De twee Baarles het blad pplEB INVOER VAN DEENSCHE VISCH Passie-spelen Tegelen DONDERDAG 18 JULI 1940 Kerkelijk Leven Laatste repetities begonnen Waar Belgen niet in België kunnen komen Zelfkarnende veehouders en melkslijters EEN VISUM VOOR ITALIë Zoolang dit land zich in staat van oorlog bevindt Brabantsche landelijke industrieën Drukte in manden- en klompen maker sbedrijven GOEDE FRUITOOGST IN HET ZUIDEN Bij aanrijding doodelijk gewond Voorloopig ongeveer 20.000 kilogram per week Rotterdamsche kinderen in Drente Behouden aangekomen FRANSCHE PAMFLETTEN NEERGEKOMEN Schade-enquête Rotterdam Res.-kapitein verduisterde rijksgelden Hij beheerde een kas, welke soms f 100.000.bevatte Aanrijding met doodelijk gevolg Jongetje overreden en gedood PATER INNOCENTIUS O.F.M. CAP. f Rijk klooster- en priester leven afgesloten Zilveren klooster jubileum Herdenking bij de Zuster Fran ciscanessen van de H. Familie GEÏNTERNEERDEN IN NED.-IN Dié SPOORKAARTJES GESTOLEN Was het den inbreker om gratis vacantiereizen te doen? PROVINCIALE STATEN VAN DRENTE W aarschuwing Meisje bij vlotjevaren verdronken UIT DE STAATSCOURANT Onderwijs door Waniek e» Ten Zuiden van de twee Brabantsche steden Breda en Tilburg ligt het merkwaardige twee lingdorp Baarle-Nassau en het Belgische Baarle- Hertog. Eigenlijk is het geen tweelingdorp want de beide Baarle's zijn twee afzonderlijke gemeen ten, een Belgische en een Nederlandsche. Maar de inwoners van „Baöl" worden er maar een enkele maal in het jaar aan herinnerd, dat zij Belg dan wel Nederlander zijn en dat is wan neer het belastingbiljet wordt thuis bezorgd. Overigens weten zij maar nauwelijks, in welke gemeente zij wonen. Men kan een straat van een honderd huizen doorwandelen om beurtelings Wel zes of zeven maal op Belgisch of Neder- landsch grondgebied te belanden. Dit kan men dan ook alleen maar opmaken uit het verschil van huisnummerbordjes. De grenzen zijn er zelfs zoo grillig, dat men in een pension, waar men den nacht zou wenschen door te brengen, met het hoofd in België en met de voeten in Neder land slaapt. Terwijl in een café de grenslijn dwars over het biljart loopt. Eigenlijk liggen er 21 stukjes België daar in de puntzak van Brabant lukraak neergestrooid, 21 grootere of kleinere enclaves, waarvan de Nauwkeurige grenzen alleen maar op de kadas- terkaarten te vinden zijn. In normale tijden is het voor een Nederlan der goed wonen in „Baöl". Alle winkels, ook de Nederlandsche, verkochten er voor den oorlog zoowel Belgische als Nederlandsche levensmid delen en andere artikelen. Natuurlijk kochten de Brabanders er niet de dure margarine van toen gemiddeld 30 cent per half pond, maar de Bel gische „Solo", die maar veertien cent het half Pond kostte. Vanzelfsprekend was die niet zoo goed als het vaderlandsche product, maar ten teinste zeer wel bruikbaar voor braden of bak ken. Met de suiker was het juist hetzelfde, nie- teand die er ook -maar een oogenblik aan dacht, °m andere dan Belgische te koopen, die ook al ruim de helft goedkooper was. Zoo kan men Nog verder gaan als bijv. met het vet, dat ook door de Nederlandsche winkeliers banderole-vrij verkocht mocht worden. Maar de vele voordeelen gelden niet voor alle Baarle-Nassauers. Want zou een inwoner van het acht kilometer verder gelegen kerkdorp het Wagen, om met een pondje suiker van Baarle Naar zijn woonplaats te fietsen, dan liep hij heel veel gevaar, zoowel zijn suiker als het rij wiel in de handen van de kommiezen te moeten achterlaten. De privilegies golden alleen voor hen, die in de bebouwde kom woonden. Wanneer men de beide Baarles is doorgereden, gaat men nog een kwartiertje over Nederlandsch grondgebied, om dan aan de eigenlijke lands grens te komen. Ook weer in normale tijden Was die grens alleen maar te herkennen aan een onopvallend waarschuwingsbord of aan een Paar douaniers, die er kalm in de schaduw hun "hjpke zaten te smoren of die er heelemaal niet te zien waren. Een ieder ging er dan ook rus- 'ig over de grens om zijn zaken in het nabuur land af te doen of een familielid daar te gaan bezoeken zonder ook maar één keer lastig ge vallen te worden. Dat goede leventje is nu ook voorbij. Men behoeft thans niet meer naar de grens te zoeken, want het groot aantal grens bewakers, alsmede de gewapende Duitsche schildwachten zullen het u wel duidelijk maken, hat het alleen maar met een volledig paspoort en gemeentelijk visum mogelijk is, om zijn meisje „aan den overkant" te gaan bezoeken °f bij tante kersen te gaan