Grenscontrole door de Gestapo EIGENWIJZE Naar een groot-helmond Kerkelijk leven ZATERDAG 23 MAART 1940 Van een Poolsche, die spoedig haar man zal wederzien Verdwijnt de vos uit Brabant? De ,,Phobos" in een Britsche haven Met moeite in veiligheid gebracht 400-jarig Brabantsch gilde NAAM- EN RANGLIJST VAN OFFICIEREN HET DOODELIJK ONGELUK TE NIJMEGEN DOODELIJK MIJNONGELUK Veilig verkeer Ons drinkwater moet deugdelijk zijn De Kroon waakt voor de gezond heid van 42 Noorddijkers Wagon uit de rails VERVREEMDING VAN BINNENSCHEPEN De gediplomeerden van de School voor Grafische Vakken Zentgraaff overleden Bekend figuur in de Indische journalistiek Mgr. J. J. J. Noordman 60e verjaardag in een arbeid zaam leven AUTO BEGON ONVERWACHT TE RIJDEN PAASCHVUUR OP DE HOOGE VELUWE De N. S. als huisbaas" Een surprise voor de stations- wachten EEN PAASCHEI VOOR DE KINDEREN EM.-PASTOOR A. GOOSSENS ZILVEREN PROFESSIEFEEST ZILVEREN KLOOSTERFEEST &OOR CURTIS YORKE in Men schrijft ons van de grens: De intrekking van de „toestemmingen'' der Landrate op de zgn. grenspasjes, welke een formeele sluiting van het grensverkeer ten gevolge 00u gehad hebben, heeft voorloopig een verzachting ondergaan. Wel zijn de toe stemmingsstrookjes uitgescheurd, maar voor loopig tot 1 April a.s. is het aan de Gestapo, die de grenscontrole heeft, overgelaten, grensbewoners op een gewone grenspas te la ten passeeren. Men is van de veronderstelling Uitgegaan, dat de grens-Gestapo de bewoners aan weerszijden van de landspalen genoegzaam kent, om de schapen van de bokken te scheiden. Dat de Gestapo de wederzijdsche grens con troleert, blijkt herhaaldelijk. Ergens aan de grens vertoefden dezer dagen een aantal offi cieren van den Generalen Staf ter inspectie Van het spoorwegemplacement in verband met het onderzoek van uit Duitschland komende treinen, 't Was juist op den tijd, dat een Duit sche trein binnenliep en het Duitsche personeel van dien trein de officieren moest opmerken, tien volgenden morgen verscheen dan ook Prompt de Gestapo per auto in de Nederland sche grensstad. We weten natuurlijk niet, of dit prompte bezioek van de Duitsche politieke Politie voor haar resultaat heeft opgeleverd, Piaar opvallend was het zeer zeker. Dezer dagen kwam bij Overdinkel een gedeserteerd Duitsch sergeant-vlieger over de grens en deze werd ter nadere beschikking eenige dagen in een marechausseekazerne in bewaring gesteld. Nauwelijks werd dit over de grens ruchtbaar, of weer verscheen de Gestapo op Nederlandsch gebied, om naar een en ander, vooral naar den naam van den deserteur te informeeren. Dat deze herhaalde bezoeken van de Duit sche politieke politie in de grensstad de aandacht trekken, behoeft geen betoog. Nog steeds wordt in Duitschland een ze kere S. uit Losser gevangen gehouden, die °P een textielfabriek te Nordhorn werkzaam Zijnde, zich onbehoorlijk had uitgelaten. Dezer üagen ging het gerucht, dat tegen S. het dood vonnis geëischt was. Waar de familie sinds langen tijd niets van hem gehoord heeft, wor den op het oogenblik van officieele Nederland sche zijde in Duitschland stappen gedaan, om informaties te bekomen. Geregeld geeft Duitschland aan Joodsche emigranten nog toestemming Duitschland te Verlaten. Zoo kwamen Woensdagavond een der tigtal meest bejaarde Joodsche vluchtelingen over de grens, die passage hadden genomen op de „Springfontein" van de HollandZiuid-Afri- ka Lijn, ten einde te emigreeren naar Wind hoek. Op dat grensstation troffen we ook een jonge Poolsche vrouw met een ongeveer twee-jarig kind aan. Ze was aanvankelijk zeer terughou dend, maar langzamerhand drong het tot haar door, dat ze in het vrije Nederland was. en toen vernamen we dan ook, dat ze de echt- kenoote was van een officier op de Poolsche U-boot „Orzel", welke voor twee jaren te Vlis singen van stapel is geloopen. In dien tijd had Ze met haar man, die bij de afwerking der U-beot aanwezig was, te Vlissingen eenigen tijd gewoond en daar was ook haar kind ge- horen. Ze had aj de ellende der vernieling van Polen meegemaakt, had dagenlang in de Pool sche bosschen rondgezworven, om ten slotte, daar haar man zou omgekomen zijn, naar Ne derland te mogen vertrekken. Welke middelen ze voor het verkrijgen dezer vergunning gebruikt had, wilde ze niet vertellen, maar in angst en vrees was ze door Duitschland gereisd, bang, dat de positie van haar man, die nu op de „Orzel" in Poolsch-Engelschen dienst is, zou uitlek ken. Ze was blij in Nederland te zijn. Voor haar eigen veiligheid en die van haar man wilde ze verder niets meedeelen. Nu reisde ze naar Vlissingen, om vandaar naar En geland over te steken in de hoop, spoedig Weer met haar man hereenigd te zijn. Op het landgoed „Utrecht" te Hilvarenbeek 18 dezer dagen