De katholieke voetbalclubs in
het nieuwe verband
Thans wint Heinz Baumgarten
de 100 meter
Laatste offensief op Feijenoords
leiderspositie ingezet
TOONTJE VAN TEUTEN
Karakter aan bonden en vereenigingen zelfs
niet in het kleinste onderdeel aangetast
Lager voetbal blijft in
de diocesane
kring
en
Heracles en Blauw-Wit
winnen
Thans weer een zege van
Schulte op v. d. Voort
MAANDAG 5 AUGUSTUS 1940
Barones Spencer Nederlandsch
kampioen
De kampioensronde
NOTA EN 0SENDARP
GESLAGEN
HET HUIS
PAARDENSPORT
Samenvatting
Andere takken van sport
ATHLETIEK
Duitschland wint van Italië
HeraclesJuliana 20
G.V.A.V.—Blauw-Wit 1—2
Het verdere programma
De resultaten
WIELRENNEN
Koppelwedstrijd vooi
SchulteBoeijen
Jan Pijnenburg rijdt zijn
afscheidswedstrijd
DAMMEN
CLUBKAMPIOENSGHAP
VAN NEDERLAND
DUIZEND KAARSEN
Nu volgens een officieele mede-
deeling van de nationale stichting
ter bevordering van de lichamelijke
opvoeding de fusie bij de voetbal
sport een feit is geworden, hebben
zeer velen zich afgevraagd, wat nu
wel de gevolgen zijn van een der
gelijk ingrijpend besluit in ons na
tionale sportleven, in het bijzonder
voor wat betreft den tak voetbal.
In verband hiermede hebben wij een onder-
Eehad met den burgemeester van Veenendaal,
ttr. J. J. P. C. van Kuyk, den voorzitter van
de stichting ter bevordering van de lichame
lijke opvoeding, die op instigatie van den secre
taris-generaal van het departement van Onder-
Wijs, Kunsten en Wetenschappen, prof. dr. G.
A. van Poelje, en aangewezen door het rijks
college voor de lichamelijke opvoeding, op
hieuw het initiatief heeft genomen om te ko
nten tot de gewenschte concentratie der ver
schillende bij de voetbalsport betrokken bon
den en federaties.
In dit onderhoud heeft mr. van Kuyk ver
schillende belangrijke aangelegenheden ten
aanzien van de doelstelling en de gevolgen van
de gewenschte concentratie op klare wijze uit
eengezet, waardoor tal van tot nu toe nog
steeds duister gebleven problemen tot klaar
heid zijn gekomen.
De materie, waarover ik u thans het een en
ander ga mededeelen, aldus ving mr. van
Kuyk zijn betoog (aan, is, zooals in de afgeloo-
pen weken reeds meer dan eens is gebleken,
niet alleen bijzonder actueel, doch ook van het
hoogste belang voor ons nationaal sportleven.
De bezwaren, welke eertijds tegen een fusie
bestonden, kwamen bij de besprekingen na
tuurlijk terstond opnieuw naar voren. Veel
overleg is er noodig geweest om tenslotte tot de
inmiddels bereikte oplossing te komen.
Zeer belangrijk was wel de noodzakelijkheid,
dat wij oa. ten aanzien van de R. K. federatie
voorop dienden te stellen, dat aan het karakter
van de bonden en de vereenigingen niet getornd
kon worden. Uitgaande van dit eenige gezonde
standpunt, moesten wü dus onder alle omstan
digheden rekening houden met het karakter
van de bij deze fusie betrokken bonden en ver
eenigingen. Daarorti hebben wij begrijpelijk lang
stil gestaan bij de oplossing van dit probleem
voor de R. K. federatie, waarbij rekening ge
houden niocst worden met tal van wenschen
Van R. K. zijde. Het is ons evenwel toch nog
spoedig gelukt tot een uitstekende oplossing
Van de moeilijkheden te komen, waardoor het
mogelijk is gebleken tot een fusie te komen,
zonder dat ook maar in een klein onderdeel af
breuk behoefde te worden gedaan aan het ka-
Vakter der bonden en vereenigingen, dus waar
bij men zich hoofdzakelijk heeft bepaald tot
De uitslagen van de coursus te Duindigt zijn
als volgt:
Kampioenschap van Nederland vooi Neder-
landsche paarden: 11a 3 heats gewonnen door
Barones Spencer van S &1 Hollandia te Naarden
ir. 1.25.9.
