Tokio probeert het met een
admiraal
De bezoldiging van het
overheidspersoneel
Vi
ropenliefde
BETAALDE HULDE
Mijnhardtje
Zal Jonai meer
succes hebben?
Amerika als waakhond
JOZO
NEZO
Heden Hongaarsch
parlement bijeen
DrJ.B.HEENK5
ONDERHANDELINGEN
OVER VERHOOGING
HOEST
FAMEL
Buitenlandsch Overzicht
\/\kfk foc/f dia qriepwvj!
DINSDAG 16 JANUARI 1940
Doodelijke val
- .'I--:-'/
Zout uit eigen
bodem
De 5 pCt. korting op het
Bezoldigingsbesluit
Salaris-actie
Verdeeling
Reiger" van Caïro
vertrokken
Bezoek aan tempel bij Luxor
Bedrijfsleider
gevonnist
Drie schepen zoek
VERKOUDHEID
BRONCHITIS
SIROOP
Graaf Csaky zal spreken over de
conferentie te Venetië
Kantoorbediende stal
postzegels
In den loop van enkele jaren
10.000 ontvreemd
OVERTOCHT GESTREMD
m&J-
KOORTS POEDERS Ttctppoedar
Door Charles Bruce
Zooals wij reeds berichtten, bevatte
de vroeger beruchte „Tribune",
welke in de dagen der Volksfron-
terij slechts in naam democratisch ge
camoufleerd werd tot „Volksdagblad",
ter gelegenheid van den 60sten ver
jaardag van Jozef Stalin pagina's ge-
lukwensch-advertenties, waarin de „ge
liefde leider, helper en kameraad" als
de verlosser en de bevrijder van de
maatschappij werd gehuldigd. Stomp
zinnigheid, kwaadwilligheid en ver
dwazing lazen dezen ruiker van vaak
potsierlijke, maar soms ook ergerlijke
en in ieder geval van een ontstellend
gebrek aan Nederlandschen nationa-
len zin getuigende gelukwenschen te
zamen voor den roeden Tsaar van Mos
kou, op wiens bevel ontelbaren het le
venslicht werd uitgeblazen, lang voor
dat zij aan hun 60sten verjaardag toe
waren. Niet tevreden met den rijken
oogst van- advecteerende Stalinisten in
zijn kolommen, meende het „Volksdag
blad" ook redactioneel den cijns van
zijn knechtschap met vleierij aan den
onderdrukker der volkeren van de
Sovjet-Unie te moeten betalen. Het
schreef een artikel, waarin als verjaar
dagsgeschenk een tweetal resoluties
werd aangeboden: één aan Stalin,
den bolsjewistischen imperialist, die de
helft van Polen inpalmde en bolsjewi-
seert, de Baltische landen dreigend tot
een knieval dwong en thans Finland
onder de wals van zijn massamateri
aal zoekt te verpletteren, en één aan
den Finschen landverrader Kuusinen,
Stalin's marionet, die zich liet vinden
voor het minister-presidentschap van
een z.g.n. Finsche volksregeering, welke
echter in werkelijkheid slechts een vol
komen ondergeschikt filiaaltje van"
Moskou is. Dit fraaie geschenk-artikel
wenschte het Volksdagblad bij wijze
van perstelegram naar het Russische
persagentschap Inprekorr over te seinen,
opdat vadertje Stalin en zijn huurling
Kuusinen zich zouden kunnen verheu
gen over de geestdriftige sympathie der
„Nederlandsche arbeiders".
De Nederlandsche militaire auto
riteiten hebben echter terecht
een stokje gestoken voor dit on-
Nederlandsche communistische gedoe.
En David Wijnkoop werd natuurlijk
prompt op slag woedend. Op hoogen
toon stelde hij aan den minister van
Defensie vragen over het 'verbieden
van de verzending van het bewuste
perstelegram. Minister Dijxhoorn heeft
den heer Wijnkoop daarop afdoende
van antwoord gediend. Waar Neder
land noch de Sovjet-regeering. noch
haar maaksel de Kuusinenregeering
officieel heeft erkend of wenscht te er
kennen, maar de meest hartelijke be
trekkingen met de officieele en eenig
wettige regeering van Finland onder
houdt, zou het doorzenden van dit
communistische hulde-telegram door
deze laatste regeering beschouwd kun
nen worden als een onvriendelijke
daad. Bovendien bleek uit het ant
woord van den minister, dat het Volks
dagblad zijn telegrafische cadeautjes
niet eens betaald had, maar door den
geadresseerde wilde laten betalen.
Zouden Stalin en Kuusinen via de In
prekorr zich voor eigen rekening „spon
taan" door de Nederlandsche commu
nisten hebben willen laten huldigen?
