Jj Wat gebeurt er aan het diplomatieke front? Italië's neutraliteit D BALANS Lord Samuels wijze woorden Malaria I DE SCHOENENPRIJZEN HET KIND IN ONS Kerkelijk Leven Buiten landsch overzicht DONDERDAG 5 OCTOBER 1939 H. PROFESSIE Vijf Duitschers zijn uit het Huis van Bewaring te Haarlem ontsnapt. De neerge slagen bewakers, de heer P. Blauwbroek nog onder den indruk van hetgeen hem is overkomen, in zijn gezin Vrees voor abnormale prijsver- hooging of schaarschte ongegrond NATIONAAL FONDS VOOR BIJZONDERE NOODEN Eerste treiler ter haringvangst SCHEEPVAARTVERBINDING INDIË—NEDERLAND Registratie van schepen voor binnenvaart Hulp bieden en bidden „J. P. COEN" OP 12 OCTOBER NAAR LISSABON SERIE RIJWIELDIEFSTALLEN OPGEHELDERD uiiiiiiiih Overtreding van de clearingwet VERPLICHTE INSCHRIJVING VERVOERMIDDELEN Examens R. K. Bewaarschool onderwijzeres Academische examens IDRAIS VALKENBURG ZACHT V\N SMAAK - PRU5 70 et Een der voornaamste verdiensten, waarop het Duitsche nationaal- socialisme en het Italiaansche fas cisme zich jarenlang hebben beroepen en welke ook door katholieken werd erkend, was, dat zij in de desbetreffende landen het communisme, subsidiair het bolsjewisme, hadden bestreden en over wonnen en selfs vernietigd en uitgeroeid. In hoeverre dit beroep gerechtvaardigd of autoritaire grootspraak moet heeten, Valt moeilijk uit te maken, aangezien hien de menschen nu eenmaal niet in het hart kan kijken. Zeker is, dat in Duitschland en Italië de communisten blond-dood en partijloos gemaakt zijn, blaar of er in den moordkuil van hun hart iets opgeborgen ligt, dat bij de eerste de beste gelegenheid op schrikwekkende Wijze te voorschijn zal komen en dat vol komen in strijd is met hun gedwongen zwijgen of hun slechts uiterlijk opge heven arm, weten zij zelf alleen en kunnen zij alleen ook zelf weten. Het is biogelijk, dat zoowel in Duitschland als hl Italië vele communisten „oprecht" fcijn „bekeerd" tot het autoritaire régime, Want den bewonderaars van Staiins rigoureuze dictatuur over het proleta riaat moet een autoritair stelsel nu een- biaal beter liggen dan een democratisch. Bovendien, hoeveel communisten hangen het communisme uitsluitend uit diepe en ecrlijke en offervaardige overtuiging aan cti niet enkel uit sociale ontevredenheid, bit verbittering om 't eigen lot en om de kans, die het hun schijnt te bieden door een revolutie zelf de macht en de ruif te Veroveren? Zij, die slechts uit egoïstische 2bcht naar persoonlijke lotsverbetering het communisme aanhangen, kunnen bit diezelfde zucht ook een nationaal- ®ocialistische of fascistische dictatuur aanhangen, indien hun lot daarvan af hankelijk is geworden. De creditpost Van het nationaal-socialisme en het fas cisme vermeldend de uitroeiing van het communisme in de landen, waar zij heb ben overwonnen, blijft dus eenigermate dubieus. Minder dubieus is de verdienste, Welke zij zich toekennen op grond van de bulp, die zij aan Franco verleenden in diens bloedigen strijd tegen het Sovjet- lsbie in Spanje. Mede door hun toedoen heeft Franco kunnen overwinnen en Wevd Spanje van een totale bolsjewisee- fing gered. Of de Duitsche nationaal- socialisten en de Italiaansche fascisten deze hulp eigenlijk meer uit internatio naal politieke speculatieve overwegin- Sen dan uit oprecht anti-bolsjewistische ëezindheid verleenden, doet weinig ter ^ke, want aan het effect van hun actie Verandert deze vraag niets. Wat is er echter thans overgeble ven van het batig saldo, dat na tionaal-socialisme en fascisme bis bestrijders van het communisme op de creditzijde van hun politieke en ideo- l°gische rekening hebben geschreven? Boor den Duitsch-Poolschen veldtocht, door de Duitsch-Russische verdragen, door de verdeeling van Polen, zoo niet hogelijk gemaakt, dan toch bevorderd eh verdedigd door de welwillende neu traliteit van Italië, zijn millioenen ka tholieke Polen uitgeleverd aan de ge- Weldadige