De verbreeding van het
Noordzeekanaal
BEV
Kabouter Flip en zijn vriendje Wip
*6
FANTASIE BROEKEN!
ensen
li'
TT
In een geheimzinnig
Sec"AKKERTJE
WAAS GEHULD
NIEUWE VERBINDINGS
WEG
DONDERDAG 9 NOVEMBER 1939
voor Kwaliteit,
RAAD VAN VELSEN
Debat over de aesthetische waarde
van een koetshuis
In memoriam
De nieuwe verbindingsweg
Lusteloos
Werkverschaffing
Dienstjubileum
Aanbesteed
Bevolking toegenomen
St. Willibrordus-
herdenking
Beverwijksche veiling
Suikerbiet van 11 k.g.
DE HEER NIJSSEN ACHT ZICH
BELEEDIGD
DRIEHUIS
SANTPOORT
R.K.S.V, „Santpoort"
IJMUIDEN
LOGGER AAN GEVAAR
ONTSNAPT
VaUdedincjmatjazijn
paarlaarstecg i
HAARLEM-TEU2842
ZEEREIS AFGEBROKEN
IJMUIDEN
Wedstrijden IJmuider Reddings
brigade
Paard aangereden
V.S.V.Xerxes vriendschappelijk
Toeslagfonds voor het
bloembol lenbedrijf
NAAR HET ENGELSCH
Gisteravond vergaderde de gemeenteraad on
der voorzitterschap van den burgemeester, Mr.
M. M. Kwint.
Alvorens de agendapunten aan de orde te
stellen, bracht de VOORZITTER hulde aan de
nagedachtenis van den ovei leden gemeente
secretaris, wijlen den heer M. K. Hofstede.
Op 17 Januari 1910, aldus de voorzitter, trad
Menne Kornelis Hofstede in dienst dezer ge
meente; en onwillekeurig gaan in deze sterk
groeiende gemeente bij het afmeten van Hof-
stede's verdiensten jegens Veisen onze gedach
ten terug naar dien tijd.
De jonge adjunct-commies werkte aanvanke
lijk op een nog bescheiden plaats, maar hem
wachtte een snelle promotie en een eervolle
loopbaan lag voor hem.
Veisen, toen nog slechts een kleine gemeente
van ruim 18.000 zielen, groeide in de dertig
jaar. dat Hofstede hier gearbeid heeft op schier
Amerikaansche wijze uit, tot het Veisen dat wij
thans kennen en duidelijk, ja overduidelijk is
het, dat geweldige veranderingen in gemeente
en gemeentebestuur en dientengevolge ook in
het administratieve apparaat, waarvan hij later
als secretaris de leiding had. zich hebben vol
trokken.
De eerste belangrijke bevordering van Hof
stede was, toen hij in 1913 werd geplaatst aan
de afdeeling Financiën, om kcrt daarop te wor
den benoemd tot Controleur der Gemeente
belastingen. Deze werkkring moet hem den
nuchteren zakelijken Groninger, want een zoon
van het Noorden is hij steeds gebleven bij
zonder hebben gelegen en als controleur der
gemeente-belastingen heeft hij de gemeente
onschatbare diensten bewezen.
Zijn bevordering tot Hoofdcommies en chef
der le afdeeling bracht hem meer in contact
met l'w Raad en met het Daglijksch Bestuur
der Gemeente. Reeds spoedig, in 1927. werd
Hofstede benoemde tot secretaris en nam zijn
12-jarige loopbaan in deze hoedanigheid zijn
aanvang.
Hofstede was begaafd met een helder ver
stand en een schier onbeperkt herinnerings
vermogen. Hij voelde zich ais met Veisen sa
mengegroeid; aan deze gemeente heeft hij zich
gewijd met de volle overgave van zijn persoon.
Iemand, die Hofstede beter heeft gekend dan
een van ons allen schreef mij: „Zijn geheele
leven stond in dienst van de gemeente Veisen
en haar belangen gingen hem boven alles ter
harte." Een oordeel, dat wij allen van ganscher
harte zullen willen onderschrijven op het mo
ment, dat wij tezamen onze eerbiedige hulde
en dank brengen aan de nagedachtenis van
Menne Kornelis Hofstede, in leven secretaris
onzer gemeente.
De rede van den voorzitter werd door den
Raad staande aangehoord
"Besloten werd tot het aangaan van een
grofidruiltng en verbetering van de Heidestraat
De gemeente verkrijgt hierdoor een gedeelte
van de Heidestraat. ter grootte van 86 M2, ter
wijl zij daartegenover een perceel grond af
staat ter grootte van 62 M2. gelegen aan df
Velseroordstraat.
Bij het opmaken van de begrooting voor den
bouw van het hoofdbureau van politie is niet
gerekend op het maken van een gemetselde
terreinafscheiding om en het egaliseeren van
den aan de binnenplaats grenzenden en voor
sportterrein aangewezen grond. Voor dit doel
vragen B. en W. thans een crediet van f 3400
Aldus werd besloten.
