Slagvelden uit wereldoorlog zien nieuwe successen VLIEGVELDEN AANGEVALLEN KOMEN EN GAAN IN NEDERLAND Brood-distributie [940 Duitsch frontbericht: FLAK VERNIELDE WEER TANKS „Maginotlinie kon niet worden uitgebuit" Berlijn meldt: „Malta aan Italië DUITSCHE REACTIE OP REDE VAN REYNAUD Wederom luchtaanval op Hamburg Nationaal Hulpcomité Donau blijft wassen VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS Groot aantal toestellen werd in Midden- en Oost- Frankrijk vernield Bureaux Rijkscomfiussariaat H. Vader blijft dit jaar op Vaticaan Verbod in een verordening Vastgelegd Amerikanen aangespoord te repatrieeren Officieel is nog niets vastgesteld DE BONO NEEMT COMMANDO VAN ZUIDELIJK LEGER Straatcollecte door het geheele land op 15 Juni ZATERDAG 8 JUNI 1940 - OCHTENDBLAD BUR. VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: NASSAULAAN 51 - TEL. 13866 - GIRO 22884 Abonnementsprijs (bij vooruitbetaling) voor Haarlem 25 cent per week; per kwartaal f 3.25. Bij onze Agenten 27y2 ct. per week, per kwartaal f 3.58 DAGBLAD MET OCHTEND- EN AVOND-EDITIE, UITGEGEVEN DOOR DE N.V. DRUKKERIJ DE SPAARNESTAD, HAARLEM VIER EN ZESTIGSTE JAARGANG No. 22429 De Duitsche pers Afzonderlijke vrede van Parijs met Berlijn? Betooging te Rome bij inwijding van een monument wmmmm Benoemingen door den Rijks commissaris Italiaansche pers roept Franschen premier toe: „Te laat" T oelichting Bombardement boven lazaret te Neuss herhaald HEDEN MINISTERRAAD OP HET ELYSéE Arrestatie van zes bekende Fransche persoonlijkheden ITALIAANSCHE SCHEPEN MOETEN BINNENLOOPEN Handelsbesprekingen van Finland met Duitschland Onze gemeenschap NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentieprijzen! Per lossen regel 30 et., Ingez. mededeelingen 50 cent; idem op pag. één 65 cent per regel. Bij contract sterk verlaagde prijzen. Voor prijzen der „Omroepers" zie de rubriek BERLIJN, 7 Juni (DNB). Het frontbe richt van het DNB luidt: De operaties van het Westelijke Duitschë leper zijn cok op den tweeden dag van den nieuwen slag volgens de ontworpen plan nen verloopen. De reeds op den eersten dag- in Zuidelijke richting gemaakte terrein winst werd aanmerkelijk vergroot. De ver twijfelde pogingen van den tegenstander om de Weygand-linie te houden, werden verijdeld. Ook de breedte van het front, waarop de ^ansche troepen op eenige punten verbitter den tegenstand bieden, heeft het tempo van den Duitschen opmarsch niet vermogen te Vertragen. Terwijl zij voortdurend vorderingen •baken, strijden de Duitsche troepen op de slag eden van 1914 en 1918 en zijn er in geslaagd °P het geheele front nieuwe en voor verdere aanvaLsoperaties gunstige posities in te nemen. Vijandelijke tegenaanvallen, waarbij ook van pantsereenheden gebruik werd gemaakt, konden met krachtdadige hulp van het luchtwapen succesvol worden afgeslagen. In het bijzonder dient gewezen te worden op de actie van het luchtafweergeschut, dat op den beganen grond wederom verschil lende vijandelijke pantserafdeelingen vernie tigde en op deze wijze opnieuw zijn over wicht tegenover de vijandelijke tanks be wees. Verder wordt van bevoegde militaire zijde te Herlijn meegedeeld: Den eersten luitenant en compagnie-chef van een bataljon pioniers, Gerhard Voigt, is het op 2 Juni bij de bestorming van de ver sterkte plaats Bergues, ten Zuiden van Duin kerken, door dapper en vastberaden optreden gelukt, met zijn stoottroep een Fransch batal jon te Overweldigen en gevangen te nemen. houdt zich opnieuw bezig met de moeilijke po sitie der Franschen. „Frankrijk staat alleen