bolsjewiseeringsmethoden van Stalin en zijn trawanten, werden het grondgebied en de invloed der Sovjet- Unie westwaarts aanzienlijk vergroot en ^eemt het communistische gevaar voor bropa op waarlijk ontstellende wijze °o. Hoe ernstig dit gevaar kan worden, boseft men eerst ten volle, wanneer men bedenkt, wat er zal kunnen gebeuren, rrrdien het Hitlerianisme onder den druk Van den oorlog wezenlijk totaal ineen 2°u storten en de furie van de onder drukte communisten in Duitschland de kans zou krijgen op z'n Russisch wraak te nemen. Zelfs als wij geen rekening houden met de mogelijkheid van een steeds grootere vereenzelviging van het Buitsch-nationaal-socialistische en Rus- Slsch-bolsjewistische régime in de prac- brjk, dan nóg zal iedere Katholiek moe- teh bekennen, dat er van de verdienste dec nazi's en van hen, die hen moreel crr daadwerkelijk min of meer steunen ftiet alleen weinig of niets is overgeble ven, en dat wat zij op hun creditzijde hebben geboekt langzamerhand op hun l'eeds overladen debetzijde moet worden overgeschreven. Voor ons land is deze balansbeschouwing buitengewoon heil- huam, want de leuzeMussert of Moskou 2°u onder de veranderde omstandighe den eigenlijk moeten vervangen worden d°or: Mussert èn Moskou. Het Neder landsche volk, dat nóch van den een rroch van het ander gediend is, zal zich 2°ker met nóg meer kracht moeten ver- zetten tegen die beide te zamen. Door Z. H. Exc. de Bisschop van Breda werd bp Woensdag 4 October 1939 in het Moederhuis ber Eerw. Zusters Franciscanessen aan den Hooge-Ham te Dongen de plechtigheid der H. *U'ofessie verricht. De volgende Eerw. Zusters dezer orde werden *eProfest: Sr. Maria Petra (Madeleine Brouwers van Jiien), Sr. Philomène (Clara Sinack van IJzen- zhjke), Sr. Edwarda (Cornelia Feskens van ®reda), sr. Lucie (Adriana van Wezel van Dorst), Sr. Anna Maria (Cornelia Dooremalen Van Oosterhout), Sr. Juliana (Paula dg Lessine Van IJzendijke), Sr. Henrica (Josephina Cools an Tilburg), Sr. Gerardina (Maria de Wilt van Dongen), Sr. Hermania (Johanna Marks van WUenrborg), Sr. Maria Helena (Cornelia Jan boers van Steenbergen), Sr. Marie Joseph (Jo anna Laurijsen van Dongen) en Sr. Martha J°hanna Gulickx van Gilze). Men schrijft ons: Het publiek heeft het reeds kunnen bemer ken, dat de prijzen van schoen- en reparatie- werk gestegen zijn. Uit vrees dat ook thans de prijzen van het schoenwerk even abnormaal zouden stijgen als in de jaren 1914'18, heeft menigeen meerdere paren schoenen gekocht en in allerijl weinig of nooit gedragen schoenen laten repareeren. Deze vrees is van allen grond ontbloot. Dat de prijzen van het schoen- en reparatiewerk ook zouden oploopen was te verwachten. De Nederlandsche Schoenindustrie is wel in staat de geheele binnenlandsche behoefte te dek ken, doch het huidproduct van eigen bodem is te week van substantie om tot zooileder ver werkt te worden, zoodat de looiers voor dit artikel geheel op het buitenland zijn aange wezen. Een en ander deed de prijzen van het leder, geleidelijk omhoog loopen en op het oogenblik zijn prijsstijgingen van 30 tot 40 procent noodzakelijk geworden. Niet te verwon deren is het daarom dat ook de schoenmaker en de schoenwinkelier er toe over zijn gegaan de prijzen van schoen- en reparatiewerk te verhoogen. Het is natuurlijk niet mogelijk ten aan zien van eventueele prijsstijgingen voorspellin gen te doen. Er zijn verschillende factoren die op deze prijsstijging een al of niet gunstigen invloed kunnen uitoefenen. Op de eerste plaats geldt hier de vraag: zullen de vele ladingen huiden en looistoffen, welke naar Nederland onderweg zijn, onze havens binnen loopen en zullen de andere ladingen, in buitenlandsche havens vastgehouden, worden vrij gegeven? Is dit het geval, dan is er weinig reden om be zorgd te zijn, en is dit niet zoo, dan zal een verdere prijsbeweging niet uit kunnen blijven, doch deze zal in