door een jachtopziener een vos Neergelegd. Het aantal Reintjes, dat in het hoogere ge bied van Noord-Brabant wordt waargenomen, Jhaakt den indruk de laatste jaren sterk ach teruit te gaan. Een jaar of vijf, tien geleden kon men herhaaldelijk vernemen, dat vossen b'erden geschoten. Thans hoort men nog slechts "ij uitzondering daarvan, aldus onze correspon dent. Gaat deze typische dierensoort uit de 'auna van het Brabantsche hoogland verdwij nen? Ingewijden meenen, dat hiervoor inder daad eenige vrees moet worden gekoesterd, niet slechts, omdat op de Reintjes jacht wordt ge blaakt, maar tevens ten gevolge van de vele °iitginningen, waardoor vossenholen in veel E'orkere mate dan voorheen door de mensehen berden ontdekt. Intusschen rijst de vraag, of niet iets kat; Geschieden, opdat verhoed worde, dat de vos definitief verdwijnt uit het Brabantsche na- Uurleven Door den gemeenteraad van Helmond is met blgemeene stemmen instemming betuigd met. bet door Ged. Staten van Noord-Brabant opge maakt voorontwerp van wet tot uitbreiding van de gemeente Helmond met de gemeente Stip hout en gedeelten der gemeenten Mierlo, Deur- ne, Bakel en Someren. In verband met de komende annexatie vra gen enkele administratieve punten de aandacht Hieronder behoort het vraagstuk der vergun ningen volgens de Drankwet in het vergroote Helmond. Momenteel gaat het aantal dezer vergunningen niet op en af met het aantal inwoners. Bleef dit zoo, dan zou, ook na de samenvoeging, Helmond het huidige aantal ver gunningen behouden. Voorgesteld wordt thans tot nadere beslissing aldus te bepalen, dat het aantal Dranwetvergunningen in Groot-Helmond zal bedragen het huidige maximum voor Hel mond, vermeerderd met de vergunningen, aan wezig op de gebieden, waarmede Helmond wordt uitgebreid. Naar Reuter uit Londen meldt, is het tankschip „Phobos" van de N.V. Neder- landsch-Indische Tankstoomboot Maat schappij, dat Woensdagmorgen bij de Brit sche Zuidoostkust op een mijn is geloo pen, waarbij zeven personen het leven heb ben gelaten, vrijdag door sleepbooten een Britsche haven binnengebracht Over het in veiligheid brengen van het tank schip „Phobos", dat Woensdag J.l. op een mijn is geloopen, wordt nog het volgende gemeld: Aanvankelijk werd gevreesd^. dat de „Phobos" zou zinken en de bemanning begaf zich aan land. Ondanks de ernstige schade, welke het schip had opgeloopen, bleef het drijven. Red dingsploegen en duikers begaven zich met sleep booten naar de plaats waar het schip voor an ker lag en gingen aan boord. Later keerde ook de bemanning naar de „Phobos" terug. Omdat aan boord van het tankschip slechts één zeewaardige boot was overgebleven de andere waren door de explosie vernield werd een reddingboot opgedragen een oogje in het zeil te houden. Deze reddingboot keerde Vrij dagavond, na 24 uur in de buurt te zijn geble ven, in de haven terug. De zee in de omgeving van het tankschip was bedekt met een dikke laag olie, welke uit een 20 tot 30 voet groot gat aan stuurboord stroomde. Het overtrof alle ver wachtingen, dat de „Phobos" drijvende bleef. Het was slechts te danken aan de krachts inspanningen van de leden van de red dingsploegen en van de duikers, die dag en nacht aan de pompen bleven en het schip inmiddels herstelden, dat het gelukt is de „Phobos" in veilige haven te brengen. Het St. Laurentius-gilde in het Brabantsche Maaskantdorp Vierlingsbeek zal dezen zomer zijl; vierhonderd-jarig bestaan op feestelijke wijze vieren. Dit gilde behoort tot de meest gerenom meerde van het Oost-Brabantsche land. De luisterrijke gildefeesten, welke ter gelegenheid van het 4e eeuwherdenken worden op touw ge zet, zullen plaats hebben op Zondag 23 Juni. Daar de Federatie van Schuttersgilden in Noord-Brabant haar volle medewerking voor dit gildefeest heeft toegezegd, staat hier een gilde- gebeuren te wachten, waarbij, ondanks de bui tengewone omstandigheden, het historische gil- dewezen van het Brabantsche land in al zyn kleur en fleur zal naar buiten treden. Dezer dagen is bij J. Noorduyn en Zn. te Groningen verschenen de 104e jaargang van de Naam- en Ranglijst van officieren. Het werk bevat de namen, aangevuld met enkele gege vens omtrent indeeling en data van promoties, van officieren van het Koninklijk Nederlandsch Leger en van het Koninklijk Nederlandsch-In- disch Leger. Zooals gemeld, werd Donderdagavond te Nij megen op den Graafscheweg een jong meisje aangereden door een autobus van den dienst NijmegenWijchen. Het meisjes werd daarbij gedood. Naar eerst Vrijdagmiddag bekend is geworden was het slachtoffer de 17-jarige dienstbode Johanna Theodora Feeters uit Nijmegen. In de mijn Maria-Hauptschacht te Alsdorf bij Kerkrade is de gehuwde mijnwerker H. Köhne onder vallend gesteente gedood. Het Werkboekje-Rijtijdenbesluit is met goed vinden van Hunne Excellenties, de Ministers van Sociale Zaken en van Waterstaat, door het Verbond van Vereenigingen voor Veilig Verkeer dienstbaar gemaakt aan de belangen van een veilig wegverkeer. Op de binnenzijde van den omslag is een aantal bijzonder pakkende ver- keerswenken opgenomen; ook de onbewaakte overwegen en het gevaar van lcoholgebruik bij snelverkeer zijn niet vergeten. Blijkens het in Stsbl. 