DEN MENSCH
Medische Missie
actie
EN WOESTIJN
RAAKT ZOEK
ZONDAG 18 FEBRUARI 1940
LECTUUR
CENSUUR
Oorlogswinstbelasting
in Indië
De regeering antwoordt den
Volksraad
Nota van wijzigingen
KLEERENCOMITÉ VOOR
FINLAND
Organisatie over het geheele land
DE POSITIE VAN DEN
VOLKSRAAD
Afdeelingsverslag over de
voorgestelde wijziging
Mobilisatie-slachtoffers
Hulstkamp, Uw vriend.
Mutaties in de leger
leiding
BELANGRIJKE UITSPRAAK IN
OCTROOIPROCEDURE
WONING UITGEBRAND
Zo juisi verschenen:
EN
G. van Geskei S.J.
N.V. PAUL BRAND'S
Uitg.bedr. Hilversum
MINERALEN VAN „ADELAAR"
NAAR ROTTERDAM
NAGEKOMEN KALENDERS
UIT DE STAATSCOURANT
Burgemeester
HET LEVEN VAN
EEN BOEK OVER EN VOOR UW LEVEN
2 KLOEKE enn BLADZ- Afin FRAAIE
DEELEN OUU TEKST «tUU ILLUSTRATIES
FEUILLETON
DOOR WILLY WATERMAN
BATAVIA, 17 Pebr. (Aneta). Verschenen is
de memorie van antwoord op het voorloopig
verslag van den Volksraad inzake het wetsont
werp tot heffing van een oorlogswinstbelasting
Daarin wijst de regeering er op dit tegen
over het betoog van verschillende leden, die het
verschil van de huidige omstandigheden met
die van de jaren 1914 tot 1918 naar voren
brachten dat de huidige ongunstige finan-
cieele toestand zeer scherp afsteekt bij dien ten
tijde van het uitbreken van den vorigen groe
ten oorlog. Bovendien is de huidige schuldpo
sitie van het land een gansch andere dan die,
welke toentertijd bestond.
De regeering is van oordeel, dat een heffing
tot het voorgestelde tarief, bij een behoorlijk
beleid van de ondernemers, aan de versterking
van den weerstand der bedrijven niet in den
weg behoeft te staap.
De regeering handhaaft haar standpunt, dat
bij excessieve prijsstijgingen, voor een extra
heffing in den vorm van een z.g. oorlogsuit
voerrecht. naar de geheven O.W.-belasting, een
deugdelijke grond aanwezig kan zijn.
De reeeering is het niet recht duidelijk, hoe
de vraag kon rijzen, op welke wijze de .som
bere" vooruitzichten van het büdgetair over
zicht te rijmen zijn met den „meer blijmoedigen
kijk" van den minister van Koloniën. Het in
de dagbladen gepubliceerde extract van de me
morie van antwoord van den minister van Ko
loniën. maakt toch ten aanzien van de uitkom
sten 19371938 melding van overschotten op
den gewonen dienst en geeft voor 1939 cijfers
van de z.g. December-verwachting, welke aan
den Volksraad op de gebruikelijke wijze even
eens zijn aangeboden. Hierop sluit thans aan
de opstelling van de budgetaire vooruitzichten
voor het loopende jaar. Daaraan is slechts toe
gevoegd, dat de zeer ongewisse internationale
verhoudingen een element van groote onzeker
heid in het leven riepen, zoodat ten opzichte
van deze verwachtingen in den loop van het
Jaar nog allerlei verschuivingen mogelijk zijn.
Voor overwegingen in verband met een ver-
tragenden invloed op sociale voorzieningen,
leent de onderhavige heffing, die immers ter.
doel heeft incidenteeie winsten van een zeer uit
zonderlijk karakter te treffen, zich zeer slecht.
In gevallen, waarin van omstandigheden
blijkt, op grond waarvan het vergelijkingsbedrag
voor 'n bepaalde onderneming niet als normaal
kan worden beschouwd, zal voor de berekening
van eventueele oorlogswinsten 'n „bijstelling" van
de basis van vergelijking vanzelf plaatsvinden
in dier voege, dat niet de geheele winstvermeer-
dering als oorlogswinst wordt aangemerkt.
Tegenover het pleidooi van sommige leden,
dat de voorgeschreven minimumbasis van vier
procent voor belastingvrijen aftrek te laag is
en dient te worden gesteld op vijf procent, stelt
de regeering, dat het beoogde doel, nJ. licha
men, die niet dan matige winst maken, bulten
de belasting te doen Vallen, door het stellen van
een basis van vier procent volkomen wordt ver
wezenlijkt. Overigens blijft het aan belangheb
benden vrijstaan om aan te toonen, dat eenig
bedrijf onder niet door den oorlog beïnvloede
omstandigheden, een normaal rendement van
meer dan vier procent zou hebben. Slaagt men
er in dit aan te toonen, dan zal daarmee bij de
berekening der oorlogswinst rekening worden
gehouden.