Wij weten nu zoo langzamerhand wel,
hoe in sommige dictatuurstaten en
hun onderhoorigheden „spontane" hul-
debetoogingen worden georganiseerd.
In ieder geval hebben Wijnkoop en con
sorten zich met hart en ziel aan Stalin
en diens misdadig imperialisme ver
kocht, zoodat zij zelfs geen greintje
zuiver Nederlandsch rechts- en schaam
tegevoel blijken te hebben overgehou
den. Hoe lang zal Nederland nog op
zulke Nederlanders officieel prijs blij
ven stellen?
Te Apeldoorn is de gehuwde 55-jarige land
bouwer J. Montziaan door een luik van dén
hooizolder op de deel van zijn boerderij ge
vallen en later aan de bekomen verwondingen
bezweken.
Stuit die en
voorkomt erger door*
ft.
De echte zijn niet rond, maar hartvormig*
Sinds de Duitsch-Russische toenadering in
Augustus j.l. tot stand kwam, welke volgens den
toenmaligen Japanschen premier baron Hira-
noema de basis van Tokio's buitenlandsche po
litiek volkomen vernielde, schijnt de Japansche
politiek den koers te zijn kwijt geraakt. Gene
raal Abe volgde eind Augustus Hiranoema als
premier op en kreeg tot taak het binnenland-
sche front te reorganiseeren, een Centrale Chi-
neesche Regeering te vormen onder leiding van
den door den Kwomintang uitgestooten gene
raal Wang Tsjing Wei, en met Amerika tot
overeenstemming te komen over een nieuw han
delsverdrag. Het is Abe niet gelukt dit program
volgens de wenschen van het parlement uit. te
voeren. Nauwelijks was hij een maand aan het
bewind of hij kwam in conflict met het per
soneel van het ministerie van Buitenlandsche
Zaken over de vorming van een nieuw minis
terie van Handel. Het personeel verzette *%ieli
niet zoozeer tegen de vorming van zulk een
ministerie ais wel tegen het feit, dat de pre
mier in kwesties die op den buitenlandschen
handel betrekking hadden niet de gewone di
plomatieke procedure wenschte te volgen. Abe
kon zijn kabinet slechts redden door volledig
aan de eischen van het personeel, dat voor het
grootste gedeelte reeds ontslag had genomen,
toe te geven. Zijn binnenlandsche politiek stuit
te eveneens van begin af aan op verzet, vooral
de Landdagafgevaardigden uit agrarische ge
bieden uitten herhaaldelijk hun groote onte
vredenheid over zijn beleid.
In de vier en een halve maand, dat het
kabinet-Abe aan het bewind is geweest is er
vrijwel geen week voorbijgegaan zonder dat er
berichten verschenen, dat de centrale Chinee-
sche regeering onder Wang Tsjing Wei op het
punt stond gevormd te worden. Of het nu aan
Wang ligt of aan Tokio, een feit is, dat er tus-
schen beide nog steeds geen overeenstemming
is bereikt. Het derde punt van Abe's program,
verlenging of vernieuwing van het handelsver
drag met Amerika, dat 26 Januari a.s. afloopt,
is eveneens een fiasco geworden. Het valt dus
niet te verwonderen, dat het meerendeel der af
gevaardigden in het parlement geen vertrouwen
meer in het kabinet-Abe stelde en zijn heen
gaan eischte. Thans is er een nieuw ministerie
gevormd onder leiding van admiraal Mitsoesama
Jonai.
Na een generaal krijgt een admiraal, na een
vertegenwoordiger van het leger krijgt een ver
tegenwoordiger van de vloot de macht in han
den. Betrof het hier niet Japan dan zou men
aan dit verschil niet veel aandacht wijden,, maar
in de Japansche politiek spelen deze twee groe
pen altijd een belangrijke rol en de wedijver
tusschen beide is zeer groot. Over het algemeen
kan men zeggen, dat het leger meer radicaal,
de marine meer conservatief is. De iaatste ja
ren trad vooral het leger op den voorgrond, de
vloot hield zich buiten de politiek en de afsjAe-
gelingen hiervan zag men in de kabinetten te
Tokio.
De benoeming van den 61-jarigen admiraal
Jonai kwam geheel onverwacht, maar heeft in
politieke kringen een gunstigen indruk gemaakt
Of het waar is, wat Reuter onmiddellijk na
zijn benoeming seinde, dat de nieuwe premier
een vriend der democratieën en een tegenstan
der der totalitaire regimes is, zal men nog moe
ten afwachten. Ook hier kon wel eens de vWnscin
de vader van de gedachte zijn. De nieuwe mi
nister van Buitenlandsche Zaken, Arita, be
kleedde dezelfde functie in het kabinet-Hira-
noema en had toen de leiding bij het incident
van Tientsin tegen de Engelschen.Arita heeft
dus tot nu toe allerminst blijk gegeven een
vriend der democratieën te zijn. Ook de nieuwe
mannen te Tokio zullen wel een politiek voe
ren, welk uitsluitend gericht is op eigen belang.
