WIE ZAL DAT BETALEN?
BON
EN WOESTIJN
RAAKT ZOEK
DIRECTE EN INDIRECTE
BELASTINGEN
VIERTALIG WOORDENBOEK
VRIJDAG 16 FEBRUARI 1940
OVERZICHT EERSTE KAMER
„Kemphaan" met post
Militaire vliegers brachten meel
op Ameland
Opruiende geschriften
Soldaat tot drie jaar gevangenis
straf veroordeeld
Noord-Nederlandsche
Hypotheekbank
Gevangenneming van T. gelast
Menagegelden voor
zeèmiliciens
SLUITZEGELS VOOR FINLAND
HET WIT-GELE KRUIS IN
FRIESLAND
DE NOOD DER VISSCHERS
TE STELLENDAM
JONGEN DOODGEREDEN
Ontheffing bepalingen Rijtijden
besluit
IJsbrekers op de Waal
Tot Beneden-Leeuwen gevorderd
Langzame was van
de Waal
POSTBOOTEN TEGEN HET IJS
Noord-Nederlandwint;
Vlielandkeert terug
TOENEMENDE IJSGANG
HET IJS IN KANALEN
EN RIVIEREN
GROOTE LANDBOUW SCHUUR
IN VLAMMEN
Graanvoorraad ging geheel
verloren
LUCHT AFWEERDIENST
TOCHT OVER DE WADDEN
PRINS BERNHARD IN DE
JAARBEURS-VERGADERING
ARBEIDERS STEUNEN
FINLAND
-ss
-SS
-e
-es
-e
-es
-e;
-e
-e
Brand veroorzaakt
groote schade
Opslagplaats van wollen dekens
in vlammen
In cartonnagefabriek
Na den moord te
Leidschendam
Het vooronderzoek is thans
gesloten
MINISTERIEEL BEZOEK AAN
TENTOONSTELLING
Uit de cocos-industrie
UIT DE STAATSCOURANT
Defensie
Onderscheiding
FEUILLETON
DOOR WILLY WATERMAN
vVan onzen parlementairen redacteur)
DEN HAAG, 15 Februari 1940
Zware lasten drukken in dezen
tijd op het Nederlandsche volk en
met zekerheid kan men zeggen, dat
die lasten in de toekomst nog
Zwaarder zullen worden. Nog aan
zienlijk zwaarder zelfs. Wanneer de
becijfering van den heer Van
Lanschot juist is, zal de delging van
de schulden, die wij opnemen om de
mobilisatiekosten te bestrijden, vijf
tien jaren lang 54 millioen per jaar
vergen voor ieder jaar, dat de mo
bilisatie duurt. Wie zal dat be
talen, zoete lieve Geertje?
Op dat stramien borduurden de meeste se
natoren, die zich vanmiddag met de begrooting
Van minister De Geer bezig hielden, naarstig
en ieder in een andere richting.
E>a,ar was vooreerst de heer De Zeeuw (SDAP)
®ie 'de vraag opwierp: moeten wij, moet de
'hans levende generatie die kosten allemaal
opbrengen? Mag daar niet een behoorlijk deel
Van op de toekomst, op het nageslacht worden
^gewenteld? Alles op het heden leggen zou
Steekenen het heden overbelasten. Daar zou
hiet alleen het bedrijfsleven, doch ook de
Weerkracht van ons volk ernstige nadeelen van
Ondervinden. Ook mag niet alles op het nage
dacht worden afgeschoven. Er moet een mid
denweg worden gevonden, meende de heer De
Zeeuw. Doch waar die middenweg nu precies
lag, liet hijin het midden.
Het hedendaagsche geslacht zal dus lasten
Jhoeten dragen, dat staat ook voor den heer
°e Zeeuw vast. Maar het thans levend ge
dacht is geen homogene, overal gelijke massa.
Haar zijn meer- en minder-draagkrachtigen.
,u worden de minder-draagkrachtigen in den
'aatsten tijd relatief veel zwaarder belast dan
vroeger. Dat blijkt uit de verhouding tusscnen
Oirecte en indirecte belastingen. Vroeger wer
den betrekkelijk veel meer directe belastingen
Scheven dan thans, nu op allerlei gebruiksvoor
werpen; door de crisisbepalingen zelfs op de
forste levensbehoeften, zware heffingen druk
ken. Nu heeft de Regeering weer verschillende
■oorstellen ingediend om het Leeningsfonds 1940
aan inkomsten te helpen. Deze voorstellen zul-
rn echter de indirecte belastingen weer ver-
Waren, de last dus betrekkelijk eenzijdig leg-
sen op den kleinen man.
