De twee Baarles
het blad
pplEB
INVOER VAN DEENSCHE
VISCH
Passie-spelen Tegelen
DONDERDAG 18 JULI 1940
Kerkelijk Leven
Laatste repetities begonnen
Waar Belgen niet in België
kunnen komen
Zelfkarnende veehouders
en melkslijters
EEN VISUM VOOR ITALIë
Zoolang dit land zich in staat
van oorlog bevindt
Brabantsche landelijke
industrieën
Drukte in manden- en klompen
maker sbedrijven
GOEDE FRUITOOGST IN
HET ZUIDEN
Bij aanrijding doodelijk
gewond
Voorloopig ongeveer 20.000
kilogram per week
Rotterdamsche kinderen
in Drente
Behouden aangekomen
FRANSCHE PAMFLETTEN
NEERGEKOMEN
Schade-enquête Rotterdam
Res.-kapitein verduisterde
rijksgelden
Hij beheerde een kas, welke soms
f 100.000.bevatte
Aanrijding met doodelijk
gevolg
Jongetje overreden en gedood
PATER INNOCENTIUS
O.F.M. CAP. f
Rijk klooster- en priester
leven afgesloten
Zilveren klooster jubileum
Herdenking bij de Zuster Fran
ciscanessen van de H. Familie
GEÏNTERNEERDEN IN
NED.-IN Dié
SPOORKAARTJES
GESTOLEN
Was het den inbreker om gratis
vacantiereizen te doen?
PROVINCIALE STATEN
VAN DRENTE
W aarschuwing
Meisje bij vlotjevaren verdronken
UIT DE STAATSCOURANT
Onderwijs
door
Waniek
e»
Ten Zuiden van de twee Brabantsche steden
Breda en Tilburg ligt het merkwaardige twee
lingdorp Baarle-Nassau en het Belgische Baarle-
Hertog.
Eigenlijk is het geen tweelingdorp want de
beide Baarle's zijn twee afzonderlijke gemeen
ten, een Belgische en een Nederlandsche. Maar
de inwoners van „Baöl" worden er maar een
enkele maal in het jaar aan herinnerd, dat zij
Belg dan wel Nederlander zijn en dat is wan
neer het belastingbiljet wordt thuis bezorgd.
Overigens weten zij maar nauwelijks, in welke
gemeente zij wonen. Men kan een straat van een
honderd huizen doorwandelen om beurtelings
Wel zes of zeven maal op Belgisch of Neder-
landsch grondgebied te belanden. Dit kan men
dan ook alleen maar opmaken uit het verschil
van huisnummerbordjes. De grenzen zijn er zelfs
zoo grillig, dat men in een pension, waar men
den nacht zou wenschen door te brengen, met
het hoofd in België en met de voeten in Neder
land slaapt. Terwijl in een café de grenslijn
dwars over het biljart loopt.
Eigenlijk liggen er 21 stukjes België daar in
de puntzak van Brabant lukraak neergestrooid,
21 grootere of kleinere enclaves, waarvan de
Nauwkeurige grenzen alleen maar op de kadas-
terkaarten te vinden zijn.
In normale tijden is het voor een Nederlan
der goed wonen in „Baöl". Alle winkels, ook de
Nederlandsche, verkochten er voor den oorlog
zoowel Belgische als Nederlandsche levensmid
delen en andere artikelen. Natuurlijk kochten de
Brabanders er niet de dure margarine van toen
gemiddeld 30 cent per half pond, maar de Bel
gische „Solo", die maar veertien cent het half
Pond kostte. Vanzelfsprekend was die niet zoo
goed als het vaderlandsche product, maar ten
teinste zeer wel bruikbaar voor braden of bak
ken. Met de suiker was het juist hetzelfde, nie-
teand die er ook -maar een oogenblik aan dacht,
°m andere dan Belgische te koopen, die ook
al ruim de helft goedkooper was. Zoo kan men
Nog verder gaan als bijv. met het vet, dat ook
door de Nederlandsche winkeliers banderole-vrij
verkocht mocht worden.
Maar de vele voordeelen gelden niet voor alle
Baarle-Nassauers. Want zou een inwoner van
het acht kilometer verder gelegen kerkdorp het
Wagen, om met een pondje suiker van Baarle
Naar zijn woonplaats te fietsen, dan liep hij
heel veel gevaar, zoowel zijn suiker als het rij
wiel in de handen van de kommiezen te moeten
achterlaten. De privilegies golden alleen voor
hen, die in de bebouwde kom woonden.
Wanneer men de beide Baarles is doorgereden,
gaat men nog een kwartiertje over Nederlandsch
grondgebied, om dan aan de eigenlijke lands
grens te komen. Ook weer in normale tijden
Was die grens alleen maar te herkennen aan
een onopvallend waarschuwingsbord of aan een
Paar douaniers, die er kalm in de schaduw hun
"hjpke zaten te smoren of die er heelemaal niet
te zien waren. Een ieder ging er dan ook rus-
'ig over de grens om zijn zaken in het nabuur
land af te doen of een familielid daar te gaan
bezoeken zonder ook maar één keer lastig ge
vallen te worden. Dat goede leventje is nu ook
voorbij. Men behoeft thans niet meer naar de
grens te zoeken, want het groot aantal grens
bewakers, alsmede de gewapende Duitsche
schildwachten zullen het u wel duidelijk maken,
hat het alleen maar met een volledig paspoort
en gemeentelijk visum mogelijk is, om zijn
meisje „aan den overkant" te gaan bezoeken
°f bij tante kersen te gaan eten. En welke
Baarlenaar houdt er nu van die gewichtige pa-
Pieren op na? Voor de Belgische inwoners is
het evenmin gemakkelijk de grens te overschrij
den. Alleen als men zijn koeien of schapen, die
°P een brokje vette wei in het ander land hun
sotner doorbrengen, moet gaan verzorgen, kan
Ni en wel even „overwippen", zóó onredelijk zijn
he grensbeambten nu ook weer niet, maar voor
he rest: „geen papieren, dan rechtsomkeert".
