DE VIJAND BINNEN DE GRENZEN D m t m „Activiteit van verkenners" Officieel Londen hult zich in stilzwijgen De strijd om Narvik Irs». ge/ucn woutea! 28 woorden in vijf dagen EEN VLUCHT BOVEN DE VIJANDELIJKE LINIE KARDINAAL VERDIER'S LAATSTE GANG VRIJDAG 19 APRIL 1940 PHILIPS „PHILIDYNE' Rijwiellantaarns Molenaar's Kindermeel Buitenlandsch Overzicht Oversp00"®" 5'. r. -f'SS* Prijzen vanaf f. 6.85 ARRESTATIE IN BRIT SC H- INDIË STUDIECOMMISSIE VOOR DE SCHOENBRANCHE F. 3.50-3-75 - 3.95 - 4.25 Gids voor Katwijk aan Zee Onnavolgbare moed f Borstvoeding en daarna - helpen dtr^p Ontroerende uitvaart van een groot en edel priester 'n Kwade kans..?! e Noorsche minister van Buitenland- sche Zaken, Koht, heeft op het ver zoek van Duitschland om even ver standig als Denemarken te zijn en Noor wegen zonder slag of stoot te laten bezet ten, zeer „ad rem" geantwoord met een woerd van Hitier zelf, n.l. „dat een land, dat zonder slag of stoot voor geweld buigt, geen aanspraak kan maken op het recht om te leven". Door dit antwoord belichtte hij schérp de onoverbrugbare klove tusschen woord en daad van de nationaal-socialis- tische buitenlandsche politiek, een klove zóó breed en diep, dat de meest principieel ge- heeten principes van de nationaal-socialis- tische machtsleer er te pletter vallen op den rotsbodem van een meedoogenloos opportu nisme. Men kan het gezonde verstand van Denemarken, dat in het besef van zijn weerloosheid tegen de Duitsche overmacht zich enkel met een papieren protest tegen den volkomen onrechtmatigen inval ver zette en thans als een buitgemaakte melk koe wordt leeggemolken, misschien erken nen, de houding van Noorwegen tegenover de invallers moet men bewonderen. Maar indien men geneigd is de houding of liever het gebrek aan houding van Denemarken op het althans voorloopig over zijn onafhan kelijkheid en neutraliteit beslissende mo ment als een blijk van het gezonde ver stand te waardeeren, omdat het van twee kwaden: bezetting of vernietiging het schijn baar geringste heeft gekozen, dan mag men niet uit het oog verliezen, dat het tengevolge van een ernstig gemis aan gezond verstand en werkelijkheidszin in deze weinig benij denswaardige dwangpositie is geraakt. De nemarken had gedurende zeven maanden niet gemobiliseerd, óók niet toen Scandina vië tengevolge van den Finsch-Russischen oorlog in een hachelijke positie geraakte. Heeft het ondanks alles te veel vertrouwd op de bijzondere en uitdrukkelijke garantie van zijn integriteit en neutraliteit door Duitschland? Is het nooit bij Denemarken opgekomen, dat Duitschland over deze be grippen er wel eens andere opvattingen op na kon houden dan Denemarken zelf, en dat de beste garantie van de neutraliteit van eën land voor Duitschland schijnt te bestaan in een militaire bezetting, waar door het niet meer vrij en souverein zijn eigen houding kan bepalen? Of heeft Dene marken opzettelijk niet gemobiliseerd om zich eventueel op overmacht te kunnen be roepen en zoo zich zelf voor oorlogsgruwelen te sparen? Hoe dit alles ook zij, het heeft een weg gekozen, waarvan nog te bezien staat of hij niet uiteindelijk toch nog op het oorlogsterrein zal uitloopen. Zeker is, dat Denemarken, hoe de uitslag van den oorlog ook moge uitvallen, niet in de positie van het dappere België van 19141918 zal ver- keeren, en dat het in strijd met de gedane toezeggingen tot een basis voor Duitsche oorlogsoperaties wordt gemaakt, zoodat de Geallieerden wel eens genoopt kunnen wor den het practisch als vijand te behandelen en tot slagveld