in alle gevechten, die nog zullen komen," zoo •herkt het „Hamburger Fremdenblatt" op. Het herinnert daarbij aan de constateering van dc >.New York Times", dat Frankrijk ditmaal den heslissenden strijd zonder de Engelschen moet Uitvechten. Over hetzelfde thema schrijft de „Nachtaus- gabe"; „Frankrijk staat militair en politiek, en c°k in hooge mate economisch, zonder een mo eilijkheid van steun door Engeland. Daarbij heeft Frankrijk op het oogenhlik het totale ge beld van het Duitsche offensief te dragen en beschikt het niet meer over zijn belangrijke "•öustriegebied, dat tegelijkertijd een aanzien lik cjeel van de oorlogsmaterialen leverde. De -"•arische weermacht staat alleen tegenover de ~bitsche. Iedere Fransche generaal en iedere ^ansche politicus had voor het uiterste geval }"ah mislukken van den Franschen aanval op "Hschland verwacht, dat Frankrijk ten min- e een effectieve militaire hulp van Engeland beschikking zou hebben en bovendien de j^aginotlinie een bijzondere beteekenis zou hebben in alle veldslagen. frankrijk vecht thans zonder de Engel schen en zonder de mogelijkheid van stra tegische of tactische uitbuiting van de htaginotlinie. De „Deutsche Allgemeine Z'eitung" wijst er dat de Engelschen de Franschen alleen nog boor woorden ondersteunen, door hun moea h te spreken. Het „Hamburger Fremdenblatt" constateert: «Het is in allen ernst tijd de vraag op te wer den, of Frankrijk innerlijk niet reeds door ftogeland is opgegeven. In ieder geval doet ons het geloof aan de zegevierende kracht der bitsche wapens thans reeds voorzien, dat zich ha het op de knieën dwingen van Frankrijk, J"at het doel is van den Duitschen aanval, het j°t vervullen za] ook van den laatsten vaste- ,ahdsstaat, die zijn veiligheid in goed geloof ^vertrouwde aan een overzeesch georiënteerd bandenrjjk." .De Engelsche pers.houdt zich voortdurend "Czig met het Duitsche offensief. De militaire •bedewerker van de „Times" verklaart, dat het bitsche offensief aan de beneden-Somme zoo geweldig is, dat de Franschen gedwongen zijn ei'Ug te trekken. De „News Chronicle" wijst bp de ontzaglijke moeilijkheden van het Fran- «che leger, dat niet den tijd heeft gehad zich a den verderfelijken slag in Vlaanderen te ,ei's tellen en niet kan rekenen op de Engelsche blp, tenzij op die van het luchtwapen. >,News Chronicle" wijst op de mogelijk heid, dat Frankrijk zou kunnen besluiten een afzonderlijken vrede met Duitsch land. Veel zal in de toekomst ook afhan gen van de houding van Italië. Over het algemeen zijn de Engelsche bladen, bbgezien het ditmaal gaat om een slag waar- Ai geen Engelsche troepen deelnemen, duide- 2* Pessimistisch. In haar hoofdartikel geeft de ""toes" uitdrukking aan de hoop, dat Frank rijk ook ditmaal dezelfde weerstandskracht zal toonen als in den wereldoorlog. Wat de reorganisatie van de Fransche regee ring betreft, streven de Engelsche bladen er naar te bewijzen, dat Reynaud met het ver dwijnen van Daladier den toestand heeft gered. De „Times" schrijft, dat Daladier de voor naamste schuldige is voor de smartelijke fout. die een doeltreffende verdediging van Frank rijk verhinderde. Het blad voegt hieraan toe, dat de minister van Buitenlandsche Zaken, Daladier, niet de juiste man is geweest. BERLIJN, 7 Juni. (D.N.B.) In aanvulling op het bericht, heden uitgegeven door het opperbevel der weermacht, wordt medege deeld: In den afgeloopcn nacht deden Duitsche luchteskaders aanvallen op een aantal vlieg velden in Midden- en Oost-Frankrijk. Evenals het geval was op de Britsche vlieg velden