Meer „democratie" voor Indië Handelsdelegatie naar Parijs De prijspolitiek EN WOESTIJN RAAKT ZOEK HET „HISTORISCH MATERIALISME" KLEIN GEWELF WOENSDAG 21 FEBRUARI 1940 OVERZICHT TWEEDE KAMER DE BENZINEPRIJS- VERHOOGING Twee werklieden bekneld Beiden in zorglijken toestand in een ziekenhuis opgenomen Ouitscb vliegtuig verjaagd Het vloog onrechtmatig boven ons land Felle brand in Die ver De brandspuit was defect en er was geen bluschwater Zigeunerbruiloft op het ijs IJSBREKERS VORDERDEN DRIE KILOMETER Prof. Dr. C. VAN EIJK OVERLEDEN EERSTE KAMER PRIJS VAN PEULVRUCHTEN Bezoek van Ernest Ansermet aan de Philips laboratoria DE GARNALENVISSCHERS TE STELLENDAM Kamerlid vraagt speciale steunregeling DE MATTHAEUS PASSION TE NAARDEN TOEPASSING MOBILISATIE- VERGOEDINGSBESCHIKKING COMPOSITIES GESCHONKEN Ook voor den handel dient ver- hooging door kostprijsstijging gemotiveerd HOOIPRIJZEN EN DE HAMSTERWET UIT DE STAATSCOURANT Bevordering Octrooiraad Rechterlijke macht FEUILLETON DOOR WILLY WATERMAN Jtetien, toen er vóór hun auto een groote ver dring ontstond. (Van onzen parlementairen redacteur) DEN HAAG, 20 Februari 1940. ,,Een niet gemakkelijk te wijzi gen grondwet, een evenredige verte genwoordiging, en zelfs een bijzon der talent voor organisatie, dat alles is niet voldoende voor de uitoefe ning van zelfbestuur. Naar een suc cesvolle uitoefening van een demo cratisch bestuur springt men niet met een lichten stap; de eenige weg om een dergelijk bestuur goed te doen functionneeren is de weg van de lange ervaring, waarin geleidelijk precedenten en tradities worden ver zameld. Volgens den Engelschen kroniek schrijver van den tegenwoordigen oorlog, Stephen King-Hall, die met deze woorden slechts herhaalt wat tal van anderen vóór hem hem zei den, ligt daarin de les van het Duit- sche nationaal-socialisme. Wilt ge een volk de democratie voor langen tijd ontrukken, geef het de de mocratie dan te vroeg! Deze les echter schijnen de sociaal-democra ten niet te willen Wanvaarden. Met Thomas Wann beschouwen zij de democratie als iets •■tijdloos-menschelijks", als een stelsel, dat yoor alle menschen, alle volken en alle tijden te uitgevonden, als een regeeringsvorm, die Wleen maar zegen kan aanbrengen, waar en hoe en wanneer ook doorgevoerd. .■Democratie" heeft in den mond van den Sociaal-democraat den laatsten tijd zoo onge- Vcer de beteekenis, die voor ons „het ware Jeloof" heeft. Uit die overtuiging komt een rede voort als indaag bij den aanvang dei algemeene be schouwingen over de begrooting van Neder- 'andsch-Indië werd gehouden door den heer Stokvis (S. D. A. P.). Met alle geweld verlangt deze afgevaardigde ^an de Nederlandschë Regeering, dat zij Indië ®en nóg ruimeren vorm van zelfbestuur verleent. De Volksraad, in 1918 ingesteld, aan hankelijk als een college met adviseerende en 'ater, na 1925, met wetgevende bevoegdheid, fleet, naar het oordeel van den heer Stokvis tot een geheel vrij gekozen parlement worden Omgebouwd. Het bestuur der Indische Zaken fioet losser komen te staan van de bemoeienis tier moederlandsche Regeering enzoovoort, en- Zoovoort. Een volk, dat voor 92_ pet. analphabeet is en tiat, gelijk de minister' verleden jaar aan de hand van officieele rapporten aantoonde, geen belang stelt in de wijze, waarop het bestuurd ^ordt, een volk, dat naar het getuigenis van Sijn eigen, inheemsche leiders, nog lang niet uit t.jn „eeuwenslaap" is ontwaakt, nog zeer on voldoende onderscheid des oordeels bezit en in Jijn kijk op de zaken van het landsbestuur nog blindelings het oordeel van eenige „leiders" Volgt, dat volk moet in geforceerd tempo wor den geroepen tot medewerking aan het bestuur van het land! Neemt men niet aan, dat het dengenen, die tieze eischen stellen erom te doen is demago gie te drijven, uit den oorlogstoestand politieke V'inst te slaan en men hoeft dit van de Weldenkende sociaal-democraten, waartoe on getwijfeld ook de heer Stokvis behoort niet a»n te nemen dan is er maar één verklaring Voor die houding; zij moeten de opvatting heelen, door den heer Soetardjo in den Volks- Vaad uitgesproken: dat de ontwikkeling op économisch, maatschappelijk en cultureel ge bied afhangt van de staatkundige ontwikkeling ber bevolking. Dat dus verbeteringen in het tevenspeil der bevolking, opheffing van het Volksonderwijs en