Tijdens de voorbereiding van het ontwerp is
voldoende zekerheid verkregen omtrent de in
Nederland met terugwerkende kracht in te
voeren oorlogswinstbelasting.
De regeering diende bij den Volksraad een
nota van wijzigingen in op het ontwerp inzake
heffing van een oorlogswinstbelasting.
Hierbij moeten in artikel 4 de leden 11 en 12
zoodanig worden gelezen, dat, indien de winst
over eenig jaar, bedoeld bij artikel 3, minder
bedraagt dan de totale winst over dat jaar, de
overeenkomstig lid 4 of 8 te berekenen interest
moet worden vermenigvuldigd met een breuk,
welke die winst tot teller en de totale winst tot
noemer heeft, terwijl, voor zoover het de op
brengst van in Nederland belegde reserves be
treft, deze geheel of gedeeltelijk als Nederland-
sche winst worden aangemerkt.
Voorts wordt aan artikel 6 een nieuw lid toe
gevoegd, luidende: heeft de belastingplichtige
na vestiging metterwoon in Nederlandsch-Inaië
in eenig jaar, bedoeld bij artikel 3, een op
brengst van opzichzelf staande handelingen,
werkzaamheden of diensten genoten, of het
daaruit voortvloeiend verlies geleden, dan wordt
volgens het in het eerste lid van genoemd arti
kel bepaalde inkomen met het zuiver bedrag
dier opbrengst vermeerderd of met het zuiver
verlies verminderd.
Naar aanleiding van een bij de Finsch—
Nederlandsche vereeniging ingekomen dringen
de bede uit Finland om kleeren en wollen goe
deren. heeft zich een comité gevormd, dat zich
ten doel stelt in den kortst mogelijken tijd een
kleereninzameling te houden in geheel Neder
land. Mevrouw T. A. KtrlffKolff, echtgenoote
van den consul-generaal van Finland te Rot
terdam, heeft het voorzitterschap aanvaard,
terwijl tal van vereenigingen, die haar mede
werking in dezen verleenen, vertegenwoordigers
in dit comité hebben.
Omdat het inzamelen snel en doeltreffend
tnoet geschieden, heeft men de organisatie als
volgt ingericht:
In vrijwel alle gemeenten van ons land wer
den plaatselijke comité's ingesteld en men ver
zocht den echtgenooten van burgemeesters zich
aan het hoofd van deze plaatselijke comité's
te willen stellen. De plaatselijke comité's wor
den dan verder gevormd door afgevaardigden
van de plaatselijke afdeelingen der medewer
kende vereenigingen, terwijl natuurlijk ook
vertegenwoordigsters van eventueel nog be
staande andere plaatselijke vereenigingen of
daarvoor in aanmerking komende personen
kunnen worden uitgenoodigd in het comité
zitting te nemen.
Aan de hand van bepaalde, door het werk
comité gegev enrichtlijnen, is elk comité vrij
öe inzameling te organiseeren, zooals dit aan
zijn leden het beste lijkt
De plaatselijke comité's organiseeren de in
zameling ter plaatse, sorteeren en verpakken
de goederen en zenden ze naar een centraal
punt, vanwaar het transport naar Finland reeds
geregeld.
In gemeenten, waar geen comité is gevestigd,
kan men de goederen direct sturen naar
„Kleerencomité voor Finland, loods Stockholm,
IJsselkade, Oostzijde, Rotterdam".
Daar reeds van nadere zijde geldcollecten ge
organiseerd werden, beperkt dit comité zich
tot het inzamelen van kleeren of van geld om
kleeren te koopen.
Dit laatste kan gestort worden op postgiro
rekening 68500, firma R. Mees Zoonen te
Den Haag, ten gunste van „Kleerencomité
voor Finland".
Medewerking hebben verleend de volgende
vereenigingen
Federatie van Christ. Vereenigingen van en
voor Vrouwen en Meisjes; Federatie van R. K.
Vrouwenbonden in Nederland; Joodsche Vrou
wenraad in Nederland; Nederlandsche Christen
vrouwenbond; Het Nederlandsche Padvindsters-
gilde; Nederlandsche Vereeniging voor Vrou-
wenbelangen en gelijk staatsburgerschap; Ne
derlandsche Vereeniging van Huisvrouwen:
Vrouwengroep uit de Liberale Staatspartij;
Vrijzinnig Democratische Vrouwenclubs.
De sociaal-democratische Vrouwenclubs heb
ben haar sympathie met dit doel betuigd, doch
nemen aan het werk niet rechtstreeks deel
daar zij zelf een soortgelijke actie reeds heb
ben ondernomen.