Dit is wel heel vervelend voor de inwoners
van de beide Baarle's, want door onderlinge
huwelijken is er nog maar één Baarle meer,
baar staatsburgerschap is daarbij niet gekeken
®h het gevolg is, dat de wederzijdsche families
'N Nederland en in België wonen. En die kan
teen nu niet zonder meer gaan bezoeken.
Handelsrelaties hadden de Baarlenaren even
veel in Turnhout als in Breda tusschen welke
beide steden zij halverwege wonen. Nu ligt prac-
tlsch alleen de weg naar Breda nog maar open.
De grootste moeilijkheden zijn echter gelegen
'N de levensmiddelenvoorziening. Afgezien nog
Van het feit, dat in België de voorraden veel
Geringer zijn dan bij ons, komt erbij, dat de
teeest gangbare artikelen op de bon staan. De
V'inkeliers krijgen nu te maken met een twee
voudig bonnenstelsel, dus dubbele moeilijkheden.
Jtedert twee weken ligt de aanvoer uit België
pijna stil en tot voor enkele dagen waren de
®olgen, wat bijvoorbeeld de margarine betreft,
Aangewezen op het veel duurdere Nederlandsche
teoduct. Nu onze boter ook nog maar alleen op
bon verkrijgbaar is, zullen de Belgische autori
teiten wel heel snel maatregelen moeten nemen.
Anders wordt de toestand voor het Belgische
Volksdeel zeer moeilijk.
Gelukkig heeft „Baöl" maar weinig van de
krijgsverrichtingen te lijden gehad. Doch al zou
hat zelfs nog het geval zijn geweest, dan zouden
ho Baarlenaren even goed hun onverwoestbaar
optimisme en levensvreugde bewaard hebben,
hio hen nu zoo prachtig zich door de moeilijk
heden heen doen slaan.
De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van
Net departement van Landbouw en Visscherij,
teaakt in verband met de aankondiging, dat het
Aantal zelfkarners sterk beperkt zal worden en
dat aan degenen, die niet in het bezit zijn van
een karnvergunning, het bereiden van boter niet
is toegestaan, bekend, dat zij, die genoodzaakt
zijn, de op hun bedrijf ontvangen melk tot boter
te verwerken en hun melk niet aan een fabriek
kunnen leveren, in het algemeen voor een karn
vergunning in aanmerking zullen komen.
Indien vóór 18 Juli geen aanvraagformulier
voor een karnvergunning is ontvangen, dienen
belanghebbenden dit formulier zoo spoedig moge
lijk bij de afdeeling Zuivelcontröle der Neder
landsche Zuivelcentrale in hun provincie aan
te vragen.
Deze bedrjjven kunnen, in afwachting van de
door de Nederlandsche Zuivelcentrale hierom
trent te nemen beslissing, met de bereiding van
boter voorloopig doorgaan.
De bedrijven, die wel in staat zijn, hun melk
aan een fabriek te leveren, komen niet voor een
karnvergunning in aanmerking en dienen dus
terstond de daarvoor vereischte maatregelen te
treffen.
Onder fabriek wordt in dit verband verstaan
ieder bedrijf, dat voor fabriekmatige verwerking
van melk is ingericht.
Naar wij vernemen is een visum vereischt voor
buitenlandsche reizigers die zich naar Italië wil
len begeven, zoolang dit land zich in staat van
oorlog bevindt.
Deze verplichting geldt voor iedereen zonder
uitzondering, derhalve ook voor dienst- en diplo
matieke paspoorten.
Bedoeld visum wordt verstrekt door de com
petente Italiaansche autoriteiten hier te lande.
Men bericht ons uit Brabant:
Onder de inwerking der omstandigheden kun
nen twee landelijke nijverheidstakken in Bra
bant, die vele jaren gebukt gingen onder de
nadeelige gevolgen van de economische crisis,
tot betere bedrijfstoestanden geraken, name
lijk de klompenmakerij en de mandenmakerij.
Wat de mandenmakerij betreft, deze heeft
vooral beteekenis voor een aantal gemeenten
in de Langstraat en in de Bommelerwaard. Deze
tak van bedrijf heeft steeds een groot afzet
gebied gevonden in de fruitstreken, waar de
manden werden gebruikt voor het vervoer van
fruit. De opkomst der veilingen heeft geleide
lijk de mand doen plaats maken voor de kist.
Ook voor andere doeleinden werd in plaats
van de mand steeds meer de kist gebruikt.