En dat beteekent momenteel: een zoo voordee-
lig mogelijke liquidatie van den strijd in China
en een nieuw handelsverdrag met de Ver. Sta
ten of ten minste een modus vivendi. Het za.1
trachten buiten het Europeesch conflict te blij
ven, en zich daarom met geen enkele groep
van mogendheden, hetzij met de Geallieerden,
hetzij met Duitschland en Rusland, al te eng
verbinden. De benoemingen trouwens van der
premier en den minister van Buitenlandsche
Zaken wijzen reeds aan fn welke richting de
Japansche politiek zal werken. Jonai is een
voorstander van een gematigde politiek tegen
over Washington en Arita is een beroepsdiplo
maat, die als een specialist in Chineesche zaken
wordt beschouwd.
Washington verwacht, dat het nieuwe Ja
pansche ministerie de pogingen om tot een
accoord te komen inzake het handelsverdrag
met de Ver. Staten zal verdubbelen. Tokio za;
dan echter grooteie concessiès moeten doen
dan het openstellen van den Jangtse voor bui
tenlandsche schepen. Zoolang er in China eer.
machtig Japansch leger verblijft, stelt men
weinig vertrouwen in de Japansche beloften. De
Ver. Staten willen eerst een duidelijk bewijs zien
van goeden wil. Eerst daarna valt er over
een handelsverdrag te praten. Sinds het uit
breken van den oorlog in Europa is Amerika in
het Verre Oosten de eenige macht, die Japan
in bedwang kan houden. Als een waakhond
beschermt het zijn eigen belangen en die van
Engeland en Frankrijk. Tot dusver is gebleken
dat Japan niet graag kennis maakt met zijn
scherpe tanden.
het blanke, fijne keukenzout,
dat 'n niet te proeven spoortje
jodium bevat (de beste waarborg
tegen struma!) Perpondspak8 ct.
hetzelfde fijne keukenzout zonder
jodium.Door geen menschenhand
aangeraakt. Per kilopak: 13 ct.
TAFELZOUT
Stééds droog en goed vloeiend.
Ideaal op tafel! Bus van 340 gr.:
15 ct. Bus van 200 gr.: 10 ct.
Gevulde strooier 10 ct.
N.V. KON. NED. ZOUTINDUSTRIE - BOEKELO
Nu de regeering onlangs de steunnormen
in verband met de geategen kosten van het
levensonderhoud met 5 pCt. heeft verhoogd,
rijst de vraag, wat hiervan de consequentie
zou kunnen, resp. zou behooren te zijn ten
aanzien van het algemeen loon- en salaris
peil van het personeel in overheidsdienst.
Immers de loonen en salarissen van het
personeel in dienst van de overheid hebben
sinds eenige jaren een zoodanig laagtepunt
bereikt, dat het velen reeds tot de meening
heeft gebracht, dat de grens van het toe
laatbare overschreden is. Anderen zagen de
situatie nog niet zoo somber in, maar toch
heeft de Amsterdamsche wethouder voor
de Arbeidszaken, mr. G. Kropman, ervan
verklaard, dat' de bezoldiging van werklie
den en ambtenaren het uiterst toelaatbare
ethische minimum bereikt had.
Dit punt was bereikt vóór de oorlog uitbrak
en in zijn gevolg de verhoóging van het levens
peil met zich meebracht. Door den werkloozen-
steun met 5 pCt. te verhoogen, heeft de re
geering deze verhooging der kosten van het le
vensonderhoud erkend. Men vroeg zich dus aan
stonds af, wat hiervan de gevolgen voor de be
zoldiging van het overheidspersoneel zouden
zijn. Met de bovenstaande feiten voor oogen,
kan men thans de redeneering opzetten, dat
indien de bezoldiging van het overheidspersoneel
vóór de stijging der kosten van het levens
onderhoud zich op het uiterste minimum be
vond, zij er thans onder geraakt is. Zooals mei;
uit een bericht in ons blad heeft kunnen lezen,
heeft bij de regeering een afwijkende meening
post gevat en is zij van oordeel, dat er vóor-
loopig van een verhooging der loonen en sala
rissen geen sprake kan zijn. Het is echter geen
geheim,'dat onder de ambtenaren, zoowel van
het rijk, als van provincie en gemeente, de
overtuiging algemeen is, dat de bezoldiging
zooals die thans geldt, herziening in. gunstigen
zin dringend noodzakelijk maakt. En het is ook
bekend, dat er in dit opzicht tusschen de vak
centrales van overheidspersoneel en de re
geering reeds geruimen tijd onderhandelingen
gaande zijn.
