Vouioe E
Rome op suiker-rantsoen
I
Een trieste herdenking van den
30sten Januari
HOLLAND OP Z'N
SMALST
R^fcSLAND
1
Hitler's rede in het
Sportpalast te
Berlijn
Tweede phase van den
oorlog begonnen
De Adelaar contra
den staat
1
GIRALDA GEZONKEN;
BEMANNING KWAM OM
Wij Romeinen
TREKEERSTEVEN
JE MELKJE MN"
BEATRIX
Buitenlandsch Overzicht
VOLKENBONDSCOMITE'S
KOMEN NMR DEN HMG
Voordelig
FIXLA.VIW LOT
xxHin friesche
HEEREN-BAAI
ANTON HUNINK
WOENSDAG 31 JANUARI 1940
Ander Britach schip Bancreat
bij Schotland in nood
Roosevelt vraagt om
een verjaarscadeau
rr
K.L.M.-VLUCHT NAAR URK
I
éen
fye 'uyelden fhul-
Volgende week besprekingen
over economische, sociale
en financieele vragen
Het lidmaatschap van dr. Colijn
Duitsche zomertijd
op 1 April
Brand op Amerikaansch
vliegtuigmoederschip
Saradjogloe reist naar
Belgrado
De ,,Ajax" te Plymouth
Britsch protest tegen
Wingsang-aanhouding
Brazilië neemt de
Condor-lijn over
Rechter verklaart zich onbevoegd
van de vordering kennis te nemen
Gevaarlijke wegen in
het Zuiden
HET FINSCHE ROODE KRUIS
Wanneer Holland op de smalle
ijzers zwiert, laat het zich ge
woonlijk kennen van zijn meest
breeden, royalen, jovialen en sportieven
kant, maar het beschamend slot van
den Elfstedentocht heeft een leelijke
inbreuk gemaakt op dezen goeden regel.
De afspraak, welke de vijf sterkste
schaatsers te Dokkum maakten om geza
menlijk en tegelijk door de finish te
Leeuwarden te gaan, was in zich onjuist,
omdat het hier een wedstrijd gold, waar
in ongelijkwaardige krachten zich met
elkander moesten meten om de indivi-
dueele waarde van elke kracht overeen
komstig haar praestatie vast te stellen.
Zelfs al zouden de krachten van de vijf
schaatsers volkomen gelijk en verre su
perieur aan die der andere mededingers
zijn geweest, dan nog zouden wij deze
afspraak niet hebben kunnen billijken,
omdat door zulk een afspraak het risico
van eiken wedstrijd bestaande in onvoor
ziene omstandigheden bij voorbaat wordt
uitgesloten. Wij weten wel, dat bij de
wieier- en de bokssport soms zulke af
spraakjes meer voorkomen, maar dat
heeft de waardeering voor de sportiviteit
van deze sporten dan ook in ernstige
mate doen dalen. Strikt genomen was
dus geen der vijf schaatsers aan deze
onjuiste afspraak, ook al werd zij aller
minst geheimzinnig, maar openlijk
gemaakt, gebonden, maar zij, die
op het laatste moment zich van die af
spraak losmaakten om het eerst door de
finish te gaan, hebben dubbel verraad
aan de sportiviteit gepleegd, omdat zij
een overwinning wilden behalen met be
hulp van een ondeugdelijk middel. Wij
begrijpen de uitspraak van de jury dan
ook geenszins. Zij had zich ófwel op het
standpunt moeten stellen, dat zij met
onderlinge afspraken van dé mededin
gers niets te maken had en eenvoudig
den eerstaankomende tot overwinnaar
moeten uitroepen, ófwel zij had de vijf
afsprekers op grond van hun afspraak
moeten disquaiificeeren en den eerstaan-
komenden wezenlijk vrijen mededinger de
zege moeten toekennen. Wat thans ge
beurd is, kunnen wij in geen enkel op-
zicöt bewonderen en dit te minder nu
het heeft plaats gevonden bij den ook in
het buitenland belangstelling wekkenden
Elfstedentocht, die zoo zelden kan wor
den gehouden. Er is hier bij enkele deel
nemers een gebrek aan sportieve fairness
aan het licht gekomen, dat onmogelijk
ons aanzien naar buiten goed kan doen.
