Rond de vestigingswet J RFENIS VAN EEN ZONDERLING EEN VOORLOOPIGE AANVULLING DONDERDAG 19 OCTOBER 1939 vergoeding distributie- kosten AAN GEMEENTEN Kalvermagen en stremsel OVERZICHT TWEEDE KAMER Langer spertijden burgemeester geschorst S De scheeve toren van Pijnacker BETALING PENSIOEN BIJDRAGE Speciale kindervlucht Napels—Batavia Het vliegtuig is volgeboekt BIJ HET OVERSTEKEN AANGEREDEN Postaal geldverkeer met Frankrijk en Algerië Nieuwe Britsche luchtvaartattaché Motorrijder ernstig gewond Het oponthoud in de Downs Passagiers van Noordam en Juno te Rotterdam Het oponthoud van de Zaandam Een burenruzie De plas Onfortuinlijke rit Eerste rijles bracht een leerling in het ziekenhuis Kath. Limburgsche Middenstand Commissie van bijstand kunst zijdebeschikking De verdediging van Indië Commissie adviseert tot bouw van slagkruisers LEVENSGEVAARLIJKE BRUG TE MONNIKENDAM Voorwaardelijke hechtenis geëischt wegens verzuimde voorzorgen Studiedag K.A.V.O. UIT DE STAATSCOURANT Belastingen FEUILLETON b^OR WILLY WATERMAN (Van onzen parlementairen redacteur) DEN HAAG, 18 October 1939. De Kamer behandelt de zaken tegenwoordig *°rt, merkte de heer van den Heuvel (A.R.) met lichten ondertoon van ironie op en hij had gelijk. Nadat de heeren zich gisteren in één hsg van de herziening der Tariefwet afmaakten, ^rkten zij vandaag de heele verdere agenda hoor om na een korte vergadering weer huis waarts te keeren. Vrijdag moeten zij weer terug komen naar Den Haag voor de besprekingen in ho afdeelingen. En waarschijnlijk de volgende ^eek Donderdag dat is volle veertien dagen ^rder dan verleden jaar vangen de Alge meene Beschouwingen over de Rijksbegrooting ®an. In die sfeer van korte vergaderingetjes, van komen en gaan valt een behandeling van de *estigingswet wel erg uit den toon. Niettemin heeft de Kamer zich enkele uren •bet een wijziging dezer wet bezig gehouden. In de twee jaren, gedurende welke de Vesti gingswet Kleinbedrijf thans werkt, zijn allerlei onvolkomenheden aan het licht getreden, onvol komenheden, die eerlang een herziening van vèr- strekkenden aard noodzakelijk zal maken. Doch enkele kleine oneffenheden stonden een richtige hitvoering zóózeer in den weg, dat de minister met het wegschaven daarvan niet meende te Jhogen wachten op die vérstrekkende algeheele herziening en de Vestigingswet maar vast voor ooh partieele herziening in het parlementaire h°k zette. Het betrof- de mogelijkheid voor Werkzaamheden van het departement, voor het hitgeven van bekwaamheidsgetuigenissen en der gelijke, een vergoeding te vragen, en de mogelijk- heid den spertijd, die aan de invoering der Vestigingseischen voorafgaat en gedurende welken hiemand zich zonder speciale vergunning van het departement mag vestigen, niet tot een jaar, maar tot anderhalf jaar te rekken. Dit laatste alleen vond ernstig verzet bij de heeren van den Heuvel (A.R.) en Algera (A.R.), die den termijn binnen welken het departement oppermachtig over vestiging of niet-vestiging beschikt, zoo kort mogelijk wilden houden. Dat wil ik ook, antwoordde de minister maar het moet maar kunnen. Men kan wel aardig zeg gen: dan moeten bepaalde voorbereidende werk zaamheden maar worden gedaan vóór het in gaan van den spertijd, doch wanneer die voor bereidende werkzaamheden aanvangen weten de betrokkenen al vrij spoedig, dat er voor hun bedrijf een sperverbod en een invoering der ves tigingseischen in de lucht hangt en dan breekt de run op het bedrijf los. Dan zorgen al len nog net voor de bui binnen te zijn en wordt het effect van de heele vestigingswet nihil. Wil men de vestigingswet en deze heeft den mid denstand, gelijk de heer Bach o.a. omstandig uiteenzette, veel goeds gebracht dan moet men ook den spertijd en een redelijken spertijd willen, waarin al die voorbereidende werkzaam heden, die ruchtbaarheid meebrengen, kunnen worden afgehandeld. De heer Algera handhaafde zijn amendement, dat geen verruiming van den spêrtijd, vergeleken bij den bestaanden toestand, zou toelaten. Het werd verworpen met de anti's alleen in hun dooje eentje voor. Rost van Tonningen stond óók in zijn dooje eentje de Kamer te beduiden, dat hij en hij al leen waakte voor de strikte neutraliteit van Ne derland in den oorlog. Hij had een interpellatie aangevraagd aan maar liefst drie ministers tege lijk wat stoort hij zich aan den arbeid der ministers in oorlogstijd! over het in gevaar brengen van