ieder geval niet zulke abnor male afmetingen aannemen als in de jaren 1914'18 De regeering heeft bijtijds de noodige maatregelen genomen om een kettinghandel in grondstoffen voor de schoenenbranche te voor komen en zal met alle haar ten dienste staande middelen tegen een mogelijke ontduiking van deze maatregelen weten te waken. Het bestuur van het Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden deelt hierbij mede, dat de ontvangsten over de maand September 1939 hebben bedragen f 8702.zijnde f 6724.10 uit periodieke bijdragen en f 1977.90 uit losse gif ten. De uitkeeringen over hetzelfde tijdvak be droegen f 9618.77. De plaatselijke commissies van samenwerking brachten ten behoeve van dezelfde gevallen bij een f31.238.87, zoodat in die maand aan aan vrage^, varrlgeid «ter 72 gemeenten, een bedrag van f 40.847.64 kon worden uitgekeerd. Donderdagmorgen om zeven uur is de stoom- treiler Adelande IJmuiden 19 als eerste der IJ- muider treilervloot ter haringvisscherii op de Noordzee uitgevaren. Het is de directie van de reederij „De Daad" tenslotte gelukt een volledige bemanning aan te monsteren. Dit is geschiedt op de oude arbeidsvoorwaarden. De stoomtreiler „Vikingbank" is heden nog niet naar zee vertrokken, doch men verwacht het vertrek binnen enkele dagen. BATAVIA, 5 Oct. (Aneta). Sedert het uit breken van den oorlog is nog geen enkel schip uit Nederlandsch-Indië in Nederland aangeko men. Wel zijn de passagiers der verschillende schepen doorgezonden. Thans heeft een ruim overleg plaats aangaan- De verdere plannen, speciaal ook met passagiers schepen, waarvoor de veiligste route blijft ge kozen. Het vertrek van de „Sibajak" van den Rot- terdamschen Lloyd via Kaapstad naar Rotter dam, is vastgesteld op 11 October van Tand- jong-Priok. De bevrachtingscommissie Amsterdam maakt bekend, dat van heden af de inschrijvingsfor mulieren voor schepen, ingevolge de wet gebruik vervoermiddelen 1939 aangewezen, te haren kantore, koopmansbeurs te Amsterdam en haar agentschap te Zaandam verkrijgbaar zijn. Dekschuiten zijn van deze registratie niet uit gesloten. Na invulling dienen de formulieren ten spoedigste bij haar of haar agentschap te worden ingezonden. Er zij nog in het bijzonder op gewezen, dat houder van bevrachtingsboekjes, goedkeuringen, beurtvaart-onthefifngen of verklaringen voor vervoer anders dan krachtens overeenkomst, welke bij het in werking treden dezer ministe- rieele beschikking reeds waren afgegeven, wor den geacht aan den plicht tot inschrijving te hebben voldaan. De formulier envoor aangifte van sleepboo- ten zijn eveneens ten kantore der bevracht- tingscommissie en haar agentschap verkrijg baar en moesten na invulling- rechtstreeks aan den inspecteur-generaal van het verkeer te 's-Gravenhage worden gezonden. De R. K. Vredesbond in Nederland schrijft ons: Het verschrikkelijke en gevreesde is over ons gekomen. Er is oorlog. Wat dit zeggen wil, behoeft eigenlijk niet te worden omschreven. Het beteekent wij weten het allen een zee van smart en ellende. Het beteekent, dat tallooze menschen ge slachtofferd zullen worden! Want oorlog waarborgt allerminst een goede oplossing en is even schadelijk voor alle par tijen. Uit den modernen oorlog wordt niets goeds geboren. De ondervinding heeft dit geleerd. Ondanks die ervaring is de domme oorlog er en God alleen kan hem doen beëindigen. De goedwillenden staan machteloos tegen over dit vreeselijke. Wij, Kath. pacifisten, heb ben jarenlang, door middel van den Vredes bond, naar vermogen gearbeid, met de krach ten die beschikbaar waren, om den menschen goede gedachten en gevoelens bij te brengen, om hen ernstig te waarschuwen tegen de val- sche leer van het geweld, om de nieuwe wegen ter oplossing van geschillen te belichten: over leg, studie en rechtspraak. Wij verhieven in geschrift en woord onze stem tegen bewapening en geweld. Spoedig zullen de droeve feiten sterk