Vastgesteld werden vervolgens vergoedingen
voor het bijzonder onderwijs.
Met betrekking tot de vaststelling van een
streekplan voor Kennemerland-Zuid vroeg de
heer TEN BROEKE. of het plan later aan de
goedkeuring van den Raad zal worden onder
worpen.
De VOORZITTER merkte op dat het hier
gaat om een gemeenschappelijke regeling tus-
schen de betrokken gemeenten Het plan wordt
ontworpen door een commissie, waarin raads
leden van deze gemeenten zitting hebben.
Daarom krijgt de raad het plan ter beoor
deeling.
Spr. deelde nog mede, dat Haarlem en Vei
sen het over deze gemeenschappelijke regeling
roerend eens zijn.
In behandeling kwam hierna het voorstel
van B. en W. om met den Staat der Neder
landen een overeenkomst aan te gaan in zake
het aanleggen van een verbindingsweg tus-
schen den Stationsweg en den Rijksweg, langs
de oostzijde van het park „Velserbeek".
.Volgens deze overeenkomst zal tusschen den
Staat en de gemeente een grondruiling wor
den aangegaan, waarbij de Staat afstaat een
tusschen den Rijksweg en ae Meervlietstraal
gelegen gedeelte grond, benoodigd voor aanleg
van den weg, en de gemeente harerzijds het
door den Staat benoodigde gedeelte van den
Stationsweg. De Staat verkrijgt het recht dit
gedeelte van den Stationsweg, in overeen
stemming met de bepalingen der Wegenwet, ten
behoeve van de verbreeding van het Noordzee
kanaal, aan den openbaren dienst te onttrek
ken en blijvend voor het verkeer af te sluiten,
zoodra de nieuwe verbindingsweg voor het
openbaar verkeer is opengesteld.
De gemeente ontvangt een rijksbijdrage van
f 20.000 in de kosten van aanleg.
Daarnaast zal in den verbindingsweg tus
schen den nieuwen weg en den Driehuizerkerk-
weg een bruggetje en langs de oostzijde van
het park een nieuwe afscheiding met toe
gangshek dienen te worden gemaakt en ge
plaatst. Voorts achten B. en W. het gewenscht
de bestaande garage, welke van den weg af
gezien een weinig fraaien aanblik zal geven,
te doen afbreken en aan en ten behoeve van
het hotel „Velserbeek" een nieuwe garage te
doen bouwen, alsmede een toegangsweg en een
parkeerplaats te doen aanleggen.
De kosten van een en ander worden geraamd
op f 45.000.
Een crediet tot dit bedrag wordt hiervoor
door B. en W. aangevraagd.
Eén lid van het college kan uit aesthetische
overwegingen zich er niet mede vereenigen,
dat het bestaande antieke koetshuis wordt af
gebroken.
De heer VERMEULEN zeide, dat de gemeen
te door de verschillende rijkswerken voor al
lerlei vraagstukken wordt gesteld. Het onder
havige is niet een van de gemakkelijkste. Een
geheel bevredigende oplossing kon niet worden
verkregen. Men heeft er zich ten slotte bij
neergelegd.
Een nadere bestudeering van het plan had
spr. er toe gebracht de vraag te stellen, of er
achteraf niet een wijziging in het plan moet
worden gebracht.
We kwamen niet om een hoogere bijdrage
vragen. Het plan is niet uitsluitend het gevolg
van de rijkswerken. Het gaat bij spr. om de
verbinding van uit het noorden om Veisen heen,
naar IJmuiden.
Spr. geloofde niet dat te ontkomen is aan
een doorbraak van af den Driehuizerkerkweg
recht naar den Rijksweg, Dat is een groot ver-
keersbelang. De doorbraak zal niet direct
kunnen worden uitgevoerd, n aar zij moet on
der de oogen worden gezien
Verder vond spr. het niet juist, dat Velser
beek een nieuwen toegang krijgt, welke lood
recht op den nieuwen drukken verkeersweg
ligt.
Wat de verdwijning van de garage van Vel
serbeek tenslotte- betreft, spr. herinnerde e:
aan, dat in Kennemerland zeer veel van de
oude buitens is verloren gegaan. De garage
(eigenlijk een koetshuis) is geen architectonisch
kunstwerk, maar de vraag rijst, of we het
oude Veisen niet een klein stukje moeten be
waren. Het is ook niet noodzakelijk om de
garage af te breken. De toegangsweg kan veel
beter „vloeiend" gemaakt worden.
Daarom verzocht spr. om bij deze zaak de
vraagstukken van den Driehuizerkerkweg den
toegang van Velserbeek en de opruiming van
het koetshuis thans nog buiten beschouwing
te laten.
De heer VERBEEK betoogde dat de nieuw
geprojecteerde toegang juist de consequentie is
van een weldoordacht plan. Dit plan is er juist
op gericht daar een mooi punt te scheppen en
meer de aandacht te vestigen op het mooie
park. Spr. had dan ook geen enkel bezwaar te
gen het voorgestelde plan.