Om het standpunt der ambtenaren beter te
kunnen beoordeelen, hebben wij in de kringen
van het katholieke overheidspersoneel inlich
tingen ingewonnen. Men vestigde er onze aan
dacht op, dat de actie, welke thans gaande is,
geheel langs vreedzamen weg en in perfecte
samenwerking tusschen de vakcentrales van
verschillende richtingen gevoerd wordt. Voorts
herinnerde men ons eraan, dat de loon- en sa
larispositie der ambtenaren, onverschillig of
deze in. 's Rijks dienst zijn dan wel in dienst
van provincie of gemeente, geheel beheerscht
wordt door de regeering, die de lagere publiek
rechtelijke organen genoopt heeft het peil der
door hen betaalde loonen en salarissen gelijk te
schakelen met het door het Rijksbezoldigings
besluit ingestelde niveau, daar de regeering
een volstrekt uniforme regeling voor heel het
personeel in overheidsdienst gewenscht achtte.
Het Rijksbezoldigingsbesluit, dat uit betere
tijden dateert, is nog altijd van kracht, maar
toen de regeering zich in September 1935 voor
de noodzakelijkheid gesteld zag. met ingang
van 1 Januari 1936 op de wedden en loonen van
het Rijkspersoneel een bedrag van 10 millioen
te bezuinigen, werd op de geldende wedde- en
loonbedragen een korting van 5 pCt. toegepast,
terwijl lagere organen gedwongen werden hun
bezoldigingen daarmee in overeenstemming te
brengen. Deze korting bestaat ook thans nog,
en de gemeenten en provinciale besturen heb
ben zich hieraan te houden. Van de zelfstandig
heid dezer organen is op dit stuk, zoo men ziet,
practisch niets meer overgebleven, want zelfs
gemeenten en provinciale besturen, die nipt
noodlijdend zijn, mogen niet van den maatstaf,
welke> gevormd wordt door het Rijksbezoldi
gingsbesluit, afwijken. Hieraan wordt in Den
Haag uiterst streng de hand gehouden. Ieder
besluit, dat door een gemeente genomen zou
worden om van deze regeling af te wijken in
een voor de ambtenaren en werklieden gunsti
gen zin, zou onherroepelijk aan de Kroon ter
vernietiging worden voorgedragen. De eenige
methode, die er voorshands bestaat om een voor
het overheidspersoneel gewenschte verbètering
te verkrijgen, is te trachten door onderhande
lingen de regeering te doen zwichten.
Nu de regeering erkend heeft, dat de ver
hoogde kosten van het levensonderhoud een
verhooging van de stcunuitkeering met 5
pCt. noodzakelijk maakten, heeft ook het
rijkspersoneel het verlangen geformuleerd
om het Rijks bezoldigingsbesluit op het oude
peil terug te brengen en daarmee de crisis
korting van 5 pCt. ongedaan te maken.
Het personeel in dienst van provincie en
gemeente ondersteunt dc'ze actie, omdat,
zou de 5 pCt. korting van het Rijksbezoldi
gingsbesluit verdwijnen, daarmee het pla
fond, dat de regeering heeft aangebracht in
de bezoldiging door de lagere organen, ook
even zooveel verhoogd zou worden. Hiermee
is nog geenszins gezegd, dat op staanden
voet de regeering erin zou toestemmen, dat
ook provincie en gemeente de loonen en sa
larissen in het algemeen met 5 pCt. zouden
verhoogen, maar het is duidelijk, dat de la
gere organen hierop een zekere aanspraak
zouden kunnen laten gelden. Er zou ten
minste voor hen ruimte gekomen zijn, en
daarvan verhoopt men dan binnen afzien-
liaren tijd een gunstige uitwerking.