te bombardeeren. Noorwegen heeft ten aanzien van de van buitenaf naderende gevaren tot op zekere hoogte eenzelfde gebrek aan verstand en werkelijkheidszin aan den dag gelegd als Denemarken. Ook Noorwegen had niet gemobiliseerd. Daardoor verkeer de het in een staat van betrekkelijke mili taire machteloosheid, die den weg van den geringsten weerstand zoekende machten als het ware moest aantrekken en tenslotte dan ook aangetrokken heeft. Te elfder ure heeft Noorwegen zich echter bezonnen en, of schoon het militair technisch in geen enkel opzicht tegen de Duitsche overmacht was opgewassen, besloten niet den weg van De nemarken te volgen. De Noorsche kustver dediging, gebruik makend van de voor de fensieve doeleinden buitengewoon geschikte natuurlijke gesteldheid, was van dien aard, dat, als zij goed had kunnen functionneeren, zij zeker in staat geweest zou zijn de eerste bliksems van den bliksemoorlog af te we ren. Dat de Noorsche kustverdediging ech ter niet heeft kunnen werken zooals het moest, is te wijten aan een ander verzuim van de Noorsche regeering, n.l. dat deze niet voldoende aandacht heeft geschonken aan en maatregelen heeft genomen tegen den vijand binnen de grenzen, de nationaal- socialistische verraders. De mededeelingen over het verraad te Oslo en elders mogen misschien niet in alle onderdeelen volko men juist zijn, ontwijfelbaar vast staat, dat het nationaal-socialislische verraad de be zetting van de meest belangrijke Noorsche havensteden in een overrompelend tempo heeft doen slagen. Niet alleen officieele Noorsche natiopaal-socialisten, maar ook lieden, die met het nationaal-socialisme sympathiseerden en in het militaire verde digingssysteem beteekenende functies ver vulden, hebben door tegenorders verwarring gesticht, zoodat de Duitschers bij hun inval aanvankelijk geen noemenswaardigen te genstand ontmoetten. De lankmoedigheid der Noorsche regeering ten aanzien van een politieke richting, die niet geschroomd heeft op het beslissende moment het vaderland te verraden ten gunste van den politiek gelijk gezinden aanvaller, heeft zich wel wreed gewroken. Noorwegen moet nu goed en bloed offeren om de heillooze gevolgen van het verraad te overwinnen, omdat het den tijd en de gelegenheid om de mogelijkheid van verraad bij voorbaat te voorkomen voorbij heeft laten gaan. Heeft onze regeering uit deze gebeur tenissen alle lessen en noodzakelijke conclusies getrokken, die er te trek ken vielen? Zeker, zij heeft ons de stellige verzekering gegeven, dat zij ook ten aan zien van de binnen onze grenzen dreigende gevaren waakzaamheid betracht. Is waak zaamheid onder de huidige omstandigheden echter wel voldoende? Een handvol goed ge- tnstrueerde en voor hun duistere taak be rekende verraders kan by machte zijn om bij wijze van verrassing althans voor en kele uren de weerbaarheid ook van een ge- mobiliseerden staat te desorganiseeren, wan neer niet alle vitale en centrale punten van het staatsorganisme en de belangrijkste openbare gebouwen afdoende beveiligd zijn met een scherpe bewaking en controle van voortdurend op hun „qui vive" blijvende wachten.. Wordt het niet tijd, dat de staat van beleg, die aan de militaire autoriteiten bevoegdheden geeft, welke de regeering blijkbaar voor zich zelf niet durft vragen en welke, indien zij ze vroeg, door het parle ment wellicht niet snel genoeg zouden kun nen worden verleend, over het geheele land wordt afgekondigd? Wij onderschatten de bezwaren, verbonden aan den staat van be leg, geenszins, maar de staat van beleg