Sterke
zenuwen
Molens baggeren een landschap
Verlies der Ned. Spoorwegen met
6 millioen verminderd
ïo\Q. t&ans vjO-OK toekomst
E. R. IC»
De Geallieerde plannen tegen de
olievelden van den Kaukasus
Kanalen, dorpen en
wegen onder water
Herleeft hier een lang
verzonken wereld?
WELKE BON?
In bewogen tijden een rastig bezit!
NATIONALE PLICHT
De vervoersontvangsten
stegen f 11 millioen
MOBILISATIE-INVLOEDEN
LEVENSVERZEKERING-MIJ.
te Nymegen
Verdere publicatie der
geheime documenten
DONDERDAG 4 JULI 1940
VERNIELDE BAKKERIJ-
BEDRIJVEN
1
Wederopbouw in samenwerking
met de Nederl, Bakkerij
Stichting
SLACHTOFFERS
BOMAANSLAG
Begrafenis te Bleijerheide
Churchill bij den Koning
WIJZIGING MELKBESLUIT
DE BRAND IN HET S.S.
„TAPANOELI"
Uitspraak van den Raad voor
de Scheepvaart
BROOD
KOFFIE OF THEE
SUIKER
BLOEM OF BAKMEEL
PETROLEUM
voor U en de Uwen,
door middel van een
polis der
a Het inricjaten der vliegvelden. In dit jaar
De harde noodzaak van een alge-
heele heroriënteering van ons land
en volk op den nieuwen tijd en de
nieuwe orde in Europa vergt sterke ze
nuwen, die zich niet van de wijs laten
brengen noch door intimidaties, noch
door onruststokerij, noch door teleurge
stelde verwachtingen, noch door zorg
wekkende verschijnselen. Sterke zenu
wen, uiterste zelfbeheersching en nuch
tere werkelijkheidszin kunnen alleen lei
den tot de eenig juiste conclusies, welke
Uit de overrompelende feiten moeten en
haar wij vertrouwen ook zullen worden
getrokken. Daarom verdient elke ver-
Warring en onrust stichtende actie en
agitatie als strijdig met de hoogste na
tionale belangen onverdeelde afkeuring
en daarom verdienen leiders, wier volge
lingen een ernstig gebrek aan zelfbe
heersching aan den dag leggen, evenals
2Ü, die zich beleefd aanbevelend als lei
ders wenschen aan te dienen, terwijl zij
blijk geven noch hun eigen gedachten
hoch hun eigen zenuwen in voldoende
bedwang te hebben, geen vertrouwen.
Het is helaas noodig geworden, dit dui
delijk en onomwonden vast te stellen,
Want er hebben zich eenige betreurens
waardige en in zich tragische deraille-
hienten voorgedaan van figuren en fi
guurtjes, die, ofschoon zij niet in staat
bleken de locale verantwoordelijkheid,
Welke hun was opgelegd, rustig en met
beleid te blijven dragen, 'n dwazen mis
greep waagden naar een grootere, ja
volkomvattende verantwoordelijkheid.
Niet allen, die het Wilhelmus blazen,
zijn evenknieën van Willem den Zwijger.
Wie leiding geven wil in deze zoo moei
lijke dagen moet vóór alles zichzelf, zijn
gedachten en zijn woorden onwrikbaar
Vast in de hand hebben. Onvoldoende
verantwoorde ambities en pretenties van
hienschen, die hun zenuwen niet meer
de baas zijn en het slachtoffer worden
van de omstandigheden, welke zij naar
hun hand waanden te kunnen zetten,
kunnen slechts onheilen aanrichten. Het
nationale water is nog troebel, geeft acht
®p looze visschers, opdat zij u niet ver
schalken. Weldra zal het, naar wij ver
trouwen, helderder en meer doorzichtig
zijn.
De Nederlandsche Bakkerij Stichting,
een centraal orgaan, in het leven geroepen
door de Nederlandsche bakkersorganisaties,
ook die op coöperatieve basis, heeft in op
dracht van die organisaties onder leiding
van haar voorzitter, mr.J. A. de Wilde,
stappen ondernomen om hulp te verleenen
aan getroffen bedrijfsgenooten, niet zoozeer
in den vorm van financieelen steun dan
Wel in den vorm van voorlichting en hulp
om de bedrijven zoo snel mogelijk weer in
de gelegenheid te stellen, den arbeid voort
te zetten.