Intusschen, nu het hout niet meer op zoo
royale wijze voorhanden is als kort geleden,
gaat de mand weder voor een deel en geleide
lijk hare rechten heroveren. Het gevolg is een
opleving der mandenindustrie aan de Brabant
sche en Geldersche boorden van de Maas. De
mandenindustrie K."P den laatsten tijd vele
nieuwe krachten te werk stellen.
Ook de Brabantsche klompenmakers kunnen
zich in toenemende bedrijfsdrukte verheugen.
De gestegen schoenpryzen en de distributie
maatregelen t.a.v. het lederen schoeisel schep
pen nieuwe mogelijkheden voor het houten
schoeisel. VOoral op het platteland is de klomp
weer ten zeerste in aanzien gekomen. Zy, die
de laatste jaren op de lederen voetbedekking
waren overgegaan, voor een deel ook de boe
renbevolking, doen thans den klomp weer eer
aan. De blinkende zwarte klomp, trots der Bra
bantsche boerenvrouw, siert des Zondags weder
den voet van den dorpschen kerkganger. Ook
de schooljeugd gaat weer in toenemende mate
geklompt ter schole.
Onder den invloed hiervan konden ook in de
klompenindustrie weder vele nieuwe handen
werk vinden.
Naar men ons uit de Brabantsche fruitcentra
bericht, zyn de resultaten van den fruitoogst
tot nu toe zeer bevredigend. De kersenoogst gaf
in de Brabantsche en Geldersche boomgaard
streken een goed beschot en ook het prijsverloop
mocht er zijn.
Hetzelfde kan van de vroege hard-fruitsoorten
worden gezegd. De vroege appelvariëteit Yellow
Transparant geeft een ruime opbrengst. De pluk
daarvan is in vollen gang. Op de veilingen van
den Noord-Brabantschen Christelijken Boeren
bond (N.C.B.) betaalt men voor de goede aan
voeren tot 20 ct. per kg.
Andere vroege appel- en perensoorten beloven
eveneens een goed beschot.
Wat de najaarssoorten betreft, met name spe
ciaal de Bellefleur en Goudreinet, is men in
betrokken kringen evenmin pessimistisch. In
sommige centra, o.a. de Meierij en het Land van
Altena, is men t.a.v. de Goudreinet echter eenigs-
zins gereserveerd. De hoofdindruk over de gan-
sche linie intusschen is gunstig.
De 50-jarige W. de Natris, employé van de
Rotterdamsche Bankvereeniging te Eindhoven,
die per rijwiel op familiebezoek in Boxtel was
geweest, is ter hoogte van de brug over het Wil-
helminakanaal onder de gemeente Best aange
reden door een auto. De N. werd zoodanig ge
wond, dat hij korten tijd later overleed.
De Nederlandsche zeevisscherij ligt vrijwel ge
heel stil door de oorlogsomstandigheden. Slechts
een klein aantal Scheveningsche kustvisschers
vaart thans nog uit, doch de vangst bestaat in
hoofdzaak uit zeer kleine visschen, doordat het
eigenlijke vischwater niet te bereiken is. De puf
werd vroeger slechts als veevoeder gebruikt. De
prijzen waren zoo laag, dat het niet de moeite
loonde om speciaal puf te vangen. Thans
brengt zij echter, daar zij wegens gebrek aan
zeevisch voor menschelijke consumptie wordt
gebruikt, zeer goede prijzen op.
Aan de vraag naar zeevisch is hiermede
uiteraard niet voldaan. Daarom is met mede
werking van de Nederlandsche Visscherij
Centrale thans door enkele importeurs te
IJmuiden de invoer van Deensche visch
wederom krachtig ter hand genomen.
De Deensche visschers kunnen in de Oostzee
wederom geheel vrij visschen. Aan de Westkust
zijn zij gebonden aan de driemijlszone, doch om
dat het water aan de Deensche Westkust aan
merkelijk dieper is dan aan de Nederlandsche,
is dit bezwaar gering. De goede Deensche visch-
waters, en daar kunnen de Nederlandsche vis
schers van meepraten, liggen vlak onder de kust.
Bovendien wordt in Denemarken door kleine
schepen met een ingebouwde bun gevlscht. De
schepen blijven een tot anderhalven dag weg en
brengen levende waar aan den wal. Deze visch
is dus van uitstekende kwaliteit.
De export naar ons land gaat per vracht
auto. De quanta zijn voorloopig nog gering,
ongeveer 20.000 kilogram per week. Er
worden echter pogingen in het werk gesteld
deze hoeveelheden te verhoogen en temeer
daar Nederland uitstekende prijzen betaalt,
is van weerszijden groote animo voor den
import in ons land.
Deze invoer is in hoofdzaak te IJmuiden ge
concentreerd. Vandaar wordt zij door bestaande
instellingen verder gedistribueerd. In hoofdzaak
worden schol, kabeljauw, makreel en schar inge
voerd. De prijzen zijn, gezien de groote vraag,
zeer goed. Een kilogram schol of schar brengt
in den groothandel 60 cent op. Voor een kilo
gram makreel wordt ongeveer 30 cent betaald.
De thans geïmporteerde quanta zijn in ver
gelijking met de vraag in normale tijden gering.
