Akkertje
Reeds 20 jaren de beste sigaret voor Uw gezondheid!
BEV
DE GEBROEDERS „GOOCHEM".
VE
ropenliefde
St. Bavo-gesticht te Noordwijkerhout
bestaat vijf en twintig jaar
EEN MONUMENT VAN
NAASTENLIEFDE
ZATERDAG 16 DECEMBER 1939-
Ondanks schier onoverkomelijke
moeilijkheden ontstond een
model-inrichting
Kou gevat
Neem
'n
Mobilisatie-moeilijkheden
Rijksbijdrage belangrijk
verlaagd
Armenzorg kostte minder en het
gasbedrijf bracht meer winst op
NIEUWE STRATEN
Wederkeerige hulpverleening
bij brand
HET WERK DER CONSUMPTIE-
MELKCENTRALE
GEEN VUILNISBELT BIJ
SANTPOORT
HALVE TON VOOR
RIOLEERING
De B.V.L. paraat
Kerstfeest voor de militairen
Flinke vangst
Door Charles Bruce
Op 19 December a.s. zal het 25 jaar gele
den zijn dat het St. Bavogesticht te Jfoord-
wijkerhout officieel in gebruik werd geno
men.
Ondanks de zeer moeilijke tijdsomstandighe
den waarin men tengevolge van den wereld
oorlog verkeerde, werd het gesticht geopend en
vingen de eerw. Broeders hun werkzaamheden
aan, vervuld van dat Christelijk optimisme, dat
bergen verzet.
Thans zijn de omstandigheden niet minder
moeilijk. Wederom woedt de oorlog in de lan
den om ons heen. Daarom zal het 25-jarig be
staan der stichting gevierd worden in denzelf
den soberen geest als 25 jaar geleden de ope
ning geschiedde. Het zal een intiem, huiselijk
feest worden, waaraan alleen degenen, die met
St. Bavo te maken hebben en het huis bewonen,
zullen deelnemen.
Voor velen zal het echter interessant zijn de
afgeloopen 25 jaren nog eens na te gaan om te
Zien wat er 25 jaar geleden hier ten dienste
van en door de Katholieke Charitas werd ge
sticht.
Vüf en twintig jaren! Wat zou er veel te
schrijven zijn over alles wat er liefdevol gedaan
werd in deze stichting, over het vele lijden dat
hier draaglijk werd gemaakt en de offers die
hier gul werden gebracht bij de verpleging van
de armsten onder ons, de zieken naar den geest.
Wij zullen ons er niet aan wagen. Het is ook
onnoodig. Dat alles staat opgeteekend en zal te
voorschijn komen op den laatsten dag.
Heel in het kort zullen wij een overzicht geven
hoe de stichting ontstond en groeide.
Met het bouwen der verschillende paviljoens
werd begonnen in Februari 1914. De bouw on
dervond geen stagnatie en op 16 November d. a. v.
kwamen de eerste Broeders in Noordwijkerhout.
Het waren Broeder Antonius. Averez, Propus,
Narcens, Amator en Willibrordus.
Omdat zij in het hoofdgebouw nog geen
plaats ter beschikking hadden, betrokken zij het
huisje dat nu nog aan het eind van de Dorp
straat op het terrein van de stichting staat. Een
maand daarna, op 12 December, namen zij als
eerste bewoners hun intrek in het Gesticht, ter
wijl twee dagen daarna reeds 55 patiënten uit
Venray in de nieuwe stichting werden opgeno
men.
De eerste geneesheer, dr. F. S. BouwdijkBas-
tiaanse, was op 12 December gekomen en had
zijn intrek genomen ten huize van den heer Ger.
van Noort in het dorp. De zeereerw. rector B.
H. Rijkenberg z.g. arriveerde op 18 December
en moest, daar zijn pastorie nog niet gereed ge
komen was. zijn intrek nemen in het huisje dat
de Broeders op 12 December verlaten hadden.
Op 19 December werd, in de daartoe geïmprovi
seerde kapel, op het terrein van de stichting,
de eerste H. Mis door rector Rijkenberg opge
dragen. Dit geschiedde in een der slaapzalen
van het paviljoen St. Joseph op de eerste ver
dieping. Na de H. Mis werd de inbezitneming
der Stichting met de gebruikelijke plechtighe
den verricht en tevens deze datum, 19 Decem
ber. als officieele datum voor de stichting vast
gesteld, om ieder jaar dankbaar herdacht te
worden.
Al spoedig volgden meerdere transporten uit
Venray en wel respectievelijk van: 45, 56 en 61
patiënten, zoodat op 13 Januari 1915 reeds 217
patiënten hier verpleegd werden. Op 19 Maart
1915 trad de tweede geneesheer, dr. C. J. H. de
Wit. in dienst. Toen waren de volgende pa
viljoenen in gebruik genomen: St. Maria voor
100 patiënten, tevens observatie-afdeeling; St.
Joseph voor 70 rustige patiënten; St. Pieter voor
60 toevallijders en St. Jan voor 50 onrustige pa
tiënten: tegen het einde "van 1915 werd het pa
viljoen St. Antonius geopend, waar plaats is
voor 61 half-onrustige patiënten.
