Akkertje Reeds 20 jaren de beste sigaret voor Uw gezondheid! BEV DE GEBROEDERS „GOOCHEM". VE ropenliefde St. Bavo-gesticht te Noordwijkerhout bestaat vijf en twintig jaar EEN MONUMENT VAN NAASTENLIEFDE ZATERDAG 16 DECEMBER 1939- Ondanks schier onoverkomelijke moeilijkheden ontstond een model-inrichting Kou gevat Neem 'n Mobilisatie-moeilijkheden Rijksbijdrage belangrijk verlaagd Armenzorg kostte minder en het gasbedrijf bracht meer winst op NIEUWE STRATEN Wederkeerige hulpverleening bij brand HET WERK DER CONSUMPTIE- MELKCENTRALE GEEN VUILNISBELT BIJ SANTPOORT HALVE TON VOOR RIOLEERING De B.V.L. paraat Kerstfeest voor de militairen Flinke vangst Door Charles Bruce Op 19 December a.s. zal het 25 jaar gele den zijn dat het St. Bavogesticht te Jfoord- wijkerhout officieel in gebruik werd geno men. Ondanks de zeer moeilijke tijdsomstandighe den waarin men tengevolge van den wereld oorlog verkeerde, werd het gesticht geopend en vingen de eerw. Broeders hun werkzaamheden aan, vervuld van dat Christelijk optimisme, dat bergen verzet. Thans zijn de omstandigheden niet minder moeilijk. Wederom woedt de oorlog in de lan den om ons heen. Daarom zal het 25-jarig be staan der stichting gevierd worden in denzelf den soberen geest als 25 jaar geleden de ope ning geschiedde. Het zal een intiem, huiselijk feest worden, waaraan alleen degenen, die met St. Bavo te maken hebben en het huis bewonen, zullen deelnemen. Voor velen zal het echter interessant zijn de afgeloopen 25 jaren nog eens na te gaan om te Zien wat er 25 jaar geleden hier ten dienste van en door de Katholieke Charitas werd ge sticht. Vüf en twintig jaren! Wat zou er veel te schrijven zijn over alles wat er liefdevol gedaan werd in deze stichting, over het vele lijden dat hier draaglijk werd gemaakt en de offers die hier gul werden gebracht bij de verpleging van de armsten onder ons, de zieken naar den geest. Wij zullen ons er niet aan wagen. Het is ook onnoodig. Dat alles staat opgeteekend en zal te voorschijn komen op den laatsten dag. Heel in het kort zullen wij een overzicht geven hoe de stichting ontstond en groeide. Met het bouwen der verschillende paviljoens werd begonnen in Februari 1914. De bouw on dervond geen stagnatie en op 16 November d. a. v. kwamen de eerste Broeders in Noordwijkerhout. Het waren Broeder Antonius. Averez, Propus, Narcens, Amator en Willibrordus. Omdat zij in het hoofdgebouw nog geen plaats ter beschikking hadden, betrokken zij het huisje dat nu nog aan het eind van de Dorp straat op het terrein van de stichting staat. Een maand daarna, op 12 December, namen zij als eerste bewoners hun intrek in het Gesticht, ter wijl twee dagen daarna reeds 55 patiënten uit Venray in de nieuwe stichting werden opgeno men. De eerste geneesheer, dr. F. S. BouwdijkBas- tiaanse, was op 12 December gekomen en had zijn intrek genomen ten huize van den heer Ger. van Noort in het dorp. De zeereerw. rector B. H. Rijkenberg z.g. arriveerde op 18 December en moest, daar zijn pastorie nog niet gereed ge komen was. zijn intrek nemen in het huisje dat de Broeders op 12 December verlaten hadden. Op 19 December werd, in de daartoe geïmprovi seerde kapel, op het terrein van de stichting, de eerste H. Mis door rector Rijkenberg opge dragen. Dit geschiedde in een der slaapzalen van het paviljoen St. Joseph op de eerste ver dieping. Na de H. Mis werd de inbezitneming der Stichting met de gebruikelijke plechtighe den verricht en tevens deze datum, 19 Decem ber. als officieele datum voor de stichting vast gesteld, om ieder jaar dankbaar herdacht te worden. Al spoedig volgden meerdere transporten uit Venray en wel respectievelijk van: 45, 56 en 61 patiënten, zoodat op 13 Januari 1915 reeds 217 patiënten hier verpleegd werden. Op 19 Maart 1915 trad de tweede geneesheer, dr. C. J. H. de Wit. in dienst. Toen waren de volgende pa viljoenen in gebruik genomen: St. Maria voor 100 patiënten, tevens observatie-afdeeling; St. Joseph voor 70 rustige patiënten; St. Pieter voor 60 toevallijders en St. Jan voor 50 onrustige pa tiënten: tegen het einde "van 1915 werd het pa viljoen St. Antonius geopend, waar plaats is voor 61 half-onrustige patiënten. Door de tijdsomstandigheden werd het bin nenwerk niet volledig afgewerkt, wel werden de overige paviljoens afgebouwd. In December