Preludium der Nederlandsche
wielerkampioenschappen
Nederland thans vijfde in het
landenklassement
Waterhuishouding
OOMS DOOR SMITS
UITGESCHAKELD!
Kooken of vuuR
TWEEDE DAG VAN DE
KAAG WEEK
ELFDE ETAPPE ZONDER
EENIGE EMOTIE
ZONDAG 23 JULI 1939
Verder hebben alle sprint-favo
rieten zich voor de beslissende
races kunnen plaatsen
Regen veroorzaakt
twee uur oponthoud
Smits klopt Ooms
Overmacht van Arie
van Vliet
Resultaten
Saenden eerste in de regenboog
klasse A
MOTORSPORT
DE NATIONALE WEGRACES
TE ZANDVOÓRT
WUËêmÊÈ
WÈmÊÊÊÊÊÊÊÊË
TOUR DE FRANCE
De Korver verzuimde 10 K.M. vóór
Marseille zijn kans. Ton van
Schendel had tegenslag
Galateau wint de
elfde etappe
Veelbelovend
De Korver stapt
af
Pech voor Anton v. Schendd
B2
LAWNTEl
Mej. Rollin Couquerd^
verliest en wint
IW
(Van onzen redacteur)
Er was slechts een handjevol toeschou
wers aanwezig, toen de N.W.U.-voorzitter
jhr. J. L. v. d. Berck van Heemstede de
voorwedstrijden van de Nederlandsche
baankampioenschappen met een kort
woord opende. Voor een deel zal zulks
wel aan de minder gunstige weersomstan
digheden hebben gelegen, maar temeer
omdat militairen en werkloozen gratis toe
gang hadden, meenden we toch op een
grootere belangstelling te mogen rekenen.
De lucht was zwaarbewolkt to enhet start
schot voor de eerste series, die der amateurs,
werd gelost. Verrassingen vielen hierbij niet
te noteeren. Derksen, Van Gelder, Smits, Pronk,
H. Ooms en Moeke allen min of meer favo
rieten wisten zich met het grootste gemak
in de kwart-finales te plaatsen. Ook bij de
onafhankelijken ging het van een leien dakje,
maar toen kwam de regen den boel in de war
sturen.
Meer dan twee uur hebben renners, offi
cials en toeschouwers zitten wachten of de
heer Pluvius er zoo langzamerhand nog
niet genoeg van kreeg. En inderdaad, om
kwart voor vijf was het zoover, dat de
renners in de baan konden verschijnen.
Er kwam toen zelfs een weldadig zonnetje
bij om het geheel een beetje kleurrijker
en vroolijker te maken.
Ook nu kwamen de overwinningen en ne
derlagen daar terecht, waar ze verwacht wer
den. Bij de amateurs plaatsten zich op deze
wijze in de finale Ooms, Derksen, Smits en
Pronk, die in de kwart-finales Van Gelder,
Moeke, De Best en Leene regelmatig wisten
te kloppen. Vooral de zege van Pronk op
Leene mocht er wezen.
Derksen
In de halve finale (eerste rit) zorgde Smits
voor een verrassing door Ooms een gedecideer
de nederlaag toe te brengen. In de voorlaatste
bocht werd hij door den Haarlemmer naar
den kop gedrongen, maar daar demarreerde hij
plotseling ook zóó fel, dat Ooms er ondanks
een hevige krachtsinspanning niet meer aan
te pas kwam en met een half wiel werd ge
klopt. Voorbij de finish kwamen beide renners
echter met elkaar in botsing. Ooms kwam eraf
met een gebroken pedaal, maar Smits maakte
een hevigen smak en moest evenbij gebracht
Worden.
Pronk deed alle
moeite om het Derk
sen lastig te maken,
doch slaagde hierin
niet. De winnaar van
den Grand Prix zege
vierde met ruim één
lengte. Derksen kon
zijn zege in de tweede
manche bevestigen en
plaatste zich daardoor H®
in de finale.
Ook Smits bleek
weer sterker dan Ooms.
De coming man uit
Tegelen reed den
eersten rit uitermate tactisch, dook hoog uit
de bocht toen Ooms wilde demarreeren en
schoot prachtig langs hem heen.
Bij voorbaat overtuigend geklopt, leverde
Ooms in de beslissing geen strijd meer. In de
finale komen dus de beide vrienden Derksen
en Smits.
Bij de professionals moest v. d. Vijver het
in de eerste manche tegen Van Egmond op
nemen. Laatstgenoemde reed bij het ingaan
van de voorlaatste ronde aan den kop maar
v. d. Vijver wipte kalm over hem heen en won
met enkele lengten. Het verschil tusschen Van
Vliet en Pijnenburg was beduidend geringer,
maar de zege van den wereldkampioen was
in feite toch veel klinkender, omdat hij eerst
in de laatste 50 Meter aanzette en toen .inder
daad ook vrij gemakkelijk won.
