De grens van... LAND EN WA TER Het beeld kust Afrika's geval beteekenis van oorlog in De As in een vrij gunstige positie van onze WEK UW LEVER-GALOP Verzanding van oude havens Engeland wil een zwart leger vormen Naar de nieuwe gemeenschap f ONZE JUBILEUMREIS Restaurant DORRIUS ZATERDAG 29 JULI 1939 IN DE HOOFDEN LIGT DE OORSPRONG VAN DE VLOED BEWEGING IN DE NOORDZEE Het zand, dat de zee ophoopte als bescherming voor het land Sluiting der inschrijving onher roepelijk Maandag a.s. Toepassing kunstmatige ademhaling .maar dat zij ook gebruikte om de welvaarf der oude havensteden te verwoesten *6®eeiteit van de Hoofden zou voeren tot eeoJeen offensief te ondernemen, waarvan de ge Russisch crediet aan China Grootsche opzet van den Nationalen Kaderdag CHAMPACiNEKOSTEN ONDER „KARBOUWEN EN RIJST" Volksraadslid vraagt nadere inlichtingen Koninklijke gift Retraite Heeren Middenstand Engelsche luchtdienst over den Oceaan Opening van de Nooideliike route op 5 Augustus Te Soest is op het grasveld voor het monument, opgericht ter nagedachtenis van wijlen H. M. de Koningin-Moeder aan de TorenstraatKerkstraat, een carillon geplaatst. De firma Petit en Fritzen te Aarle-Rixtel heeft ter gelegenheid van ds a.s. blijde gebeurtenis op Paleis Soestdijk dit carillon door welwillende bemiddeling van den beiaardier van het Koninklijke Paleis op den Dam te Amsterdam, den heer J. Vincent, in bruikleen afgestaan. De heer Vincent beproeft het carillon en u zult 's morgens uit bed springen, gereed om bergen te verzetten. lederen dag moet uw lever een liter lever-gal in uw ingewanden doen vloeien. Wanneer deze stroom van lever-gal onvoldoende is, verteert uw voedsel niet, het bederft. U voelt u opgeblazen, u raakt verstopt. Uw lichaam is vergiftigd, u voelt u beroerd en ellendig, u ziet alles zwart. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmidde len. U moet CARTER'S LEVER-PILLETJES nemen om deze liter lever-gal vrij te doen vloeien en u zult u een geheel ander mensch voelen. Onschade lijk plantaardig, zacht, onovertroffen om de lever- gal te doen vloeien. Eischt Carter's Lever-Pilletjes bij apothekers en drogisten, f. 0.75. Het water valt het land aan met nooit ophoudende woede en energie. Het is grillig en onberekenbaar; het bouwt op en breekt af; het geeft en neemt terug; het speelt met het zand van onze kust; het stroomt erlangs en vermeerdert het; het stroomt er weer langs en neemt het zand mee; steeds maar door zonder ophouden werkt het, jaren en eeuwen door en het heeft in den loop van deze lange tijden onze kust den fraai gebogen vorm ge geven, waarbij sierlijk en speelsch het eene cirkelsegment overvloeit in het andere. De historie van den opbouw en afbraak van onze kust is zeer interessant, tenminste voor hen, die dit alles achteraf en met objectieve belangstelling kunnen beschouwen. Voor de bewoners van ons land, die deze historie in den loop der eeuwen hebben meegemaakt was zij vaak even tragisch als de geschiedenis van een oorlog, waaraan men ten gronde gaat. De historie van onze kust immers bevat ook al die jammerlijke en tragische verhalen uit ons verleden; verhalen van groote overstroomin gen en doorbraken, waarbij vaak honderden, soms ook duizenden het leven verloren, waar bij de welvaart van gansche streken voor lan gen tijd werd verwoest, waarbij in één nacht tientallen dorpen verdwenen. Deze historie bevat ook de verhalen van den langzaam en dwingend naderkomenden ondergang van ha vensteden, die in den loop van honderden jaren werden afgesloten van de zee; zij bevat den ondergang van de rijke koopmanssteden, waarvan thans niets meer over