BATAVIA, 17 Februari (Aneta). In het af
deelingsverslag omtrent het voorstel tot wijzi
ging van de positie van den Volksraad wordt
onder meer het volgende gezegd;
Van verschillende zijden betuigde men in
stemming met het openen der mogelijkheid, dat
leden van het college van gedelegeerden een
bezoek aan Nederland brengen. Men was echter
vrij algemeen teleurgesteld over de wijze, waar
op dit principe was uitgewerkt. In de eerste
plaats achtten verscheidene leden het m strijd
met vroegere verklaringen der regeering, dat
geen verlofsregeling zou worden voorgesteld. In
de tweede plaats begrepen vele leden niet, waar
om de „voorgestelde bezoek-regeling" met de
mogelijkheid tot vervanging zoo beperkt, ja
zelfs schriel was gehouden.
Voorts betreurden vele leden de eenzijdigheid
van de ontworpen voorzieningen, welke uit
sluitend aan de leden van het college van ge
delegeerden ten goede komen. Daardoor worden
de verschillen, welke toch reeds tusschen ge
delegeerden en niet-gedelegeerden bestaan nog
vergroot.
Anderen echter achtten deze beperking niet
onredelijk, omdat het hier personen betreft, die
zich geheel van andere werkzaamheden hebben
vrijgemaakt, teneinde zich aan de staatkundige
taak te wijden.
Verschillende leden meenden dat deze regeling
mede dient te gelden voor een bezoek aan an
dere landen dan aan Nederland.
Verscheidene andere leden maakten hiertegen
bezwaar. Zij bepleitten echter wel verruiming
tot andere deelen van het Koninkrijk.
Ook het voorstel voor aftrek, indien ver
gaderingen niet worden bijgewoond, werd uit
voerig besproken.
Verscheidene leden zouden deze bepaling ge
heel willen doen vervallen.
Een boete-bepaling, zooals is voorgesteld, werd
voor leden van het hoogste vertegenwoordigend
college misplaatst geacht.
Verder had men bezwaar tegen de enge cri
teria voor gerechtvaardigde absentie.
Mevrouw Bakker-Nort heeft aan den minister
van Defensie de volgende vragen gesteld:
0
Is het den minister bekend, dat de gezinnen
van de onbemiddelde dienstplichtigen, die tijdens
de mobilisatie in den dienst zijn omgekomen, in
kommervolle omstandigheden verkeeren?
Wil de minister bevorderen, dat een betere
pensioenregeling voor weduwen en weezen van
dienstplichtigen bij land- en zeemacht tot stand
komt, in dien zin, dat het pensioen van de we
duwe van een soldaat, matroos of marinier, dat
thans ten hoogste f 560 per jaar bedraagt als zij
drie of meer minderjarige kinderen heeft, wordt
verhoogd?
Wil de minister dan tevens de totstandkoming
van een meer bevredigende regeling bevorderen
met betrekking tot de begrafeniskosten van
dienstplichtigen, die tijdens de mobilisatie om
komen?
Op hem kunt U vertrouwen, Uw
voorvaderen wisten dit reeds.
Onafgebroken heeft dit ver
trouwen, dat te danken is aan een
superieure reputatie, voortbestaan.
Daarom als ge den kellner
Z.O. genever bestelt - eisdi dan
Uw Hulstkamp, net afs thuis.
schenkt
genever.
13?5 INCLUSIEF ÖB
Bij K.B. van 15 Febr. 1940 is met ingang van
19 Februari 1940 benoemd en aangesteld bij het
wapen der artillerie tot luitenant-generaal, de
generaal-majoor W. F. Sillevis, commandant
van het lie legerkorps.
Op het daartoe door hem gedaan verzoek is,
terzake van langdurigen dienst, een eervol ont
slag verleend uit den militairen dienst, aan den
luitenant-generaal Sillevis, voornoemd.
Den luitenant-generaal Sillevis, voornoemd,
is H.M.'s dank betuigd voor de veeljarige en
belangrijke diensten door hem aan den lande
bewezen.
Benoemd tot commandant van het lie leger
corps, de generaal-majoor J. Harberts, zulks
onder gelijktijdige eervolle ontheffing van zijn
(vredes)-functie van inspecteur der artillerie.
In zijn rang en ouderdom van rang is over
geplaatst bij het wapen der artillerie, ter na
dere indeeling door of vanwege den minister
van Defensie, de generaal-majoor N. T. Cars-
tens, van den generalen staf.
Benoemd en aangesteld bij den generalen
staf, tot kolonel, de luitenant-kolonel V. E.
Wilmar, van den generalen staf, chef van den
staf van het commando luchtverdediging.
Bij het wapen der infanterie, ter nadere in
deeling door of vanwege den minister van De
fensie, tot kolonel de luitenants-kolonel H. C.
van der Bijl, commandant van het le regiment
wielrijders en J. Veenbaas, van den staf der in
fanterie, territoriale bevelhebber in Friesland
enz.;
tot majoor de kapitein W. van Wijk, van het
regiment jagers;
bij het wapen der artillerie, ter nadere indee
ling door of vanwege den minister van Defen
sie, tot kolonel de luitenant-kolonel D. M. Lu-
cardie, commandant van het 2e regiment artil
lerie;
bij het reservepersoneel der landmacht bij
het wapen fder infanterie, ter nadere indeeling
door of vanwege den minister van Defensie;
tot reserve-kolonel, de reserve-luitenant-kolo
nel G. A. de Brauw, van den staf der Vie
divisie;
tot reserve-luitenant-kolonel, de reserve
majoors R. O. van Gennep, van het le regi
ment infanterie en F. N. F. van der Schrieck,
van het regiment jagers.