eten. En welke Baarlenaar houdt er nu van die gewichtige pa- Pieren op na? Voor de Belgische inwoners is het evenmin gemakkelijk de grens te overschrij den. Alleen als men zijn koeien of schapen, die °P een brokje vette wei in het ander land hun sotner doorbrengen, moet gaan verzorgen, kan Ni en wel even „overwippen", zóó onredelijk zijn he grensbeambten nu ook weer niet, maar voor he rest: „geen papieren, dan rechtsomkeert". Dit is wel heel vervelend voor de inwoners van de beide Baarle's, want door onderlinge huwelijken is er nog maar één Baarle meer, baar staatsburgerschap is daarbij niet gekeken ®h het gevolg is, dat de wederzijdsche families 'N Nederland en in België wonen. En die kan teen nu niet zonder meer gaan bezoeken. Handelsrelaties hadden de Baarlenaren even veel in Turnhout als in Breda tusschen welke beide steden zij halverwege wonen. Nu ligt prac- tlsch alleen de weg naar Breda nog maar open. De grootste moeilijkheden zijn echter gelegen 'N de levensmiddelenvoorziening. Afgezien nog Van het feit, dat in België de voorraden veel Geringer zijn dan bij ons, komt erbij, dat de teeest gangbare artikelen op de bon staan. De V'inkeliers krijgen nu te maken met een twee voudig bonnenstelsel, dus dubbele moeilijkheden. Jtedert twee weken ligt de aanvoer uit België pijna stil en tot voor enkele dagen waren de ®olgen, wat bijvoorbeeld de margarine betreft, Aangewezen op het veel duurdere Nederlandsche teoduct. Nu onze boter ook nog maar alleen op bon verkrijgbaar is, zullen de Belgische autori teiten wel heel snel maatregelen moeten nemen. Anders wordt de toestand voor het Belgische Volksdeel zeer moeilijk. Gelukkig heeft „Baöl" maar weinig van de krijgsverrichtingen te lijden gehad. Doch al zou hat zelfs nog het geval zijn geweest, dan zouden ho Baarlenaren even goed hun onverwoestbaar optimisme en levensvreugde bewaard hebben, hio hen nu zoo prachtig zich door de moeilijk heden heen doen slaan. De secretaris-generaal, waarnemend hoofd van Net departement van Landbouw en Visscherij, teaakt in verband met de aankondiging, dat het Aantal zelfkarners sterk beperkt zal worden en dat aan degenen, die niet in het bezit zijn van een karnvergunning, het bereiden van boter niet is toegestaan, bekend, dat zij, die genoodzaakt zijn, de op hun bedrijf ontvangen melk tot boter te verwerken en hun melk niet aan een fabriek kunnen leveren, in het algemeen voor een karn vergunning in aanmerking zullen komen. Indien vóór 18 Juli geen aanvraagformulier voor een karnvergunning is ontvangen, dienen belanghebbenden dit formulier zoo spoedig moge lijk bij de afdeeling Zuivelcontröle der Neder landsche Zuivelcentrale in hun provincie aan te vragen. Deze bedrjjven kunnen, in afwachting van de door de Nederlandsche Zuivelcentrale hierom trent te nemen beslissing, met de bereiding van boter voorloopig doorgaan. De bedrijven, die wel in staat zijn, hun melk aan een fabriek te leveren, komen niet voor een karnvergunning in aanmerking en dienen dus terstond de daarvoor vereischte maatregelen te treffen. Onder fabriek wordt in dit verband verstaan ieder bedrijf, dat voor fabriekmatige verwerking van melk is ingericht. Naar wij vernemen is een visum vereischt voor buitenlandsche reizigers die zich naar Italië wil len begeven, zoolang dit land zich in staat van oorlog bevindt. Deze verplichting geldt voor iedereen zonder uitzondering, derhalve ook voor dienst- en diplo matieke paspoorten. Bedoeld visum wordt verstrekt door de com petente Italiaansche autoriteiten hier te lande. Men bericht ons uit Brabant: Onder de inwerking der omstandigheden kun nen twee landelijke nijverheidstakken in Bra bant, die vele jaren gebukt gingen onder de nadeelige gevolgen van de economische crisis, tot betere bedrijfstoestanden geraken, name lijk de klompenmakerij en de mandenmakerij. Wat de mandenmakerij betreft, deze heeft vooral beteekenis voor een aantal gemeenten in de Langstraat en in de Bommelerwaard. Deze tak van bedrijf heeft steeds een groot afzet gebied gevonden in de fruitstreken, waar de manden werden gebruikt voor het vervoer van fruit. De opkomst der veilingen heeft geleide lijk de mand doen plaats maken voor de kist. Ook voor andere doeleinden werd in plaats van de mand steeds meer de kist gebruikt. Intusschen, nu het hout niet meer op zoo royale wijze voorhanden is als kort geleden, gaat de mand weder voor een deel en geleide lijk hare rechten heroveren. Het gevolg is een opleving der mandenindustrie aan de Brabant sche en Geldersche