In de tweede manche deed Van Vliet het
weer eens anders. Hij demarreerde in de voor
laatste bocht, liet Fijnenburg een groote
krachtsinspanning verrichten om weer bij te
komen en ging er toen in de laatste 100 Meter
opnieuw vandoor om den Tilburgenaar geen
schijn van kans meer te geven.
Jefke v. d. Vijver klopte in deze manche Van
Egmond reeds vóór de eigenlijke sprint begon
en vloog opzittend met grooten voorsprong als
eerste door de finish. In de finale Van Vliet
en v. d. Vijver.
Bij de onafhankelijken werden de halve
finales verreden tusschen: v. d. Linden, Her-
bershof, te Loo en v. Rijn. In de eerste manche
klopte v. d. Linden te Loo met groot verschil;
Herbershof had met van Rijn meer moeite,
maar bleek tenslotte een half wiel sneller. In
de tweede manche bevestigde v. d. Linden zijn
zege op te Loo met even groot gemak; Her.
bershof deed tegen v. Rijn hetzelfde, zoodat v. d.
Linden en Herbershof in de finale kwamen.
Tijdens de wedstrijden achtervolging waar
in Pellenaers tegen Kremers een onverwachte
nederlaag leed begon het opnieuw te stcrt-
gieten, zoodat jury en renners met hun hebben
en houden zich zoo spoedig mogelijk in veilig
heid stelden onder een beschuttend dak.
Eerst na geruimen tijd konden de wedstrij
den worden voortgezet.
De uitslagen luiden:
Sprint amateurs: le serie: 1. M. v. Gelder
13 2/5 sec.; 2. C. de Best; 2e serie: 1. J. Derk
sen 12 2/5 sec.; 2. v. d. Heijden; 3e serie: 1. P.
Smits 13 sec.; 4e serie: 1. Pronk 13 sec., 2.
Buchly; 5e serie: 1. H. Ooms 13 2/5 sec., 2.
Pruis; 6e serie: 1. O. Moeke 13 2/5 sec., 2. Smit.
Herkansing: le rit: 1. C. de Best 13 2/5; 2e
Arie v. d. Linden, teruggekeerd naar de
categorie der onafhankelijken, plaatste
zich met groot gemak in de finale
rit 1. Greeve 14 2/5; 3e rit: 1. B. Leene 13 2/5,
4e rit: 1. Evers 13 1/5 sec., 2. Remkes.
Finale herkansing: 1. B. Leene 13 2/5 sec.,
2. de Best.
Kwartfinales, le rit: 1. H. Ooms 13 1/5 sec.,
2. v. Gelder; 2e rit: 1. J. Derksen 14 3/5, 2.
Moeke; 3e rit,: 1. Smits 14 sec., 2. de Best; 4e
rit: 1. Pronk 12 3/5 sec., 2. Leene.
Halve finale eerste manche, le rit: 1. Smits
13 1/5, 2. Ooms; 2e rit: 1. Derksen 13 sec., 2.
Pronk. Tweede manche le rit: 1. Derksen 12 3/5
sec., 2. Pronk; 2e rit: 1. Smits IJ sec., 2. Ooms.
Sprint professionals: le serie: 1. A. van Vliet
12 3/5 sec., 2. J. Pijnenburg; 2e serie: 1. J. v. d.
Vijver 12 4/5 sec., 2. Peperkamp; 3e serie: 1. J.
van Egmond 13 sec., 2. Kremers.
Herkansing: 1. Zwartepoorte 13 sec., 2. Pel-
lenaars; kwartfinale, le rit: 1. A. van Vliet 13
45 sec., 2. Pellenaars; efEh2 o?4ivcs,zz. fwgs
4 5 sec., 2. Zwartepoorte; 2e rit: 1. Pijnenburg
12 4/5 sec., 2. Kremers; 3e rit: 1. J. v. d. Vijver
13 sec., 2. Pellenaars; 4e rit: 1. J. v. Egmond
12 4/5 sec., 2. Peperkamp. Halve finale, eerste
manche, le rit: 1. v. d. Vijver 12 1/5 sec., 2. J
v. Egmond; 2e rit: 1. A. van Vliet 12 4/5 sec.,
2. J. Pijnenburg. Tweede manche, le rit: 1. A.
v. Vliet 12 3/5, 2. Pijnenburg; 2e rit; 1. J. v. d.
Vijver 13 1/5 sec., 2. J. v. Egmond.
Sprint onafhankelijken: le serie: 1. A. v. d.
Linden 13 3/5 sec., 2. H. te Loo; 2e serie: 1.
F. Herbershof 14 sec., 2. Roes; 3e serie: 1. J.
de Gans 14 sec., 2. Westbroek.
