WE ZIJN WEER SS x BRENGT de nieuwe mode DRIE DINGEN, SLA, Het broodzakje BON in de Vasten LEKO VENTILATOREN ZATERDAG 24 FEBRUARI 1940 «Hemch, we houden ons ^an ons ^omemen Veel verandering Een speciaal type op de Buitengewoon Lager Onderwijs School die U niet weet VAN WINTERGROENTEN Voor koud thuiskomende schoolkinderen Planten houden niet van tocht Bevroren aardappelen zijn niet waardeloos Voeten-studie nummero twee ZACHTE ELLEBOGEN Vraagt Uwen winkelier KENT U Dr. E, Hoekstra's Hoestpillen I Voorkom die vuile plekken op Uw deur of neem ze weg mei een COLEO METALEN DEURPLAAT TECHN. BUREAU „COLEO" C. KAHMANN v/h Directeur i/d Firma KLOOSTERHUIS Verlichtingsartikelen - Bronzen DE VROUW EN HAAR TIJD Maar kunnen we dat ingewortelde idee van alleen maar niet te snoepen nu niet eens laten varen „Lieve hemel, al weer vasten!" zeggen de Bieesten, wel niet hardop, maar dan toch in zichzelf. Vasten immers beteekent het niet doen van veel prettige dingen, waarvan ons ge weten nu zegt: laten." Zoo begint een geïllustreerd artikeltje, dat Wij lazen in de „Catholic Herald" en dat niet Slechts voor Engelsche, maar ook voor Neder- landsche lezeressen van belang is, weshalve wij er hier het essentieele van laten volgen. Ik ken twee kinderen, die aan het begin Van de vasten het voornemen maakten niet te snoepen, behalve wanneer iemand het hun gaf. Het was hun gewoonte eiken dag naar het kleine snoepwinkeltje te gaan Engelsche kinderen snoepen véél meer dan de onze, het is doodgewoon, dat een Engelsch kind dagelijks snoep koopt en hun neusjes plat te drukken tegen de ruiten. „Ik heb zin in anijsballetjes." „En ik zou een mars willen en die rose zuur tjes". Dus stapten ze parmantig naar binnen en ieder kocht wat de ander verlangde, waar na ze het elkaar plechtig overhandigden. Zoo konden ze hun zoetigheid opkauwen met een rustig geweten. En is dit ook eigenlijk wel niet een klein beetje de wijze, waarop wij onze vasten-voor- aemens nakomen? Als men er over gaat nadenken, is het wel een wonderlijk verwrongen kijk, dien wij op de vasten hebben. Menschen kunnen de meest ongeloofelijke dingen doen, zooals dadelijk uit bed springen wanneer de wekker afgaat, alleen om de kracht van hun wil te sterken. Wie wil vermageren leeft met een vroolijk gezicht op een dieet van louter vruchtensap en uitge droogde kaakjes. Maar als het er op aankomt zich iets te ontzeggen voor de vasten, dan heb ben we honderd en een uitvluchten. Dat we vasten voor „de lijn", daar is niets tegen. Zelf-discipline beoefenen om ons karak ter te sterken, is prachtig. Het is zeer prijzens waardig, wanneer men zich om z'n gezond- heidswille kan bedwingen. Maar waarom kun nen we ook niet die moeite doen voor God? Misschien dat het vasten omwille van onze lijn eerder resultaat te zien geeft dan het vas ten voor God! Weet u wat een heel redelijk voornemen voor de vasten is? Beheersch uw tong niet alleen wat chocolade 'en zoetigheid betreft, maar pro beer het met iets. dat moeilijker en meer de moeite waard is. Versterf uw tong wat woor den betreft. Als ik met de deur sla geeft dat trillingen, die tot aan de verste sterren doordringen. Klank is iets zoo ver doortrillend, dat 't bijna tot in de eeuwigheid reikt. Wat ik denk en zeg heeft gevolgen, die zoo ver strekken, dat ik dat onmogelijk kan nagaan. Liefdelooze woor den hebben óók dat verstrekkend effect en toch is het zoo gemakkelijk liefdeloos te zijn, dat we nauwelijks meer weten, dat we ons daar aan schuldig maken. We critiseeren