kwamen de kookketels voor de patiënten. Tot dan toe had men zich met veld keukens moeten behelpen. Op 23 Mei, len Pinksterdag 1915, werd de Ka pel ingewijd en daarin de eerste H. Mis opgedra gen. In December daarop betrok de rector zyn woning. Twee groepen van woningen, in totaal zes stuks, werden door 't Gestichtsbestuur aan gekocht en na ontruiming ingericht als boerderij en werkplaatsen. Op 31 December 1915 bedroeg het aantal patiënten 300. In begin 1916 kwam de wasscherij gereed. Dat dit niet eerder in orde kwam had zijn oorzaak in de moeilijkheden die ontstaan waren in de levering van goederen die uit het buitenland moesten komen. Toen eindelijk de stoomketel, die in België was gekocht, arriveerde moest men nog maanden wachten op de montage en toen tenslotte bleek dat alle wachten vergeefsch was, werd de montage opgedragen aan een Holland- sche firma. Toen bleek dat de stoomketel van Heysens uit België niet voldeed aan de Neder- landsche wettelijke voorschriften en werd de plaatsing er van verboden. Hij was ook veel te lang voor het gebouwde ketelhuis. Toen werd een tweede-hands-ketel aangeschaft en half Januari 1916 kon de geheele installatie in ge bruik worden genomen. In dat voorjaar werd een begin gemaakt met den tuinaanleg. Voor het hoofdgebouw ging dit zonder veel moeilijkheden en kwam deze dan ook in 1916 gereed, evenals de verharde weg, maar het aanleggen van de tui nen voor en om de verschillende paviljoens ging met veel moeilijkheden gepaard. Bij de minste windvlaag verstoof het zand en dan moest men met leede oogen aanzien dat het werk van vele dagen soms in een paar uren vernield werd. Ook had men vaak moeilijkheden met de met pannen gedekte daken. Een keer of wat in het jaar bracht de storm dan een ravage teweeg. Groot waren ook de moeilijkheden die het ge brek aan brandstof in die jaren teweeg bracht.' De centrale verwarming werd slechts bij heel strenge koude gestookt. De paviljoens St. Joseph- en St. Antonius werden met één groote vulkachel warm gehouden. De winter 1916 deed denken aan de overwintering op Nova Zembla. Ook met de voedselvoorzening voor de patiënten kreeg men het moeilijk toen alles gerantsoeneerd werd. Het bleek schier onmogelijk om de patiënten op hun normaal gewicht te houden, toch deden zich hier geen bepaalde gevallen van ondervoeding voor zooals wel op andere gesSchten is gecon stateerd. Ongeveer half October 1918 deden zich in het gesticht gevallen voor van de zoo gé- vreesde Spaansche griep. 130 patiënten kregen het ernstig te pakken en er waren tien gevallen met doodelijken afloop. Twee der E.E. Broeders bezweken na een ziekbed van slechts enkele da gen en gedurende een paar weken was de dienst in het gesticht geheel ontredderd. Geen enkele communiteits-oefening kon worden gehouden, de enkele broeders die nog ter been waren sloofden zich dag en nacht af om hulp te bieden waar deze het meest noodig was. Was men gedurende den geheelen oorlog afge zonderd van het Hoofdbestuur der Congregatie, dat in België zijn zetel heeft, na den oorlog ver anderde dat spoedig en kon men wederom cor- respondeeren en reispassen bekomen. In Sep tember 1919 kwam de Hoogeerwaarde Vader- Generaal naar de St. Bavostichting en vond het oorlogskind flink opgewassen en in bloeienden toestand. Door eendrachtige samenwerking van het Be stuur, de heeren doktoren en het personeel was ondanks de vele moeilijkheden het St. Bavoge sticht uitgegroeid tot een model-inrichting. De werktherapie werd vanaf de oprichting zooveel mogelijk bevorderd en uitgebreid. Buiten de gewone werkplaatsen, kleermakerij, timmerwinkel, smederij en schildersbedrijf, het huis- en keukenwerk, zijn er nog tal van andere takken van werkgelegenheid waarbij de verpleeg den nuttige afleiding en tevens verbetering in hun geestestoestand kunnen vinden. Behooren de mattenmakerij, het wolpluizen en het ta bakstrippen tot de voornaamste takken der werktherapie, de groote tuinen en uitgestrekte afzanderij geven overvloedig gelegenheid voor toepassing eener gezonde werkkuur in de open lucht. Vanzelf worden de terreinen tevens keurig in orde gehouden. Daar zorgt de z.g. scioffèl- ploeg en de kruiafdeeling voor. Met den algemeenen aanleg der tuinen en 't af- zanden van het terrein werd in 1922 en 1923 ernstig begonnen. Het