Vanzelfsprekend is met de zwaarst getroffen
Stad Rotterdam begonnen. De adressen van de
getroffenen werden verzameld. Een daartoe
aangezocht ingenieursbureau heeft van ieder
bedrijf naukeurig den toestand vastgelegd en
geconstateerd in hoeverre deskundige afbraak
hoodie was, herbouw mogelijk was, of een tij-
delijke voorziening uitkomst kon brengen.
De betrokkenen zijn in een vergadering bij-
^n geweest en wenden zich siftdsdien allen bij
hun eigen pogingen tot herstel tot de stich
ting. Het overleg met de autoriteiten kan daar
door gecentraliseerd geschieden, hetgeen voor
beide partijen een groot gemak beteekent.
Vanzelfsprekend moet ieder geval afzonder
lijk worden bekeken en de oplossingen, die
Worden gezocht, zijn dan ook van geval tot ge-
Val verschillend.
Daardoor is de medewerking van de autori
teiten soms noodzakelijk in den vorm van ver
gunningen voor hetgeen moet gebeuren, soms
Uok door het verleenen van crediet.
De Nederlandsche Bakkerij Stichting heeft
daarbij de ervaring opgedaan, dat de medewer
king van de desbetreffende instanties volledig
Wordt verleend. Mët voldoening kan dan ook
Worden geconstateerd, dat op enkele uitzonde-
Vingen na alle getroffenen weer aan den slag
Zijn. Niet, dat alle schade vergoed zou zijn of
Zelfs maar hersteld, doch wel zoo, dat de scha
de, door bedrijfsstoornis veroorzaakt, tot een
hiinimum is teruggebracht, en daarmee is de
basis gelegd voor het voortzetten van die be
drijven en het uitzicht geopend op een volledi
ge genezing van de geslagen wonden.
Dinsdag werden op het R. K. kerkhof te
^leyerheide-Kerkrade begraven de zeven bom-
aknval-slachtoffers in de familie Scholtes en
een 4-jarig kindje der familie Strüfer. De acht
lijken werden in ééh graf begraven. Er was
t'norme belangstelling. De lijkwagen, met rouw
0luhangen en getrokken door vier paarden,
Werd ook gevolgd door den directeur der Staats
mijnen, prof. Van Iterson, en den heer Van
^ksen, directeur der Domaniale Mijn.
Op bet kerkhof werd de absoute verricht
door den rector van Bleyerheide, den Z.E. pater
Luchesius O.F.M. Tal van kransen werden bij
de groeve gelegd. De eerw. heer Wijnen dankte
Namens de familie voor de betoonde belang
stelling.
In de rectoraatskerk, die overvol was, werd
Vervolgens de plechtige H. Requiemmis opge-
ragen door den Z.E. pater Luchesius, met as
sistentie van de Z.E. paters Walaricus en Al-
berti. Na de H. Mis werd weer een bezoek ge*
*jracht aan het kerkhof, waar gezamenlijk voor
e zielerust der slachtoffers werd gebeden.
In de eerste, telle dagen
Van den oorlog in ons land,
Toen de Dood, met scherpen zeisslag,
Offers vroeg aan allen kant,
Toen u zooveel landgenooten
Om u henen vallen zag,
Dacht u toch: ik mag God danken,
Als ik 't leven houden mag
Wat bleek plotseling de waarde
Van de aardsche dingen klein,
Wat wou u toen wel niet off'ren
Om in veiligheid te zijn
Alles had u willen geven
Maaru bént nu toch gespaard,
Veel van wat u nauw' meer telde
Is toch nog voor u bewaard?
Denkt nu nog eens aan di$ uren,
Anderen zijn wèl alles kwijt.
Weest gij nu royaal in 't helpen,
't Is uw plicht van dankbaarheid!
In geen honderd jaar is wellicht
Zóó met reden hulp gevraagd,
Indien óóit. dan is 't nü noodig
Dat g' ook anderer lasten draagt.