boorden van de Maas. De mandenindustrie K."P den laatsten tijd vele nieuwe krachten te werk stellen. Ook de Brabantsche klompenmakers kunnen zich in toenemende bedrijfsdrukte verheugen. De gestegen schoenpryzen en de distributie maatregelen t.a.v. het lederen schoeisel schep pen nieuwe mogelijkheden voor het houten schoeisel. VOoral op het platteland is de klomp weer ten zeerste in aanzien gekomen. Zy, die de laatste jaren op de lederen voetbedekking waren overgegaan, voor een deel ook de boe renbevolking, doen thans den klomp weer eer aan. De blinkende zwarte klomp, trots der Bra bantsche boerenvrouw, siert des Zondags weder den voet van den dorpschen kerkganger. Ook de schooljeugd gaat weer in toenemende mate geklompt ter schole. Onder den invloed hiervan konden ook in de klompenindustrie weder vele nieuwe handen werk vinden. Naar men ons uit de Brabantsche fruitcentra bericht, zyn de resultaten van den fruitoogst tot nu toe zeer bevredigend. De kersenoogst gaf in de Brabantsche en Geldersche boomgaard streken een goed beschot en ook het prijsverloop mocht er zijn. Hetzelfde kan van de vroege hard-fruitsoorten worden gezegd. De vroege appelvariëteit Yellow Transparant geeft een ruime opbrengst. De pluk daarvan is in vollen gang. Op de veilingen van den Noord-Brabantschen Christelijken Boeren bond (N.C.B.) betaalt men voor de goede aan voeren tot 20 ct. per kg. Andere vroege appel- en perensoorten beloven eveneens een goed beschot. Wat de najaarssoorten betreft, met name spe ciaal de Bellefleur en Goudreinet, is men in betrokken kringen evenmin pessimistisch. In sommige centra, o.a. de Meierij en het Land van Altena, is men t.a.v. de Goudreinet echter eenigs- zins gereserveerd. De hoofdindruk over de gan- sche linie intusschen is gunstig. De 50-jarige W. de Natris, employé van de Rotterdamsche Bankvereeniging te Eindhoven, die per rijwiel op familiebezoek in Boxtel was geweest, is ter hoogte van de brug over het Wil- helminakanaal onder de gemeente Best aange reden door een auto. De N. werd zoodanig ge wond, dat hij korten tijd later overleed. De Nederlandsche zeevisscherij ligt vrijwel ge heel stil door de oorlogsomstandigheden. Slechts een klein aantal Scheveningsche kustvisschers vaart thans nog uit, doch de vangst bestaat in hoofdzaak uit zeer kleine visschen, doordat het eigenlijke vischwater niet te bereiken is. De puf werd vroeger slechts als veevoeder gebruikt. De prijzen waren zoo laag, dat het niet de moeite loonde om speciaal puf te vangen. Thans brengt zij echter, daar zij wegens gebrek aan zeevisch voor menschelijke consumptie wordt gebruikt, zeer goede prijzen op. Aan de vraag naar zeevisch is hiermede uiteraard niet voldaan. Daarom is met mede werking van de Nederlandsche Visscherij Centrale thans door enkele importeurs te IJmuiden de invoer van Deensche visch wederom krachtig ter hand genomen. De Deensche visschers kunnen in de Oostzee wederom geheel vrij visschen. Aan de Westkust zijn zij gebonden aan de driemijlszone, doch om dat het water aan de Deensche Westkust aan merkelijk dieper is dan aan de Nederlandsche, is dit bezwaar gering. De goede Deensche visch- waters, en daar kunnen de Nederlandsche vis schers van meepraten, liggen vlak onder de kust. Bovendien wordt in Denemarken door kleine schepen met een ingebouwde bun gevlscht. De schepen blijven een tot anderhalven dag weg en brengen levende waar aan den wal. Deze visch is dus van uitstekende kwaliteit. De export naar ons land gaat per vracht auto. De quanta zijn voorloopig nog gering, ongeveer 20.000 kilogram per week. Er worden echter pogingen in het werk gesteld deze hoeveelheden te verhoogen en temeer daar Nederland uitstekende prijzen betaalt, is van weerszijden groote animo voor den import in ons land. Deze invoer is in hoofdzaak te IJmuiden ge concentreerd. Vandaar wordt zij door bestaande instellingen verder gedistribueerd. In hoofdzaak worden schol, kabeljauw, makreel en schar inge voerd. De prijzen zijn, gezien de groote vraag, zeer goed. Een kilogram schol of schar brengt in den groothandel 60 cent op. Voor een kilo gram makreel wordt ongeveer 30 cent betaald. De thans geïmporteerde quanta zijn in ver gelijking met de vraag in normale tijden gering. In de eerste maanden van dit jaar, toen de visscherij reeds onder zeer moeilijke omstan digheden plaats vond, vielen per week gemiddeld 25 trawlers, ieder met 20.000 kilogram aan boord, de haven van IJmuiden binnen. Bovendien brachten de verschillende loggers en