Trouwens of inderdaad een algemeene ver
hooging met 5 pCt. van de loonen der werk
lieden en de salarissen der ambtenaren zoo ver
kieslijk zou zijn, daarover kan men nog van
meening verschillen. Het is een speciale ka
tholieke wensch, dat allereerst de positie van
de laagst bezoldigden en van de groote gezinnen
herzien zal worden en dit strookt ook geheel
met het oordeel van een college als het dage-
lijksch bestuur der gemeente Amsterdam,
waarvan de wethouder voor de Arbeidszaken
mededeelde, dat wanneer er een verhooging
van de bezoldiging aan de orde mocht komen,
daarbij in de eerste plaats gedacht zou moeten
worden aan deze beide categorieën. Terecht,
zoo meent men in katholieken kring, want om
maar te blijven bjj een stad als Amsterdam,
daar zijn de gehuwde werklieden in totaal
reeds tusschen de 16 en 28 pCt. gekort. Dit
neemt natuurlijk niet weg, dat in' andere
plaatsen de situatie ook kan verschillen, maar
daarin schuilt een reden te meer om nog nader
te bezien op welke wijze de lagere organen de
ruimte, mochten zij déze verkrijgen na het
herstel van het oorspronkelijke Rijksbezoldi
gingsbesluit, het beste zouden kunnen ge
bruiken.
Vooreerst is dus dit herstel de inzet van
de onderhandelingen. En daarbij hoopt men
ten zeerste, dat de regeering zich alsnog
bereid zal verklaren tot inwilliging van dit
verlangen, dat terdege geargumenteerd
wordt in een volkomen normaal en rustig
gevoerde actie. De vakcentrales werken
samen, de regeering staat tegenover een
partij, die precies weet wat zij wil en waar
van de leiders hun leden thans nog geheel
in de hand hebben. De regeering wil rust
en het land heeft behoefte aan rust. Maar
indien er niets gedaan zou worden, dan moet
men vreezen, dat de toestand niet altijd zoo
kan blijven. De toestand dringt om ver
betering. Een groeiende ontevredenheid moet
onvermijdelijk leiden tot een straffere actie
met de daarmee gepaard gaande onrust,
die tot een herhaling van de situatie 1914—
1918 zou kunnen leiden, welke situatie de
regeering niet wenscht en die het overheids
personeel evenmin wenscht. Welnu, men
hoopt, dat de regeering zal inzien, dat er
iets gedaan dient te worden en de overtui
ging zal winnen, dat de wenschen van het
overheidspersoneel onder de thans heer-
schende omstandigheden geenszins overdre
ven te noemen zijn.
Hét toestel van de K.L.M., dat op weg is
naar Zuid-Afrika. de „Reiger", is vanmorgen te
5.35 uur Amsterdamsche tijd van Cairo vertrok
ken naar Luxor.
Te Caïro zijn de heeren van Veen en Kreek
als passagiers ingestapt.
De „Reiger" heeft te Luxor een tusschenlan-
ding van drie kwartier gemaakt. Daarna ver
trok het toestel naar Wadi Haifa, waar het om
11.30 uur Amsterdamschen tijd zou landen.
Een nader radiobericht van boord van de
„Reiger" meldt, dat het toestel om 7.50 uur
(A.T.) te Luxor is geland en daar is gebleven
tot 9.40 uur (A.T.). Tijdens dit oponthoud
brachten de luchtreizigers een bezoek aan den
beroemden tempel in de omgeving van de stad.
Het toestel volgde af en toe den Nijl. Men kon
o.a. de stuwdammen zien. Om 11.30 uur arri
veerde de „Reiger" op het vliegveld van Wadi
Haifa.
Voor de Alkmaarsche rechtbank heeft verle
den week terecht gestaan de gewezen bedrijfs
leider van de West-Friesche Autocaronderne
ming, N. K., die in den loop van de laatste ze
ven jaren een pedrag van ongeveer f 9600 had
verduisterd ten nadeele van genoemde firma.
K., die een onbeperkt vertrouwen genoot, nam
voor de firma elke maand 'geld op voor aankoop
van wegenbelastingkaarten, maar telkens veel
meer dan hij daarvoor noodig had. Hij kon
dit zoolang volhouden, omdat er niet de minste
controle op zijn handelingen was.
De officier van Justitie had twee jaar gevan
genisstraf geëischt tegen K., die een volledige
bekentenis had afgelegd. De Alkmaarsche recht
bank veroordeelde N. K. thans tot 1 jaar
gevangenisstraf.
De drie stoomschepen van de firma
Koppe, n.l. „Friesland", „Holland" en „IJssel",
die gisteren uit Amsterdam vertrókken zijn met
bestemming Zwolle, zijn ergens op het IJssel-
meer blijven steken.
Zij waren vanmorgen onvindbaar. Door den
sneeuwstorm en de aangekondigde nieuwe vorst
periode is de positie der drie schepen niet
zonder gevaar. Overwogen wordt de schepen met
ijsbrekers te bevrijden, nadat vooraf de plaats
van de schepen is vastgesteld door waarnemin
gen uit de lucht. In dit verband is het waar
schijnlijk, dat de hulp van de K.L.M. wordt in
geroepen.