Nooit was er nog zóó'n collecte,
Zorgt, dat over 't resultaat
Men met trots en met ontroering
Over honderd jaar nog praat!
HERMAN KRAMER
Naar Reuter verder meldt is minister-presi
dent Churchill Woensdagavond door den Ko
ning in Buckingham Palace in audiëntie ont
vangen.
Rusteloos zwoegen de baggermolens in
het water boven den Noord-Oostpolder.
Vóór de dijk zich sluit moeten zij hun
taak hebben beëindigd en buiten zijn
(Van onzen specialen verslaggever).
Is er een Hollandscher vaartuig,
een méér vaderlandsch instrument
denkbaar dan de baggermolen?
Toegegeven, het is een lomp en
prozaisch geval, ronkend en ram
melend en vies bovendien, maar
toch spreekt het tot onze verbeel
ding. Heeft men ooit in een stads
gracht een baggermolen zien wer
ken? En daarbij de onverdeelde
belangstelling geconstateerd van
ons publiek, dat nou letterlijk niet
uitgekeken raakt op de sijpelende
modder die omhoog komt en weg-
gudst door de vloeigoten? Er zit
iets geheimzinnig-aantrekkelijks in
dat wroeten en woelen, diep onder
water, in de oogenschijnlijk plom
pe, maar haarfijn afgestemde be
weging van dat logge monster.
Twintig groote baggermolens
zwoegen dag aan dag in het water,
dat straks wijken zal om den Noord-
Oostpolder vrij te geven. Een ster
ke, zwaar kaliber vloot, die wordt
gecommandeerd door den ingenieur
C. J. v. d. Bout te Lemmer, onder
wiens bevel twintig molenbazen het
werk leiden. Twintig knappe kerels,
die dit echt-Hollandsch karwei op
knappen: het onderwaterwerk",
den belangrijken voorbereidenden
arbeid tot hetgeen straks in het
nieuw gewonnen land te verrichten
valt.
Zoolang het water den toekomstigen polder
nog dekt, wordt het dienstbaar gemaakt, want
het is oneindig veel makkelijker en vooral ook
voordeelig de werken, noodzakelijk voor de
grondverbetering, den aanleg van kanalen en
wegen, in het water te doen verrichten dan
later, wanneer de polder droog is, op het land.
De kaart van het nieuwe gewest moet in groote
trekken klaar zijn vóór de polderdijk zich sluit
en de gemalen in werking komen. Deze belang
rijke taak rust op dé Hollandsche molenbazen,
de knappe vaklui, die hun lompe, logge machi
nes door het roerige water dirigeeren en diep
onder de oppervlakte den weeken bodem door
woelen.
Negentig kilometer kanaal moet gebag
gerd worden en daarvan is thans de helft
gereed. Vóór December a.s, zal de rest vol
gen. Als het land droog valt zullen die kana
len in de nieuwe wereld van modder en brei,
die gewonnen is, voorloopig de eerste ver
keersmogelijkheid zijn en ook het afvloeien
van de laagste polderdeelen naar de gema
len bevorderen. Er zijn drie hoofdkanalen
geprojecteerd, van het centrale dorp A uit,
resp. naar Lemmer, de Voorst en Urk. Deze
hoofdkanalen, als spindraden uit het hart
van het nieuwe land naar buiten schietend,
krijgen een stelsel van zijkanalen, welke in
tegenstelling met het systeem, toegepast in
de Wieringermeer, hier alle doodloopen,
hetzij bij een dorp, hetzij in het land. Aan
het einde dezer kanalen komen verbreede
zwaaiplaatsen voor de scheepvaart; by de
dorpen verbreedingen met een loswal. De
bodembreedte der hoofdkanalen wisselt van
12 tot 32 Meter bij de gemalen, van de zy-
kanalen is zy bepaald op 10 Meter.