gestichtsterrein werd nadien gedeeltelijk omgeven door een vaart, waarvan thans ruim 1000 meter gegraven is. De vaart is 10 meter breed en 1.50 M. diep. Ruim 10 H.A. dui.igiond zijn herschapen in vruchtcaar teelland. Dtar- toe moest dit geheele terrein worden afgezand en dit is wel .een bijzondere prestatie. Het ter rein moest soms twee tot vijf meter venaagd worden en de grond voor den tuinaanleg daar na tot het waterpeil ongeveer 2.50 meter, wor den omgespit. Zoo zou iemand, die hier vijf en twintig iaren geleden de groote zandwoestijn gezien heef',, zich moeilijk den ouden toestand kunnen indenken, «ook CHIEF WHIP als hij thans dit alles aanschouwt. Een uitgestrekte siertuin omgeeft de pavil joens en het geheel gelijkt meer op een prachtig villapark. Onder de zeer bekwame en deskundige leiding van den Geneesheer-Directeur dr. F. J. Kerstens, en den eerw. Vader Overste Ulphus is „St. Bavo" geworden een eerste klas-inrichting op het ge bied der krankzinnigenverpleging. In 1938 werd de stichting uitgebreid met een paviljoen voor T.B.C.-patiënten, het St. Btairix- paviljoen, een juweel van een sanatorium, zoo als er niet veel in ons land zijn te vinder. Onder het personeel bestaat een zeer vriend schappelijke verhouding, getuige de vele ver- eenigingen die onder het personeel bestaan voor muziek, tooneel en. voetbal, die alle bloeien. Wij besluiten met den wensch dat de St. Bavo stichting, in benarde tijden geboren en in zeer ernstige"tijderi haar zilveren feest herdenkend, in de komende jaren moge blijven het huis van liefde en medelijden, waar de vele armer, van geest geholpen worden en zoomogelijk herstel zullen vinden. Hulde aan de werkers van deze 25 jaren die in deze periode de St. Bavostichting heoben gemaakt, tot wat ze thans is. Geve God allen de kracht en bekwaamneid om hun charitatief werk voort te zetten tot in lengte van dagen tot heil van de veie onge- lukkigen die in deze stichting zullen wordei op genomen, omdat er voor hen geen plaats i« in de wereld. Terwijl het jaar 1940 reeds aan den gezichts einder is verschenen en de gemeentebegrooting voor dat dienstjaar binnen enkele dagen aan den raad zal worden voorgelegd, wordt ook nog even de aandacht van de vroedschap gevraagd voor de begrooting van 1939, alhoewel dit jaar bijna verstreken is en men normaliter meer in teresse heeft voor de afrekening dan voor ra ming van wat er ontvangen en uitgegeven is. Silvester staat immers voor de deur, we heb ben geleefd en geld uitgegeven en daaraan valt, wat de driehonderd-en-zooveel dagen, die ach ter ons liggen betreft, niet veel meer te doen Met een gemeentebegrooting evenwel is het anders gesteld. Die kan, zelfs na afloop van het dienstjaar, nog wel worden gewijzigd, 'n Kwestie van administratie. De middelen der gemeente waren niet toe reikend om de voor den dienst 1939 noodzake lijke uitgaven te dekken en derhalve moester bijzondere uitkeeringen van het rijk worden gevraagd. In verband hiermede heeft de minister van "Binnenlandsche Zaken de begrooting der ge meente en die der bedrijven dóór een rijks- accountant doen onderzoeken. De beslissing der regeering is onlangs door Ged. Staten ter ken nis van het gemeentebestuur gebracht. De toekenning van de uitkeeringen wordt af hankelijk gesteld van de naleving van de „al- gemeene voorwaarden", die reeds eerder ter kennis van het gemeentebestuur waren ge bracht. Vervolgens moet de begrooting in over eenstemming worden gebracht met de door de regeering gegeven aanwijzingen. B. en W. heb ben een suppletoire begrooting doen ontwerpen, waarbij deze aanwijzingen, behoudens een enke le uitzondering, worden opgevolgd. Op enkele punten hebben B. en W. zich met de berekenin gen van den accountant niet kunnen vereeni gen de raming van den rijksonderstand wordt in verband hiermede verlaagd tot 67.700, in- plaats van, zooals Ged. Staten hadden aange geven, tot 53.500. In de begrooting voor 1939, zooals zij door den raad werd vastgesteld, was geraamd aan rijksonderstand 122.500, aan extra-bijlage in de werkloosheidsuitgaven 58.310 en aan be- lastingbijdrage uit het werkloosheidssubsidie- fbnds 90.700, totaal 271.510. In de thans ter vaststelling aangeboden be- grootingswijziging worden deze bedragen als volgt verlaagd: rijksonderstand 67.700, extra- bijdrage 50.417 