Door de tijdsomstandigheden werd het bin
nenwerk niet volledig afgewerkt, wel werden de
overige paviljoens afgebouwd.
In December kwamen de kookketels voor de
patiënten. Tot dan toe had men zich met veld
keukens moeten behelpen.
Op 23 Mei, len Pinksterdag 1915, werd de Ka
pel ingewijd en daarin de eerste H. Mis opgedra
gen. In December daarop betrok de rector zyn
woning. Twee groepen van woningen, in totaal
zes stuks, werden door 't Gestichtsbestuur aan
gekocht en na ontruiming ingericht als boerderij
en werkplaatsen. Op 31 December 1915 bedroeg
het aantal patiënten 300.
In begin 1916 kwam de wasscherij gereed. Dat
dit niet eerder in orde kwam had zijn oorzaak
in de moeilijkheden die ontstaan waren in de
levering van goederen die uit het buitenland
moesten komen. Toen eindelijk de stoomketel, die
in België was gekocht, arriveerde moest men nog
maanden wachten op de montage en toen
tenslotte bleek dat alle wachten vergeefsch was,
werd de montage opgedragen aan een Holland-
sche firma. Toen bleek dat de stoomketel van
Heysens uit België niet voldeed aan de Neder-
landsche wettelijke voorschriften en werd de
plaatsing er van verboden. Hij was ook veel te
lang voor het gebouwde ketelhuis. Toen werd
een tweede-hands-ketel aangeschaft en half
Januari 1916 kon de geheele installatie in ge
bruik worden genomen. In dat voorjaar werd een
begin gemaakt met den tuinaanleg. Voor het
hoofdgebouw ging dit zonder veel moeilijkheden
en kwam deze dan ook in 1916 gereed, evenals de
verharde weg, maar het aanleggen van de tui
nen voor en om de verschillende paviljoens ging
met veel moeilijkheden gepaard. Bij de minste
windvlaag verstoof het zand en dan moest men
met leede oogen aanzien dat het werk van vele
dagen soms in een paar uren vernield werd. Ook
had men vaak moeilijkheden met de met pannen
gedekte daken. Een keer of wat in het jaar
bracht de storm dan een ravage teweeg.
Groot waren ook de moeilijkheden die het ge
brek aan brandstof in die jaren teweeg bracht.'
De centrale verwarming werd slechts bij heel
strenge koude gestookt. De paviljoens St. Joseph-
en St. Antonius werden met één groote vulkachel
warm gehouden. De winter 1916 deed denken
aan de overwintering op Nova Zembla. Ook met
de voedselvoorzening voor de patiënten kreeg
men het moeilijk toen alles gerantsoeneerd werd.
Het bleek schier onmogelijk om de patiënten op
hun normaal gewicht te houden, toch deden zich
hier geen bepaalde gevallen van ondervoeding
voor zooals wel op andere gesSchten is gecon
stateerd. Ongeveer half October 1918 deden zich
in het gesticht gevallen voor van de zoo gé-
vreesde Spaansche griep. 130 patiënten kregen
het ernstig te pakken en er waren tien gevallen
met doodelijken afloop. Twee der E.E. Broeders
bezweken na een ziekbed van slechts enkele da
gen en gedurende een paar weken was de dienst
in het gesticht geheel ontredderd. Geen enkele
communiteits-oefening kon worden gehouden, de
enkele broeders die nog ter been waren sloofden
zich dag en nacht af om hulp te bieden waar
deze het meest noodig was.
Was men gedurende den geheelen oorlog afge
zonderd van het Hoofdbestuur der Congregatie,
dat in België zijn zetel heeft, na den oorlog ver
anderde dat spoedig en kon men wederom cor-
respondeeren en reispassen bekomen. In Sep
tember 1919 kwam de Hoogeerwaarde Vader-
Generaal naar de St. Bavostichting en vond het
oorlogskind flink opgewassen en in bloeienden
toestand.
Door eendrachtige samenwerking van het Be
stuur, de heeren doktoren en het personeel was
ondanks de vele moeilijkheden het St. Bavoge
sticht uitgegroeid tot een model-inrichting. De
werktherapie werd vanaf de oprichting zooveel
mogelijk bevorderd en uitgebreid.
Buiten de gewone werkplaatsen, kleermakerij,
timmerwinkel, smederij en schildersbedrijf, het
huis- en keukenwerk, zijn er nog tal van andere
takken van werkgelegenheid waarbij de verpleeg
den nuttige afleiding en tevens verbetering in
hun geestestoestand kunnen vinden. Behooren
de mattenmakerij, het wolpluizen en het ta
bakstrippen tot de voornaamste takken der
werktherapie, de groote tuinen en uitgestrekte
afzanderij geven overvloedig gelegenheid voor
toepassing eener gezonde werkkuur in de open
lucht.
Vanzelf worden de terreinen tevens keurig
in orde gehouden. Daar zorgt de z.g. scioffèl-
ploeg en de kruiafdeeling voor.
