Rusland spreekt met gespleten tong Een Italiaansch oordeel F Kabouter Flip en zijn vriendje Wip In een geheimzinnig Molotof verdedigt zijn taktiek WAAS GEHULD BuitmlonSjch OverzirfU I r'S REGELINGEN VAN DE NEUTRALITEITS WET DE LUCHTRAIDS OP DE BRITSCHE VLOOT Md bctAaal van den day Bij Chronische verstopping DINSDAG 7 NOVEMBER 1939 De Odysseia van de ,,City of Flint" De conferentie der Oslo-staten fit Russen versterken hun Westgrens in Polen Wrijving tusschen Washington en Tokio De Boston-Express gederailleerd f -.7 I De wankelende j ladder Mijnengevaar aan de Deensche kust Danzig-Westpruisen" NAAR HET ENGELSCH *1 be- in- ike hte be ien lb. den lb. en mn sti- ■jk- eid ■er- het j in de- ons end de Re ien Toen in de teuropeesche landen de strijdbijl opgegraven, heeft het Duitsche opperhoofd teer diplomatiek eerst de vredespijp gerookt "iet 2ijn ouden vijand Rusland, opdat hij, terwij' kil op het oorlogspad was, voor een aanval m ten rug beveiligd zou zijn. En het opperhoofd ÖCr Russen heeft de broederschap, gesloten met ket opperhoofd der Duitschers, nog de vorige ^eek in een toespraak tot zijn mannen beves- Maar wanneer het Duitsche opperhoofd v°or zijn wigwam gezeten, heden zijn krantje tel zitten te lezen en dit rustig overdenkt, zou k'J zich dan niet gaan afvragen: „Heeft mijn B'euwe Russische broeder niet gesproken met ten gespieten tong?" In een week tijds heeft Molotof, de zwijgende, ^ee groote redevoeringen gehouden. En door vele spreken is hij nog zwijgender geworden "an hij was. Toen hij de vorige week voor den ^PPersten Sovjetraad zijn buitenlandsche poli tiek verdedigde, scheen het alsof hij de Duitschp Tisle over de oorzaken van den oorlog volgde, toaar wij hebben toen reeds gewezen op de Neiging, die ook voor Duitschland achter deze boorden school. Molotof verkondigde toen de ,telling, dat het verkeerd was, om een ideologie '6 bestrijden met een oorlog. Dat was Wel recht sreeks gericht tegen Engeland en het door diens teiders aangegeven oorlogsdoel, maar het was Ws°f uit dit lesje in taktiek nog eenige niet Uitgesproken consequenties waren te trekken, "te voor Duitschland niet zoo plezierig waren. Iu de gisteren gehouden vergadering der 'teuununistische Internationale heeft Molotof ~®t schaapsvel der taktiek afgegooid, om zich ten leeraarsmantel der theorie om te hangen Plaats van staatsman was hij voor een dag teeer partijman. Het twee-en-twintigste jaar- teest van de communistische revolutie in Rus tend was een goede gelegenheid om den partij- Benooten te ieeren, hoe zij de door Rusland 8evolg<je politiek der laatste maanden in over- tenstemming kunnen brengen met hun revo- lutionnaire theorieën over den haat aan het kapitalisme en aan die bewegingen, die voor kort nog „reactionnair" heetten. Aangezien alle staten buiten Rusland kapitalistisch heeten er. dus in communistische oogen ook imperiajistisch, wat Rusland ondanks zijn politiek tegenover de Baltische landen natuurlijk niet zou zijn, is het voor Molotof een klein kunstje om zijn Politiek in overeenstemming te brengen met cje communistische leer. Met de theorieën van temin voor oogen zijn trouwens alle schijnbaar ten het communisme afwijkende practijken te rechtvaardigen. Maar het belangrijkste in Molotof's betoog is. "®-t hoe „theoretisch" hij ook redeneert, door Been enkel land bij name te noemen, nij den hieuwen Duitschen bondgenoot toch over een ge- lijken kam scheert met de overige „kapitalis tische" landen. Het manifest, dat de Komintern