Heelemaal juist lijkt ons deze opmerking
Van den heer de Zeeuw niet. De heer de Zeeuw
beziet slechts de financiering der oorlogsuitgaven
eh daarvan slechts dat gedeelte, dat van de
Plannen der Regeering waar overigens ook
een voorstel tot verhooging van de successie
belasting bij zit, iets wat den sociaal-demo-
eraten principieel al zéér aangenaam moet zijn
en waar ook wij weinig bezwaar tegen hebben
bekend is gemaakt. Hij ziet over het hoofd,
dat minister de Geer voor de dekking van het
tekort in de gewone begrooting de Gemeente-
tendsbelasting heeft verhoogd dat is een ai-
tecte belasting met tamelijk sterke progressie
en daaruit alléén dubbel zooveel wil halen
kis uit de vier heffingen ten behoeve van het
^eningsfonds 1940 tezamen. En voorts ziet hij
°Ver het hoofd, dat er nog een heffing voor
tt fonds op stapel staat, die heelemaal buiten
kleinen man omgaat: de oorlogswinstbelas-
'hg. Alles tezamen genomen gelooven wij, dat
«e
dekkingsmaatregelen, die deze Regeering
b«emt, het evenwicht tusschen directe en indi
kte belastingen zoo niet herstellen, dan toch
stuk nader brengen.
Niet te veel lasten dus op het heden en niet
a veel op den kleinen man. Maar óók niet
veel op het groote gezin, vond de heer Fles-
ens (R.K.). Gelukkig zal de Regeering daar-
ede bij de komende herziening van de inkom-
tenbelasting rekening houden. De heer van
j^Ppard (Lib.) zag vooral graag het bedrijfs-
,j.Ven en het groot-grondbezit beschermd. Ook
et ten onrechte. Van het bedrijfsleven moet
hslotte de Hollandsche molen draaien. Het
'asting-ontwcrp de Wilde nam verscheidene
staande lasten, die even zoovele belemme-
j^Sen voor het bedrijfsleven inhielden terug.
e heer de Geer heeft het ontwerp ingetrok-
j, n- Als hij er nu maar maatregelen voor in
te ':>laat's stelt, die hetzelfde effect kunnen
^.rteeren, vermindering op technische herzie-
Pg van de personeele belasting bijvoorbeeld,
P is de heer van Rappard tevreden.
(fzal het betalen? De heer Van Lanschot
e<5ri stelc'e rïie vraag ook ten aanzien van
ahder punt. Wie moet, wanneer bepaalde
Öe
®n van het land schade ondervinden van
§tJ^Hogsbedrijven, voor die schade opkomen?
dat wij in oorlog komen en dat Utrecht
Atosterdam worden gebombardeerd. Moeten
die steden of die getroffen burgers dat alléén
betalen? Kan voor zulke eventualiteiten niet
onder auspiciën van het Rijk een molestverze-
kering tot stand komen? Heft men een premie
van een kwartje voor iedere 1000 gulden ge
bouwd eigendom daar staat in Nederland
voor een milliard aan gebouwen dan komt
men, naar de meening van den heer Van Lan
schot, een heel eind.
Dat laatste klinkt wel wat optimistisch. Gaat
het werkelijk om bombardementen, dan kan
men met 2.5 ton per jaar weinig uitrichten.
Ach wat al dat praten over „Wie zal dat
betalen", vond de heer Heldring (Lib.). We
moeten niet betalen. We moeten niet uitgeven.
Versoberen, bezuinigen, dkt is staatsmanswijs-
heid.
En toen de heer Heldring zijn schoone zinnen
had uitgesproken vroeg de heer Rruineman
(R.K.) doodrustig:
Hebt u nu niets concreters te zeggen, dan
dit?
De heer Heldring stond een oogenblik stom,
raapte zijn bundeltje papier bij elkaar en
trok zich terug naar zijn bankje.
Morgen de minister.
Donderdagmiddag is het K. L. M.-vliegtuig
„Kemphaan" van Schiphol opgestegen om de
postvlucht naar de Waddeneilanden, welke de
„Patrijs" wegens de bij de onfortuinlijke lan
ding op Eelde opgeloopen schade niet kon vol
brengen, te maken. Het toestel, dat bestuurd
werd door Bax, vervoerde 2200 kg. post naar de
eilanden.
In verband met den sneeuwval kon de voor
genomen passagiersvlucht geen doorgang vin
den. Deze is uitgesteld tot heden. Dan zal ook
weder een postvlucht naar Ameland en Schier
monnikoog worden gemaakt.
Twee 'militaire vliegtuigen hebben Donder
dag 300 kg. tarwemeel naar Ameland gebracht,
welke onder de bakkers, die nog slechts gerin
gen of in het geheel geen voorraad meer had
den, zijn verdeeld.
Voor den Krijgsraad stond Donderdag terecht
de 24-jarige soldaat W. P. de V., wien ten laste
is gelegd, dat hij II October 1939 te IJmuiden
geschriften van gezagondermijnenden en op-
ruienden inhoud heeft verspreid. In deze ge
schriften deed hij het voorkomen alsof revolutie
voor de arbeidersklassen de eenige hoop op red
ding zou brengen.
De auditeur-militair vond het misdrijf van
beklaagde, die een volledige bekentenis af
legde, zoo ernstig, dat hij een gevangenisstraf
van drie jaar met ontslag uit den dienst
eischte.