Deze kanalen worden in open water, met een
diepte, wisselend van 60 c.M. tot 5.70 Meter,
volgens een zeer vernuftig systeem trapsgewijze
uitgebaggerd, waarbü de te bewerken perceelen
herkenbaar zyn aan sparren met vlaggetjes, die
tevoren met de sextant zorgvuldig zyn inge
meten en in den zeëbodem uitgezet. Onder de
molenbazen heerscht een gezonde rivaliteit in
het zoo zuiver mogelijk uitvoeren van het op
gedragen baggerwerk. Het trapsgewyze al dieper
uithalen van het geprojecteerde kanaal ver
zekert door de afvloeiing der vry slappe bodem
massa een vrijwel gaaf kanaalprofiel, dat bij
napeiling tot op 30 a 50 c.M. nauwkeurig blijkt
te zijn. Dit resultaat,dat de molenbazen met
hun ruwe instrumenten in de practijk weten te
verwezenlijken, heeft zelfs de doorgestudeerde
theoretische verwachtingen der ingenieurs over
troffen.
Het is misschien wel het meest merkwaardige
onderdeel van den massalen arbeid, die op het
oogenblik voor de Noord-Oosteiyke inpoldering
der oude Zuiderzee wordt verzet. Want dit „on
derwaterwerk" kan men niet zien. De zee golft
er nog als van ouds, nu eens kruimig en blond
van zon en wind-bewogen dartelheid, dan weer
grauw en onstuimig met felle bruiskoppen. En
de visscherman zoekt er nog rustig zijn weg,
het kuilnet sleepend, het hoekwant schietend,
tuk op een prijzige vangst aan kloddervette aal.
Alleen heren der ligt zoo'n baggermolen te
brullen als een hongerige leeuw of ziet men een
sleep met onderlossers, tot zinkens toe gevuld
met boven gebrachten grond.
Maar voor ir. v. d. Bout is dat rimpel wij de
water slechts een stuk glas, dat een groote
landkaart bedekt, welke hij tot in details op
zyn duimpje kent. Hy kijkt door dat levende
glas en ziet zijn kanalen en zijkanalen, zijn
dorpsterreinen, de verbeterde perceelen,
zanddepots voor wegenaanleg: een grootsch
fata morgana kon het zyn voor een ander
dan het nuchter ingenieursbrem, dat alles
heeft uitgedacht en berekend, vooral niets
aan het toeval, nog minder aan de fantasie
overlatend. Ergens onvruchtbare grond?
Verderop is vette klei genoeg om een flinke
portie over te hevelen. Moet er straks in een
dorp geheid worden? Haal het laag veen weg
en vul het op met zand tot behoorlijke
hoogte. Moet er terrein worden afgegraven,
geëffend? De baggermolens doen het prompt.
Wil men in dorp A een muziektent? Prach
tig, de plek is er voor gereed. Gaan de men-
schen ook dood? Uitstekend, er is zand ge
stort voor een perceel, bestemd voor den aan
leg van een kerkhof. En zoo voorkomt ir.
v. d. Bout alle wenschen der toekomstige
bewoners: hy creëert hun land, hun dorpen,
hun water en wegen, reserveert het terrein
voor huizen, kerken en scholen, kortom zij
krijgen van hem geen kans ook maar iets te
begeeren of zelf te verzinnen: dit land wordt
voor hen gemaakt, zy hebben het slechts te
betrekken.
Toch leeft ook in het vernuftig brein van
dezen jongen ingenieur een sprank der ver
beelding, heimelijke fantasie waar het geldt
het verleden van het oude land, dat hy aan
t herwinxien en cultiveeren is. Hij blijkt er Sterk
vóór de oude, bijkans vergeten namen te doen
herleven van de buurtschappen, waarvan de
kronieken gewagen en die eens door den storm
vloed werden weggevaagd: Ruthne, Nagele of
Nakalis, Espelberg, zoo goed als er een nieuw
Emmeloord moet kernen, bewarend de heugenis
aan verdwijnend Schokland en het middel-
eeuwsche kerkdorp Emmelwerth of Emels-
waarde. En hij is tcch werkeiyk nieuwsgierig
of in den zeebodem nog iets teruggevonden
wordt uit dat verleden, al is de ervaring b(l
het baggerwerk tot dusver niet bemoedigend.
Maar nog dekt het water zijn geheimen.