Faust-prijs taanm C. gmgsdraverij Ce klasse
Voor paarden van 4 jaai en oude-, die ln 1940
nog geen eersten prijs hebben gewonnen)eerste
prijs Charles Scott van H. Timmer rn-.a te Ol-
deholtwoli?, kilometer'üd 1.32.2.
Figaro-prijs (handicap-draverij le klasse
vcor paarden van leden der Nederlandse)ie heir-
rijdersclub, gereden cioor werkende leden diei
club)gewonnen door Y Kernei van J. Haan
Jzn. te Wijde Wormer. Kilometertijd 1.29.7.
Fideiio-prijs prijzenciavery 3e en 4e klasse):
gewonnen door Boyke Norton van stal Hollan
dia te Naarde KiiOn-etertyd 1.27.5.
Farandole-prijs '.ren op de vlakke baan voor
Paarden van 3 jaar en ouder)gewonnen door
Zuenoula van E. A. H. B Graaf van Byiandt
te Den Haag. Kilometertijd 2.14.
een fusie ten aanzien van de beoefening van
de sport (wedstrijdwezen).
Hieruit volgt dus, dat het niet in de bedoe
ling heeft gelegen en het ook niet de be
doeling kan zijn in de toekomst, dat de
bonden eventueel de vereenigingen op zich
zelf ophouden te bestaan.
Er bestaat in de toekomst geen enkel be
zwaar tegen het voortbestaan van deze bonden
en vereenigingen, vooral als men rekening houdt
met de omstandigheid, dqt voor wat betreft
de lagere elftallen men automatisch' terecht
komt op het terrein van de jeugdorganisaties.
Ten aanzien van het jeugdvraagstuk hebben
wij' geen enkele bemoeienis. Deze materie res
sorteert bij de centrale jeugdraad.
Men kan dus veilig aannemen, dat voorloopig
althans voor de lagere elftallen de toestand
blijft zooals deze tot op den dag van heden
was. Bovendien is de tijd te kort om ook voor
de lagere regionen nog dusdanige maatregelen
te treffen om tijdig gereed te zijn voor het
nieuwe seizoen.
Ten aanzien van de R. K. federatie en het
zelfde geldt ook voor de andere bonden, doch
dan naar omstandigheden eenigszins gewijzigd,
kan dus de thans tot stand gekomen fusie^en
de gevolgen daarvan, als volgt worden samen
gevat.
Alle landelijke voetbalbonden zijn tot één
Nederlandschen Voetbalbond samengesmolten.
Daaruit volgt, dat de R. K. Federatie van voet
balbonden (RKF) en-de Interdiocesane Compe
titie Voetbalbond (I.V.C.B.) hun competitie spe
len in nationaal verband dus in den dezer dagen
nieuw opgerichten nationalen Nederlandschen
Voetbalbond; er is echter geen katholieke ver-
eeniging ontbonden. Deze blijven ook in de
nieuwe concentratie onverminderd voortbestaan.
Zij behouden dus dezelfde rechten en plichten
als in het verleden. Waar het hoogere voetbal
is ingedeeld in de landelijke competitie van den
nieuwen Nederlandschen Voetbalbond, zal daaren
tegen voor het lagere voetbal (dat tot nog toe
uitkwam in de desbetreffende diocesane bon
den), de mogelijkheid blijven bestaan om krings
gewijze, zooals voorheev een competitie te blij
ven spelen tusschen katholieke vereenigingen bij
den kring aangesloten en onder katholieke lei
ding. dus geheel overeenkomstig de oude toe
stand.