Wij betreuren dit ten zeerste en had
den liever gezien, dat zij, die zich daar
aan schuldig maakten, gestraft in plaats
van beloond waren geworden.
LONDEN, 31 Jan. (Havas) Bij de Or
kaden is gisteren het 2168 ton metende sa.
„Giralda" uit Leith gezonken. De 16 opva
renden begaven zich in een kleine boot, die
echter op een kwart mijl van de veilige
haven omsloeg, met het gevolg, dat de
mannen om het leven kwamen.
Verder wordt bericht dat het 4450 ton me
tende Britsche sa. „Bancrest" noodseinen heeft
uitgezonden. Het deelde mede dat het bij de
noordkust van Schotland in nood verkeerde. Een
ander schip haastte zich hulp te verleenen.
Men meent te weten dat de opvarenden, op
één na. zijn gered.
Een reddingsboot aan ae oostkust heeft
getracht zeventien opvarenden van twee te
Huil thuisbehoorende treilers, die door
Duitsche vliegtuigen waren gebombardeerd,
op te sporen. De boot is nog niet terugge
keerd. Vijftien andere opvarenden dezer
treilers waren eerder aan land gekomen.
Omtrent het opueuen van de Duitsche lucht
macht boven de Noordzee meldt het D. N. B
uit Berlijn nog. dat groepen Duitsche vliegers
ook in den loop van 30 Januari verkennings
vluchten gemaakt hebben boven de Noordzee
en de En elsche kust, van de Orkaden tot aan
de monding van de Theems. Daarbij werden
wederom zeven gewapende koopvaardijschepen
tot zinken gebracht, een achtste zwaar en ver
scheidene andere licht beschadigd. Bovendien
werden twee Britsche voorpostschepen tot zin
ken gebracht. Ondanks zeer krachtig lucht-
afweervuur van alle aangevallen schepen en
ondanks het optreden van talrijke vijandelijke
jachtloestellen wordt 'lechts één eisten vlieg
tuig verre'"
In wei4iig€4ic*ite siuiaui tc j^onoen ver
klaart men volgens Reuter geen enkele
bevestiging te hebben van de Duitsche me-
dedeeling als zouden bij den luchtaanval
van Dinsdag zeven gewapende Britsche,
schepen en twee patrouillevaartuigen tot
zinken zijn gebracht en een ander schip
zwaar beschadigd zijn.
WASHINGTON 31 Jan. (Havas). Roosevelt
heeft gisteren, ter gelegenheid van zijn 58en
verjaardag, een boodschap gericht tot het Con
gres, waarin hij goedkeuring vraagt voor credie-
ten tot een bedrag van TA tot 10 millioen dollar
voor den bouw van een vijftigtal ziekenhuizen
in staten of steden, waar dergelijke inrichtingen
noodig zijn. doch waar de plaatselijke financiën
den bouw er van niet toestaan. Elk dezer zieken
huizen zou worden uitgerust met een honderdtal
bedden Aldus zou de verpleging van mannen,
vrouwen en kinderen tegen geringe vergoeding
en zeifs kosteloos mogelijk gemaakt wordén.
9
•JOUBE
H
Het land van de elfstedentocht en van
D E. Echte Friesche Heeren-Baai. Beide
zijn beroemd; de elfstedentocht als een
zeer bijzondere sportprestatie. D.E. echte
Friesche Heeren-Baai door haar bijzondere
melange die „Wolken van genot" geeft.