De verdediger, mr. Van Wijk, bepleitte op
grond van het feit, dat de inhoud van het ge
schrift formeel niet opruiend was, vrijspraak.
De Krijgsraad veroordeelde den soldaat
overeenkomstig den eisch.
telegrammen te verzenden, namelijk aan den
minister van Binnenlandsclie Zaken, aan het
Aig. Steuncomité en ook aan Prinses Juliana
als presidente van dit comité. De vergadering
ging hiermede accoord.
De heer Vogelaar, wethouder, die namens het
gemeentebestuur aanwezig was, zeide, dat B
en W. doen, wat zij kunnen, maar dat zij aan
de beperkte geldmiddelen gebonden zijn. Uit
rie besprekingen bleek, dat er onder de vis-
schers groote. verontwaardiging heerscht over
het feit, dat alle pogingen om in den nood te
voorzien, vruchteloos gebleken zijn en men in
Den Haag doof blijft voor de gerechtvaardigde
verzoeken om hulp De voorzitter gaf de ver
zekering, dat het bestuur in samenwerking
met bet gemeentebestuur al het mogelijke zat
doen om ten spoedigste iets van de regeering
gedaan te krijgen.
Bij de verdere behandeling van de zaak tegen
ex-beheerders van de Noord-Nederlandsche Hy
potheekbank eischte de officier van Justitie
Donderdagmiddag na een uitvoerig requisitoir
tegen beklaagde T. twee jaar en tegen beklaagde
M. één jaar gevangenisstraf.
Mr. Polak concludeerde in een uitvoerig plei
dooi .tot vrijspraak.
Na raadkamer gelastte de rechtbank, over
eenkomstig het verzoek van den officier van
Justitie,' de gevangenneming van T., op grond
van de vrees, dat hij zal vluchten.
Ten aanzien van verd. M. achtte de recht
bank hiertoe geen termen aanwezig.
Uitspraak over veertien dagen.
Nog deze week zal de regeling der vergoe
ding van menagegelden, welke onlangs ook
voor de zeemiliciens van kracht werd verklaard,
in werking treden. De vergoeding zal, naar wü
vernemen, met terugwerkende kracht worden
toegekend en wel van 1 Februari af.
De Posterijen hebben ernstige bedenkingen
gemaakt tegen het gebruik van een sluitzegei,
welke z.g. ten bate van Finland in omloop wordt
gebracht. Deze zegels, die bedenkelijk veel op
postzegels gelijken, worden bij sigarenwinkeliers
in omloop gebracht, die op hun beurt eenige
vergoeding ervoor ontvingen.
Hoewel de Posterijen aanvankelijk weigerden
brieven, voorzien van dit zegel, door te zenden,
hebben zij later toch besloten zulks te doen,
doch den geadresseerde werd verzocht de en
veloppe terug te geven aan de Posterijen.
Te Sneek is de eerste vergadering gehouden
van het bestuur van den thans definitief ge-
constitueerden provincialen bond van het Wit-
Gele Kruis in Friesland, bij welken bond thans
vijf plaatselijke afdeelingen zijn aangesloten.
In deze vergadering, welke ook werd bijge
woond door den geestelijken adviseur rector
Venings en den secretaris-generaal mr. J. de
Vreeze van de Nationale Federatie, werd een
uitvoerige gedachtenwisseling gehouden over
de ontwikkeling van het Wit-Gele Kruis in
Friesland.
Tot voorzitter van het bestuur werd gekozen
de heer A. Rohling, Fonteinstraat 41 te Leeu
warden en tot secretaris-penningmeester no
taris J. Maseland, Bolswarderweg 21 te Sneek.
Mten schrijft ons:
Ten gevolge van den oorlogstoestand, de
maatregelen van Defensie en den langdurigen
winter is er te Stellendam, met name onder
de schippers der garnalenvaartuigen, zulk een
noodtoestand ontstaan, dat ingrijpen van re-
geeringswege geen oogenblik meer wachten kan.
Deze menschen immers zijn van eiken steun te
eenenmale verstoken en daar bij velen de ver
diensten geruimen tijd zeer gering waren, is
de toestand critiek geworden. Een maand ge
leden zijn alle schippers naar den burgemees
ter getrokken om den nood kenbaar te maken,
maar aangezien de gemeentelijke financiën
er niet rooskleurig bij staan, kan de gemeente
niet veel doen.
Een aanvraag is toen ingediend bij het Alg.
Steuncomité, maar na een maand is daarop
nog geen antwoord ontvangen. In vele gezinnen
is de nood hoog gestegen en de gemoederen der
visschers raken in opstand tegen de onaandoen
lijkheid der regeering te hunnen opzichte.
Dezer dagen werd een protestvergadering
belegd, waar de voorzitter der visschersvereeni-
ging, de heer A. van Eek, mededeeld, wat door
het bestuur is gedaan, dat de minister van
Sociale Zaken afwijzend heeft beschikt op het
verzoek, de schippers in een rijkssteunregeling
op te nemen, zoodat zij aangewezen zijn op
armenzorg. Spreker meende, dat hulp der re
geering dringend noodig is en stelde voor eenige.