Daar tusschen Urk en Schokland ligt im
mers het kerhof van de Nagel, dat de vis
schers mijden uit vrees er hun want te
verspelen tusschen bouwvallen of grafzerken,
die hier den zeebodem zouden bedekken. Een
duister oord, dat Nagel! Ryk en weelderig
in lang teruggeweken dagen, in overmoed
het machtig Stavoren gelük. De visscher
man, dobberend aan den reep in den
lauwen zomernacht, ais hoog de sterren
trilden aan den hemel met yie spiegeling
in het water, tuurde wel in gepeinzen over
boord, waar onder het duister der blakke
zee. den trek van den vloedstroom langs het
schip, het geheim lag bewaard van wat er
restte aan fundamenten, verweerde graf-
steenen en plavuizen, van kerk en kapel,
van huizen en putten.
Rykdommen, die wellicht nog in den bodem
der zee rusten, urnen vol blinkend goud, mun
ten in rijke verscheidenheid, begraven lang voor
het water kwam, zooals ook de dooden achter
bleven, toen de vloed spoelde over de zerken
En waren er geen visscherlui geweest, die ooit
in duister en ontij, varende over het Kerkhof,
de klokken van Nagele hoorden galmen, diep
onder de golven? De eenzame schipper, wakend
aan boord, huiverde by die gedachte, schrok op
als plots de wiekslag van een verdwaalden vo
gel suisde over zijn hoofd, in de lantaarn voor
op de vlam onrustig flakkerde of het schip de
dreglijn kreunend strak trok.
Nagele, het Kerkhof, de donkere zee en als
dan de nacht zoo stil was.... Zullen de bag
germolens van ir. v. d. Bout, met hun yzeren
kaken wroetend en woelend in den historischen
grond, het verzonken Nakalis zijn geheim ont
rukken?
Naar wy vernemen, heeft de commissie ex-
artikel 17 der Warenwet een advies in voorberei
ding tot wyziging van de bepalingen van het
Melkbesluit met betrekking tot de bereiding van
en de eischen voor gepasteuriseerde melk.
Er bestaat voor belanghebbenden vóór 15 Juli
gelegenheid, inlichtingen te bekomen bij den
secretaris der commissie, dr. G. L. Voerman,
Bezuidenhout 171, 's-Gravenhage.
Tijdens het lossen van de lading te Liver
pool op 6 Juli 1939 is brand uitgebroken aan
boord van het Nederlandsche s.s. „Tapanoeli."
Deze brand was zeer hardnekkig en is tot vier
maal opgelaaid.
De Raad voor de Scheepvaart heeft eenigen
tyd geleden een onderzoek naar de oorzaak van
deze branden ingesteld en daarover thans uit
spraak gedaan.
De Raad is van oordeel, dat, wat de branden
in luik 1 betreft, deze moeten zyn ontstaan
door een van buiten komende oorzaak, waarbij
in de eerste plaats aan onvoorzichtigheid met
rookgerei is te denken, terwijl aannemelijk is,
dat de eerste brand niet op afdoende wijze is
uitgedoofd, hetgeen tot den tweeden brand in
dat luik kan hebben geleid. Wat de overige
twee branden betreft, deze kunnen by gebreke
aan de aannemeiykheid van een andere oor
zaak, slechts aan broeiing van de lading wor
den toegeschreven, al is de raad daaromtrent
geenszins zeker. De Raad kan geen aanmerking
maken op de middelen, die zijn aangewend om
den brand te blusschen.
Daar de broeiing eenigen tyd zal geduurd
hebben, voordat zij den brand veroorzaakte, kan
de vraag worden gesteld, of de middelen om
de temperatuur in de ruimen op te nemen, wel
voldoende waren en of het niet aanbeveling
zou verdienen, dat daaromtrent nauwkeuriger
voorschriften worden gegeven.
Bon 41 tot en met 50 uit het brood-
bonboekje. Geldig tot en met 7 Juli
(eventueel tot en met 11 Juli).
Recht gevend op: totaal 2000 gram
brood.
Bon 69 uit het Algemeen distributie
boekje. Geldig tot en met 5 Juli.
Recht gevend op: Halt pond koffie
of Half ons thee.
Bon 80 uit het Algemeen distributie
boekje. Geldig tot en met 25 Juli.
Recht gevend op: Een kilogram
suiker.