In de eerste maanden van dit jaar, toen de
visscherij reeds onder zeer moeilijke omstan
digheden plaats vond, vielen per week gemiddeld
25 trawlers, ieder met 20.000 kilogram aan boord,
de haven van IJmuiden binnen. Bovendien
brachten de verschillende loggers en kustvis-
schersvaartuigen nog ongeveer 200.000 kilogram
aan den afslag. Een vierde daarvan werd ge
ëxporteerd naar België, Frankrijk en Duitsch-
land.
De Deensche visschersvloot is te gering om
ons land ooit dergelijke hoeveelheden te kunnen
bieden.
Inmiddels is men te IJmuiden bezig maat
regelen te treffen om de visscherij weer te
doen herleven. Men onderzoekt of de Ne
derlandsche schepen in de Oostzee of de
Westelijke Deensche wateren een emplooi
kunnen vinden.
De visscherij in de binnenwateren beleeft
uiteraard thans een gouden tijd. De hoeveelheid
snoekbaars, baars en paling, om enkele der
voornaamste soorten te noemen, is evenwel te
gering om werkelijk een oplossing voor de vraag
naar visch te kunnen brengen.
De Commissaris der Koningin in de provincie
Drente deelt mede, dat de Rotterdamsche kin
deren na een goede reis behouden in de pleeg
gezinnen zijn aangekomen.
Het betreft hier zeventig kinderen, die Woens
dagmiddag om vier uur in Meppel met den
trein arriveerden. Zij kregen daar een warmen
maaltijd, waarna de helft gebaad en naar de
pleegouders in de omgeving van deze stad door
gezonden werd. De andere kinderen zijn naar
Beilen en Assen doorgereisd, uit welke steden
zij, na gebaad te hebben, eveneens bij hun tij
delijke pleegouders zijn ondergebracht.
In een plantsoen te Naarden is Woensdag
een ballon gedaald, waaraan een pakket was be-
vvestigd, dat uit elkaar viel. Het bavat-
te in het Fransch gestelde pamfletten, waarin
een kaart van het bezette en onbezette Fran-
sche gebied was afgedrukt.
Duitsche militaire motorrijders, die den bal
lon van de richting Amsterdam waren gevolgd,
hebben de voorwerpen in beslag genomen.
De Schade-Enquête-Commissie Rotterdam
maakt bekend, dat de termijn voor de verkrijg
baarstelling van de formulieren aan de hoofd
postkantoren en de bijkantoren te Rotterdam
alsmede aan de hoofdpostkantoren in de overige
deelen des lands is verlengd tot en met 27 Juli
1940.
In verband hiermede is de termijn voor het
indienen van de enquête-formulieren verlengd
tot 1 Augustus as.
De in Rotterdam gevestigde inlichtingen-
bureaux zullen tot 27 Juli doorgaan met het ver
strekken van inlichtingen aan belanghebbenden.
In de overige deelen des lands zullen de Scha
de-Enquête-Commissies ter plaatse tevens
fungeeren als inlichtingenbureaux voor de be
langhebbenden, die in Rotterdam schade heb
ben geleden.
De Krijgsraad te 's-Grarvenhage heeft Woens
dag voor het eerst sedert de gebeurtenissen
van ruim twee maanden geleden weder een zit
ting gehouden.
De president, prof. mr. J. M. van Bem-
melen, sprak bij den aanvang woorden van
eerbied aan de nagedachtenis der gevallen
strijders, Wy allen, aldus spr., hebben het
gevoel, dat zij niet tevergeefs gevallen zijn
erf dat Nederland zyn zelfstandigheid weder
zal verkrygen.
Behandeld werd de zaak tegen den res.-kapi
tein T. L., die beschuldigd werd in de maanden
Augustus, September en October van het vori
ge jaar, toen hy als commandant van een com
pagnie ergens in Brabant het bevel voerde, gel
den van den staat te hebben verduisterd tot
een bedrag van eenige duizenden guldens.
Beklaagde had het beheer over een kas,
die somwijlen een ton gouds bevatte, en hij
had daaruit herhaalde malen gelden geput
om eigen schulden te betalen, o.a. belasting.
Daar hy de beschikking had weten te ver
krygen over blanco geteekende kwitanties van
leveranciers zijner compagnie en hy de be
dragen wegens geleverde goederen hooger in
vite dan de sommen, waarvoor de levering
was geschied, welk verschil hij dan te eigen bate
aanwendde, klopte de kas overigens wel, terwijl
bij de controle blijkbaar niet was opgevallen,
dat de prijzen hooger dan normaal waren.
Van de ongeveer elfduizend gulden, die
op deze wijze aan de militaire kas waren
onttrokken, heeft beklaagde, toen de knoeierij
tenslotte aan het licht was gekomen, bijna
achtduizend gulden aan den Staat terug
betaald, doch de overige drieduizend gulden
was niet meer in zyn bezit.
Beklaagde bekende volledig en beriep zich op
zijn precairen financieelen toestand vóór zijn
komst onder de wapenen.
De auditeur-militair, mr. J. S. L. Aghina, had
den indruk, dat beklaagde een nogal luxueus
leven had geleid en dat hij iemand met een
zwak karakter is, die geen kans zag, de vol
doening van zijn schulden, toen hij als kapitein
een behoorlijk salaris genoot, op eerlijke wijze
te regelen.