de onzijdigheid van Nederland door den voorzitter van het. Nederlandsch Verbond van Vakvereenigingen, den heer Kupers, het uit strekken door de S.D.A.P. en het N.V.V. als staat kundige vereenigingen van haar werkzaamheid tot het buitenland, de toepassing in dit verband van de wet op het recht van vereeniging en ver gadering, en de houding in deze aangelegenheid van de twee leden der S.D.A.P., die deel uitma ken van het Kabinet." De voorzitter vond, dat hij die vragen maar schriftelijk moest stellen of anders de zaak maar bij de algemeene beschouwingen aan de orde moest stellen. En hoewel Rost protesteerde, ver- eenigde de Kamer zich met dit voorstel. Naar wij vernemen, is de burgemeester van Tubbergen voor een periode van drie maanden ^schorst, hetgeen verband houdt met een on- fjerzoek, dat van rijkswege wordt ingesteld naar ePaaide gedragingen van den burgemeester. Ter uitvoering van de Disfcributiewet 1939 thans een algemeene maatregel van bestuur Afgekondigd inzake de tegemoetkoming van het jtijk in de kosten, welke de gemeentebesturen de uitvoering dier wet moeten maken. In het „Tegemoetkomingsbesluit Distributie net 1039" (de naam, welken deze algemeene Maatregel van bestuur draagt) wordt o.m. het °lgende bepaald: Het percentage van het totaal der kosten, at het Rijk aan de gemeentebesturen zal ver fden, wordt bepaald op 85. toegelaten, zullen voorshands vrij hun bedrijf kunnen uitoefenen. Het is echter niet uitge sloten te achten, dat nadere voorschriften gege ven zullen worden, waarbij hun eenige door de omstandigheden vereischte verplichtingen zul len worden opgelegd, waaraan zij zullen moeten voldoen, wil de ontheffing van de verbodsoepa- lingen voor hen van kracht blijven. Daar de genoemde verbodsbepalingen ter stond na de inwerkingtreding van het 'te ver wachten Koninklijk Besluit van kracht zullen zijn, wordt ieder belanghebbende aangeraden zich ten spoedigste in verbinding te stellen met de Nederlandsche Veehouderijcentrale ofüeNe- öerlandsche Zuivelcentrale afd. zuivel, vaan van Meerdervoort 84, 's-Gravenhage, bij welke centrales alle gewenschte nadere inlichtmgen verkregen kunnen worden. ^an bevoegde zijde deelt men ons mede, dat vCer binnenkort de afkondiging van een Ko- klijk Besluit houdende eenige verbodsoepa- Sen met betrekking to-t kalvermagen en ï^hsel tegemoet kan worden gezien. (A't besluit zal onder meer het voorhanden J Jh voorraad hebben van kalvermagen m01*8! in gedroogden als in niet gedroogden kaat drogen van kalvermagen en het i®iden van stremsel verbieden. .Ontheffing zal slechts worden verleend aan ju01, die als georganiseerde is aangesloten bij t"' Nederlandsche Veehouderijcentrale of Ne- s®r:'andsche Zuivelcentrale en is toegelaten tot n van de, op grond van dit besluit, bij deze Scales nieuw te vormen groepen. de Veehouderijcentrale zullen gevormd <3,. ldsh de groepen „handelaren in niet ge- tie0ogde kalvermagen", „handelaren in gedroog- getl„ Vermagen" en „drogers van kalverma- en bij de Zuivelcentrale de groep „berei- s van stremsel", tj^bverminderd de overigens voor de aanslui- S als georganiseerde gestelde vereischten zal ^eehouderijcentrale slechts hen, die reeds h bandelaar in niet gedroogde kalvermagen, v'bdelaar in gedroogde kalvermagen of droger tïeI kalvermagen gevestigd zijn, tot de desbe- i,jade groepen toelaten. kal °0r de toelating tot de groep „drogers van steM magen" zal buitendien als vereischte ge- ki'b Worden, dat de georganiseerde de beschik- V keeft over een voldoend ingericht oedrijf. 6trPr de toelating tot de groep „bereiders van Cl" zal de Zuivelcentrale onvermin- tie ook bij deze centrale voor de aanslui- fc]." als georganiseerde geldende vereischten in vporwaarde stellen, dat de georganiseerde l93qet' tijdvak van 1 Augustus 19371 Augustus (w, als fabrikant van stremsel gevestigd is en de beschikking heeft over een vol- g- ingericht bedrijf. J' die tot de genoemde groepen zullen zijn De scheeve stand van den toren van Pijn acker heeft de Rijkscommissie voor de Monu mentenzorg aanleiding gegeven, dit belangrijk bouwwerk gedurende eenige jaren in observa tie te houden. Hierdoor is komen vast te staan, dat de kleibodem, waarop de toren is gciun- deerd, nog steeds aan werking onderhevig is tengevolge van zijn hooge belasting. Aangezien door den scheeven stand dit pro ces wordt versneld, is naar een oplossing ge zocht, om aan deze werking