ver dient altijd nog de voorkeur boven den staat van bezetting. Wij behoeven ons niet bo venmate te verontrusten, maar het is beter verontrust dan te gerust te zijn. In België werden afdoende maatregelen genomen te gen extremisten en hun organen, die de neu traliteit en de veiligheid des lands in gevaar konden brengen, maar hier te lande genie ten diezelfde extremisten en hun organen in de slechts in staat van oorlog en niet van beleg verklaarde gebieden een onduldbare mate van vrijheid, waarvan zij gretig mis bruik maken. De historie van het verraad van het paard van Troje af, de overrompeling van de Bondskanselarij te Weenen, waarbij Dollfuss het leven verloor, tot aan het ge- Quisling in Noorwegen toe bewijst, hoe een belachelijke minderheid een overgroote meerderheid tijdelijk kan overtroeven en overbluffen op een wijze, die altijd ernstige en soms onherstelbare schade aanricht. Wanneer er in een bepaalde streek één ge val van cholera wordt geconstateerd, wor den er direct uitgebreide maatregelen ge nomen om de kwaal in de kiem te smoren, maar wanneer de pestilentie van het ver raad zich ergens manifesteert, schijnt men het erop te willen wagen of men er zonder het nemen van de meest effectieve maatre gelen het leven af zal brengen. Ons land dient o.i. tegen die pestilentie zooveel mo gelijk en zoo spoedig mogelijk immuun ge maakt te worden door den staat van beleg, omdat het op een andere wijze niet snel en afdoende genoeg schijnt te kunnen ge beuren. N.B. Dit artikel was reeds geschre ven, toen wij tot onze groote voldoening en geruststelling uit den mond van den minister-president, Z. Exc. Jhr. Mr. de Geer, in zijn radiorede mochten verne men, dat de staat van beleg over geheel het land is uitgebreid. Dit verstandige en onder de huidige omstandigheden noodzakelijke besluit zal voorzeker de volledige instemming wegdragen van alle weldenkende Nederlanders, die in een strikte alzijdige neutraliteitshand- having en het met afdoende maatrege len bezweren van alle mogelijke ook van binnenuit dreigende gevaar het eenig doelmatige middel zien tot een ongerept behoud van ons vrij, onafhankelijk en zelfstandig volksbestaan. PATNA, 19 April. (Reuter). Sarawati, die de Britsch-Indische „anti-compromis"-conferentie had georganiseerd, welke de vorige maand, toen het Indische Nationale Congres bijeen was, te Ramgarh is gehouden, is thans op grond van de wet inzake de verdediging van Indië gearres teerd. Sarawati wordt beschouwd als de rech terhand van Subhas Chamdra Bose, den presi dent van de conferentie van Ramgarh. Het internationale congres ter bescherming van de schoenenbrache, dat dit jaar in Amster dam zou plaats vinden, zal, in verband met den verwarden politieken toestand thans niet door gaan. Om contact te houden tusschen de diverse landen is een speciale internationale commissie benoemd, bestaande uit de heeren H. Fischil te Zuerich, Nic. Witry te Luxemburg, J. A. Melhado te Amsterdam en dr. G. Vago te Buda pest, met den laatste als secretaris. Deze heeft opdracht gekregen een rapport samen te stellen over de economische verhoudingen van de leder en schoenbranche in diverse landen tijdens den oorlogstoestand en daarna voorstellen te ont werpen ter bescherming van den schoenmidden stand tegen de fabrikanten, tevens groot schoenwinkels. Extra manchetten 50 ct. meer VOOR JONGENS: Vlisco-blouses vanaf f. 1-80 Vliieo-overhemden vanaf f. 2.55 Een frissche omslag siert den gids, die de Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer te Kat wijk aan Zee