2341 afgekondigd Kon. Besluit zijn niet minder dan 42 beslui ten van den Raad van Noorddijk vernietigd, welke besluiten beoogden, vrijstelling te ver- leenen van de verplichting tot aansluiting van woningen op de drinkwaterleiding. B. en W. hadden afwijzend op de verzoekschriften tot vrijstelling beschikt en daarop had de Raad een tegemoetkomender standpunt in genomen. De Kroon overwoog o.a., dat ingevolge artikel 97 der bouwverordening van Noorddijk, B. en W. tot wederopzegging vrijstelling kunnen verlee- nen van den eisch tot aansluiting aan de drink waterleiding, doch alleen, indien de woning is voorzien van een middel tot watervoorziening, dat deugdelijk drink- en huishoudwater in vol doende mate verschaft. Ondanks dat B. en W. meenden, dat zulks niet het geval was, ver leende de raad de gevraagde vrijstelling. Eén der woningen, welke de vrijstelling be trof, had slechts een, onder den keukenvloer ge legen put, welke niet als middel tot watervoor ziening was aan te merken. De andere wonin gen (in het geheel ging het om 42 vrijstellingen) zijn elk voorzien van een middel tot watervoor ziening, n.l. van een regïhbak, maar de belang hebbenden hebben nimmer aangetoond, dat die bakken deugdelijk drinkwater zouden verschaf fen. Het aldus verkregen water was niet onder zocht, met name ook niet door of vanwege den gemeenteraad. Bovendien had deze niet rekening gehouden met de omstandigheid, dat ten aanzien van géén van de woningen volledig was vol daan aan hetgeen artikel 40 der bouwverorde ning met betrekking tot regenbakken voor schrijft. In elk geval aldus oordeelde de Kroon deed het verleenen van vrijstelling van de verplichting tot aansluiting van de drink waterleiding, zonder onderzoek naar de deug'elijkheid van 't aanwezige drinkwater, tekort, aan de bescherming, welke de bouw verordening beoogt te verleenen aan door haar bedoelde belangen. Op grond hiervan had de raad gehandeld in strijd met 't alge meen belang, waarom de Kroon de 42 be sluiten tot vrijstelling vernietigde. Vrijdagmiddag te circa 1 uur geraakte bij het rangeeren van een personenwagen op het em placement tusschen overweg en station te Den Helder het achterste wielenstel van den wagon bij een wissel uit de rails. Nadat de wielen een tiental meters gereden hadden, kwam de trein tot stilstand. Na een uur werken slaagde men er in, den wagon, waarvan het voorste gedeelte op de linker en het achterste gedeelte op de rechter spoorbaan stond, van deze laatste te verwijderen, zoodat het verkeer over één lijn voortgezet kon worden. De trein van 12.53 uur vertrok met een uur stagnatie; die welke om 1.33 te Den Helder moet aankomen werd in Anna Paulowna vastgehouden en kwam met ruim een. half uur vertraging aan. Ook enkele treinen hierna ondervonden eenige stagnatie. De minister van Waterstaat deelt met betrek king tot de overdracht van binnenschepen het volgende mede: De wet Behoud scheepsruimte 1939, die, voor zooveel binnenschepen betreft, tot dusver slechts toepassing had gevonden op sleepbooten, is inge volge beschikking van 20 Maart j.l. met ingang van 22 dezer ook van toepassing verklaard op andere binnenschepen, waarbij onder schepen zijn te verstaan alle vaartuigen, hoe ook ge naamd en van welken aard ook, derhalve met inbegrip van drijvende werktuigen en inrichtin gen. Het is thans verboden op eenigerlei wijze te bewerken of er toe mede te werken, dat een in Nederland thuisbehoorend binnenschip zonder door of namens den minister van Waterstaat verleende vergunning zijn hoedanigheid van in Nederland thuisbehoorend binnenschip verliest, in eigendom wordt overgedragen dan wel in gebruik of ter beschikking wordt overgedragen. Het verbod van overdracht in eigendom resp, in gebruik of ter beschikking geldt niet bij over dracht van bepaalde met name genoemde cate gorieën van binnenschepen en evenmin in ge val de overdracht op nader omschreven wijze geschiedt aan in Nederland gevestigde Neder- landsche personen, vennootschappen, enz. Voor sleepbooten is het bestaande verbod, zoo als dit werd uitgevaardigd bij beschikking van den minister van Waterstaat, d.d. 30 Januari 1.1., in zooverre gewijzigd, dat thans geen vergunning meer wordt vereischt voor het aanvangen of ver volgen van een reis naar en in het