een einde te maken. Besloten is thans, het gewicht van den toren op te vangen door een constructie van gewa pend beton en het over te brengen op een fun deering van „witboorpalen", welke buiten en binnen den toren tot op de rond 18 meter diep te gelegen vaste zandplaat worden ingepulsd. De geldelijke middelen voor deze consolida- tiewerken zijn beschikbaar; eerst na voltooiing ervan kan tot de verdere restauratie worden overgegaan. Hiertoe zal een nieuwe begroeting worden opgemaakt en nader overleg worden gepleegd om de algemeene restauratie tot een goed einde te brengen. Het R. K. Tweede Kamerlid Sweens heeft aan den minister van Binnenlandsche Zaken de volgende vragen gesteld: Is het den minister bekend, dat zijn stand punt, neergelegd in de circulaire d.d. 17 Au gustus 1939 betreffende de betaling van pen sioenbijdrage door gemobiliseerde ambtenaren door sommige departementen (met name Fi nanciën, Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen, en' Waterstaat) alsmede door eenige ge meentebesturen niet wordt gedeeld? Is het juist, dat het departement van Finan ciën zelfs de onder hem ressorteerende ambte naren heeft gewaarschuwd, eenige reserve te vormen, teneinde na demobilisatie zich niet te zien geplaatst voor een dubbele inhouding voor pensioenpremie? Is het den minister bekend, dat eenige ge meentebesturen, die de interpretatie van het betreffende Koninklijk Besluit van 28 Novem ber 1922 niet deelen, hun in militairen dienst verblijvende ambtenaren hebben uitgenoodigd, maandelijks de verschuldigde 10 pCt. pensioen premie te betalen? Is de minister dan niet van oordeel, dat gelet op de belangrijke financieele consequen ties voor de betrokkenen hier aan elke on derlinge ongelijkheid in behandeling bij de on derscheidene departementen en gemeentebe sturen een einde dient te worden gemaakt? Is de minister bereid en in staat, zoo noodig maatregelen in overweging te nemen, krachtens welke de gemeentebesturen rechtens zouden worden gedwongen een gedragslijn te volgen overeenstemmende met 's ministers bedoeling? De plannen van de K.L.M., een speciaal vliegtuig van Napels naar Batavia te zen den, om daardoor ouders in Indië in de ge legenheid te stellen, in een week tijds hun in het moederland studeerende kinderen te laten overkomen, zijn in alle opzichten met succes bekroond. Het toestel is volgeboekt. Elf kinderen zullen 23 October, onder leiding van mej. Wynoldi en den heer G. A. de Stoppe laar, gemachtigde der K.L.M. voor Neder - landsch-Indië, des namiddags te 5 uur van Am sterdam (Centraal Station) vertrekken. Zooals men weet, vergezelt de air-hostes mej. Wynoldi het troepje tot Napels en keert dan terug. Tot Batavia zijn de kinderen toevertrouwd aan de zorgen van den heer De Stoppelaar. Donderdag, 26 October, zal het gezelschap met de „Reiger" uit Napels vertrekken, gezagvoerder Hulsebos. Maandag, 30 October, zal het aanko men in Medan, met welke bestemming zes kinderen medereizen. Dinsdag, 31 October, zal het vliegtuig Batavia bereiken, waar de rest van het gezelschap den tocht afsluit. Dat deze plannen van de K.L.M. in goede aarde zijn gevallen, blijkt niet alleen uit het feit, dat de „Reiger" volgeboekt naar Indië zal vertrekken, maar ook hieruit, dat er nog en kele aanvragen zijn, zoodat herhaling van deze vlucht wordt overwogen. Woensdagavond omstreeks zeven uur is de 41-jarige M. van der Wal bij het oversteken van de Jacob Catsstraat te Rotterdam door een auto aangereden. De man kreeg een schedelfrac tuur en is naar het ziekenhuis aan den Bergweg vervoerd, waar hij ter verpleging is opgenomen. De automobilist, die na het ongeval is doorgere den, is onbekend gebleven. De maximumbedragen voor geldzendingen in het postverkeer met Frankrijk en Algerië zijn als volgt gewijzigd: Voor postwissels naar Frankrijk en Algerië maximumbedrag francs 12.000. Voor postwis sels uit Fiankrijk en Algerië een tegenwaarde van ten hoogste francs 12.000. Voor verreken- zendingen uit deze landen eveneens francs 12.000 en in tegengestelde richting, als storting op een postrekening wordt verlangd, geldt eveneens hetzelfde maximum. Aan den staf van het Britsche gezantschap in Den Haag is eskadercommandant Adams als luchtvaartattaché toegevoegd. In tegenstelling met zijn voorganger, eskadercommandant Davis, die Brussel tot standplaats had, zal de nieuwe attaché te 's Gravenhage gevestigd zijn. Woensdagavond kwart voor zeven is de 21- jarige motorrijder C. M. A. de Bruyn, kantoor bediende te Rotterdam, nabij het viaduct in den rijksweg te Overschie op een stilstaanden tractor met oplegger gereden, welke met ze ven ton bloembollen geladen was en met een lekken band langs den weg geparkeerd stond Hoewel de achterlichten van den wagen brand den, heeft De Bruyn den grooten vrachtauto eerst op het laatste oogenblik gezien. Hij werd tegen den grond gesmakt en bleef bewusteloos liggen. Met een ernstige verwon ding van het hoofd is hij in zorgelijken toe-< stand naar het ziekenhuis aan den Coolsinge! te Rotterdam vervoerd. .