Spr. achtte den beklaagde onwaardig om
den rang van officier te blijven bekleeden
tf
en hij requireerde diens ontslag uit den
militairen dienst, zoomede een straf van
twee jaren, met aftrek van het voorarrest
van negen maanden en met ontzegging van
de bevoegdheid om later weder bü de krijgs
macht te dienen.
Mr. E. L. van Emden zeide in zijn pleidooi,
dat beklaagde bekend staat als een vlot èh
voortvarend officier, die echter reeds jarenlang
heel erg in de knoei zat, doordat zijn burger
lijke positie hem niet zooveel opleverde als hij
voor het onderhoud van zijn gezin noodig had.
Toen op 10 Mei de oorlog over ons land kwam,
zat beklaagde in Den Bosch reeds vele maan
den in voorarrest en verzocht hij, onmiddeliyk
den stryd te mogen opnemen, doch dat werd
hem niet toegestaan, welke weigering hij zich
terr sterkste heeft aangetrokken, mede omdat
anderen toen wel uit voorarrest werden ont
slagen.
Pleiter noemde het feitelijk tekort 2700,
welke som de beklaagde meent te kunnen terug
betalen, daar hy een vordering van 5000 op
een groothandelaar heeft, die naar zijn indruk
die schuld best zou kunnen voldoen. Bovendien
was beklaagde, voordat hij verleden jaar onder
de wapenen kwam, anderhalf jaar aan de iyn
gehouden door iemand, die hem een behoorlijk
betaalde positie zou verschaffen, doch waarvan
nog steeds niets was gekomen.
Beklaagde ontkende in zyn laatste woord,
luxueus te hebben geleefd.
De Krijgsraad, des namiddags uitspraak in
deze zaak doende, legde den reserve-kapitein
wegens verduistering en valschheid in geschrif
te, zoomede wegens het misbruik maken van
zijn bevoegdheid als ambtenaar, een straf van
een jaar en zes maanden met aftrek van het
voorarrest op, met ontslag uit den militairen
dienst, doch zonder ontzegging van de bevoegd
heid om later by de gewapende macht te die
nen.
Voor den Krygsraad had zich voorts de res.-
kapitein J. H. P. te verantwoorden, die als be
stuurder van een auto op 27 December op den
Woudenbergscheweg nabij de Piramide van
Austerlitz een wielryder had aangereden, met
het gevolg dat deze aan de bekomen verwon
dingen was bezweken.
Beklaagde zei met 50 a 60 KM. gereden te
hebben en den wielrijder op 50 meter afstand
voor den wagen te hebben opgemerkt, doch den
indruk te hebben gehad, dat er voldoende ruimte
was op het pad, waar de wielrijder zich, rechts
van den rijweg, bevond. Langs het hierbedoelde
pad, dat een eind verder overgaat in een wer
kelijk rijwielpad, staan boomen, waarvan op
de plaats, waar de aanrijding geschiedde, een
grondwortel zoodanig uitsteekt, dat de wiel
rijder een onverwachte zwenking naar links
had moeten maken, die hem noodlottig is ge
worden.
De auditeur-militair Was van opvatting, dat
beklaagde met het uitsteken van boomwortels
rekening had moeten houden en dat hij niet
voldoende had opgelet. Spr. eischtè een maand
hechtenis met ontzegging van de bevoegdheid
tot het besturen van motorrijtuigen voor den
tijd van een jaar.
Mr. F. Heemskerk pleitte vrijspraak.
De Krygsraad zal 24 Juli uitspraak doen.
Woensdagochtend liep te Leeuwarden het 1 Vi-
jarig zoontje van de familie Nyp in een onbe
waakt oogenblik uit een voortuin den rijweg op.
Het jongetje kwam onder een groentekar terecht
en werd dermate gewond, dat het spoedig over
leed.
Zooals we reeds meldden, is in het Capucijnen-
klooster te Babberich na een christelijk gedra
gen ïyden, geheel overgegeven aan Gods H. Wil,
tydig voorzien van de H. H. Sacramenten der
Stervenden, overleden Pater Innocentius (in de
wereld J. E. M. Hens). Hij werd geboren te
Zwolle 12 Juni 1874. Op 4 October 1891 trad
hij in de Orde der Minderbroeders Capucijnen,
deed na een jaar noviciaat zijn H. Professie,
werd 7 December 1898 priester gewijd en zou
4 October as. zijn 50-jarig kloosterfeest vieren.
Dit zijn eenvoudige en koele data. Maar daar
langs heeft zich een rijk en werkzaam klooster-
en priesterleven bewogen. Hij is in 1905 het
harde en moeilijke werk begonnen onder de
Nederlanders in Duitschland. Vele jaren lang
leidde hij de afzonderingsdagen voor priesters.
Een groot aandeel had hij in de geestelijke lei
ding van de Fraters van Utrecht. Hoevele on
derwijzers hebben mede aan zijn geestelijke
leiding op de kweekscholen te Hilversum en
Beverwijk hun geestelijke vorming te danken.
Hoevele retraites heeft hy niet gegeven in tal-
looze fraters-, broeders- en zustershuizen. En
daar tusschendoor vele predicaties op Zondagen,
vele veertigurengebeden, missies en andere
oefeningen; vele opwekkingen en vermaningen
in biechtstoel en particuliere gesprekken. En
dit deed hy alles in ijverige voorbereiding, met
groot verantwoordelijkheidsgevoel en in echt
priesterlijken geest.