Herkansing: 1. F. v. Rooij 13 1/5 sec., 2. v.
Rijn; kwartfinales, le rit: 1. A. v. d. Linden
13 sec., 2. Westbroek; 2e rit: 1. H. te Loo 13 3/5,
2. v. Rooij; 3e rit: 1. Herbershof 14 sec., 2. de
Gans; 4e rit: 1. v. Rijn 14 sec., 2. Roes. Halve
finales: eerste manche, le rit: 1. v. d. Linden
14 4/5 sec., 2. te Loo; 2e rit: 1. Herbershof 13
4/5 sec., 2. v. Rijn; tweede manche, le rit: 1.
v. d. Linden 13 4/5 sec., 2. te Loo; 2e rit: 1.
Herbershof 13 4/5 sec., 2. v. Rijn.
Achtervolging: le rit: 1. Zwartepoorte 6 min.
49 4/5 sec., 2. P. van Nek 6.51 sec.: 2e rit:
1. Pijnenburg 6.53 1/5 sec., 2. Tentor 7.06; 3e rit:
J. van Egmond 7.6 1/5, 2. v. d. Broek 7.26 3/5;
4e rit: 1. Boeyen 6.45 sec., 2. v. Hout 6.52 sec.;
5e rit: 1. Groenewegen na 7 ronden Geesing
ingehaald; 6e rit: v. d. Voort 6.50 2/5, 2. Peper
kamp 7.2 1/5; 7e rit: 1. Kremers 6.49, 2. Pel-
lenaars(l) 7.5 2/5; 8e rit: 1. Savelsberg 6.40 1/5,
2. Reuter 6.47 1/5; 9e rit: 1. Schulte 6.38 1/5,
2. v. Schijndel 6.48: 10e rit: 1. Klink 6.42 1/5.
2. Griffioen 6.46 2 5; 11e rit: 1. Slaats 6.46 4/5,
2. Bosland 6.53 1/5.
Achtste finaies: le rit: 1. Pijnenburg 6.413,5,
2. Zwartepoorte 6.44 4/5. 2e rit: 1. Groenewegen
6.311/5, 2. v. d. Voort 6.52. 3e rit: 1. Schulte
6.413/5, 2. Boeyen 6.47.
4e rit: 1. Slaats 6.35; 2. Saveiberg 6.43; 5e
rit: 1. J. v. Egmond 6.39.4; 2. Griffioen 6.43.4;
6e rit: 1. Klink 6.30; 2. Kremers 6.36.
Kwart-finale: le rit: 1. Pijnenburg 6.36 2/5;
2. Saveiberg 6.37.1; 2e rit: 1. Groenewegen 6.28;
2. Slaats (1) 6.34 3/5,
e meest geraffineerde vorm van
ijdeiheid is prat gaan op zijn
bescheidenheid.
en nwi'ven aanzien van
Het weer op den tweeden dag van de Kaag-
week bood precies het tegenbeeld van dat
op den eersten! Toen was er veel zon en
weinig wind, nu een loodgrijze hemel met
een behoorlijke bries, die echter op som
mige oogenblikken geheel afvlakte.
Af en toe joeg een fiksche regenbui -de tal
rijke toeschouwers naar de veilige ruimte van
de kajuit of de Kaagsociëteit, doch dat deed
niets af aan het welslagen van dezen tweeden
Kaagdag.
Het belangrijkste feit was de overwinning van
Leen de Wit met de „Saenden" in de sterk be
zette regenboogklasse A, waarin niet minder
dan 17 jachten aan den start verschenen.
De .uitslagen luiden;
Starklasse: 1. „Aldebaran", st. Stork; 2.
„Deneb", st. Drijfhout van Hooff; 3. „Altair", st.
Braat.
45 M2. klasse: 1. „Foehn", st. A. G. Sijthoff;
2. „Walta", st. C. A. Vermaat; 3. „Blauwe Vo
gel", st. P. Molenaar.
Vrijbuiterklasse: 1. „Jan Brass", st. J. Dors
man; 2. „Graaf de Lumey", st. L. J. Fonteyn.
Drakenklasse A: 1. „Zilvermeeuw", st. B. J.
Moret; 2. „Thedo 2", st. A. Carpentier.
Drakenklasse B: 1. „Stormvogel", st. H. W. v. d.
Steen; 2. „Zenith", st. W. Bakker.
Olympiajollenklasse al: 1. „Glipper", st. D.
Kagchelland; 2. „Wardy", st. R. Lemstra.
Olympiajollenklasse a2: 1. „Zomerweelde", st.
J. H. H. J. de Jong; 2. „Daphnia", st. P. H. R.
Borgerhoff Mulder.
Olympiajollenklasse b: 1. „Flossie", st. E. H.
v. d. Berg; 2. „Roy", st. C. G. Vink.