„•OP, eb -M.©^ Heden zijn vijftien neutrale passagiers van het s.s. „Noordam" van de HollandAme- rikalijn in ons land gearriveerd. Sedert 25 September j.l. wordt de „Noordam" in de Downs vastgehouden. Vrijdag j.l. kwam echter een be ambte van den immigratiedienst aan boord met de mededeeling, dat het den neutralen passagiers was toegestaan de reis voort te zetten. In ver band met het ongunstige weer is de overtocht eerst Woensdag geschied per Batavierlijn. Aan boord was alles wel. Ook kwamen met de Bata vier vier passagiers mee van het s.s. „Juno" van de K.N.S.M., welk schip eveneens'in de Downs ligt. Aan boord van beide schepen is alles wel. Tegelijk met de Batavierboot arriveerde te Rot terdam het s.s. „Zaandam", dat samen met de „Noordam" in de downs lag. Het s.s. „Zaandam" van de H.A.L. heeft slechts een oponthoud van acht dagen in de Downs gehad, hetgeen te danken is geweest aan de lading, die bestond uit 7900 ton graan, meel, lijnkoeken en olie voor de Nederlandsche regee ring. Korten tijd nadat het schip in de Rijn haven ligplaats had genomen, deelde de heer Henken van de H.A.L., namens kapitein Stam- perius in een interview enkele bijzonderheden over den overtocht mede. Het schip vertrok 3 October van New-York en kwam na een voor spoedige reis 11 October in de Downs aan. Daar werden de papieren door een Britschen officier van boord gehaald en had men niet anders te doen dan te wachten. Behalve het verschijnen van enkele Duitsche vliegtuigen op een flinken afstand, gebeurde er niets bijzonders. Dinsdag- middeg kreeg men verlof om te vertrekken. Ook de thuisreis bracht geen emoties, een Duitsche bommenwerper vloog even over het schip en verdween, na kennis te hebben genomen van de nationaliteit. Het schip zal in den loop van deze week wor den gelost en zal daarna in den nacht van Don derdag 26'op Vrijdag 27 October met een lading stukgoed en ongeveer 140 passagiers naar Ame rika vertrekken. Reeds herhaalde malen was er vervelendheid tusschen den Doesburgschen manufacturen- koopman en zijn buren. Nu eens ontving de koopman van zijn nevenwonenden een ansicht kaart, met welke attentie hij slechts bitter wei nig vereerd was, dan weer verscheen in een of andere krant een bericht met als kop „Een ge wapend conflict" of soortgelijke aanduidingen, betrekking hebbend op de verhouding tusschen de genoemde twee partijen. De maand September was nog geen dag oud, toen er weer „iets" voorviel. In den avond van den eersten dag der Herfstmaand, zoo om streeks kwart voor tien, gooide de manufactu- rier zoo maar op de publieke straat een emmer vocht uit. Daar de breed vloeiende nattigheid 'n lucht verspreidde, die den buren allerminst aanstond, met alle gevolgen daarvan, moest de man zich gisteren voor den Arnhemschen kan tonrechter vertoonen. Hij en de edelachtbare waren het allerminst eens over de samenstelling van de vloeistof. Hij zei, dat het een procédé was, bestaande uit keukenafvalwater en water, waarmede de win kel was geschrobd, doch de kantonrechter had heele andere vermoedens De man dook verder in de historie en ver haalde van rioleeringen, die vernieuwd werden en van afvoerpijpen, die werden doorgesneden door zijn tegenpartij. Het water was door hem bewaard tot het donker was geworden, dan hadden anderen er geen erg in, zoo zei hij en dat vond de kanton rechter raar, want als 't toch schóón water was geweest De ansichtkaart waarmede verdachte inder tijd was verblijd, alsmede een krantenknipsel verschenen ter tafel ten bewijze dat hem al heel wat was aangedaan, doch de kantonrech ter toonde daarvoor ontroerend weinig interesse. De buurdame was getuige. Zij heeft een ka mer met één raam aan de straat en dat raam was opgeschoven, toen de emmer werd gele digd. Zij heeft voorts een nichtje en