/i
a
(Van onzen Romeinschen correspondent)
Nu, wat hebben wij gezegd? De koffie
was maar zooveel als het theelepeltje sui
ker, dat gepaard pleegt te gaan met den
eetlepel levertraan, voorspelden wij, niet
achtend het verbod om voorspellingen te
doen. En hoe ver zijn wij nu? Per maand
en per hoofd nog maar één pond suiker, dat
wil zeggen vier en een half ons, want onze
kruideniers hebben de gewoonte de ver
pakking mee te wegen en ze houden van
een degelijke verpakking: hier zege en ze,
ik maak voor u een buil uit het zwaarste
pakpapier, dat er bestaat, dan komt er geen
vocht bij.
Toegegeven, dat vochtige suiker erg onvoor-
deelig in het gebruik is en dat, als onze krui
deniers minder zwaar pakpapier voor hun sui-
kerbuilen gebruikten, wij misschien wel een
bus moesten aanschaffen, wat ook kost. Maar
zoo tegen vocht als onze kruideniers zijn, zoo
vóór vocht zijn onze brandstoffenhandelaars.
Het brandhout, dat ze ons leveren, doopen ze,
vóór ze het afwegen, in water. Op het gewicht
maakt dat niet veel uit, zeggen zij, doch wij
moeten eens opletten, hoe veel langer wij met
nat dan met droc,? hout toekomen, heeft het
natuurlijk al begrepen: wanneer er in de krin
gen onzer winkeliers uiteenloopende meeningen
gehuldigd worden omtrent het al of niet wen-
sschelijk zijn van vocht, dan vindt zulks zijn
oorzaak in de éénstemmigheid, welke er in die
kringen bestaat aangaande het adagium, lui
dende: „de klant is koning; alles voor den
klant!"
Maar om op de distributie van de suiker terug
te komen: één pond pakpapier met suiker per
maand en per hoofd is niet veel. Dat geven
zelfs onze kranten toe, onze kranten, waarvan
wij wel eens verondersteld hebben, dat zij haar
bestaansreden meenden te vinden in het feit,
dat zij het niet met ons eens waren. Zjj schrij
ven letterlijk: ..Een pond suiker per maand
en per hoofd (over het pakpapier zwijgen zij)
is geen overdaad." „Maar," voegen zij er aan
stonds aan toe, „het kan er mee door. De lezer
merkt wellicht op, dat hij kinderen heeft, die
aan suiker in de pap gewend zijn, doch hij zou
ook kunnen opmerken, dat zijn kinderen hem
hebben en hij met de pap de suiker kan ont
beren. Ofschoon dit zoo is, ofschoon met recht
verondersteld mag worden, dat hij pap noch
suiker behoeft, wordt hij niettemin geaccep
teerd als goed te zijn voor het maandelijksche
pond suiker. Gelukkig hij dus, die kinderen
heeft, wijl zijn kinderen hem en met hem een
pond suiker in de maand meer hebben."
Hieraan kan men zien, hoe men met de noo-
dige scherpzinnigheid zelfs uit suikerdistributie
een wapen kan smeden voor de demografische
politiek. Er zitten in die suikerdistributie nog
veel meer wapenen.' Er zitten, naar wij vree
zen, ook gewone wapenen in: bommen en ka
nonnen en bajonetten. Sinds wij kleeren dra
gen uit melk of glas, gerst voor koffie drinken,
alcohol voor benzine gebruiken, goud uit de
Po en kaviaar uit, de Arno winnen, verwonde
ren wij ons over geen enkele metamorphose
meer.
Wij zijn op alles voorbereid; wij moeten
alleen zoo nu en dan oppassen, dat wij niet
in de war komen. Dat wij bij voorbeeld
niet tegen onze kinderen zeggen: „Je mag
wel naar buiten, maar trek dan eerst je
melkje aan", of tegen onze vrouw, als wij
naar den inktpot zoeken; „Ik snap niet,
waar de kaviaar gebleven is" hetgeen
dan verband zou houden met het merk
waardige feit, dat, wanneer wij kaviaar uit
de Arno hebben gegeten, ons servet inkt
vlekken vertoont.