al deze en dergelijke dingen biet mogelijk zijn zonder dat de bevolking poli- 'teke rechten heeft gekregen. Die opvatting gaat echter lijnrecht tegen de Vfarxistische orthodoxie in. Volgens de leer Van het historisch materialisme voltrekt zich ba staatkundige ontwikkeling op den onder bouw der economische verhoudingen en niet bf gekeerd, de economische verhoudingen op ben onderbouw der staatkundige rechten. Het orthodoxe marxisme beschouwde de bemocratie als een uitvloeisel van den wel- Vaartstoestand; in de opvattingen van de ,he- bendaagsche sociaal-democraten schijnt de wel- Vaartstoestand een uitvloeisel te zijn van de 'bate, waarin een volk aan de democratie deel achtig is gemaakt Merkwaardige gang van zaken. Merkwaardig ook omdat de Regeering en met baar de christelijke partijen, die vanmiddag bij monde van oud-minister Slotemaker de Bruine (C.H.) aan het woord kwamen, precies de om gekeerde opvatting huldigen. Zij hebben het element van waarheid, dat ir het orthodoxe marxisme lag, begrepen en passen het toe op Indië: waarom zoudt ge een volk als dit, dat nu hier, dan daar door hongers nood wordt geteisterd, dat met alle kracht tot een behoorlijk welvaartspeil moet worden opge trokken, dat geschoold wordt tol behoorlijke uitoefening van den kleinen landbouw en de kleine nijverheid, dat zelfs, zooals de heer Slo temaker de Bruine opmerkte, nog leeren moet hoe het zich technisch goed moet voeden het hongerprobleem immers komt in Indië niet zoo zeer voort uit gebrek aan voedsel als uit een verkeerde keuze van het voedsel waarom zoudt ge zulk een volk staatkundige rechten gaan geven, waar het niet om vraagt. Die staatkundige ontwikkeling komt wel wanneer eenmaal de welvaart en de cultuur zich hebben vermeerderd en verbeterd! Zoo dacht ook de liberale heer van Kempen erover. Curieus toch, hoe het it) de wereld loopen kan met staatkundige en economische leerstellin gen! Zou het Indische volk werkelijk verlangen naar een grooter mate van zelfbestuur, dan spant het voor de verwezenlijking van dit ver langen niet altijd de juiste menscheil althans niet altijd de menschen. die den juisten toon tegenover het moederland weten te treffen. Eensklaps in den Volksraad maleisch spreken, voorstellen om uit het eedsformulier der Volks raadsleden de formule „trouw aan de Koningin" te schrappen, dat zon geen gestes, die het moederland sympathiek stemmen voor de.ver langens, die zulke leiders naar voren brengen. De heer Stokvis voelde dat heel goed en pro beerde deze dingen goed te praten. In de ge meenteraden wordt toch ook maleisch gespro ken, en wat de eedsformule betreft: het voorstel- Thamin beoogde slechts de formule van den eed der Volksraadsleden gelijk te maken aan die voor den eed der leden van de Nederlar.dsche Staten-Generaal, die trouw aan de Grondwet zweren. Ho, ho, zei de heer Slotemaker de Bruine, zóó bloed-onschuldig was het niet. Maleisch wordt in de gemeenteraden gesproken, ja, daar, waar de inlandsche leden geen Nederlandsch kennen. Doch in den Volksraad, waar de zelfde leden, die nooit anders dan Nederlandsch in dit college hadden gesproken, eensklaps Ma leisch spraken, vormde dit, naar het woord van den heer Helsdingen een „politieke demonstra tie, een onhoffelijkheid en een belemmering van het overleg." En wat die eedskwestie betreft: de zaak zou onschuldig kunnen zijn indien het gold: het tegenhouden van een toevoeging van de formule „trouw aan de Koningin", doch het gold het schrappen dezer formule. Daar voor moet men sterker argumenten en vooral een gereeder aanleiding hebben dan het simpel verlangen naar het gelijkmaken van den eed der Volksraadsleden aan dien der Nederland- sche parlementsleden. Bovendien: degenen, die deze schrapping voorstelden, beoogden in wer kelijkheid meer. Zij verklaarden uitdrukkelijk, dat zij de formule van den eed „in strijd acht ten met de democratie." Dat klinkt iets min der onschuldig, dan wat de heer Stokvis aan voerde. En toch: de heer Stokvis stond stom verbaasd over het „grimmig verzet", dat zulke uitlatingen van wat zich de „Indonesische Beweging" noemt, ont ketenden. Alweer merkwaardig: wanneer een paar Indische intellectueelen want zelfs de heer Stokvis ontkent niet, dat zij het volk niet achter zich hebben, dat het volk onverschillig staat tegenover de politiek „ontstemming" toonen, bezweert de heer Stok vis de Nederlandsche Regeering deze ontstem den tegemoet te komen. Maar doen deze heeren dingen, die terecht de ontstemming van Nederland opwekken, dan krijgt in laatste instantieNederland nog de schuld! Waarom tillen wij ook zoo zwaar! De zaken „waarlijk groot zien", zooals hij zoo graag zegt te doen, gaat den kleinen heer Stok vis nog niet te best af. De Bond van Automobielhandelaren en Ga ragehouders schrijft ons: In de kringen van den automobielhandel is men over de recente verhooging van de benzine - belasting van f 8.60 tot f 10.50 per 100 kg. zeer teleurgesteld, temeer daar de minister van Wa terstaat nog kort geleden bij de behandeling van de Verkeersfondsbegrooting verklaarde, dat verlaging van de lasten op het autoverkeer ook door de Regeering gewenscht geacht wordt Daar de f 62,5 millioen, welke het motorwegver- keer jaarlijks opbrengt, als het uiterste maxi mum moet worden beschouwd, vreest de Bond van Automobielhandelaren en Garagehouders „B.O.V.A.G." op goede gronden, dat vele auto mobilisten in het huidig benzineprijsniveau aan leiding zullen vinden om het gebruik van hun wagens te beperken of deze eenvoudig op te leg gen. Hiervan is niet alleen een verminderde bedrijvigheid het gevolg, met alle daaraan ver bonden nadeelen voor den handel en de repa ratie-inrichtingen, doch ook een daling van het benzineverbruik. Het is dan ook aan ernstigen twijfel onderhevig of de geschatte opbrengst van f 7,6 millioen per jaar zefs. maar bij bena dering zal worden gehaald. De bewering, als zou ons land wat den benzine prijs betreft een uitzonderlijke positie innemen, is niet in overeenstemming met de feiten, daar de minister verzuimt de motorrijtuigenbelasting in beschouwing te nemen In België is deze laat ste n.l. beduidend lager, terwijl zij in Duitsch- land zelfs geheel is afgeschaft. Teneinde den vicieuzen cirkel dalende op brengst hoogere belasting te mijden, dringt de handel dan ook krachtig aan op het voeren van een meer welwillende politiek met betrek king tot het wegruimen van de belemmerin gen, welke de in stand houding van de wegver- keersbedrijvigheid in den weg staan en deels van aministratieven aard zijn. Uiteindelijk zal deze ook de schatkist ten goede komen. Dinsdag zijn op het terrein van de electrische centra'e aan de Schiehaven te Rotterdam twee arbeiders, de 54-jarige T. Donk en de 39-jarig? M. Rooy, bekneld geraakt tusschen een kolen- knijper en den wand van een wagon, waarin zij werkten. Het ongeval gebeurde tengevolge van een verkeerde manoeuvre met den knijper, die in plaats van omhoog naar voren werd bewogen. Beide werklieden kregen een bekkenfractuur en werden per auto van den G. G. D. naar het ziekenhuis Coolsingel gebracht, waar zii ter ver pleging moesten worden opgenomen. Hun toe stand is zorg'ijk. De Regeeringspersdienst meldt: Dinsdagmiddag omstreeks half 4 heeft zich een Duitsch militair vliegtuig boven Leeuwarden vertoond. Een Nederlandsche vliegtuigpatroui'le is opgestegen en heeft het Duitsche vliegtuig achtervolgd en on der vuur genomen, waarna het ons rechts gebied heeft verlaten. Dinsdagmiddag heeft een felle brand ge woed in het manufacturenmagazijn „Dé Toekomst" van den heer P. Zaligman, aan de Hoogstraat te Diever (Dr.). Het vuur, dat op de bovenverdieping is ontstaan, kon in verband met gebrek aan bluschwater, niet worden bestreden. Bovendien bleek de brandspuit van Diever niet in orde te zijn, weshalve de burgemeester, de heer J. C. Meyboom. gezien den omvang, welken de brand dreigde aan te nemen, de brandweer van Dwingelo en later die van Assen om assistentie verzocht. Inmiddels was ook het benedengedeelte van het manufacturenmagazijn door het vuur aan getast. Men slaagde er nog in het huisraad en enkele bescheiden in veiligheid te brengen. Het vuur deelde zich evenwel korten tijd later mede aan de aangrenzende copiëerinrichting van den heer Van Goor, terwijl aan de achterzijde de vlammen oversloegen op het woonhuis van den landbouwer Vierhoven. De brandweer slaagde er, in samenwerking met de intusschen ter plaatse verschenen brand weer van Dwingelo en Assen, in, het huis van d?n landbouwei te behouden, evenals twee daaraan grcnüende woonhuizen. Het manufacturenmagazijn en de copiëerin richting brandden echter geheel