Het kan dus voorkomen, dat het eerste elftal
van een katholieke vereenig ing, dat vroeger uit
kwam in de eerste klasse van den I.V.C.B., in
het komende seizoen uitkomt in de competitie
van den Nederlandschen Voetbalbond, terwijl een
lager elftal van dezelfde vereeniging van de
thans tot stand gekomen fusie niets bemerkt,
omdat het zooals voorheen wederom normaal uit
komt in de competitie van het diocees waaronder
de vereeniging ressorteert, dus geheel in katho
liek verhand. De katholieke kriygen zijn evenwel
in de toekomst wel aangesloten bij het nationale
verband.
Vereenigingen die behalve voetbal ook nog an
dere takken van sport beoefenen, zullen aus zoo
als boven omschreven voor wat betreft voetbal
rekening hebben te houden met den N.VB., doch
verder volkomen onafhankelijk voort kunnen
werken aan datgene wat met zulk een voort
varendheid werd opgebouwd en met zulke groote
financieele offers tot stand Is gekomen. Het zou
hoogst onrechtvaardig geweest zijn, indien wij
ons ten dien aanzien rechten hadden aangematigd
welke geheel buiten onze competentie liggen.
Bovendien zouden de moeilijkheden, welke nu vrij
spoedig konden worden overwonnen, dan abso
luut niet te overbruggen zijn geweest en de voor.
gestelde fusie nooit tot stand zijn gekomen. On
gestraft kan men het karakter van een vereeni
ging nu eenmaal in ons volksbestaan niet aan
tasten.
Tenslotte moet men er wel rekening mede
houden, dat wat nu ten aanzien van de voetbal
tot stand is gekomen, niet als richtlijn kan wor
den gebruikt ten aanzien van de fusie van de
andere sporten. Iedere tak van sport heeft'bij-
zondere kenmerkende moeilijkheden, zoodat voor
iederen tak van sport eenzelfde procedure met
langdurige besprekingen en zeer taktische onder
handelingen zullen moeten worden gevoerd.
Nauwkeurig, meet worden nagegaan, welke oor
zaken hebben geleid tot de versnippering, welke
thans teniet gedaan dienen te worden Evenals bij
de voetbalsport blijken de afgevaardigden van
de andere takken van sport met dezelfde goede
geest bezield te zijn.
Het kan ook niet anders, want bij de voor
besprekingen stellen wij de volgende richtlijnen
cp den voorgrond:
1. Van het clubleven dient te worden afgeble
ven.
2. Particuliere vereenigingen en instellingen
hebben het recht zelf aan te wijzen, wie zij als
leden wenschen toe te later, en hoe haar eigen
financiën te beheeren. Overheidsbemoeiing in
dezen is absoluut overbodig. Iedere club behoudt
haar eigen samenstelling en richt haar eigen
spel in.
Na het voetbal volgt de wandelsport en na de
wandelsport zal de gymnastiek aan de b:urt
komen, mogelijk gevolgd door de athletiek. Dan
zijn er neg verschillende andere takken van
sport, waarvan op een of andere wijze het ver
zoek is binnengekomen om ook hierin regelend
op te treden, zooals wielrennen, zwemmen,
krachtsport, tafeltennis en handboogschieten.
De landenwedstrijd tusschen Duitschland en
Italië is door Duitschland gewonnen met 104
punten tegen 74 punten.
De meest belangwekkende strijd van den eer
sten dag was ongetwijfeld die tusschen Harbig
en Lanzi. Na een spannenden strijd gelukte het
den Duitscher mét een fraaie eindspurt in den
zeer goeden tijd van 47 seconden te winnen.
Ook op de 800 Meter moest de Italiaan de meer
derheid erkennen van Harbig. Met bijna lVj
sec. voorsprong ging de Duitscher als eerste
over de eindstreep.