Enfin, dat zouden dan nog onschuldige ver
gissingen zijn. Maar verbeeld u, dat wij ons
zouden kunnen vergissen en zeggen; „Wij heb
ben vannacht weer in de schuilkelders geze
ten, want er waren weer enkele vijandige sui
kerstrooiers op komst." Dat is maar onze groo-
te vrees; dat wij op het eene witte goedje, de
suiker, sparen om niet zuinig te hoeven te zijn
op het andere witte goedje, het kruit. Wat dit
betreft, zijn onze kranten weer heelemaal zich
zelf; zij schrijven, dat het nonsens is. De sui
kerdistributie is puur een voorzorgsmaatregel,
schrijven zij. Maar wat zei een dezer dagen
Muti, de nieuwe secretaris van de fascistische
partij? En wat schrijven onze kranten, wan
neer wij doen, alsof wij ze gclooven en op hun
gezag aannemend, dat er geen vuiltje aan de
lucht is, kankeren omdat de regeering de para-
pluie opzet? Dan heet het ineens weer, dat
wij het geweer aan den voet moeten houden en
waarachtig niet moeten denken, dat wij nooit
zullen hebben te vuren.
Muti trok van leer tegen de „burgers", ofte
wel diegenen onder ons, die hardnekkig „lei"
in plaats van „voi" bleven zeggen. Burgers of
tewel u- in plaats van gij-zeggers wij vree
zen, dat hij daarmede speciaal ons, Romeinen,
op het oog had. Wij weten het wel; onze mede
burgers niet-Romeinen moeten ons niet. Zij
zeggen, dat wij parasieten zijn; dat wij van hun
tafel leven, zooals wij altijd gedaan hebben,
naar zij zeggen. Als wij ons op groote kunst
werken kunnen beroemen, dan is het niet, om
dat een der onzen zoo meesterlijk met het pen
seel of de teekenstift wist om te gaan, maar
wij uit andere steden de kunstenaars naar ons
toe wisten te lokken. En zoo is het niet alleen
op het gebied der kunst, zeggen zij, maar op
alle gebied. Wij bestaan bij de gratie van hun
genie, hun energie, hun vindingrijkheid, hun
enthousiasme, enfin, ga maar door.
Wat wij daarop antwoorden? Het is ons te
veel daarop te antwoorden en zjj zouden trou
wens, ons antwoord niet begrijpen. Zij begrij
pen riiet; hoe het nuttelooze schoon kan zijn en
luister kan bijzetten. Laat het waar zijn, dat
wij van hun tafel leven, het is evenzeer waar,
dat hun tafel zonder ons niet dat cachet zou
hebben. Maar hoe kunnen wij dat uitleggen?
Wij zijn juist zoo omamenteerend, omdat wij
het air hebben geen uitleg te behoeven. Wij
zijn zooals wij zijn daarmede is alles gezegd
Alleen dit nog: Zij moeten maar niet te
hard over hun tafel roepen. Nu, met de
distributie en de surrogatenWij, in hun
plaats, zouden ons beslist geneeren. En als
wij niettemin hun tafel blijven fréquen-
teeren, moeten wij dan meteen „burgers"
heeten, als wij onder elkaar zoo eens zeg
gen, dat het niet meer is wat het vroeger
was, niet meer wat wij gewend zijn
Woensdagochtend heeft Parmentier met de
Fokker „C. T." weer een vlucht naar Urk en
terug gemaakt. Op de heenreis werd alleen post
medegenomen, van het eiland werden twéé pas
sagiers naar Sohiphol vervoerd.
Midden in veel donk're dingen
Is vandaag iets lichts geweest:
Even een klein vreugdeklankje,
Even toch iets blij'seen feest.