moet ook thans met de vernietiging van een groot aantal machines rekening worden gehouden. Ondanks het zware vuur van het lucht afweergeschut werd de haven van Cherbourg met talrijke zware bommen bestookt. Op het havenhoofd en op de kaden .zijn hevige branden en ontploffingen waargenomen. ROME, 7 Juni. (D. N. B.) „Malta aan Italië" werd heden als 'isch uitgesproken bij de inwijding van het monument voor den strijder voor de bevrijding van Malta uit de Engelsche heerschappij. Fortunate Mizzi, de plaatsvervangende secretaris der partij, Mezzasoma, en de vice- gouverneur van Rome, benevens talrijke in Italië woonachtige Maltezers en naar Italië gevluchte Maltezer nationalisten namen aan de plechtigheid deel. De president van het Maltezer comité van actie; de voormalige minister van Justitie der vroegere nationalistische regeering van Malta, prof. Mallia, wees er op, dat thans, precies sis in 1919, het volk van Malta in opstand komt tegen Engeland om zijn vrijheid te eischen. Spreker keerde zich tegen de door Engeland op Malta gevoerde politiek van denationalisa- tie en verklaarde, dat Mizzi zijn landslieden als politiek testament de instructies heeft achter gelaten. voor het Italiaansche wezen van het eiland ook het laatste offer te brengen. Mallia Oldenzaal verwacht de Nederlandsche krijgsyevangenen uit Duitschland. Het brood, bestemd voor de terugkeerende krijgsgevangenen, dat Dinsdag in Oldenzaal arri veerde, is intusschen oud geworden en wordt nu aan de bevolking uitgedeeld las vervolgens een oproep voor, waarin naar voren wordt gebracht, dat Engeland zich mees ter heeft gemaakt van Malta onder het voor wendsel de bevolking van het eiland te willen beschermen tegen de Fransche tyrannie. Een eeuw lang heeft het echter systematisch de geschiedenis van Malta, zijn taal, zijn zeden en zijn religie met voeten getreden. Het eiland is veranderd in een kazerne en een vesting van een vreemd imperium. Aan het slot van den oproep wordt gezegd: „Thans, nu een nieuwe tijd voor Europa aanbreekt, richten wij armen en tot dusver onterfden, die een deel vormen van het Italiaansch gezin, een oproep tot het groote vaderland, opdat wij spoedig weer hier mee vereenigd zullen worden." De plaatsvervangende secretaris der partij, Mezzasoma, legde er vervolgens den nadruk op, dat Malta niet zoo maar een territoriaien eisch vormt, maar een heilig -echt is, dat Ita lië ten uitvoer moet leggen. De plechtigheid eindigde niet krachtige ovaties en het uitroepen van den kreet „Malta aan Italië". De Rijkscommissaris voor het bezette Ne derlandsche gebied heeft ingevolge zijn decreet betreffende den organisatorischen opbouw van de bureaux van het Rijkscom missariaat benoemd: Tot vertegenwoordiger van het ministerie van Buitenlandsche Zaken den gezant Otto Bene; tot gevolmachtigde voor de Nederlandsche Bank den Ministerialdirektor voor bijzon dere aangelegenheden, Staatsrat H. C. H. Wohlthat; tot chef van de hoofdafdeeling op het bureau van den Rijkscommissaris den Ministcrialart dr. Hans Piesbergen. VATICAANSTAD, 7 Juni (Ste- fani). Naar medegedeeld wordt heeft Z. H. de Paus verklaard, dat hij besloten heeft zich dezen zomer niet van het Vaticaan te zullen verwijderen. BERLIJN, 7 Juni (D.N.B.) De radio rede van Reynaud toont bijzonder duide lijk de tegenspraken der regeerenden in Parijs, zoo merkt de „Deutsche Allgemeine Zeitung" op ten aanzien van de gisteren door den Franschen ministerpresident ge houden toespraak. Reynaud, die er mede verantwoordelijk yoor is, zoo gaat het blad verder, dat deze