De heer ROELSE onderschreef dit. Hij vond
dat de heer Vermeulen de historische antece
denten van het koetshuis wel wat breed had
uitgemeten.
Dr. DE GROOT betreurde het zeer. dat het
oude karakteristieke dorpje Veisen zoo vera»: -
dert, maar er is niets aan te doen en dus
legde spr. zich by het voorstel neer.
De heer VAN HElJST had bezwaar tegen
de afsluiting van den Stationsweg. Spr. drong
er op aan alsnog te trachten een oplossing te
vinden, waardoor het laatste gedeelte van den
Stationsweg geen doodloopend straatje wordt.
De daar gelegen perceelen zouden volkomen
waardeloos worden. Het moet toch mogeiyk
zyn, met de moderne betonconstructies, om,
met een uitbouw b.v., bü het huis van notaris
Boerlage, een rijweg te behouden.
Spr. vroeg ten slotte of het werk in werk
verschaffing wordt uitgevoerd.
Wethouder* DUNNEBIER. Heelemaai niet!
De heer TEN FROEKE besprak ook de af
sluiting van den Stationsweg, waartegen hij
ernstige bezwaren had.
Het is zelfs zóó, dat de kanaalverbree-
ding is geprojecteerd tot onder het huis
van notaris Boerlage! Is dat nu wel noodig?
Wanneer het kanaal daar enkele meters
minder breed wordt wordt voorkomen, dat er
een doode hoek ontstaat.
Wethouder DUNNEBIER merkte op, dat men
niet tegeiykertijd een omelet kan maken en
de eieren heel houden. Volgens den directeur
van O. W. is de voorgestelde oplossing de eenig
goede. Het koetshuis is inderdaad een aardige
afsluiting van de Lindenlaan in het park, maai
de raad zelf heeft herhaaldelijk betoogd, dat
we het park moeten laten zien! Het is tot nu
toe bijna niet te vinden.
De VOORZITTER, de minderheid in het
college, herinnerde eraan, dat deze streek met
zijn talrijke fraaie buitens, eens een centrum
van cultuur is geweest. Met den groei van de
gemeente was het niet te vermijden, dat veei
van dit schoons moest worden opgeofferd. Het
was dan ook zeer verstandig, om indertijd
„Velserbeek" aan te koopen. Men klaagt er
over, dat we zoo weinig historisch bezit hebben
en toch wil men van het weinige wederom wat
vernielen. Men kan deze kwestie niet berede
neeren. Men moet het aanvoelen. Huis (hef
hotel „Velserbeek") en koetshuis behooren bij
elkaar en wanneer het 'koetshuis verdwijnt,
wordt deze eenheid verbroken. Spr. wilde niet
aansprakeiyk zy'n voor de verdwyning van iets
waardevols, waarover men later berouw zou
hebben.
Wethouder DUNNEBIER merkte op, dat de
ontwerper niet over één nacht ys is gegaan
Deskundigen als „Noord Holl. Landschap"
achtten de tot standkoming van het plan van
meer belang, dan het behoud van het koets
huis.
De heer VERMEULEN diende hierna een
voorstel in om het vraagstuk van den toegang
tot Velserbeek en van de afbraak van hec
koetshuis aan te houden voor nader onder
zoek en overleg.
Dit voorstel werd met 9 tegen 16 stemmen
verworpen.
Het voorstel van B. en W. werd hierna on
gewijzigd aanvaard.
Onder de ingekomen stukken was een adres
van den Ned, Bond van Werkverschaffings
arbeiders met het v-erzoek om, in verband met
de prysstygingen, voorzieningen te treffen ten
aanzien van loonen en uitkeeringen.
In verband met de maatregelen, welke ter
zake reeds door het college zijn genomen, stel
den B. en W. voor, dit adres voor kennisgeving
aan te nemen
De heer STEVEINS vroeg welke maatregelen
er genomen zyn.
De heer LUYKMAN merkte op, dat het alge
meen bekend is, dat de raad niet bevoegd is
in dezen iets te doen. Het is een zaak van de
regeering.
Eveneens is het bekend dat de vakcentrales
zich reeds tot de regeering gewend hebben en
op verbetering hebben aangedrongen. Daarom
achtte spr. het niet in het belang van de be
trokkenen, dat men nog eens een adres naar
den raad zendt.
De heer MAAS kan zich indenken, dat de
tewerkgestelden, met hun te karig loon, alles
in het werk stellen om verbetering te verkrij
gen. Dit neemt niet weg, dat spr. nieuwsgierig
is haar de maatregelen van E. en W.
Wanneer het antwoord var, het college onbe
vredigend is, vond hij het juist, dat de raad
nog eens aandringt, om alles in het werk te
stellen voor verbetering van de positie der be
trokkenen.