buitenland. Dientengevolge is tevens de verplichting tot het stellen van een garantie vervallen. Voor de over dracht van sleepbooten blijft overigens de be staande regeling van kracht. Zooals de schoone dag waarmede gisteren de Lente anno 1940 begon, de prachtigste belofte voor een komend ontwakend natuurleven in zich verborgen hield, was het gisteren eveneens een dag vol schoone toekomstbeloften voor de jonge mannen, die als bekroning van hun 3-jarige studie aan de School van de Grafische Vakkeu. hun diploma uit de handen van den heer J H. Th. O. Kettlitz, voorzitter van het schoolbestuur, ontvingen. De heer J. H. Th. O. Kettlitz heette de aan wezigen, bijzonder de ouders, welkom, waarna werd overgegaan tot voorlezen van de namen der bevorderden en de plechtige uitreiking der diploma's, waarbij de heer Kettlitz zijn bevre diging uitsprak over de behaalde resultaten. Spr. hoopte, dat de afgestudeerde leerlingen den band met de school in de toekomst zouden vasthouden. De directeur der school, de heer A. Barter;, richtte voorts nog een behartigenswaardig woord tot zijn scheidende leerlingen, waarin hij hoopte dat zij weldra de vruchten van hun studie zou den mogen plukken en zij door hun gedrag en wandel zich als oud-leerlingen der Gr. School waardig zouden toonen. De heer Scheepers als afgevaardigde van de Centrale leerlingencommissie, sprak een enkel woord, meer speciaal tot hen die hun bedrijfs- diploma gehaald hebben, en tot de patroons leerlingen. Gediplomeerd werden: De zettersleerlingen: P. J. D. M. Weterings, W. A. Wolterse, P. C. "Veenendaal, I. van Beek allen te Utrecht; C. A. Levring te Oudenrijn; P. A. Verheul te Hilversum; A. M. J. van Lith te Leiden; P. A. Schouten te Gouda. Niet ge slaagd 3 leerlingen. De drukkersleerlingen: B. W. Koot, H. Veld huizen, F. J. Veerman, J. A. Vollewens, allen te Utrecht. De patroonsleerlingen: C. J. Lambinon te lei den; J C. van der Laan, A. H. F. Snelder, bei den te Utrecht; A. F. van Loosbroek te St. Mi- chels-Gestel; A. J. M. van der Meer te Baarn; P. J. M. Staal te 's-Hertogenbosch; M. van der Wiel te Jutfaas; H. Lenters te Djokjakarta; J. P Engel te Wassenaar; M. Jens, J. N. J. Veld- huijsen, beiden te Utrecht; S. G. Schippers te Wageningen; J. van Goor te Meppel; A. J. A. Redert te Raamsdonksveer; C. G. Knottnerus te Soest; J. P. J. M. Tielen te Boxtel. De boekbindersleerling J. Willems te Zuilen. Niet geslaagd 2 leerlingen. De chemigraafleerling E. Lisser te Hilversum. Namens de leerlingen dankte de heer J. En gel en namens de ouders de heer van der Meer, directeur en leeraren voor het genoten onder wijs. BATAVIA, 22 Maart. (Aneta). Hedenavond is, na een kortstondig ziekbed, in het Borro- meus-ziekenhuis te Bandoeng overlëden de heer H. C. Zentgraaff, directeur-hoofdredac teur van het dagblad „De Javabode". De begrafenis zaj morgenmiddag plaats heb ben De journalist Zentgraaff, die in den leef tijd van ruim 65 jaren is ontslapen, is in de laatste tien jaren niet alleen de markantste figuur in de Indische journalistiek geweest, maar bovendien een zeer opmerkelijke in de geheele Indische samenleving. Voornamelijk omdat alle phasen en onderdeeien van die sa menleving zijn onverdeelde aandacht hadden Zentgraaff's aandacht beteekende altijd veel. Het kon onbarmhartige critiek beteekenen, maar ook hulde en lof. Hij was een uiterst be kwaam penvoerder en daarom waren zoowel critiek als lof scherp uitgebeiteld, maar steeds goed gevormd en bijna altijd sterk van con structie. Zoo heeft hij zijn stempel gedrukt op het Soerabajasch Handelsblad, waarvan hij jour nalistiek leider was van 1925 tot 1932 en op de Java-bode die hij tot zijn dood heeft ge diend. Zooals gezegd: Zentgraaff beschikte over een scherpe pen. Maar ook over een bewonderens waardige kennis van den Indischen archipel, over een helder inzicht en een geweldige werk kracht. Veei critiek heeft hij uitgeoefend doch zij, die hem goed kenden, beseften dat achter die critiek liefde schuil ging. Liefde voor Indië, het land dat hij boven allgs stelde en dat hij door zijn critiek volgens zijn opvattingen wilde zuiveren van hetgeen hij minder ge- wenscht achtte. Hij is Indië, met pen en hart, trouw geble ven tot zijn einde omdat dit land hem de ge legenheid had geschonken uit te groeien tol wat hij zonder twijfel is geweest: een man uit-één-stuk. De Kolonel-Hoofdaalmoezenier van Leger en Vloot, Mgr. J. J, J. Noordman, hoopt 30 Maart zijn 60en verjaardag te her denken 28 Maart 1917, twee dagen voor zijn 37sten verjaardag, werd de toenmalige kapelaan Noordman, die toen verbonden was aan de St Joseph-kerk te Haarlem, tot Aalmoezenier be noemd. Drie en twintig jaar duurt dus reeds de militaire loopbaan van Mgr. Noordman. Eerst als