Met den algemeenen aanleg der tuinen en 't af-
zanden van het terrein werd in 1922 en 1923
ernstig begonnen.
Het gestichtsterrein werd nadien gedeeltelijk
omgeven door een vaart, waarvan thans ruim
1000 meter gegraven is. De vaart is 10 meter
breed en 1.50 M. diep. Ruim 10 H.A. dui.igiond
zijn herschapen in vruchtcaar teelland. Dtar-
toe moest dit geheele terrein worden afgezand
en dit is wel .een bijzondere prestatie. Het ter
rein moest soms twee tot vijf meter venaagd
worden en de grond voor den tuinaanleg daar
na tot het waterpeil ongeveer 2.50 meter, wor
den omgespit.
Zoo zou iemand, die hier vijf en twintig iaren
geleden de groote zandwoestijn gezien heef',, zich
moeilijk den ouden toestand kunnen indenken,
«ook CHIEF WHIP
als hij thans dit alles aanschouwt.
Een uitgestrekte siertuin omgeeft de pavil
joens en het geheel gelijkt meer op een prachtig
villapark.
Onder de zeer bekwame en deskundige leiding
van den Geneesheer-Directeur dr. F. J. Kerstens,
en den eerw. Vader Overste Ulphus is „St. Bavo"
geworden een eerste klas-inrichting op het ge
bied der krankzinnigenverpleging.
In 1938 werd de stichting uitgebreid met een
paviljoen voor T.B.C.-patiënten, het St. Btairix-
paviljoen, een juweel van een sanatorium, zoo
als er niet veel in ons land zijn te vinder.
Onder het personeel bestaat een zeer vriend
schappelijke verhouding, getuige de vele ver-
eenigingen die onder het personeel bestaan voor
muziek, tooneel en. voetbal, die alle bloeien.
Wij besluiten met den wensch dat de St. Bavo
stichting, in benarde tijden geboren en in zeer
ernstige"tijderi haar zilveren feest herdenkend,
in de komende jaren moge blijven het huis van
liefde en medelijden, waar de vele armer, van
geest geholpen worden en zoomogelijk herstel
zullen vinden.
Hulde aan de werkers van deze 25 jaren die
in deze periode de St. Bavostichting heoben
gemaakt, tot wat ze thans is.
Geve God allen de kracht en bekwaamneid
om hun charitatief werk voort te zetten tot
in lengte van dagen tot heil van de veie onge-
lukkigen die in deze stichting zullen wordei op
genomen, omdat er voor hen geen plaats i« in
de wereld.
Terwijl het jaar 1940 reeds aan den gezichts
einder is verschenen en de gemeentebegrooting
voor dat dienstjaar binnen enkele dagen aan
den raad zal worden voorgelegd, wordt ook nog
even de aandacht van de vroedschap gevraagd
voor de begrooting van 1939, alhoewel dit jaar
bijna verstreken is en men normaliter meer in
teresse heeft voor de afrekening dan voor ra
ming van wat er ontvangen en uitgegeven is.
Silvester staat immers voor de deur, we heb
ben geleefd en geld uitgegeven en daaraan valt,
wat de driehonderd-en-zooveel dagen, die ach
ter ons liggen betreft, niet veel meer te doen
Met een gemeentebegrooting evenwel is het
anders gesteld. Die kan, zelfs na afloop van het
dienstjaar, nog wel worden gewijzigd, 'n Kwestie
van administratie.
De middelen der gemeente waren niet toe
reikend om de voor den dienst 1939 noodzake
lijke uitgaven te dekken en derhalve moester
bijzondere uitkeeringen van het rijk worden
gevraagd.
In verband hiermede heeft de minister van
"Binnenlandsche Zaken de begrooting der ge
meente en die der bedrijven dóór een rijks-
accountant doen onderzoeken. De beslissing der
regeering is onlangs door Ged. Staten ter ken
nis van het gemeentebestuur gebracht.
De toekenning van de uitkeeringen wordt af
hankelijk gesteld van de naleving van de „al-
gemeene voorwaarden", die reeds eerder ter
kennis van het gemeentebestuur waren ge
bracht. Vervolgens moet de begrooting in over
eenstemming worden gebracht met de door de
regeering gegeven aanwijzingen. B. en W. heb
ben een suppletoire begrooting doen ontwerpen,
waarbij deze aanwijzingen, behoudens een enke
le uitzondering, worden opgevolgd. Op enkele
punten hebben B. en W. zich met de berekenin
gen van den accountant niet kunnen vereeni
gen de raming van den rijksonderstand wordt
in verband hiermede verlaagd tot 67.700, in-
plaats van, zooals Ged. Staten hadden aange
geven, tot 53.500.
In de begrooting voor 1939, zooals zij door
den raad werd vastgesteld, was geraamd aan
rijksonderstand 122.500, aan extra-bijlage in
de werkloosheidsuitgaven 58.310 en aan be-
lastingbijdrage uit het werkloosheidssubsidie-
fbnds 90.700, totaal 271.510.