12 M2. sharpieklasse a: 1. „Wieko", st. C. M.
H. Nauta; 2. „Wilgenhoek", st. J. H. Louwerse.
12 M2. sharpieklasse b: 1. „Hoera 2", st. J.
Vlaming; 2. „Mieke 2", st. A. G. Gulcher.
Noord-Ned. 16 M2. klasse al: 1. Marie", st.
M. van Dijk; 2. „Kwaje Hoek 2", st. K. L. v. d.
Horst.
Noord-Ned. 16 M2. klasse a2: 1. „Algri", st. J.
Alberda; 2. „Jarom 2", st. J. Hulk.
Noord-Ned. 16 M2. klasse b: 1. „Beatrix", st.
S. de Wolf; 2. „Windekind", st. C. J. v._ d. Bas.
Pampusklasse met bij zeilen: 1. „Ruiter", st.
R. Reitsma; 2. „De Steur", mevr. G. C. v. d.
Steur.
Pampusklasse zonder bijzeilen: 1. „Oppasser-
tje", st. H. Stumpe; 2. „Spriet", st. J. M. G.
Schrama.
Regenboogklasse a: 1. „Saenden", st. L. de
Wit; 2. „Phecda", st. G. Deichmann.
Regenboogklasse b: 1. „Duck", mej. P. Ver-
sluys; 2. „Hein", st. W. L. Berghoef.
12-voetsjollenklasse a: 1. „Ree", st. C. W.
Schaap; 2. „Ans", st. G. Landsman.
12-voetsjollenklasse b: 1. „Repl", st. J. Volle-
bregt; 2. „Kruimeltje", st. N. A. de Joncheere.
Waren wij eenige dagen geleden in de gele
genheid te vermelden, dat het bekende „motor
sportfonds" niet minder dan 8 zilveren bekers
beschikbaar had gesteld voor de winnaars van
de nationale wegraces, welke Zaterdag 5 Aug.,
door de K.N.M.V., pp het „Circuit van Zand-
voort" worden georganiseerd, thans kunnen wij
mededeelen, dat inmiddels ook een tweètal be
kers voor de snelste rondetijden in de junior
en seniorklasse werden aangeboden.
Deze beide bekers, een fraaie geste van twee
vooraanstaande firma's uit den motorhandel,
zullen er zeker toe bijdragen, dat de strijd in
de diverse klassen nog spannender en interes
santer zal worden, dan reeds algemeen werd
verwacht.
fl- -
j-
- v
De Kaagweek is Vrijdag begonnen met de eerste wedstrijden. Er was weinig wind.
Een der regenbogen in actie
(Van een specialen verslaggever)
MARSEILLE, 22 Juli. De elfde
etappe van Montpellier naar Marseille
is weinig belangwekkend geweest.
Men zou het gedrag van de renners
in deze etappe het best kunnen ver
gelijken met dat van deelnemers aan
een zesdaagsche. Immers, bij een zes-
daagsche doen de renners uren niets,
wordt er in een kalm tempo gereden
en ten gerieve van het publiek volgt
er dan ook nog een jacht van een half
uurtje. Vandaag was het in de ronde
van Frankrijk precies eender. Er werd
urenlang gewandeld, geen oogenblik
werd het tempo verhoogd en alleen
in het laatste uur, met de finish in
zicht, werd er ernstig gestreden, lie
pen er enkelen weg en moest het
peleton, of het wilde of niet, wel mee.
Uit de resultaten zal men kunnen zien,
dat deze etappe weinig cm het lijf
heeft gehad, hetgeen tot gevolg heeft,
dat de verschuivingen in de algemeene
rangschikking niet van beteekenis
waren.
Wij kunnen ons haast niet voorstellen, dat wij
nog geen drie dagen geleden liepen te ijsbeeren
boven op den Tourmalet. Een vochtige, koude
wind en een dichte mist deden ons rillen en diep
in onze jassen gestoken liepen wij toen te trap
pelen om ons warm te houden. Gisteren en van
daag hadden de renners en volgers last van de
hitte. Troosteloos is dit 'gedeelte van Frankrijk
en al zijn wij dan niet door het meest beruchte
gebied, La Crau, getrokken, toch had ook hier
de zon vrij spel, brandde fel op de lichamen der
renners, die tevergeefs beschutting zochten in de
schaduw van eeh enkelen boom, die er tusschen
de kale verweerde rotsen stond. Gelukkig bracht
een speelsch windje nog wat verkoeling, anders
zou de overgang tusschen koude en hitte voor
sommige renners misschien wel eens te snel kun
nen zijn geweest, met wellicht minder aangena
me gevolgen.