uitgaf. Het kleine boekje, dat met talrijke foto's verlicht werd, geeft in kort be stek een handig overzicht van verschillende dingen, die men bij een verblijf ter plaatse dient te weten; zondesr in onnoodig-lange beschrij vingen te vervallen, noemt het werkje daarnaast de speciale aantrekkelijkheden, die den zomer gast wachten. Tenslotte kan men een lijst van hotels, pensions en gemeubileerde huizen aan treffen. -i-v; De begrafenis van Z. Em. Kardinaal Verdier (Van onzen Parijschen correspondent) De Royal Airforce heeft door haar stout moedige verkenningsvluchten over de verst af gelegen Duitsche gebiedsdeelen veler bewon dering opgewekt. Thans verrichten de Engel- sche verkenners hun werk in het Noorden, waar zij de kostbaarste gegevens verzamelen over de posities en troepenbewegingen van den vijand. Dikwijls werpen sommige typen van ver kenners zich zelfs in den strijd, meestal heb ben zij het zwaar te verantwoorden tegen de vijandelijke luchtstrijdkrachten en luchtafweer. Worden zij opgemerkt en de zeer gevaarlijke zendingen die zij te vervullen hebben sluiten vrijwel uit, dat zij deze onopgemerkt kunnen volbrengen dan moeten zij zich meestal verweren tegen een vijand die talrijker is, snel ler en beter bewapend. Met weJke moeilijkheden de verkenner te kampen heeft, blijkt uit het volgende ver slag van een opdracht, door een Fransche bemanning boven een deel der vijandelijke linies van het Westfront uitgevoerd. Het gebeurde in de vroegste ochtenduren. Luitenant X had zich in korten tijd veelvul dig weten te onderscheiden. In een vijftiental zendingen, waarvan de eene nog gevaarlijkei was dan de andere had hij de overvloedige be lwijzen geleverd van zijn weergalooze vlieger- hoedanigheden. Een ernstige verwonding ver- DE DOKTER ZEI i Het vertrouwde, betrouwbare kindervoedsel Uiterst sober blijven de officieele communi que's van de Britsche regeering over de actie in Noorwegen. Bevatte de mededeeling over de landing Maandag j.i. slechts tien woorden, het communiqué dat gisteravond werd uitgegeven en waarin gezegd werd, dat de landing var. Britsche troepen voortduurt en dat er contact tot stand is gekomen met de Noorsche strijd krachten, wist men tot achttien woorden te beperken. Dat is ailes wat officieel door de Britsche autoriteiten over de situatie in het Noorden is bekend gemaakt. Verder hult men zich in stilzwijgen, want het verstrekken var nadere bijzonderheden zou, naar men meent in het huidige stadium der operaties ten voor deel kunnen zijn voor den vijand. En derhalve zwijgen ook Chamberlain en Winston Churchili ln het Lagerhuis. Zelfs schijnen de afgevaar digden een wenk gekregen te hebben, de regee ring niet met vragen over het verloop der ge beurtenissen in Noorwegen lastig te vallen. Chamberlain, die toch nooit meer zegt dan hij kwijt wil zijn, zal hier zeker niet om treuren, maar de loslippige Churchill zal zich de laatste dagen vaak geweld moeten aandoen, om te zwijgen. Wellicht troost hij zich, dat spoedig de dag zal komen, waarop hij de successen van de Britsche vloot en het expeditiecorps aan eer juichend Lagerhuis kan meedeeien. Zijn er nu, naast de officieele acht en twin tig woorden, die deze week over de Britsche operaties in Noorwegen verstrekt werden, geen gegevens, waaruit men eenigszlns kan opmaken, hoe zich de situatie ontwikkelt? Vanzelf spre kend zijn die er wèl. Dagelijks komt er een stroom van berichten binnen uit Britsche. Fransche, Duitsche en Noorsche bronnen. Het is alleen de kunst uit deze tientallen berichten het kaf