dat nichtje stond aan de deur te praten met een vriendin, toen buurman den emmer uitgoot. Het was donker, vertelde zij, en de vloeistof verspreide een ondraaglijken stank, alsof de „pot de chambre" was omgekeerd. Dit laatste verklaarde zij nadat de kantonrechter er met gebruikmaking van die nette aanduiding, hier boven tusschen aanhalingsteekens weergege ven, uitdrukkelijk naar gevraagd had. „Wat heeft u gedaan?" vroeg de edelachtbare vol belangstelling. De juffrouw vertelde den jongens 'n sigaretje te hebben gegeven, waarvan de lucht klaar blijkelijk verondersteld werd, den stank van den plas buiten te kunnen normaliseeren. De verdachte hield vol, dat het weggeworpene afvalwater was geweest. „Misschien heeft een van de huisgenooten er iets bij gedaan!" opperde de kantonrechter tot innige voldoening van het publiek op de tri bune. Toen kwam het nichtje voor het hekje. Evenals haar tante had zij buurman den em mer zien omkiepen en evenals haar tante was ze getroffen door den reuk, ofschoon eerst een kwartier later. Zij wist wel wat een „pot de chambre" was en knikte zelfs zonder te blozen „ja" op een vraag van den kantonrechter, be treffende de kwestie of de inhoud van den em mer, naar den reuk te oordeelen, verondersteld werd daarmede (met de pooo de sjambre) re laties te hebben. Den kantonrechter ontsluierde zij nog, dat zij zelf ook een sigaretje had opgestoken, niet bepaald voor den stank, want anders deed ze het ook wel. Deze bekentenis deed iets van „jeugdige on bezonnenheid" aan des kantonrechters lippen ontvlieden. De ambtenaar, die nog pas om andere rede nen heel verheugd had gekeken, was nu be slist boos en vroeg vijf gulden of vijf dagen en nadat de verdachte andermaal ontkende, dat er één drup van hetgeen iedereen buiten hem ver moedde in den emmer was geweest, besliste de kantonrechter: een tientje of vijf dagen. Autorijden is een vaardigheid, die ieder recht geaard man zich eigen wil maken. Tot ait doel zijn er vele rijscholen, die naarmate men meer of minder aanleg heeft, in korten of ,au- geren tijd den leerling zoodanig instruëeren, dat hij zich met een gerust hart aan het examen ter verkrijging van het rijbewijs kan onderwerpen. Zoo bevonden zich op den Koningsweg te Utrecht op een goeden dag een oude Chevrolet, bemand met instructeur en leerling. Nadat deze laatste eindelijk zonder den mo tor af te laten slaan den wagen op gang had gebracht en met een matig vaartje van 12 K M. den weg afreed, kwam van de Laan van Maar- schalkerweerd een vrachtwagen met razende snelheid aanrijden. De bestuurder remde uit alle macht, ma>.r kon een aanrijding niet voorkomen. De leerling kreeg een wond aan het hoofd er. werd naar het ziekenhuis vervoerd. De les auto werd totaal vernield. Woensdagmorgen had de bestuurder van den vrachtauto zich wegens zijn roekeloos rij den voor den kantonrechter, rar. T. Oltnoff, te verantwoorden. Als eerste getuige verscneen een hardhoorige bakker In scamenwerking met het sonore stemgeluid van den deurwaarder, kwam de kantonrech ter er achter, dat de getuige geen familie van den verdachte was. Getuige had het ongeluk zien gebeuren en verklaarde dat de vaart, waarmede ver dachte had gereden, roekeloos snel was ge weest. Vervolgens kwam de instructeur, de bekende ballonvaarder Delia Mouton, als getuige voor. Hij gaf een technische uiteenzetting van de aanrijding en bewees uit het remspoor van 22 meter, hoe snel verdachte wel moet heDben gereden. De ambtenaar van het O. M., mr. Louët Feisser, concludeerde dat een dergelijk roeke loos rijden niet op den weg thuis hoort. Hij eischte f 25 boete en 4 maanden intrekking van het rijbewijs. Mr. Olthoff wilde, in verband met het feit. dat verdachte nog nooit veroordeeld is, de in trekking van het rijbewijs nog uitstellen, te meer daar verdachte van beroep chauffeur is. Een flinke geldboete achtte de kantonrechter echter op zijn plaats. Met een boete van f 36, subs. 12 dagen hechtenis, moest de bestuurder zijn roekeloosheid bekoopen. De centrale raadsvergadering van den Ka tholieken Limburgschen Middenstandsbond werd Maandagmiddag te Valkenburg gehouden. Zij was druk bezocht. Verschillende aalmoezeniers van sociale werken waren aanwezig, alsmede de hoofdaalmoezenier, de Z. E. heer K. Ronekens De voorzitter, de heer A. Koops, opende met een korte inleiding de bijeenkomst. De begrooting 1940 werd zonder discussie vastgesteld. De