zelf heeft tetgevaardigd, noemt onder de „bourgeois"-staten teeneens Duitschland en is dus duidelijker en techt op den man af. Het kan nu niet meer Beloochend worden, dat Moskou nog steeds cprnmunistisch is en het centrum der wereld- tevolutie wil blijven. Berlijn heeft gaarne ver kondigd, dat het pact met Moskou kon worder. Besloten, omdat Rusland in feite niet meei c°mmunistisch zou zijn, doch nationalistisch en teeer socialistisch was geworden. Het blijkt nu ten schromelijke vergissing te zijn. Merkwaardig in dit verband is een Italiaan- tehe persstem, die meent, dat de vriendschap tesschen Duitschland en de Sovjets niet lang tel kunnen standhouden en dat de tfi&ns be staande goede betrekkingen tusschen beide lan den eigenlijk slechts een scherm zijn, waarach ter cje beide elkaar vijandige politieke stelsels terdekt zich opstellen, in afwachting van nieu we omstandigheden, die de een of andere er *°e zullen brengen, openlijk het masker af te teerpen. Dit heeft het Milaneesche blad „Italia" Nerveuze Angslaanjagiiigen verdwijnen snel en worden voorkomen door Nfijjnhardt's Zenuwtabletlen Zenuwstillend Zenuwsterkend Huisje 75 ct. Bü Apothekers en Drogisten. geschreven, voordat Molotof zijn rede hield, waardoor het juist meer de beteekenis van een objectief oordeel krijgt, dan wanneer het een „gelegenheidspraatje" zou zijn. Van den ande ren kant valt toch ook weer op te merken, dat het de nieuwe verhouding tot het communisti sche Rusland is, die de gloeiend-heete as-ver binding tusschen Berlijn en Rome heeft afge koeld, en dat dus alleen de verwijdering van Rusland uit de nabijheid van de as dezen „stalen band" weer kan doen opwarmen. Voor de internationale politiek heeft de jong ste rede van Molotof die beteekenis, dat zij op nieuw Ruslands „neutrale" houding bevestigt. Rusland moet deze houding ook wel aannemen, wil het tegenover de Komintern de fictie, dat het bij „imperialistische en kapitalistische" twis ten geen belang heeft, volhouden. Voor Finland kan men in deze afzijdige houding van oorlogs geweld misschien een gunstig verschijnsel zien. Men is in Moskou er blijkbaar ook mee opge houden, om Finland door intimidatiepogingen te trachten te overbluffen. Het kleine land heeft zich door den grooten mond, dien de beer op zette, niet laten overbluffen en het wist het hoofd toch koel te houden. En de artikelen in de pers slaan thans weer een meer vriend- schappelijken toon aan, nu de opzet, om door hard te brullen angst aan te jagen, is mislukt. Het is immers nog de groote vraag, of Rus lands houding wordt bepaald door een wil tot vrede of door een angst voor den oorlog. Een vastberaden houding kan daarom nog zeker succes hebben. Nazi's zijn zeer verbolgen OSLO, 7 Nov. (Havas) De kapitein van de „City of Flint" heeft Maandag in een voor Amerika bestemde radio-uitzending verteld over den zwerftocht van zijn schip. Te Moermansk, zoo zeide hij, had hij vergeefs getracht zich met den Amenkaanschen ambassadeur in Moskou in verbinding te stellen. Na langs de Noorsche kust begeleid te zijn door een Noorsch oorlogs schip, ontmoette het schip de Duitsche vracht boot „Schwaben", die de prijsbemanning op dracht gaf koers te zetten naar Haugesund er. daar het anker uit te werpen. In politieke kringen te Berlijn beschouwt men volgens een bericht van United Press aan haar bladen de interneering van de Duitsche prijsbemanning als bijzonder ern stig, en wijst men er op, dat de Duitsche regeering tot dusverre vermeden heeft