Wethouder VISSER antwoordde, dat men
het het college niet behoeft te vertellen hoe het
lot is van de tewerkgestelden. Reeds eenige
weken geleden hebben B. en W. zich tot de
regeering gewend en spr. zelf is in Den Haag
geweest. Verzocht is om een huurtoeslag te
mogen uitkeeren.
Bovendien worden pogingen gedaan om Vei
sen, wat de steunregeling betreft, in een hoo
gere klasse te krygen. Wanneer deze pogingen
slagen geloofde spr., dat de werkioozen vol
ledig tevreden kunnen zijn. Maar laat de raad
deze pogingen nu niet doorkruisen met nog
meer brieven. Daartegen moet het college be
slist bezwaar maken.
Bovendien heeft het college besloten om
voor hen. die daarvoor in aanmerking komen,
de verdiensten van de kinderen gedeeltelijk vrij
te geven. Deze maatregel is reeds uitgevoerd.
Voorts wilde spr. er de aandacht op vestigen
dat de gemiddelde verdiensten van de tewerk
gestelden boven de 38 cent per uur liggen, het
basisloon van Veisen.
Tenslotte merkte spr. op, dat B. en W. dit
alles gedaan hebben, ook al zou er geen prijs-
styging geweest zijn. Over dit laatste zijn
overigens nog geen totale gegevens bekend.
De heer STEVENS dankte het college voor
de genomen maatregelen.
Hierna ging de raad in besloten zitting.
Morgen herdenkt de heer P. J. v. Geelen, chef
van de. Personeelsafdeeling van de Kon. Ned.
Papierfabrieken Van Gelder Zonen den dag,
dat hy 25 jaar in dienst is by dit bedrijf.
Het zal hem zeker niet aan belangstelling ont
breken.
De Amsterdamsche Ballast-Mii. biykt de laag
ste inschrijf ster te zijn by de gehouden aanbe
steding voor den aanleg van een aarden baan
van een gedeelte van den weg Amsterdam
Rotterdam, alsmede werkzaamheden aan den
verbindingsweg tusschen den Westvlietweg en
Middenweg. Ingeschreven was voor ƒ1.835.000.
In den loop der maand September blijkt het
aantal inwoners onzer gemeente te zijn toege
nomen met 225 zielen. Het aantal inwoners be
draagt thans 48.585.
By de grootsche herdenking van St. Willi-
brordus' Eeuwgetij, welke in den lande gehou
den wordt, is ook Katholiek Beverwijk niet ach
ter gebleven. Met een solemneel Lof in de St.
Agathakerk en een hooggestemde predikatie, ge
wijd aan Neerlands grooten Apostel, werd het
zalig afsterven van St. Willibrord Dinsdagavond
op plechtige wijze herdacht.
Het Lof, dat door zeer vele geloovigen werd
bygewoond, werd gecelebreerd door den deken
van Beverwyk, den hoogeerw. heer P. J. Simons
met assistentie van de eerw. heeren kapelaans
van de parochie van O. L. Vr. van Goeden Raad.
Op het priesterkoor hadden plaats genomen de
zeereerw. heer v. d. Pavoordt, .pastoor van de
parochie van O. L. Vr. van Goeden Raad en de
kapelaans van de St. Agatha, terwijl in de kerk
o.m. aanwezig was de burgemeester, mr. H. J. J.
Scholtens
De predikatie werd gehouden door den zeer
eerw. heer pastoor v. d. Eem, uit Vogelenzang,
die de figuur van St. Willibrord op den voor
grond plaatste als lichtend voox-beeld voor de
Katholieken van dezen tyd. De eerw. spr. ging
daarbij uit van <je woorden, die de rechter Gi
deon eens tot zijn 300 kfygers sprak: „Wat gy
my zult zien doen, doet dat ook."
Er is geen tijd geweest, dip zóó gelijkt op het
strijdende leven van St. Willibrordus, als onze
dagen. Het zyn sombere dagen, welke wij be
leven, maar daarnaast zijn ze van zulk een by-
zondere beteekenis, dat wij dankbaar moeter
zijn ze te kunnen meemaken.
Toen Willibrordus in deze lage landen kwam
werd hij niet met gejubel begroet, maar vond
hij tegenover zich een koning Radboud en de
afgodenpriesters. Hij weerstond hen met zijn
buitengewonen geloofsmoed.
Wat wordt er ook in onzen tyd geen durf ge
vraagd van geloof, nu haat en vervolging over
ons losgebroken zijn, misschien niet zoo open
baar, maar die als een verbrandende wind over
de volken waait. De geloofskracht en het voor
beeld van St Willibrord moeten ons voor oo-
DA (Ui,
Het was al schemerdonker toen men tot vlak
voor de stad was genaderd. Alles werd voor den
nacht in gereedheid gebracht. „Nu is het myn
tijd," zei Flip tot Peter. „Vertel jy nu alles aan
Rita en blyven jullie dan straks zooveel moge
lijk aan den buitenkant van het kamp. En niet
gaan slapen, hoor."