In de thans ter vaststelling aangeboden be-
grootingswijziging worden deze bedragen als
volgt verlaagd: rijksonderstand 67.700, extra-
bijdrage 50.417 en belastingbijdrage tot
86.515, totaal 204.632, zoodat door af- en
overschrijving op andere posten moet worden
gevonden 66.878.
In verband hiermede stellen B. en W. voor,
de aflossing op de leening, door voormalig Wijk
aan Zee en Duin aangegaan tot dekking van
het nadeelig saldo op den gewonen dienst 1932
8.888) naar den kapitaaldienst over te bren
gen. Voorts kunnen de uitgaven voor armen
zorg worden verlaagd, terwijl enkele inkomsten
op dit hoofdstuk verhooging van de raming toe
laten, hetgeen in totaal een bedrag uitmaakt
van 24.800. De werkloosheidsuitgaven, voor
zoover ten laste van de gemeente blijvende,
werden reeds verlaagd met 8400. Voorts wordt
een hoogere winst van het gasbedrijf berekend
van 3600 en een hoogere winst Op het open
baar slachthuis eveneens van 3600, terwijl
de post voor onderhoud van wegen met 4800
is verlaagd.
Tenslotte is een bedrag gevonden van 13.390
door af- en overschrijvingen ten aanzien van
een groot aantal andere pbsten. Het vereischte
bedrag van 66.878 is daarmede bereikt.
B. en W. stellen den raad voor deze be-
grootingswijzigingen goed te keuren.
De ten westen van den Grooten Houtweg aan
gevangen bebouwing maakt het noodzakelijk
thans voor eenige lanen en straten, welke over
eenkomstig het uitbreidingsplan ter plaatse ont
staan, namen vast te stellen.
B. en W. stellen den raad voor te noemen:
„Oostertuinen": de breede dubbel beplante
laan, die van den driesprong Groote Houtweg—
Galgeweg in noordwestelijke richting zal u open,
evenwijdig aan den Arendsweg (zulks naar den
van ouds gangbaren verzamelnaam van de in
deze omgeving gelegen tuinen).
„Laan van Kanaan": den beplanten weg welke
is ontworpen evenwijdig aan en noordoostelijk
van de vorige laan maar den naam „Kanaan",
welke het terrein ter plaatse reeds draagt.»
„Eenhoornlaan": den gedeeltelijk beplanten weg
welke is ontworpen ten westen van en ongeveer
evenwijdig aan den Groote Houtweg van even
bezuiden de Noorderschool tot de eerstgenrcmde
laan (naar de benaming van de ter -plaatse ge
legen tuingronden).
„Boeleilanden": de straat, welke is ontworpen
evenwijdig aan en noordoostelijk van de l.aan
van Kanaan en in het zuidoosten uitkom mo op
de Eenhoornlaan (als herinnerng aan den
naam van de ter plaatse gelegen perceelen»
„Amazonestraat": de korte straat, welke is
ontworpen tusschen de Oostertuinen en de - ïaam
vap Kanaan en liggen zal evenwijdig en
ten noordwesten van de Eerihoörnlaan (naar de
in de Wijkërtuinen veel geteelde aardbeien-
soort)
toe te treden. Het ontbreken van die gemeente
hebben B. en W. van Beverwijk steeds als een
gemis gevoeld. Zij stellen thans den raai voor
Uitgeest in de regeling op te nemen.
Van deze gelegenheid kan tevens gebruik ge
maakt worden om in de regeling een bepaling
op te nemen, dat voor een eventueele toetre
ding van de gemeenten Bloemendaal en Cas-
tricum met een besluit van die gemeenten zelve
kan worden volstaan.
Door de gemeenten Akersloot, Beverwijk,
Heemskerk en Velzen is in 1936 een gemeep-
schappelijke regeling vastgesteld tot wederkee
rige hulpverleéning bij de bestrijding van rrand
in die gemeenten. Hoewel terzake ook overleg
was gepleegd met de gemeentebesturen van
Bloemendaal, Castricum en Uitgeest zijn deze
echter niet bij de regeling aangesloten.
Het gemeentebestuur van Uitgeest heeft tnans
medegedeelt, dat het tot de regeling weascht
Den volgenden morgen moesten de beide broers een mand
met eieren naar de notarisvrouw brengen. Denk er om, waar
schuwde de boer, dat jullie <Be eieren heelhuids overbrenger-
Pit en Pat beloofden ervoor te zullen zorgen en namen voor
zichtig de mand tusschen hen ih. Toen ze aan de villa van
den notaris kwamen, kregen ze op hun bellen geen gehoor.
'k Zal een boon zijn, als ik die mand met eieren weer terug-
sjouw, zei Pat. Ga mee kijken of we nergens in kunnen komen.
Zij liepen om de vlila heen en bemerkten aan den zijkant een
open raam. Het was echter te hoog om er zander hulp in te
klimmen, zoodat Pit's rug als verhooging moest dienen. Voor
zichtig klauterde Pat met de eiermand in zijn hand omhoog.
Voor een drukbezochte vergadering van de
Holl. Mij. van Landbouw heeft de heer J. Kort-
leve, directeur van de C.M.C. te Den Haag, in
hotel Ter Burg een lezing gehouden over de
werking van de Consumptiemelkcentrale.