Benoemd tot commandant van den luchtver
dedigingskring UtrechtSoesterberg, de eervol
ontslagen luitenant-generaal der artillerie W. F.
Sillevis.
Bij vonnis van 13 Februari 1940 heeft de
rechtbank te 's-Gravenhage uitspraak gedaan
in de procedure van de patent Treuhand Ge-
sellschaft vs. Cycle Import (De Wolff) op grond
van het op gloeilampen betrekking hebbende
Nederl. octrooi 11 346. Bij deze uitspraak heeft
de rechtbank, na tweemaal deskundigen advies
te hebben gevraagd, de handelingen van ge
daagde als inbreukmakend beschouwd en haar
verboden daarmede door te gaan op verbeurte
van een dwangsom van 100.per lamp.
Zaterdag is door nog niet bekende oorzaak
te Roosmalen brand ontstaan in een dubbel
woonhuis in de Stationsstraat, bewoond door
de families Munter en Roeffen.
Het vuur is ontstaan in de woning van den
neer Munter en greep snel om zich heen. De
brandweer was spoedig ter plaatse. De bewo
ners moesten zich in allerijl in veiligheid stel
len. Het huis van de familie Munter brandde
geheel uit. Van het belendende perceel werd
de zolderverdieping gedeeltelijk vernield. Ver
zekering dekt slechts gedeeltelijk de schade.
Ik meen reeds eenmaal in deze kolommen
verteld te hebben, dat een vriend van mij, die
nota bene een belangrijk charitatief werker was,
mij eens vroeg: Moet charitas practisch zijn?
Hij bedoelde: moet charitas alleen uit het hart
of ook uit het hoofd voortkomen
Een antwoord op deze vraag krijgt men, in
dien men de lijst van overleden missiezusters
leest, die in een spreekkamer ergens in een Bra-
bantsch klooster hangt. De gemiddelde levens
duur van deze nonnen is acht en twintig jaar.
Dat is, dunkt mij, een antwoord. Bij het zien
van deze lijst twijfelt niemand meer. Of toch?
Laat ik dan maar als mijn opinie zeggen, dat
iemand, die daarin niet spoedig een groote ver
betering zou willen zien, een godvruchtige
idioot is. Niettemin zou ik tegen het Bijbelsch
voorschrift in, dat afraadt met dwazen te rede
twisten, aan zoo iemand de vraag willen stellen:
als het nu eens geen nonnen zijn, maar mis
sionarissen? „Ge moogt het dan heel braaf vin
den," zou ik willen zeggen, „dat missiezusters
vroeg sterven, maar vindt ge het ook goed dat
missionarissen vroeg sterven?" Ik behoef niet te
zeggen dat mijn tegenstander beschaamd zwijgt.
Welnu, de missionarissen in 't algemeen ster
ven volgens de statistiek nog veertien jaar te
vroeg. Zeker, er zijn plaatsen in de wereld, waar
ze een hoogen ouderdom bereiken, zooals in
Mongolië: daar is wel eens pest en vlektyphus,
maar het leven in 't algemeen is er zeer gezond.
Doch de meeste landen, denk ik, zijn niet zoo
gezond; het beruchtste land is misschien West-
Afrika, maar de meeste streken van Afrika zijn
gevaarlijk voor den zendeling en trouwens voor
de negers zelf ook, want Afrika is een dun be
volkt land en er zijn zeer vele ernstige ziekten,
die hier totaal onbekend zijn. Ook Brazilië is
ongezond, niet aan de kust zoozeer, maar verder
op het land in.
Het klimaat in de tropen is voor de meests
Nederlanders op den duur zwaar te verdragen.
En wat van groot belang is: in vele van de
afgelegen plaatsen is medische hulp zeer moei
lijk te verkrijgen.
Het is nu een van de eerste taken van de Me
dische Missie Actie, om daarin verbetering te
brengen. De Medische Missie Actie telt in haar
bestuur zeer ervaren tropen-artsen en met the
ervaring heeft zij ingesteld een keuringsraad
en een behandelingsraad. Vóórdat missionaris
sen en zusters naar de missielanden gaan, wor
den zij want de meeste missiezusters en Con
gregaties werken daaraan mede door dezen
keuringsraad onderzocht of zij geschikt zijn
voor het klimaat, waarin zij moeten verblijven.
Dat men hierbij nauwkeurig te werk gaat, bleek
mij nog een dezer dagen, toen een Zuster af
gekeurd werd wegens een nattend eczeem, dat
in Nederland slechts geringe bezwaren maakt,
maar in Indië practisch invalide zou maken.
De keuring wordt ook toegepast op hen, die, op
verlof geweest zijnde, weer naar de missie terug
willen keeren.