Flip verdween en Peter zocht Rita op, die hy
alles vertelde. Rita wilde wel schreeuwen van
pleizier, maar gelukkig hield Peter nog net zyn
hand voor haar mond „Stil toch, meisje! Pas
nu op, dat ze ons niet in de gaten krijgen. Net
doen of er niets bijzonders aan de hand is."
De twee kozen zoo hun slaapplaats, dat ze
gemakkelijk buiten het zigeunerkamp konden
komen. Ook Wip was van het plan op de hoogte
en was erg trotsch op zyn knappen vriend Flip.
Zoo wachtten ze samen vol spanning de dingen
af, die zouden get>euren.
gen staan bij den strijd, welken wij te voeren
hebben.
Wy moeten, vooral in deze sombere dagen,
onze hoop richten op God, waarop St. Willi
brord vertrouwde als op een steenrots. Want
ook in zyn tijd waren de slagvelden bloedig.
De Eerw. spr. wees er daarna op, hoe de lief
de tusschen de menschen onderling in onzen
tijd totaal ontbreekt. Ook in dit opzicht was St.
Willibrord een heerlijk voorbeeld, omdat hij ge
leid werd door de Goddelijke liefde tot de men-
schenzielen, die hij naar hun eenig einddoel wil
de brengen en niet door een liefde om wille der
menschelykheid. waarop thans in arren moede
een beroep gedaan wordt.
Zijn geheele leven van strijd en offer roept
ons toe te doen zooals hy deed. Hoe het zal zijn
wanneer wederom een eeuw is verstreken, weten
we niet. Zeker is echter, dat er dan een nage
slacht zal zijn. Zorgen wij er dan voor. om in
de harten van onze kinderen het geloof, de hoop
en de liefde van St. Willibrord te leggen, opdat
zij. naar zyn voorbeeld, eens zullen doen wat hij
vóór vele eeuwen gedaan heeft en waarvan wij,
die ons thans in het bezit van ons geloof en de
vrije beleving daarvan verheugen, dankbaar
kunnen zijn.
Niettegenstaande het reeds tegen half Novem
ber loopt zijn het de aardbeien die aan de Be
verwijksche veilingen nog altyd van de partij
zyn.
Door den heer Jac. Knap, G. v. Assendelftstr.
té Heemskerk, is een suikerbiet geoogst welke
11 K.G. weegt.
Naar wy vernemen, heeft het nieuwe raads
lid, de heer G. J. P. Nijssen, die in strijd met
het reglement van de R.K.S.P. den zetel heeft
aanvaard, welke reglementair toekwam aan den
heer Baltus, bij de marechaussee een klacht in
gediend tegen den voorzitter van de R.K.S.P.
afdeeling Beverwijk, J. Th. van Lent, op grond
van hetgeen deze in de „Kennemer" van Za
terdag j.l. over de onreglementaire handelwyze
van den heer Nyssen heeft geschreven. In het
bewuste artikel wordt onder meer de daad van
den heer Nyssen (terecht) een teleurstelling en
ontgoocheling genoemd, omdat de heer Nyssen
zich tweemaal door handteekening heeft ver
bonden, in dit geval van het bezetten van den
zetel had moeten afzien en zich nu als een
onbetrouwbaar persoon doet kennen.
L. T. B- De afdeeling Driehuis van oen
L. T. B. vergadert Vrijdag 10 Nov. in ,,'t Huis
te Veisen".
De agenda bevat o.a.: Installatie geestelyke
adviseur Behandeling voorstelen districtsver
gadering en mestaanvragen
In den wedstryd G. D. A.Santpoort ver-
schynt Santpoort met:
C. Nyssen,
J. Nyssen, D. Nijssen,
Stok, C. Tromp, Gerrits,
Oosterholt-, Bakkum, N. N.. v. d. Pieterman,
T. Tromp,
Het elftal vertrekt per bus om 12 uur.
Kath. Volksbond Deze kring houdt Zondag
12 November zijn jaarfeest in café „Zomeriust".
De dag vangt aan met een H. Mis in de pa
rochiekerken. te Santpoort 7 uur en te Driehuis
half elf.
Het cabaretgezelschap Nibbering zorgt 's avonds
voor ontspanning.
Hedennacht arriveerde te IJmuiden de Kat-
wyker logger KW 65 Volharding, die den vori-
gen nacht op de „Razende Bol" bij Den Helder
tengevolge van het ontbreken der z.g. „verken
ningsvuren" aan den grond is geloopen. Het
mag wel een wonder heeten, aldus de factoor,
dat de logger heelhuids van deze gevaarlijke
plek is vandaan gekomen. In deze omgeving lig
gen diverse mijnenvelden.