Bon 75 uit het Algemeen distributie
boekje. Geldig tot en met 12 Juli.
Recht gevend op:
Half pond tarwe-bloem of
Half pond zelfrijzend bakmeel.
(alleen voor hen, die uitsluitend op
petroleum kunnen koken)
Zegel „Periode 2". Geldig tot en met
14 Juli. Recht gevend op:
Twee Liter petroleum.
De Nederlandsche Spoorwegen
konden in het jaar 1939 het ver
lies terug brengen van f 23.334.653
in 1938 tot 17.456.361.
De bruto ontvangsten uit het ver
voer stegen van 99.332 millioen
tot f I 10.150 millioen. Uit anderen
BERLIJN, 4 Juli (D.NJB.) Het volgende
document in de nieuwe publicatie van het
Duitsche departement van Buitenlandsche Za
ken is een eigenhandig geschreven aanteeke-
ning van Daladier, gedateerd 19 Januari 1940
Zy luidt: „Generaal Gamelin en admiraal Dar-
lan moet worden verzocht een memorandum uit
te werken over een eventuéele interventie ter
vernieling van de Russische olievelden.
Geval no. 1: Afsnyding van de voor Duitsch-
land bestemde olietransporten op de Zwarte
Zee. Het gaat vooral om Duitsche schepen. In
dit geval wordt Rusland niet betrokken in den
oorlog.
Geval no. 2: Rechtstreeks ingrüpen in den
Kaukasus.
Geval no. 3: Zonder direct optreden tegen
Rusland maatregelen treffen om streven naar
zelfstandigheid van de Mohammedaansche be
volkingsgroepen in den Kaukasus te bevorde
ren."
Document no. 8 vormt een notitie betreffen
de een afspraak tusschen de Fransche en En-
gelsche generale staven van het luchtwapen
van 5 April 1940. Zy luidt: „De Fransch-Brit-
sche luchtaanval op de petroleum van den Kau
kasus is uitsluitend gericht op de raffinaderijen
èn haveninstallaties van Batoem, Poti, Grozny,
Bakoe.
Verwacht kan worden, dat binnen de eerste
zes dagen 30 tot 35 procent van de Kaukasus-
raffinaderyen zal zyn vernield. Het gebruikte
vliegtuigmateriaal omvat 90 tot 100 toestellen,
die gevormd worden in zes Fransche groepen
vliegers en drie Britsche eskaders. De Fransche
groepen worden zoo uitgerust, dat zy Bakoe op
de vastgestelde data kunnen aanvallen. Zij be
staan uit twee groepen Farman 221 en vier
groepen Glenn Martin, die van vervangingen
zyn voorzien, zy kunnen bij iedere vlucht naar
den vijand in totaal 70 ton bommen op onge
veer 100 verkende raffinaderyen werpen. Vij
andelijke tegenactie en de vermoedeiyke aan
wezigheid van Duitsche jachtvliegers zullen de
doeltreffendheid van deze operatie in aanzien
lijke mate verminderen.
Het negende document bevat een rapport van
den opperbevelhebber in het Oosten van de
Middellandsche Zee, Weygand, aan Gamelin,
den bevelhebber der strijdkrachten te land, en
aan den opperbevelhebber van het luchtwapen,
Vuillemin.
In dit rapport wordt onder andere gezegd:
De voorbereidingen voor het bombardeeren
van de olievelden in den Kaukasus zijn zoover
gevorderd, dat de termyn, waarbinnen deze
operatie ten uitvoer kan worden gelegd, kan
worden geraamd.
Politieke voorwaarden: Het in acht nemen
van een' termijn is hier niet geboden. De on
derneming behoeft niet te worden gemaakt tot
voorwerp van een overeenkomst met de Turken,
welker afsluiting overigens onmogeiyk is geble
ken. De Fransche ambassadeur in Turkye heeft
de regeering nauwkeurig rapport uitgebracht
over deze kwesties.