van het koren te scheiden; eerst daarna is het mogelijk een eenigszlns betrouwbaar beeld van de situatie te construeeren. Hoe dit beeld er dan op het oogenblik uitziet? Men kan er vrijwel zeker van zijn. dat Narvik voor het grootste gedeelte in handen der Britten is Narvik bestaat echter uit een haven en eer. stad. Na den zeeslag van Zaterdag J.I., waarbij zeven Duitsche oorlogsschepen, welke in de haven van Narvik lagen, vernietigd werden, zijn de Britten hier heer en meester. Daarna zijn in de omgeving van Narvik Geallieerde troepen aan land gezet, die den strijd hebben aange bonden met de Duitschers. Deze strijd blijkt nog steeds niet definitief beslist, hoewel hij zich in het voordeel der Ge allieerden ontwikkelt. Dit valt weer te con- cludeeren uit de Duitsche berichten, waarin de beteekenis van Narvik thans gekleineerd wordt, hoewel het bezit van deze ertshaven de inzet van den strijd is geweest, die tien dagen geleden in Scandinavië uitbrak. De Duitschers beweren nu, dat zij van Nar vik uit, langs de spoorlijn, die Narvik met Zwe den verbindt, naar de Zweedsche grens opruk ken. Dit kan volkomen juist zijn, alleen ligt het er maar aan, wat men onder oprukken ver staat. Dit oprukken kan evengoed beteekenen: terugtrekken. Als de Duitschers werkelijk ge dwongen zijn voor een Geallieerde overmacht te wijken, zullen zij zich immers veel liever in Zweden laten interneeren, dan zich krijgsge vangenen te laten maken door de Britten. Na een paar dagen de beteekenis van Narvik verkleind te hebben, wie herinnert zich nog de fabel van den vos en de zure druiven? wijst de Duitsche pers thans op het gevaar, dat Zwe den bedreigt, als Engeland hier werkelijk een hechte basis verovert. „Het is geen fantasie, wanneer men verwacht, dat Engeland, nadat het een hechte basis in Narvik veroverd heeft, zich van de contróle over de Zweedsche ertsvelden wil verzekeren. Ben dergelijke poging zou aan den eenen kant leiden tot een openlijk conflict met Zweden, aan den anderen kant zou het een slag tegen Rusland zijn", aldus schreef de „Dienst aus Deutschland" gisteren. Berlijns bedoeling is duidelijk; het tracht Zweden en Rusland, die beide neutraal trach ten te blijven in het conflict, angst aan te jagen floor hen op het Britsche gevaar te wijzen en hen zoo toch nog aan Duitsche zijde te bréngen. Het ziet er echter op het oogenblik niet naar uit, dat Stockholm en Moskou aan de Duitsche roepstem gehoor zullen geven. Intusschen geraakt Zweden met den dag in een moeilijker positie. Slagen de Duitschers er niet in de verbinding tusschen Zweden en Engeland te verbreken, dan blijft het voor hen onmogelijk de hand op de geheele ijzerertspro ductie van Zweden te leggen en te verhinderen dat ook in de toekomst Zweedsche ertstranspor ten naar Engeland gaan. Bovendien blijft het gevaar dreigen dat de Geallieerden, zoodra zij hun positie in het Noorden van Noorwegen heb ben geconsolideerd, van hun kant zullen trach ten zich van de geheele contróle over de Zweed sche ijzerertsgebieden te verzekeren. Vooral in Frankrijk dringt men op een zoodanige actie aan. Hoe zal Zweden hierop reageeren? Heel zeker is men in Londen nog niet over de houding van Stockholm. Dit bleek Woensdag wel uit de rede van den Brltschen minister van Economische Oorlogvoering Cross, die voorspelde dat Duitsch land binnen een maand Zweden kon binnen vallen om zich van het Zweedsche ijzererts meester te maken. „Wü zijn bereid", zoo zeide Cross, „Zweden te helpen, maar Zweden moet ook bereid zijn zich zelf te helpen." De