De logger was Maandag ter haringvisscherij
vertrokken en keerde huiswaarts met 300 kisten
versche haring en 100 kantjes steurharing. In
volslagen duisternis voer de logger in de rich
ting van de Nederlandsche kust. Door defensie
maatregelen zijn vele verkenningslichten ge
doofd, zoodat het voor onze Hollandsche vis-
sche'rs gevaarlyk is, vooral door de aanwezigheid
der mijnenvelden, om bij duisternis hierlangs
te varen. Dit ondervond ook de KW 65. Voor
men aan boord er erg in had, dat men de Ne
derlandsche kust genaderd was, zat men reeds
aan den grond. Dadelijk gaf de schipper order
om enkele vuurpijlen af te steken, teneinde de
aandacht van de kustwacht te trekken. Deze
gaf op zijn beurt bureau Wijsmuller opdracht
het visschersvaartuig te hulp te komen en deze
mocht er in slagen den logger tegen middernacht
vlot te brengen. Hoewel het schip oogenschijn-
lijk niet beschadigd is, gaf de Scheepvaart
inspectie order dat de logger niet via de kust,
doch via het Noordhollandsch Kanaal naar
IJmuiden moest opstoomen.
Gisteren was aan den Rijksvischafslag de
stoomtrawler „Zwarte Zee" IJm. 94. Deze traw
ler was Vrydag ter visscherij uitgevaren en heeft
op zee de visscherij ontydig moeten afbreken,
daar bleek dat het meerendeel van de matrozen
voor hun taak niet capabel waren.
Allereerst hadden deze matrozen last van zee
ziekte, waardoor de overige leden der equipage
gedwongen waren hun werkzaamheden te ver
richten. Toen deze matrozen weer in staat wa
ren om te werken, bleek wederom dat men hen
niet kon gebruiken, omdat ze niet bekend wa
ren met de werkzaamheden aan boord als b.v.
het sorteeren van visch, strippen, netten repa-
reeren enz. enz. De schipper besloot dan ook
om de visscherij af te breken. Het schip had
slechts 90 manden visch aan boord en besomde
1290.—.
Men zal trachten een nieuwe equipage te
vinden.
Op Vrijdag 10 November a.s. zullen in het
Velserbad groote onderlinge wedstrijden voor
de IJ.R.B.-leden worden georganiseerd. Begin
7.30 uur 's avonds.
Het volgende programma zal worden uitge
voerd
1. 25 M. schoolslag voor jeugdige leden.
2. 50 M. schoolslag voor beginnelingen
3. Paren-zwemmen (dame en heer).
4. Popduiken (dames en heeren).
5. Behendigheidswedstrijd voor ongeoefende
zwemmers.
6. Reddend zwemmen voor koppel.
7. Hinderniszwemmen (dames en heeren).
8. Kanosteekspel.
Op den Amsterdamschen weg alhier heeft een
aanrijding plaats gehad tusschen een personen
auto, bestuurd door een zekeren bewoner uit
Haarlem en een paard, dat deel uitmaakte van
een groep van 4 paarden, die twee aan twee
onder geleide in de richting van Veisen liepen,
tengevolge waarvan het paard aan de rechter-
zyde een vleeschwond bekwam en de auto ern
stig beschadigd werd. De dierenarts Hauvema
heeft de wond van het paard gehecht. Noch de
geleider, noch de paarden waren van eenige
verlichting voorzien. Door de politie wordt een
onderzoek ingesteld
Naar 't bestuur van V.S.V. ons mededeelt, zal
in verban'd met den vrijen Zondag in de voet
balcompetitie, a.s. Zondag op het V.S.V.-terrein
toch een voetbalwedstrijd plaats vinden, n.i. een
vriendschappeiyke wedstrijd tusschen V.S.V. en
Xerxes
Het bestuur van het Toeslagfonds voor het
bloembollenbedrijf heeft bepaald, dat de eerste
uitkeeringen van het contractjaar 1939-1940 als
volgt zullen plaats vinden:
Woensdag 22 November a.s.: te Hillegom,
's avonds van 57.30 uur in den R.K. Volks
bond; te Lisse, 's avonds van 57.30 uur. In den
R.K. Volksbond; te Sassenheim, 89.30 uur,
in de K.S.A.
Donderdag 23 November a.s.: te Rinnegom
(Egmonden). "s avonds van 66.30 uur, café
v. d. Molen t.o. R.K. kerk; te Limmen. 's avonds
van 77.30 uur, in de Piuszaal.
Zaterdag 25 November a.s.: te Heemstede,
's middags van 2.303 uur. Kerklaan 93; Ben-
nebroek, 's middags van 3.304 uur, in het
R.K. Bondsgebouw.
Maandag 27 November a.s.: te Oegstgeest,
's avonds van 55.30 uur, in het St. Willibror-
dusgebouw; Warmond, 's avonds van 55.30
uur, by H. J. Weijers, Dorpstr. 214 B; Voorhout,
's avonds van 6.307 uur, in het Parochiehuis;
Noordwijk, 's avonds van 6.307.30 uur, in café
Flora, Kerkstraat; Noordwijkerhout. 's avonds
van 8.309 uur. bij H. v, d. Voet, le Oude
Schulpweg.