Donderdagmiddag omstreeks half drie is het
achtjarig zoontje van den heer Van der Linden
op den Boschdijk te Eindhoven door een mili
tairen auto, welke uit de richting Best kwam,
aangereden en op slag gedood.
De militaire auto wilde twee andere wagens
passeeren, welke uit de tegenovergestelde rich
ting kwamen. Achter den laatsten auto wilde het
jongetje den weg oversteken. De bestuurder van
.den militairen auto trachtte nog een aanrijding
te voorkomen. De knaap kreeg evenwel de kop
lamp van den wagen tegen het hoofd, met ge
noemd droevig gevolg. De politie heeft het stof
felijk overschot in beslag genomen.
De minister van Sociale Zaken heeft be
paald, dat voor bestuurders van vrachtauto's
in alle gemeenten des Rijks van 18 Februari
tot en met 2 Maart 1940 ontheffing wordt ver
leend van het bepaalde in de artikelen 25, 26
en 30 van het Rijtijdenbesluit, voor zoover de
toestand der wegen in verband met de weers
gesteldheid afwijking noodig maakt, met dien
verstande, dat een werktijd niet meer dan 13
uren. de gezamenlijke duur van de in 'n week
vallende werktijden en gedeelten van werk
tijden niet meer dan 66 uren en een diensttijd
niet meer dan 15 uren mag bedragen, terwijl
een tusschen twee opeenvolgende diensttijden
gelegen onafgebroken rusttijd ten minste 11
uren moet bedragen.
Donderdagavond omstreeks half zes heb
ben de ijsbrekers „Siberië", „Christiaan
Bruning" en „Jan Blanken" van den Rijks
waterstaat, die sedert enkele dagen bezig
zijn met het openbreken van de Waal,
Beneden-Leeuwen bereikt. Donderdagmor
gen vroeg waren de ijsbrekers uit Dreumel
vertrokken. Oorspronkelijk had het in de
bedoeling gelegen tot Tiel te gaan, doch het.
breken verliep blijkbaar zoo vlot, dat men
verder kon komen dan verwacht werd.
Heden zullen de drie ijsbrekers hun tocht
voortzetten in de richting Nijmegen. Het werk
zal dan niet meevallen, omdat op deze route
zware ijsdammen liggen. Het breken van deze
dammen zal veel tijd vereischen.
Nu het water na den hoogen stand van
Zondag sterk is gevallen bieden, de uiterwaar
den een fraaien aanblik. Hier zijn nl. ijsbergen
van vier a vijf meter hoogte ontstaan.
Donderdagavond om half negen zat de
Waal bij Nijmegen voor een/derde vast aan
de zijde van de stad. Merkwaardig is, dat
ditmaal het ijs ook is vastgevroren voor de
spoorbrug, waar den vorigen keer bij 't vast
zetten van het ijs een open vak was. Midden
op de rivier is er nog drift in het ijs. Aan
den kant van Lent bevindt zich een breede
strook water, waarin evenwel weinig stroom
zit en van waar het ijs door den Noorden
wind naar den Nijmeegschen oever wordt
gedreven.
De rivier steeg Donderdagavond zeer lang
zaam met eenige centimeters per uur, zoo
dat men weldra een stand mag verwachten
van 12 Meter.
De postboot „Noord-Nederland" is Donder
dagmorgen na een moeilijke reis van vijf uur
in Harlingen aangekomen. Vermoedelijk zal
hedenochtend om half zeven een poging wor
den gedaan om Terschelling te bereiken.
De postboot „Vlieland", welke Woensdag
Vlieland niet kon bereiken en de haven van
Terschelling is binnengeloopen, heeft Donder
dagmorgen opnieuw getracht Vlieland te be
reiken. Dit is echter niet gelukt. Hedenochtend
zal men nog eens trachten de verbinding met
Vlieland tot stand te brengen.
Het ijs in den Rijn te Anhem groeit voortdu
rend aan en de rivier zit nu tot bij de plaats
waar de Concordia-booten aanleggen, geheel
dicht. Het nog open gedeelte van de rivier wordt
voortdurend kleiner. Het water is 21 c.M. ge
vallen. Ook uit Keulen wordt nog val gemeld.
Bij het Drielsclie Veer is de overgang via het
voetpad over de rivier uitsluitend voor voetgan
gers weer hersteld.
In de Waddenzee bij Harhngen was gisteren
de ijstoestand iets verbeterd. Men kon er met
krachtige schepen weer door komen. Bij Lobith
kan men op den Rijn, waar Woensdag de scheep
vaart gesloten was, thans vrij goed varen. Op
verscheidene plaatsen was scheepvaart moge
lijk door een opengebroken vaargeul. Dit was
om. het geval op de Waal bij St. Andries en
bij Zalt-Bommel, op de Voorzaan bij Zaandam,
op de Binnenzaan, voorts op het Spaarne van
Haarlem tot Spaarndam.