is dan de her innering aan een grooten tijd, toen deze steden den handel van vier werelddeelen beheersch- ten. De havens zijn verzand en met het ver stoppen van deze toevoerwegen verstopten ook de bronnen van de welvaart. De lessen van het verleden moeten dienen om de toekomst beter te maken; het verleden moet het materiaal verschaffen en de gege vens om beter voorbereid te zijn op datgene, wat de toekomst ons brengen zal. Wel is de ervaring groot, maar het heeft zeer lang ge duurd, voor men gekomen is tot een weten schappelijke bestudeering van de krachten, die werkzaam zijn aan de kust en die verantwoor delijk gesteld kunnen worden voor alle ver anderingen, die daar in den loop der eeuwen zijn gekomen. De kust is het voornaamste front, waarop de strijd tegen het water geleverd moet wor den. De kust is niet vast, zij wordt voortdu rend belaagd, zij verandert van dag tot dag, al zijn deze veranderingen zoo miniem, dat wij ze eerst in den loop van tientallen jaren kunnen constateeren. Zij verandert door de stroomingen van eb en vloed; een golf, die tweemaal per etmaal over de aarde trekt als gevolg van de aantrekkingskracht van de maan en in mindere mate ook van de zon; een golf, wier kracht zoo groot is, dat zij al is het dan in uiterst langzaam tempo de eigen roteerende beweging van de aarde af remt. Dit eeuwig bewegende water heeft de kust gevormd; het heeft landtongen en dui nen doen ontstaan; het heeft vooruitsprin gende gedeelten weggeslagen, de vaste stof daarvan meegenomen en ergens anders weer neergelegd. Deze vloedgolf trekt over den Atlantischen Oceaan van Amerika naar Europa; het water stoot tegen de kusten van Engeland en Frankrijk; het komt door het Kanaal de Noordzee binnen, en trekt zoo langs onze kusten. In het Kanaal moet men den oor sprong zoeken van alle beweging van het vloedwater, waarmede de Nederlandsche wa terbouwkundigen rekening moeten houden bij het uitvoeren van werken. Het nauwste gedeelte van het Kanaal draagt den bij niet ingewijden minder gebruikelijken naam van de Hoofden, en het is begrijpelijk, dat hier de wetenschappelijke studie van het water aan onze kust moet beginnen. De Hoof den zijn aan weerszijden begrensd door steile witte rotsen, die hun opvallende kleur te dan ken hebben aan de Friezen, sithans volgens, de legende. Toen de. eerste Friezen waar over Friso van Taeke in Antoon Coolen's „Drie Gebroeders" zoo wonderbaarlijk schoon weet te vertellen van den Oceaan de Noordzee invoeren met hun schip, hetwelk zoo groot Was, dat men een menschenleeftiid noodig had om in het want omhoog te klimmen en weer heneden te komen, bleef dit schip vastzitten tusschen de rotsen. De boorden werden inge smeerd met witte zeep en het schip kon zijn tocht vervolgen, maar de Hoofden zijn sinds dien wit gebleven. Een minder fantastische reis door de Hoof den, maar zeker zoo interessant en van meer Wetenschappelijke waarde heeft eenige jaren terug dr. ir. J. van Veen van oe Directie der benedenrivieren gemaakt, die zich belast had biet het onderzoek naar de vraag, of de ca paciteit van de Hoofden ten aanzien van het Vloedwater toenam, en of het in verband daarmede noodig zou zijn bij de bedijking met deze vergroote capaciteit rekening te houden. Gver deze onderzoekingen in de Hoofden is een boek verschenen, dat behalve een aantal Voor leeken volkomen onbegrijpelijke pagina's 'eer interessante lectuur bevat, over den op bouw en de geschiedenis van de Nederlandsche kust. Ge kust van ons land is een deel van een 'ange strook, die zich uitstrekt van kaap Gris ^ez in Frankrijk tot aan de Wadden. Zij is, z°oals men dat