Sedert meer dan 30 jaar wordt
Siroop Famel door doktoren
gewaardeerd als een betrouw
baar geneesmiddel ter bestrij
ding van aandoeningen der
ademhalingsorganen.
Kleinè flacon f 1.15 Groote flacon f 1.90
BOEDAPEST, 16 Januari (Havas). Na
een reces van vier weken komt het Hon-
gaarsche parlement vandaag opnieuw bij
een. De minister van Buitenlandsche Zaken,
graaf Czaky, zal een uiteenzetting geven van
den internationalen toestand, alsmede van
de besprekingen te Venetië.
Het gerucht gaat dat de regeering alge
meene verkiezingen zal doen houden in
Opper-Hongarije, dat onlangs aan Hongarije
is toegevoegd.
Het orgaan van de regeeringspartij publiceert
een artikel van de hand van graaf Csaky, onder
den titel „Ontmoeting te Venetië". De minister
schrijft hierin:
„De onderhandelingen beperkten zich tot het
constateeren van een volmaakte harmonie,
welke op verheugende wijze bestaat tusschen de
politiek van Italië en Hongarije. Met groeiende
voldoening hebben we kunnen zien, hoeveel be
lang Italië hecht aan een sterk Hongarije, dat
in staat is zijn eigen onafhankelijkheid tegen
iedereen te verdedigen en zoo zijn bestaan en
ontwikkeling te verzekeren. Hongarije kent geen
probleem, waarvan een goede oplossing door
Italië niet noodzakelijk wordt geacht. De keuze
van het juiste oogenblik hangt van de omstan
digheden af. De belangen van Hongarije zijn
in volkomen overeenstemming met de belangen
van geheel Europa. Het onderhoud te Venetië
wap tegen niemand gericht. Het doel was zoo
spoedig mogelijk een werkelijken constructie
ven vrede in Midden- en Zuidoost-Europa te
verzekeren.
De betrekkingen van Italië en Hongarije met
Joego-Slavië zijn uitstekend, evenals de betrek
kingen, welke zij met Duitschland onderhouden.
Met de groote westelijke mogendheden worden
correcte relaties onderhouden. De geheele we
reld voelt, welk een ernstige garantie de Ita-
liaansch-Hongaarsche samenwerking biedt voor
de isolatie van den oorlog en later voor een
waarachtigen en duurzamen vrede."
Een postzegelhandelaar te 's-Gravenhage
kreeg dezer dagen een pakket thuis bezorgd,
waarin een groote partij nog niet gebruikte Ne
derlandsche postzegels. De nominale waarde
was ongeveer 180.en de partij bestond uit
2500 postzegels van 5 cent en verder zegels van
714, 10, 1214, 15 en 20 cent. Het pakket was af
komstig uit Eindhoven en de afzender vroeg
den postzegelhandelaar in een begeleidend
schrijven of hij voor deze zending interesse had.
De afzender schreef er bij, dat hij op dit ter
rein vroeger reeds zaken had gedaan met een
anderen Haagschen postzegelhandelaar, die on
langs naar Amerika is verhuisd.
De postzegelhandelaar vertrouwde het zaakje
niet en hij stelde de Haagsche recherche met
een en ander in kennis. Rechercheurs van den
centralen opsporingsdienst reisden naar Eind
hoven, waar bleek, dat de afzender een 25-jarige
kantoorbediende was, werkzaam bij een groote
firma in 's-Hertogenbosch. Het in Den Bosch
ingesteld onderzoek wees uit, dat de kantoor
bediende de naar Den Haag gezonden postze
gels had ontvreemd. In den loop van enkele
jaren moét hij kans gezien hebben om ten na
deele van de firma, waarbij hij werkzaam was,
circa 10.000 zegels te ontvreemden. De Haagsche
recherche heeft den ontrouwen kantoorbediende
ter beschikking gelaten van de politie in 's-Her
togenbosch.
De A. N. W. B. heeft bericht ontvangen, dat
de overtocht bij Lexkesveer (Wageningen) door
den ijsgang is gestaakt.
ook bij pej-iociieke. pijnen, voor
vrouwen een uitkomst.
86
ut hard nauwelijks Simuk's vriendelijken, ge
niststellenden glimlach bemerkt. En aanvanke
lijk was het haar geheel ontgaan, dat een reepje
verfrommeld papier in haar handen werd ge
stopt Werktuigelijk had ze het opengevouwen.
Toen was door Desmonds handschrift, dat haar
verzeteht de draagster volkomen te vertrouwen
en de mogelijkheid van een spoedige redding niet
uit het oog te verliezen, een regenboog aan haar
donkeren hemel gekomen en zij had zich in een
vreeselijke huilbui op het ruwe bed geworpen.