Trouwens, daarover verwondert men zich
iederen dag meer: de deelnemer aan de Ronde
van Frankrijk moet over een door en door ge
zond lichaam beschikken, dat bestand is tegen
koude, hitte, regen en wina. Alle organen moeten
normaal blijven functionneeren, al is het water
hier anders, het eten vreemd en hei: klimaat
volkomen tegenovergesteld aan dat wat hij ge
wend is. De renner, die dit physiek het best kan
verdragen, brengt het het verst in den tour,
want de vorm is snel verdwenen bij een stoornis
van een der organen.
Van menigen collega hebben wij dezer
dagen de opmerking gehoord, dat de Neder
landsche wielrenners in het bijzonder be
schikken over een sterk lichaam. Zij zullen
het nu en in de toekomst ver brengen bij
dergelijke wedstrijden. Het eenige dat hun
ontbreekt, is ervaring, waardoor vaak tacti
sche foutjes worden begaan, welke tijd en
plaatsen kosten in de rangschikking.
Zooals wij reeds schreven heeft het peleton
het grootste deel der étappe gewandeld- Van
De mensch bestaat uit ziel en lichaam en het
lichaam bestaat voor het grootste deel uit wa
ter. Een bankgebouw bestaat voor 't grootste
deel uit steen, maar de zaak waar het op aan
komt, zijn de geldswaarden, die in en uitgaan,
De steenen zijn maar middel; en zoo is het ook
ongeveer met de rol van het water in het
lichaam. Een bekende -spreuk is: Corpora non
agunt nisi soluta; alleen opgeloste stoffen oefe
nen werkzaamheid uit en deze spreuk is bijna
altijd juist (niet juist b.v. in 't geval van ont
plofbare stoffen).
Het water is het universeele oplosmiddel,
waardoor er in 't lichaam iets gebeuren kan.
Bij een volwassen persoon is het watergehalte
van het lichaam 60 pCt., bij zuigelingen 66,4 pCt.
bij nog jongere vruchten veel en veel hooger en
oude menschen zijn vaak min of meer uitge
droogd.
De waterrijkdom voor jonge menschen is ge
zond, want hun stofwisseling moet snel gaan.
Hoe meer oplosmiddel, des te sneller gaan de
reacties; en de scheikundige gebeurtenissen gaan
op jongen leeftijd sneller dan op ouderen leef
tijd. Een oppervlakkig mensch zou daaruit con-
cludeeren, dat oude menschen, die waterrijk,
dus sappig zijn, ook wel oud zullen worden,
maar de ervaring wijst het anders uit. En dat
is trouwens volgens de algemeene wet, dat
iemand dan het gezondste is, wanneer zijn con
stitutie met zijn leeftijd overeenstemt. De er
varing leert dan ook, dat oude droge menschen
lang leven. Ik heb mijn leermeester prof. Rui-
tinga wel eens hooren zeggen: Corpora sicca
durant, droge lichamen blijven.
Het watergehalte hangt ook samen met den
voedingstoestand: goedgevoede menschen zijn
minder waterrijk en hebben meer vet. Het vet
heeft n.l. betrekkelijk weinig water noodig, om
in de vetdepots opgeslagen te worden. Vet is
lichter van' soortelijk gewicht dan water; dus
dikke, vette menschen drijven gemakkelijk op
het water.
Het watergehalte hangt ook samen met ziekte
en gezondheid: iedereen heeft gehoord van wa
terzucht, waarbij een groote hoeveelheid dun,
waterachtig vocht zich onder de huid verzamelt,
of soms in de buik- en borstholte; dit komt
voornamelijk bij hart- en nierlijders voor, maar
wat de beenen betreft, ook bij gezonde men
schen, die spataderen hebben. In die gevallen
is dus het watergehalte verhoogd. Dit is op
zichzelf beschouwd niet zoo gevaarlijk als een
snel waterverlies, zooals dat bij heftige diar-
rheeën voorkomt. Zulk een uitdroging is levens
gevaarlijk, en een inspuiting van vocht (een
bijzonder samengesteld vocht) onder de huid
kan dezen menschen het leven redden.
Maar bij gezonde menschen en zelfs ook bij
niet heel gezonde menschen blijft het water
gehalte tot op zekere hoogte constant. Dit is een
enorm ingewikkelde regeling, zóó ingewikkeld,
dat wij die niet kunnen overzien. Maar verschil
lende bijzonderheden daaromtrent zijn ons toch
goed bekend. Het water komt bijna uitsluitend
in het lichaam door spijs en drank. Een volwas
sen persoon neemt per dag 27002800 gram wa
ter op; het watergehalte van de verschillende
spijzen is daarbij gerekend.