majoor-aalmoezenier, later als kolo nel-hoofdaalmoezenier heeft hij zich vele op rechte vereerders verworven bij alle deelen van onze landmacht. Zij zullen hem bij dezen 60en verjaardag gaarne herdenken. Zestig jaren! schrijft aalmoezenier J. J Brouwer in „de Katholieke Militair". Wie den jarige kent, maar van het getal zijner jaren niet op de hoogte was, zal misschien met ver wondering lezen, dat Mgr. Noordman al zestig jaar wordt. Het vermoeiend reizeh en trekken al sinds 1917, toen hij in de vorige mobilisatie Aalmoe zenier werd; de zeer vele en groote zorgen, die deze mobilisatie voor hem als hoofdaalmoeze nier meebrengt, nu ook voor 't eerst het Aal moezeniersinstituut op de volle sterkte werkt met 70 hulpaalmoezeniers, hebben zijn gezond en krachtig gestel niet benadeeld en zijn fiere gestalte niet gebogen. De hoofdleiding der geestelijke verzorging van Leger en Vloot in mobilisatie-tijd is van het allerhoogste gewicht. Aartsbisschop en Minis ter hebben deze aan Mgr. Noordman toever trouwd en tientallen van aalmoezeniers pro-' fiteeren in dezen tijd telkens weer van zijn rijpe ondervinding en juisten kijk op toestan den en personen. In onzen hoofdaalmoezenier zien wij steeds den geestelijken verzorger, den priester van grooten stijl en karakter. Waardig draagt nij het purper en de hooge koninklijke onderschei dingen, die hem om zijn verdiensten voor Kerk en Land met zooveel recht zijn toegekend. De aalmoezeniers van Leger en Vloot, de hulpaal moezeniers te velde bieden hun hartelijke geluk- wenschen aan en bidden aan hun altaren den 30sten Maart, dat God hem steeds helpe bü zijn moeilijk werk. In hetzelfde nummer schrijft de kapitein van den Generalen Staf A. H. J. L. Fiévez o. m.: Ik meen, dat aan dit feit (den 60en verjaar dag) weinig ruchtbaarheid is gegeven. Dit is jammer! Want in de 23 jaren van zijn „mili taire" loopbaan, eerst als majoor-aalmoezenier bij de le divisie, later als kolonel-hoofdaalmoe- zenier van Leger en Vloot, heeft Monseigneur Noordman zich duizenden oprechte vereerders en vrienden verworven, in alle rangen, bij het Koninklijk Nederlandsch-Indische Leger zoowel als bij de Koninklijke Marine en de KoninklijKe Landmacht. En wel zeer zullen dezen het betreuren niet in de gelegenheid te zijn geweest, den zestig jarigen hoofdaalmoezenier persoonlijk hun ge- lukwenschen te kunnen aanbieden. Maar kolo nel Noordman is ondanks zijn krachtige per soonlijkheid een bescheiden man, wars van op hef en weinig gesteld op al te veel eerbetoon. Hetgeen mij toch niet mag beletten, hem hier uit naam van alle katholieke officieren andere categorieën zullen ongetwijfeld haai eigen vertolkers vinden de. verzekering te geven onzer groote erkentelijkheid, oprechte bewondering en warme genegenheid, waaruit als vanzelfsprekend de wensch voortspruit, dat den kolonel nog ettelijke tientallen jaren gege ven zullen zijn en dat hij er hiervan nog vele moge wijden aan de weermacht en aan de ziel zorg van de katholieke leden daarvan. Kolonel, op uw zestigsten verjaardag bidden wij Gods overvloedigen zegen af over u en over uw belangrijken arbeid voor Leger en Vloot. Op den feestdag zelf zal er gelegenheid zijn, den jarige te feliciteeren in zijn woning Fran- kenslag 10 te 's-Gravenhage, des middags van 2.30 tot 5 uur. Om 11 uur des morgens zal een deputatie van de 70 aalmoezeniers den jarige gelukwenschen komen aanbieden. Mgr. Noordman werd den 30en Maart 1880 geboren te Woubrugge. Na de lagere school te hebben doorloopen maakte hij zijn lagere stu dies te Hageveld en de hoogere te Warmond. Hij werd den 15en Augustus 1904 priester ge wijd en zag zich als standplaats achtereenvol gens aangewezen Amsterdam, waar hij kape laan was in de Sint Willibrordus, en Haarlem, waar hij dezelfde functie bekleedde in de Sint Josephparochie Zeer spoedig, nadat hij in Haarlem was aan gekomen, werd hij benoemd tot directeur van de militaire vereeniging, aldaar. Jarenlang ijverde hij voor dit werk en besteedde er zijn beste krachten aah, vooral toen, tengevolge van de mobilisatie, het tehuis, dat voor de mili tairen was opgericht, zeer druk werd bezocht. Hij zag toen in, dat het noodig was dit huis te vergrooten en wist de noodige gelden daarvoor bij elkaar te krijgen. Toen bij het uitbreken van den oorlog in 1914 ook hier te lande het instituut aalmoezenier werd ingevoerd, trad Mgr. J. Noordman als hulpaalmoezenier in functie. In Maart 1917 volgde zijn aanstelling tot aalmdfezenier van de le divisie. Deze functie heeft Mgr. Noordman behouden tot na de mobilisatie, toen het aan tal aalmoezeniers kon worden beperkt en hij benoemd werd tot aalmoezenier bij de eerste militaire afdeeling, waardoor aan zijn geeste lijke zorgen werden toevertrouwd niet alleen