ik nam aan con
tanten alleen mee, wat mij als vergoeding voor
mijn jarenlange werkzaamheden als leider van
de groote onderneming rechtens toekwam. Van
alle verdere aanspraken heb ik afgezien, zoodat
ik na aftrek van de reiskosten, slechts een klei
ne som overhield. Nu weet je alles Mariene, en
nu zou ik graag willen weten, of ik mag hopen,
dat ik mijn verder leven met jou mag slijten?"
Sven wendde zich nu geheel en al tot de
vrouw naast hem en trok haar, terwijl zij zich
nog zwak verzette, dicht naar zich toe. Diep
keek hij haar in de oogen, die de zijne trachtten
te ontgaan, maar die zij daarna vol en open op
hem richtte. Zij beefde, haar lippen begonnen te
trillen, nog voor ze werden aangeraakt. Maar
zij zweeg. Pas toen hij haar aan zijn borst trok
en haar kuste, gaf haar mond hem antwoord op
zyn vraag.
Haar hand lag op zijn arm en nu was het
Mariene die sprak, spreken moest, vertellen van
het einde van haar huwelijk, van vroeger
„Ik geloofde aan zijn liefde, ook mijn vader
had nooit anders gedacht. Toen ik me door jou
alleen gelaten wist, gaf ik hem mijn woord. Kort
daarna trouwden we."
„Was hij tenminste goed voor je?" Sven's stem
klonk gedrukt. Mariene vermoedde, hoe moei
lijk het spreken hem viel.
„Ja, dat wel, hij was bezorgd en vol liefde voor
mij en de mijnen. En omdat ik dacht, dat hij
mij werkelijk beminde, verdroeg ik alles veel
gemakkelijker. Niels", zei ze plotseling in de
stilte en het halfdonker, dat hen omgaf, „Niels
heeft me lief, hij vroeg me, voor altijd bij hem
te blijven."
„Ja, Niels," de mannelijke stem, die tot Mar
iene doordrong, klonk anders dan gewoon, on
derdrukt en bewogen, „Niels is een heel goed
mensch, maar ik had nooit gedacht, dat hij zich
er zoo doorheen zou slaan, als hij nu bewezen
heeft. Hij beteekent beslist veel meer dan ik.
die met al mijn activiteit en energie er thans
zoo voorsta. En hij zou ook voor jou meer kun
nen zijn, hij kan je meer aanbieden dan ik."
De hand op den arm van den man bewoog
zich, twee armen werden om zijn schouders ge
slagen. een wang tegen de zijne gelegd.
„O jij! Niels mag ik erg graag, maar Niels
is nooit een probleem voor mij geweest. Dat,
wat mijn leven gecompliceerd maakte, wat het
uit de sleur van het alledaagsche verhief, hing
altijd slechts met jou samen."
„Én toch was het bijna heel anders...." Hij
brak af; plotseling kwam de bitterheid weer
boven.
„Maar, laten we het verleden vergeten."
Het was nu heelemaal donker geworden, de
boomen en de heele omgeving waren in duister
nis gehuld. En over alles heen hing de adem van
het voorjaar. De hemel was met sterren be
zaaid.
Zij kwamen heel laat in Travemünde en re
den naar het kleine hotel, waar Sven zou logee-
ren en waarheen hij zijn correspondentie had
laten komen. Mariene wachtte buiten in den
wagen; zij zag hoe hij met den portier sprak,
hem een aantal brieven overhandigde.
Na het avondeten bracht Sven Mariene naar
een pension in de Kaiserallee, waar zij vanuit
Lübeck een kamer had besteld. In de hal nam
hij afscheid van haar: „Morgenochtend om acht
uur ontbijt ik met je," zei hij en boog zich over
Marlene's hand.
De pensionhoudster, die in de nabijheid was
merkte bij zijn heengaan op: „Wat een aardige
heer", en keek hem glimlachend na.