Rechthebbenden dienen tijdig een verklaring
van hun werkgever (s) te vragen, waaruit kan
blijken, hoelang zij in het contractjaar 1939-
1940 werkzaam waren en zich daarmede per-
soonlyk ter uitbetaling te melden, waar tevens
hun trouwboekje getoond moet worden.
Rechthebbenden te Overveen en Castricum
dienen zich vóór 25 November as. met de ver-
eischte patroonsverklaring en hun trouwboekje
te melden by de volgende adressen:
Voor Overveen by: F. J. Koelemy, Hout
vaart 8, Haarlem.
Voor Castricum bij: J. Hageman, Haagsche-
weg 1, Bakkum, bij Castricum.
Deze opmerking kwam van een jongedame
van een jaar of vierentwintig, die tegenover
Clarice zat. Zy en haar tweelingzuster Julia
leken veel op elkaar; ze hadden een donkers
tint en waren op het eerste gezicht knap; haar
schoonheid bevredigde echter op den duur niet.
By het begin van een Londensche „season'
vielen ze wel in den smaak, maar lang duurde
dit niet. Misschien dat een reeks van teleurstel
lingen er haar humeur niet op had doen voor
uitgaan; althans Dora en Julia Straffern had
den geen zonnige natuur.
„Waarom zou het niét haar naam zyn?'
vroeg een jonge man, die aan Clarice's linker
hand zat.
Dora, Straffern ?ei met iets verachtelyks in
den toon van haar stem:
„Het komt. zooals je weet. Kenrick, soms wel
eens goed uit, van naam te veranderen."
„Ja, vooral dames zyn dikwyis bereid, om van
naam te veranderen; maar Mrs. Leslie heeft
dit zeker al gedaan."
Kenrick Castieton was de eenige zoon van
den neef van Sir Harry; hy was diens pupil
geweest, vanaf zyn vroegste jeugd, daar zyn
beide ouders gestorven waren vóór zyn vierde
jaar; hy was op Straffern Court gekomen,
waar hy verder zijn heele jeugd had doorge
bracht, behalve de tyden, die hy op Harrow en
Oxford was geweest. Hy was nu vyf-en-twin-
tig en bezat een flink fortuin: maar het was
nooit by hem opgekomen, om zich een eigen
thuis te stichten, ofschoon hy twee mooie land
goederen bezat en een woning in de stad.
Kenrick bewoog zich op Straffern Court als
zoon des huizes. Lady Straffern had zeer veel
met hem op en zij zou het heerlijk vinden, als
hy een van haar dochters ten huwelijk zou
vragen.
Hy was by iedereen in huis geliefd. Hy gaf
kwistig fooien aan de bedienden en bracht
mooie cadeautjes mee voor de meisjes. Hy zat
nooit iemand in den weg en was altyd bereid,
een dienst te bewijzen. Hy was cum iaude ge
promoveerd in Oxford en was gewooniyk te
vinden in de bibliotheek op Straffern Court,
die hij langzamerhand als zyn eigen kamer was
gaan beschouwen.
De Strafferns waren geen studiekoppen. Sir
Harry had zich altyd meer op het jachtveld
dan op een of ander wetenschappelyk gebied
onderscheiden en zyn zoons geleken in dat op
zicht op hem. Harold was by het leger en
leidde een vrooiyk leventje, terwyl Jack zich
in Cambridge niet óververmoeide met studeeren.
Syd, die bij de Marine was, had in het geheel
niets op met studie, iets wat hij ook niet onder
stoelen of banken stak. Hy was een jaar jonger
dan Gladys en die twee waren onafscheidelijk,
als hy thuis was. Op het oogenblik was Syd
thuis en dit vond Gladys heerlyk!
„Hoor eens Vader", vroeg Jack, „hoe moet het
nu met mijn boot?Kan ik die gebruiken
op de Tarn?"
„Ja, maar dan moet je Mrs. Leslie toch eerst
permissie vragen en ik geloof niet, dat ze je
die licht weigeren zal, daar wy toch op vriend-
schappelijken voet met haar staan."
„Ik zal maken, dat ik in de gunst kom by
haar man."
Jack was dien vorigen dag pas van Henley
teruggekeerd en hy wist dus niets van wat er
over de huurster al verteld was.
„Ik heb niet van een man gehoord", zei Sir
Harry. „Het schynt een dame alleen te wezen."
„Is ze weduwe?"
Daar heb lk evenmin van gehoord. Stewart
denkt, dat ze geen weduwe is, maar het is
myn zaak niet, om my met haar persooniyke
geschiedenis te bemoeien."
„Haar man is misschien in vreemden dienst,"
opperde Jack, wien het zelf niet veel schelen
kon. „Maar de oude dame kan wel heel aardig
zyn."
„Het is de vraag, óf ze wel oud is," merkte
Julia spytig op. „Ik heb den indruk, dat dit
heelemaai niet het geval is!"
„Des te beter!" lachte Jack. „Als zé jong, be
middeld en zonder echtgenoot is, dan zal het
een heele aanwinst zyn voor de buurt. Jullie
duchten zeker een mededingster?"