Ook de behandelingsraad is een enorme ver
betering. Het is immers duidelijk dat zij, die van
de missie terug komen, lijdende b.v. aan ma
laria of dysenterie, behandeld moeten worden
door artsen, die ervaring hebben in deze zaken.
De missie-congregaties en -orden hebben nu
een goed adres, terwijl voorheen uiteraard veel
aan het toeval was overgelaten. De Medische
Missie Actie heeft immers de goedkeuring en
medewerking der geestelijkheid. Ook de voor
zitter, prof. Groenen, is een geestelijke en dit
is zeer terecht, want het geheele werk is een
godsdienstig belang.
Dit is evenwel niet de eenige taak van de
Medische Missie Actie (afgekort Memisa) en
sommigen zouden .zeggen zelfs niet de voor
naamste taak. Het eerste werk dat vermeld is,
is de organisatie van een medischen cursus voor
missionarissen in 1921. Ik herinner mij dezen
cursus, want de man die het initiatief daartoe
genomen had, was een studievriend van mij:
dr P. van Hasselt. Op dezen eersten cursus
ontmoette ik een missionaris uit Noord-Mon-
golië, maar ik was zijn naam vergeten. Ik ont
moette hem opnieuw in 1939 op de Missie-ten
toonstelling. Dat was de bekende pater Popelier.
Hij was nauwelijks ouder geworden. Maar
Noord-Mongolië heeft een gezond klimaat.
De tweede cursus is gehouden in 1925 en na
1927 wordt er elk jaar een cursus in Rotterdam
gehouden Ik weet niet hoeveel procent van de
missionarissen min of meer de geneeskunde uit
oefenen. Sommigen doen dat niet. In Batavia
en Socrabaja en dergelijke plaatsen is dat niet
noodig, maar ik vermoed dat verreweg de mees
ten zich aan deze taak niet kunnen onttrekken.
door
PRI.JS
f 0.80
„Wie zich oriënteren wil om
trent de kerkelijke boekenwet,
kan hier terecht. Een sum
miere doch volledige uiteen
zetting licht hem in over het
essentiele. Aan deze uiteen
zetting gaat een historische
inleiding vooraf over censuur
in het algemeen en de hou
ding der Kerk ten opzichte
van het geschreven woord in
net bijzonder." (DeMaasbodej
Dit bock is verkrijgbaar ln
den boekh. en b(j den uitgever
DOUWE EGBERTS 'T A B A t~V E RSCTtAET
WOLKEN Vrfi GENOT DOUWE
ABA
OO.UWE eCberts tabak verschaft u wolken van'gfnot*
CHAFT U WOLKEN GENOT! DÓUWE EGBERTS TABAK VERS
O O U C-ÉÊ - fk ~WJ. K VE°S£F»',FT U WOLKEN VAN GE NO
CHA'&A EjL |aI»G*nT)t DOUWE EGBERTS T A BAJ^.'E R 1
DOl/T'Üi'rS TABAK V F r HAFT U P«Ol
CHAFT U WOLKFU|^^^l D O g /gfMA E kW W E 8 M E 6 A N
DOUWE EGBEE'W^ f ■FS.EHAll H0B L K N cg 0 Tj E tGBERTS TAbT
CHAFT U WOLFEf vl GJRR D CM M Wi B E iR^T aST VE R S C H A F riU WOLKEN VAN Gil
DOUWE E G B E R iff Ot "f WOLKEN VAN GENOT' DOUWE EGBERTS
CHAFT U WOLtl#ï" i^^UT' DOUWE EGBERTS TABAK VERSCHAFT U WOLKEN VAN
DOUWE EGBER^IA8AK VERSCHAFT U WOLKEN VAN GENOTL DOUWE EGBERTS TABAK VERSCtWI
HAFT
'JWE
1AFT
JWE
1AFT
OUWE
s t AFT
1fTr-m "„y?
an cW-rtrrr-riD
Zij doen daardoor ontzaglijk veel goed. Maar
dan is het ook van eminent belang, dat zij daar
in een opleiding ontvangen en deze opleiding
is niet zoo heel erg eenvoudig en elementair,
want het bestuur der Memisa bestudeert ijverig
de kwestie van de vooropleiding, om dezen cur
sus met vrucht te kunnen volgen. Een der art
sen, die in de nabijheid van een missiekloostei
woont, geeft b.v. aan de toekomstige missiona
rissen een vierjarigen cursus. Deze collega ver
dient grooten lof, maar men zou natuurlijk
overal een vooropleiding wenschen. Ik behoel
immers niet te zeggen dat de medische kennis
van den missionaris en van missiezusters in dui
zenden gevallen het eerste en hartelijke contact
geeft met de heidenen, die in de schaduwen des
doods gezeten zijn. Maar iaat ik daarover niet
beginnen; laat ik er niet van praten welke ab
surde denkbeelden men hier verspreid heeft
over het gelukkige en zorgelooze leven van de
z.g. natuurvolken. Daar is heel weinig waar
heid in.