voor onze actie pleiten en zullen meerderen zich pij onze actie aansluiten. Want ons ideaal is diep- menschelijk en leeft welhaast in ieder hart, Sommigen zien in ons utopisten, maar dit is wel geheel ten onrechte. De oorlog zal ons laten zien, hoe 't niet moet, zal ons in 't gelijk stellen, zooals het thans te constateeren feit ons in het gelijk stelt, dat nergens een greintje enthousiasme voor den oorlog is te bespeuren; wel zijn er allerwegen droefenis en tegenzin in een bedrijf, dat niet meer van onzen tijd is. te wreed voor ons men schen van heden. Wat kunnen wij momenteel nog doen? Helpen in den nood en bidden. Onze Bisschoppen vroegen daarom dringend. Groote gebedsacties zijn hoog-noodig. Bij voortduring moeten de gebeden opstij gen, als een permanente smeeking tot God om genade en verlossing. De N.V. Stoomvaart Maatschappij J der- land" deelt ons mede, dat het vertrek van het s.s. ,J. P. Coen" van Amsterdam op zijn eerste reis naar Lissabon, waar de passagiers zullen overgaan op het m.s. „Marnix van Sint Alde- gonde", is vastgesteld op Donderdag 12 October a.s. Inscheping der passagiers des avonds tus- schen 8 en 10 uur aan de Javakade. Dezer dagen is te Nuth aangehouden J. K. uit Schimmert, die bij zijn aanhouding in het bezit was van een in Maastricht gestolen rij wiel. De man, die reeds lang onder verdenking stond, heeft aan de politie van Maastricht al spoedig vier rijwieldiefstallen bekend. Het voortgezet politie-onderzoek bracht ech ter het totaal der gestolen rijwielen op zeven. K. heeft al deze gevallen bekend. De door de politie, na de bekentenis en de aanwijzingen van den verdachte, in beslag ge nomen rijwielen behoorden toe aan personen uit Heerlen, Geleen en Maastricht. Het onderzoek duurt nog voort. Naast de komst van onze eerste ge loofsverkondigers, naast het herstel van onze godsdienstvrijheid en van het regelmatig Kerkelijk bestuur, achten Wij de stichting der katholieke Universi teit eene der voornaamste gebeurtenissen in onze vaderlandsche kerkgeschiedenis. Het Hoogwaardig Episcopaat tot de Katholieken van Nederland, 8 Sept. 1931. In groote stilte woedt de oorlog voort. Met het geweer in den aanslag staan de troepen bij Rijn en Moezel tegenover elkaar, beschermd door hun muren van staal en beton. Maar be houdens voorpostgevechten, schermutselingen en verkenningen zijn de vijandelijke legers nog niet slaags geweest. Intusschen duurt de oorlog in het Westen reeds meer dan een maand en nog steeds is het woord meer dan de daad het wapen der strijdende machten. De diplo matieke stellingen worden nog intensiever ver kend dan de militaire posities aan Siegfriecl- en Maginotlinie. En met den dag veranderen de veronderstellingen en meeningen over de mo gelijkheden en den vorm van het aangekondigde vredes-offensief. Berlijnsche kringen geven thans Hitiers actie, om vrede te sluiten, weer een kans. De redevoering van Chamberlain, die gisteren nader door Halifax in het Hooger- huis is toegelicht, is volgens de Duitsche com mentatoren minder afwijzend van vorm. In de beide speeches komt inderdaad de categorische eisch, dat het Hitlerdom vernietigd moet worden, niet meer in deze bewoordingen voor. En dit schijnt men in Berlijn als een winst te be schouwen. Hier staat wel tegenover, dat Halifax verzeke ringen uit Berlijn niet genoeg acht, maar is juist niet het vermoeden, dat Hitiers vredes offensief een algeheel en veelzijdig garantie pact omvat? In dat geval staan de verzeke ringen uit Berlijn niet meer alleen. Eén zwaluw maakt nog geen zomer, en men doet verstandig deze opvatting meer te beschou wen als een gedachte die den wensch tot vader heeft. Veel meer is een eventueele terughouding van al te felle bewoordingen, die vooral bij Halifax te beluisteren viel, als een soort beleefdheids geste te beschouwen. Wie weet, wat een even tueel Duitsch voorstel zou inhouden? Op het laatste moment, voordat