Spr. gaf allereerst een uiteenzetting over de
taak van de C.M.C. Het is de bedoeling van de
regeering geweest om den landbouw, die sedert
1929 het zwaarst door de crisis is getroffen, de
helpende hand te bieden. Toen vast stond, dat
men met een verandering van structuur te'ma
ken had, heeft men gestreefd naar ordening
in het bedrijf, waarna de CM.C. is ontstaan.
Bü het toepassen van ordening evenwel is het
gevaar zeer groot, dat de persoonlijke vrijheid
en de ondernemingsgeest worden aangetast. De
instellingen van de C.M.C. treden daarom
slechts regelend op. De minister heeft zich en
kele bevoegdheden voorbehouden, allereerst ten
aanzien van den prijs, welken de veehouder voor
zijn producten krijgt. Als basis geldt de in-
dustrieprijs, terwijl voor consumptiemelk een
bijslag wordt gegeven. Dit beteekent, dat de
veehouder, wat den industrieprijs betreft, af
hankelijk is van de wereldmarkt. Daalt de zui-
velprijs op de wereldmarkt, dan daalt ook
de industrieprijs en omgekeerd.
Door samenwerking met de Algemeene Ver-
eeniging voor de melkvoorziening is de vee
houder er van verzekerd, dat zijn melk te allen
tijde geplaatst wordt.
Aan de C.M.C. en de A.VM. was overgelaten
om de basis voor den prijs te vinden. Zij heb
ben daarvoor de zuivelwaarde gekozen en niet
den straatprijs. In de practijk is gebleken, dat
dit juist is geweest.
Spr. weidde hierna uit over den bijslag,
welke gegeven wordt voor de melk, die als
volle melk (dus niet als zuivelproduct zooals
boter, enz.) in consumptie wordt gebracht. De
veehouders ontvangen dezen bijslag boven de
zufvelwa arde, die voor alle melk als basis geldt.
De melkproductie wisselt in den zomer en den
winter van ruim 15 tot ruim 9 millioen liter
per week. Het is van groot belang, dat dit
groote verschil zooveel mogelijk wordt genivel
leerd. De veehouders worden dan ook gestimu
leerd o-m een zoo gelijkmatige productie te
verkrijgen, o.m. door winterleveringstoeslag.
Spr. behandelde hierna in 't kort den prijs
welken de handel betaalt, waarbij hij er o.m. op
wees, dat de handel soms snel met zijn prijs
boven de zuivelwaarde uitkomt, zoodat de mi
nimum winst-marge wordt overschreden. Dit
is een voordeel voor den handel, dat de veehou
der niet-heeft. -
Vervolgens vestigde spr. de aandacht op de
aanzienlijke bedragen, welke de CM.C. ten
koste legt aa-n de t b.c.-bestrijding ondef het
vee, omdat het ook voor haar van belang is,
dat melk van zoo hoog mogelijke kwaliteit ge
produceerd wordt. Dit jaar is voor dit doel een
half millioen gereserveerd, van welk bedrag een
groot deel was bestemd voor het verkrijgen van
t.b.e.-vrije bedrijven en ter bevordering van een
daling van het reactie-percentage.
Een brandend vraagstuk tenslotte is de be
taling naar vetgehalte. Een groote groep vee
houders, die niet zoo zeer op hét vetgehalte,
maar meer op de hoeveelheid melken („pias-
melken" zooals men dat noemt) heeft daar be
zwaar tegen gemaakt, omdat zij hun bedrijven
niet in zulk een korten tijd kunnen omzetten.
Ook spr. meende, dat de tijd van invoering van
dezen maatregel veel te kort is. Hij achtte het
mogelijk, een overgangsperiode van b.v. 4
jaar in te stellen, binnen welken termijn de
veestapel kan worden omgezet.
Tenslotte wees spr. nog op de wenschelijk-
heid van opheffing van het standarisatiever-
bod.
Na deze uiteenzetting volgde een levendige
gedachtenwisseling.
Het is B. en W. gebleken, dat het voornemen
bestaat om op een terrein, gelegen op korten
afstand van de bebouwde kom te Santpoort
asch en vuilnis, afkomstig van een naburige ge
meente, te gaan bewaren en/o^verwerken. In
dien aan dit voornemen uitvoering wordt ge
geven moeten daarvan naar hunne meening
voor de gezondheid schadelijke gevolgen worden
verwacht. Zij achten het daarom gewenscht,
dat ten aanzien van inrichtingen als vorenbe
doeld een verordening wordt vastgesteld, als ge
noemd in de Hinderwet.
B. en W. stellen daarom den raad voor vast
te stellen een verordening tot aanwijzing van
een gedeelte der gemeente voor het oprichten,,
hebben of gebruiken van inrichtingen tot bewa
ring en verwerking van asch en vuilnis.
Volgens deze verordening is voor het oprich
ten, hebben of gebruiken van inrichtingen tot
bewaring en verwerking van asch en vuilnis
aangewezen de polder Buitenhuizen.