kustvis- schersvaartuigen nog ongeveer 200.000 kilogram aan den afslag. Een vierde daarvan werd ge ëxporteerd naar België, Frankrijk en Duitsch- land. De Deensche visschersvloot is te gering om ons land ooit dergelijke hoeveelheden te kunnen bieden. Inmiddels is men te IJmuiden bezig maat regelen te treffen om de visscherij weer te doen herleven. Men onderzoekt of de Ne derlandsche schepen in de Oostzee of de Westelijke Deensche wateren een emplooi kunnen vinden. De visscherij in de binnenwateren beleeft uiteraard thans een gouden tijd. De hoeveelheid snoekbaars, baars en paling, om enkele der voornaamste soorten te noemen, is evenwel te gering om werkelijk een oplossing voor de vraag naar visch te kunnen brengen. De Commissaris der Koningin in de provincie Drente deelt mede, dat de Rotterdamsche kin deren na een goede reis behouden in de pleeg gezinnen zijn aangekomen. Het betreft hier zeventig kinderen, die Woens dagmiddag om vier uur in Meppel met den trein arriveerden. Zij kregen daar een warmen maaltijd, waarna de helft gebaad en naar de pleegouders in de omgeving van deze stad door gezonden werd. De andere kinderen zijn naar Beilen en Assen doorgereisd, uit welke steden zij, na gebaad te hebben, eveneens bij hun tij delijke pleegouders zijn ondergebracht. In een plantsoen te Naarden is Woensdag een ballon gedaald, waaraan een pakket was be- vvestigd, dat uit elkaar viel. Het bavat- te in het Fransch gestelde pamfletten, waarin een kaart van het bezette en onbezette Fran- sche gebied was afgedrukt. Duitsche militaire motorrijders, die den bal lon van de richting Amsterdam waren gevolgd, hebben de voorwerpen in beslag genomen. De Schade-Enquête-Commissie Rotterdam maakt bekend, dat de termijn voor de verkrijg baarstelling van de formulieren aan de hoofd postkantoren en de bijkantoren te Rotterdam alsmede aan de hoofdpostkantoren in de overige deelen des lands is verlengd tot en met 27 Juli 1940. In verband hiermede is de termijn voor het indienen van de enquête-formulieren verlengd tot 1 Augustus as. De in Rotterdam gevestigde inlichtingen- bureaux zullen tot 27 Juli doorgaan met het ver strekken van inlichtingen aan belanghebbenden. In de overige deelen des lands zullen de Scha de-Enquête-Commissies ter plaatse tevens fungeeren als inlichtingenbureaux voor de be langhebbenden, die in Rotterdam schade heb ben geleden. De Krijgsraad te 's-Grarvenhage heeft Woens dag voor het eerst sedert de gebeurtenissen van ruim twee maanden geleden weder een zit ting gehouden. De president, prof. mr. J. M. van Bem- melen, sprak bij den aanvang woorden van eerbied aan de nagedachtenis der gevallen strijders, Wy allen, aldus spr., hebben het gevoel, dat zij niet tevergeefs gevallen zijn erf dat Nederland zyn zelfstandigheid weder zal verkrygen. Behandeld werd de zaak tegen den res.-kapi tein T. L., die beschuldigd werd in de maanden Augustus, September en October van het vori ge jaar, toen hy als commandant van een com pagnie ergens in Brabant het bevel voerde, gel den van den staat te hebben verduisterd tot een bedrag van eenige duizenden guldens. Beklaagde had het beheer over een kas, die somwijlen een ton gouds bevatte, en hij had daaruit herhaalde malen gelden geput om eigen schulden te betalen, o.a. belasting. Daar hy de beschikking had weten te ver krygen over blanco geteekende kwitanties van leveranciers zijner compagnie en hy de be dragen wegens geleverde goederen hooger in vite dan de sommen, waarvoor de levering was geschied, welk verschil hij dan te eigen bate aanwendde, klopte de kas overigens wel, terwijl bij de controle blijkbaar niet was opgevallen, dat de prijzen hooger dan normaal waren. Van de ongeveer elfduizend gulden, die op deze wijze aan de militaire kas waren onttrokken, heeft beklaagde, toen de knoeierij tenslotte aan het licht was gekomen, bijna achtduizend gulden aan den Staat terug betaald, doch de overige drieduizend gulden was niet meer in zyn bezit. Beklaagde bekende volledig en beriep zich op zijn precairen financieelen toestand vóór zijn komst onder de wapenen. De auditeur-militair, mr. J. S. L. Aghina, had den indruk, dat beklaagde een nogal luxueus leven had geleid en dat hij iemand met een zwak karakter is, die geen kans zag, de vol doening van zijn schulden, toen hij als kapitein een behoorlijk salaris genoot, op eerlijke wijze te regelen. Spr. achtte den beklaagde onwaardig om den rang van officier te blijven bekleeden tf en hij requireerde diens ontslag uit den militairen