het gebeurde met de „City of Flint" te drama- tiseeren, maar dat men nu mogelijk een andere houding zou aannemen. KOPENHAGEN, 7 Nov. (Havas). Over de bijeenkomst van de Oslo-staten schrijft „Ek- strabladet" in een hoofdartikel; „De Oslo-groep moet een heele reeks eco nomische problemen betreffende de neutrali teit behandelen. De ter behandeling staande kwesties zijn moeilijk, want beide oorlogvoe rende partijen moeten worden bevredigd en men wenscht het evenwicht tusschen hen te bewaren. Zoo is er de kwestie der oorlogscon- In opdracht van den gouverneur van de Groote Oost vervaardigde de kunstschil der Sierck Schroder te Wassenaar een schilderij van H. M. de Koningin, dat be stemd is voor het gouvernementspaleis te Makassar. De kunstenaar legt de laatste hand aam, het werk trabande, het verblijf van oorlogsschepen in de nationale wateren, het vliegen over natio naal gebied, het mogelijk interneeren van op nationaal gebied komende combattanten. de behandeling van prijzen en prijsbemanningen. de maatregelen voortvloeiende uit de blokkade enz. Als grondslagen neemt Oslo de aanvaar ding der Haagsche conventie van 1907, de ver klaring van Londen van 1909 en de Noorsche neutraliteitsregels, die in Mei 1938 bekend zijn gemaakt. Deze laatste berusten op de beide eerstgenoemde documenten, waarbij rekening wordt gehouden met de oorlogspractijlcen se dert 1909 en de daarop betrekking hebbende problemen. De voornaamste moeilijkheid is de afwezigheid van een algemeen erkende con ventie, waaraan men zou kunnen refereeren." LONDEN, 7 Nov. (Reuter) Een aan Reuter gezonden telegram van de Poolsch—Roemeen- sche grens meidt, dat de werkzaamheden aan de versterkingen ter weerszijden van de giens- afbakeningslijn tusschen Duitschland en Rus land verhaast worden. Aan den Russischer. kant van de lijn is een groot aantal arbeiders aan het werk gezet. Volgens welingelichte kringen wordt de jacht op Oekrainsche nationalisten, die onder Duit schen invloed hebben gestaan, in de door de Russen bezette gebieden voortgezet. WASHINGTON, 7 Nov. (A.NP.). Pittman, de voorzitter van de Senaatscommissie voor Buitenlandsche Zaken, heeft gezegd, dat het Congres er wel toe zou kunnen overgaan econo- mischen druk uit te oefenen op Japan ten einde een einde te maken aan de anti-Ameri- kaansche activiteit in China, waarover gere geld berichten worden ontvangen. Pittman sprak er zijn twijfel over uit of het in 1911 gesloten verdrag tusschen de Vereenigde Staten en Japan, dat 26 Januari a.s. ten einde loopt en door de regeering der Véreenigde Staten is opgezegd, door een nieuw pact zal worden vervangen. WESTFIELD (Massachusetts), 7 Nov. (A.N.P.) De expresstrein van Chicago naar Boston is op vijf kilometer ten westen van Westfield ont spoord. Twaalf personen werden gewond en alle 63 passagiers ernstig geschokt. De geheele trein, welke zich voortbewoog met een snelheid van 80 kilometer is uit de rails geloopen. t.*7 KAART VAN SPANJE =J WoJlaftolidl (Ingezonden Mededeelingt werken ruw-reinigende laxeermiddelen niet afdoende. Ruw-reinigende laxeermiddelen kunnen bij ver stopping tijdelijk opluchting geven, doch chroni sche verstopping kunnen zij niet verhelpen, aan gezien zy de oorzaak van deze kwaal niet weg nemen. Bovendien prikkelen zij de darmen telkens onnoodig en zijn vaak schadelijk voor de gezond heid. Invloed der moderne voedingswijze. De spijsverteringsresten uit het voedsel, de z.g. ballaststoffen, vormen in de darmen een natuur lijke massa. Alleen