oorlog het Duitsche volk en Europa werd opgedrongen, beklaagt zich over de brutaliteit van het Duit sche offensief. Dat de Duitsche weermacht met haar ge heele kracht zou toeslaan, is den oorlogsop hitsers in Parijs en Londen voor den oorlog en nog- tijdens den oorlog duidelijk genoeg ge zegd. Reynaud geeft ook toe, dat de indruk der Duitsche overwinning bij het Fransche volk zeer sterk is. Wanneer hij in denzelfden adem beweert, dat de Franschen, en vooral de Par ij- zenaars, geen seconde hebben gesidderd, be wijzen de millioenen vluchtelingen het tegen deel. De toespraak van Reynaud, zoo schrijft het „Hamburger Fremdenblatt". is ,een bezwerende oproep, gericht tot een volk, dat zijn verwach tingen dagelijks zichtbaarder in de warreling van een overmatig noodlot meegesleurd ziet. Overigens hoopt Reynaud nog steeds. De hoop is zijn beroep, zij is het laatste, dat hij zijn volk heeft te bieden, nadat de waardevolle kern van zijn leger in Vlaanderen vernietigd werd en nadat het. door de Engelschen verlaten, met de overblijvende reserves alleen het geheele gewicht van den Duitschen aanval moest door staan. Het wezen der Duitsche oorlogvoering is, dat zij geen tegenstander onderschat, dat zij iedere nieuwe operatie tot volle rijpheid laat gedijen en dat zij daarom met het bekendmaken van alle, nog zoo belangrijke, strategische suc cessen wacht, tot het uur gekomen is, waarin een belangrijk strijdgedeelte met definitieve resultaten als gesloten beschouwd mag worden. De „Lokal Anzeiger" constateert: „Het zou goedkoop zijn Reynaud's hoop door de feiten te weerleggen. Laat hem hoop voeden, laat hem hoop bij zijn landgenooten op wekken. De nieuwe slag is aan den gang en het zal wel blijken, wat over blijft van Reynaud's opzettelijke optimisme". De radiorede van Reynaud, met de bekentenis van in de laatste tientallen jaren door de demo cratieën gemaakte fouten, wordt door de Ita liaansche bladen met een „te laat" beantwoord. De .Popoio di Roma" schrijft, dat het hier een in een uur van het grootste gevaar gestot terde schuldbekentenis betreft, waarmede echter niet de sedert vijftig jaar geweigerde buitenland sche rechten en rechtsaanspraken kunnen wor den weggeveegd. Zooals de „Resto del Carlino" schrijft, is er weinig verstand voor noodig om te begrijpen, dat Reynaud zijn woorden tot Rome heeft willen richten. Italië betreurt het zeer, dat het eerst op den avond van den zesden Juni 1940 en niet eerder de radiorede van Rey naud heeft vernomen. Wanneer Frankrijk thans van den wensch bezield en bereid is, dan moet daarop geantwoord worden, dat thans ook Italië gereed is en dat de Italianen slechts op een teeken wachten om op te marcheeren. De ver klaring van Reynaud, dat hij bereid was, is met een veelbeteekenende vertraging gekomen. Het Verordeningenblad van 7 Juni bevat een verordening van den Rijkscommissaris be treffende het in- en uitreizen van het bezette Nederlandsche gebied. De verordening bepaalt: L Het binnenreizen in en het uitrei zen uit het bezette Nederlandsche gebied is verboden. 2. In bijzondere uitzonderingsgevallen wordt de toestemming voor het binnen- en uitreizen door den Rijkscommissaris ver leend. 3. (1) Alle tot nu toe door niet-militaire autoriteiten verleende vergunningen voor het binnen- en uitreizen verliezen met in gang van 10 Juni hun geldigheid. "(2) De bezitters van zulke vergunningen moe ten terstond, uiterlijk echter tot 10 Juni 1940, een schriftelijk, ter zake gegrond verzoek tot afgifte van een vergunning ingevolge paragraaf 2 indienen bij het bureau van den Rijkscom missaris voor het bezette Nederlandsche gebied. 