noemt, opgehangen aan dit Vaste punt en vormt een lange gebogen lijn, Rechts onderbroken door de zeegiaten, waar het water van de rivieren in de zee stroomt, bier heeft men een gebied van brak water, bet zoete water uit de rivieren vermengt zich •het het zoute uit de zee; hier heeft men ook het gebied, waar het zand, door het zeewater aangevoerd, zijn gevaarlijken invloed begint te Vertoonen. Dit zeezand en zeeslib zijn van het aller zotste belang, vooral in het Zuid-Westen van ons land, waar in betrekkelijk weinige eeuwen groote eilanden zijn ontstaan, terwijl hok in Vlaanderen groote gebieden waren bin- hengedijkt. Hier heeft zich de tragische histo- vermeerdering van het vloedwater aan de Ne derlandsche kust, moest ook de vraag worden beantwoord of hierdoor meer vaste stoffen zouden worden aangevoerd, waardoor het ver zandingsproces van zeegaten en havens gere geld voortgang zou vinden, misschien zelfs in versterkte mate. De conclusies, waartoe de genoemde onder zoekingen hebben gevoerd, zijn, dat de Hoof den niet uitschuren, althans niet in zoodanige mate, dat deze uitschuring eenigen invloed kan hebben op het vloedwater langs de Neder landsche kust, en voorts, dat in deze zeeëngte vrijwel geen zandbeweging kon worden waar genomen. Tot voor kort werd algemeen aan genomen, dat zich door de Hoofden enorme zandmassa's verplaatsen, die de eigenlijke oorzaak waren van het dichtslibben en op vullen der zeegaten. Deze opvatting is dus gebleken onjuist te zijn. Wel passeeren door deze zeeëngte per jaar anderhalf millioen ku bieke meter slib, doch in vergelijking met het totale kwantum van de Noordzee is dit niet van zooveel belang. Gevaar voor onze kust door uitschuring van de Hoofden is dus voorloopig niet te duchten. Doch dit wil niet zeggen, dat er geen ander gevaar dreigt en dat de strijd met de zee ge wonnen is. Het proces der verzanding gaat zijn gang en zou thans nog even funest zijn als vroeger, als niet te rechter tijd de stoombag- germolen was uitgevonden, dia aan het be strijden van dit probleem een heel ander aan zien heeft gegeven. Daarnaast ontstaat lang zamerhand een gebrek aan zand in het zuide lijk deel der Noordzee, waardoor onze zuide lijke kusten hun natuurlijke bescherming Maandag wordt onherroepelijk dc ter mijn voor inschrijving bij de Vereenigde Katholieke Pers N.Z. Voorburgwal 6573 Amsterdam (telefoon 46878) gesloten. Wie de reissom, groot f 123 plus f 3 adm. geld, opzond of op ons gironummer 22884 gi reerde ontving of ontvangt nog een gele deelnemerskaart. Wie tweede klasse wil reizen betaalt f 23 extra en wie in de ho tels een eenpersoonskamer wenscht stort f 8 meer daarvoor. Aan alle deelnemenden zijn de eerste instructies betreffende deze reis door Zwit serland, Italië naar Boedapest van 7 tot en met 20 Augustus verzonden. Duitsch geld kan niemand meenemen maar ieder zorge voor Italiaansch, Zwitsersch en Hongaarsch geld voor kleinere uitgaven. Bestuurderen der Maatschappij tot Redding van Drenkelingen (opgericht 1767) hebben sedert de vorige opgave de volgende bekronin gen toegekend voor het opwekken der levens geesten bij drenkelingen of door gas verstik ten: De zilveren medaille aan: J. de Vree, Dord recht; M. J. van Beurden, Culemborg en L. H. van Dalsum, Breda. De bronzen medaille aan: J. Beljon, Lemmer. door zandbanken verliezen. Voorts is nog een ander gevaar geconstateerd: het rijzen van den zeespiegel, ofwel het dalen van het vaste land, een verschijnsel, waarvoor nog geen ver klaring is gevonden, maar waarmede men toch in ieder geval duchtig rekening zal moeten houden. tie afgespeeld van havens als