wanneer deze groot genoeg is. biedt zij voldoenden weerstand aan de darm spieren om deze normaal te kunnen doen func- tionneeren. De moderne sterk geconcentreerde voedingsmid delen zijn arm aan spijsverteringsslakken. Hier door ontstaat een tekort aan massa, dus een gebrek aan weerstand in de darmen, tenge volge waarvan de darmspieren gaan verslappen. Om de normale darmfunctie te herstellen, dient men dus in dit gebrek aan ballaststoffen te voor zien. Normacol bevordert eon gezonden stoelgang op natuurlijke wijze. De zuiver plantaardige Normacol-korreltjes zwel len in den darminhoud gelatineus op tot een sponsachtige massa, welke de ontbrekende bal laststoffen vervangt. De darmwandspieren kun nen nu weer regelmatig werken. Neem nog heden een proef met Normacol. Een kleine hoeveelheid, regelmatig ingenomen, heft chronische verstopping spoedig op. WASHINGTON, 7 Nov. (Havas.) In de regeling, welke het departement van Staat heeft afgekondigd tot toepassing van net presidentieel decreet inzake de neutraliteit wordt het verkeer in de gevechtszone ver boden voor alle Amerikaansche schepen. Aan schepen van de kustwacht of aan een schip dat opdracht heeft Amerikaan sche burgers te evacueeren, alsmede aan schepen welke varen onder de vlag van het Roode Kruis, zou vergunning kunnen worden gegeven zich in deze zone op te houden Verder werden nog afgekondigd: le. Regelingen betreffende financieeie ver zoeken om hulp aan burgerbevolkingen van oorlogvoerende landen. 2e. Regelingen, waarin het aan AmerUcaan- sche koopvaardijschepen wordt verboden'andere wapens te vervoeren dan die, welke noodig zijn tot handhaving van de tucht aan boord. 3e. Regelingen, waarin het Amerikaanschen burgers wordt verboden te reizen op scnepen van oorlogvoerenden op den Atlantischen Oceaan ten noorden van 35 graden N.B. en ten oosten van 66 graden W.L. Consulair en diplomatiek personeel kan buiten dit verbod geplaatst wor den. De zone waarin Amerikaansche burgers niet cp schepen van een oorlogvoerende party kun nen reizen, strekt zich uit tot alle Europeesche wateren, tot het continent, de eilanden en den Atlantischen Oceaan, ten noorden van den 35en breedtegraad en ten oosten van 66 graden W.L. „Zoover zijn we nu gelukkig," zei Peter, ter wijl Flip op zijn schouder zat te wippen van pleizier. „Nu moeten we dien goeden ouden Sint probeeren te vinden." Ook Rita was blij en hoopte dat ze maar gauw weer bij pappie en mammie zou komen. Sint Nicolaas woont In 6011 groot kasteel in een stad, die Valladolid heet," zei ze. „Ja, Val- la-do-lid," kwam Flip ineens tusschenbeide, „ik weet zeker, dat de ooievaar dat zei." „Nu, dan weten we tenminste weer heel wat meer," lachte Peter, „dus oppassen Is de boodschap!" Gelukkig scheen Rinaldo voorloopig verder te willen reizen. Onder de brandende zon zetten ze de reis voort. Peter en Rita genoten van al het schoons, dat ze zagen en menige citroen en sinaasappel, die daar zoo maar langs den weg groeiden, verdween in hun gretige monden. „Duitschland beheerscht thans de Noordzee" BERLIJN, 7 Nov. (D.N.B.) Voor vertegen woordigers van de buitenlandsche pers heeft heden een deskundige van het Duitsche lucht- wapen uiteenzettingen gegeven over de lucht aanvallen op Engelsche vlooteenheden op de Noordzee en aan de Engelsche kust. Hij gaf een overzicht van vijf van deze aanvallen, waaraan hij toevoegde: „Sindsdien hebben zich in de Noordzee geen groote Engelsche oorlogsschepen en daarmede ook geen loonende doelen voor