uit. Slechts een gedeelte van den inventaris van de copiëer inrichting wist men te redden. De schade wordt door verzekering gedekt. De oorzaak van den brand is niet bekend. Hedenmiddag 1 uur zal er te Edam een Zigeu. nerbruiloft op het ijs gevierd worden, r Eerst wordt een groote optocht door het ge- heele dorp gehouden, dan volgt een huwelijks plechtigheid op het ijs. waarna een bruiloft met eten, zang, dans en acrobatiek het feest be sluit. Een 75-tal Zigeuners met huifkarren en een echten beer worden verwacht. De ijsbrekers op de Waal zijn Dinsdag drie K.M. gevorderd. Tegen den avond bevonden zij zich ter hoogte van Deest. Vandaag wordt het breken voortgezet Op 70-jarigen leeftijd is Dinsdag te Den Haag overleden prof. dr. C. van Eijk, oud-hoogleercar in de scheikunde aan de Kon. Mil. Academie te Breda. U zoudt het soms niet denken, maar Gelooft het toch maar vast: Men heeft met 't kleinste ongemak Vaak juist den grootsten last Een heel groot euvel pakt men wel Met groote middelen aan, Maar kleine dingen laat men vaak Hun lieven gang maar gaan. Omdat iets klein en nietig is Trekt het uw aandacht niet, Ge let er niet zoo ernstig op, En dat brengt juist 't verdriet! Ik kwam op dit zoo wijs gepeins Toen ik een cijfer las, Waardoor alweer die theorie Heel klaar bewezen was: Twee-honderd-twintig-duizend pop Legt Nederland nu klaar Als wapen tegen 'n héél klein dier Maar toch een gróót gevaar: De Coloradokever eischt Dat aardige bedrag. En laat ons hopen dat dat ook Tenminste helpen mag! Al roeien we daarmee dan ook Dat ongedierte uit, Meer dan twee ton heeft toch alvast Dat klein geweld tot buit! Twee-honderd-twintig-duizend pop Voor zulk een nietig beest U ziet het wel: mijn theorie Is er niet naast geweest! HERMAN KRAMER De Nederlandsche handelsdelegatie welke de onderhandelingen te Londen heeft beëindigd, is, naar Reuter uit Londen meldt, naar Parijs vertrokken om overleg te plegen met de Fran- sche regeering en de Nederlandsche handels delegatie te Parijs. De VOORZITTER deed ln de Dinsdagavond half 9 geopende vergadering der Eerste Kamei mededeeling van het besluit der Centrale Af- deeling, om een aantal wetsontwerpen in de af- deelingen te doen onderzoeken. De vergadering werd te 8.35 verdaagd tot hedenmorgen 11 uur. Op vragen van het anti-rev. lid der Tweede Kamer, Amelink, betreffende verlaging van den prijs van enkele soorten peulvruchten, heeft de minister van Economische Zaken als volgt ge antwoord Het is juist, dat de Nederlandsche Akker- bouwcentrale Zeeuwsche bruine boonen en Manshólt-capucijners van de producenten koopt voor den prijs van respectievelijk f 17 voor A- qualiteit en f 18.50 per 100 Kg. voor superquali- teit; deze beide producten worden aan den handel geleverd voor f 23.30 per 100 Kg. Het is eveneens juist, dat het verschil tusschen den overnameprijs voor het artikel witte boonen en den verkoopsprijs daarvan f 7.80 per 100 Kg. bedraagt. Het komt den minister echter niet juist voor, het verschil tusschen den aan den teler betaal den prijs en den verkoopprijs als bruto-winst te beschouwen. De Nederlandsche Akkerbouw- centrale immers krijgt voor haar rekening de kosten van opslag en bewaren van de ingeno men partijen, den afslag daarvan, zoomede de algemeene aan den opslaghouder te betalen kosten, de bewerkingskosten de mindere op brengst van het bij die bewerking ontstane af val en uitschoonsel, het gewichtsverlies. EPvendien is in de bovenbedoelde verschillen tusschen de overname- en verkoopprijzen begre pen een bedrag ter bestrijding van de distri- butiekosten. Men moge in dit verband beden ken, dat de distributiekosten niet slechts be trekking hebben op het Centraal Distributie kantoor van het departement van den minister, doch dat ook aan de gemeentebesturen een te gemoetkoming wordt verleend van 85 pet. der werkelijk door hen gemaakte distributiekosten. Gelet op bovenstaande omstandigheden kan de minister geen vrijheid vinden maatregelen te nemen ten einde de verkoopprijzen te ver lagen. De bekende Zwitsersche dirigent Ernest An sermet, die eenige concerten met het Concert gebouworkest in ons land heeft gegeven, heeft een bezoek gebracht aan de Philipsfabrieken te Eindhoven. De heer Ansermet, onder wiens leiding het groote Zwitsersche Omroeporkest in zijn tegen woordigen vorm is tot stand