In de koude van den winter
Was er toch een ivarm gevoel,
Veel gedachten en veel wenschen
Gingen er naar 't zelfde- doel:
Naar een kindje, dat verjaarde,
En welks foto alom. prijkt,
Waarop het zoo lief-parmantig,
Dapper in de wereld kijkt:
Neerlands hoop en Neerlands vreugde
Werd vandaag dus reeds twee jaar,
In de vreugd om dat gebeuren
Vonden Kroon en Volk elkaar,
Want met wat Oranje aan gaat
Leeft de Nederlander mee,
En ten hemeï steeg vandaag óök
Voor 't prinsesje meen'ge bêe.
Moge zij gelukkig wezen,
Doordat zij, ook in deez' tijd,
Lijk haar naam zegt, voor heel
Neerland
Wat geluk om zich verspreidt.
HERMAN KRAMER
S?
T
Bi) epoth
VERWEKT GEEN KRAMP
10. 30 «n 60 tabletten.
Wanneer wij, nadat het donderend applaus,
net Sieg Heil-geroep en de klanken van het
Deutschland tiber Alles zijn weggestorven, eenige
oogenblikken de rede, welke de Duitsche Rijks-
Kanselier gisteren in het Berliner Sportpalast
hield, op den zevenden verjaardag van de
machtsaanvaarding van het nationaal-socialism':
overdenken, dan is de eerste reactie: hoe juist
heeft de H. Vader onlangs in Zijn antwoord aan
president Roosevelt de huidige situatie geschetst
toen Zijne Heiligheid met droefheid verklaarde
dat de vredeskansen op het oogenbiik zeer ge
ring waren. Hoe zeer verschillen de opvattinger
van de Geallieerden en het nationaal-socialis-
tischc Duitschiand over het huidige en toekom
stige Europa en de beklemmende vraag rijst,
zijn deze nog wel te overbruggen? De laatste
paar weken zijn vrijwel alle leidende figuren
in de oorlogvoerende landen aan het woord ge
weest; wij kunnen helaas slechts concludeeren,
dat vijf maanden oorlog de belligerenten verder
dan ooit van elkander verwijderd hebben. Frank
rijk zal de wapens niet neerleggen voor het
materieele en positieve waarborgen zal hebben
verkregen, dat geen Duitsche agressie meer te
vreezen Is, zegt Daladier. En Hitier verklaart:
geen overeenstemming zonder dat het recht
van het Duitsche volk wordt doorgezet. Thans
geen vredesaanbod meer, zooals op 6 October 1.1.
na de beëindiging van den veldtocht in Polen
Het zal voortaan hard tegen hard gaan. De eer
ste phase, die der politieke actie, noemde dé
Führer haar, Is voorbij.
30 Januari 1933. Ze yen jaren zijn een korte
tijd, aldus begon Hitier gisteren zijn rede. Zeven
jaar geleden hielpen Von Papen en Hugenberg
het nationaal-socialisme aan de macht. Op aan
dringen van beiden benoemde Rijkspresident
Von Hindenburg den leider der N.S.D.A.P
Adolf Hitler tot Rijkskanselier. Wat zou deze
immers met een Von Papen en Hugenberg tr:
het kabinet kunnen uitrichten zonder nun mede
werking en goedkeuring.
Maar op dienzelfden avond van den
30sten Januari marcheerden de bruine legioenen
door de Duitsche hoofdstad met fakkels en
hakenkruis-vlaggen.
En Hindenburg en Hitier staarden naar de
honderdduizenden die daar voorbij trokken;
Hindenburg dacht aan het verleden, toen
hij aan het hoofd stond van een zegevierend le
ger, dat de Russen verslagen had, maar hij
herinnerde zich ook het einde van het jaar 1918
toen het trotsche keizerlijke Duitschiand Ineen
stortte en ten prooi werd aan revolutie en al de
jaren van ellende, die hierop volgden. Hitier
dacht aan de toekomst, aan het nieuwe
Duitschiand, dat hfl zou opbouwen. Die avond
van den 30sten Januari beteekende een keer
punt in de geschiedenis van Duitschiand, van
heel Europa. Een hoofdstuk werd afgesloten.