bommenwerpers vertoond. Gebleken is, dat de Engelsche vloot niet meer de meesteres van de Noordzee is. Ds Duitsche heerschappij in de lucht boven de Noordzee beteekent tevens de beheersching van deze zee Op hem gestelde vragen antwoordde de des kundige nog dat tot dusverre geen luchtaanval len op de Engelsche kust, maar alleen op En gelsche oorlogsschepen ondernomen zijn. Deze schepen werden echter voor een deel aan de kust van Schotland aangetroffen. (Merkwaardig Is dat in genoemd overzicht niet genoemd werd het vliegtuigmoederschip „Ark Royal", dat volgens vroegere Duitscl.g be richten zwtaar beschadigd zou zijn. Red.) KOPENHAGEN, 7 Nov. (Havas) Men raamt, dat er ongeveer 300 drijvende mijnen in de Sont liggen, tusschen Denemarken en Zweden Zeer weinig schepen wagen zich nog op zee Verscheidene op de kust aangespoelde mijnen zijn tot ontploffing gekomen Daarbij werd een groot aantal ruiten vernield, en in de buiten wijken van Kopenhagen kon men de ontplof fingen hooren. Eenige mijnen zijn in Kastrup, een buitenwijk van de hoofdstad, aangespoeld Minstens dertig mijnen zijn aan land gedreven aan de oostkust van Denemarken. Vergenoegd ging Netta naar huis. Ze had een flink pak goed om te maken meegekregen; haar kamers hadden pas een schoonmaakbeurt gehad, nu kon ze zich rustig aan haar werk overgeven. Even kijken, of mijn gordijntjes netjes han gen, dacht ze. Ja en zij zijn ook erg helder, maar wat steekt het houtwerk van de ramen en den gevel er nu bij af. In geen vijf jaren heeft de verhuurder er iets aan laten doen. Alles mag noodig eens onder handen genomen worden. De halve straat behoort hem toe. Het is gewoon een schande voor de stad, zooals zijn huizen er uit zien. Ik zal er hem bij de eerste de beste ge legenheid toch eens op wijzen. Maar dit was niet noodig. Kort nadien, op een mooien morgen, toen Netta voor haar raam zat te werken, zag ze opeens een ladder tegen den gevel zetten en even later knikte een jonge schilder haar vriendelijk toe. Netta schoof verheugd het raam op en vroeg: „Ga je aan de gevels beginnen?" „Ja, juffrouw," antwoordde Jan Baatens. „Ze hebben een duchtig sop en een flinken kwast verf verdiend." ,Dat geloof ik," beaamde Netta. „Mooi weer voor dit werk," vond hij. „Het is wel erg gevaarlijk zoo hoog met die ladders," meende zij. „Er moest op het trottoir eens iemand tegen aan loopen." „Gevaar kennen wij niet," snoefde Jan. Glim lachend keek hij Netta aan en dacht: Geen on aardig snuitje. Ze draagt geen trouwring. Zou ze al kennis hebben? Maar zoo brutaal om haar dit te vragen, was Jan nog niet. Dit werd hij later, toen ze hem van uit haar ven- ster een kop kof- fie of thee aan reikte, die hij dan, leunend te gen de ladder, of j zittend op haar vensterbank, opdronk en een babbeltje met haar maakte. Zoo kwam Jan te weten, dat ze wees was en met naaiwerk haar brood ver diende en dat ze zich heel gelukkig voelde in haar eenzaamheid. „Wie .ou mij nu willen?" lachte ze. „Nu, die zullen er genoeg zijn," was Jan van meening en keek haar verliefd aan. „En.... en als je wilt je hoeft niet ver te zoeken ook." „Hoe bedoel je?" polste Netta met een hevige kleur, hoewel ze begreep, waarom de knappe schilder altijd zoo lang over zijn kopje koffie en thee deed. „Ga je eens met me naar een bios?" „Och! waarom niet?" zei ze. haar naaiwerk opnemend, om zich een houding te geven. „Ik ga wel eens in mijn eentje." „Maar met twee zal het toch veel gezelliger zijn," knipoogde Jan. „Dit valt nog te bezien," plaagde