Op het Noordzeekanaal bij de Hembrug, waar
Woensdag geen scheepvaart mogelijk was, kan
thans gevaren worden. Op de Delftsche Schie
werd het vervoer te water door ijsbrekers in
stand gehouden. Alleen met krachtige schepen
kwam men door den Rotterdamschen Water
weg bij Vlaardingen er door. De Oosterschelde
gaf 'n ongunstiger beeld dan Woensdag te zien.
Op het Hollandsch Diep bij Moerdijk was de
scheepvaart alleen mogelijk door speciale sche
pen. Bij Maastricht was op het Julianakanaal
thans ook de scheepvaart gesloten.
De Maas gaf boven Roermond licht drijf ijs
te zien; van Roermond tot Lith was de rivier
voor de helft bedekt, beneden Lith weer toene
mend. Op de Waal zet het nieuw gevormde
drijfijs zich vast tegen den ijsdam tusschen
Tiel en Hien. Thans is de rand bovenwaarts
aangegroeid tot Ewijk. Van den ijsdam beneden
Tiel is Woensdag 3V2 K.M. gebroken. De restee-
rende 2 K.M. zou men Donderdag breken.
Het veer bij Pannerden is in bedrijf. De Gel-
dersche IJssel en de Beneden-Merwede zitten
vast.
Donderdagmiddag omstreeks vflf uur is ten
gevolge van het warm loopen van het vliegwiel
van een dorschmachine brand uitgebroken in de
kapitale schuur van den landbouwer W. Sie-
bring, aan den Erikaschestraatweg onder
Emmen.
In de schuur lag ongeveer 250 H.L. rogge, dat
pas gedorscht was, opgeslagen, terwijl daar bo
vendien. nog ongeveer 300 H.L. ongedorscht ko
ren aanwezig was. Deze geheele graanvoorraad
is verloren gegaan, benevens een groote partij
consumptie-aardappelen. Drie paarden en de
dorschmachine kon men in veiligheid brengen.
De plaatselijke brandweer kon wegens gebrek
aan bluschwater niets uitrichten. De schuur is
geheel uitgebrand.
Verzekering dekt slechts gedeeltelijk de schade.
Na de gemelde defilé's heeft het korps lucht-
afweerdienst van den vrijwiiligen Land6torm
een samenkomst in de groote zaal van den
Hcagschen dierentuin gehouden, waar luit.-
generaal P. W. Best het korps heeft toegespro
ken en in het bijzonder aan majoor den Hertog
hulde heeft gebracht, aan wiens toewijding en
ijver het voor een niet gering deel te danken
is, dat zich binnen een jaar tijds dit vrijwillig
korps tot bijna zeshonderd man sterkte heeft
ontwikkeld.
Dank bracht spr. verder aan de officieren en
enderofficieren van het korps voor hun in
strueerend werk en aan diegenen uit de bur
gerij, die op eenigerlei wijze hun medewerking
eraan hebben verleend.
Spr. deelde mede, dat zoowel de Koningin
als de opperbevelhebber en de minister van
Defensie zeer tevreden waren over de houding
der troepen bij het défilé en hij besloot met
een driewerf hoera voor de Koningin, waarmede
alle aanwezigen luide instemden.
Nadat majoor den Hertog woorden van dank
had gebracht, werden eenige belangwekkende
films vertoond, die een indruk gaven van het
werk van den luchtafweerdienst en van dat der
luchtwacht. De films zijn opgenomen en samen
gesteld door de reserve-kapiteins van den
luchtwachtdienst H. Salomonson en L. C. Ree
dijk, terwijl Melis Stoke een krachtig aandeel
heeft gehad in de ensceneering.
Donderdag hebben drie inwoners van Hom
huizen, de gebroeders Broekema en de heer
Dijkhuis, een tocht over de Wadden naar
Schiermonnikoog gemaakt. Zij hebben dezen in
drie uur volbracht.
Het ijs, dat de mannen op hun tocht passeer
den, was wel sterk, dóch op sommige punten
moeilijk begaanbaar.
Het drietal zou den nacht op het eiland door-
brengén en Vrijdagochtend terugwandelen.
Prins Bernhard heeft Donderdagavond, in
zijn hoedanigheid van Koninklijk commis
saris van de Koninklijke vereeniging tot het
houden van Jaarbeurzen in Nederland, de ver
gadering van den raad van beheer dier ver
eeniging te Utrecht bijgewoond.
De arbeiders van de fabriek der N.V. de Wit's
Dekenindustrie en de Helmondsche Textiel-
Maatschappij hebben besloten één uur loon af
te staan voor het Finsche Roode Kruis. Boven
dien offert de fabriek eenzelfde bedrag als
door het personeel op deze wijze wordt bijeen
gebracht. Ook de arbeiders op de fabrieken van
de Wit te Deurne en Geldrop zullen een uur
loon afstaan.