eikaars kleeren, uitzien, manieren, karakters en eigenaardigheden met de grootste vlotheid en luchthartigheid. En toch is liefdeloos gepraat een van de weggetjes, die tot ruzie leiden en haat tusschen menschen en families onderling; en haat tusschen kleine groepen leidj tot haat tusschen grootere groe pen en zoo gaat het verder tot de oorlog ont brandt. Maar hoe kun je nu ineens, ómdat het vas ten is, niet meer critiseeren en geen liefdeloos woord meer zeggen? Dat is ook niet zoo ge makkelijk; dat vraagt tact en tact kost moei te. Laten we dit vaststellen. Roddelen, want dat is het, méér dan echt kwaadspreken doen we niet als we alleen zijn, maar zoodra we bij elkaar zijn. Als een ander in ons ge zelschap dus begint, moeten we op onze hoede zijn. Het is natuurlijk niet de juiste manier om Wanneer we, nadat hét vuur op Liesje met 'n onaangenaam woord geopend is, zouden ant woorden: „Nee, ik wil het er niet over hebben over die kattigheid van Liesje!" Dat zou een scherpe terechtwijzing voor de ander inhouden. Nu komt 't aan op den tact; ofwel we leiden het gesprek af, of we draaien er even om heen en snijden dan een geheel ander onderwerp aan. U voelt zelf wel, dat dat een betere methode is dan wanneer u een betoog zou gaan houden over de ondeugd van het kwaadspreken! Dat is ook niet het ware apostolaat. Door het ge sprek tactvol af te leiden, handelt u wél als apostel. Het is medewerken aan het volbrengen van- hetgeen Christus op aarde ons kwam leeren elkaar lief te hebben. De vrouw, die in ern stige tijden sober ge kleed gaat, kiest een wijde jas met groote zakken, die op de uni formjas geïnspireerd is De voorjaars tailleur, hoewel onberispelijk van snit, is eenvoudig Na den Januari - ui t verkoop, dus nog in het hartje van den winter, plegen de mode-etalages schuchter met hun eerste zomerhoedje te komen. Vooral dit jaar is de schuchterheid groot, nu we sinds menschenheugenis den koudsten win ter beleven en we in onze dikke jassen en bont mutsen eenvoudig rillen als we zomertoiletjes geëtaleerd zien. De handige etaleur maakt z'n strooien hoedje dan ook wat aantrekkelijker door er een warmen zilvervos rond te vlijen en naast het luchtige mantelpakje ligt achteloos een pels gespreid. Het is nu echter eenmaal zoo, dat niet zoo dra de zon schijnt en de vogeltjes fluiten, maar veel eerder, zoodra de modistes ze toonen in het nog' ongeboren voorjaar, het verlangen van de vrouw uitgaat naar de nieuwe voorjaarsdopjes. Hoe die er dit jaar uit zullen zien? Grilliger dan ooit. Men zal zelfs niet schromen een nauwsluitend kapje op het hoofd te zetten, dat versierd is met een soort fraaigeknikte kachel pijp. Maar dat hoeft u niet te beletten, als u dat liever wilt, voor het overgangsseizoen een vilthoed met rand en bol te prefereeren, mits u den rand dan aan één zijde naar boven slaat. Dat men in toonaangevende modekringen toch wel eenigszir.s streeft naar versobering bewijzen de vele tailleurs, die op de Parijsche voorjaars shows werden getoond. De tailleur 1940, die als overgangsdracht een groote populariteit zal ge nieten, heeft een nauw of klokkend rokje of een rok met enkele plooien (de mode-dictators zijn het hierover niet eens, wat ons de vrijheid der keuze laat), welke liefst nog een centimeter korter is dan tot nu toe gedragen. Het jasje reikt ver over de heupen, sluit met één of drie knoopen en heeft vooral groote zakken. De schou derlijn wordt geaccen tueerd, maar is niet over dreven breed. Onder het mantelpak je