ze. Maar Netta wist, dat het voor haar al héél gezellig zou zijn. Dus werd afgesproken dien avond samen uit te gaan. Hierop volgden nog meer avonden en beiden waren blij, dat de halve straat aan Willem Kar- mens behoorde en dat deze al zijn huizen liet schilderen, waardoor Netta en Jan elkaar nog heel wat dagen konden zien. Toen Jan aan de andere woningen bezig was, vond hij zoo nu en dan even de gelegenheid bij Netta binnen te wippen: zoo tegen koffie- en theetijd. En dat Netta vaak vroeg, hoelang hij nog werk had in de straat, was voor Jan Het bewijs, dat hij haar niet onverschillig was. Op een dag werkte Jan tegenover haar wo ning. Nooit had Netta zoo weinig genaaid als in die dagen. Kon men het haar kwalijk nemen, dat zij gedurig naar den overkant keek? wa ren ook wel eens oogen blikken dat ze haar hart van angst vasthield als. ze hem als een waar acrobaat van de eene ladder op de andere zag stappen, of toeren zag uithalen, die zeer ge vaarlijk waren. „Buig je niet zoo ver op zij, Jan," zei ze dan wel eens, alsof hij haar waarschuwing kon hoo ren. „Niet zoo ver. Jan. Wees in 's hemelsnaam toch voorzichtig. Dadelijk val je nog." En bang dat hem een ongeluk zou overkomen bleef ze maar kijken naar zijn bewegingen en voerde niets uit. Zoo gebeurde het op een zeker oogenblik dat hij ver reikte, om zich aan een dakgoot te kun nen vasthouden. Netta hield haar adem In. Op eens zag ze de ladder verschuiven. Toen be merkte ze, dat Jan wankelde. Een hartver scheurende kreet sneed door de lucht. Toen wist Netta niets meer: ze had het bewustzijn ver loren. Jan, die den gil hoorde, verschrok en door zijn haastig omkijken, gleed de ladder weg, waar hij met één voet op stond. De jongeman stortte op de straatsteenen en brak beide beenen. Toen Netta hem in het ziekenhuis ging be zoeken, vroeg hij: „Wat is er toch gebeurd? Ik hoorde je zoo gillen." „Ik zag je vallen, toen jij je aan de goot wilde vasthouden." Jan had willen zeggen: Ik viel, omdat Ik zoo schrok van dien gil en ik vermoedde, dat jou een ongeluk overkwam. Maar hy zweeg. Jan begreep, dat dit vallen zinsbedrog van haar was geweest en dat zy van schrik, om den toer, dien hij uit haalde, duizelig was geworden en dus door haar eigen wankelen gemeend had de ladder te zien bewegen. Had ze zich niet zoo angstig gemaakt, dan zou er niets zijn voorgevallen, want als gevel-acrobaat stond hij zijn man. Maar het zou een verwijt inhouden en haar angst om hem was een bewys, dat zij van hem hield. Bovendien, het was nu toch gebeurd. En Jan vond: Iemand die van je houdt, doet men geen pijn. Ze zou het vreeseiyk vinden, de oorzaak van zijn val te zyn. (Nadruk verboden» BERLIJN, T Nov. (D.N.B.) De rijksgouw Westpruisen zal in den vervolge „Ryksgouw Danzig-Westpruisen" heeten, volgens een oesluit van den Rykskanselier. „Nu, ik zat je niet langer aan den praat hou ten. Goedennacht, Clarice! Je Wordt met den dag mooier; maar ongenaakbaarder, zou Ik bijna zeggen! Hoe komt dat eigenlijk?" Lady Leigh ging dien volgenden dag bijna onmiddellijk na de lunch weg. Niemand be halve Mrs. Rossiter scheen haar vertrek te be speuren, en al zou kolonel Egremont soms ook dezelfde gevoelens hebben gehad als zyn gast vrouw, dan gaf hij hiervan toch geen biyk. Hij Vertrok met een lateren trein, want hy bleef eerst nog dineeren. Intusschen had hy een Plannetje bedacht, dat hy in uitvoering wilde brengen. Nadat hy zich eerst op de hoogte gesteld had ten den tijd, dat de nurse theedronk, ging hy