.cfccbi&ckckifocfccfccfodjtkcMsc&tfccbckcktkAcbckcktfccfccfccfecfecbcbcfccfcekcfccbcfcckcbckcbcfcckcccbc»
-Si
-Si
-Si
-6
-e
-s
-S j
-S
VOOR EEN EX. VAN 'T EERSTE EN EENIGE
Fransch-Ned. Ned.-Fransch Duitsch-Ned.
Ned.-Duitsch Eng.-Ned. Ned.-Engelsch
HANDIG FORMAAT OVERZICHTELIJK INGEDEELD
1200 PAGINA'S IN STERKEN LINNEN BAND.
Onze lezers kunnen dit handige viertalige woordenboek
bekomen voor SLECHTS 1.50. De verzending geschiedt
door N.V. Boek- en Kunsthandel H. NELISSEN, Prinsen
gracht 627, Amsterdam. Giro 60092, waarheen deze bon moet
worden gezonden met 1.50 in postzegels. Het bedrag kan
ook per postwissel of giro worden verzonden met vermelding
op het strookje „Viertalig Woordenboek V.K.P."
-6 g Iri
^-q3tfC(3Cptj3C)3C(!lCpC|3C(3Ci3t|>Cj3CpCf>Cf>CpCj3Cf)Cf>CpCpCfCfC)DCpCfCpC|DCpCj3Cf.C53CpC]3CfCpCf.C}-CpCj3Cf)Cf>t^,
In den afgeloopen nacht is door onbekende
oorzaak brand ontstaan in een uit twee etages
bestaande opslagplaats van de wollen-deken-
fabriek der firma Van BeurdenVan MoU, ge
legen aan de Leo XlII-straat te Tilburg. De
brandweer rukte met groot materiaal uit en
bestreed het vuur met zes stralen. Hierdoor kon
worden voorkomen, dat het zich naar andere
fabrieksgedeelten uitbreidde.
In het benedengedeelte van het brandende
magazijn waren groote hoeveelheden balen wol
opgeslagen, terwijl op de bovenverdieping onge
veer 2500 wollen dekens gereed lagen voor ver
zending naar Indië.
Deze voorraad wollen dekens en de balen wol
zijn door het vuur en het bluschwater volkomen
waardeloos geworden.
De brandschade aan het gebouw is niet groot.
De totale aan gebouw en voorraden aange
richte schade is niet juist te schatten, doch loopt
in de tienduizenden guldens. Zü wordt door ver
zekering gedekt.
Donderdagmorgen werd de brandweer ge
alarmeerd voor een brand, welke in een carton
nagefabriek aan het Marktplein te Almelo
woedde. In deze fabriek hadden groote hoeveel
heden verpakkingsmateriaal vlam gevat. Naar
men veronderstelt is het vuur uit een kachel
gevallen.
De brandweer bestreed het vuur krachtig,
maar niettemin zijn de voorraden ter waarde
van ongeveer tienduizend gulden geheel ver
nield. hetzij door het vuur, hetzij door het water.
De eigenaar, de heer E. Schotveld, was voor
circa f 7500 verzekerd. De bedrijfsschade zal bij
zelf moeten dragen.
Het vooronderzoek in de strafzaak tegen den
29-jarigen vertegenwoordiger R. A., die ver
dacht wordt, 27 October van het vorige jaar
te Leidschendam den veehandelaar C. van der
Horst te hebben vermoord en beroofd, is ge
sloten.
A. die nog steeds in het huis van bewaring
te s-Gravenhage vertoeft, werd precies een
week na den moord te Rotterdam gearresteerd.
Dij zijn aanhouding verklaarde hij wel bij den
moord betrokken te zijn geweest, doch dat er
een ander persoon bij aanwezig was. Deze hou
ding heeft hij tot nu toe volgehouden. Er is
evenwel, ondanks intensief speurwerk, geen
spoor van een tweeden dader gevonden. A. zal
zich dus alleen te verantwoorden hebben.
Welke tenlastelegging zal worden uitgebracht,
is nog niet bekend, daar de kennisgeving van
verdere vervolging nog niet is uitgegaan.
Vermoed wordt dat de zaak omstreeks April
ter openbare behandeling op de zitting van de
Haagsche rechtbank zal dienen.
Donderdag heeft de minister van Sociale Za
ken, dr. J. van den Tempel, een bezoek gebracht
aan de tentoonstelling Rotterdam-Batavia. De
minister was vergezeld van prof. dr. G. A. van
Poelje van het departement van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen. Het bezoek gold
niet alleen de tentoonstelling zelf. doch ook een
lezing, welke reeds ongeveer honderdmaal voor
schoolkinderen werd gehouden door den heer
Th. Hoekman.
Na afloop hiervan begaven de bezoekers zich
naar de tentoonstelling, waar jonge werkloozen,
die als explicateur optreden, hen rondleidden.
Minister Van den Tempel bracht ruim drie
kwartier op de tentoonstelling door.