gekomen, bezich tigde eenige fabricage-afdeelingen, en bracht daarna een bezoek aan de Philips-laboratoria, waar hij groote belangstelling en waardeering toonde voor het Philips-Miller geluidsopname systeem. Dit systeem is in Zwitserland bij ver schillende zend-stations reeds in gebruik, en wordt daar nog steeds uitgebreid. De heer Ansermet is thans naar Zwitserland teruggekeerd, hij hoopte, evenals den vorigen zomer, wederom een gedeelte van de concerten in het Kurhaus te kunnen leiden. Het Tweede Kamerlid, de heer Amelink, heeft aan de ministers van Economische Zaken en van Sociale Zaken de volgende vragen ge steld. Is het waar, dat te Stellendam, met name onder de garnalenvisschers, ten gevolge van den oorlogstoestand, ten gevolge van maatregelen genomen in het belang der defensie, en ten gevolge van den langdurigen winter, een nood toestand is onstaan van zoodanig karakter, dat gebrek geleden wordt en dat het gemeente bestuur, gebonden als het is aan beperkte fi- nancieele middelen, daarin niet voldoende kan voorzien? Is het waar, dat de schippers te genoemder plaatse van eiken steun zijn uitgesloten en de minister van Sociale Zaken afwijzend heeft be schikt op een verzoek, deze schippers in de Rijkssteunregeling te mogen opnemen? Indien voorgaande vragen bevestigend wor den beantwoord, zijn de ministers dan bereid maatregelen te treffen, waardoor in den be doelden nood kan worden voorzien en zijn zij dan bereid te bevorderen, dat voor de schippers een speciale steunregeling wordt getroffen? Der traditiegetrouw zal ce Nederlandsche Bachvereeniging in de Groote Kerk te Naar- den Witten Donïerdag, 21 Maart, en Goeden Vrijdag, 22 Maart, de Matthaeus-Passion van Joh. Seb. Bach ten gehoore brengen. De uitvoering op Donderdagavond begint te half 7 (zonder groote pauze), die op Goeden Vrije ag te 11 uur. Medewerkenden zijn: Jo Vincent, Annie Woud, Jan Schipper, Max Kloos, Laurens Bogt- man, Henk Viskil, Herman Huelsmann, Lucien Louman Marie Landre (clevecimbel)Valen- tijn Schoonderbeek (orgel), het koor der Ne derlandsche Bachvereeniging en 't Utrechtsch Stedelijk Orkest. Het geheel zal staan onder leiding van Anton van der Horst. Deze mededeeling zij een geruststelling voer hen, die meenden, dat, door te nemen lucht beschermingsmaatregelen in Naardens kerk een uitvoering in deze unieke omgeving dit jaar onmogelijk zou zijn. Op vragen van het soc.-dem. lid der Tweede Kamer, Van Sleen, betreffende toepassing van de Mobilisatievergoedingsbeschikking heeft de minister van Defensie als volgt geantwoord: Het is den minister inderdaad gebleken, dat sommige burgemeesters nadere aanwijzingen hebben afgewacht, alvorens de vergoedingsbe dragen voor hen, die voor hun opkomst werk- loozensteun genoten, te herzien in verband met de verhooging, die de steunbedragen met in gang van 17 December 1939 hebben ondergaan. Hierin is inmiddels voorzien bij een aan de burgemeesters gericht rondschrijven, dat tevens nog enkele andere voorzieningen treft. De in gang van de verhooging is ook voor de kost winnersvergoeding gesteld op 17 December 1939 Er is alle reden om aan te nemen, dat de Mobilisatievergoedingsbeschikking over het al gemeen op juiste wijze wordt toegepast. Het ligt echter voor de hand, dat ten gevolge van het groote aantal vergoeding vragenden. van de schier onbegrensde verscheidenheid van om standigheden, waarin zij verkeeren, alsmede van het groote aantal gemeenten, welke de be schikking moeten toepassen, zich wel eens ge vallen voordoen, waarin aanvankelijk de be schikking niet op de juiste wijze wordt toe gepast. Indien dit blijkt, wordt van voorlichting ge diend. Ten gevolge van het groot aantal verzoek schriften, dat tegen de verwachting in nog dagelijks bij het departement blijft inko men, alsmede van een groot aantal zieken bil de desbetreffende afdeeling van het departe ment, is vertraging in de afdoening van de verzoekschriften ontstaan. De minister hoopt, door deze afdeeling uit te breiden, binnen re delijken tijd dit bezwaar te hebben overwonnen De minister heeft er bezwaar tegen, provin ciale beroepscolleges in het leven te roepen. Niet alleen meent hij de beschikking over 's lands gelden, voor zoover die hem is toever trouwd, zooveel mogelijk zelf in handen te moeten houden, maar ook betwijfelt hij in ster ke