Het Duitschiand van na Versailles, de repu
bliek van Weimar, gleed weg in het verleden.
Een nieuw Duitschiand, geboren uit ontevre
denheid, geboren uit de fouten van Versailles
stond op. Het zou zich zelf wel recht verschaf-
fén. En met het zich verschaffen van dit recht,
dat zes en een half jaar onbloedig kon gebeu
ren, groeide de tegenstand der anderen, die
moesten zwichten voor de Duitsche methodes,
Toen, in September 1939, kwam de oorlog.
30 Januari 1940. Geen juichende menigte
trekt door Berlijns straten, geen vlaggen, geen
leesten; ernstig, somber bijna is de stemming
onder het Duitsche volk. Alleen de redevoering
van den Rijkskanselier is voor hen een licht
punt: Duitschiand zal leven, zal overwinnen,
zal nooit capituleeren, zegt de Führer en zij ge-
looven in zijn woord.
Hitler's rede van gisteravond heeft geen nieu
we gezichtspunten geopend. Zijn woorden wa
ren fel, vooral tegen Chamberlain; maar ook
Daladier kreeg zijn deel. Opvallend was, dat hij
zooveel nadruk legde op het koloniale probleem.
Interessant was ook zijn verklaring, dat er in
de politiek met Italië niets was veranderd. De
neutrale staten werden niet genoemd, de Fin-
sche kwestie werd niet aangeroerd, een enkel
woord slechts was gewijd aan de overeenkomst
met Stalin, welke ten doel had Duitschiand in
den rug te dekken.
Zoo bracht deze rede, op vaak hartstochtelij
ken toon uitgesproken, weinig nieuws. En dat Is
het belangrijkste: er is niets onherstelbaars ge
zegd of gedaan. Daarom kunnen de Geallieer
den Hitler's rede met een zekere onverschillig
heid voorbijgaan. Ook voor hen is immers de
tweede phase van den oorlog reeds begonnen.
Nog heeft het gezonde verstand de overhand
en aarzelen de oorlogvoerenden dén strijd, die
slechts een vreeselijke afslachting- kan worden,
in zijn vollen omvang te ontketënen. Zal het
gezonde verstand blijven zegevieren? Wij
vreezen.
De volgende week zullen in het Vredes
paleis te Den Haag de zittingen, worden ge
houden van twee comité's van den Volken
bond.
Allereerst dient onderscheid gemaakt te
worden tusschen de werkzaamheden van
beide comité's.
Het eerste comité begint zijn beraadslagin
gen, die naar men verwacht vier dagen
zullen duren, Woensdag 7 Februari. Het bestaat
uit vertegenwoordigers van tien staten, t.w.
Australië, België, het Vereenigde Koninkrijk,
Frankrijk, Nederland, Noorwegen, Portugal,
Zwitserland, Turkije en een Zuid-Amerikaan-
schen staat. Nederland is vertegenwoordigd door
den minister van Staat, dr. H. Colijn. Het doel
van de zittingen van dit comité is de oprichting
van een centraal comité voor economische en
sociale vraagstukken in den geest als vastgelegd
in het rapport van het Bruce-comlté, welk rap
port aanvaard is door de Assemblée van den
Volkenbond in December j.l.
Hierin werd het wenschtlijk geacht, het
economische en sociale werk van den bond
aan bet toezicht te onderwerpen van een
apart lichaam, dat beter dan tot nu toe
geëigend zou zijn een coördineerende taak
te verrichten. Aan dit werk zouden ook sta
ten, niet-leden van den bond, aandeelen
moeten nemen.