De medische missiecursus wordt gegeven door
zeer bevoegde personen. Ook verschillende niet-
katholieke artsen (en professoren) werken met
liefde daaraan mede.
Natuurlijk is deze cursus vooral practisch,
niet theoretisch. En de praktijk is juist van zoo
groot belang. Langdurige, moeilijke en ingewik
kelde behandelingen vallen natuurlijk buiten heat
bereik van den missionaris. Het zou onverstan
dig zijn hun de fijnere behandeling van suiker
ziekte te leeren en de groote chirurgie. Maar
er zijn in de missielanden juist zooveel zieken,
die met betrekkelijk eenvoudige middelen zijn
te bestrijden. In de eerste plaats denkt men
natuurlijk aan de kleine chirurgie, de behan
deling van wonden, van abcessen, kneuzingen,
beenbreuken en dergelijke aandoeningen.
Dan zijn er een aantal oogziekten, huidziek
ten, ingewandsziekten en algemeene infectie
ziekten, die door het geoefende oog van den
missionaris gemakkelijk herkend en met de mo
derne chemische middelen in korten tijd zeer
effectief behandeld kunnen worden. De missio
naris kan dan, indien hij over die geneesmidde
len beschikt, deze ziekten, die anders den ge
troffene dooden of verminken, met goed ge
volg behandelen. Zij volgen daarbij het voor
beeld van den Goddelijken Meester, die de zie
ken genas en hen daardoor tot het geloof aan
den Algoeden en Almachtigen God bracht.
Dr. TH. H. SCHLICHTING
Minister Steenberghe heeft thans bepaald,
aldus bericht het Handelsblad, dat de sluiting
der veevoederfabriek „De Adelaar" en het ver-
voerverbod voor de daarin opgeslagen goederen
zullen worden opgeheven, met dien verstande,
dat alléén vervoerd mag worden onder politie
toezicht en rechtstreeks van De Bilt naar door
den Veeartsenijkundigen Dienst aan te wijzen
plaatsen, terwijl de vervoermiddelen daarna
moeten worden ontsmet te Rotterdam.
Dit zal dus wel inhouden, dat de mineralen
moeten worden gebracht naar de Rijksserumin-
richting te Rotterdam voor onderzoek op milt
vuur-smetstof en uiteindelijke vernietiging.
We ontvingen nog eenige late kalenders.
Een zeer fraaie aflevering zond ons de druk
kerij Senefelder te Amsterdam. Het is een
maandkalender in fraaie, rustige uitvoering met
zes zeer geslaagde reproducties, die een sieraad
zijn voor den wand in kamer of kantoor.
De N.V. Amsterdamsche Boek- en Steendruk
kerij v.h. Ellerman. Harms en Co. gaf een flinken
tweemaandelijkschen kalender uit.
Een weekkalender ontvingen wij tenslotte van
de drukkerij v.h. Ridderinkhof Ruijs en Co. té
Amsterdam.
Met ingang van 1 Maart 1940 is benoemd tot
burgemeester der gemeente Berghem: J. A Lin-
ders.
F licht brengt geluk, genot teleur
stelling.
Weet U, hoe U eigen-
Ijjl. leeft? Hoe Uw
beenderen groeien?
Hoe hersens werken?
Wat wonden zijn en
hoe ze genezen? Hoe
dc mensch ademhaalt,
zich voedt, slaapt?
Hoe hart, longen,
maag, nieren werken?
Dit alles laat het
voortreffelijke popu-
lair-wetenschappelijke
werk van Dr. Fr.
Kahn: „HET LEVEN
VAN DEN MENSCH"
U in woord en beeld
zien. Het vertelt U
bovendien interessan
te dinger over smaak
cn reuk, over honger
en dorst, over bacil
len en cellen, over
ontwikkelingsgang en
erfelijkheid, sexualiteit
en levensloop, over
huid cn zintuig, over
opvoeding, sport cn
techniek, over de
plaats van den mcnsch in de natuur en over de noodzakelijke
voorwaarden voor een gelukkiger en beter leven. Wij zouden niets
liever doen dan U den volledigen inhoud geven van dit zeldzaam
Interessante werk, doch deze beslaat in het boek 8 dicht bedrukte
bladzijden. Wij moeten dus volstaan met U te verzekeren, dat
„HET LEVEN VAN DEN MENSCH" door Dr. Fr. Kahn een der
belangrijkste en meest interessante boeken is, die ooit in ons land
zijn verschenen!
De uitgave, die U van ons ontvangt is een speciale editie, welke
in tegenstelling met een andere uitgave ook voor Katholieken
geschikt is en door de Kath. Pers is aanbevolen.
Prijs per deel gebonden in blauw Uil NQg f590
kunstleeren prachtband
zoolang nieuwe stijging van papier-prijzen oi anderszins verhoo
ring niet noodzakelijk maakt. Verzend daarom nog heden onder
staand bestelbiljet uitsluitend aan N.V. Bock- en Kunsthandel
H. Nelissen, Prinscngr. 627, Amsterdam-C., Tel. 31791, Giro 60092.
Franco toez. Betaling desgew. in maand. term. van minstens f 1.—.