en belastingbijdrage tot 86.515, totaal 204.632, zoodat door af- en overschrijving op andere posten moet worden gevonden 66.878. In verband hiermede stellen B. en W. voor, de aflossing op de leening, door voormalig Wijk aan Zee en Duin aangegaan tot dekking van het nadeelig saldo op den gewonen dienst 1932 8.888) naar den kapitaaldienst over te bren gen. Voorts kunnen de uitgaven voor armen zorg worden verlaagd, terwijl enkele inkomsten op dit hoofdstuk verhooging van de raming toe laten, hetgeen in totaal een bedrag uitmaakt van 24.800. De werkloosheidsuitgaven, voor zoover ten laste van de gemeente blijvende, werden reeds verlaagd met 8400. Voorts wordt een hoogere winst van het gasbedrijf berekend van 3600 en een hoogere winst Op het open baar slachthuis eveneens van 3600, terwijl de post voor onderhoud van wegen met 4800 is verlaagd. Tenslotte is een bedrag gevonden van 13.390 door af- en overschrijvingen ten aanzien van een groot aantal andere pbsten. Het vereischte bedrag van 66.878 is daarmede bereikt. B. en W. stellen den raad voor deze be- grootingswijzigingen goed te keuren. De ten westen van den Grooten Houtweg aan gevangen bebouwing maakt het noodzakelijk thans voor eenige lanen en straten, welke over eenkomstig het uitbreidingsplan ter plaatse ont staan, namen vast te stellen. B. en W. stellen den raad voor te noemen: „Oostertuinen": de breede dubbel beplante laan, die van den driesprong Groote Houtweg— Galgeweg in noordwestelijke richting zal u open, evenwijdig aan den Arendsweg (zulks naar den van ouds gangbaren verzamelnaam van de in deze omgeving gelegen tuinen). „Laan van Kanaan": den beplanten weg welke is ontworpen evenwijdig aan en noordoostelijk van de vorige laan maar den naam „Kanaan", welke het terrein ter plaatse reeds draagt.» „Eenhoornlaan": den gedeeltelijk beplanten weg welke is ontworpen ten westen van en ongeveer evenwijdig aan den Groote Houtweg van even bezuiden de Noorderschool tot de eerstgenrcmde laan (naar de benaming van de ter -plaatse ge legen tuingronden). „Boeleilanden": de straat, welke is ontworpen evenwijdig aan en noordoostelijk van de l.aan van Kanaan en in het zuidoosten uitkom mo op de Eenhoornlaan (als herinnerng aan den naam van de ter plaatse gelegen perceelen» „Amazonestraat": de korte straat, welke is ontworpen tusschen de Oostertuinen en de - ïaam vap Kanaan en liggen zal evenwijdig en ten noordwesten van de Eerihoörnlaan (naar de in de Wijkërtuinen veel geteelde aardbeien- soort) toe te treden. Het ontbreken van die gemeente hebben B. en W. van Beverwijk steeds als een gemis gevoeld. Zij stellen thans den raai voor Uitgeest in de regeling op te nemen. Van deze gelegenheid kan tevens gebruik ge maakt worden om in de regeling een bepaling op te nemen, dat voor een eventueele toetre ding van de gemeenten Bloemendaal en Cas- tricum met een besluit van die gemeenten zelve kan worden volstaan. Door de gemeenten Akersloot, Beverwijk, Heemskerk en Velzen is in 1936 een gemeep- schappelijke regeling vastgesteld tot wederkee rige hulpverleéning bij de bestrijding van rrand in die gemeenten. Hoewel terzake ook overleg was gepleegd met de gemeentebesturen van Bloemendaal, Castricum en Uitgeest zijn deze echter niet bij de regeling aangesloten. Het gemeentebestuur van Uitgeest heeft tnans medegedeelt, dat het tot de regeling weascht Den volgenden morgen moesten de beide broers een mand met eieren naar de notarisvrouw brengen. Denk er om, waar schuwde de boer, dat jullie <Be eieren heelhuids overbrenger- Pit en Pat beloofden ervoor te zullen zorgen en namen voor zichtig de mand tusschen hen ih. Toen ze aan de villa van den notaris kwamen, kregen ze op hun bellen geen gehoor. 