Het tweede comité, de z.g. financieele com
missie van den Volkenbond, die toezicht, heeft
op de r.egrooting van den bond, komt 9 Februari
a.s. in het Vredespaleis bijeen. De beraadslagin
gen van dit comité zullen vermoedelijk twee
dagen duren. Gewoonlijk vergadert het te Ge-
nève, maar wegens reis-moeilijkheden is dit
maal Den Haag als vergaderstad uitgekozen. Dit
is ook de reden, dat het eerste comité hier bij
eenkomt. Voorzitter van de financieele com
missie is de heer Hambro, president van het
Noorsche parlement. Leden zijn sir Cecil Kisch
die in Engeland een vooraanstaande regee-
ringspositie inneemt, voorts de heeren De Boi-
sanger, onder-gouverneur van de Bank voor
Frankrijk, Holma, Finsch gezant in Parijs, Par-
do, permanent vertegenwoordiger van Argenti
nië bij den Volkenbond, de ministers van Staat
graaf Carton de Wiart (België) en dr. H. Colijn.
In het begin van de volgende week zullen
allen, die aan deze beraadslagingen zullen
deelnemen, in Den Haag aankomen. Ver
schillende hooge ambtenaren van den Volken
bond, die den verschillenden gedelegeerden
van advies kunnen dienen, worden dan ook
hier verwacht. Tot deze categorie behooren
de heeren Avenol, secretaris-generaal van
den Volkenbond, en Winant. directeur van
het internationale Arbeidsbureau.
Ter verduidelijking van hetgeen gemeld is
omtrent de beraadslagingen van het eerste
Volkenbondscomité, dat de volgende week in
het Vredespaleis bijeenkomt, kan nog worden
medegedeeld, dat de heer Colijn van het co
mité deel uitmaakt a titre personnel, d.w.z. dat
het comité zich van de diensten van den heer
Colijn heeft verzekerd op grond van de per
soonlijke deskundigheid van onzen oud-pi'e.mler
Zeer waarschijnlijk zal de heer Colijn met het
voorzitterschap van het centrale comité wor
den belast.
De heer Fentener van Vlissingen nu zal de
vergaderingen van het comité bijwonen als ver
tegenwoordiger van de Nederlandsche regee
ring, dus in officieele hoedanigheid.
BERLIJN, 31 Jan. (D.N.B.). Volgens een in
het staatsblad gepubliceerde verordening van
den ministerraad voor de Rijksverdediging zal
dit jaar in het Groót-Duitsche Rijk de zomer
tijd beginnen op 1 April om twee uur in den
voormiddag en eindigen op 6 October om drie
uur in den voormiddag.
BOSTON, 31 Jan. (Havas) Volgens „Boston
Post" is brand uitgebroken aan boord van het
nieuwe vliegtuigmoederschip „Wasp", dat ge
meerd lag voor de marinewerven te Quincy, de
schade zou 5000 doller bedragen.
Naar het blad er aan toevoegt, is het niet de
eerste maal, dat brand op dit vaartuig is uit
gebroken, hetwelk dertig millioen dollar heeft
gekost en binnenkort gaat proevaren. De auto
riteiten hullen zich in stilzwijgen, maar er zou
een onderzoek worden geopend om na te gaan
of hier sabbotage in het spel is.
ANKARA, 31 Jan. (Havas) De Turksche
minister van Buitenlandsche Zaken, Saradjog
loe, is naar Belgrado vertrokken om deel te
nemen aan de conferentie der Balkan-entente.
LONDEN, 31 Jan. (Reuter). De „Ajax", een
der drie Britsche kruisers, die tegen het Duit
sche slagschip „Admiral Graf von Spee" heb
ben gestreden, is vanochtend te Plymouth aan
gekomen.
SJANGHAI, 31 Jan. (Reuter) De Britsche
lootautoriteiten hebben den Japanschen auto
riteiten vandaag een vertoog tegen de aanhou
ding van de „Wingsang" bij Foetsjau overhan
digd.
NEW-YORK, 31 Jan. (Reuter). De correspon
dent van dé „New-York Times" te Rio de Ja
neiro meldt, dat Brazilië de Condor-lijn, die
tot dusverre door de Duitsche Lufthansa geëx
ploiteerd werd, heeft overgenomen. Bij decreet
is vastgesteld, dat de maatschappij onder Bra-
ziliaansch beheer geplaatst wordt.