Na het falen van Feiienoord in
zijn beide laatste wedstrijden, is gis
teren door de andere vier kam
pioenen, voor zoover deze nog kan
sen hadden, een nieuwe poging op
touw gezet om de positie van de
Rotterdammers aan te tasten. Merk
waardigerwijs heeft de eerste gega
digde Juliana de plank misgespron-
gen door met 2-0 van Heracles te
verliezen en dus den Oostelijken
kampioenen, tezamen met Blauw-
Wit, dat met 2-1 in Groningen won,
voorloopig de beste kansen te geven.
Intusschen zijn deze resultaten weer juist
in de kaart van Feijenoord, omdat het peleton
der drie, practisch slechts één punt van zijn
achterstand heeft kunnen inloopen. Blauw-Wit
heeft weliswaar slechts één punt minder dan
de leiders, maar daar speelde het ook een wed
strijd meer voor.
De stand Is nu:
Feijenoord
Blauw-Wit
Heracles
Juliana
G. V. A. V.
Ondanks de warme temperatuur is de wed
strijd tusschen Heracles en Juliana toch een
ontmoeting van goed gehalte geworden. De over
winning van Heracles met 20 mag verdiend
genoemd worden, dank zij een beter afwerken
van de aanvallen en meer schotvaardigheid in
de voorhoede dan bij Juliana. i
Het eerste kwartier was Juliana het meest in
den aanval. Dekkers kreeg eenige gevaarlijke
schoten op zijn doel. Gaandeweg kwam Heracles
er echter beter ln en werd het een gelijk op
gaande strijd. Üe eerste helft scheen puntloos
te zullen eindigen, wat de verhouding in het veld
vrij goed weergegeven zou hebben, doch vlak
voor de rust werkte van der Veen, die heelemaal
6
4
1
1
9
17—12
7
3
2
2
8
18—13
6
3
1
2
7
13—11
6
2
2
2
6
13—17
7
0
2
5
2
11—19
op de rechtervleugel terecht was gekomen, zich
door de Julianaverdediging heen en gaf een af
gemeten voorzet, waaronder Veldhuis, de mid
denvoor, het hoofd zette, om met een fraaien
kopbal voor Heracles te scoren. (10).
Na de rust was het weer Juliana dat evenals
bij het begin van den wedstrijd door een snel
tempo Heracles wist terug te dringen. Het doel
van de thuisclub ondervond benauwde momen
ten. Telkens zwermde de voorhoede van Juliana
in het doelgebied. Dekkers, de doelman, kfeeg
het zwaar te verantwoorden. De beide Vonden-
hofs en Vroomen zonden vlak achter elkaar ver
scheidene schoten in, doch Dekkers, die weer in
bijzonder goeden vorm was, bleek onpasseerbaar.
Dit offensief duurde echter kort en na ruim een
kwartier spelen was het Heracles, dat den aan
val overnam en geleidelijk Juliana terugdrong.
De gloeiende warmte, het spelen in de felle zon,
scheen de beideploegen weinig te hinderen en
er werd op volle kracht gespeeld. In deze periode
echter trad meer en meer het technisch over
wicht van Heracles aan den dag en verreweg de
meeste aanvallen werden op het Julianadoel on
dernomen, maar ook hier stond een keeper in
het doel, die schier onpasseerbaar scheerr. De
Julianadefensie, die gedurende den geheelen
wedstrijd nog goed stand wist te houden, bleek
ten slotte echter tegen de steeds maar weer aan-
golvende aanvallers niet bestand. Vijf minuten
voor het einde kreeg Veldhuis van verre een bal
toegespeeld. Hij speelde even met het leer en
loéte daarna een kogel, die via den paal haast
onhoudbaar voor den keeper in het doel ver
dween. (20). Hiermede was de wedstrijd be
slist.