'k Zal een boon zijn, als ik die mand met eieren weer terug- sjouw, zei Pat. Ga mee kijken of we nergens in kunnen komen. Zij liepen om de vlila heen en bemerkten aan den zijkant een open raam. Het was echter te hoog om er zander hulp in te klimmen, zoodat Pit's rug als verhooging moest dienen. Voor zichtig klauterde Pat met de eiermand in zijn hand omhoog. Voor een drukbezochte vergadering van de Holl. Mij. van Landbouw heeft de heer J. Kort- leve, directeur van de C.M.C. te Den Haag, in hotel Ter Burg een lezing gehouden over de werking van de Consumptiemelkcentrale. Spr. gaf allereerst een uiteenzetting over de taak van de C.M.C. Het is de bedoeling van de regeering geweest om den landbouw, die sedert 1929 het zwaarst door de crisis is getroffen, de helpende hand te bieden. Toen vast stond, dat men met een verandering van structuur te'ma ken had, heeft men gestreefd naar ordening in het bedrijf, waarna de CM.C. is ontstaan. Bü het toepassen van ordening evenwel is het gevaar zeer groot, dat de persoonlijke vrijheid en de ondernemingsgeest worden aangetast. De instellingen van de C.M.C. treden daarom slechts regelend op. De minister heeft zich en kele bevoegdheden voorbehouden, allereerst ten aanzien van den prijs, welken de veehouder voor zijn producten krijgt. Als basis geldt de in- dustrieprijs, terwijl voor consumptiemelk een bijslag wordt gegeven. Dit beteekent, dat de veehouder, wat den industrieprijs betreft, af hankelijk is van de wereldmarkt. Daalt de zui- velprijs op de wereldmarkt, dan daalt ook de industrieprijs en omgekeerd. Door samenwerking met de Algemeene Ver- eeniging voor de melkvoorziening is de vee houder er van verzekerd, dat zijn melk te allen tijde geplaatst wordt. Aan de C.M.C. en de A.VM. was overgelaten om de basis voor den prijs te vinden. Zij heb ben daarvoor de zuivelwaarde gekozen en niet den straatprijs. In de practijk is gebleken, dat dit juist is geweest. Spr. weidde hierna uit over den bijslag, welke gegeven wordt voor de melk, die als volle melk (dus niet als zuivelproduct zooals boter, enz.) in consumptie wordt gebracht. De veehouders ontvangen dezen bijslag boven de zufvelwa arde, die voor alle melk als basis geldt. De melkproductie wisselt in den zomer en den winter van ruim 15 tot ruim 9 millioen liter per week. Het is van groot belang, dat dit groote verschil zooveel mogelijk wordt genivel leerd. De veehouders worden dan ook gestimu leerd o-m een zoo gelijkmatige productie te verkrijgen, o.m. door winterleveringstoeslag. Spr. behandelde hierna in 't kort den prijs welken de handel betaalt, waarbij hij er o.m. op wees, dat de handel soms snel met zijn prijs boven de zuivelwaarde uitkomt, zoodat de mi nimum winst-marge wordt overschreden. Dit is een voordeel voor den handel, dat de veehou der niet-heeft. - Vervolgens vestigde spr. de aandacht op de aanzienlijke bedragen, welke de CM.C. ten koste legt aa-n de t b.c.-bestrijding ondef het vee, omdat het ook voor haar van belang is, dat melk van zoo hoog mogelijke kwaliteit ge produceerd wordt. Dit jaar is voor dit doel een half millioen gereserveerd, van welk bedrag een groot deel was bestemd voor het verkrijgen van t.b.e.-vrije bedrijven en ter bevordering van een daling van het reactie-percentage. Een brandend vraagstuk tenslotte is de be taling naar vetgehalte. Een groote groep vee houders, die niet zoo zeer op hét vetgehalte, maar meer op de hoeveelheid melken („pias- melken" zooals men dat noemt) heeft daar be zwaar tegen gemaakt, omdat zij hun bedrijven niet in zulk een korten tijd kunnen omzetten. Ook spr. meende, dat de tijd van invoering van dezen maatregel veel te kort is. Hij achtte het mogelijk, een overgangsperiode van b.v. 4 jaar in te stellen, binnen welken termijn de veestapel kan worden omgezet. Tenslotte wees spr. nog op de wenschelijk- heid van opheffing van het standarisatiever- bod. Na deze uiteenzetting volgde een levendige gedachtenwisseling. Het is B. en W. gebleken, dat het voornemen bestaat om op een terrein, gelegen op korten afstand van de bebouwde kom te Santpoort asch en vuilnis, afkomstig van een naburige ge meente, te gaan bewaren en/o^verwerken. In dien aan dit voornemen uitvoering wordt ge geven moeten daarvan naar hunne meening voor de gezondheid schadelijke gevolgen worden verwacht. Zij achten het daarom gewenscht, dat ten aanzien van inrichtingen als vorenbe doeld een verordening wordt vastgesteld, als ge noemd in de Hinderwet. B. en W. stellen daarom den raad voor vast te stellen een verordening tot aanwijzing van een gedeelte der gemeente voor het oprichten,, hebben of gebruiken van inrichtingen tot bewa ring en verwerking van asch en vuilnis. Volgens deze verordening is voor het oprich ten, hebben of gebruiken van inrichtingen tot bewaring en verwerking van asch en vuilnis aangewezen de polder Buitenhuizen. Het is verboden het bedrijf, waartoe de op richting of het gebruik van deze inrichting ver- eischt wordt, in een ander dan het daar ge noemde gedeelte der gemeente uit te oefenen. revolutiespook kwam opdagen. Juist nu en in de komende jaren dienen wij paraat te zijn, Na het zingen van het Wilhelmus deed de luit.