Anton Hunink's Gelderse Rook
worst is door de bijzondere kwa
liteit voordelig in het gebruik.
Want de man, die de kwaliteit
en de smaak er van kent, zal zeg
gen: „Geef me desnoods maar
een kleiner stukje, als het maar
van Anton Hunink is". Door
een bijzondere wijze van roken
een verrukkelijk zachte smaak.
Er zijn goede redenen voor, dat de
naam Anton Hunink op vleeswaren
algemeen wordt beschouwd als een
garantie voor kwaliteit
ANTON HUNINKTGECOERSEWORSf
roept mannen aan tafel
HOFLEVERANCIER - DEVENTER
De president van de Haagsche Recht
bank, mr. A. S. Rueb, heeft hedenochtend
uitspraak gedaan in een kort geding tus
schen de Utrechtsche veevoederfabriek „De
Adelaar" en den Staat der Nederlanden.
De Staat der Nederlanden heeft pakhuizen
van „De Adelaar" doen sluiten en de sleutels
van „De Adelaar" bij de politie doen deponee-
ren, omdat deze fabriek de haard zou zijn van
de huidige miltvuur-infectie.
De president van de rechtbank heeft in zijn
uitspraak in kort geding - o.m. overwogen, dat
de Staat in hetalgeineéri bevoegdMs tot het*1
nemen van maatregelen als bijvoorbeeld eenu
vervoerverbod, welk verbod „De Adelaar" in
December 1939 heeft getroffen en dat de schuld
vraag, n.l. of het hier gewoon beendermeel
dan wel o n 11 ij m d beendermeel betreft, hier
kan worden voorbijgegaan, omdat de grief van
„De Adelaar" In dit geschil betreft den maat
regel van den Staat tot het doen sluiten van
haar pakhuizen en het doen deponeeren van
de sleutels bij de politie.
De president overweegt voorts, dat de
rechter in kort geding niet bevoegd is, den
Staat ten aanzien van zulk een maatregel
als waartegen „De Adelaar" opkomt een
richtsnoer te geven en dat hij dus onbe
voegd is van de door „De Adelaar" inge
stelde vordering kennis te nemen.
De toestand van de Rijkswegen in Westelijk
Noord-Brabant is op het oogénblik bijzonder
slecht.
Op de drie groote Rijkswegen Breda—Tilburg,
MoerdijkBreda en BredaBergen-op-Zoóm
ligt het ijs thans een d.M. dik op den weg. De
diepe groeven, die door het verkeer in de
sneeuwbrei zijn getrokken, zijn thans gehard,
waardoor groote gedeelten van deze hoofdwe
gen niet te berijden zijn. De automobilisten
zien zich genoodzaakt met een vaart van niet
meer dan 10 a 15 K.M. te rijden. Men ziet ook
langs deze wegen veel wagens staan, met ge
broken as of veeren. Ook zijn er die van den
weg af in de harde sneeuw van den wegberm
zijn vastgeloopen. De toestand wordt dan ook
eer erger dan beter, daar de wind nog voort
durend nieuwe sneeuw afkomstig van de vel
den op de wegen stuift, waardoor de ijsklom
pen steeds aangroeien. Bestuurders van klei
nere wagens wordt dan ook aangeraden, zoo
lang deze toestand voortduurt, de hierboven
genoemde wegen te mijden.
bestelt1 één of meer exemplaren von hef boekje
Mr. J. J. R. SCHMAl
voor en over het land der duizend meren
oHen die aan de tot stand koming
van dit boekie hebben meegewerkt^
gaven hun aroeid en materialen ge
heel belangeloos, voor dit goede doel.
ALOM VERKRIJGBAAR GEB. f. 1.25
UITGEGEVEN IN SAMENWERKING MET DE
NEDERLANDSCH-FINSCHE VEREENIGING
DOOR BIGOT VAN ROSSUM N.V A'DAM