Het is verboden het bedrijf, waartoe de op
richting of het gebruik van deze inrichting ver-
eischt wordt, in een ander dan het daar ge
noemde gedeelte der gemeente uit te oefenen.
revolutiespook kwam opdagen. Juist nu en in
de komende jaren dienen wij paraat te zijn,
Na het zingen van het Wilhelmus deed de
luit.-kolonel b. d. P. S. Hartogh Heys van Zou-
teveen eenige mededeelingen. Door de mobili
satie en de afwezigheid van zeer vele B. V.
L.'ers, is het dit jaar en zeer waarschijnlijk de
geheele mobilisatie, niet mogelijk schietwed
strijden te houden. In plaats van propaganda-
avonden zullen consolidatie-avonden worden
gehouden.
Na de pauze was het woord aan den spreker
van dezen avond, mr. dr. H. de Boer, over het
onderwerp: „Wij willen Neerland houden."
De tijd van Willem van Oranje, aldus spr., is
voor ons Nederlanders van het allergrootste be
lang geweest. Uitvoerig schetste spr. de histo
rie van het Huis van Oranje in verband met
den gevoerden langdurigen strijd om de rechten
en vrijheden van ons Nederlanders.
Notaris Anten dankte dezen spreker voor zijn
gloedvolle woorden, die door de aanwezigen met
de meeste aandacht werden gevolgd. Voorts
bracht spr. dank aan het actieve bestuur der
plaatselijke afd. voor zijn vele en nuttige werk
zaamheden voor den B. V. L.
Een aantal riolen in het westelijk gedeelte van
IJmuiden, dateerende van 1885, 1896 en 1903,
verkeert in een zeer slechten staat. Oo vele
plaatsen zijn de buizen dusdanig verteerd, dat
van een goede functionneering geen sprake kan
zijn en een instorting, zooals reeds is voorge
komen, ook in de toekomst niet denkbeeldig ir.oet-
worden geacht. Nu de riolen te IJmuiden, in ver
schillende straten zijn vernieuwd en in een aan
tal andere nog in een goeden staat verkeeren, is
het zeer gewenscht de bovenbedoelde door nieu
we te vervangen. De kans, dat de nieuw gelegde
riolen verstopt raken, wordt daardoor tevens ver
minderd.
De rioleering in de Schuitstraat en daarop
aansluitende straten te Santpoort loost nog op
een poldersloot. Het is dringend gewenscht hier
aan een einde te maken en bedeelde rioleering
aan te sluiten op het pompstation naoij den
Bloemendaalschestraatweg, waardoor het com
plex woningen aldaar in het centrale riolerings
stelsel zal zijn opgenomen.
Het vorenstaande heeft B. en W. aanleiding
gegeven, een plan tot uitvoering van deze riclee-
ringswerken te doen opmaken en aan den Rijks
dienst voor de Werkverruiming te verzoeken,
voor dit doel een bedrag van 52.300 beschik
baar te stellen.
Van den Minisrter van Sociale Zaken is
thans bericht ontvangen dat Zijne Excel
lentie bereid is het voor de uitvoering van
het rioleeringsplan toegekende voorschot
met gemeld bedrag te verhoogen.
B. en W. stellen den raad voor, dit aanvullings
voorschot te aanvaarden en hen te machtigen
t. z. t. de daarvoor noodjge nadere overeenkomst
met den Staat der Nederlanden te sluiten.
De Bijzónder Vrijwillige Landstorm, afd.
IJmuidèn, hield gisterenavond in de Concert
zaal ,D,e Griffioen' een consoldate-bijeenkomst.
De voorzitter, notaris J. H. A. M. Anten heet
te allên hartelijk welkom, in het bijzonder den
luit.-kolonel b.d. P. S. Hartogh Heys van Zoute-
veen, secr. der gewest. Landstormcommissie en
den spreker van dezen avond, mr. dr. H. de
Boer, propagandist van de Nationale Landstorm
Commissie.
Deze consolidatie-bijeenkomst, aldus spr..
staat ook hier in het teeken der mobilisatie. Dit
jaar geen propaganda-avond met prijsuitreiking,
daar 50 pet. der leden thans aan 's lands gren
zen staan. Wij allen, aldus spr., dienen ons op
dit oogenblik de revolutieneigingen te herinne
ren van den vorigen wereldoorlog toen ook het
Naar wij vernemen heeft de directie van de
N.V. Van Leers Walsbedrijven alhier besloten
om, zoodra de aldaar gelegerde strijdkrachten
van hun verlof zijn teruggekeerd, een Kerstfeest
aan te bieden, hetwelk in het restaurant van
het bedrijf zal worden gegeven.
Naar wij vernemen blijkt het weer op zee voor
de visschersschepen betrekkelijk gunstig te zijn.
Diverse schepen melden aardige vangsten. Ook
de stoomtrawler „Haarlem" IJm. 12 van de ree-
derij „De Vem" heeft thans reeds 1650 manden
visch aan boord, terwijl het de visscherij nog
niet beëindigd heeft. Hiervan zijn ruim 1300
manden trawlerharing. Volgende week wordt
dit schip thuis verwacht.