Ondergeteekende wensent te ontvangen ,Het
Leven van den Mensch" in 2 blauw kunst
lederen prachtbanden a f 5.90 per deel.
Het oedrag ad f 11.80/de le maandel. termijn ad f
is verzonden/wordt met 10 ct. extra voor rembours bij ontvangst
zending betaald. (Doorslaan, wat niet wordt verlangd).
NAAM;
ADRES:
33
En de hoogste verwaentingen der inboorlin
gen werden overtroffen. Enkele bevoorrechten
ond»r hen waren zoo zeer door het lot begun
stigd, dat zij er nog getuige van konden zijn,
hoe twee Americano's, geen Mexicanen, maar
twee échte Amerikanen met de handen op
den rug gebonden, stijf, bestoft en scheldend
uit de achterzitplaatsen werden gehaald en 't
gebouw ingeduwd.
Crofts had tijdens den rit weinig gelegenheid
gehad om opmerkingen te maken. Hij had hei
hardnekkig meermalen geprobeerd, maar het
lawaai van den motor, het klepperen der di
verse losse onderdeelen en het schokken van
den wagen over de kuilen en gaten in den weg
maakten zijn pogingen bij voorbaat vruchte
loos. Maar nu hij pijnlijk en stijf, den wagen
verliet, barstte hij los:
„Als jullie, krakeelende en grijnzende Mexi
canen. soms denkt, dat je twee vrije Ameri-
kaansche staatsburgers in volle zee kunt be
schieten, büna vermoorden, in een klepperende
doodkist zetten, en dan twintig mijl voortsleu
ren door een gloeiende hitte, terwijl de schor
pioenen je in je nek waaien, heb je het toch
mis! Dat zal jullie zandhazen toch duur te
staan komen! Als Roosevelt dat hoort, ligt er
lier morgen een oorlogsbodem van Oomc Sam,
die jullie heele potten- en pannenwinkel hier
met één schot door de Parelmoeren Poorten
blaast! Begrepen?"
Hij blafte zijn laatste woorden tegen den glim
lachenden Mexicaan, die het dichtst bij hem
stond.
De douanier, die sandalen droeg, zonder sok
ken, een gerafelde uniformjas aan had met on-
wezenlijk-schitterende knoopen en een vuil
witte broek met goudgalon, deed twee verschrik
te passen achteruit, knikte welwillend en zei
haastig
„Si, si. senor! Si, si!"
„Si, si!" raasde Crofts, „si, si! Grinnikende
aap, maak mijn handen los en ik zal je leeren,
een Amerikaansch staatsburger te binden en
rond te zeulen
Hij stikte bijna van woede, staarde enkele
oogenblikken in het welwillende gelaat van den
douanier en wendde zich dan tot Parker:
„Zeg, Parker doe jij je mond eens open, wat
zeg jij van dien Mexicaan, die me daar aan
staat te gapen en niks anders weet te vertellen
dan „si. si. senor?"
Parker, die op den grond was gaan zitten,
met zijn rug tegen den muur van de gang en
zich daar blijkbaar zeer op zijn gemak gevoelde,
keek op, wierp een afwezigen blik op den roo-
den Crofts en den glimlachenden Mexicaan en
knikte:
„Dat zou ik ook zeggen als ik door een krank
zinnige in het Hindoestansch werd aangebruid.
Alleen zou ik het „senor" er af laten, maar
Mexicanen zijn hoffelijke lui."
Hij verzonk, tevreden kauwend, weer in be
schouwing van den muur tegenover hem. Crofts
slikte een paar maal en opende dan zijn mond
om een opmerking te maken over Parker's gees
telijke afwijkingen, toen de tweede douanier,
die tot nu toe was bezig geweest, aan de volks
menigte op het plein explicaties te geven, door
de deuropening de duistere gang binnenkwam,
hen met een verontschuldigend gebaar passeer
de, op de deur, enkele meters verder klopte en
binnentrad.
Het was in de lange, duistere gang aanmer
kelijk koeler dan het buiten was geweest en
voor het eerst dien middag voelde Crofts zijn
humeur eenigermate verbeteren.
De Mexicaan had de deur. verderop in de
gang, achter zich gesloten en alleen een vaag
geroezemoes van stemmen was te hooren. Over
het geheele gebouw hing een genoeglijke sfeer
van slaperigheid. Het zonverliehte plein met
zijn witte, vierkante huizen, dat door de open
gebleven deur zichtbaar was, het gonzen van
enkele zachte geluiden met zich voerden, dat
alles deed binnen enkele minuten Crofts' woede
bedaren: hij was nu in een stemming van kal
me afwachting.
„Waarom zouden we ons druk maken?" zei
hij tegen Parker, en volgde diens voorbeeld door
eveneens tegen den muur gehurkt te gaan zit
ten, „wat kan ons gebeuren? Hoogstens een
paar dagen in den bak, en ons papier is zoo
veilig als het maar zijn kan!"