„Beste jongen, praat toch niet zoo dwaas!"
vermaande zyn moeder.
Maar Gladys vond 't heel goed, dat Jack de
tweeling zoo af en toe eens plaagde. Ze kon
het niet goed uitstaan, dat die altyd zoo op
haar neerkeken alsof ze nog een kind was.
„Mrs. Leslie zal een goede vrindtn voor ons
wezen, Jack", zei ze op opgewekten toon. „Dora
en Julia willen natuurlyk niets met haar te
doen hebben, voordat ze alles weten van haar
grootouders, haar overgrootouders, enz.! Maar
wy zyn niet zoo kieskeurig; we nemen haar
mee in de boot en dat zal wat leuk zyn!"
„Juist!" riep Jack. „Ga jy al „uit". Gladys?"
„Ja, ik ga „uit".
„Dus dan kan je my ook chaperonneeren, om
een bezoek by haar te brengen?"
Gladys lachte helder, terwyl twee vriende-
lyke kuiltjes zich in haar wangen vertoonden.
„Jack gaat altyd zoo dwaas met Gladys om,"
merkte Dora wat later op den avond tegen Ken
rick op, toen ze allen op het terras stonden in
het schitterend maanlicht, „zy is tóch al zoo
eigenwys, maar hij zal haar nog heelemaai
het hoofd op hol brengen!"
Kenrick keek eens naar het witte meisjes
figuurtje, dat op de steenen balustrade zat,
die om het huis heenliep.
Haar vroolyke lach klonk hem prettig in de
ooren en nonchalant merkte hij op;
„Och, zulke aankomende meisjes zyn immers
altyd een beetje moeilijk te hanteeren. Aan die
fout van haar leeftyd zal Gladys ook niet
kunnen ontkomen."
Spijtig ging Dora voort:
„Ik vind het dwaas, dat zy zoo jong al moet
„uitgaan"! Als ik moeder was, had ik maar
gewacht, tot ze negentien zou zijn."
„Gladys is misschien niet gemakkelyk „bin
nen" te houden. Ze is een persoonlijkheidje, dat
zich laat gelden!"
„Ze is vreeseiyk verwend, zeg dat liever.
Moeder is tegenover haar nooit zoo flink ge
weest als tegen Julia en my en ik geloof vast
en zeker, dat Clarice haar nog aanmoedigt.
Het is een groote fout geweest, dat die weer in
huis terug is gekomen."
Dora sprak heel graag zoo vertrouwelyk met
Kenrick. Ze verbeeldde zich, dat dit een sooit
band tusschen hen vormde. Hy bleef altyd even
gereserveerd en hij glimlachte soms eens in
zichzelf, als hij zich haar specialen vriend en
bewonderaar hoorde noemen.
Dora, van hftór kant, voelde volstrekt geen
liefde voor haar neef: hy was in het geheel
„haar genre" niet, maar hy was altyd gemak
kelyk bij de hand, als zy soms geen anderen
cavalier had.
Op haar laatste opmerking antwoordde tiü
kalm:
„Je zou zeker graag zien, dat Lady Leigh af
zonderlijk woonde en dat zy dan Gladys bij
zich nam.
Dat zou geen slecht idéé zyn, want ongetwij
feld is Gladys hier een sta-in-den-weg."
„Ik geloof, dat ze je beiden wat in oen weg
staan, is 't niet?"
„Je doet juist, alsof Je bijzonder veel voor
Clarice voelt. Je spreekt altijd zoo plechtstatig
van „Lady Leigh". Dat klinkt wat verdacht!"
Op deze laatste opmerking bleef Kenrick net
antwoord schuldig en zonder verder iets tegen
Dora te zeggen, trad hy regelrecht op de ba/-
lustrade toe, waar Gladys en Jack in gesprek
waren.
„Wy hebben het recht niet meer, om dat te
doen," zei ze zacht. „Ze iS er immers al sinds
gisteren."
„Ja, en ze zal zoo moe zyn van de inspanning
van vandaag, dat ze al lang in bed zal wezen,
vóór we daar zyn."
„Wat houden jullie voor samenzweringen?"
vroeg Kenrick.
„Gladys wilbegon Jack, maar kon toen
niet verder, doordat zij hem de hand op den
mond legde.
„Jou onverbeterlyke prater! Geloof maar geen
woord van wat hy zegt! Hij heeft
al z'n best gedaan, om mij te overreden
om de Tarn eens bij maanlicht te gaan bekyken.
Eigenlyk mogen we dat niet doen, nu 't huis
verhuurd is, maar dat kan ik hem maar niet
aan het verstand brengen; of liever: juist om
dat het verboden terrein is, lokt het hem zoo
aan!"
„Ja, dat kan ik best begrijpen. Wat zou je
er van zeggen, als ik eens meeging? Ik zou Jack
dan een beetje binnen de perken kunnen
houden." (Wordt vervolgd)