de militairen van het geheele bisdom Haarlem, maar ook van vele garnizoenen van het Aarts bisdom. Den 31en Augustus 1926 werd hij ver eerd met de benoeming tot officier in de orde van Oranje Nassau. Tijdens de afwezigheid van den hoofdaal moezenier werd deze functie reeds waargeno men door aalmoezenier Noordman, evenals dit voor langeren tijd geschiedde toen de toenma lige hoofdaalmoezenier Mgr. Evers een reis van zes maanden maakte naar Indië. Mgr. Noord man was nog eenigen tijd, namelijk toen Mgr. Evers zijn Indiëreis maakte, aalmoezenier bij de Marine, terwijl ook de vereeniging van marinepersoneel zich er op mag beroemen, hem als haar geestelijken adviseur te hebben gehad. Toen Mgr. Evers als hoofdaalmoezenier af trad is Mgr. Noordman hem opgevolgd. Vrijdagmiddag om 12 uur was de 62-jarige chauffeur G. Bras, wonende aan de Claes de Vrieselaan te Rotterdam, bij een garage in de Jan van Vuchtstraat bezig met het op gang- brengen vafi een vrachtauto. De wagen stond, zonder dat Bras dit wist, in de eerste versnel ling, zoodat hij, toen de motor aansloeg, plot seling vooruit reed, den chauffeur met zich meesleurend. De auto kwam tot stilstand tegen de pui van een winkel aan de overzijde van de straat. Deze gevel werd ernstig beschadigd. De chauffeur kreeg een der wielen over het lichaam, waardoor hem de borstkas werd inge drukt. In zorgwekkenden toestand werd hij naar het ziekenhuis aan den Coolsingel overge bracht, waar hij korten tijd later is overleden. Evenals vorige jaren zal op de weide voor het Huis St. Hubertus in het Nationale Park „de Hooge Veluwe" den tweeden Paaschdag te gen donker een Paaschvuur worden ontstoken Als er één bedrijf is, welks werkzaamheden gekenmerkt worden door gastvrijheid, dan zijn het zeker de Nederlandsche Spoorwegen. Die gastvrijheid treft men overal aan: in wachtka mers, op perrons en in treinen Nu behooren bij een gastheer gasten en de gasten van de Nederlandsche Spoorwegen zijn van zulk een uiteenloopende soort, als men zich maar denken kan. Bij al deze verschillende soorten gasten heeft de mobilisatie thans nog een categorie gevoegci, die niet alleen de treinen en perrons, maar ook kantoorgebouwen en seinhuizen is gaan bevol ken. Wij bedoelen de militairen. En waar de N. S. steeds alles in het werk stel len het hun gasten zoo aangenaam en gemak kelijk mogelijk te maken, heeft de Directie ge meend ook voor deze categorie iets te moeten doen. In samenwerking met en mei volle medewer king van O. en O. werd een pakket als Paasch- verrassing aan ieder van deze landsverdedigers gezonden. Een pakket, waarvan de inhoud voor een ge deelte wel spoedig in rook zal vervliegen en voor een ander deel slechts op verhooging van uiter lijk schoon is ingesteld, doch waarin ook nog andere zaken zijn verpakt, die de militairen zul len helpen deze dagen prettiger door te komen en hun eenige uurtjes van afwisseling zullen bezorgen. De pakketten bevatten n,l. een spoorwegbouw- model of -zaagfiguur, wat bloc-notes, legpuzz- les, sigaretten, scheerzeep en prentbriefkaar ten. Voor knutselaars dankbare objecten en voor hen, die geen knutselaar doch wel „Pater fami lies" zijn, iets om straks thuis wellicht een flin- ken robbedoes van een jongen een welkome ver rassing te bereiden. Elk pakje is voorzien van een keurige, door Jo Spier geteekende kaart, waarop de Directie der N. S. (als huisbaas) en O. en O. (als ma kelaar) den jongens een prettig Paaschfeest toewenschen. Wij mogen verwachten dat deze surprise, die bedoeld is als bewijs van waardeering voor het nuttige werk dat door deze militairen wordi verricht en als dank vdor de buitengewoon pret tige samenwerking, op prijs zal worden gesteld. Men verzoekt ons plaatsing van het volgende: Lieve vrienden en vriendinnetjes. Als met Paschen de klokken zijn weerge keerd uit Rome en het Gloria is gezongen, dan is 't feest en jullie krijgen natuurlijk allemaal weer van je ouders een Faasch-mand, een cho coladekip of een zakje met Paascheitjes. Maar niet alle kinderen zijn zoo gelukkig als jullie; er zijn er zoo velen, die dat alles mis sen, ja nog veel erger, die erg zwak zijn en noodig eens een paar weken naar buiten moes ten, naar bosch of strand om weer eens echt gezond en flink te worden, net als jullie. Ook die kinderen hebben goede ouders, maai die kunnen dat niet allemaal, al wilden ze ook nog zoo graag, aan hun kinderen geven. Nu moeten jullie, die zooveel meer hebt dan zij, eens goed mede helpen. Hoe dat kan? Heel gemakkelijk. Als je met Paschen van Je ouders een Paaschei krijgt, dan vraag je of Je de waarde van zoo'n Paaschei in 't zaxje mag doen van de Paaschei-actie van 't Ned. R. K. Huisvestings-Comité. Als alle kinderen met Paschen eens zoo'n klein Paascheitje afzonderden voor 't kleine zwakke kind, wat zouden er dan vele zwakke kinderen kunnen worden uitgezonden naar bosch en strand, om weer gezond en vroolijk bij hun ouders te komen. Als je door omstandigheden geen Paaschei- zakje ontvangt, stuur dan je gift, al is ze nog zoo klein, aan het Ned. R. K. Huisvestings comité, Hekellaan 6, Den Bosch, gironummer 34348. De zeereerwaarde heer A. J. C. Goossens. emeritus pastoor van Berkel (N.