De minister van Economische Zaken heeft
aan de commissie, bedoeld in art. 8 van de
ondernemersovereenkomstenwet 1935 verzocht,
de geschorschte behandeling van het verzoek
om algemeen verbindendverklaring van een on
dernemersovereenkomst voor de cocosindustrie
voort te zetten, rekening houdende met de wij
zigingen, welke inmiddels in de overeenkomst
zijn aangebracht.
Met ingang van 16 Februari 1940 is op het
daartoe door hem gedaan verzoek eervol ontslag
verleend uit den militairen dienst aan den re-
serve-majoor mr. J. C. J. W. Hermans, van het
regiment jagers.
Toegekend is de aan de orde van Oranje-Nassau
verbonden eere-medaille, in brons, aan A. Vis
ser, bloemistknecht bij de N.V. bloembollencul
tuur en export Mij. „Guldemond en Zonen", te
Lisse.
l)l(- j er gromde iets, maar kroop gehoorzaam
feiie et trapgat en sloop over het door de reeds
C z°n heet geworden dek naar achteren,
lil ri, Selaat gaf duidelijk te kennen, dat hij
tv»,, 1Zend angsten zat. Toen Parker bij hem
,l^.i MJ ontzet:
r' zeS' die lui daar schieten met een
J-hinegeweer!"
,,J r knikte:
C*.fze schieten goed."
tej) 's scheen hier geen opbeuring uit te put-
1e b keek schichtig om. De afstand tusschen
V°'8e vaartuigen bleef nu gelijk, wat ten ge-
t>Oot udat de opvarenden van de andere
tidrtèi en bereik van revolverkogels, hen naar
st>roejeSt met machinegeweerkogels konden be-
had toch gelijk," zei Parker, en ver-
gum.
keek kem v6rwHdórd aan.
j^da.wat Belinda, wie, wat zei Be-
„Mijn waarzegster," zei Parker, „al dat koffie
dik in mijn oor is verduiveld vervelendvóór
we op reis gingen, voorspelde Belinda me, dat
ik in volle zee zou sterven."
„Ga je gang," grauwde Crofts, „maar wat
moet ik in vredesnaam doen? Terugschieten
kunnen we niet; als we doorvaren dienen we
als schietschijfwat zijn dat daar toch voor
lui? Hoe komen ze aan een machinegeweer aan
boord?"
Parker zuchtte:
„Alle douanevaartuigen hebben tegenwoordig
machinegeweren aan boord, Belinda zei...."
Crofts uitte een kreet, die Parker's mijmerin
gen onderbrak:
„Douanevaartuig?"
„Kijk maar naar de vlag," zei Parker, „die
kun je nou zien."
Crofts wendde zijn hoofd om en slaagde er
na eenig turen in, de vlag aan den mast in de
verte te onderscheiden. Het was inderdaad de
Mexicaansche vlag.
„Wat een mop," kreunde hij, „wat een mop....
en wat doen we nou?"
Het machinegeweer besliste voor hem. Een
nieuwe reeks kogels roffelde over het dek en
tegen de verschansing, en een ervan trof de
koperen buis. waardoor de staalkabels van het
roer liepen. Met een knap sprong een der ka
bels. De boot reageerde oogenblikkelijk, waggel
de als een dronken gans, zwaaide een oogenblik
besluiteloos heen en weer, kwam tot rust en
bleef toen in een wijden cirkel rondvaren tot
Crofts, met een zucht van onderwerping aan
het onvermijdelijke, de gashandle naar bene
den schoof en de ontsteking afsloot.
De motor zweeg plotseling en in de ontstane
stilte werd het zwakke geluid van de machines
der in de verte naderende boot hoorbaar.
„We zijn er bij," zei Crofts, de naderende
boot gadeslaand.
Parker loosde een diepen zucht, en koesterde
zich in den warmen zonneschijn tegen den
wand van de stuurhut.
„Wat kan ons gebeuren?" merkte hij op, „we
kunnen een paar dagen veilig uitslapen in een
koele cel, da's allesHij sloot zijn oogen
en kauwde behaaglijk.
„En den volgenden keer ga ik naar een an
dere waarzegster," voegde hij er aan toe.
ELFDE HOOFDSTUK
ï)c „Lucky Lassie" gaat op jacht
Toen de „Lucky Lassie" de lage golfbrekers
die de monding van Tampico's haven omgaven
naderde, was de bemanning van dat roemruch
te jacht in een allesbehalve rooskleurige stem
ming.
Het enthousiasme, waarmee het gezelschap
gedurende den ochtend bezield was gêweest,
was aanmerkelijk getaand, toen de conclusie
moest worden getrokken, dat het wild op spoor-
looze en onbegrijpelijke wijze was verdwenen.
Na die deprimeerende ontdekking had Clim, als
onverwoestbaar optimist, getracht het gezel
schap met nieuwe hoop te bezielen door te wij
zen op de mogelijkheid, dat Peter zich in de
snelheid van de achtervolgde boot had vergist.