Brugge, Mid- deiburg, zierikzee en andere, die in vroeger ®euwen aan geschikte getijdestroomen hebben plegen, doch die door de zee zijn opgevuld /*et zand, waardoor de welvaart van steden n streken verloren is gegaan. Behalve de vraag, of de vergrooting van de (Van een bijzonderen correspondent) Nergens twijfelt men er aan, dat Afrika, als het in Europa tot een uitbarsting mocht ko men, het tooneel van belangrijke krijgsbedrij ven zal worden. Zeker, Duitschland is zijn ko loniën in het Zwarte Werelddeel kwijt en be schikt er dus niet meer over gebieden van Waar uit een aanval op de bezittingen van andere mogendheden beproefd zou kunnen worden, maar daar staat tegenover dat Italië, Duitsch- lands partner, zich sinds het einde van den grooten oorlog 1914'18 in Afrika een steeds solieder positie heeft weten te verschaffen, een positie, waarvan ook zeker Duitsche troepen, mocht het noodig zijn, zullen kunnen gebruik maken. In Libye onderhoudt Italië een tot de tanden gewapende groote troepenmacht, Abes- sinië's moeilijk-vorderende pacificatie maakt de aanwezigheid van een wei-uitgerust leger, dat ook buiten de grenzen van het rijk van den ex-Negus goede diensten zou kunnen bewijzen, noodzakelijk, en ook met de militaire mogelijk heden van andere deelen van het Italiaansche koloniale rijk moet rekening gehouden worden. Egypte en de Britsch-Egyptische Soedan heb ben, ingeklemd als zij liggen tusschen Libye en Ethiopië, zeker geen gemakkelijke positie. Zoo verkeeren de „totalitaire" mogendheden in militair opzicht in Afrika thans in een veel gunstiger positie dan waarin Duitschland zich in dit deel van de wereld in 1914 bevond. Toen was Duitschland van de zee nagenoeg afgeslo ten, de Duitsche bezittingen in Afrika waren dus geheel op zich zelf aangewezen en de troe pen, die er waren, konden geen andere rol dan een zuiver-defensieve spelen. Het kan bezwaar lijk verwonderen dat die rol hun na betrekkelijk korten tijd te zwaar vterd. Nu is een offensief in Afrika van de zijde der „totalitairen" een mogelijkheid, waarmee rekening gehouden moet worden, en ook reke ning gehouden wordt. Via Italië en Libye kan Duitschland groote massa's troepen naar Afrika overbrengen en het schijnt volgens berichten uit zeer verschillende bron inderdaad in de bedoeling van de „spil"-mogendheden te liggen van Libye en wellicht ook van Abessinië uit volgen, als het slaagde, onmetelijk zouden zijn. Dat Tunis het objectief van den aanval zou zijn, is weinig waarschijnlijk. Tunis is op dit oogenblik in staat een zwaren schok te weer staan en daarenboven kan het vrij gemakke lijk hulp gcpoden worden. Bezetting van Tunis brengt trouwens geen beslissende strategische voordeelen mee. Waarschijnlijker is dan ook dat een offensief zich veeleer in de richting van Egypte en den Soedan ontwikkelen zou. Be zetting van Egypte zou Italië en Duitschland in het voorloopig bezit van het Suezkanaal brengen en den snelsten weg naar het Nabije Oosten en naar Indië voor Engeland althans tijdelijk onbruikbaar maken. Als men be denkt, dat talrijke Duitsche legerautoriteiten in de laatste maanden zich in Libye persoonliik van de mogelijkheden, die dit land als aanvals- basis biedt, zijn gaan overtuigen, als men die bezoeken in verband brengt met de hardnek kige geruchten, volgens welke sinds maanden Duitsche troepenafdeelingen naar Libye ver- Scheept worden, kan het geen verwondering vlekken, dat de Britsche en de Egyptische re geeringen alle krachten inspannen om aan den schok van een mogelijke onaangename verras sing afdoende tegenstand te kunnen bieden. De geringe sterkte van het Egyptische leger, dat