-kolonel b. d. P. S. Hartogh Heys van Zou- teveen eenige mededeelingen. Door de mobili satie en de afwezigheid van zeer vele B. V. L.'ers, is het dit jaar en zeer waarschijnlijk de geheele mobilisatie, niet mogelijk schietwed strijden te houden. In plaats van propaganda- avonden zullen consolidatie-avonden worden gehouden. Na de pauze was het woord aan den spreker van dezen avond, mr. dr. H. de Boer, over het onderwerp: „Wij willen Neerland houden." De tijd van Willem van Oranje, aldus spr., is voor ons Nederlanders van het allergrootste be lang geweest. Uitvoerig schetste spr. de histo rie van het Huis van Oranje in verband met den gevoerden langdurigen strijd om de rechten en vrijheden van ons Nederlanders. Notaris Anten dankte dezen spreker voor zijn gloedvolle woorden, die door de aanwezigen met de meeste aandacht werden gevolgd. Voorts bracht spr. dank aan het actieve bestuur der plaatselijke afd. voor zijn vele en nuttige werk zaamheden voor den B. V. L. Een aantal riolen in het westelijk gedeelte van IJmuiden, dateerende van 1885, 1896 en 1903, verkeert in een zeer slechten staat. Oo vele plaatsen zijn de buizen dusdanig verteerd, dat van een goede functionneering geen sprake kan zijn en een instorting, zooals reeds is voorge komen, ook in de toekomst niet denkbeeldig ir.oet- worden geacht. Nu de riolen te IJmuiden, in ver schillende straten zijn vernieuwd en in een aan tal andere nog in een goeden staat verkeeren, is het zeer gewenscht de bovenbedoelde door nieu we te vervangen. De kans, dat de nieuw gelegde riolen verstopt raken, wordt daardoor tevens ver minderd. De rioleering in de Schuitstraat en daarop aansluitende straten te Santpoort loost nog op een poldersloot. Het is dringend gewenscht hier aan een einde te maken en bedeelde rioleering aan te sluiten op het pompstation naoij den Bloemendaalschestraatweg, waardoor het com plex woningen aldaar in het centrale riolerings stelsel zal zijn opgenomen. Het vorenstaande heeft B. en W. aanleiding gegeven, een plan tot uitvoering van deze riclee- ringswerken te doen opmaken en aan den Rijks dienst voor de Werkverruiming te verzoeken, voor dit doel een bedrag van 52.300 beschik baar te stellen. Van den Minisrter van Sociale Zaken is thans bericht ontvangen dat Zijne Excel lentie bereid is het voor de uitvoering van het rioleeringsplan toegekende voorschot met gemeld bedrag te verhoogen. B. en W. stellen den raad voor, dit aanvullings voorschot te aanvaarden en hen te machtigen t. z. t. de daarvoor noodjge nadere overeenkomst met den Staat der Nederlanden te sluiten. De Bijzónder Vrijwillige Landstorm, afd. IJmuidèn, hield gisterenavond in de Concert zaal ,D,e Griffioen' een consoldate-bijeenkomst. De voorzitter, notaris J. H. A. M. Anten heet te allên hartelijk welkom, in het bijzonder den luit.-kolonel b.d. P. S. Hartogh Heys van Zoute- veen, secr. der gewest. Landstormcommissie en den spreker van dezen avond, mr. dr. H. de Boer, propagandist van de Nationale Landstorm Commissie. Deze consolidatie-bijeenkomst, aldus spr.. staat ook hier in het teeken der mobilisatie. Dit jaar geen propaganda-avond met prijsuitreiking, daar 50 pet. der leden thans aan 's lands gren zen staan. Wij allen, aldus spr., dienen ons op dit oogenblik de revolutieneigingen te herinne ren van den vorigen wereldoorlog toen ook het Naar wij vernemen heeft de directie van de N.V. Van Leers Walsbedrijven alhier besloten om, zoodra de aldaar gelegerde strijdkrachten van hun verlof zijn teruggekeerd, een Kerstfeest aan te bieden, hetwelk in het restaurant van het bedrijf zal worden gegeven. Naar wij vernemen blijkt het weer op zee voor de visschersschepen betrekkelijk gunstig te zijn. Diverse schepen melden aardige vangsten. Ook de stoomtrawler „Haarlem" IJm. 12 van de ree- derij „De Vem" heeft thans reeds 1650 manden visch aan boord, terwijl het de visscherij nog niet beëindigd heeft. Hiervan zijn ruim 1300 manden trawlerharing. Volgende week wordt dit schip thuis verwacht. 