Z. E. pater Jos Govaerts S.S.S. deed mede- deelingen over de werkzaamheden en het win- terprogramma van vorming en propaganda, De aftredende leden van het hoofdbestuur, de heeren P. Erkens, Geleen, J. Honé, Heerlen er. Th. Obers, Sevenum werden herkozen. Mr. Bachg, directeur van het Nationaal Han- zebureau, hield een causerie over distributie vraagstukken. De bondsadviseur, de eerw. heer A. Loonen verzorgde een „geestelijk kwartiertje". Het volgende telegram werd verzonden aan den minister van Economische Zaken: „De Limburgsche R. K. Middenstandsbond spreekt zijn ernstige ongerustheid uit over het feit, dat bij den verkoop van oude voorraden door winkeliers geen rekening mag worden ge houden met de vervangingsvoorwaarde van de nieuwe voorraden, hetgeen een aanzienlijk kapi taalverlies voor de middenstandsbedrijven be teeken t, verzoekt Uwe Excellentie met nadruk hare zienswijze ter zake in zooverre te herzien, dat de administratieve interpretatie van de opdrij- vingswet in overeenstemming worde gebracht met de redelijke economische opvattingen." De vergadering werd ook bijgewoond door een vertegenwoordiger van den Bosschen R. K Middenstandsbond, den heer Van Leeuwen. De minister van Economische Zaken heeft benoemd tot lid der commissie van bijstand, bedoeld in de kunstzijdebeschikking 1939, den heer H. Groeneweg. Naar de Telegraaf verneemt, heeft de de partementale commissie ter adviseering over de versterking van de maritieme defensie van Ned.-Indië bij de aanbeveling tot den bouw van drie zware slagkruisers uiteengezet, dat zij dezen bouw noodzakelijk en technisch en financieel uitvoerbaar oordeelt. Zij adviseert tot den bouw van drie snelle zwaarbewapende slagkruisers, van ongeveer 27000 ton. welke een snelheid zullen hebben van 33 mijlen per uur en als hoofdbewapening zullen voeren 9 kanonnen van 28 c.M. opgesteld in 3 drie lingtorens. Deze moderne oorlogsbodems zul len voorzien zijn van een bijzondere bescher ming tegen duikbooten en mijnen. Wat de vlootbasis Soerabaja betreft, is de commissie van oordeel, dat deze door uitdieping van het Westervaarwater voor dergelijke slag schepen geschikt gemaakt kan worden. Op 23 Juni is te Monnikendam een ernstig ongeluk gebeurd. Een 12-jarig meisje, dat over de brug wilde loopen, die den Oude- en den NieuwefeijdsbnrgwaJ verbindt, werd plotseling getroffen, doordat de balans van de brug naar beneden kwam. Het zware voorwerp kwam op haar voetje terecht, aat werd verbrijzeld. Thans moest wegens het veroorzaken van letsel door schuld de 29-jarige smid terecht staan, die bezig was herstellingswerkzaamhe den aan die brug te verrichten en aan wiens roekeloosheid de justitie dit droevige ongeluk meent te moeten wijten. De smid toch, die zag in hoe desolaten toe stand de „strippen" d.w.z. de verbindings wijzers tusschen de kettingen van de brug en het brugdek verkeerden, wilde daaraan iets repareeren en draaide daartoe een moer van één der bouten los, zonder eerst de noodige voorzorgsmaatregelen, zooals het verankeren van de balans en/of het voor het publiek af sluiten van de brug, te hebben genomen. He: gevolg was, dat toen één van die „strippen" brak de geheele belasting op de bewuste „strip" werd overgebracht, die te zeer versleten was om dezen last te dragenmet het hier boven vermelde ernstige gevolg. Als deskundige in deze zaak werd de inspec teur van den arbeid, ir. I. H. 't Hart te 's Gra venhage gehoord, die verklaarde, dat deze brug te Monnikendam in een schand.elijken staa van onderhoud verkeerde. Het was een wonder, dat hier niet veel eerder ongelukken zjjn gebeurd Toch acht de deskundige dit ongeltfk direct te wijten aan de roekeloosheid van den smid, die, ziende hoe slecht de toestand van de ijzers was, toch verzuimde de noodige maatregelen te treffen. De gemeente-architect, de heer Simons, die nog drie andere gemeenten onder zijn hoede heeft, zeide niet te hebben geweten, dat de brug zoo slecht was; z.i. zaten die ijzeren deelen goed onder de verf. hetgeen de des kundige moest tegenspreken. Mr. H. A. Wassenbergh, zijn requisitoir ne mend, achtte het bewijs van verdachtes schuld aan dit droevig ongeluk inderdaad geleverd. Verdachte was op de hoogte van den desolaten toestand, waarin de hekijzers verkeerden en verzuimde het nemen van veiligheidsmaatrege len. Over verdachte is verder niets slechts te zeggen en bij het bepalen van de te vorderen straf wil