4. De voorschriften ter uitvoering van deze verordening worden in opdracht van den Rijks commissaris door den hoogeren SS- en Poli tieleider door middel van interne dienstaan wijzingen gegeven. 5. Deze verordening werkt niet ten aanzien van door de bevoegde militaire autoriteiten af gegeven verordeningen voor het in- en uitreizen 6. Deze verordening treedt in werking op den dag harer afkondiging. Op de persconferentie van 7 Juni gaf de heer W. Janke, Presse-Dezernent, behoorende tot den staf van den Rijkscommissaris, de volgende toe lichting op de verordening betreffende het in- en uit-reizen. Deze verordening, zoo zeide de heer Janke, berust op twee overwegingen. In de eerste plaats is het niet dienstig, dat een groote stroom van reizenden uit Nederland naar Duitschland gaat. De verbindingen zijn natuurlijk in den laatsten tijd wat overbelast geweest en ook thans nog niet geheel in evenwicht. Men dient verder te bedenken, dat zich nog vele buitenlanders in Nederland bevinden en toezicht op de bewegin gen van deze buitenlanders gewenscht is. De tweede overweging is, dat ook een stroom van bezoekers uit Duitschland naar Nederland moet worden voorkomen. Hiermede zouden wel licht vele handelaren komen, met de bedoeling hier te lande voorraden in te slaan. En nu is het juist de vooropgezette bedoeling om de voorraden, welke in Nederland aanwezig zijn, aan de Nederlandsche bevolking te laten, opdat hier geen tekort zal optreden. Op deze twee overwegingen steunt bedoel de verordening. Het spreekt echter vanzelf, dat uitzonderingen kunnen worden toegelaten. Wy nemen als voorbeeld het geval, dat een fabrikant of een ander zakenman zoowel een bedrijf hier te lande als een in Duitsch land heeft. Het zal echter bij bijzondere uit zonderingen moeten blijven. De aanvragen voor uitzonderingen kunnen gericht worden aan de volgende kantoren: voor 's Gravenhage: Juliana van Stolberglaan 45, voor Amsterdam: Koninginneweg 4, voor Rotter dam: Westplein 12, en voor Maastricht: Sta tionsstraat 9. Deze aanvragen moeten geadresseerd zijn aan de Beauftragten des hoeheren S.S. und Polizei- fuehrer en vergezeld zijn van een uiteenzetting der gronden, waarop men een uitzonderingsver gunning vraagt. LONDEN, 7 Juni. (Reuter) De ambassade der Vereenigde Staten publiceert een bekendmaking voor alle Amerikaansche onderdanen in Groot- Brittannië en Ierland, inhoudende, dat de Oceaanstoomer „Washington" tegen 12 Juni in Galway zal aankomen om hen terug te brengen naar het vaderland. De ambassade spreekt de meening uit dat alle Amerikanen, die geen drin gende reden hebben om te blijven, zonder verwijl moeten terugkeeren, aangezien deze gelegenheid de laatste kan zijn tot het einde van den oorlog. Naar te New York officieel wordt medege deeld, zal de „Washington", die gisteren Bor deaux aandeed om Amerikaansche vluchtelingen aan boord te nemen, in tegenstelling tot de aan vankelijke plannen niet doorvaren naar Genua doch uitsluitend nog Lissabon en een Iersche haven aandoen. Naar aanleiding van diverse be richten omtrent de brood-distribu tie, deelt het A.N.P. mede, dat deze distributie weliswaar in over weging is, doch dat officieel nog niets hieromtrent is vastgesteld. HAMBURG, 7 Juni. (D.N.B.) In den#nacht van Donderdag op Vrijdag hebben vijandelijke vliegtuigen wederom een aanval op Hamburg ondernomen. Door het hevige afweervuur der luchtdoelartillerie wierpen de vliegtuigen, even als in den vorigen nacht, hun bommen lukraak naar