wordt een spierwitte blouse gedragen, liever van piqué dan van zijde Het ruiten manteltje op effen rok is even fa voriet als het egale jasje op geruit rokje. De ruit is echter of aan zienlijk groot of kriebel- klein. De combinatie wordt ook als complet verwerkt: een jurk van een kriebelklein zwart wit ruitje, zoodat het wit uit de verte grijzig lijkt, waarop een kort manteltje van zwart ia- ken, afgebiesd met het ruitje. Zwart blijft ook in het nieuwe seizoen geliefkoosd. Hoewel de voorjaarsjurken soms uitbundig van kleur zijn. Graag wordt met twee contrasteerende kleu ren gewerkt, bij voorbaat schouderstukken, zak ken, zelfs het rokgedeelte vanaf de heup in af stekende tint. Wat heel prettig is voor degene, die haar oude jurk wil opknappen en daarvoor gerust een ander lapje nemen kan. Al zijn de toonaangevende Fransche modehuizen het er niet over eens, of bij de smalle taille, de ver- breede heuplijn hoort, wat het zoogenaamde boerinnen-silhouet geeft, dat de taille wespen allures mag vertoonen, is een uitgemaakte zaak. Ingenieus wordt de rage om overal zakken op aan te brengen, zelfs op avondtoiletten, gebruikt om het smalle middel beter te doen uitkomen. Naast kleurige effen stoffen worden de zomer jurkjes vervaardigd van bedrukt en bewerkt materiaal en wie graag borduurt kan zakken zoom en schouders van haar effen zomerjapon netje versieren met het kunstwerk harer han den. Een prettig' vrouwelijke mode, die niemand dwingt te dragen, wat bij haar persoonlijkheid niet past en die, ondanks dezen tijd van ver sobering de vrouw toch volop de gelegenheid laat er met eenvoudige middelen attractief uit te zien. A. Bgl. „MONGOOLTJES" baby, anderen daarentegen komen aardig méé op school. Tusschen deze beide uitersten zijn natuurlijk een massa „gevallen". Van lezen en schrijven komt dikwijls niet veel terecht. Van rekenen nog minder! Maar als ze wat ouder zijn, leeren we ze wel wat van het huishouden. Ook handwerken en handenarbeid, koken en wasschen. Als ze dan van school af gaan en moeder wil ze niet in een gesticht doen, dan kunnen ze haar dikwijls nog een goede hulp zijn in net huishouden. C. S. „Zijn dat zusjes?" vraagt een bezoeker van onze school voor achterlijke kinderen en hij wijst van kleine Greetje naar dikke Mien. „O, nee", lach ik, „heelemaal geen familie van elkaar". „Ze lijken anders sprekend", klinkt het ver wonderd. „Komt u maar eens mee, dan zal ik nog eens meer van die „zusjes" laten zien". De bezoeker staat paf als hij Bertha en Tilly, Marietje en dan nog Riekie ziet. „En tóch geen zusjes?" vraagt hij nog eens en schudt op het ontkennend antwoord ver baasd het hoofd Kleine Greetje komt op school. De kinderen zien zelf de werkelijk ook frappante gelijkenis, en ze wordt van den eersten dag af tot het zusje van de veel oudere Mientje bestempeld. Maar Bertha en Mien, Tilly en Greetje en Rie kie hooren tot een apart groepje op onze school voor Buitengewoon Onderwijs: hun soort zwak zinnigheid noemen we Mongolisme en in het dagelijksch leven heeten die kinderen Mongool tjes. Onwillekeurig denken we bij het hooren van die namen aan het Mongoolsche ras. Menschen die zulke kinderen zagen, zeiden vaak: 't zijn net Chineesjes! En werkelijk, er is veel over eenkomst met het gele ras. Dit zit vooral in de afwijkingen van het ge laat. In de eerste plaats zijn het de oogen, die de gelijkenis oproepen. Bij normale kinde ren staan de oogen horizontaal. Bij de Mon gooltjes echter staan ze scheef, aan den bui tenkant hooger