spreker wel rekening houden met den droevigen toestand, waarin de brug verkeerde. Hier had men veel eerder moeten ingrijpen. Ieder moment kon een ramp plaats vinden, die zelfs menschenlevens had kunnen kosten. Hier mede rekening houdend eischte spreker veer tien dagen hechtenis, echter voorwaardelijk met twee jaar proeftijd, plus een geldboete van f 40, subsidiair twintig dagen hechtenis. Mr. Jacob Frankel deed een beroep op de verzachtende omstandigheden voornamelijk den vervallen toestand van de brug en op de kommervolle omstandigheden, waaronder ver dachte met zijn gezin de laatste maanden heef: geleefd en bepleitte de uiterste clementie. Uitspraak 1 November. In het retraitehuis te Heerlen had een studie dag plaats van de Kath. Arbeiders Vrouwen Organisatie. Meer dan 150 leidsters en bestuursleden van plaatselijke afdeelingen namen er aan deel. Mej. M. Reintjes, hoofdleidster van de KA. V.O, in het Bossche diocees, sprak over „De taak van de afdeelingsbesturen in dezen ryd" Aalmoezenier Beel uit Kerkrade over: „Ons gezin". De leiding berustte bij mej. Schmitz, hoofd leidster. Na de koffietafel voerden kinderen eenige tooneelstukjes met zang op. De studiedag werd besloten met een plechtig Lof Aan F. Bruins, ontvanger der dir. belastingen en accijnzen te Apeldoorn, is op zijn verzoek met 31 October eervol ontslag verleend. 8e>'lUd deuren zijn ook dicht, daar gaat geen doorheen, maar dat mensch is in den 'h cle an het ronddazen geweest, en heeft daar k°kers UUrti van de m°nding van een der lucht- keejt Wak gehoord. Toen is ze gaan zoeken en ktyam °ntdekt, dat het lawaai uit die kokers gelukkig niet kunnen verstaan, wat geWachi° t schreeuwde, en ze heeft eerst Sen 2 tot wij thuis zouden komen. Maar te ts Ze naetlen waren we nog steeds weg, en toen tUerhe ar lluis gegaan. Om negen uur heeft ze de 2jc, opgebeld, kreeg geen gehoor, en haai- '3ehedenln llaar hoofd' dat onze lijken wel eens ^dorüei m Öen kelder konden liggen, m?t den °Ti halfaai' er schreeuwende bij. Toen heeft ze d&t or de politie opgebeld, om te zeggen, Sloten ller iemand in den kelder was opge- Pete zuchtte; „Groote genade! Dan kunnen we elk oogen blik een inval van de gewapende macht ver wachten?" Lois schudde weer het hoofd: „Nee,dat gaat hier niet net als in Lon dener is 's nachts één agent op post, die om een uur of vier wordt afgelostmorgen om acht uur is de heele macht pas weer op de been. Dus om een uur of half negen zullen ze wel voor de deur staan." Pete floot zachtjes en trok een leelijk gezicht tegen den kop van een tijgervel: „Dan moeten we maken, dat we vriend Bea- lie uit de buurt krijgen.... en hem overbrengen naar mijn blokhut!" „Dat geeft immers niets! De politie weet, dat er iemand in den kelder gezeten heeft, giste ren. Dat getuigt de huishoudster. Als we hen nu morgen dien kelder laten zien, absoluut leegis dat niet een beetje raar! we kunnen hun bezwaarlijk vertellen, dat we van niets wis ten. Als die kerel, wie het ook is, uit den kel der is verdwenen, zullen ze zeggenwie heeft hem dan uit dien gesloten kelder gelaten? In elk geval krijgen we een heele hoop gezanik, en als dan bekend wordt, dat Bealie is verdwe nendan kunnen we wel opdoeken!" Pete beaamde dit en stak een nieuwe sigaret op. Een tijdje zaten ze peinzend naast elkaar op de trap, en toen keken ze elkaar plotseling aan en schoten in den lach. ,,'t Is werkelijk al te mooi!" zei Pete, „over een dag of twee hebben we hier in huis machi- tegeweren opgesteld, om Bealie te hoeden te- ,gen zijn belagers." En hij sprong overeind, greep een golfstok en begon woest om zich heen te zwaaien. Lois richtte zich eveneens op, trapte haar eindje sigaret uit en keek hem aan: „Trek in een whisky?" Pete legde zijn golfstok neer, en werd weer een ordentelijk mensch. „Laten we whisky drinken," zei hij. „Na de whisky de zondvloed." Ze dronken de whisky, maar na het tweede glas kwam niet de zondvloed, maar een onmis kenbaar geluid van buiten. „Mijn wagen!" zei Lois. „Daar is John!" Ze sprongen op en openden de halldeur. Over Lois' schouder zag Pete John op het grintpad staan, in zijn zakken rommelend en met een groot vierkant ding naast zich. Zijn antwoord op Lois' verbaasde woorden was een grijns, en de mededeeling, dat hij op de olief anten jacht was geweest. Lois sleepte hem naar binnen en bij haar bericht, dat er iets aan het handje was, werd John bleek, en liet zijn