beneden. In de bebouwde kom van Ham burg werd een persoon licht gewond. De bom men vielen voor het grootste gedeelte op onbe bouwd weiland. Ook op de verdere omgeving van Hamburg werden bommen geworpen op een klein stadje. Hier werden twee woonhuizen ge troffen. Een vijfjarig kind werd gedood, terwijl de ouders zwaar gewond werden. Verder zijn boven het Notburgahaus in Neuss, dat tot reservelazaret dient, door vijandelijke vliegers in den nacht van 3 op 4 Juni wederom bommen neergeworpen. Acht bommen sloegen in de nabijheid van het lazaret in. Het Notburgahaus is, zooals bekend, op 28 Mei om 1 uur 45 des nachts reeds een maal gebombardeerd. Een dergelijke strijdwijze, welke de meest primitieve begrippen van men- schelijkheid vergeet, zal uitgeschakeld worden doordat de Britsch-Fransche aanstichters in hun eigen land onschadelijk worden gemaakt. ROME, 7 Juni. (D.N.B.) Maarschalk Emilio de Bono, inspecteur van de overzeesche strijdkrachten van Italië, zal, naar officieel wordt gemeld, op 9 Juni het opperbevel op zich nemen van de zuidelijke legergroepen. De benoeming van maarschalk De Bono tot opperbevelhebber van de zuidelijke Italiaansche legergroep wordt door de geheele Romeinsche openbare meening als een feit van beteekenis begroet. Nogmaals, zoo schrijft de „Giomale d'Italia", eischt het vaderland van De Bono de militaire eigenschappen en soldateske deugden, waarvan hij op schitterende wijze gedurende het eerste tijdperk van de verovering van het im perium bewijzen heeft afgelegd, ten dienste van Italië te stellen. Men mag niet vergeten, dat maarschalk De Bono niet slechts als „quadrum- vir", politicus, minister, gouverneur en paladijn der imperiale missie van Italië zijn land ge diend heeft, maar bovenal als soldaat. PARIJS, 7 Juni (D.N.B.) Morgen zal onder voorzitterschap van president Lebrun in het Elysée een ministerraad worden ge houden. Verder wordt bericht, dat de Fransche na tionale veiligheidsdienst zes bekende persoon lijkheden uit het geestelijk leven in Frankrijk heeft gearresteerd, en aan de militaire justitie overgeleverd. Zij worden beschuldigd van kui perijen tegen de binnen- en buitenlandsche veiligheid van den staat. Ook zijn op last van den prefect van het de partement Seine-et-Oise te Versailles, Argen- teuil en in verscheidene andere steden op groo te schaal nachtelijke razzia's uitgevoerd. In totaal werden 5.612 burgers en 308 militairen aangehouden: talrijke personen zijn in arrest gesteld. NEW YORK, 7 Juni. (D.N.B.) Volgens mededeclingen van vertegenwoordigers van Italiaansche scheepvaartmaatschappijen tc New York hebben alle Italiaansche schepen, die zich in volle zee bevinden, uit Rome order gekregen onmiddellijk neutrale havens binnen te loopen. In de Amerikaansche wateren bevinden zich op het oogenblik geen passagiersschepen. HELSINKI 7 Juni (D.N.B.). De vroegere Finsche minister voor de voedselvoorziening en de leider van de economische afdeeling van het ministerie van Buitenlandsche Zaken, Saeolathi, vertrekken morgen naar Berlijn. In het -begin van de volgende week zullen aldaar handelsbe sprekingen worden geopend voor een uitbrei ding van het Duitsch-Finsche clearingverdrag. Door de gemeenschap der heiligen wordt ons gebed krachtiger. Een mystieke gemeenschap omsluit teza men de leden der strijdende kerk op aarde, der lijdende kerk in het vage vuur en der zegepralende kerk in den hemel. Daarom bidden wij ook onder het H. Misoffer: „In gemeenschap met en ter eerbiedige gedachtenis aller eerst van de roemrijke Maria, altijd Maagd en