12 Jim alleen had het in de gaten en het kneepje in zijn moeders arm zei zooveel als: Moeder, die zit, hij is smoor. Ondertusschen sloofde hij zich uit, om bij zijn Strenge mama een goede beurt te maken. „Daar heb je de Gouvernementsgebouwen, moeder, dat is de drukkerij en daar hebben we de club. Tusschen twee haakjes, Stella, als je mr. Carruthers een dezer dagen noodig mocht hebben, dan zit hij daar. Dat jongmensch heeft maar twee liefhebberijen bij de koelies of bij een borrel. Je hebt het telefoonnummer niet eens op te geven. Vraag maar naar Toean Car ruthers en ze geven je onmiddellijk t de club. Hij schijnt daar vastgevroren te zijn en' gisteren avond hebben we hemel en aarde moeten be wegen can hem in niet al te onbehoorlijken staat weg te krijgen. Den heelen morgen heb ik nog geen enkelen schimp op de belastingont duiking der planters van hem gehoord." Stella keek weer glimlachend naar Car ruthers, die plotseling opschrok en aan Temple vroeg: ..De club." zei je? Ma, die is daar?" „Wat heb ik je gezegd," zei Temple hard lachend, JUi zat de borrels, die hij gisteren naar binnen heeft gegoten, na te tellen." Het meisje had werkelijk met Desmond te doen. Ze kende haar broer van vroeger als een onverbeterlijke spotter. Hoe het kwam wist ze zelf niet, maar het was net alsof ze zich ge krenkt voelde nu de spot gold den verlegen jongeman naast haar. Zij had veel gehoord van het eenzame kluizenaarsbestaan, dat de jongelui die naar de tropen trekken, meestal moeten doormaken, voordat het hun gelukt in een der centra te komen. Eerbied was er in haar ge groeid voor de stoere wachters op de uiterste voorposten van het Britsche Empire en zij wilde nu vriendelijk voor hem zijn, als een vergoeding voor het vele, dat hij achterstond bij zijn collega's in de groote steden of de vrienden, die het zich gemakkelijk gemaakt hadden door kalmpjes een betrekking in het moederland te aanvaarden. Ze wilde hem als het ware in bescherming nemen tegen den spot van haar broer, waartegen hij niet opgewassen scheen. Ratelend sjouwde het wagentje hen door de stad, met tegenstellingen van beschaving en „de rest". De nieuwe, frissche boulevards, als het ware bekleed met lange rijen Chineesche winkels, die in alle behoeften van Europeanen en inlanders voorzagen, werden geflankeerd door de langzaam glooiende heuvels. Tusschen de heesterbeplanting ontdekte men telkens kale plekken der kleine dijkjes waar het pad zich boven slingerde. Groote open ruimten legden den rooden grond bloot. Dat waren de stukken waar men afgegraven had ten behoeve van de akkers beneden. Het was net of een voering van heel fijne zijde uit een ruw linnen pak kwam loeren. Een dagelijksche plunje, waar overal scheuren en gaten in zaten, waardoor heen een kostelijke stof kwam kijken. De wagen deed alle pogingen om zoo elegant mogelijk te zwenken onder de galerij van een voornaam gebouw van twee verdiepingen, dat niet alleen als hotel dienst deed, maar het brandpunt was voor alle sociale aangelegen heden voor Fort Malcolm. Zijn prachtige groote zaal, een frissche en ruime veranda's, en zijn centrale ligging, maakten het tot een bij uitstek geschikte gelegenheid voor groote bals, offi cieele maaltijden, die zelfs en wellicht vooral, in de tropen, een voornaam onderdeel van het groote gezelschapsleven vormen. Een glim lachende Chineesche jongen kwam op hen af en voerde hen op Temple's bevel onmiddellijk naar de eetzaal, waar het ontbtijt op hen stond te wachten. ..Ik vermoed, dat jullie wel niets zullen voe len voor een gin-sling, is het wel moeder? Stella ook niet?" vroeg Jim. „Misschien hebben jullie wel gelijk. Ik heb er toch maar een besteld voor Desmond en mij. Wij hebben het ruim schoots verdiend. „Drink zooveel gin-slings als je verkiest, maar zeg niet in het gezelschap van je eigen moeder, dat het een karwei is om haar van de boot te halen," gispte hem mrs. Temple. Ondertusschen werden twee glazen met een vies-rose drank voor hen neergezet. Het ijs tin kelde tégen het glas. „Wat is gin-sling?" vroeg zijn moeder nog voordat' hij 'den tijd had "haaf opwerping té weerleggen. Ze scheen gewend haar critiek on middellijk te uiten en verwachtte daar blijk baar nooit repliek op. Jullie drinken toch zeker geen sterken drank in den morgen?" „Waarom niet, moedertje „Zwijg met je moedertje. Je moet niet