slag om het ijzererts verkeert nog in zijn beginstadium. Hü kan nog vele verrassingen brengen. plichtte hem gedurende eenigen tijd zijn werk zaamheid te staken. Hoe hij die verwonding opliep? Hieronder volgt het verslag van zijn laatste heldendaad. Het is 5 uur 's morgens. De dag gloort ter nauwemood Het vliegerkamp is gealarmeerd Nog is het vrijwel nacht boven het vliegveld als de machine loskomt. Luitenant X is bestuurder. Hij heeft als waarnemer aan boord luitenant-kolonel Y en als mitrailleur sergeant-chef Z. Dit is een élite manschap. Een groepsleider, die de plaats van waarnemer bezet voor elke gevaarlijke zending, die er volbracht moet worden, ziet men niet dagelijks. Ook ditmaal zou het ter dege spannen. Zon der kleerscheuren ervan af komen, zou een wonder zijn. Het opvliegen alleen reeds plaatst den vlieger voor een aantal typische moeilijk heden. Het is nog volmaakt duister en het wol kendek is zeer laag. De piloot moet zijn koers geheel op de boord-instrumenten bepalen. Al leen de vlammen die uit den uitlaat slaan wer pen een licht schijnsel om het toestel. Ieder is op zijn post. De piloot aan zijn commando's, de waarnemer is over zijn kaarten gebogen, de mitrailleur heeft zich in zijn geschutstoren achter zijn machinegeweer opgesteld. Op groote hoogte wordt de vijandelijke linie overvlogen. Boven het gebied dat verkend moet- worden sleepen de wolken evenwel op 500 meter hoogte. Alleen daaronder kan er gewerkt wor den. Dat belooft eenige spannende oogenblik- ken voor de bemanning. Deze bereidt zich op het ergste voor. Voor alles moeten de zenuwen volmaakt in bedwang gehouden worden. Hel kan niet anders, het zal een opwindende partij van scheèrvluchten worden. Langzamerhand woi'dt het dag. De bodem- karakteristieken kunnen van eenige honderden meters hoogte waargenomen worden. Men stelt belangrijke vijandelijke troepenbewegingen vast, nieuwe stellingen, lange konvooien. De waar nemer noteert' dit alles met zorg. de piloot maakt duik-, scheer- en glijvluchten. Het wol kendek zakt, de machine daalt naar evenre digheid. De aarde is n<Jg slechts op vijftig meter. Een vijandelijk vliegveld moet overvlo gen worden. De kansen om het er levend van af te brengen zijn misschien vijf op honderd Beneden is het of een vulkaan van vuur en lood uitgebarsten is. De kogels der mitrail leuses suizen rondom het toestel, de granaten barsten in de buurt uiteen. De gevoelens der inzittenden te beschrijven is niet mogelijk. Wat er echter in hen omgaat, zij zijn vastbe sloten. De zending moet zoo zorgvuldig moge lijk worden uitgevoerd, niets kan ze er van afbrengen dit te doen Plots voelen de vliegers een schok voor in het toestel, daarna hooren ze een on heilspellend gekraak. Een granaat heeft den neus van de machine getroffen. In stinctmatig rukt de bestuurder aan zijn knuppel. De machine luistert nog naar de commando's. Zij schiet de hoogte in en be reikt het logge wolkendek. Het schieten van den grond verdubbelt. Vijandelijke toestellen stijgen op om den in dringer te bevechten. Gelukkig zijn er geen vitale onderdeelen getroffen.. De vlucht kan vrijwel normaal worden voortgezet. Maar met den piloot is het slecht gesteld. Op verschil lende plaatsen is zijn linkerbeen door granaat splinters getroffen en danig toegetakeld. On verstoorbaar doet hij evenwel zijn werk. Slechts één gedachte vervult hem: Hij moet zijn ma chine op den eigen bodem in veiligheid bren gen Hij beluistert angstvallig het geronk der motoren. Vele van zijn boord-instrumenten zijn onklaar geraakt. Maar