Op het oogenblik kan geen sprake zyn van
een toestemming voor het vliegen over Turksch
staatsgebied, nog minder van beschikbaar stel
len van vliegvelden, die zouden kunnen dienen
als springplank. Ook overige hulp is niet te
verwachten. Het transport van materiaal voor de
geheele behoefte gaat over de spoorlijn Aleppo-
Nissibin. Een voorafgaande démaTche voor het
gebruik van dit traject, voor zoover het Turksch
staatsgebied raakt, is niet vereischt, aangezien
onze vroegere overeenkomsten ons in dit op
zicht alle vryheid laten.
Bij de raming der termynen moet gelet wor
den op:
getijde ls slechts weinig werk noodig. De duur
wordt geraamd op veertien dagen.
b Werkzaamheden aan de spooriyn en ter
aanvulling van de opslagplaatsen (wissels, rails,
telefoondraden). Duur: veertien tot twintig
dagen.
c Transport van benzine, munitie, troepen en
wagenpark eischt voor de Fransche strijdkrach
ten 56 treinen. Dit beteekent, wanneer men vier
treinen per 24 uur aanneemt, een termyn van
veertien dagen. Evenveel tyd is noodig voor
de Engelsche troepen. In totaal zyn dus dertig
dagen noodig.
Houdt men er rekening mede, dat a en b
tegelijkertijd kunnen worden uitgevoerd, dan zijn
minstens 45 tot 50 dagen noodig, verondersteld,
dat het spoorwegmateriaal en de Engelsche en
Fransche nazendingen onverwijld op gang kun
nen worden gebracht.
Behalve deze termijnen moet ook rekening
worden gehouden met den tyd, die vereischt is
voor het in orde brengen en het reizen hierheen
der bombardementsvliegtuigen. Wat de Fransche
eskaders betreft moet opgemerkt worden, dat
op het oogenblik geen enkel gereed is om in
den strijd geworpen te worden. Volgens de op
gaven van het opperbevel der luchtstrijdkrachten
zyn 2'A tot 3 maanden beslist noodzakeiyk om
de piloten op te leiden. Waarschijniyk bevinden
zich de groepen van het type Glenn Martin, die
uit Frankrijk of Noord-Afrika verwacht worden,
in ongeveer gelijken toestand. De vice-lucht-
maarschalk en bevelhebber over de Britsche
luchtstrijdkrachten in het Midden Oosten was,
toen hem gevraagd werd naar de door hem
noodig geachte termynen, zeer verlegen met zijn
antwoord, daar hy zelfs zijn vliegtuigen nog
niet heeft gekregen. De voorzichtigheid gebiedt
derhalve de uitvoering der operatie eerst onder
oogen te zien voor eind Juni of begin Juli.
De operatie zelf mag slechts enkele dagen
duren en moet bestaan uit een massaal bombar
dement van die punten, welker vernieling door
explosieve of brandbommen beschouwd moet
worden als bijzonder doeltreffend. De aangegeven
termyn is overigens ook voor Turkye noodig,
aangezien Turkye zich in den loop van dezen
tyd moet brengen in een toestand, die het ver
oorlooft, het hoofd te bieden aan iedere vyan-
deiyke tegenactie, welke mogeiykerwijze te voor
schijn geroepen wordt door het bombardement.
hoofde bedroegen de baten nog
f 853.220, tegen f 1.569 millioen
in 1938. De exploitatierekening sluit
met een saldo van f 22.398.149
(v.j. f 12.393.806).
In het verslag der directie wordt o. a. het
volgende medegedeeld:
De verbetering van den economischen toe
stand van Nederland, waarvan in het vorig jaar
verslag gewag werd gemaakt, zette zich in den
loop van 1939 voort.
De opbrengst van ons personenvervoer (incl.
bagage) vertoonde een flinke staging van 55.492
in 1938 tot 61.689 millioen gulden in 1939.
De daling van de opbrengst van het goede
renvervoer kwam in dit jaar tot staan en ver
anderde in een stijging. nJ. van 38.567 millioen
in 1938 tot 49.939 millioen in 1939.
De exploitatiekosten vertoonden een geringe
stijging van 88.508 millioen in 1938 tot 88.605
millioen in 1939.
Van de noodzakeiyke afschryvingen ad 24.767
millioen wordt door het gunstige saldo der ex
ploitatierekening 90 pet. gedekt (vorig jaar
60.5 pet.).