de oorlogstoestand in trad, is immers ook een z.g. redelijk voorstel over de Poolsche regeling gelanceerd, dat te laat zijn doel bereikte. Of hierbij misverstand dan wel opzet in het spel was, kan men buiten be schouwing laten. Een dergelijke kans moet ook volgens Engelsche opvatting aan Duitschland opnieuw gegeven worden. Maar of een voor de garanten van Polen aanneembaar voorstel zal worden gedaan, zou men, gezien de houding van Italië, wel als zeer twijfelachtig kunnen beschouwen. Het is toch wel als zeker te beschouwen, dat Graaf Ciano over het verloop en doel van het vredes-offen sief te Berlijn in vertrouwen is genomen. Nu Italië officieel verklaard heeft, dat het in de huidige omstandigheden géén initiatief zal ne men met betrekking tot een aanstaande vredes conferentie, is de conclusie, die de Engelsche pers trekt, dat Ciano het Duitsche plan geen kans heeft gegeven, niet al te voorbarig. De rol van bemiddelaar heeft Mussolini altijd zeer goed gelegen en is hem bovendien erg dierbaar. Als de Duce eenig succes in de rol thans ver wachtte, zou hij haar zeker weer willen vervullen in het vredesspel. Dat Ciano's officieel bezcek aan Berlijn niet is gevolgd door het gebruikelijke communiqué, wordt algemeen als een aanwij zing beschouwd, die de bovenstaande zienswijze meer waarschijnlijk maakt. Italië hamert steeds sterker op het aambeeld der neutraliteit. De „splendid isolation", die ook de bekende kat van uit den boom geniet, is een houding, die Italië thans goed ligt. Immers geheel zonder interesse voor de ontwikkeling van den toe stand is het land zeker niet. Mogen dan de Engelsche bladen constateeren, dat de Russi sche inmenging in Oost-Europa de oude as tusschen Rome en Berlijn verzwakt heeft, de banden zijn toch nog niet verbroken. En iedere neutraliteit is ook nog geen bewijs van gebrek aan belangstelling. Met een neutraal, maar tot ingrijpen bereid Italië, dat zich steeds de vrij heid voorbehoudt, om zijn houding nader te bepalen of te herzien, moet elk hoofdkwartier der strijdende naties rekening houden. Zoowel de situatie aan den Brenner als de positie in de Middellandsche Zee kan daardoor veranderen. Eveneens is de onzekerheid over en om Turkije nog niet bedaard. Lord Samuel, die van Ha lifax het haast Oostersche compliment kreeg, dat hij woorden van diepe wijsheid had ge sproken, constateerde „eenige bezorgdheid" ten aanzien van de onderhandelingen tusschen Turkije en de Sovjet-Unie. Ook in Turkije zelf is men niet al te gerust over de eventueele resultaten van minister Sa- radjogloe's verblijf te Moskou. De geheimzinnig heid, waarmeë de Sovjets hunne bedoelingen omweven en de gerekte lange duur der onder handelingen stemmen de openbare meening te Ankara verre van behagelijk. Het schijnen niet alleen de Dardanellen te zijn, waarvoor de Sov jets zich interesseeren; het zou de positie van den geheelen Balkan zijn, waarover gesproken wordt. Indien b.v. Rusland eenzelfden invloed in de geheele Balkan-entente krijgt, of ook alleen maar in Roemenië, als het in een week tijd in de Baltische staten heeft veroverd, dan zal Turkije zijn „veelzijdigheid" ook moeilijk kunnen handhaven. Het zijn supposities en men weet niet welken druk Molotof op Saradjogloe werkelijk kan uit oefenen, maar het is ook niet bekend welke offers aan „Lebensraum" Hitier heeft moeten brengen in den Balkan, om het pact van Moskou te kunnen sluiten. Lord Samuel's wijze woorden kunnen nog een diepe beteekenis hebben. De geheime diploma tieke oorlog met zijn onbekende fronten woedt nog steeds heviger dan de militaire strijd. ËJIIIIIIMI In ieder mensch schuilt soms zóó diep Dat men het nauw'lijks vindt En schoon hij 't vaak niet weten wil-- Toch altijd iets van 't kind. Zoo ken ik een groot zakenman. Hij is niet speelsch. nee, foei! Maar teekent dolgraag poppetjes Zij 't stiekum op zijn vloei En een beroemde journalist. Als die te