-B.), die in het liefdegesticht aldaar verblijft, werd Vrijdag nacht uit voorzorg van de H.H. Sacramenten der Stervenden voorzien. Maandag 25 Maart, Tweeden Paaschdag en feestdag van Maria Boodschap, hoopt de Rev Soeur M. Hyppolyta, in de wereld mej. A. Moolhuyzen, uit Rotterdam, hoofd der Lazère- school voor meisjes te Bergen op Zoom, den dag te herdenken, waarop zij voor 25 jaren ge profest werd in het moederhuis der eerw. zus ters Poenitenten-Recollectinnen te Roosendaal. Maandag 25 Maart, Tweeden Paaschdag en feestdag van Maria Boodschap zal het 25_jaat geleden zijn, dat de eerw. zuster Albine, léera- resse aan de Kweekschool voor onderwijzeres sen te Bergen op Zoom. in het moederhuis der eerw. zusters Franciscanessen te Roozendaal de H. Geloften heeft afgelegd. De Rev. Soeur Maria Albine, in de wereld mej. H. Bollinger, uit Amsterdam, leerares Middelb. Onderwijs Engelsch en Paedagogiek, heeft o.m. ook haar aandeel gehad in de sa menstelling van het cathechismus-leerplan. (Nadruk verboden) ■kHij ging in een gemakkelijken stoel zitten en de aardige kamer rond, die al heel gauw ,'Jh goedkeuring had. Anne leunde achterover een hoek van de rustbank. Voor den toeval- kSen waarnemer zoo er een was geweest °hden zij elkander al jaren hebben gekena. s -'Boxer heeft zichzelf vandaag beslist onder leiden," zei Anne's gast. „In zekeren zin voel 0 "he verantwoordelijk voor zijn wangedrag. Is Jurk onherstelbaar bedorven?" voegde hij er a enkele seconden zwijgen, aan toe. gJJ-hne was juist bij zichzelf tot de conclusie men. dat zij met haar overbuurman toch ingenomen was, en grootmoedig had zij °ker zijn vernielend werk vergeven. Zij was h'1 jonge vrouw, die snel reageerde op sympa- iia en antipathieën; en de baas van Boxer gratie gevonden in haar tamelijk critische ^®h. Hier glimlachte zij min of meer spijtig. zal haar naar de stoomerij moeten stu- zei ze. is toch wel erg," antwoordde hij. Toen, op heel anderen toon: „Mag ik me voorstellen? Het ongeluk schijnt ons hiervoor dicht genoeg bij elkaar te hebben gebracht. Mijn naam is Carroll. En, zooals u ongetwijfeld hebt gecon stateerd, ben ik uw overbuurman. U bent juf frouw Stafford, dat weet ik." „Hoe weet u dat?" vroeg zij. „Ik vroeg het me af, toen u mij den brief bracht. Hij zou evengoed niet voor mij hebben kunnen zijn." „Ik ben tamelijk goed van gezicht," antwoord de hij. „En er zijn van die dikke, langwerpige pakjes, die, het spijt me het te moeten zeggen, nu en dan net postduiven zijn ze keeren al tijd weer op het hok terug en die zich ook niet leenen om door een gewone brievenbus te worden geduwd. Een paar avonden geleden, toen ik een dergelijk pakje van den postbode aannam, zag ik zoo terloops, dat hij alle brie ven en dergelijke al had afgeleverd, behalve een pakje van het soort, dat ik beschreef, en dat ge adresseerd was aan juffrouw Stafford; en di rect daarna belde hij mijn werkster noemt het de „pakjesbel" aan uw deur." „Maar daarom hoefde ik nog niet juffrouw Stafford te zijn," antwoordde het meisje, en er vertoonden zich kuiltjes in haar wangen. „Ik had wel een nichtje, of een zuster, of een tante kunnen hebben, die bij me woonde." „O neen. Ik weet, dat er geen ruimte is voor een nichtje, of een zuster, of zelfs een tante, in uw flat," antwoordde hij rustig. „Hoe weet u, wat de afmetingen zijn van mijn flat?" vroeg zij, even blozend. „Omdat ik ze bekeken heb, toen ik kwam hu ren. Zoodoende weet ik, dat er een kamer min der is. Maar neem me niet kwalijk; natuurlijk heb ik niet het recht opmerkingen te maken over de grootte van uw flat. Ik leef zoo afge zonderd, dat ik vrees, soms iets van een wilde te hebben." „Ik leef ook afgezonderd," zei ze. „Maar ik vind het niet noodzakelijk, daarom een wilde te zijn." „Neen, dat is zoo. Maar u hebt ongetwijfeld vrienden. Ik niet. Maar neen, ik vergis me. Ik heb een heel trouwen vriend, wien ik niets kwa lijk kan nemen. Het is een Iersche terrier en hij 'heet Boxer." „Waarom hebt u geen vrienden?" vroeg Anne en het klonk abrupt. „O, dat is een tamelijk lange geschiedenis," antwoordde hij bedaard. Hij stond tegelijk op en met een ernstige buiging ging hij naar de deur. Maar met een licht, aarzelend gebaar van haar opgeheven hand hield Anne hem tegen. „Een oogenblik," zei ze, en haar stem had een ernstigen