eerst over eenige jaren een kracht van betee kenis zal bezitten, en de betrekkelijk weinige Britsche soldaten, die Engeland in Egypte ge legerd heeft, doen de vraag rijzen of Egypte van elders sneller en waardevoller hulp zou kunnen krijgen dan die, welke de Britsche bond- genoto, wellicht niet tijdig, zou kunnen geven. Dat Egypte op Turkschen bijstand zal kun nen rekenen staat, in de bestaande omstandig heden, nagenoeg vast, maar men is te Londen gaan inzien, dat ook de andere Britsche kolo niën en mandaatsgebieden in Afrika over hulp bronnen beschikken, waarvan de waarde niet onderschat mag worden. De blanke bevolking van al deze gebieden wenscht uitgezonderd een betrekkelijk gering aantal Duitschers dat Engeland niet van het kleinste stukje gebied, dat het in den loop der jaren in Afrika ver worven heeft, afstand doet. Alle Britten, die in Kenia of in Oeganda, in Rhodesia of in Nyassa wonen, willen dat Tanganyika Britsch blijft. Zij zijn er van overtuigd, dat een teruggave van Tanganyika aan Duitschland een groot gevaar voor de Britsche positie in Afrika scheppen zou. Militaire hulp aan een bedreigd Egypte of een gevaarloopenden Engelsch-Egyptischen Soedan zou moeilijk te geven zijn, wanneer Duitschland over een .slagboom" in Tanganyika beschikte, en de gouverneur van dit gebied heeft, kort nadat de Britsche premier verklaarde, dat En geland in de toekomst en onder bepaalde om standigheden bereid was aan de Duitsche ver langens welwillende aandacht te wijden, met nadruk betoogd, dat een schikking, omtrent te ruggave van koloniën in elk geval geen betrek king kon hebben op Tanganyika. De van de Britsche kroon afhankelijke gebie den in Afrika hebben slechts een kleine blanke bevolking. In Kenia wonen 20.000 Europeanen, in Oeganda 2000, in Tanganyika 9000, waarvan ongeveer 3000 Duitschers, in Nyassaland 2000, in Noord-Rhodesia 10.000, in Zuid-Rhodesia 60.000, in Basoeto-, Swazi- en Betsjoeanaland ongeveer 6000. Deze gebieden zullen evenwel op den duur een veel grootere blanke bevolking kunen weden, want verscheidene hebben een zeer gezond, niet te warm klimaat en komen dus als vestigingskolonies ernstig in aanmerking. Sinds Italië Ethiopië veroverde, en vooral in de laatste maanden, heeft men zich in Enge land met de opvoering van de militaire weer kracht der Britsch-Afrikaansche gebieden ern stig bezig gehouden. Te dien einde heeft men den blanken gelegenheid gegeven kennis in het hanteeren van wapenen op te doen. Deelneming aan opleiding is tot dusver, behalve in Kenia, niet verplicht, maar er is sprake van, voorna melijk in Zuid-Rhodesia, daarin verandering te brengen. Tegelijkertijd worden maatregelen ge troffen, wederom voornamelijk in Zuid-Rho desia, de strijdkrachten van het actieve leger inboorlingen, die door Britsche officieren aangevoerd worden te verster ken. De verdedigingswerken van de haven van Mombassa, belangrijk strategisch punt tusschen Aden en de Kaap, zijn aanzienlijk uitgebreid. Maar luchtstrijdkrachten ontbreken tot dusver. Behalve in Zuid-Rhodesia kan geen der boven genoemde gebieden op een plaatselijke lucht macht bogen. Staat Engeland tegenover de inlijving van zwarte recruten niet onwelwillend, de Zuid- Afrikaansche Unie blijft van militarisatie van kleurlingen volstrekt afkeerig. Niettemin zouden juist in dit groote volkrijke Dominion troepen op de been gebracht kunnen worden, die in een Afrikaanschen oorlog een belangrijke rol zou den kunnen spelen. Maar de controverse .deel neming aan den oorlog" of .handhaving der neutraliteit" blijft de bevolking der Unie ver- deelen en onder die omstandigheden is inlij ving