In den bescheiden kring van de kloosterge
meenschap der Zusters Franciscanessen aan de
Oldenbameveldtstraat (Doddendaal) te Nijmegen
is het zilveren kloosterfeest gevierd van Moeder
Speranda, die in Nijmegen het tegenwoordige
uitgebreide moederhuis stichtte en in andere
plaatsen van het land succursale huizen op
richtte. De Zusters Franciscanessen, die zich
byzonder wijden aan de ziekenverpleging, staan
in Nijmegen en wyde omgeving zeer hoog aan
geschreven als dienstvaardige ziekenverpleegsters,
die in alle rangen en standen en bij alle ge
zindten haar diensten bewijzen. Zq verschijnen
aan elk ziekbed en zijn troosteressen en diena
ressen van allen, die in lichamelijken nood ver-
keeren en aan geestelijken troost behoefte heb
ben. De Zusters van de Doddendaal zyn dan ook
in Nijmegen wat men noemt zeer populair.
Dat bleek by de stille herdenking van het zil
veren feest van Moeder Speranda, die er bijzon
der prijs op gesteld had. dat aan haar jubileum
geen bijzondere ruchtbaarheid gegeven zou wor
den en die van elke officieele huldiging had
afgezien. Des ochtends werd in de rijk getooide
kapel, waar 10-tallen bloemstukken stonden van
dankbare kennissen van het klooster, een plech
tige H. Mis opgedragen door den Weleerw.
Pater M. Bakker O.F.M., kapelaan der St.
Franciscuskerk, die daarby werd geassisteerd
door de Weleerw. Paters Augustijnen M. van
Straten als diaken en drs. L. Hoogeveen als
subdiaken, terwijl de Weleerw. pater V.
Hutjens O.E.S.A., die tijdelijk rector is bij de
Zuters als seremoniarius fungeerde. Onder de
H. Mis hield Pater M. Bakker een hartelijke en
van groote waardeering getuigende toespraak,
waarin hij Moeder Speranda en de Eerw. Zusters
gelukwenschte met dit zilveren feest en de groote
verdiensten van de jubileerende zuster en haar
assistenten in dienst van den charitas stelde. Spr.
hoopte, dat zij onder Gods zegen en tot meerdere
eer van God nog zeer vele jaren in Nijmegen haar
heilzamen arbeid zouden mogen verrichten. Met
deze kerkelijke plechtigheid was het feest eigen-
ïyk afgeloopen. In den loop van den dag kwamen
evenwel nog honderden Nijmegenaren, waar
onder tal van priesters en burgerlijke autoriteiten
aan de Eerw. Zuster hun gelukwenschen aan
bieden. Het aantal bloemstukken was bijna niet
te tellen en sierden de kapel, de gangen en den
refter van het sobere Franciscaansch klooster.
In het bekende openlucht-theater De Doolhof
te Tegelen, heerschte Zondag reeds de echte
Passiespel-sfeer. De honderden medewerkenden
aan de Passiespelen van dit jaar hadden zich
voor de eerste maal getooid in htm kleurrijke
Oostersche kleed; vrouwen en maagden droe
gen bonte hoofddoeken, lansknechten waren in
blinkende hamassen gestoken. Het was voor de
eerste volledige repetitie-in-costuumsvan het
nieuwe Passiespel van Pater Jac. Schreurs MS.C.
In verband met het onzekere weer was de muzi
kale omlijsting, welke verzorgd wordt door het
Symplionie-orkest van t Tegelsche orkest Mig
non, achterwege gelaten. De muziek bij dit pas
sie-drama werd gecomponeerd door den Lim-
burgschen musicus Vemin.
Met veel zorg en groote toewijding en over
gave werd onder leiding van den heer Thijssen,
regisseur het geheele spel „doorgenomen". Slechts
nu en dan werd er een passage herhaald, nadat
technische raadgevingen en aan wijzigingen wa
ren gegeven, vooral de verschillende massa
scènes maakten reeds een diepen indruk op de
genen die het voorrecht hadden deze repetitie
mede te maken. Ook het spel van de verschillen
de nieuwe hoofdspelers wekte veel bewondering.
Volgens een United Press-bericht uit Ban
doeng aan haar bladen blijken 2546 Duitschera
en 372 Nederlandsche Nationaal-Socialisten nog
steeds niet uit de intemeering ontslagen te zijn.
In het plaatskaartenbureau van het station
te Deinum, aan de lijn Leeuwarden-Harlingen,
heeft een inbreker een veertigtal retourkaartjes
tweede klasse, welke men kan gebruiken als een
willekeurige plaatsnaam met inkt wordt inge
vuld, gestolen alsmede een klein bedrag aan
geld.
Dinsdag is de eerste zitting van de Provin
ciale Staten van Drente gehouden, onder leiding
van den Commissaris der Koningin, mr. dr. R.
H. baron de Vos van Steenwijk.
Na opening deelde de voorzitter mede, dat
bericht van verhindering was ingekomen van de
heeren Dieters, Boesjes en Toppeus (N.SB.).
De heer E. R. Aukema uit Roden werd na
onderzoek van zijn geloofsbrieven als lid be-
eedigd. De heer Aukema heeft zitting voor de
AH. partij in de vacature, ontstaan door het
vertrek van den heer K. Gerrits, thans burge
meester van Onstwedde.