dienst, zoomede een straf van twee jaren, met aftrek van het voorarrest van negen maanden en met ontzegging van de bevoegdheid om later weder bü de krijgs macht te dienen. Mr. E. L. van Emden zeide in zijn pleidooi, dat beklaagde bekend staat als een vlot èh voortvarend officier, die echter reeds jarenlang heel erg in de knoei zat, doordat zijn burger lijke positie hem niet zooveel opleverde als hij voor het onderhoud van zijn gezin noodig had. Toen op 10 Mei de oorlog over ons land kwam, zat beklaagde in Den Bosch reeds vele maan den in voorarrest en verzocht hij, onmiddeliyk den stryd te mogen opnemen, doch dat werd hem niet toegestaan, welke weigering hij zich terr sterkste heeft aangetrokken, mede omdat anderen toen wel uit voorarrest werden ont slagen. Pleiter noemde het feitelijk tekort 2700, welke som de beklaagde meent te kunnen terug betalen, daar hy een vordering van 5000 op een groothandelaar heeft, die naar zijn indruk die schuld best zou kunnen voldoen. Bovendien was beklaagde, voordat hij verleden jaar onder de wapenen kwam, anderhalf jaar aan de iyn gehouden door iemand, die hem een behoorlijk betaalde positie zou verschaffen, doch waarvan nog steeds niets was gekomen. Beklaagde ontkende in zyn laatste woord, luxueus te hebben geleefd. De Krijgsraad, des namiddags uitspraak in deze zaak doende, legde den reserve-kapitein wegens verduistering en valschheid in geschrif te, zoomede wegens het misbruik maken van zijn bevoegdheid als ambtenaar, een straf van een jaar en zes maanden met aftrek van het voorarrest op, met ontslag uit den militairen dienst, doch zonder ontzegging van de bevoegd heid om later by de gewapende macht te die nen. Voor den Krygsraad had zich voorts de res.- kapitein J. H. P. te verantwoorden, die als be stuurder van een auto op 27 December op den Woudenbergscheweg nabij de Piramide van Austerlitz een wielryder had aangereden, met het gevolg dat deze aan de bekomen verwon dingen was bezweken. Beklaagde zei met 50 a 60 KM. gereden te hebben en den wielrijder op 50 meter afstand voor den wagen te hebben opgemerkt, doch den indruk te hebben gehad, dat er voldoende ruimte was op het pad, waar de wielrijder zich, rechts van den rijweg, bevond. Langs het hierbedoelde pad, dat een eind verder overgaat in een wer kelijk rijwielpad, staan boomen, waarvan op de plaats, waar de aanrijding geschiedde, een grondwortel zoodanig uitsteekt, dat de wiel rijder een onverwachte zwenking naar links had moeten maken, die hem noodlottig is ge worden. De auditeur-militair Was van opvatting, dat beklaagde met het uitsteken van boomwortels rekening had moeten houden en dat hij niet voldoende had opgelet. Spr. eischtè een maand hechtenis met ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor den tijd van een jaar. Mr. F. Heemskerk pleitte vrijspraak. De Krygsraad zal 24 Juli uitspraak doen. Woensdagochtend liep te Leeuwarden het 1 Vi- jarig zoontje van de familie Nyp in een onbe waakt oogenblik uit een voortuin den rijweg op. Het jongetje kwam onder een groentekar terecht en werd dermate gewond, dat het spoedig over leed. Zooals we reeds meldden, is in het Capucijnen- klooster te Babberich na een christelijk gedra gen ïyden, geheel overgegeven aan Gods H. Wil, tydig voorzien van de H. H. Sacramenten der Stervenden, overleden Pater Innocentius (in de wereld J. E. M. Hens). Hij werd geboren te Zwolle 12 Juni 1874. Op 4 October 1891 trad hij in de Orde der Minderbroeders Capucijnen, deed na een jaar noviciaat zijn H. Professie, werd 7 December 1898 priester gewijd en zou 4 October as. zijn 50-jarig kloosterfeest vieren. Dit zijn eenvoudige en koele data. Maar daar langs heeft zich een rijk en werkzaam klooster- en priesterleven bewogen. Hij is in 1905 het harde en moeilijke werk begonnen onder de Nederlanders in Duitschland. Vele jaren lang leidde hij de afzonderingsdagen voor priesters. Een groot aandeel had hij in de geestelijke lei ding van de Fraters van Utrecht. Hoevele on derwijzers hebben mede aan zijn geestelijke leiding op de kweekscholen te Hilversum en Beverwijk hun geestelijke vorming te danken. Hoevele retraites heeft hy niet gegeven in tal- looze fraters-, broeders- en zustershuizen. En daar tusschendoor vele predicaties op Zondagen, vele veertigurengebeden, missies en andere oefeningen; vele opwekkingen en vermaningen in biechtstoel en particuliere gesprekken. En dit deed hy alles in ijverige voorbereiding, met groot verantwoordelijkheidsgevoel en in echt priesterlijken geest. In