van het Dominion in het Afrikaansche de fensie-front niet wel mogelijk. Desondanks kan men er zeker van zijn, dat zeer talrijke Zuid-Afrikanen, mocht een offen sief tegen Egypte en den Soedan ontketend worden, onmiddellijk vrijwillig dienst zouden nemen in de troepenmacht, die Engeland in Kenia zou trachten te concentreeren. Het gros van die macht zou uit Britsch-Indië komen, vanwaar transporten weinig gevaar zouden loo- pen en trouwens door Britsche oorlogsbodems zouden kunnen beschermd worden. Een aan val op Kenia zou ook de Zuid-Afrikaansche re geering zeker niet onverschillig laten. Minister Pirow heeft indertijd verklaard, dat de gren zen van de Unie in Kenia liggen, bij meer dan één gelegenheid heeft hij zich in de meest stel lige bewoordingen tegen een teruggave van Tanganyika aan Duitschland uitgesproken en 'ook heeft hij geen twijfel gelaten aan het feit, dat een aanval op het Portugeesche Mozam bique de Unie tot onverwijld ingrijpen nopen zou. Zuid-Afrika zal dus zeker niet onder alle omstandigheden neutraal blijven. Slechts als geen enkel Zuid-Afrikaansch belang bij een oor log betrokken zou zijn en hoe weinig waar schijnlijk is dat! zouden de neutralisten een sterke stelling, blijven innemen. Zoolang evenwel de toekomstige houding van Zuid-Afrika twijfelachtig blijft, moet Engeland naar andere middelen omzien om zijn gebieden in het Zwarte Werelddeel in zoo krachtig moge lijken staat van verdediging te brengen. Dit geldt vooral van de meest-kwetsbare punten, Egypte en den Soedan, waarvan de bezetting voor de Britsche positie in het Nabije Oosten en in Indië gevaren zou opleveren, die aller minst denkbeeldig zijn. SJANGHAI, 29 Juli (Havas). Welingelichte kringen te Sjanghai bevestigen, dat de Chi- neesche regeering van de regeerjng der Sov jet-Unie een goederencrediet heeft verkregen ten bedrage van 750 millioen goud-roebels, d.i. 150 millioen goud-dollars. De onderhandelin gen over de verleening der credieten zouden practisch reeds in Maart beëindigd zijn. N. Z. Voorburgwal b. h. Spui. Amsterdam. PLATS OU JOUR EN LA CARTE De groote Nationale Kaderdag op Zondag 10 September in het Ajax-Stadion te Amsterdam belooft een indrukwekkende en unieke manites- teering te worden. De dag zelf zal geheel en al staan in het drie voudige teeken van het geloof, de hoop en de liefde, de elementen, welke tezamen de onmis bare voorwaarden voor ce Nieuwe Gemeenschap vormen. Naast de drie sprekers: Dr. L. G. Korten- horst, secretaris van de Alg. R.K. Werkgevers- vereeniging; A. C. de Bruijn, voorzitter van het R.K. Werkliedenverbond en Pater Borromeus de Greeve OF.M, zal het spel „Elckerlijc" wor den opgevoerd, waaraan 800 personen zullen meewerken en dat door zijn inhoud geheel op de gedachte van de Nieuwe Gemeenschap aan sluit. Het Comité voor de Actie Naar de Nieuwe Gemeenschap is er in geslaagd Jan Engelman bereid te vinden tot een bewerking van den tekst, Marius Monnikendam zal de muziex schrijven, terwijl het spel zelf onder leiding van den bekenden regisseur Anton Sweers zal wor den opgevoerd. Op deze wijze is ook het kunstenaarselement op gelukkige wijze in het groote gebeuren inge schakeld. Niet minder dan 2000 bruidjes zullen vervol gens op indrukwekkende wijze een boodschap aan de wereld overbrengen, terwijl daarnaast door diverse jeugdgroepen de inzet van de actie in Nederland zal worden uitgebeeld. Aan de vertegenwoordigers van de circa 400 plaatselijke Comité's zal een exemplaar van de Nieuwe Gemeenschapsvlag worden overhan digd als een symbool om straks overal plaatse lijk de gedachte aan de Nieuwe Gemeenschap verder uit te