De benoeming van een buitengewoon lid van
Ged. Staten werd uitgesteld tot de volgende
vergadering.
Nadat het trekken van de af deelingen was
geschied, werden de verschillende stukken voor
kennisgeving aangenomen of naar de afdeelin-
gen gezonden.
De tweede zomerzitting werd vastgesteld op
Dinsdag 30 Juli om 10 uur.
De commissaris van politie te Schiedam geeft
ieder in overweging, alvorens in relatie te treden
met de C. V. „De Tijdgeest", directeur F. A.
Rensman te Schiedam, zich om nadere inlich
tingen te wenden tot het hoofdbureau van po
litie, Lange Nieuwstraat 55, te Schiedam, afd.
recherche.
In de dagbladen is een advertentie van ge
noemde vennootschap verschenen, waarin hoofd
vertegenwoordigers op vast salaris gevraagd
worden, die echter eerst f 1000 moeten storten
„voor goederen".
Het moet betwijfeld worden, of dit geld inder
daad voor het omschreven doel wordt aange
wend.
Toen vier meisjes in de Maashaven te Rot
terdam naast het zwembad op een vlotje aan
het spelen waren, kantelde dit plotseling. Drie
hunner zagen kans zich zwemmende te redden,
het vierde meisje, de 15-jarige E. van Halen,
verdween echter in de diepte en verdronk.
By beschikking van den secretaris-generaal,
waarnemend hoofd van het departement van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, is in
getrokken de benoeming van dr. D. F. Hupperts,
leeraar aan de R.KHB.S. te Maastricht en het
R.K. Gymnasium aldaar als lid der commissie,
welke dit jaar is belast met het examineeren
van hen, die een acte van bekwaamheid tot het
geven van onderwijs in de Fransche taal wen
schen te verkrygen en is als zoodanig in zijn
plaats benoemd mej. M. C. Corbeau te Rotter
dam.
o
Nadruk verboden
En wat nu? Wat nu? schreeuwde Kron-
tei'g in hoogste opgewondenheid. Wie heeft die
e8els op 't blaadje papier geschreven?
Dat kan ik u vandaag niet zeggen
t ter. Kronberg ging naar huis; zijn gang was
teag
en slepend; er was een onbeschrijfelijke
atheid en onverschilligheid over hem geko-
?ete Hij opende de deur van zyn woning; zijn
bi
- teiotheek en zonk uitgeput achterover in een
«nde sliep reeds; hij begaf zich naar de
clubfauteuil. Slapen, slapen. Maar hij
^den
s, v°elde zich zelfs niet in staat, naar zyn
aaPkamer te gaan en zich uit te kleeden. Wie
•jA1 dat tien dagen geleden gezegd hebben!
bevond hy zich nog op de effen baan van
qd normaal burgerlyk leven; toen was hij nog
verK geen dwaallichtje in den sprookjestuin der
leJteeiding geloktEn nu, nu was die stra-
(j de fata morgana verdwenen in den schoot
I barre woestijn.
^°nberg slaakte weer een diepen zucht in
1 zak ritselde iets: het blaadje papier.
Kronberg haalde het te voorschyn als een
talisman had hij het steeds op zyn hart ge
dragen en nu?Maud Kandrun!
Welk dubbel spel had 't noodlot met hem ge
speeld? Aan welk bedrog was hij ten offer ge
vallen?
Eigenlijk was hem nu alles onverschillig; hij
stond langzaam op, stak een kaars aan, hield
het blaadje papier reeds dicht bij de vlam.
Maar toen begon het watermerk te glimmen,
de roos, de bloem der liefde!
Kronberg liet de hand zinken. Neen niet ver
branden! In die weinige dagen had hij geleerd
te voelen, wat liefde was, en om wille eener
vrouw had hij al het andere vergeten.
Om wille eener vrouw?Neen, om wille
van een hersenschim, van een droombeeld, dat
voor hem nooit vleesch en bloed zou worden....
Donker, smartelijk donker was de ruwe No
vembernacht, gedurende welken Robert Kron
berg met diep gewond hart den terugweg naar
het alledaagsche zocht.
VIII
Riverside Drive is een der heeriykste straten
van New-York. Prachtige paleizen, deftige
smaakvolle villa's vormen de Oostzyde terwyl
de Westzijde bestaat uit wonderschoone, keurig
onderhouden tuinen, die een grootsch park
vormen en zacht afdalen naar den breeden,
statigen Hudson. Over die tuinen heen ziet men
den machtigen stroom, met zyn ontzaglyk
verkeer, en zelfs de drukte aan den overkant
kan men waarnemen.
In het Noordelijk gedeelte van die straat, niet
ver van generaal Grant's grafmonument, welks
witte, hooge, spitse koepel als een vuurtoren
uit de looverzee van 't park komt opduiken,
wordt de aandacht getrokken door een bijzon
der prachtige villa, die wel een paleis mag hee-
ten en door een hoog, kunstig gesmeed en ryk
verguld traliehek van de straat is gescheiden.
't Kon derhalve' niet opvallen, dat 'n elegant
gekleed heer van middelbaren leeftijd, die blijk
baar de nog al stille straat tot plaats voor een
wandeling had gekozen, eenige oogenblikken
vóór de villa bleef staan en ze met belangstel
ling in oogenschouw nam.