Een rationeele financiering van het uiterst
conjunctuur-gevoelige spoorwegbedrijf zou uit
sluitend of zoo goed als uitsluitend met aan
deelenkapitaal mogen geschieden. In dat geval
zou het werkeiyke bedrijfsverlies slechts bedra
gen 17.456 minus 15.417 2.04 millioen guioen.
Het jaar 1939 bestond voor ons bedrijf uit
vier scherp afgeteekende perioden: 1 Januari
t/m. 25 Mei; 26 Mei t/m. 28 Augustus; 29
Augustus t/m. 14 October; 15 October t/m. 31
December.
Gedurende de eerste periode steeg de omzet
zoowel voor personen- als voor goederenvervoer
geleidelijk boven de overeenkomstige bedragen
van het jaar 1938.
Per 22 Mei werd een uitspraak van den Hoo-
gen Raad publiek, krachtens welke het wilde-
bus-bedrijf onwettig werd verklaard en per
Donderdag 25 Mei waren alle illegale vervoer
middelen inderdaad van den weg verdwenen.
Wij hebben hierop onmiddeliyk gereageerd door
invoering van de Pinksterretours, weekendre
tours, zomerretours, enz. en het gevolg van bei
de maatregelen is geweest, dat ondanks deze ta
riefverlagingen de omzet in het personenver
voer in geld belangrijk toenam.
Het goederenvervoer bleef zijn regelmatige
styging voortzetten.
Na volledige correctie voor den invloed van
de spits yan het zomerseizoen mag worden ge
constateerd, dat het spoorwegbedrijf in deze
tweede periode zyn afschryvingen met een be
hoorlijke veiligheidsmarge verdiende.
Aan deze voorspoedige ontwikkeling kwam een
plotseling einde door het uitbreken van den
tweeden wereldoorlog.
Op 29 Augustus werd het gebruik van alle
spoorwegen, alsmede van al het materieel aan
ons toebehoorende, in het belang van 's lands
verdediging gevorderd. Inzake de schadeloosstel
ling werd zeer spoedig overeenstemming be
reikt:
le. Defensie vergoedt aan de N. S. het ver
voer, het beschikbaar steellefl van rollend ma
terieel en alle andere diensten der N.S. in het
belang van 's lands verdediging verricht volgens
de geldende tarieven en prijsovereenkomsten.
2e. Defensievergoedt aan de N.S. over elke
maand der vordering het eventueele naóeelig
verschil tusschen lasten en baten, waarby de
lasten berekend zullen worden naar dezelfde
beginselen als door N.S. tot dusver gevolgd, met
inbegrip der afschrijvingen en met uitsluiting
van interest.
De gunstige ontwikkeling heeft zich geduren
de de eerste vier maanden van 1940 in ver
sterkte mate voortgezet. Zy is plotseling onder
broken toen ons land in den nacht van 9 op
10 Mei 1940 in den oorlog werd betrokken. Hoe
de bedrijfsresultaten zich onder de thans in
getreden omstandigheden zullen ontwikkelen,
onttrekt zich aan iedere voorspelling.
Onze directie bleef er bij voortduring naar
streven de verhouding tot het particuliere ver-
voerbedryf zoowel door persooniyk contact als
door organisatorische samenwerking zooveel
mogeiyk te verbeteren, wy zijn er van over
tuigd, dat de ernstige economische crisis, welke
Nederland vele jaren heeft geteisterd, de con
currentieverhoudingen in het binnenlandsche
vervoer uitermate heeft verscherpt, maar ach
ten het den plicht van een gemeenschapsbedrijf
als het onze alles te doen wat tot verbetering
der onderlinge verhoudingen kan bydragen.
wy bleven ook dit jaar onze medewerking
verleenen aan de zg.n. Oommissie Grosheide,
welke de samenwerking tusschen de verschil
lende takken van het goederenvervoer tracht te
bevorderen.
Sinds Januari 1939 wordt overleg gepleegd
met het Nederlandsch Binnenvaartbureau met
het doel de concurrentie tusschen binnenbeurt-
vaart en spoorwegen te verminderen. Dit over
leg heeft bevredigend gewerkt en wordt gere
geld voortgezet,