mate, dat het mogelijk zou zijn, de beschik king over een zoo groot aantal door en door in kostwinnerszaken onderlegde personen te kun nen krijgen als voor deze colleges noodig zou zijn. Naar wij vernemen, zijn de composities van den in 1939 overleden Nederlandschen musicus Adrien H. Baehler grootendeels geschonken aan het Gemeentemuseum te 's Gravenhage. Deze belangrijke schenking is volgens den heer D. Balfoort, conservator van de muziekhistorische afdeeling, een aanwinst voor dit museum. De minister van Economische Zaken deelt met betrekking tot de prijspolitiek het volgende mede: Na het uitbreken van den oorlog is bekend gemaakt, dat geen bezwaar bestond tegen een verhooging van den verkoopsprijs boven het peil, dat in de maand Augustus 1939 gold, voor- zoover deze verhooging door een aantoonbare verhouding van den kostprijs werd gemotiveerd. Nadat de oude voorraden in het algemeen wa ren opgeruimd, is vervolgens op de persconfe rentie van 3 November 1939, alsook bij de schrif telijke behandeling van de begrooting van het departement van Economische Zaken medege deeld, dat ten aanzien van de prijsbepaling door het bedrijfsleven accoord kon worden gegaan met een calculatie op basis van de vervangings waarde, indien en voorzoover normale handels voorraden werden aangevuld. Het is intusschen wenschelijk gebleken, deze richtsnoeren te verduidelijken met betrekking tot de handelsmarges. In sommige gevallen blijkt men er namelijk van te zijn uitgegaan, dat bij de herziening der prijzen de procentueele bruto-winstmarges konden werden gehandhaafd. Dit standpunt moet ais onjuist wonden beschouwd. Ook voor den handel geldt, dat prijsverhooging door een aantoonbare kost- prijsstijging moet worden gemotiveerd. Bij de prijsbepaling door den handel mag dus het totale geldsbedrag van de bruto-winst- marge slechts worden verhoogd, indien en voorzoover een aantoonbare verhooging va» de handelskostcn heeft plaats gevonden. De minister doet een beroep op het bedrijfs leven, deze aanwijzingen nauwgezet na te le ven, ten einde, zonder dat van de bijzonders bevoegdheden van de Prijsopdrijirtncs- en Ham- sterwet 1939 gebruik behoeft te worden ge maakt, een verhooging van de prijzen en daar mede van de kosten van levensonderhoud zoo veel mogelijk te beperken. Ten slotte wordt de aandacht erop geves tigd, dat voorlichting met betrekking tot de materie der prijzen wordt verleend door de af deeling nijverheid en de afdeeling middenstand van de directie van handel en nijverheid van het departement van Economische Zaken. Op grond van de prijsopdrijvings- en hamster- wet heeft de minister van Economische Zaken verboden: Het binnen het Rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en verkoopen van wei- dehooi voor een prijs per 1000 .K G-, welke meer bedraagt dan f 53 voor weidehooi van de eerste kwaliteit, f 49 voor weidehooi van de tweede kwaliteit en f 45 voor weidehooi van de derde kwaliteit, bij levering francp binnen 10 K.M. van het bedrijf van den verkooper, of een daarmede overeenstemmenden prijs bij andere leverings condities. Het binnen het Rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en verkoopen van lueemehooi en roodklaverhoni voor een prijs per 1000 K.G., welke meer bedraagt dan f 58 voor de eerste kwaliteit, f 54 voor de tweede kwa - liteit en f 50 voor ce derde kwaliteit, bij levering franco binnen 10 K.M. van het bedrijf van den verkooper, of een daarmede overeenstemmenden prijs bij andere leveringscondities. Het binnen het Rijk in Europa uit de latere hand te koop aanbieden en verkoopen van weidehooi, luccrnehooi en roodklaverhooi voor een prijs, welke meer bedraagt dan boven ge noemde prijzen, verhoogd met een redelijk be drag voor kosten en winst. Met 1 Maart 1940 is aan den referendaris bij het departement van Defensie W. F. L. van de Wetering, bijgenaamd de Rooij, op diens ver zoek eervol ontslag verleend wegens het berei ken van den pensioengerechtigden leeftijd. Mt 1 Maart 1940 is benoemd tot ingenieur der marine in vasten dienst (standplaats Den Helder) de ingenieur der marine in tijdelijken dienst ir. J. p. Corver. Te rekenen van 1 Juli 1939 is bevorderd tot commies bij het departement van Sociale Zaken I C. Mol, adjunct-commies. Benoemd tot ingenieur in tijdelijken dienst bij den Octrooiraad: ir. T. Biegman, te rekenen van 1 Februari jj.; ir. G. W. Gores, te rekenen van 15 Februari ji. en ir. H. van den Boom met 1 Maart a.s. Benoemd tot substituut-officier van Justitie bij de arr.