haar de kinderkamer en vond daar de oudste 'Wee druk bezig met hun trein. L>e kolonel was heel goede maatjes geweest teet de kinderen, toen die zich beneden ver toond hadden en nadat hy eerst een vriendeiyk alledaagsch praatje met hen had gemaakt, kwam hy voor den dag met de vraag, die eigen- ïyk doel van zijn komst was: „Vertel my nu eens wat van die mooie dame in het zwart, die 's avonds altyd bü jullie komt?" Zelma keek naar hem op, half ver schrikt. „Neen, wees maar niet bang," haast te hij zich, haar gerust te stellen, „Ik weet, dat het een geheim is en ik zal het nooit aan iemand vertellen. Maar ik wilde graag weten, wie zy is. De menschen hier noemen haar Lady Leigh, maar jullie en ik weten dat wel, dat dit niet haar naam is!" „Ik geloof, dat zij een Feeën-prinses Is," zei Zelma met grooten ernst. „Ja, dat is ze zeker," meende Rupert. „Vertelt zij jullie dan nooit eens iets van zichzelf?" „O neen, dat zou alles bederven, weet u. Dat zou haar petemoei boos maken." „De petemoei?" „Ja, degene, die haar lederen ochtend in Lady Leigh verandert en die haar alleen 's avonds zichzelf laat zyn. Weet u dat niet?" „Neen, ik weet er niet alles van. En hoe we ten jullie het, als ze het je nooit verteld heeft?" „Och, we hebben t maar geraden. U weet, dat er zooveel van die dingen gebeuren in sprookjesboeken. Toen we haar zeiden, dat we dit zoo maar dachten, lachte ze, en dus zal het wel waar zyn! Natuurlijk mag ze niets zeggen, maar wy weten wel, hoe het gebeurt." „Wil je mij dat dan eens vertellen?" „O, maar het Is een groot geheim I U moet ons beloven, dat u er nooit Iets tegen iemand van zeggen zult!" „Dat beloof Ik je." „Nu, weet u: het is zóó gebeurd. Zy was een Feeënprinses en had een petemoei, maar ze is getrouwd met een gewonen man en dat heeft de Feeën boos gemaakt. Haar petemoei heeft haar toen twee gedaanten gegeven in plaats van één: een koude, nare Lady Leigh, die hier leeft en één, die zy eigeniyk dan zelf is in het Feeënland. En iederen avond, als ze hier komt, en in haar Feeëngedaante is, dan bezoekt ze ons en dan hebben wy het toch zoo heerlijk! Er is niemand, die zoo lief is als onze Feeën- prinses en niemand, die van haar weet, behalve wij!" Uit dit alles bleek duidelyk, dat Lady Leigh heel veel van deze kinderen hield, maar ook, dat zy niet wilde, dat iemand, zelfs niet hun moeder hiervan weten zou. Wat was haar bedoeling toch met dit dub bele spel? Coquetterie kon het niet zyn, want dan had zij het niet zoo zorgvuldig verborgen gehouden. En wat had hy er nu eigeniyk aan om zich voortdurend te verdiepen in een zaak, die hem niet aanging? HOOFDSTUK Hl Intusschen reed Lady Leigh naar Straffem Court. Zij was er zich niet van bewust, dat zy op het oogenblik een raadselachtig probleem was yoor kolonel Egremont; had ze dit geweten, dan zou ze er zich waarschyniyk aan geërgerd heb ben. Iemand die haar geheel zou gekend en be grepen hebben, zou haar niet voor een raadsel houden, maar voor een diep teleurgestelde vrouw, die, hoewel nog heel jong, al haar Idea len had moeten opgeven. Er was echter nie mand, die haar zoo kende. In den loop van tien jaren had zy meer geleden dan velen geduren de een lang leven en dit had haar verbitterd en wantrouwend gemaakt. Clarice, de oudste dochter van Sir Harry en Lady Straffem, was van kind af al een schoon heid geweest en opdat haar niet te vroeg het hoofd op hol zou worden gebracht, was zij naar kostschool gestuurd. Clarice had haar moeder verafgood. Lady Straffem