„Heb je dat nóu pas in de gaten?" verbaasde
Parker zich cn geeuwde. Vlak daarop sloot hij
zijn mond weer met een klap, mompelde enkele
minder nette uitdrukkingen en spuwde een
muskiet uit, die tijdens zijn geeuw nieuwsgierig
de wijde spelonk was binnengezeild.
Toen ging de deur, enkele meters verder in
de gang open en de Mexicaan wenkte hen bin
nen te treden.
Zij liepen hem voorbij en betraden een klein
vertrek, dat, toen de twee begeleidende doua
niers zich bij hen hadden gevoegd, juist gevuld
was. Crofts en Parker stonden met hun beener.
tegen een zware houten tafel. Achter die tafel
zijn stoel achterover tegen den muur geleund,
zat een zwaar gebouwd man in zijn shirt.
Aan een spijker in den muur hingen een
vuile uniformjas en een revolver aan een riem.
Uit een lange bruine sigaret in zijn mond
hoek kringelde langzaam een rookspiraaltje, dat
een eindje boven zijn hoofd plotseling een nel-
blauw wolkje werd in een feilen zonnebundel
die door een opening in de neergelaten jalou-
zieën naar binnen viel. Enkele tellen heerschte
er diepe stilte, waarin het zoemen van de vlie
gen duidelijk hoorbaar was; toen bewoog de
man achter de tafel zich om de asch van zijn
sigaret te tikken en zei in vloeiend Ameri
kaansch
„Jullie twee zijn gearresteerd, verdacht van
wapensmokkel, hoe zit dat?"
„Hoe dat zit?" zei Crofts, in opperste verba
zing, toen hij eindelijk zijn spraakvermogen had
teruggevonden, „zijn wij beschuldigd van wa
pensmokkel?"
Dc man achter de tafel geeuwde:
„Kijk eens hier, ik snap van de heele zaak
niets. Vanmorgen in alle vroegte kreeg 't kust-
station bij Tampico een telegram van de „City
of New Orleans", dat twee lui het schip had
den verlaten in de motorsloep, en van plan wa
ren, ergens aan de kust wapens aan land te
smokkelen. Op een onzalig vroeg uur zijn we
allemaal uit ons bed gekropen en hebben pa
trouillebooten uitgestuurdNu is inderdaad
de motorsloep van de „New Orleans" aangehou
den met twee man er in plus in totaal drie
pistolen. waarvan één defect. Wat is dat nu
allemaal voor onzin? Zijn jullie van plan, een
fortuin bijeen te smokkelen door telkens een la
ding van drie,stuks te vervoeren, of heb je de
lading overboord gesmeten of wat?"
Hij zuchtte vermoeid, legde zijn voeten op de
tafel voor hem en sloot zijn oogen in afwach
ting van het antwoord. De twee douaniers had
den op een bank tegen den muur plaats geno
men en rolden nu sigaretten.
„Onzin," zei Crofts, „klinkklare onzin! De
een of ander aan boord heeft waarschijnlijk een
grap willen uithalen en dat telegram verzonden.
Alle wapens, die we ooit bij ons hebben gehad
zijn die drie pistolen, die aan boord gevonden
zijn!"
De man achter de tafel greep in zijn broek
zak en haalde een pakje sigaretten te voor
schijn. Geen bruine, Mexicaansche sigaretten,
doch onvervalschte Amerikaansche.
Crofts voelde langzamerhand een vermoede*1'
dat bij hem gerezen was, tot zekerheid worden-
Die man achter de tafel was geen Mexicaan.
maar een Amerikaan, die in Mexico was ver'
zeild geraakt en blijkbaar zijn redenen had on1
daar in een ambtenaarsfunctie te blijven.
De man in kwestie stak het pakje weer
zijn zak zonder acht te slaan op Crofts' verlan'
genden blik, blies een rookwolk uit en vr0?®
met een stem of het geheele geval hem niet
het minst interesseerde:
„Waarom gingen jullie twee midden in
nacht met een motorboot van de New Orlean
af?"
Crofts had zijn antwoord op die vraag
klaar:
„Omdat we een dringende zakelijke conte*
rentie hadden, die we zouden gemist hebben
we met de mailboot laat in den middag war en
aangekomenwe hebben de sloep van
hét
schip genomen om eerder aan wal te zijn, e
zaten juist beneden te ontbijten, toen de kogri
door de kajuit vlogen. En natuurlijk hebben w
teruggeschoten, dat zou iedereen doen als er 1
volle zee zonder geldige reden een aanval 017
hem werd gedaan!"
De man achter de tafel knikte langzaam
slaperig, en met het onmiskenbare air
iemand, die een voorgeschreven routine volg1'
vroeg hij:
„Waar hadden jullie die bespreking ergens
„In Tampico." zei Crofts opgewekt.
De man deed slaperiger dan ooit.
.(Wordt vervolgd''