Het water wordt uitgescheiden door de nie
ren, de ingewanden, met de ademhaling en met
het zweet. Om een ruw denkbeeld te geven van
de hoeveelheden, zou men kunnen aannemen,
dat, wanneer iemand per dag 3 liter water kwijt
raakt, er 2000 gr. met de urine verdwijnt, 100
met de ontlasting, 300 met de ademhaling en
700 door de huid. Over de wateruitscheiding met
de ontlasting is niet veel bijzonders te vertellen;
dat de mensch ook water uitademt, is aan
iedereen bekend.
Wel interessant is te weten, dat een zekere
uitscheiding door huid en longen altijd plaats
grijpt, ook als de persoon in rust is, en geen
spijs of drank tot zich neemt. Dan is het wa
terverlies per dag langs huid en longen toch nog
zoo iets als 300 gram.
Wordt iemand warmer, dan beginnen de zweet-
klieren te werken, en bij groote inspanning komt
het water bij druppels tegelijk uit de klieren te
voorschijn. Op die wijze kan de mensch vele
liters vocht in korten tijd verliezen. Ook dit
heeft zijn gevaar, zooals voor enkele jaren met
de groote hitte is ondervonden. Toen meende
men nog, dat marcheerende soldaten niet moes
ten drinken, maar wij weten thans, dat een
sterke uitdroging door zweeten de kans op een
zonnesteek grooter maakt.
Het meest bestudeerd is natuurlijk de water
uitscheiding door de nieren; en dit is op zich
zelf reeds zulk een ingewikkeld probleem, dat
er nog steeds op tal van punten geen volkomen
zekerheid bestaat. In de eerste plaats is de nier
in staat een verdunde of geconcentreerde urine
af te scheiden; in het eerste geval is het gehalte
aan opgeloste stoffen gering en de kleur dan
ook zeer licht; in het tweede geval is het ge
halte aan opgeloste stoffen groot en de kleur
donkerder en het soortelijk gewicht hooger.
De nieren passen, zich dus bij den watertoe
stand van het lichaam aan; is er veel vocht bin
nengekomen, dan produceeren zij een dunne, wa
terrijke urine, en in 't tegenovergestelde geval
juist andersom.
Hoe weet nu de nier, om het zoo te zeggen,
wat zij te doen heeft? De algemeene opinie is,
dat dit in hoofdzaak afhangt van den water
rijkdom van het bloed. Waterrijk bloed laat het
water gemakkelijker los dan geconcentreerd dik
bloed. De zaak laat zich verduidelijken, wanneer
men beschouwt, hoe het water en andere stoffen
uit het bloed in de nieren overgaan. Ruw uit
gedrukt, gaat het water door den wand van het
bloedvat heen en komt dan terecht in een van
de millioenen nierkanaaltjes, die te zamen komen
in grootere kanalen, die weer tenslotte in 't nier
bekken uitmonden. Maar dit is dan ook heel ruw
uitgedrukt. De nierkanaaltjes bestaan uit ver
schillende deelen: 't eerste heet de Bowmansche
kapsel en ziet er uit als een kogeltje met 'n dub
belen wand, dus als een voetbal. Op de plaats
van het ventiel komt er een bloedvat in, dat zich
zoozeer kronkelt, dat 't den geheelen binnenbal
vult en daarna weer den bal verlaat. Het water
nu zweet door de wanden van het bloedvat en
door den binnenbal naar de ruimte tusschen
binnen- en buitenbal. Deze ruimte staat in open
verbinding met een kanaal, dat als een slangetje
den bal verlaat. Dit kanaaltje krijgt nu een ge-
slingerden vorm en heet de gedraaide buis; daar
na krijgt het een rechten vorm en loopt in de
richting van den buitenkant van de nier naar
het nierbekken en dan weer terug, zoodat het een
lis vormt. Dit heet de lis van Henle, die dit or
gaan het eerst beschreven heeft. Welnu, men
houdt het er tegenwoordig voor, dat het water
wordt uitgescheiden in het eerste deel, n.l. de
Bowmansche kapsel. Een groot deel der opge
loste stoffen in het tweede deel, n.l. de gedraaide
buisjes, en de zouten vooral in het derde deel,
nl. den eersten schenkel van de Henlosche lis. Ook
deze verdere gedeelten der kanaaltjes worden na
tuurlijk door bloed omspoeld. Het eerste gedeel
te, nl. de Bowmansche kapsel, wordt dan ook
wel eens de eigenlijke waterklier genoemd. Er
zijn er millioenen. Deze kapsels nu nemen meer
water op, wanneer er meer water in 't bloed is.
Natuurkundig kunnen wij dit eenigszins begrij
pen, omdat het water in het bloed dan niet zoo
vastgehouden wordt. Het is voor een deel althans
een kwestie van osmose.
Bepaalde opgeloste stoffen trekken het water
tot zich. Hoe meer van die opgeloste stoffen in
het bloed, hoe sterker zij het water vasthouden
en dus hoe dikker het bloed, des te minder water
wordt er losgelaten en gaat door den wand naar
de nierkanalen. Op die wijze is er een automa
tische regeling. Maar het is waarschijnlijk niet
zoo automatisch, als in een proef met leven-
looze wanden.