In haar kamer liep Mariene naar het breede
venster, opende de eene helft en hief haar ge
zicht op naar de koele avondlucht en snoof den
adem der zee, die donker en geheimzinnig onder
den sterrenhemel lag. Wat een dag vandaag,
peinsde zij, hij heeft me heel veel, neen, alles
gegeven. Ik had nooit meer geloofd, zoo geluk
kig te zullen worden. Zoo gelukkigMariene
huiverde, de vochtige lucht deed de warme ka
mer afkoelen en zij sloot het venster. Daarna
stond zij in gedachten voor haar bagage. De
kleine necessaire van varkensleer waar was
die gebleven? Stellig nog in den auto, beneden
in de garage. Mariene nam haar handtaschje,
waarin zij het sleuteltje van haar wagen be
waarde, opende zachtjes de deur en ging de trap
af. Beneden waren reeds alle lichten uit en Mar
iene wist niet, waar ze heen moest. Daar ging
een deur op een kier open en een streep licht
viel naar buiten. De pensionhoudster, gehuld in
een fel oranje ochtendjapon kwam de kamer
uit. Mariene verzocht, haar nog even in de ga
rage te laten.
„Een oogenblik, ik zal even iets omdoen, dan
ga ik zelf met u mee."
Nadat Mariene het koffertje uit den auto
gehaald had, viel er iets wits voor haar voeten.
Dat zal Sven verloren hebben, dacht zij, toen
hij gisteren bij mij in den auto zat, en ze nam
het mee naar haar kamer.
Daar aangekomen legde zij het op de toilet
tafel en begon zich uit te kleeden. Toen zij den
haarborstel opnam, viel haar blik weer op het
papier. Zij nam het in haar hand, keek er vluch
tig naar en viel toen geschrokken op den eer
sten den besten stoel. Zij had slechts enkele
woorden op de eerste bladzijde gelezen, maar
wat was dat? En van wie? Zij zocht naar de
onderteekening Viola stond er, met groote,
vaste letters.
Bij het omslaan der velletjes viel er een foto
uit, die er tusschen had gezeten, ongetwijfeld
van de briefschrijfster. Mariene las en las, en
hoe verder ze kwam, des te grooter werden de
smart en de pijn in haar hart.
Dat dit meisje Sven was nagereisd, daar zij
niet van plan was, hem op te geven en naleving
eischte van de van zijn kant gedane trouwh®'
lofte, dat zij in Hamburg te weten was gekorue"
bij welke firma hij werkte, dat zij zijn reisroü
kende, en dat zij hem eraan herinnerde, dat
haar land andere zeden en gewoonten heersen^
ten dan in het zijneIn de eerstvolgende d®
gen kwam ze naar hem toe en dan zou ze
peib
b"*1 nO"
vertellen, dat zij hem nooit vrijwillig zou
geven. In hartstochtelijke bewoordingen sPra
zij over een revolver, die ze altijd bij zich clroezJ
Verder maakte zij nog eenige opmerkingen
verband met de Amerikaansche erfenis en
speelde op het feit, dat hem een verrassing,
in dit verband te wachten stond. t
Lang staarde Mariene op de foto van
meisje, dat zooveel temperament bleek te o
zitten. Een exotisch gezichtje met raadselac
tige oogen. Sven's vrouw Dolores moest er 0
zoo hebben uitgezien, dacht Mariene. Geen wo
der dat een man zijn hoofd daarbij verliest.
De opkomende zon overgoot de aarde met ha
gouden licht en Mariene lag nog altijd wakK
Haar vermoeide, alle mogelijkheden overweg®
de hersens hadden zich geconcentreerd op t
ding. Zij meende te moeten aannemen, dat f
eisJ®
voor Sven hoogst gevaarlijk en moeilijk
worden, als zij hier bij hem bleef. Als dit nu
dat schriftelijk dergelijke dreigementen ui
van Mariene wist0u
Neen, dacht zij in droeve berusting, dat z
beteekenen, dat ik het leven van den man, d>
ik lief heb in gevaar breng....