gevaarte vallen. Hij kwam niet weer bij dan nadat hem een glas whisky was ingeschonken en ze hem verteld hadden, dat Bealie nog steeds achter slot en grendel zat. „Dus hij zit nog steeds in den kelder?" in formeerde John, voor alle zekerheid en keek van Lois naar Pete. „Wat dacht je dan!" zei Lois verontwaardigd „dat we hem naar buiten hebben laten gaan en wormen zoeken om mee te visschen?" John kreeg een lachbui en verslikte zich deerlijk. Een toen kwam Lois op hem af en be keek hem nauwkeurig. „John!" zei ze, „je bent tipsy!" Jóhn keek haar aan en knipoogde: „En of!" zei hij. Pete maakte een woedend geluid: „Al dien tijd hebben we in doodelijke onge rustheid over je gezeten, terwijl jij ergens zat te hijschen! En waarom?" „Daarom!" zei John, en wees naar het vier kante ding, dat nu op den vloer van de hall lag ondersteboven. „Wat is het?" raasde Pete. „Een waschbord?" John keek hem ernstig aan: „Jongeman!" zei hij, „maak geen flauwe grapjes over de Kunst! Het is de laatste troost van een invaliden jager op grof wildhet is de beeltenis van een kudde olifanten!" Er ontstond een korte pauze, waarin Pete van hem naar het schilderstuk keek en weer terug. Lois kwam het eerste weer bij; ze vloog erop af en zette het overeind. Het was inder daad een aangrijpende voorstelling van een troep olifanten, grootendeels verwarde slurven en open muilen, boven een zielig jagertje. En daarop verhaalde John met eenige moeite op welke wijze hij het ding in handen had ge kregen. „En dat niet alleen," besloot hij, en stond op, zijn glas whisky heffend, „maar ik heb de laatste jaren van een goed mensch tot iets ge lukkigs gemaakt, ik heb „Als je nu je mond niet houdt!", zei Pete, „maak ik Bealie's laatste momenten tot iets on gelukkigs, door jou bij hem in den kelder te stoppen.... de politie weet, dat er iemand in den kelder zitwat doen we daaraan?" Toen eerst scheen het tot John door te drin gen, dat er iets ernstigs aan de hand was. Hij zette het glas naast zich neer, keek Pete een oogenblik aan, en krabde toen zijn kin. „Allemachtig!' zei hij. „Da's lastig!" Dat was het inderdaad, en heel erg lastig ook, zooals ze hem tenslotte aan het verstand brachten. Een tijd lang zat hij, de opkomende gewassen op zijn kin wrijvend, te peinzen en toen keek hij eensklaps zegevierend op, en lachte hen beminnelijk toe: „Ik heb het gevonden!" zei hij. Pete keek hem eens aan en maakte een mis prijzend geluid: „Zeker tegen de politie zeggen, dat het de wind was, die de geluiden maakte!" zei hij. John schudde verongelijkt het hoofd: „De politie weet, dat er iemand in den kelder zit, nietwaar?" „.Ongetwijfeld! zei Lois sarcastisch. „Dusging John verder, met de logica, aan tipsy menschen eigen: „Als ze komen, moet er een inzitten, anders zijn ze niet tevreden!" „Er zit er inderdaad een in!" zei Pete, „dat is het hem juisten als we hem er uithalen is het niet goed. Wat nu?" „Heel eenvoudig," zei John. „we halen Bea lie er uit, en stoppen jou erin!" Op dit gezegde volgde een peinzende stilte, die het eerst door Pete werd verbroken, het geen geen wonder was, want hij was de eerst- betrokkene. „En wat," begon hij, „wil je tegen den Ster ken Arm als reden opgeven, dat ik mijn leven slijt in een gesloten kelder?" „Ook eenvoudig!" zei John, en lachte bemin nelijk, „drankzuchtdelirium tremens!" De stilte die hierna inviel, was indrukwek kend. Pete staarde John aan alsof hjj een geestverschijning was, rukte toen zijn blik van hem los en zocht steun bij Lois: „Groote Mozes". hijgde hij, „hoor je dat, Lois?" Lois bevestigde, dat ze het hoorde, en vroeg nieuwsgierig, wat er voor raars aan was. „Het lijkt me een pracht van een denkbeeld!" zei ze, „we vertellen die lui, dat we een verren neef te logeeren hebben, die aan den drank verslaafd is, en dien we, als hij lastig wordt, voor een paar uurtjes in den kelder zetten. We laten ze dan door een raampje in den kelder loeren, en als jij daar beneden dan een kleine demonstratie geeft van een drankzuchtige, die wild wordt, komen we een heel eind." Haar heldere, grijze oogen staarden Pete aan, en die waardige jonkman voelde zijn woede uit zich weg glijden en wist alleen nog maar te stamelen: „Maar ik weet niet, hoe een woedende drank zuchtige te keer gaat!" „Dat is geen bezwaar!" zei Lois, „de politie weet het ook niet, en anders kijk je maar naar John." (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 3