In een wedstrijd, die het hoogtepunt ln de
tweede helft had en waarin de Groningers het
aanvankelijk technisch betere spel van Blauw
wit al spoedig te niet deden door groote
geestdrift, hebben de Amsterdammers tensiotte,
nadat zij bij de rust met 01 hadden voorge
staan, een 12-overwinning behaald. I»laar
niemand zou verwonderd zijn geweest, indien dit
eindresultaat ten gunste van G. V. A. V. was
geweest.
Al spoedig na het begin hebben beide partijen
echter een speler moeten vervangen. Bij G. V.
A. V. meest doelman Haan wegens een knie
blessure zijn plaats afstaan aan Jonkman, ter
wijl bij Blauw-Wit de linksbinnen Westphal voor
eenzelfde euvel uitviel. Van Wijngaarden nam
zijn plaats in. Voordien was het initiatief tot
den aanval goeddeels aan Blauw-Wit geweest,
maar na het uitvallen van Westphal was het
voorhoedespel van Blauw-Wit niet zoo goed
meer, waardoor de middenlinie der thuisclub
haar verdedigende taak meer en meer kon laten
varen en haar voorhoede ten aanval stuwen.
Van krachtsverschil was geen sprake meer.
G. V. A. V. schiep, zichzelf de beste kansen,
maar op het beslissende moment werd steeds
gefaald. Tegen de rust gooide Blauw-Wit 't spel
meer open, waarmede de Amsterdammers spoe
dig succes behaalden, want nadat Stijger een
goed schot op Jonkman's doel had gelost, was
het Van Deene, die bij een algemeenen aan-
van langs dan G. V. A. V.-doeiman schoot
(0-1).
Na de hervatting nam G. V. A. V. 't spel aan
vankelijk geheel in handen. Vaak stónd Pais in
fraaie positie, om den gelijkmaker langs Fer-
werda te knallen, maar even zooveele koeren
schoot hij over of naast. Toch was het uitstel
van executie, want een fraaie aanval van den
G. V. A. V.-rechtsbuiten Van Meel bracht het
leer bij Thomas Hazeveld, die hard inschoot
(1-1).
De Blauw-Wit-aanvallcn hadden over het
geheel niet veel te be teekenen. Er werd slordig
gespeeld, slecht geplaatst en vooral op den
rechter-vleugel danig geknoeid. Het gaf den
bijna 3000 toeschouwers dan ook weinig be
vrediging, dat Blauw-Wit tenslotte toch nog
met de volle winst ging strijken, teen Van
Wijngaarden van een verwarring in de verde
diging der thuisclub profiteerde en den stapd
op 12 bracht.
Naar wij van den secretaris van den Nederl.
Voetbalbond vernemen, zijn de volgende wed
strijden om het kampioenschap van Nederland
vastgesteld:
11 Augustus: JulianaFeijenoord; Heracles
G. V. A. V.
18 Augustus: Blauw-WitJuliana.
De wedstrijden,welke de A. P. u.~. Zondag
middag ter gelegenheid van haar 25-jang be
staan op het terrein aan den Spaamdammer-
dijk te Amsterdam gehouden heeft, zijn volledig
geslaagd. Er waren 160 deelnemers, die een ln
«le verschillende klassen aarditje sport te zien
gaven. De belangstelling was zeer bevredigend,
terwijl ook het weer alle medewerking verleende.
Natuurlijk concentreerde de meeste be
langstelling zich op de 100 meter. Van Osta
verscheen niet aan den start, waardoor dit
maal de strijd tusschen Nota en Osendarp
zou gaan, althans zoo was de verwachting.
Hoe anders was het verloop echter in de
finale. Heinz Baumgarten, die door de op
komst van Nota en van Osta dit jaar eenigs
zins op den achtergrond geraakt was, liet
nu zien, dat hij ook wel degelijk een woord
je mee kan spreken in ons sprinterscorps.