In dien schier eindeloozen tranenstroom nad ze
verlichting gevonden. Vreugde blonk er in door
na haar martelaarschap van vrees en bang ver
wachten. Al de kracht, al de- moed, die haar
gedurende de lange uren van haar eenzaamheid
telkens weer hadden gesterkt en opgericht
schenen haar te verlaten, nu ze eindelijk be
sefte. dat ze niet langer alleen was. De druk
der verlatenheid werd eindelijk opgeheven en
ze voelde, dat ze ten slotte moest toegeven aan
de moordende afmatting, waartegen ze zoo lang
had weten stand te houden.
Toen ze daar lag uitgestrekt, in een paroxysme
van zwijgend voorthuilen, voelde ze Simuk's
vriendelijke vingers, die hadr vermoeide leden
uitstrekten en door een zeer kundige masage
weer gevoel brachten in haar krampachtig
samengetrokken beenen. De pijn in haar voeten,
die vol schrammen zaten en gezwollen waren
van den ongewonen tocht door de jungle, werd
met verkoelende windsels heerlijk verzacht en
een geurige kop bouillon maakte haar warm
en sterk. Simuk's fluisteringen schenen haar
vertrouwen in te willen spreken en gewillig
was ze onder de dekens gekropen om aan de
hevig vertoornde natuur den tol van den slaap
te betalen.
Vanuit een oneindige verte kwamen nu weer
fluisterstemmen tot haar. Het waren onbekende
woorden, waarvan ze de beteekenis niet kon
vatten. Iemand schudde haar en trok haar
tamelijk hardhandig heen en weer. Wat be-
teekende dit allemaal? Als een voobijschietend
licht kwam het plotseling in haar op, waar ze
zich bevond, en met een gil riep ze zich wakker
naar de verschrikkingen, die haar weer te
wachten stonden. Doch een zachte hand sloot
haar lippen en het zachte fluisteren, dat haar
oor nu bereikte, herinnerde haar aan Simuk.
In haar hand had ze nog steeds Desmond's
briefje omklemd. Het krakend papier scheen
haar zijn boodschap toe te fluisteren. Ze keerde
zich om en zag naar Simuk.
De kleine kamer was een beetje verlicht door
den rooden gloed van een stervend vuur. Ze
kon duidelijk zien, dat Simuk's gezicht strak en
ernstig stond en ze vermoedde dat er iets aap.
de hand was, dat haar beiden betrof. Een
sterke arm hielp haar overeind en éven zwaaide
ze duizelig heen en weer.
„Vlug, missy," fluisterde Simuk, hoewel
wetend, dat Stella haar niet zou verstaan.
„Vlug! De maan zal spoedig opkomen en bfjna
alle mannen zijn dronken. We moeten nu
vluchten."
Ze reikte Stella een donker hemd over van
een inlandsche vrouw met een bonte sarong en
gaf door gebaren te kennen, dat ze die aan
moest trekken over haar rijpak met bretels.
Geluidloos schoof ze den houten grendel van
de deur weg en met de vingers op de lippen
deed ze omzichtig enkele passen naar buiten.
Toen kwam ze weer terug. Ze bukte zich heel
laag en haalde van onder de mat, waarop
Stella had geslapèn een bot junglemes te voor
schijn. Ze zocht met haar vingers naar de
dunne rottingtakken, die de ronde stammen,
waaruit de wanden waren opgetrokken verbon
den en na een oogenblik viel een paneel voor
zichtig op den grond.
Stella had alles met groote verwondering
aangezien, totdat nu ineens de volle beteekenis
tot haar doordrong. Ontsnappen? Vrijheid?
Zou het mogelijk zijn? Een oogenblik nog aar
zelde zij. Was het wellicht een nieuwe truc, een
fist van die duivelsche inlanders, om haar nog
verder in de ellende te sleepen? Ze keerde terug
naar het bed en daar in de volledige duisternis
kwamen Desmond's woorden als vlammende
teekenen tegen den donkeren wand van de kleine
kamer. Wat had hij gezegd:
„Vetrouw de draagster van dit briefje en doe
alles was zij je aanraadt."
Wat Simuk dus van plan mocht, zijn, zij zou
haar gehoorzamen.
Simuk knikte haar toe. Ze was met haar werk
gereed en had zich nu weer tot het blanke
meisje gewend. De zwarte vlek omlijst door de
donkerbruine wanden, zag er terugstootend uit.