Behalve deze regeling, speelt de bloedsdruk een
groote rol: hoe hooger de bloedsdruk, des te meer
water wordt afgescheiden. Bij abnormaal lagen
bloedsdruk houdt de urine-afscheiding op.
Maar nu moeten we iets verder gaan. Vanwaar
komt het water in het bloed? Dit komt uit de
weefselen, uit spieren, hersenen, klieren enz. Nu
heeft ten eerste elk weefsel een bepaald water
gehalte noodig, om goed te kunnen functionnee
ren; het gehalte kan soms zeer varieeren, al naar
den toestand van het bepaalde weefsel.
Ten tweede zijn er factoren, die op het alge
meen watergehalte invloed uitoefenen en als zoo
danig kennen wij ten eerste het algemeene ge
halte aan zouten hoe meer zouten, hoe meer
water; vandaar dat bij zwakke nieren soms een
zoutloos dieet wordt voorgeschreven, want dan
laat het lichaam het water beter los en hebben
de nieren het gemakkelijker. Verder wordt het
algemeene watergehalte beïnvloed'door verschil
lende klieren met inwendige secretie, zooals het
pancreas met zijn insuline, de schildklier met
het thyroxine, de bijnier met adrenaline. En ten
laatste heeft het zenuwstelsel zelf een invloed
op het watergehalte. Er is zelfs een bepaald
plekje in de hersenen aan te wijzen, waarvan de
prikkeling een groot waterverlies te weeg brengt.
Samenvattend kunnen wij zeggen, dat wij er
heel veel van weten, maar juist het feit, dat wij
zooveel weten duidt aan dat er een groot aantal
factoren zijn, die meehelpen om de waterhuis
houding te regelen. En dit maakt de behandeling
van afwijking der waterhuishouding, dus vooral
de gevallen van waterzucht, vaak zoo moeilijk.
Maar anderzijds wordt onze bewondering op
gewekt voor de ongelooflijke ingewikkeldheid
der regeling, omdat met de eischen van elk
orgaan en elk weefsel rekening gehouden moet
worden, en toch alles vanzelf verloopt. Nietzsche
drukte het voortreffelijk uit met de woorden:
„Uw gansche lichaam is één groot verstand."
Dr. TH. H. SCHLICHTING
11* ETAPPE 22 JULI 212 KM
CONTROL EPL A A TSEN
NIMES
TARASCON stremy
.SENAS
LUNEL
STcANNAT
SAl^N
Montpellier naar Aix gebeurde er werk®J^.
niets bijzonders en ook de ontvluchting»^
ging van Neuens, 40 KM. vbor het aa „jL
stadje in de Provence, werd weinig serieus 8
nomen. Een ploegmaat van Vietto, BelJy
haalde den uit den band gesprongene weer
en opnieuw werd het tempo gedrukt, tot
K.M. in het uur.
Men had van Aix naar Marseille i» r'
dot*
male omstandigheden slechts 30 K.M.
binnenweg van 55 K.M. uitgezocht, welke
een aantrekkelijke streek liep. Het sterk kr°
kelende binnenweggetje liep in de boschnJ
omgeving van den 700 M. hoogen Pilon du R
en op dit gedeelte bestond gelegenheid ge"°
om een uitlooppoging te wagen.
15 K M. voor Marseille raakten Pierre CM
mens en Galateau weg, het peleton volgde ui
direct en dank zij den talrijken s-bochten w£lS
het tweetal weldra uit het gezicht verdwe»e^'
De Korver wilde er achter aan gaan en
K.M. voor de Fransche havenstad lag hij v
achter de twee vluchtelingen met een kilo»1®
;ifg
d»'
ter voorsprong op het peleton. Handig 8
Lambrichts voorop zitten om te beletten,
de groep de achtervolging op scherpe wijze z
inzetten. DOch tot groote verwondering v£il'
di9
den Zuid-Limburger stopte de Korver,
dacht, dat hij het niet zou kunnen halen,
liet zich door het peleton opslokken. Intussche
bereikten Clemens en Galateau met 1 niin
voorsprong het prachtige stadion van Marsei
gC"
waer Galateau op gemakkelijke wijze voor
enthousiast publiek, de étappezege in de vvaC
sleepte.
het
Vrijwel alle renners kwamen te zamen
stadion binnen, Ook Albert van Schendel,
minicus, Lambrichts, de Korver en g
mons bevonden zich er bij. De laatste had
K.M. voor de finish een lekken band gehad
hij had bijzonder snel moeten rijden om
peleton nog voor de eindstreep te pakken
krijgen.