„Weet je wel zeker, Peter, dat die boot niet
harder loopt dan vijf en twintig mijl?"
„Ja!" zei Peter, „in die schuit zit een motor,
die er op berekend is, in geval van nood alle
reddingssloepen van de New Orleans door de
Caraïbische Zee voort te zeulen, en als de een
of andere gek mocht probeeren, dien motor op
een snelheid van meer dan vijf en twintig mijl
te laten draaien, kiest de heele tobbe prompt
het luchtruim. De kapitein heeft me ervoor ge
waarschuwd."
Was het niet vijf en dertig mijl?" zei Clim,
„vergissen is menschelijk, Peter!"
„Dat is het zeker," gromde Peter, „daar kan
zelfs Moeder Natuur, die een gezicht als het
jouwe heeft geproduceerd, van meepraten.
Maar ik heb me nou eens niet vergist, die boot
loopt niet harder dan vijf en twintig."
Hij werd in het gelijk gesteld. Toen zij tus
schen de twee golfbrekers doorvoeren, werden
zij gepraaid door een boot van de havenpolitie.
De beambte, die hun papieren contróleerde, ver
zekerde. dat hij van zonsopgang af op post
was geweest in de haven en dat geen andere
motorboot de haven was genaderd of binnenge
varen.
Zwijgend stuurde Hemingway de boot naar
een steiger en minderde gas. Het grommen van
den motor veranderde in een kalm „pokkepok"
De steiger naderde en rees hoog boven hen op.
Dan schudde de boot even door den schok te
gen de houten palen en gleed met een zacht
schurend geluid langs die palen verder tot de
plaats waar een groenig aangeslagen houten
trap loodrecht in het gladde, blauwe water ver
dween. Met een somber gezicht sloeg Peter een
touw om een der palen en legde een knoop. De
motor zweeg, de boot lag stil. Clim zat op het
dek, met zijn rug tegen het stuurhuis geleund
en 'zijn oogen halfdichtgeknepen om de felle
weerspiegeling van de zon op het water.
Hij tuurde belangstellend naar boven, waar
de houten rand van den steiger een zwarte
lijn sneed tegen de schel blauwe lucht en keek
dan de anderen aan:
„Wat nu?"
Geen van beiden wist daar een afdoend ant
woord op te geven en gedurende enkele minu
ten heerschte er een drukkend zwijgen. Het was
even na één uur. Van de verre schepen aan de
overzijde van de haven kwam geen enkel ge
luid, behalve nu en dan de blaf van een hond
of een kort geplas. Het water rimpelde traag.
De kade, hoog boven den steiger achter hen.
was niet te zien, maar ook daar heerschte een
loome stilte.
Peter was naast Clim neergezonken, met zijn
rug tegen het stuurhuis. Zijn witte broekspijpen
vertoonden hier en daar vuile vegen en zijn kin
was stoppelig. Hij haalde een pijp te voorschijn
en vulde haar. Dan blies hij het eerste blauwe
rookwolkje in het zonlicht en zei:
„We kunnen nu in elk geval het volgende
concludeeren: als de kiel vannacht niet onver
wacht uit die boot van de New Orleans is ge
vallen en die twee boeven plus onze woestijn
op den bodem van de Golf van Mexico heeft
gedeponeerd, staat het vast, dat die lui een an
der doel hebben gehad dan Tampico."
„Dat haal je de drommel," zei Hemingway,
„maar de kust strekt zich links en rechts van
Tampico nogal een aardig eindje uit, als ik me
niet vergis in het Zuiden tot aan Vuurland en
in het Noorden tot Labrador kun jij me ver
tellen, op welk plekje ze aan land zijn gegaan,
of wou je de heele Amerikaansche kust gaan
afzoeken naar voetsporen?"
Peter keek hem nieuwsgierig aan:
„Wat stel jij dan voor? Hier te blijven zitten
tot we de heeren op ons zien toewandelen met
ons document aan een touwtje, of met vier man
op Morescu's aankomst wachten? Ik heb een
idee, ik wil alleen graag weten of jullie ermee
accoord gaan. Kijk eens hier: we hebben vijftig
procent kans dat we goed raden, als we veron
derstellen dat de boot óf naar het Zuiden, óf
naar het Noorden de kust is langs gevaren, niet
waar? Deze boot loopt een heel stuk harder dan
de sehuit, waarmee onze langvingerige vrienden
er vandoor gingen; zelfs al zijn zij op topsnel
heid in rechte lijn naar een plek aan de kust
ten Noorden of ten Zuiden van Tampico geva
ren, dan is het toch in elk geval zeker, dat ze
op het oogenblik nog steeds niet aan wal zijn."
Hij wachtte even en bestudeerde de gezichten
van Clim en Hemingway. Beiden zwegen en
wachtten op verdere uiteenzettingen. Op een
schip in de verte zong een matroos.
Peter deed een haal aan zijn pijp en ging
voort.
(Wordt vervolgd).