dan aan den binnenkant. Bo vendien zijn ze smal, en door een plooi in het boven-ooglid schijnt de oogspleet nóg kleiner. Deze plooi heet Mongolenplooi en geeft aan Chineezen en Japanners, bij wie die plooi sterk ontwikkeld is, de „scheeve uitdrukking" aan hun oogen. In werkelijkheid staan bij hen de oogen echter horizontaal, wat bij onze achter lijke kindertjes niet het geval is. Bij deze afwijking komt dan nog het vlakke gezicht, waar haast geen „vorm" in zit, een breede, platte neus, een plat, steil achterhoofd. Behalve deze hebben ze echter nog meer eigen aardigheden, die echter niets met het gele ras te maken hebben. Als ze klein zijn, lijken ze nóg meer op elkaar dan later, wanneer ze wat grooter zijn geworden. Het schijnen allemaal broertjes en zusjes van elkaar en ze hebben nog meer van elkaar weg dan échte broertjes en zusjes! Hun gezicht is zonder uitdrukking, de wan gen zijn vlak. De mond is klein, behalve wan neer ze lachen, dan wordt die breed, het ge zicht komt vol plooien en ze krijgen zulk een koddige uitdrukking, dat ieder, die ze ziet, mee moet lachen. Tusschen de dikke lippen hangt een tong, die te lang lijkt. Hun mond is daar om haast altijd half open. De tong ziet er eigenaardig uit: groot en ruw, vol voren en groeven „biefstuktong" is een duidelijke naam er voor. Het verhemelte is hoog en smal, soms met een diepe gleuf in het midden. De tanden zijn van het begin af aan slecht, on regelmatig en soms niet compleet. De haren op het kleine, korte bovenhoofd zijn sluik en dor. De handen kort en plomp, evenals de voeten, de huid is droog en ruw. Als men van een Mongooltje voor het eerst een handje krijgt, is men geneigd, snel terug te trekken. Het is een akelig gevoel, juist of er geen beenderen in zitten, zoo slap- en week voelt het aan. En zoo is het met al hun spieren en gewrichten gesteld. Men staat verbaasd over hun zooge naamde lenigheid: de vingertjes kunnen ze vaak geheel achterover buigen en het doet geen pijn! Hun voeten achter hun hoofd trek ken of de teenen in den mond steken is hee lemaal geen kunst! Het liefst zitten ze, met hun beenen opgevouwen, in de ..kleermakers houding" Zoo zat Greetje bijvoorbeeld ieder moment, de eerste dagen, dat ze op school was. Vooral op de speelplaats bleek dit een zeer geliefde houding te zijn, natuurlijk tot groot vermaak van de andere kinderen, die in een kring om haar heen kwamen staan. Meestal blijft dit soort zwakzinnigen klein van stuk. Zesjarige Greetje lijkt een hummel van twee, achtjarige Riekie niet ouder dan vier jaar. De Mongooltjes zijn over het alge meen lief en zacht van karakter en opgeruimd van aard. Ruzie maken ze zelden of nooit. In hun eerste levensjaren zijn ze heel stil en rus tig. Daarna worden ze uitbundiger tot een jaar of tien, waarna ze dikwijls weer in hun oude stilheid vervallen. Maar niet altijd! Bertha is veertien en nog steeds uitgelaten als een kwa jongen. Tilly daarentegen is nooit druk ge weest; met de grootste moeite kon men soms een enkel woordje uit haar krijgen bijna altijd zat ze stil in haar hoekje te staren. Vijf tien jaar was ze, toen ze stierf.... erg oud worden de Mongooltjes niet, hoewel er natuur lijk uitzonderingen zijn. Dikwijls hebben ze een groote voorliefdevoor muziek en veel gevoel voor rhythme. In de gymnastiekzaal huppelen ze aardig mee. Ma- rietje kan zelfs een heel klein beetje piano spelen. Verlegen zijn ze heelemaal niet. Iedere vreem de bezoeker krijgt vriendelijk een handje, waar na ze heele verhalen