12
Jim alleen had het in de gaten en het
kneepje in zijn moeders arm zei zooveel als:
Moeder, die zit, hij is smoor.
Ondertusschen sloofde hij zich uit, om bij zijn
Strenge mama een goede beurt te maken.
„Daar heb je de Gouvernementsgebouwen,
moeder, dat is de drukkerij en daar hebben we
de club. Tusschen twee haakjes, Stella, als je
mr. Carruthers een dezer dagen noodig mocht
hebben, dan zit hij daar. Dat jongmensch heeft
maar twee liefhebberijen bij de koelies of bij een
borrel. Je hebt het telefoonnummer niet eens
op te geven. Vraag maar naar Toean Car
ruthers en ze geven je onmiddellijk t de club.
Hij schijnt daar vastgevroren te zijn en' gisteren
avond hebben we hemel en aarde moeten be
wegen can hem in niet al te onbehoorlijken
staat weg te krijgen. Den heelen morgen heb
ik nog geen enkelen schimp op de belastingont
duiking der planters van hem gehoord."
Stella keek weer glimlachend naar Car
ruthers, die plotseling opschrok en aan Temple
vroeg: ..De club." zei je? Ma, die is daar?"
„Wat heb ik je gezegd," zei Temple hard
lachend, JUi zat de borrels, die hij gisteren
naar binnen heeft gegoten, na te tellen."
Het meisje had werkelijk met Desmond te
doen. Ze kende haar broer van vroeger als een
onverbeterlijke spotter. Hoe het kwam wist ze
zelf niet, maar het was net alsof ze zich ge
krenkt voelde nu de spot gold den verlegen
jongeman naast haar. Zij had veel gehoord van
het eenzame kluizenaarsbestaan, dat de jongelui
die naar de tropen trekken, meestal moeten
doormaken, voordat het hun gelukt in een der
centra te komen. Eerbied was er in haar ge
groeid voor de stoere wachters op de uiterste
voorposten van het Britsche Empire en zij
wilde nu vriendelijk voor hem zijn, als een
vergoeding voor het vele, dat hij achterstond
bij zijn collega's in de groote steden of de
vrienden, die het zich gemakkelijk gemaakt
hadden door kalmpjes een betrekking in het
moederland te aanvaarden. Ze wilde hem als het
ware in bescherming nemen tegen den spot van
haar broer, waartegen hij niet opgewassen
scheen.
Ratelend sjouwde het wagentje hen door de
stad, met tegenstellingen van beschaving en
„de rest". De nieuwe, frissche boulevards, als
het ware bekleed met lange rijen Chineesche
winkels, die in alle behoeften van Europeanen
en inlanders voorzagen, werden geflankeerd
door de langzaam glooiende heuvels. Tusschen
de heesterbeplanting ontdekte men telkens
kale plekken der kleine dijkjes waar het pad
zich boven slingerde. Groote open ruimten
legden den rooden grond bloot. Dat waren de
stukken waar men afgegraven had ten behoeve
van de akkers beneden. Het was net of een
voering van heel fijne zijde uit een ruw linnen
pak kwam loeren. Een dagelijksche plunje, waar
overal scheuren en gaten in zaten, waardoor
heen een kostelijke stof kwam kijken.
De wagen deed alle pogingen om zoo elegant
mogelijk te zwenken onder de galerij van een
voornaam gebouw van twee verdiepingen, dat
niet alleen als hotel dienst deed, maar het
brandpunt was voor alle sociale aangelegen
heden voor Fort Malcolm. Zijn prachtige groote
zaal, een frissche en ruime veranda's, en zijn
centrale ligging, maakten het tot een bij uitstek
geschikte gelegenheid voor groote bals, offi
cieele maaltijden, die zelfs en wellicht vooral,
in de tropen, een voornaam onderdeel van het
groote gezelschapsleven vormen. Een glim
lachende Chineesche jongen kwam op hen af
en voerde hen op Temple's bevel onmiddellijk
naar de eetzaal, waar het ontbtijt op hen stond
te wachten.
..Ik vermoed, dat jullie wel niets zullen voe
len voor een gin-sling, is het wel moeder?
Stella ook niet?" vroeg Jim. „Misschien hebben
jullie wel gelijk. Ik heb er toch maar een besteld
voor Desmond en mij. Wij hebben het ruim
schoots verdiend.
„Drink zooveel gin-slings als je verkiest, maar
zeg niet in het gezelschap van je eigen moeder,
dat het een karwei is om haar van de boot te
halen," gispte hem mrs. Temple.
Ondertusschen werden twee glazen met een
vies-rose drank voor hen neergezet. Het ijs tin
kelde tégen het glas.
„Wat is gin-sling?" vroeg zijn moeder nog
voordat' hij 'den tijd had "haaf opwerping té
weerleggen. Ze scheen gewend haar critiek on
middellijk te uiten en verwachtte daar blijk
baar nooit repliek op. Jullie drinken toch zeker
geen sterken drank in den morgen?"
„Waarom niet, moedertje
„Zwijg met je moedertje. Je moet niet den
ken, dat ik je daarom minder veracht om je
verderfelijke levensgewoonten."