dragen. Door het gezamenlijk gebed voor de actie zal Gods zegen daarop worden afgesmeekt, terwijl Voorts door het zingen van het volkslied het na tionale karakter van de actie mede zal worden onderstreept. Dit zijn slechts enkele voorloopige medeaee- lingen, binnenkort zal een meer gedetailleerd program worden bekend gemaakt. Reeds hier uit kan echter wel worden afgeleid, dat het ge heel, zoowel door het gesproken woord als door de uitbeelding in het op te voeren spel en in hetgeen er bovendien nog door tal van mede werkenden afzonderlijk, doch geheel daarbij aansluitend zal worden gedaan, een grootsch en indrukwekkend evenement belooft te woraen. De Nationale Kaderdag zal op heel bijzondere wijze uiting geven aan het verlangen, de heer lijke en veelbelovende actie Naar de Nieuwe Gemeenschap verder uit te bouwen. BATAVIA, 28 Juli. (Aneta) De Volksraad hield heden een avondvergadering, waarin de behandeling werd voortgezet van de begrooting voor het departement van binnenlandsch be stuur. De heer Hoedojo bepleit reorganisatie van de Solosche kratontroepen in dier voege, dat niet zooveel gezinnen plotseling zonder inkomen zul len geraken. De heer Soeriakartalegawa sluit zich namens de priajis aan bij het woord van dank van den heer Soerianataatmadja aan den afgetreden minister van Koloniën, voor diens verdediging van het regentencorps. Spr. vraagt sanctionnee- ring van het gebruik van den term „indone- sisch" door de regeering. De heer de Villeneuve wijst op uitbreiding van het bestuurscorps, die de decentralisatie eerder bevordert dan belemmert. De heer Blaauw vraagt nadere informaties naar aanleiding van het verslag van de reken kamer, waarin critiek wordt geleverd op een uitgave van 170 voor champagne bij een feest op het kolonisatie-terrein Trimoerdjo, welke uitgave' op last van den betrokken hoogge- plaatsten ambtenaar van het binnenlandsch bestuur werd geboekt onder „karbouwen en rijst". De Adriaan Stichting te Hillegersberg, or- thopaedische kliniek en inrichting tot oplei ding voor lichamelijk gebrekkige kinderen (school voor b. 1. o. en vakopleiding) mocht van H. M. de Koningin een belangrijke gift ontvangen. Van Zaterdag 12 tot Dinsdag 15 Augustus wordt in het Retraitehuis „Loyola" te Vugnt een retraite gegeten voor heeren uit den Mid denstand. De Engelschen hebben nogal pech geha„ met hun Trans-Atlantische plannen. Het stond toch allemaal zoo mooi op papier, er waren vergroote, zwaardere vliegbooten in aanbouw, het personeel was in training, een overeenkomst met de Amerikaansche lucht vaartmaatschappij Pan American Airways was afgesloten, waardoor de Engelschen en Amerikanen in pool-gemeenschap zouden vliegen, met als hoofddoel, alle andere lan den, die een geregelden Atlantischen lucht dienst op het programma hadden staan, het leven zuur te maken. Het liefst zouden En geland en Amerika al het luchtvervoer tus schen beide werelddeelen voor zich alleeiï behouden hebben. Er deden zich echter aan Engelschen kant verschillende moeilijkheden voor. De vlieg booten kwamen niet op tijd klaar, de vlieg boothavens wilden niet ijsvrij worden, de radio organisatie werkte nog niet goed, kortom.... Pan American Airways, die klaar was met haar drie nieuwe Clippers, werd kwaad, er kwam ru zie, zooals dat van tijd tot tijd bij alle nette lie den plaats vindt, met als gevolg een breuk tus schen Amerika en Engeland op luchtvaartpolitiek gebied. Amerika zocht en vond samenwerking met de Franschen, zij kozen hierop de meteoro logisch veel gunstiger gelegen zuidelijke route via Bermuda-Azoren-Lissabon en lieten de En gelschen op het kortere noordelijke