het toestel vliegt en dat is het voornaamste. Hij kent ongeveer den weg en met wat geluk is hij zeker de waarde volle zending te redden. Over zijn lichamelijk lijden zet hij zich heen. Als zijn been hem ondragelijke pijn doet, klemt hij de tanden op elkaar. Dat helpt. De waarnemer maakt zifh bezorgd over het lot van zijn piloot, dien hij ernstig ge wond weet. Hij vraagt hem door de tele foon, hoe het hem gaat. „Is het ernstig X?' „Het stroomt een beetje in mijn laarzen, maar de propeller draait nog en dat is het voornaamste", antwoordt de vlieger la- koniek. Hij heeft slechts een gedachte; Veilig lan den. Het koste wat wil, de waardevolle aan- teekeningen en foto's redden Hij moet voorts voor zijn makkers zorgen en voor zijn prach tige machine. Hij lijdt en denkt niet aan zijn verwonding. Een bovenmenschelijke kracht be schermt hem, leidt hem. Hij behoudt zijn ge heele geestkracht en helderheid van denken. Hij stuurt voi Zuid, zeker van zijn weg, met een onnavolgbaren moed tusschen 100 en 300 meter. Na ruim een half uur zijn de linies weer be reikt en enkele minuten later landt hjj feil loos. Men bevrijdt hem uit zijn cabine. Zelf is hij tot niets mêer in staat. Ja toch, hij glimlacht tevreden. Hij heeft zijn gevaarlijke opdracht volbracht. Hij is als een groot, lam geslagen kind. Denzelfden avond nog brengt de generaal hem in het hospitaal een bezoek. Deze stond erop persoonlijk zijn dapperen lui tenant-piloot te feliciteeren met de geslaagde onderneming die van we«rgaloozen moed en 1 VISJES" breien nie' tot Iust' «Md» Over de plechtige teraardebestelling van Kardinaal Verdier, waarover wij reeds en kele bijzonderheden meldden, schrijft onze Parijsche correspondent nog het volgende: De ouden van dagen herinneren zich niet, ooit in oorlogstijd zoo'n aangrijpende gebeurtenis te hebben bijgewoond als deze plechtige uitvaars van een van Frankrijks meest beminde en hei ligste zonen. Het was even over acht uur toen alle klok ken van Parijs over de stad hun bronzen droef heid uitstortten. Lang te voren reeds was het aartsbisschoppelijke paleis in de Rue Barbet-de- Jouy door duizenden menschen, die kennelijk ender den indruk waren, als belegerd. Op de binnenplaats was het een onvergetelijk schouw spel. Daar stonden bijeen 80 bisschoppen en 5 kardinalen, in violet gekleed ten teeken van. hun rouw. Duidelijk herkenbaar afgescheiden wachtten Mgr. Beaussart en de familieleden. Elders zagen wü de kleine zangertjes met het houten kruisje. Een immense stilte omhulde de gansche buurt. Indrukwekkender nog werd die stilte, toen de lijkbaar voorgedragen werd. De kist was van licht eikenhout, voorzien van zes koperen handvaten en versierd door 'n groot koperen kruis, als die van de Carmelieten zoo eenvoudig. Over de lükbaar had Jean, de oude gedienstige, den grooten scharlaken mantel gespreid, de herme lijnen monnikskap en den kardinaalshoed daar op geplaats. Even hierna klonken ontroerend schoon het „De Profundis" en eenige Latijn- sche gebeden met een strenge innerlijke devo tie oo rdelkeien ijfj SHR DXZcen ,.;:d tie door de kleine zangertjes uitgevoerd. Die kleine zangertjes, waar Kardinaal Verdier zco trotsch op was, hebben in hem zeer veel ver loren. De stoet vormde zich, die indrukwekkende stoet, die voor ons het beeld was van den hoog- sten wede in den afschrikwekkendsten oorlogs- tü'd. Een groep van rouwende Fransche pad vinders opende hem. Op hen volgden de 800 pre sidenten en secretarissen van alle Katholieke vereenigingen, tot de katholieke actie behoo- rend, die