den bescheiden kring van de kloosterge meenschap der Zusters Franciscanessen aan de Oldenbameveldtstraat (Doddendaal) te Nijmegen is het zilveren kloosterfeest gevierd van Moeder Speranda, die in Nijmegen het tegenwoordige uitgebreide moederhuis stichtte en in andere plaatsen van het land succursale huizen op richtte. De Zusters Franciscanessen, die zich byzonder wijden aan de ziekenverpleging, staan in Nijmegen en wyde omgeving zeer hoog aan geschreven als dienstvaardige ziekenverpleegsters, die in alle rangen en standen en bij alle ge zindten haar diensten bewijzen. Zq verschijnen aan elk ziekbed en zijn troosteressen en diena ressen van allen, die in lichamelijken nood ver- keeren en aan geestelijken troost behoefte heb ben. De Zusters van de Doddendaal zyn dan ook in Nijmegen wat men noemt zeer populair. Dat bleek by de stille herdenking van het zil veren feest van Moeder Speranda, die er bijzon der prijs op gesteld had. dat aan haar jubileum geen bijzondere ruchtbaarheid gegeven zou wor den en die van elke officieele huldiging had afgezien. Des ochtends werd in de rijk getooide kapel, waar 10-tallen bloemstukken stonden van dankbare kennissen van het klooster, een plech tige H. Mis opgedragen door den Weleerw. Pater M. Bakker O.F.M., kapelaan der St. Franciscuskerk, die daarby werd geassisteerd door de Weleerw. Paters Augustijnen M. van Straten als diaken en drs. L. Hoogeveen als subdiaken, terwijl de Weleerw. pater V. Hutjens O.E.S.A., die tijdelijk rector is bij de Zuters als seremoniarius fungeerde. Onder de H. Mis hield Pater M. Bakker een hartelijke en van groote waardeering getuigende toespraak, waarin hij Moeder Speranda en de Eerw. Zusters gelukwenschte met dit zilveren feest en de groote verdiensten van de jubileerende zuster en haar assistenten in dienst van den charitas stelde. Spr. hoopte, dat zij onder Gods zegen en tot meerdere eer van God nog zeer vele jaren in Nijmegen haar heilzamen arbeid zouden mogen verrichten. Met deze kerkelijke plechtigheid was het feest eigen- ïyk afgeloopen. In den loop van den dag kwamen evenwel nog honderden Nijmegenaren, waar onder tal van priesters en burgerlijke autoriteiten aan de Eerw. Zuster hun gelukwenschen aan bieden. Het aantal bloemstukken was bijna niet te tellen en sierden de kapel, de gangen en den refter van het sobere Franciscaansch klooster. In het bekende openlucht-theater De Doolhof te Tegelen, heerschte Zondag reeds de echte Passiespel-sfeer. De honderden medewerkenden aan de Passiespelen van dit jaar hadden zich voor de eerste maal getooid in htm kleurrijke Oostersche kleed; vrouwen en maagden droe gen bonte hoofddoeken, lansknechten waren in blinkende hamassen gestoken. Het was voor de eerste volledige repetitie-in-costuumsvan het nieuwe Passiespel van Pater Jac. Schreurs MS.C. In verband met het onzekere weer was de muzi kale omlijsting, welke verzorgd wordt door het Symplionie-orkest van t Tegelsche orkest Mig non, achterwege gelaten. De muziek bij dit pas sie-drama werd gecomponeerd door den Lim- burgschen musicus Vemin. Met veel zorg en groote toewijding en over gave werd onder leiding van den heer Thijssen, regisseur het geheele spel „doorgenomen". Slechts nu en dan werd er een passage herhaald, nadat technische raadgevingen en aan wijzigingen wa ren gegeven, vooral de verschillende massa scènes maakten reeds een diepen indruk op de genen die het voorrecht hadden deze repetitie mede te maken. Ook het spel van de verschillen de nieuwe hoofdspelers wekte veel bewondering. Volgens een United Press-bericht uit Ban doeng aan haar bladen blijken 2546 Duitschera en 372 Nederlandsche Nationaal-Socialisten nog steeds niet uit de intemeering ontslagen te zijn. In het plaatskaartenbureau van het station te Deinum, aan de lijn Leeuwarden-Harlingen, heeft een inbreker een veertigtal retourkaartjes tweede klasse, welke men kan gebruiken als een willekeurige plaatsnaam met inkt wordt inge vuld, gestolen alsmede een klein bedrag aan geld. Dinsdag is de eerste zitting van de Provin ciale Staten van Drente gehouden, onder leiding van den Commissaris der Koningin, mr. dr. R. H. baron de Vos van Steenwijk. Na opening deelde de voorzitter mede, dat bericht van verhindering was ingekomen van de heeren Dieters, Boesjes en Toppeus (N.SB.). De heer E. R. Aukema uit Roden werd na onderzoek van zijn geloofsbrieven als lid be- eedigd. De heer Aukema heeft zitting voor de AH. partij in de vacature, ontstaan door het vertrek van den heer K. Gerrits, thans