kende echter niet eens de bewonde ring, die haar dochter voor haar koesterde, zy tvas geen moeder waarvan in moeilijkheden steun kan worden verwacht. Ze was een lieve, vriendeiyke en mooie vrouw en ze was er steeds op uit, om al haar kinderen goed te doen; maar ze muntte niet uit in ver stand of inzicht. Toen nu de knappe, ryke ba ronet, Sir Robert Leigh, de hand van haar dochter kwam vragen, waren de ouders het er beiden over eens, dat Clarice geen betere party had kunnen doen. Sir Robert stond zeer goed bekend. Hy was een knappe man en, ofschoon hy niet meer in zyn eerste Jeugd was, kon hy toch nog betrek- keiyk Jong genoemd worden. Het huweiyk zou plaats hebben, zoodra Clarice haar zeventiende jaar bereikt had. Het jonge meisje zelf had er niets op tegen. Zy voelde geen liefde voor Sir Robert; ze zag tegen hem op. Maar eer er een jaar verloopen washad zy alles verloren; haar echtgenoot had zich in zyn waren aard getoond, die zeer min was haar vertrouwen in haar moeder was zy ook kwijt. In den loop van twee jaren had zy twee kin- ren, twee mooie jongens; daar ging ze nu al haar liefde aan geven. Ze hechtte zich zoo aan de kinderen, dat haar echtgenoot jaloersch be gon te worden op de jongens, waar hy eerst zoo trotsch op was geweest. Toen kwam er een jaar, dat er diphterie uitbrak in het dorp. Lady Leigh had met haar lievelingen ergens anders willen heengaan, of ze had ze voor de veiligheid naar haar moeder willen sturen, maar Sir Robert wilde dit niet hebben. Hy had een huis vol logé's en kon zijn vrouw niet missen. Bovendien waren ze immers veilig! Op een dag, dat Clarice uit was en hy de kleinen ln het park zag spelen, nam hy ze mee op de wandeling, en daar ze overvallen werden door een regenbul, ging hy schuilen ln een hut je, waar een kind doodziek lagBinnen de week waren zijn eigen beide zoontjes ook aan de gevreesde ziekte overleden. Die slag maakte hem voor korten tyd wat kalmer; maar toen, om zyn wroeging te ont- loopen, ging hij nog ééns zoo hard aan het drinken. Een beroerte was hier het gevolg van en nadat hy een half jaar zeer ziek was ge weest en voorbeeldig was opgepast door zyn vrouw, keerde Lady Leigh als weduwe terug in het huis van haar vader. Zy was zeven jaar getrouwd geweest en nu woonde zij al drie jaar in haar ouderlyk huis. Ze was nog geen zeven en twintig, maar ze voelde zich al ouder dan haar moeder! Mrs. Rossiter was een gemakkelyke vrien din. Ze drong nooit op vertrouwelykheden aan en toonde over het algemeen bijzonder veel tact. Lady Leigh keek nóch naar links nóch naar rechts, toen ze de koele, beschaduwde hall op Straffem Court binnentrad; ze vond het alleen maar aangenaam, dat ze uit den gloed van de brandende zon was. Als ze even een blik had geworpen naar het venster vlak tegenover de deur, dan zou ze daar in de nis haar zeven tienjarige zuster Gladys hebben zien zitten. Zij scheen in slaap gevallen te zijn, althans het boek was van haar schoot gegleden. Maar Clarice zag niets, viel alleen doodmoe in een stoel ln de hall en toen de stoelpoot wat hard over den marmeren vloer kraste, sprong het slaapstertje op met een vreugdekreet: „Ben jy dat, Clarice?Hoe heeriyk! Ik heb den heelen middag al naar je zitten uit- kyken." „Dat lykt wel zoo." „Wees nu maar niet zoo sarcastisch. Zoo heel lang kan ik nog niet geslapen hebben. Ze zei den allemaal, dat je vanavond pas zou komer maar ik was er zeker van dat je nu kwam." „Waarom?" (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 7