klank, „u zei iets over dikke, langwer pige pakjes, die u worden teruggezonden. U bent ook schrijver?" „Ja," antwoordde hij, met een lach in zijn oogen, die zijn lippen niet bereikte. „Ik schrijf voor een of twee tijdschriften. Soms waardeeren ze mijn pogingen en somsook niet." Terwijl hij sprak, was hij weer de kamer in gekomen en keek nu op haar neer. Het kwam haar voor, alsof hij heel lang was. „Ik schrijf korte schetsen," zei ze, met inge houden zucht. „Maar ze komen altijd terug. Toen ik voor het eerst hier kwam, zijn er twee van me aangenomen, en ik dacht al, dat ik op weg was naar roem en fortuin. Nu nu denk ik er soms ernstig over, den heelen boel op te geven." „Het is altijd te vroeg om zoo iets op te ge ven," antwoordde hij. Toen voegde hij eraan toe: „Schrijft u onder uw eigen naam?" „Ja. En u?" „Neen. Mijn schuilna'am is Norman Stone." Haar oogen gingen wijd open. „O!" riep zij uit. „Bent u Norman Stone? Dan ken ik uw werk heel goed. En toch," zei ze ver wijtend, „trachtte u me wijs te maken, dat u uw manuscripten terugkrijgt. „Maar ik verzeker u, dat het waar is, ant woordde hij glimlachend. „Zooals ik u zei, kreeg ik er nog pas een paar avonden geleden een terug. Op hetzelfde oogenblik deed de „pakjesbei" van den postbode Anne opspringen. „Het is weer eenpostduif,' zei ze met een moedeloos schouderophalen. Het bleek er een te zijn, en de oogen van den man ontmoetten die van het meisje in vlugge sympathie. Toen zij even later samen bij de open deur stonden, terwijl de echo van de vlugge voet stappen van den postbode wegstierf, zei Car roll, met eenige aarzeling in zijn stem en op treden: „Ik vraag me af, of u mij uw manuscript zoudt willen laten zien. Ik zal het u morgen of overmorgen terugbrengen." „O, wilt u het lezen?' vroeg ze gretig, en haar oogen lichtten op. „Vreeselijk aardig van u. Maar ik ben bang, dat u het een prul zult vinden." „In dat geval zal ik het u vertellen," ant woordde hij, en hij stak zijn hand naar het pakje uit. „Soms kan ik erg grof zijn." Maar een paar uur later, toen hij het korte verhaal gelezen had, dat door den uitgever van een populair weekblad „onder dankzegging" was teruggestuurd, vond hij, dat het niet noodig was, grof te zijn. Integendeel, de stijl van de schrijfster bekoorde hem, ofschoon de intrige zwak en afgezaagd was. Hij stelde buitengewoon veel belang in deze jonge overbuur, die zoo afwisselend waardig en kinderachtig kon zijn. Neen, niet kinderachtig liever kinderlijk. Hij voelde het subtiele ver schil. Hij verbeeldde zich eveneens, dat zij bij nadere kennismaking wel innemender zou blij ken te zijn. Ja, hij stelde werkelijk belang in haar. En toch was hij er lang geleden mee opgehou den in iets of iemand belang te stellen, peinsde hij somber. Waarom zou hij er dan nu mee be ginnen? Toen legde Boxer smeekend een poot op zijn knie en sloeg zijn staart zenuwachtig tegen den vloer. „Wel, ouwe jongen, wat is er?" zei Carroll, terwijl hij het dier met echte genegenheid aan keek. „Tijd om naar buiten te gaan, hè? Ja, werkelijk. Ik wist niet, dat het al zoo laat was." Anne, die haar deur op het nachtslot deed, hoorde den klik van de tegenovergestelde deur en het uitgelaten keffen van Boxer, toen hij en zijn baas de gang doorliepen. j Een vreemd gevoel van veiligheid kwam over i Anne, toen zij luisterde naar de stevige, regel matige voetstappen. Zij was dwaas genoeg om de overgordijnen in haar zitkamer iets opzij te schuiven en te gluren tot de man en de hond naar buiten kwamen. Zij hield van het uiterlijk van haar nieuw ontdekten buurman. Zij hield van den stand van zijn hoofd, de breedte van zijn schouders; zij hield van zijn oogen en zijn stem. Zij hield van „Anne Stafford, je bent gek," zei ze minach tend tegen zichzelf. En de overgordijnen weer op hun plaats trek kend, ging zij in de kamer terug en maakte die in orde voor den nacht. Zij vouwde het mooie divankleed op en borg de leuke kussens er onder. Het duurde dien avond lang, voor zij in slaap viel. Haar bed stond tegenover het raam, dat zoo ver mogelijk open was de marquise tot bovenaan opgetrokken, zoodat zij, waar zij lag, de eindelooze zee van daken en schoorsteenen kon zien, die zich tusschen haar en den hori zon uitstrekte. lederen avond viel zij in slaap met dat schemerige panorama voor haar slape rige oogen. Zelfs op de donkerste avonden waren er kleine lichten en plekken, die haar heel ver trouwd waren geworden. Den vorigen avond was alles verduisterd door een hevigen regen. Op andere avonden was het versluierd door sprookjesachtige poedersneeuw. Vanavond werd het beschenen door den zwakken glans van een met de wolken strijdende en onzeker doende maan. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3