beginnen in hun onmo gelijk verstaanbaar brabbeltaaltje. Ze spreken erg gebrekkig, het duurt jaren voor er enkele behoorlijke zinnetjes te voorschijn komen. Hee lemaal goed spreken leeren ze nooit, omdat hun tong daar te groot en te dik voor is. Hun stem is rauw en zwaar Eén Mongooltje heb ik eens op gewonen toon hooren praten, maar dan nóg met keelgeluiden. Ze zijn blij te maken met een kleinigheid en hebben plezier om niets. Alles apen ze na, en door de grappige gezich ten, die ze trekken, lijken ze precies kleine clowntjes. Tusschen de Mongooltjes is, wat hun ver stand betreft, nog een groot onderscheid. Som migen blijven hun leven lang hulpeloos als een Ten eerste, dat u citroenen, die bij lang be waren al gauw gaan inschrompelen, zeer lan gen tijd goed kunt houden, door ze onder wa ter onder deksel te bewaren. Twee maal per week het water ververschen. Ten tweede, dat stroop, het ruim voorradig zoetingsmiddel, dat in pap en pudding uw sui ker kan vervangen, prettiger te hanteeren en zuiniger in gebruik is, wanneer u ze even ver warmt. Ten derde, dat u uit licht gekleurd leer, of dat nu een jongensbroek of een damestasch is, de vlekken, beter dan met benzine, dat krin gen geeft, kunt wegkrijgen door ze uit te stuf fen met het stukje „gummi", dat u voor deze bewerking even leent van uw schoolgaande dochter of zoon. Rauwkost is gezond, wie zal dat nog durven ontkennen. Dus nu het fruit wat duurder en schaarscher is dan we gewend zijn, gaan we onze toevlucht nemen tot rauwe groenten, waarvan smakelijke winterslaatjes te bereiden zijn. Brengen we ze voor het eerst op tafel, dan staan wij zelf en de dischgenooten er mis schien nog wat sceptisch tegenover, maar een volgende maal wordt er waarschijnlijk al om gevraagd. Om zoo'n koud gerechtje van kool, roode kool, wortelen, knolselderij, ramenas, an dijvie of brusselsch lof, want al deze groente- Te gebruiken bij hoest, kinkhoest, pijnlijke keel en bronchitis. 1.56 per flacon met gebruiksaanwijzing Verkrijgbaar in Apotheken en Drogisterijen Neemt eens proef! Zend deze adv. met bij voeging van 16 ct. in postzegels aan Mij. Hoekstra. Heerengracht 33, Amsterdam. U ontvangt 35 pillen met gebruiksaanwijzing. soorten leenen zich uitstekend voor sla. En niet alleen bij gebakken visch, ook met bruine boonen of bij capucijners met spek smaakt zoo'n frisch hapje uitstekend, terwijl het ons bovendien nog de voldoening geeft, dat het zeer gezond is. Voor een roode koolsla voor vier personen nemen we 'n kleine roode kool, een zuren ap pel, 'n kleinen selderijknol, een uitje, een ietsje zout, wat mosterd en als hoofdbestanddeel voor het sausje drie eetlepels azijn, zes eetle pels slaolie en een theelepeltje maggi. Schaaf de kool in fijne snippers of rasp ze op een grove rasp (bijvoorbeeld een „zeep- rasp"); rasp de selderij en het uitje fijn. Klop de olie met den azijn, den mosterd, het zout en de maggi door elkaar; meng dit sausje door de roode kool met de ui en roer er tenslotte den geraspten appel door. Een sla van witte of groene savoyekool maakt men, voor eenzelfde aantal tafelgenoo- ten van een klein savoyekooltje, een preitje, zout en peper en hetzelfde slasausje als boven aangegeven. Men schaaft of raspt de kool fijn. Klopt de olie en azijn door elkaar met wat peper, zout en aroma, maakt met dit sausje de sla aan en strooit er de zeer fijn gesnipperde prei over. Andijviesla met biet bereidt men (voor vier personen) van twee struiken andijvie, een mid delmatig groote biet, een