Moeder van God en onzen Heer Jezus Christus; maar ook van Uw heilige Apostelen en Martelaren en van al Uwe heiligen Bidden in gemeenschap met ande ren is God welgevallig en Hij heeft ons Zelf beloofd dan in ons midden te zullen zijn. Bidden in gemeenschap met de uitverkorenen des hemels moet aan ons gebed wel een zeer bijzondere kracht geven. Bidden voor de zielen der afgestorvenen is een plicht van persoon en gemeenschap. Bidden te zamen in de gemeenschap der heiligen doet ons gebed opwieken tot voor den troon van den Oneindige als wierook, als orgeltoon, als engelenzang Wij zijn niet alléén; wij zijn niet uitsluitend op ons zelf aangewezen: we worden gedragen door de gemeen schap van Christus en dit moet ons bemoedigen, sterken, aansporen. Me mento, Domine, famulorum famula- rumque tuarum gedenk, Heer, Uw dienaren en dienaressen en allen hier aanwezig, zoo vangt de Gedachtenis der levenden in het H. Misoffer aan. Voor elkaar bidden niemand daar bij uitsluitend en met elkaar bid den, is de les van de gemeenschap der heiligen; met elkaar werkend en óók voor elkaar werkend. Het is noodig dit in dezen tijd goed te overdenken en toe te passen. Presse-Dezernent W. Janke Heeft op de persconferentie van 7 Juni het volgende medegedeeld: Met toestemming van de bevoeg de Duitsche instanties, en wel spe ciaal van den Rijkscommissaris per soonlijk, is opgericht het Nationaal Hulpcomité 1940. Dit staat onder leiding van personen uit verschei dene kringen, terwijl als voorzitter mr. dr. K. J. Frederiks, secretaris generaal van het Departement van Binnenlandsche Zaken, optreedt. Dit nationaal Hulpcomité zal ten nauwste samenwerken met het Roode Kruis en het Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden. Het doel van het comité is, in den breede gezegd, daar te helpen waar in de dagen van den oorlog verlies is geleden. Men hoopt de gelden, welke benoodigd zijn voor de leniging van den nood, bijeen te bren gen door: 1. Een inzameling, waaraan alle bankinstel lingen en hopelijk ook alle dagbladen zullen medewerken. De heer Janke deed een dringend beroep op de aanwezige vertegenwoordigers van dag bladen om hun kolommen hiervoor beschikbaar te stellen. 2. Er zal een groote straatcollecte worden ge houden door het geheele land, waarvoor de datum voorloopig is vastgesteld op Zaterdag 15 Juni. Aan alle burgemeesters zal verzocht worden zooveel mogelijk hun medewerking aan deze collecten te verleenen. Verder zullen maatregelen worden getroffen om de jeugd zooveel mogelijk als collectanten te organiseeren. 3. Door plaatselijke eomité's zal verder een rondschrijven worden gezonden met verzoek om toezending van bijdragen. De samenwerking met het Roode Kruis en het Nationaal Fonds voor Bijzondere Noo den beteekent, dat van de zijde van deze beide instellingen geen afzonderlijke collecte is te verwachten. Bij deze hulpactie dient n.l. alle versplintering te worden voorkomen, zoodat de inzameling centraal kan geschieden. De heer Janke wees er verder nog op, dat een innige samenwerking bestaat tusschen Duitsche instanties, het Nationaal Hulpcomité-1940 en den Commissaris voor den Wederopbouw. De Presse-Dezernent besloot zijn uiteenzetting met een warm woord van aanbeveling voor deze prijzenswaardige actie. BELGRADO, 7 Juni. (DN3.) Het hooge water van den Donau en zijn zijstroomen blijft wassen. Hedenmiddag stond de Donau bij Bel grado 556 c.M. bo"en het normale peil. De toe stand in de Joego-Slavische hoogwatergebieden wordt slechter.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 1