Weldra zette hij zijn wandeling voort; maar
ongeveer honderd stappen verder sloeg hy een
weg, die door het park leidde, in, en toen slen
terde hij langs kronkelpaden weer terug tot
dicht bij de villa. Daar zette hij zich op een
bank, stak een sigaar op en verdiepte zich in
het lezen van een dagblad, dat hy uit zijn bin
nenzak had gehaald.
Er was misschien nog geen kwartier verstre
ken, toen een groote, prachtige auto stilhield
voor de villa. Een livreiknecht kwam toegesneld
en opende het hek en eenige minuten later
kwamen een bejaard heer en een jonge dame
naar buiten. De heer moest diep in de zestig
zyn; een bleek, met rimpels doorploegd gelaat
en moede, doffe opgen. Men kreeg den indruk,
dat hij ziekelijk was en die indruk werd nog
versterkt doordat hij in weerwil van het warme,
zonnige weer een kostbare pelsjas droeg.
De jonge dame, die hem vergezelde, was een
opvallende schoonheid met goudblond haar en
groote, lichtgrijze oogen. Beiden droegen zwa-
ren rouw.
Zij namen plaats in den auto, en de dame
wierp met teedere bezorgdheid een reisdeken
over de knieën van den bejaarden man; de
livreibediende sloot met een buiging het portier
en de auto reed met kalme vaart in de richting
van de stad. J
De heer in 't park zat nog altijd op de bank,
schijnbaar in het lezen van zyn dagblad ver
diept....
Ongeveer tien minuten later werd de deur
van 't hek weer geopend en een jonge man,
blykbaar iemand van het dienstpersoneel, liep
de straat op.
Nauwelijks had de heer in 't park hem in het
oog gekregen, of hij stak gauw het dagblad
weer in zijn zak, stond op, nam de houding van
een slenterend wandelaar aan en schreed toe
op den jongeman, die uit de villa was gekomen.
Hij groette beleefd en zei:
Wil het my niet kwalyk nemen, dat ik u
lastig val: ik zou gaarne weten, wien deze
prachtige villa toebehoort.
De jonge man groette op zyn beurt zeer be
leefd en antwoordde:
Den heer John Green.
Zeker een rijk koopman?
Grootindustrieel; ginds, in Jersey-City,
heeft hij zyn machine-fabrieken.
Inderdaad een vorstelijke residentie. O!
Alles getuigt van zeer fijnen smaak, 't Is het
mooiste huis, dat ik tot nu toe te New York
heb gezien.
Is u een vreemdeling?
Ja, een Duitscher, eerst twee dagen gele
den ben ik hier aangekomen. Ik maak een wan
deling in Riverside Drive, omdat mijn reisgids
deze parkstraat afschildert als een der beziens
waardigheden van de reusachtige stad. Zij heeft
trouwens mijn verwachting overtroffen. Maar
het mooiste ervan is deze villa,
Zy is tien jaar geleden gebouwd op ver
langen en volgens aanwijzingen van den jon
genheer Green.
Woont die óók hier?
Hij heeft hier met zijn vader gewoond;
jammer genoeg is hij twee jaren geleden plot
seling gestorven.
Wat jammer!
Ja, 't was verschrikkelijk. De oude heer
kan het niet te boven komen. Hij is sindsdien
heelemaal veranderd.
Was dat de meneer, die een kwartier ge
leden met een jonge dame is uitgereden?
Ja, hy maakt een uitstapje.
Die jonge dame is zeker zijn dochter?
Neen, zijn nicht. De heer Green heeft geen
kinderen meer.
Een elegante dame!
En zoo vriendelijk, heelemaal niet trotsch.
zy is in den rouw; waarschijnlijk wegens
het overlijden van een bloedverwant?
Niet lang geleden heeft zy vader en moe
der verloren. Toen heeft mr. Green haar hier
laten komen.
Zij woonde dus niet te New York?
Neen, ergens in Azië. Mynheer Meingast
is haar gaan halen.
Meingast? Dat is zeker een vriend van
mynheer Green?
Neen, een neef.
Woont die óók hier?
Ja zeker, ginds in den rechtervleugel.
Nu. de villa is groot genoeg.
Dat ben ik met u eens.
Van binnen is ze vermoedelijk niet minder
mooi en smaakvol dan van buiten?
Zij is door de eerste kunstenaars van Ame
rika gedecoreerd.
Dus een echte bezienswaardigheid!
Dat is ze inderdaad.
Zeg, zou 't niet mogelijk zijn, in dat para
dijs een kijkje te gaan nemen?
Neen, ik geloof het niet, dat er kans toe
bestaat.
Ik zal het toch probeeren en mijnheer
Green schriftelijk toegang vragen.
Dat zal u niet baten. Mijnheer Green is
zeer menschenschuw geworden en wil geen
vrienden zien.
Dan zal ik het by mijnheer Meingast pro
beeren.
De jongeman glimlachte.
By hem, zei hy, zoudt u nog minder kans
hebben.
Zoo en waarom?
Mynheer Meingast is nogal trotsch en
heelemaal niet vriendelijk van aard. Trouwens,
hij heeft aan andere dingen te denken.
Wat bedoelt ge?
Ik zinspeel op zyn nichtje, dat hij te Wee-
nen heeft afgehaald.
(Wordt vervolgdJ