ui, mosterd, peper, azijn, sausje als voor roode koolsla en een kou den gekookten aardappel. De andijvie wordt schoongemaakt en gesnip perd, biet er in geraspt. Dan maakt men een gebonden slasausje door er den fijngewreven aardappel aan toe te voegen en mengt dit door de gesneden andijvie en biet. Wat is er op tegen om het warme hapje aar den koffiemaaltijd, dat we uit overgebleven aardappelen en groente bereiden, zoo nu en dan uit soep te laten bestaan? Vooral met de kou zal zoo'n bordje soep er wat gretig ingaan. Hier leest U een recept, waarbij overgebleven aard appelen opgemaakt worden. Voor zes borden aardappelsoep nemen we driekwart liter water, een halven liter melk. ongeveer een pond gekookte aardappelen, een ui of prei, een paar takjes peterselie, twee eetlepels boter, een on; geraspte kaas, zout en peper. Laat de gesnipperde ui met de geraspte wor tel even zachtjes smoren in de boter. Voeg de fijngemaakte aardappelen toe en een bodempje water. Stamp dan alles tot een gelijk papje, verdun dit geleidelijk met het water en de melk, voeg er wat zout en peper bij en laat de soep nog even doorkoken tot ze gelijkmatig ge bonden is. Roer er de geraspte kaas door, laat die in de soep smelten en strooi er tenslotte de fijngehakte selderij- en peterselieblaadjes door Als de eerste lentedag komt, zetten we de ramen open, om te genieten van de koesterende milde voorjaarslucht. Ja maar, wat doen we met de planten, die op de vensterbahk staan? Wel, is het een schuifraam, of een venster dat naar buiten openslaat, dan is het heel eenvou dig: de planten blijven staan. Frissche lucht is voor een plant even noodig als voor elk ander levend wezen, en daarenboven vangen de bla deren licht en zon nu niet via de glasruit, maar regelrecht op, waardoor het profijt voor de plant veel grooter is Is de constructie van de ramen naar-binnen- openslaand, dan wordt het wat lastiger, want dan moeten de planten één voor één opgenomen en verzet worden; en eigenlijk is verplaatsen voor een plant ooit goed. Is het onvermijdelijk, dan moet het zoo voorzichtig mogelijk gebeuren, en vooral broze planten, zooals een balsemine. een gloxinia of een Sanct Paulia, moeten we behoedzaam verzetten, zonder de bladeren te stooten, alsook teere planten met lange ranken, bijvoorbeeld een Ster, een Tradescantia. Frissche lucht is goed voor een plant, maar denk er aan, dat tocht niet goed is. Bloeiende planten, en in t' bijzonder met witte bloemen, die meestal teerder zijn dan gekleurde, hebben van tocht te lijden. Bovendien kunnen de bloem stelen breken en de bladeren knakken. Zonder echter dat het bepaald trekt of tocht, kan dit, jammer genoeg, ook gebeuren door den sterken wind, die ons. in dit klimaat, zelfs 's zomers niet met rust laat. Het is daarom goed, hooge plan ten die veel voor een open raam staan, en ook planten op een balcon, te stutten met een ste- Nu sommige bakkers aan hun klan ten, die gewend zijn, het brood te komen halen, vragen, sinds de papier- prijzen gestegen zijn, om zelf het ver pakkingsmateriaal mee te brengen opdat de broodprijs niet behoeft te stijgen, kan het z'n nut hebben, de huisvrouw te wijzen op het brood zakje van een theedoek, een oude sloop of een lapje katoen gemaakt en waarin het gekochte brood dagelijks meegenomen kan worden. Het is niet alleen practisch, maar ook hygiëni scher dan het brood te laten verpak ken in reeds gebruikt papier, of erger in een oude krant! Proeft de huisvrouw als de gekookte aardappelen op tafel