peinzen zit Grijpt hij elk potlood, dat hij zie' En zet het in 't gelids En heusch, 't gebeurt ons allen w> Dat 't kind-in-ons ontsnapt. Dan zien we schuchter om ons hee Of men ons heeft betrapt Want wij zijn groote menschen En 't komt toch niet te pas, Dat men zoo doet alsof men nog Een kleine snuiter was. s Maar zie nu eens dat kivart miliioen Dat trok nao.r 't Frederiksplein, Daar zien ze 't speelgoed uit hun jeugd. Maar nu in 't groot: den trein! Ze staan er met hun neuzen op. Verdringen er elkaar En voelen zich schoon niemand 't merkt! Net als voor zooveel jaar De wereld wordt er béter op, Als men niet steeds verdrijft Die kleine meid, dat jongetje. Dat altijd in ons blijft. HERMAN KRAMER I e sterke wijkt niet voor tegen wind. slechts de zwakke waait mee. Het Arnhemsche Gerechtshof heeft neden uitspraak gedaan in de strafzaak tegen S. de W. te Arnhem. Hem was ten laste gelegd ver schillende goederen uit Duitschland betrokken te hebben, waardoor in strijd met de clearing- overeenkomst werd gehandeld. De rechtbank te Arnhem had evenwel het ten laste gelegde niet bewezen geacht en verdachte vrijgesproken en daartegen was de Officier van Justitie in hooger beroep gekomen. Het Hof heeft het vonnis der rechtbank ver nietigd en als bewezen aangenomen dat ver dachte herhaaldelijk in Duitschland gekochte goederen aan de Duitsche leveranciers recht streeks in Reichsmarken heeft betaald, zulks in strijd met de voorschriften van het verdrag no pens het Nederiandsch-Duitiche betalingsver keer. Verdachte werd vervolgens alsnog veroordeeld tot een geldboete van f 2000, bij niet betaling te vervangen door twee maanden hechtenis. Ter uitvoering van de „Wet gebruik vervoer middelen 1939'' zijn in de Staatscourant van 25 September 1939 no. 187 bekend gemaakt: de in schrijvingsbeschikking vrachtauto's en tracto ren 1, 1939, de inschrijvingsbeschikking binnen schepen 1, 1939 en de inschrijvingsbeschikking sleepbooten 1, 1939. Vrachtauto's en tractoren moet men doen in schrijven ten kantore van den inspecteur-gene raal van het verkeer. De hiertoe benoodigde formulieren zijn kosteloos verkrijgbaar bij de secretarieën der gemeenten en door bemidde ling van de betrokken organisaties. Het nalaten van de opgaven tot inschrijving is strafbaar. Hetzelfde geldt voor sleepbooten, met dien verstande, dat de formulieren kosteloos ver krijgbaar zijn ten kantore van de bevrachtings commissies en haar agentschappen en voorts door bemiddeling van het federatief verbond van vereenigingen van particuliere sleepboot eigenaren in Nederland. Houders van sleepbpoten, welke als opduw- boot behooren bij een bepaald schip, worden geacht aan de verplichting tot inschrijving te hebben voldaan, indien voor het schip voldaan is aan de verplichting tot 't doen inschrijven van schepen volgens de inschrijvingsbeschikking binnenschepen 1, 1939, met vermelding van de bijbehoorende opduwboot. Houders van binnenschepen, die zijn geregis- teerd op grond van de wet op de evenredige vrachtverdeeling, worden geacht aan de in schrijvingsplicht te hebben voldaan. Slechts ten aanzien van schepen, die dienen tot binnen- landsch vrachtvervoer op de binnenwateren en niet zijn geregistreerd op grond van die wet, moet nog aan de verplichting tot het doen in schrijven gevolg worden gegeven. De hiertoe te bezigen formulieren zijn kosteloos verkrijgbaar ten kantore van de bevrachtingscommissies en haar agentschappen en voorts door bemiddeling van de stichting „Nederlandsche particuliere Rijnvaart-centrale". Voorts zijn in de Staatscourant van 3 October de aanwijzingsbeschikking gebruik vervoermid delen 1, 1939 en de aanmeldingsbeschikking particuliere binnenvaart 1. 