-rechtbank te: 's Gravenhage, mr. G. M. Cohen Tervaert, thans ambtenaar van het O M. bij de kantongerechten in het arr. 's Gra venhage; Amsterdam, mr. J. s' Jacob, thans ambtenaar van het O. M. bij de kantongerechten in de arr. Amsterdam en Utrecht. Benoemd tot griffier bij het kantongerecht te Sneek, mr. O. van Anken, adj .-commies ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Gene raal, wonende te Delft. zal toch eens even kijken of dat j^kselsche pistool van mij nog in orde j®--,. Hei, zeg, wacht eensJa, dat te, daar heb je hem. Die dikke kerel in „a-t lichtgrijze pak, met dien vent met dat paar- ,ehgezicht naast hem.... heb je hem in de ga- 'eqj,, Ben gromde instemmend en boog zich voor- 'Gr om Morescu en zijn metgezel goed op te «v, .Onder het wachten hadden drie mannen, die I, ®en het hek leunden, Clim's aandacht getrok- Jte- Ze waren niet gekleed als straatslijpers, t aar zagen er veeleer uit als lieden, die er een eede paar schoenen op na kunnen houden. hingen echter zoo landering tegen 't hek en Ruwden met zulk 'een superbe verveling, dat lpn zich afvroeg, waarom ze niet liever gingen ten. Hij had aan het drietal verder geen aan- dacht geschonken, maar nu werd hij op krach tige wijze op hen opmerkzaam gemaakt. Er klonken plotseling enkele schoten boven het gepraat en gelach uit, en de menschenme- nigte, die hier in Mexico door ervaring op der gelijke gebeurtenissen getraind was, stoof naar alle zijden uiteen. Vlak voor Clim's wagen bleef echter een groepje van vier personen staan. In drie van hen herkende Clim het nietsdoende trio van daarjuist, en zij hielden hun revolvers gericht op een langen, roodharigen jongeman, die zijn armen naar de blauwe lucht uitstrekte. Hij kwam Clim bekend voor, maar even wist hij niet waar hij hem eerder gezien had. Toen her kende hij hem: het was de kerel, die in Peter's plaats door de drie matrozen was achtervolgd en voor den kapitein gesleurd.... Toen schrikte Clim op door een uitroep van Ben: „Hei, kijk uit, daar gaat Morescu!" Clim keek op en zag nog juist de omvangrijke gestalte van den dikkerd, met zijn satelliet op de hielen, dicht langs het hek rennend verdwij nen ih de richting van de op een veiligen af stand wachtende menigte. Slim uitte een zeer krachtig woord, duwde het portier open en sprong uit den wagen. Dat overijlde handelen maakte bijna een einde aan zijn veelbelovend jong leven. Twee der revol vers vóór hem spoten met een oorverdoovenden knal een straal kruitdamp langs hem heen en een stem brulde: „Blijf staan, ezel, en bemoei je met je eigen zaken, of ik schiet raak!" Clim voelde niet den minsten lust, op een zoo belangrijk moment definitief de Parelmoeren Poorten door te gaan en bleef stokstijf staan, ongeduldig in de richting van Morescu wijzend: „Heiik heb niets van jullie noodig.. laat me doorloopen, het eenige wat ik wil is dien vent daarginds achterna!" De man, die hem had aangebruld, keek in de richting waarin Clim wees, uitte een vloek en rende tot Clim's stomme verbazing weg, roe pend: „Morescuhei, Morescu!" Clim voelde zijn hoofd even duizelen. Heel Mexico scheen te draaien om Morescu. „Ik moet Morescu hebben, net als jullie!" riep hij vertwijfeld, en deed een pas voorwaarts. „Blijf staan!" grauwde de man rechts van hem, „en hou je kop dicht.... Morescu wofdt gehaald, dan kun je hem spreken!" De man in kwestie was in de menschenhaag verdwenen.' Toen zijn achtervolger, met een groot pistool zwaaiend, was komen aanstuiven, was de heele menigte onder luid angstgeroep aan den haal gegaan, een wilde verwarring van vluchtende mannen en vrouwen en bijtende honden. Met zijn voorsprong van een halve mi nuut kon Morescu in die verwarring even ge makkelijk en spoorloos verdwijnen als een zwartgeverfde Chinees in een vluchtend ieger kannibalen. Clim werd nijdig en schold zijn belagers uit voor al wat hem verfoeilijk toeleek. De belagers in kwestie werden onrustig. Zij wierpen schich tige blikken naar links en rechts en keken ver langend naar een auto. dié aan de overzijde van de straat wachtte, blikkerend in de schuin val lende zonnestralen. Hun onrust was