Zeer snel van start gaande kreeg hij on
middellijk een kleinen voorsprong op zijn
sterkste twee tegenstanders. Nota was op
50 meter Baumgarten al weer aardig dicht
genaderd en men dacht den Hollandman
dan ook als eerste te zien eindigen. Baum
garten echter, had ook nog een goede eind
spurt over en deze was oorzaak, dat hij met
miniem verschil op Nota en Osendarp won.
Onze nationale kampioen vertoonde nog
steeds zijn allerbesten vorm niet en vooral zijn
eindspurt, vroeger zijn sterkste wapen, was ver
re van goed. Inmiddels wordt de strijd op de
100 meter op de nationale kampioenschappen,
welke volgende week op de sintelbaan gehouden
worden, door de overwinning van Baumgarten
nog interessanter. De tijd van 11 seconden op
deze grasbaan was lang niet slecht, Nota en
Osendarp noteerden beiden 11.1 sec.
Wat de verdere loop-nummers voor de A-
klassers betreft valt te vermelden, dat Bouman
natuurlijk weer de 800 meter won; de Roode
van Haarlem hield hem langen tijd goed bij,
maar moest op de laatste 300 meter op over
tuigende wijze de meerderheid van Bouman er
kennen.
De Volewijckersman Walther leverde een ver
rassende prestatie op de 3000 meter door met
een verschil van ongeveer 40 meter van den
A.A. C.-er Bakker te winnen. Aanvankelijk had
Bakker de leiding en behield deze tot ongeveer
800 meter. Walther zette toen echter een zeer
goede spurt in, welke hem, mede door een in
zinking van Bakker een ruimen voorsprong be
zorgde. Wel herstelde Bakker zich nog wel,
maar Walther liep op het verdere gedeelte van
den strijd geen rustig tempo, hetgeen hem ten
slotte een verdiende overwinning bezorgde.
De veldnummers leverden weer overwinnin
gen op voor dé Bruyn en Lutkeveld op het ko-
gelstooten en speerwerpen, Roest van de Trek
vogels won het verspringen met 6.36 meter, ter
wijl bi,j het hoogspringen de C-klassers Keizer
van de A.P. G.S. de verrassing van den dag
leverde door niet minder dan 1.70 meter te
springen.
De 4 x 100 meter en 4 x 400 meter estafette
waren voor de Trekvogels.
100 meter klasse A: 1. H. Baumgarten, Trekv.,
11; 2. W. Nota, Holland, 11.1; 3. M. B. osen
darp. Trekv., 11.1; 4. A. Schaap, Haarlem.
800 M. hardloopen klasse A: 1. A. S. Bouman
A AC 1 min. 59.5 sec.; 2. H. de Roode, Haarlem
2 m. 2.1 sec.; 3. P. J. de Bruyn, Trekv. 2 m. 3.2 s.
3000 M. hardloopen: 1. J. Walther, de Volew.
9 min. 15.3 sec.; 2. W. J. Bakker, AAC 9 m. 28.2
sec.; 3. J. Koopman, Haarlem 9 min. 48.4 sec.
4 x 100 M. estafette: 1. de Trekv. 45.1; 2. AAC
45.4; 3. Haarlem 45.5; 4. AV 1923 gediskw.
4 x 400 M. estafette; 1. de Trekv. 3 m. 39.8 sec.;
2. Blauw Wit 3 m. 42.3 sec.; 3. Haarlem 3 min.
54.9 sec.
Houtman AAC 1.75; 2. Wol-
Hoogspringen: 1.
vetang AAC 1.60.
Kogelstooten1 A. de Bruyn Ven L 14.44; 2.
T. Oreel, AFGS 13.63; 3. H. Houtzager V en L
13.18.
Speerwerpen: 1. N. Lutkeveld, AFGS 61.09.
Verspringen: 1. W. Roest, de Trekv. 6.36; 2.