1939 bekend ge maakt. Volgens eerstgenoemde beschikking stellen houders van vrachtauto's, sleepbooten en binnenschepen zich bloot aan een aanwij zing door of vanwege een rijksverkeersin- specteur, hoofd van een district van de rijksverkeersinspectie voor het goederenver voer, indien zij zich schuldig maken aan prijsopdrijving. De houder van het vervoermiddel, jegens wien de aanwijzing wordt gedaan, is verplicht zijn vervoermiddel tegen prijzen en condities ter beschikking te stellen als door een rijks inspecteur voor het goederenvervoer wordt be paald. De aanmeldingsbeschikking particuliere bin nenvaart verplicht de schippers hun schepen te laten inschrijven bij de bevrachtingscommis sie, zoodra hun schip leeg is en zij geen ver dere verplichting tot vervoer of gebruik van hun schip op zich hebben genomen. VENLO. Geëxamineerd 8 candidaten. Geslaagd de dames: G. W. H. van Oostaegen, M. P. van Pey, M. E. van Schulpen, C. D. Vermeulen te Heerlen; M. P. Goumans te Maastricht; M. J. v. Steyn te Meerssen. GRONINGEN. Aan de universiteit slaagden voor het apothekersexamen le deel de dames G Offerhaus en G. F. Nieboer te Groningen en A. H. J. Kloosterboer te Haren. Doet. examen rechtsgeleerdheid de heer J. A Walkate te Kampen. DELFT. Geslaagd voor het prop.-examen voor civiel-ingenieur: N. H. Kingma, Wommeis; G. J. Pikaar, Rotterdam; H. G. A. Reef, Ol- denzaal. Het is van algemeene bekendheid, dat de Vol kenbond veel goeds, wat hij had moeten doen en misschien ook had kunnen doen, niet gedaan heeft; maar merkwaardigerwijze is het vele goe de, dat hij wel gedaan heeft, heel weinig be kend. Daartoe behoort in de eerste plaats de zeer uitgebreide zorg voor de hygiëne, vooral in de tropische en subtropische landen. Ik heb zelf daarmee eens op zeer onaangename wijze ken nis gemaakt. Ongeveer twaalf jaar geleden voer ik als scheepsarts op een schip van de Java- China-Japanlijn van Hongkong via Singapore naar Batavia. Op het eerste stuk van de reis stierf een der Chineesche passagiers plotseling, zonder dat een voorafgaand ziekteverschijnsel bekend was. Nu moet ik tot mijn schande be kennen, dat ik heel weinig zin had om aan boord een lijkopening te doen; men is daarop niet in gericht en er is niet eens een tafel voor. Boven dien was het gevaarlijk, want door het gebrek aan gelegenheid is het niet mogelijk om dit op een hygiënische en voorzichtige wijze te doen. Het lijk werd dus overboord gezet. Maar nu waren er in die streken juist beamb ten van den Volkenbond geweest en dientenge volge waren de hygiënische bepalingen buiten gewoon verscherpt. In 't kort, de havenautori teiten zeiden, dat het wel eens een geval van cholera geweest zou kunnen zijn. Toen wij voor Batavia (of liever Tandjong Priok) kwamen, moesten de passagiers in quarantaine; zij wer den een dag of vier op he*" e^end Onrust vast gehouden. Tevergeefs wees ik den inspecteur er op, dat er allang nieuwe gevallen van cholera hadden moeten voorkomen, indien dit eene sterfgeval daardoor veroorzaakt was. De scheepvaartmaat schappij was mij niet dankbaar, maar wilde toch ook niet zeggen, dat ik een leugenachtige ver klaring had moeten afleggen. De maatschappij was trouwens, zooals gewoon lijk, volkomen correct. Er is nu eenmaal geen enkele maatregel" ter wereld, die in een bepaald geval soms niet te streng uitvalt. Een der groote zorgen van de hygiënische af deeling van den Volkenbond is nog steeds de malaria. Waar de malaria onbeperkt heerscht, sterft het leven uit, want deze ziekte gaat al tijd door. Pest en cholera komen bij vlagen, de malaria blijft. En waarom is Afrika zoo dun be volkt? Dat is niet op de laatste plaats te wijten aan de vele ziekten, vooral de malaria. Op de eerst» plaats is het dan natuurlijk noodig, den aard van de ziekte vast te stellen; en dit is van te grooter belang, omdat de patiënten zelf weer bronnen zijn van besmetting. Immers in hun bloed leven de malaria-plasmodiën en deze worden door den steek van de muskieten in hun lichaam overgebracht; de muskieten kunnen dan weer andere menschen besmetten. Om deze ziekte vast te stellen, is er vaak bloedonderzoek