burge meester van Onstwedde. De benoeming van een buitengewoon lid van Ged. Staten werd uitgesteld tot de volgende vergadering. Nadat het trekken van de af deelingen was geschied, werden de verschillende stukken voor kennisgeving aangenomen of naar de afdeelin- gen gezonden. De tweede zomerzitting werd vastgesteld op Dinsdag 30 Juli om 10 uur. De commissaris van politie te Schiedam geeft ieder in overweging, alvorens in relatie te treden met de C. V. „De Tijdgeest", directeur F. A. Rensman te Schiedam, zich om nadere inlich tingen te wenden tot het hoofdbureau van po litie, Lange Nieuwstraat 55, te Schiedam, afd. recherche. In de dagbladen is een advertentie van ge noemde vennootschap verschenen, waarin hoofd vertegenwoordigers op vast salaris gevraagd worden, die echter eerst f 1000 moeten storten „voor goederen". Het moet betwijfeld worden, of dit geld inder daad voor het omschreven doel wordt aange wend. Toen vier meisjes in de Maashaven te Rot terdam naast het zwembad op een vlotje aan het spelen waren, kantelde dit plotseling. Drie hunner zagen kans zich zwemmende te redden, het vierde meisje, de 15-jarige E. van Halen, verdween echter in de diepte en verdronk. By beschikking van den secretaris-generaal, waarnemend hoofd van het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, is in getrokken de benoeming van dr. D. F. Hupperts, leeraar aan de R.KHB.S. te Maastricht en het R.K. Gymnasium aldaar als lid der commissie, welke dit jaar is belast met het examineeren van hen, die een acte van bekwaamheid tot het geven van onderwijs in de Fransche taal wen schen te verkrygen en is als zoodanig in zijn plaats benoemd mej. M. C. Corbeau te Rotter dam. o Nadruk verboden En wat nu? Wat nu? schreeuwde Kron- tei'g in hoogste opgewondenheid. Wie heeft die e8els op 't blaadje papier geschreven? Dat kan ik u vandaag niet zeggen t ter. Kronberg ging naar huis; zijn gang was teag en slepend; er was een onbeschrijfelijke atheid en onverschilligheid over hem geko- ?ete Hij opende de deur van zyn woning; zijn bi - teiotheek en zonk uitgeput achterover in een «nde sliep reeds; hij begaf zich naar de clubfauteuil. Slapen, slapen. Maar hij ^den s, v°elde zich zelfs niet in staat, naar zyn aaPkamer te gaan en zich uit te kleeden. Wie •jA1 dat tien dagen geleden gezegd hebben! bevond hy zich nog op de effen baan van qd normaal burgerlyk leven; toen was hij nog verK geen dwaallichtje in den sprookjestuin der leJteeiding geloktEn nu, nu was die stra- (j de fata morgana verdwenen in den schoot I barre woestijn. ^°nberg slaakte weer een diepen zucht in 1 zak ritselde iets: het blaadje papier. Kronberg haalde het te voorschyn als een talisman had hij het steeds op zyn hart ge dragen en nu?Maud Kandrun! Welk dubbel spel had 't noodlot met hem ge speeld? Aan welk bedrog was hij ten offer ge vallen? Eigenlijk was hem nu alles onverschillig; hij stond langzaam op, stak een kaars aan, hield het blaadje papier reeds dicht bij de vlam. Maar toen begon het watermerk te glimmen, de roos, de bloem der liefde! Kronberg liet de hand zinken. Neen niet ver branden! In die weinige dagen had hij geleerd te voelen, wat liefde was, en om wille eener vrouw had hij al het andere vergeten. Om wille eener vrouw?Neen, om wille van een hersenschim, van een droombeeld, dat voor hem nooit vleesch en bloed zou worden.... Donker, smartelijk donker was de ruwe No vembernacht, gedurende welken Robert Kron berg met diep gewond hart den terugweg naar het alledaagsche zocht. VIII Riverside Drive is een der heeriykste straten van New-York. Prachtige paleizen, deftige smaakvolle villa's vormen de Oostzyde terwyl de Westzijde bestaat uit wonderschoone, keurig onderhouden tuinen, die een grootsch park vormen en zacht afdalen naar den breeden, statigen Hudson. Over die tuinen heen ziet men den machtigen stroom, met zyn ontzaglyk verkeer, en zelfs de drukte aan den overkant kan men waarnemen. In het Noordelijk gedeelte van die straat, niet ver van generaal Grant's grafmonument, welks witte, hooge, spitse koepel als een vuurtoren uit de looverzee van 't park komt opduiken, wordt de aandacht getrokken door een bijzon der prachtige villa, die wel een paleis mag hee- ten en door een hoog, kunstig gesmeed en ryk verguld traliehek van de straat is gescheiden. 