komen, dat deze bevroren zijn, dan hoeft ze haar aard- appelenvoorraad niet als waardeloos te beschouwen. Weet ze van den nood een deugd te maken, dan gebruikt ze de zoet geworden meelproducten oni er toespijzen van te bereiden, zooals aardappelkoekjes of aardappeltaart, waarvan ze de juiste recepten uit he' kookboek kan afkijken. En bij groenten en vleesch zet ze den dischgenooten rijst voor, die den aardappel zoo uitstekend kan vervan gen. Rijst met uitjes, rijst met toma- tenpurée vormen 'n uitstekende com binatie met weinig vleeschgerecht. Commissie tot Voorlichting op Huishoudelijk gebied. vig stokje. Zware, langgesteelde bloemtrossen b.v. van een geranium, kunnen boven aan den steel, zoo weinig mogelijk zichtbaar, met wat raffia, losjes aan een steunpunt worden vast gebonden. Is een bloemsteel of een rank geknakt, maar niet door en door gebroken, dan kan men den steel spalken met een heel fijn houtspaantje en een stevige raffia omwinding. Op deze ma nier is een zonnebloem, wier te zwaar hoofd ge knakt was, nog weken blijven bloeien. Nog een euvel van planten voor een open raam is, dat door den wind allerlei klein onge dierte wordt meegevoerd en we de planten dus met grooter zorgvuldigheid moeten rein houden. Wat kunnen we doen om de huid van de elle bogen en ook de knieën zacht en soepel te houden? We nemen een of twee kleine bakje (s), wat lauw water, een zachte zeep en een tame lijk harden nagelborstel. Met rijkelijk zeep schuieren we eerst de huid op den elleboog. Dan weeken we de ellebogen gedurende een paar minuten in olijfolie en masseeren intus- schen de olie 'zachtjes in, waardoor ze beter in de huid dringt. De knieën ondergaan ongeveer eenzelfde be handeling. Nadat men ze met het borsteltje met zeep bewerkt heeft, wrijft men de opperhuid zachtjes met een stukje puimsteen, maar dit moet voorzichtig gebeuren. Voor de oliebehancfeling kan men niet op dezelfde wijze te werk gaan als bij de armen. Men brengt dus een zeer vette crème of lano- line op, die met de vingertoppen van boven naar beneden wordt ingemasseerd. Hoest bonbons Innp.-Kotterd.Prod Mij WITTE HU»S -RotWdom (in plaats van glas of celluloid) 50 X 5 en 50 X 3 c.M. DOETINCHEM TELEFOON 655 Nu de rokken het bestaan, nog iets naar boven te klimmen de zoom vier decimeter van den grond wordt voorgeschreven eischt dit de grootste onberispelijkheid van ons beenenpaar. En zelfs wanneer u zoo verstandig is, om uw roklengte niet door een gril te laten bepalen maar door den criti- schen blik óók aan rugzijde op uw gestalte, heeft u den duren plicht uw beenbekleeding beter te verzorgen dan hierboven getoond. Tenminste wanneer u een gesoigneerden indruk wilt maken. Kousen met „palingen" zijn in de oogen van de vrouw een groot, in de oogen van den man een nog grooter kwaad. Let daarom bij het koopen van nieuwe kousen niet alleen op de voetmaat, maar ook op de bovenwijdte. Het kan u de vernederende ohtdekking besparen, dat u er zóó bij zit. VAN RIJN'S MOSTERD - UTRECHT DE VOLKSVENTILATOR ZONDER CONCURRENTIE PRIJS VOOR ELKE BEURS N.Z. Voorburgwal 332, Tel. 33016, Amsterdam DAMES EN MEISJES MAAKT NU ZELF UW KLEEDING Zendt bon en 25 cent aan postzegels en U ontvangt een mooi boek met ruim 100 maten en modellen en tevens een gratis apparaat om U te laten zien hoe gemakkelijk onze methode is om THUIS alle kleeding te leeren maken en vermaken. aan INSTITUUT E. N. S. A. I. D. Tolsteeg-singel 54 - Utrecht Naam: Adres:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 9