den ken, dat ik je daarom minder veracht om je verderfelijke levensgewoonten." „Moeder, gin-sling is een heerlijkste tractatie voor een vrijgezel, en op een feestdag als van daag...." „Nu ben je tenminste weer vriendelijk." „Wilde ik me die niet ontzeggen. Maar het beste middeltje om weer op te kikkeren na zoo'n feestdag, of feestavond „Goed moeder, feestnacht dan, is weer zoo'n opfrisschertje. Proef eens." „Jongen!" deed mrs. Temple verontwaardigd. „Denk je, dat ik behoefte heb aan een op- kikkertje. Dank je. Ik houd me bij koffie, neen, Stella, ik wil niet hebben, dat jij je lippen aan dat vergif zet. Jij houdt netjes je moeder ge zelschap. Gunst, wat ben ik begonnen, om mijn dochter in zoo'n milieu te brengen." Toen ze behoorlijk gegeten had, was haar bui weer gezakt. Temple stelde voor in de veranda in de gemakkelijke rieten stoelen te genieten van het aardige panorama over de stad en haven. Met een komisch gebaar van ernst haalde hij een vel papier voor den dag. „Hier heb ik een ruwe schets van onze sociale werkzaamheden voor de eerstvolgende zes dagen," begon hij. „Oi, oi, oi. Vanavond (plech tig muziek asjeblief en allemaal in de houding!) is ons bevolen om te dirieeren in het Gouver nementsgebouw. Een vervelend diner, warme dranken, en daarna 'n saaie robber en precies om half elf op straat gezet in de koude. Maar, het geeft in ieder geval een „cachet," een „je ne sais quoi" en weet ik veel, en trouwens het is een bevel van hooger hand, en dus niet kankeren. „Jim!" „Niet kankeren, moeder, zeg ik net. Morgen den geheelen dag cricket, waaraan Carruthers en ik onze hooggewaardeerde medewerking zul len verleenen." „Heb je nog steeds niet afgeleerd alle be hoorlijke wedstrijden door je stommiteiten te verknoeien, Jim," vroeg zijn moeder op haar be- minlijksten toon. „Maar ik kom niet, hoor. Je hebt me eenmaal in Oxford bijna flauw doen vallen, doordat je een run miste, ik wensch die schande niet meer te beleven." „Daar heb ik al aan gedacht moeder. U komt tegen theetijd en zoekt met Stella een plaatsje onder het stel opgedirkte hennen, die om het hardst lasterpraatjes zitten te kakelen, 's Avonds den geheelen avond dansen, Vrijge zellen Bal. Vrijdag is het Kerstmis, 's Morgens èn 's middags rust. 's Avonds moet ik naar een diner, waarop alle herriemakers zijn uitge- noodigd. Zaterdag rennen, een diner met een zekeren Fairfax, den Resident, en dansen. Zon dag trekken we naar het binnenland met pic nic. Maandag was ik van plan in den morgen ons gemak te houden om te bekomen van al die vermoeiende besognes. Ik stel voor een par tijtje golf te spelen, de aangenaamste methode om je nietsdoen te camoufleeren, door een sportpak aan te trekken en een jongen naast je te nemen, die je sticks draagt, 's Middags kon den jullie beiden enkele visites afleggen. Wij gaan dan eens kijken of de club nog bestaat. Je behoeft ze natuurlijk niet allemaal mee te maken en de vervelendste heb ik hier op een lijstje staan die kun je dus veilig ontloopen. Mrs. Snowden kijkt altijd naar diamanten, Mr. Richards praat alleen over roeien, miss Grace zingt heel aanstellerig en valsch, Debussy, en i3 boos, als je niet met Shelley dweept. Enfin, ik zal u van tevoren inlichten, dan kunt u zich in de taxi even gereedmaken naar de eischen van elk huis. Verder moeten jullie natuurlijk even je handteekening zetten in het gouden boek op het Gouvernementsgebouw. Liefst met een oorspronkelijke gedachte: „Geef den koning wat des konings is," of „A thing of beauty is a joy for ever, Stella Temple." „Jim," zei mrs. Temple, die al tweemaal ge* tracht had al de onbetamelijkheden van haar zoon met een paar scherpe woorden te ripostee ren, „ik vind je program allerverschrikkelijkst. Je valt me dus niet tegen. Maar ik zie gc«n kans dat allemaal af te werken." „Zoo denk ik er ook over, moeder. Wij zullen samen het meest belangrijke uitpikken, dat wil zeggen, die dingen, waarover u in Londen met eenig gezag zult kunnen praten. Maar deze jongelui vlassen er nu al op, om niets te mis* sen. Ik stel voor, dat we Dinsdag rustig naar Bunan terugkeeren en daar enkele dagen blijven om op verhaal te komen. Dan kunnen we met frisschen moed de kwellingen van Nieuwjaar toegemoet treden." 'Wordt vervolgd.).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 2