verklaar baar; elk oogenblik konden een paar onderne mende burgers met behoefte aan een beetje opwinding zich plotseling gaan herinneren, dat orde en netheid toch gehandhaafd dienen te worden en van achter een huis of uit een bo venverdieping het vuur openen. De derde man kwam terugrennen, in groote opwinding „Morescu is weg!" hijgde hij, links en rechts om zich heen kijkend, „wat mankeert-ie in vre desnaam? Heeft-ie ons niet gezien?" „Kun je denken!" snauwde de ander, „hij zag ons duidelijk staan, want hij keek naar ons en wilde op ons toekomen, maar toen we begonnen te schieten, smeerde hij hem als een haas. Wie weet wat hij van plan is!" Er viel een korte en gespannen stilte, dan zei de eerste geagiteerd: „Maar hij heeft ons toch getelegrafeerd, de zen vent in te pikken als hij van de boot af kwamhet is de eenige vent, die aan de be schrijving beantwoordt. Wat doen we nou?" De ander keek schichtig enkele malen heen en weer tusschen de menigte in de verte, die nu weer langzaam naderde, de auto aan de overzijde en zijn gevangene, die te stomverbaasd scheen om iets in het midden te brengen. Toen 'ikte hij zijn lippen af en zei: „Orders zijn orders, als Morescu er van door gegaan is, zal hij daar zijn redenen wel voor hebben. We doen zooals ons is opgedragen; met de rest hebben we niks te maken. We nemen hem mee! Vort, maatl" Hij stak zijn pistool vooruit en porde er den jongeman vóór hem mee in zijn ribben. Hij trof het wel ongelukkig. Roodharige lie den zijn nu eenmaal driftig van natuur en als die roodharige lieden van Iersche afkomst zijn, en geraakt worden op een gevoelige plaats in hun zwevende ribben.... De achterwaartsche trap volgde onmiddellijk op den por en was een wilden mustang waardig. Hij ontlokte Clim een kreet van bewondering. Het pistool, dat de por gegeven had, beschreef een nog grooteren boog dan zijn eigenaar en belandde kletterend een eind verder op de keien. Het was het moment waarop Clim had gewacht. Zonder zich de moeite te getroosten, zijn eigen pistool uit zijn zak te halen, deed hij een uitval naar rechts, gleed uit, maar graaide in zijn val naar de beenen van staatsvijand nr. 2. Naar het snel toenemen van het rumoer te oordeelen, liet de roodharige jongeman zich niet onbetuigd, doch dat schoone gevecht ging voor Clim verloren, daar hij voorloopig zijn handen en zijn aandacht noodig had om zijn tegenstan der te beletten, zijn revolver te gebruiken. Hij lag boven op den ander en poogde hem zijn wapen te ontnemen. De strijd ging een halve minuut lang gelijk op; Clim maakte een hand vrij en trok zijn tegenstander een bos haar uit, waarop deze quitte maakte door Clim's oor dub bel te vouwen en het om te draaien. Clim drukte den neus onder hem plat en zag zich be loond doordat hij plotseling den loop van het pistool weer tegen zijn schouder voelde. Het ge vecht om het wapen begon weer opnieuw. De zeis van den Dood wuifde boven hun hoofden, aarzelde, en werd door zijn knokigen eigenaar terug getrokken toen Clim zijn knie in de maag streek van den man onder hem plantte en hem zijn pistool ontrukte. Hij krabbelde overeind, stopte de revolver in zijn zak. naast zijn eigen wapen, en keek om zich heen. De roodharige jongeman was even eens meester gebleven van het slagveld, en de poneerde zijn tweede slachtoffer met een plof in de goot. Hij keerde zich om, streek zijn wil den haardos glad en grinnikte beminnelijk. Clim wees op de verzameling op den grond en informeerde: „Wat doen we met die lui hier?" ..Nek omdraaien," zei de beminnelijke jonge man. „Gaat niet," zei Clim, zijn wenkbrauwen fron send, „daar krijgen we last mee. Hoe gaat t met die twee lieverds daarginds?" Die twee lieverds zaten op eenigen afstand. De man, die de roekeloosheid had begaan, een woedenden Ier met een pistool te porren, wreef zijn maagstreek en hapte naar lucht. Op den wit adobe muur achter hem prijkte een groot affiche als reclame voor moutbrood. en het teergroen van zijn gelaat kleurde voortreffelijk bij het hardgeel van het moutbrood. De tweede man lag in de goot en ontwaakte juist uit den korten maar diepen slaap, die het gevolg was van een klap met een revolverloop. „Wat zijn dat voor lui?" vroeg Clim, „en wat wilden ze van jou?" De jongeman haalde de schouders op. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3