noodig, hetgeen een groote behendigheid ver- eischt. Ten tweede moet nagegaan worden, welke soort muskieten de malaria overbrengen, want in de verschillende deelen der aarde zijn het niet altijd dezelfde soorten. Daarna moeten dan de levensgewoonten van deze dieren bestudeerd worden; in welke tijden zij tot den aanval over gaan, en vooral, waar hun broedplaatsen zijn. Immers, eerst dan is het mogelijk den strijd tegen de muskieten aan te binden. Voor den leek klinkt dit alles wel eens wat overdreven, maar wanneer men heeft nagegaan, welke ver woestingen de malaria te weeg brengt, blijkt het. dat geen moeite te veel is. Daarbij dient men te bedenken, dat de tropi sche malaria veel heftiger is dan onze Neder landsche malaria. Maar ook deze is al onaan genaam genoeg, want een eenigszins langdurige malaria brengt groote zwakte en bloedarmoede met zich, terwijl dan bovendien bij elke gelegen heid weer een koortsaanval uitbreekt. Zoo is dan de malaria-studie, die reeds te voren met groote energie was aangevat, door den Fransch- man Laveran, den Engelschman Sir Ronald Ross, de Italianen Marchiafava (lijfarts van Paus Leo XIII), Celli en Grassi, de Nederlanders Schoo en Korteweg in Nederland en Schüffner en Swellengrebel in Indië, (ik noem slechts en kele van de voornaamsten) thans meer tot een eenheid gebracht. De bestrijding van de muskieten zelf en de systematische behandeling van de malaria is natuurlijk slechts mogelijk in dichtbevolkte stre ken, waar rijkdom en cultuur is. In arme, dun bevolkte streken, d.w.z. in Afrika, gaat dat veel moeihjker: de hulpmiddelen ontbreken en van wege de uitgebreidheid der landen is het vaak onbegonnen werk. Daarom is het individueele voorkómen van de ziekte zulk een belangrijk onderdeel. En dit bestaat in de allereerste plaats uit het regelmatig innemen van chinine. Daar naast is het natuurlijk ook van belang de huizen en vooral de bedden muggenvrij te ma ken. Over de bedden gebruikt men het gazen gordijn, de klamboe; in het bed bevindt zich een bundel takjes om de muggen te dooden. Men draagt lichte kleeren, men smeert zich in met cajaputih- of citronella-olie, men brandt obat njamoek. Daarbij is ook de algemeene hygiëne, het voorkomen van zware vermoeie nissen en de zorg voor goeden stoelgang van belang. Degenen, die naar de Westkust van Afrika varen, beginnen al heel gauw geregeld chinine in te nemen. De toestand is door al deze zorgen aanmerkelijk verbeterd. De blanken en vooral ook de zusters en de missionarissen stierven vroeger heel jong, buitengewoon jong, vooral door de malaria. In een huis van de Witte Zus ters zag ik een lijst van overleden zusters; het waren er ongeveer vijf en veertig; de gemid delde leeftijd bij overlijden was acht en twintig jaar. De missionarissen zijn in 't algemeen voor zichtiger met hun gezondheid, misschien ook sterker; vóór het verplichte gebruik van chinine stierven zij onder de vijf en dertig jaar. Behalve de maiaria zijn er in Afrika de slaapziekte, de olifantsziekte, de framboesia, leishmanianis (tro pische zweren)daarbij dan nog de dysenterie en vele andere ziekten. Vele van deze ziekten zijn in den beginne met de moderne chemische midde len vrij goed te bestrijden; zoodat het blijkt, dat het nuttig is, wanneer de missionaris zelf me disch gekeurd en behandeld wordt en evenzeer wanneer hij over de kennis en de geneesmidde len beschikt om zijn geloovigen (en ongeloovi- gen) te behandelen. Maar dit alles is niet alleen nuttig, het is ook noodig. Uit de bovenaangehaalde statistieken blijkt immers, dat zonder een dergelijke keuring en behandeling het werk van den missionaris niet tot een goed einde gebracht kan worden, eenvoudig omdat ze te vroeg sterven. Over al deze zaken kan men thans in de medische af- deeling van de Missie-tentoonstelling geïnfor meerd worden. Dr. TH. H. SCHLICHTING

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 9