In de fluisterende jungle daarbuiten hing een
gevoel van leegte, waar wel duizend gevaren
huisden. Dit was ook wel een gevaar, maar het
was, alsof binnen de nauwe begrenzing van deze
vier wanden, de gevaren slechts stuk voor stuk
konden komen. Al den tijd, dat ze daar in haar
hoek had gezeten had Stella steeds de overtui
ging gehad, dat ze als man tegen man tegenover
het gevaar zou komen te staan. Simuk keek
haar nog even aan, kroop toen met een lenig
bewegen van haar slanke lichaam door het gat.
Ze bukte zich, glimlachte even en knikte Stella
toe, haar te volgen. Even later was er weer niets
dan het zwarte vierkante stuk. Nog een oogen
blik van weifeling. Stella vatte al haar moed
te zamen en volgde haar. De nachtwind was
koud in de zwoele atmosfeer van de benauwde
kamer. Ze beefde over haar geheele lichaam toen
ze neergehurkt voor de zwarte opening zat. Ze
keek naar beneden om den afstand- te kunnen
schatten. Het was zoo duister, dat ze niets kon
onderscheiden. Een hand greep een van haar
neerbengelende beenen. Ze slaakte een onder
drukten kreet van schrik. De fluisterstem van
een vrouw stelde haar weer gerust. Met een kort
schietgebed liet ze zich gaan. Veerend viel ze
op den grond. Simuk greep haar onmiddellijk
bij haar arm en nam haar mee naar een plaats
in de schaduw van hèt huis. Ze luisterde scherp.
Er was geen onderbreking in het drummen van
de gong, geen pauze in dén wilden krijgszang.
Geen alarmkreet werd gehoord, ten teeken dat
hun ontsnapping was bemerkt. Twintig meter
verder ontdekte men de lage zwarte vlek van
de dichtbegroeide heg, die het platgetrapte erf
van de jungle afsloot. Simuk nam Stella weer
bij haar arm en, leidde haar snel in het open
veld. Hun bloote voeten maakten geen geluid en
ze bewogen zich als spoken door den stillen
nacht. Er was een schijnsel in de lucht, het
eerste teeken van het witte licht dat de maan
spoedig over de aarde zou uitstorten. Ze moesten
zich haasten, wilden ze de dichtbegroeide jungle
bereiken, voordat de nachtkoningin boven de
heuvels zou verrijzen.
Een lichtere, buigende schaduw in het donkel
en het schuifelen van bladeren langs haar
voeten, waren voor Stella het teeken, dat men
het. slingerpad had bereikt, dat naar de rivier
voerde. Hoe herinnerde ze zich nog, met welk
een wanhoop ze zich eindelijk langs dit pad
had laten meesleuren. Later waren daar de
kwellingen van overmoeidheid, stukgeloopen
voeterf bij gekomen.
Eiken stap naar boven, eiken decimeter dien
met vorderde tegen de steilte waarboven het huis
stond, dat haar gevangenis zou worden, had
ze de smarten doorstaan, die zich alleen maar
laten beschrijven door ondervinding. Ze had
soms het gevoel dat haar longen zouden bar
sten, als ze weer naar adem zocht. Maar als ze
even stil hield om wat op streek te komen
wachtten haar nièuwè verschrikkingen. Eenmaal
had ze het gewaagd en onmiddellijk hadden
grijnzende kerels hun handen naar haar uit
gestoken. Ze hadden haar geduwd en gesleurd
en meer dan de koorts in de opengereten voe
ten, brandden de plekken, waar die bruine
handen haar hadden aangevat.
Ze stootte haar voet tegen een dwars over het
pad liggenden tak en dit bracht haar weer tot
de werkelijkheid terug. Het verleden was nu
voorbij en ze moest haar geest geheel instellen
op wat komen ging. Haar ware taak was nu
eerst begonnen. Het zou al haar doorzettings
vermogen en haar wilskracht kosten om tot het
beslissende einde vol te houden.
Driekwart van den langen tocht naar beneden
waren reeds veilig afgelegd, toen Simuk in
hield, haar een enkel woord toefluisterde, dat ze
echter niet begreep, en toen naar iets zocht
onder een struik opzij van het pad. Vanuit die
schuilplaats sleepte ze Stella's rijlaarzen te
voorschijn, die ze in Ansokol's kamer had zien
liggen. Ze begreep, dat ze goed van pas zouden
komen om sneller te kunnen loopen en de achter
volgers dus zekerder te kunnen-vermijden. Daarbij
had ze wel gezien, dat eiken stap, dien Stella
met haar ongeschoeide, verwonde voeten, moest
doen, een kwelling op zich beteekende. Er was
heel wat moed en omzichtigheid voor noodig
geweest om het juiste oogenblik af te
wachten en toen vastberaden haar kans waar te
nemen. Maar ze was er in geslaagd om de laar
zen hier te verstoppen, waar niemand ze ooit
zou vinden.
(Wordt vervolgd.)