„Moeder, gin-sling is een heerlijkste tractatie
voor een vrijgezel, en op een feestdag als van
daag...."
„Nu ben je tenminste weer vriendelijk."
„Wilde ik me die niet ontzeggen. Maar het
beste middeltje om weer op te kikkeren na
zoo'n feestdag, of feestavond
„Goed moeder, feestnacht dan, is weer zoo'n
opfrisschertje. Proef eens."
„Jongen!" deed mrs. Temple verontwaardigd.
„Denk je, dat ik behoefte heb aan een op-
kikkertje. Dank je. Ik houd me bij koffie, neen,
Stella, ik wil niet hebben, dat jij je lippen aan
dat vergif zet. Jij houdt netjes je moeder ge
zelschap. Gunst, wat ben ik begonnen, om mijn
dochter in zoo'n milieu te brengen."
Toen ze behoorlijk gegeten had, was haar bui
weer gezakt. Temple stelde voor in de veranda
in de gemakkelijke rieten stoelen te genieten
van het aardige panorama over de stad en
haven. Met een komisch gebaar van ernst
haalde hij een vel papier voor den dag.
„Hier heb ik een ruwe schets van onze sociale
werkzaamheden voor de eerstvolgende zes
dagen," begon hij. „Oi, oi, oi. Vanavond (plech
tig muziek asjeblief en allemaal in de houding!)
is ons bevolen om te dirieeren in het Gouver
nementsgebouw. Een vervelend diner, warme
dranken, en daarna 'n saaie robber en precies
om half elf op straat gezet in de koude. Maar,
het geeft in ieder geval een „cachet," een „je
ne sais quoi" en weet ik veel, en trouwens het
is een bevel van hooger hand, en dus niet
kankeren.
„Jim!"
„Niet kankeren, moeder, zeg ik net. Morgen
den geheelen dag cricket, waaraan Carruthers
en ik onze hooggewaardeerde medewerking zul
len verleenen."
„Heb je nog steeds niet afgeleerd alle be
hoorlijke wedstrijden door je stommiteiten te
verknoeien, Jim," vroeg zijn moeder op haar be-
minlijksten toon. „Maar ik kom niet, hoor. Je
hebt me eenmaal in Oxford bijna flauw doen
vallen, doordat je een run miste, ik wensch die
schande niet meer te beleven."
„Daar heb ik al aan gedacht moeder. U komt
tegen theetijd en zoekt met Stella een plaatsje
onder het stel opgedirkte hennen, die om het
hardst lasterpraatjes zitten te kakelen,
's Avonds den geheelen avond dansen, Vrijge
zellen Bal. Vrijdag is het Kerstmis, 's Morgens
èn 's middags rust. 's Avonds moet ik naar een
diner, waarop alle herriemakers zijn uitge-
noodigd. Zaterdag rennen, een diner met een
zekeren Fairfax, den Resident, en dansen. Zon
dag trekken we naar het binnenland met pic
nic. Maandag was ik van plan in den morgen
ons gemak te houden om te bekomen van al die
vermoeiende besognes. Ik stel voor een par
tijtje golf te spelen, de aangenaamste methode
om je nietsdoen te camoufleeren, door een
sportpak aan te trekken en een jongen naast
je te nemen, die je sticks draagt, 's Middags kon
den jullie beiden enkele visites afleggen. Wij
gaan dan eens kijken of de club nog bestaat.
Je behoeft ze natuurlijk niet allemaal mee te
maken en de vervelendste heb ik hier op een
lijstje staan die kun je dus veilig ontloopen.
Mrs. Snowden kijkt altijd naar diamanten, Mr.
Richards praat alleen over roeien, miss Grace
zingt heel aanstellerig en valsch, Debussy, en i3
boos, als je niet met Shelley dweept. Enfin, ik
zal u van tevoren inlichten, dan kunt u zich
in de taxi even gereedmaken naar de eischen
van elk huis. Verder moeten jullie natuurlijk
even je handteekening zetten in het gouden
boek op het Gouvernementsgebouw. Liefst met
een oorspronkelijke gedachte: „Geef den koning
wat des konings is," of „A thing of beauty is
a joy for ever, Stella Temple."
„Jim," zei mrs. Temple, die al tweemaal ge*
tracht had al de onbetamelijkheden van haar
zoon met een paar scherpe woorden te ripostee
ren, „ik vind je program allerverschrikkelijkst.
Je valt me dus niet tegen. Maar ik zie gc«n
kans dat allemaal af te werken."
„Zoo denk ik er ook over, moeder. Wij zullen
samen het meest belangrijke uitpikken, dat
wil zeggen, die dingen, waarover u in Londen
met eenig gezag zult kunnen praten. Maar deze
jongelui vlassen er nu al op, om niets te mis*
sen. Ik stel voor, dat we Dinsdag rustig naar
Bunan terugkeeren en daar enkele dagen blijven
om op verhaal te komen. Dan kunnen we met
frisschen moed de kwellingen van Nieuwjaar
toegemoet treden." 'Wordt vervolgd.).