't Kon derhalve' niet opvallen, dat 'n elegant gekleed heer van middelbaren leeftijd, die blijk baar de nog al stille straat tot plaats voor een wandeling had gekozen, eenige oogenblikken vóór de villa bleef staan en ze met belangstel ling in oogenschouw nam. Weldra zette hij zijn wandeling voort; maar ongeveer honderd stappen verder sloeg hy een weg, die door het park leidde, in, en toen slen terde hij langs kronkelpaden weer terug tot dicht bij de villa. Daar zette hij zich op een bank, stak een sigaar op en verdiepte zich in het lezen van een dagblad, dat hy uit zijn bin nenzak had gehaald. Er was misschien nog geen kwartier verstre ken, toen een groote, prachtige auto stilhield voor de villa. Een livreiknecht kwam toegesneld en opende het hek en eenige minuten later kwamen een bejaard heer en een jonge dame naar buiten. De heer moest diep in de zestig zyn; een bleek, met rimpels doorploegd gelaat en moede, doffe opgen. Men kreeg den indruk, dat hij ziekelijk was en die indruk werd nog versterkt doordat hij in weerwil van het warme, zonnige weer een kostbare pelsjas droeg. De jonge dame, die hem vergezelde, was een opvallende schoonheid met goudblond haar en groote, lichtgrijze oogen. Beiden droegen zwa- ren rouw. Zij namen plaats in den auto, en de dame wierp met teedere bezorgdheid een reisdeken over de knieën van den bejaarden man; de livreibediende sloot met een buiging het portier en de auto reed met kalme vaart in de richting van de stad. J De heer in 't park zat nog altijd op de bank, schijnbaar in het lezen van zyn dagblad ver diept.... Ongeveer tien minuten later werd de deur van 't hek weer geopend en een jonge man, blykbaar iemand van het dienstpersoneel, liep de straat op. Nauwelijks had de heer in 't park hem in het oog gekregen, of hij stak gauw het dagblad weer in zijn zak, stond op, nam de houding van een slenterend wandelaar aan en schreed toe op den jongeman, die uit de villa was gekomen. Hij groette beleefd en zei: Wil het my niet kwalyk nemen, dat ik u lastig val: ik zou gaarne weten, wien deze prachtige villa toebehoort. De jonge man groette op zyn beurt zeer be leefd en antwoordde: Den heer John Green. Zeker een rijk koopman? Grootindustrieel; ginds, in Jersey-City, heeft hij zyn machine-fabrieken. Inderdaad een vorstelijke residentie. O! Alles getuigt van zeer fijnen smaak, 't Is het mooiste huis, dat ik tot nu toe te New York heb gezien. Is u een vreemdeling? Ja, een Duitscher, eerst twee dagen gele den ben ik hier aangekomen. Ik maak een wan deling in Riverside Drive, omdat mijn reisgids deze parkstraat afschildert als een der beziens waardigheden van de reusachtige stad. Zij heeft trouwens mijn verwachting overtroffen. Maar het mooiste ervan is deze villa, Zy is tien jaar geleden gebouwd op ver langen en volgens aanwijzingen van den jon genheer Green. Woont die óók hier? Hij heeft hier met zijn vader gewoond; jammer genoeg is hij twee jaren geleden plot seling gestorven. Wat jammer! Ja, 't was verschrikkelijk. De oude heer kan het niet te boven komen. Hij is sindsdien heelemaal veranderd. Was dat de meneer, die een kwartier ge leden met een jonge dame is uitgereden? Ja, hy maakt een uitstapje. Die jonge dame is zeker zijn dochter? Neen, zijn nicht. De heer Green heeft geen kinderen meer. Een elegante dame! En zoo vriendelijk, heelemaal niet trotsch. zy is in den rouw; waarschijnlijk wegens het overlijden van een bloedverwant? Niet lang geleden heeft zy vader en moe der verloren. Toen heeft mr. Green haar hier laten komen. Zij woonde dus niet te New York? Neen, ergens in Azië. Mynheer Meingast is haar gaan halen. Meingast? Dat is zeker een vriend van mynheer Green? Neen, een neef. Woont die óók hier? Ja zeker, ginds in den rechtervleugel. Nu. de villa is groot genoeg. Dat ben ik met u eens. Van binnen is ze vermoedelijk niet minder mooi en smaakvol dan van buiten? Zij is door de eerste kunstenaars van Ame rika gedecoreerd. Dus een echte bezienswaardigheid! Dat is ze inderdaad. Zeg, zou 't niet mogelijk zijn, in dat para dijs een kijkje te gaan nemen? Neen, ik geloof het niet, dat er kans toe bestaat. Ik zal het toch probeeren en mijnheer Green schriftelijk toegang vragen. Dat zal u niet baten. Mijnheer Green is zeer menschenschuw geworden en wil geen vrienden zien. Dan zal ik het by mijnheer Meingast pro beeren. De jongeman glimlachte. By hem, zei hy, zoudt u nog minder kans hebben. Zoo en waarom? Mynheer Meingast is nogal trotsch en heelemaal niet vriendelijk van aard. Trouwens, hij heeft aan andere dingen te denken. Wat bedoelt ge? Ik zinspeel op zyn nichtje, dat hij te Wee- nen heeft afgehaald. (Wordt vervolgdJ

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3