actie, waarvan Kardinaal Verdier de ziel vormde. Daarachter liepen plechtig in violette, oranje en roode toga's de professoren, die de verschillende faculteiten van het Katho lieke Instituut vertegenwoordigden. Achter hen kwamen weer padvinders. Deze droegen den enormen krans, den eenigen, uit roode rozen en zwarte irissen bestaande, dien president Lebrun uit naam van Frankrijk den grooten zoon, van dit volk aangeboden had. Daar op kwam boven den geheelen stoet uitkomend 't machtige kruis van Notre Dame. Onder leiding van den pauselijken internuntius, Mgr. Valeric Valeri volgden de 80 kerkprinsen, den 5 kar dinalen voorafgaand. Bij het zien van dezen stoet van prelaten konden velen hun aandoe ning niet verbergen. In de voorste gelederen van de toeschouwers waren talloozen neerge knield. Het meest viel ook thans de rüzige, forsche figuur van kardinaal Gerlier op. Voorts zagen wü kardinaal Van Roey, primaat der Belgen, kardinaal Suhard van Reims, kardinaal Liénart van Rijssel, Mgr. Meijers, hulp-bisschop van West-minster en Mgr. Gaulina, hoofd-aal- moezenier van het Poolsche leger. De lijkwagen was een imposante auto, omgeven door vier be kende geestelijken, waaronder Mgr. Chevrot. de prediker van Notre Dame, en generaal de Cas- telnau, den beroemden landgenoot van kardi naal Verdier, evenals hü een kind van de Rou- ergue, de Katholieke provincie van Frankrijk bij uitnemendheid. Achter den lijkwagen liep Jean, de oude, zorgzame dienaar van den kar dinaal, en verder nog droegen anderen drie kus sens, waarop alle onderscheidingen van den af gestorvene gespeld waren. Wü zagen voorts Mgr. Beaussart, de vicarissen-generaal, de fa milieleden, de religieuzes en de „heeren" van Sint Sulpice, waarmee „Mijnheer Verdier" zoo vele jaren het eenvoudige leven deelde, dit leven dat hij liever niet had willen verlaten voor de wereldsche pracht en praal van aartsbisschop van Parü's. Na anderhalf uur kwam de stoet bij de Notre Dame aan. De kathedraal prükte in haar schitterendsten lichttooi. Geheel Parijs, geheel Frankrük, ja de geheele wereld was er vertegenwoordigd. Het corps diplomatique was vrüwel volledig aanwezig. Tusschen een dubbele haag van nationale garden in groot tenue geleidde Mgr. Beaussart, president Le brun naar zün zetel. Talrijke andere hooge regeeringspersonen ontbraken evenmin. De pontificale Requiem-mis werd gecelebreerd door kardinaal Liénart, den oudsten der Fransche aartsbisschoppen. Na den dienst defileerde het Parysche volk voor den laatsten keer langs zün ge liefden herder, waarvan het slechts noode afscheid nemen kon. Kardinaal Verdier, door zijn woord, door zijn leven, en door zijn werk, was de kardinaal der hope, die, zoo als uit zijn ontroerend testament ook weer gebleken is, tevens de kardinaal der Christe lijke liefde was. van ongeëvenaarde bekwaamheid getuigt. Eenvoudig antwoordt de jongen: „Ik deed mün best, generaal, en ieder van mün kame raden had hetzelfde gedaan." Even bescheiden als moedig zün die bewon derenswaardige verkenners, die het tot nog toe het zwaarst gehad hebben van allen. De medaille, die binnenkort op de borst van lui tenant X gespeld zal worden, nadat hij eerder reeds onderscheiden is met het oorlogskruis met palm, is een welverdiende belooning te meer. Want »het zün de gevaarvolle waarne mingen der verkenners, die dikwijls over het lot van den slag beslissen. In uw wagen moet u niets wagen.... autorijden mag geen kansspel zijn: op den weg moet u het zéker weten!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 2