traject met hun vliegboothavens vol ijsschotsen zitten. Engeland zag wel in. dat men op deze manier niets zou bereiken. Men had ten koste van hon derdduizenden Ponden bij Foyness (Ierland) en Botwood (New Foundland) vliegboothavens aan gelegd, die in de practijk niet bruikbaar bleken, omdat ze het grootste gedeelte van het jaar niet ijsvrij waren. Daar moest dus wat op gevonden worden. Het eenvoudigste was, den afstand Engeland-Canada zonder een enkele tusschen- landing af te leggen, maar de actieradius van de vliegbooten bleek daar niet groot genoeg voor te zijn. Zoo is men tot de ontwikkeling van een nieuw systeem gekomen, dat een compromis is en dat thans in de praktijk zijn bruik baarheid nog zal moeten bewijzen: het ben zine bijvullen tijdens de vlucht. Dat gaat als volgt: de vliegboot start, volbeladen met post en andere goederen. Zij heeft echter weinig benzine aan boord, waardoor het totaal ge wicht van de vliegboot geringer is en zij ge makkelijker uit het water los komt. Eenmaal op vlieghoogte wordt zij ingehaald door het z.g. tankvliegtuig in dit geval omgebouwde Harrow-bommenwerpers. Vliegt de Harrow nu ongeveer boven de Short-vliegboot, dan laat men de slang zakken. Deze wordt ver volgens door een lid van de bemanning van de vliegboot gegrepen en het benzine bijvul len kan beginnen. Het lijkt misschien voor een buitenstaander moeilijker, dan dat het in werkelijkheid is: het ei van Columbus. Door deze methode heeft men een tweeledig doel bereikt: ten eerste kunnen de vliegbooten nu gemakkelijker starten en kan meer betalende lading worden meegenomen, ten tweede is het toestel op deze manier in staat het traject Southampton-Montreal zonder een enkele tus- schenlanding af te leggen, zoodat men met al dan niet ijsvrije vliegboothavens geen rekening meer behoeft te houden. Het benzine bijvullen vindt twee keer plaats, n.l. den eersten keer te Southampton, direct na den start, de tweede keer boven Botwood op New Foundland. Inmiddels zal de geregelde Engelsche dienst op 5 Augustus a.s. worden geopend. De eer ste vluchten zijn nog met een tusschenlan- ding te Foynes in Ierland geprojecteerd; deze komen echter spoedig te vervallen. De „Ca- bot", één der vergroote Empire-vliegbooten van de Imperial Airways zal de eerste trip maken. Even na 12 uur des nachts zal zij Southampton verlaten, om vier uur later te Foynes te landen. Ook daar volgt de benzine bijvulling eerst na den start, dus tijdens de vlucht. In 15 uur hoopt men den Oceaan be dwongen te hebben. Daarna gaat het naar Montreal, direct daarop naar New Vork. Dit heeft insiders nogal verbaasd, gezien de verwijdering, welke er den laatsten tijd tusschen Imperial Airways en Pan American Airways is ontstaan, maar het kan als een geste der Engel schen opgevat worden, want een hernieuwde samenwerking met de Amerikanen kan een machtig bolwerk tegen alle concurrentie zijn. Captain J. C. Kelly, een der bekendste gezag voerders van I. A. zal den eersten tocht leiden. Er zullen maximaal 25000 brieven worden ver voerd, hetgeen overeenkomt met 1000 Engelsche Ponden. Op 9 Augustus zal de „Cabot" den te rugtocht aanvaarden; op 12 Augustus volgt de tweede vlucht vanuit Engeland per „Caribou", onder gezagvoerder D. C. T. Bennett. Eerst nadat een aantal post- en vrachtvluch ten zal zijn uitgevoerd en de grootere vliegboo ten alle in gebruik genomen zijn, wordt een passagiersdienst met post en vrachtvervoer mo gelijk; hiervoor zijn de huidige toestellen nog te klein, ofschoon men zich van de afmetingen toch geen te geringe voorstelling moet maken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 9