het
Eén Nederlander ontbrak echter op
appèl; Anton van Schendel. Bij Les Roubca^
een 20 K.M. voor Marseille, was zijn aclU
band gesprongen, omdat deze er niet goed
omgedaan. De fiets begon te slingeren t.
onze landgenoot kwam op de keien teic'0p,
Gelukkig liep hij geen ernstige blessures
slechts wat schrammen en schaafwonden,
ongeval berokkende hem echter een aanz'^j,
lijken achterstand, zoodat hij als een jj
laatster, het stadion binnenkwam met rui»
minuten verschil op den winnaar. .„ei
Daar staat echter tegenover, dat NedeJimj
tot de vijfde plaats in de landenrangschik -
is gestegen, omdat Pagès van Zuid-W
Frankrijk met grooten achterstond te
seille arriveerde. mcp
Zondag wordt de twaalfde étappe ge'
van Marseille, naar Monaco, over Saint
phael, totaal 278 K.M.
De uitslag luidt: 1. Galateau, 6 uur 30
55 sec.; 2. P. Clemens, zelfden tijd; 3. le Gr
6 uur 31 min. 55 sec.; 4. Thiétard, 5. W5'a
Jaminet, 7. Fréchaut, 8. Wagner, allen ze' v,
tijd; 9. ex aequo een groot peleton o.w.
Schendel, Lambrichts, Mareaillou, Archam
allen in 6 uur 31 min. 55 sec.; i6. Dom» efl
de Korver, Vlaemynck, Hellemons, Vietto
S. Maes. ijjii'
T. v. Schendel kwam als een der laatsten
nen in den tijd van 6 uur 41 min. 19 sec"
dat hij twintig k.m. voor Marseille g«v
was, wegens het springen van een band.
De algemeene rangschikking luidt: 1- jg;
73 uur 56 m.in. 57 sec.; 2. S. Maes, 74, 00,
3. Vlaemynck, 74, 3, 03; 4. Vissers, 74. g,
5. Lambrichts, 74, 6, 37; 6. Archambaud, 'jg,
32; 7. Mareaillou, 74, 10, 12; 8. Disseaux. 7'
15; 9. Thiétard, 74, 14, 43; 10. Ritserveldb
16, 31; 11. M. Clemens, 74, 17, 38; 12. v. u 3g;
berghe, 74, 20, 19; 13. Fréchaut, 74, 33, j,
14. Galateau, 74 25, 05; 15. (1) A. v. Sch»
74, 26, 15; 26. (16) Dominicus, 74 46, o-O c|,
(10) de Korver, 75, 5, 7; 35. (4) T. v. Scb«
75, 6, 10; 46. Hellemons, 75, 34, 55.
,;S 2"
222 uur, 31 min., 49 sec.; 2. Frankrijk Z°'.
4, 21; 3. Frankrijk A„ 223, 6, 42; 4. Belg»3^,
223, 14, 4; 5. Nederland, 223, 19, 45; 6. F'a
rijk N.O., 223, 22, 1; 7. Frankrijk Z.W., 233'^„
39; 8. Luxemburg, 223, 46, 30; 9. Frankrijk
224, 43, 16; 10. Zwitserland, 225, 36, 29.
Het landenklassement luidt: 1. Belg"3
Mej. Rollin Couquerque werd Zaterdag» Kel'
in den halven eindstrijd van het dames s.
spel geslagen door mej. Kovac. In het ^\V
dubbelspel won onze landgenoote met mej-
stein van mej. Somagy en mej. Popp. ^,eTile
Heeren-enkelspelhalve eindstrijd:
(Duitschland) sl. Goepfert (Duitschland) èl
1_6, 4—6, 6—4, 6—2. Henkei (Duitschla»1'
Koch (Duitschland) 64, 62, 61. fgod
Dames-enkelspel, halve eindstrijd: m
Sperling (Denemarken) sl. mej. Somagy1 lav)9
garije) 61, 63. Mej. Kovac (Jougo-0
sl. mej. Rollin Couquerque (Nederland)
6-1. (V'5;
Heerendubbelspel: Sith en Anderson
sl. Cavriani en Del Bello (Italië) 3 0, pp'
4—6, 62, 6—4. Goepfert en Metaxa (Du g-A
land) sl. Billington—Godsell (Engeland) t'-
63, 97. De Stefani en Canapele G'a,
Cejnar en Siba (BohemenMoravië) 7—
16, 16, 63. jtjcP,
Dames-dubbelspel: mej. UIJstein /t^ede(,
land) en mej. M. Rollin Couquerque 'pg9'
land) sl. mej. Somagyi en mej. Fopp (1
rije) 6—0, 4—6, 6—2. vro^
Gemengd dubbelspel: de heer en 111
Schroder (Zweden) sl. mej. Kovac (Vo» gX
vië) en Mayer (Duitschland) 7—5, 3
v