J. J. Houtman AV 1923 6.17.
Zondagmiddag werden op de Bossche wieler
baan Interessante wedstrijden gehouden. De
uitslagen Tuiden als volgt:
Sprint voor profs en onafhankelijken: le
serie: 1. Kremers, 13.6 sec.; 2. Van Rijn: 2e se
rie: 1. Wals, 14.2 sec.; 2. De Korver; 3e serie;
1. Jansen, 14.2 sec.; 2. Van Nek; 4e serie: her-
kansingsrit: 1. Van Rijn, 14.4 sec.; 2. De Kor
ver en 3 Van Nek.; demi-finale: le rit: 1.
Kremers, 14.2 sec.; 2. Van Rijn; 2e rit: 1. Jan
sen, 14.2 sec.; 2. Wals; finale: 1. Kremers, 13.2
sec.; 2. Jansen.
Achtervolging over 5 K.M. voor profs en on
afhankelijken: Groenewegenloopt 100 meter in
op Van Egmond in 6 min. 15.6 sec.; Schulte
loopt 15 meter in op Van der Voort in 6 min.
37.4 sec.
Klassementswedstrijd voor profs en onaf
hankelijken over 10 K.M.; 1. Overweel, 13 p.
in 14 min. 43 sec.; 2. Pellenaers, 12 p.; 3. Steen
bakkers, 10 p.; 4. Reuter, 9 p.; 5. Boeijen, 6 p.;
6. Wijdenes, 5 p. en 7. Klink.
Koppelwedstrijd over 60 K.M.: 1. Schulte
Boeijen, 4 p., in 1 uur 22 min. 45.8 sec.; op twee
ronden; 2. WalsSteenbakkers, 10 p.; 3. Van
NekWijdenes, 10 p.; 4. Kremersvan Rooij,
2 p.; op 3 ronden: 3. Van EgmondGroene
wegen, 3 p.; op 4 ronden: 6. De KorverOver
weel, 1 p.; 7. Klinkvan der Voort, 0 p.; 8.
Reuter, 3 p.
Naar wij vernemen ligt het in de bedoeling
van Jan Pijnenburg op 8 September a.s. op de
wielerbaan te 's Hertogenbosch zijn afscheids
wedstrijd te rfjden. Hij zal hierbij starten in
een wedstrijd over 25 K.M. achter kleine moto
ren, waarbij dan vermoedelijk ook Wals er
Schulte van de partij zullen zijn.
Zondag werd de eerste ontmoeting gespeeld
om het kampioenschap van Nederland. In Zwolle
speelde het Noorden tegen Constant uit Rot
terdam. De ontmoeting leverde een groote over
winning op voor de Rotterdammers (137).
Hij klopte maar raak en kreeg tenslotte zoo'n berg slagroom
dat de kapitein, die in de keuken kwam kijken, in den slagroom
terecht kwam. Toen Toontje ervan zat to eten, kwam hy
plotseling tot de ontdekking, dat de admiraal erin verzeild was
geraakt.
Toen de admiraal eindelijk bevrijd was, bleek het, dat hij
een heelen slagroombaard had gekregen. Jüj was over een en
ander nogal ontstemd en begon danig op den kapitein te
schelden.
met de
door MEREDITH NICHOLSON
16
Wij naderden de poort. Haar onverschilligheid
voor den storm vond ik heerlijk. Hier, dacht ik
in mijn bewondering, is een waar product van
het Westen. Ik voelde dat zij niet zoo vijandig
meer tegenover mij stond als voorheen en hoopte
binnenkort werkelijke vriendschapsbanden te
kunnen aanknoopen.
„Wij meisjes zouden u dolgraag willen helpen
met het zoeken naar den verborgen schat. Het
moet heerlijk zijn om te leven in een huis waar
een mysterie is geheime gangen en kisten vol
gouden ducaten! Wel, mijnheer Glenarm, u
brengt zeker al uw nachten door met het zoeken
naar geheime gangen."
„Wie zegt dat er een geheim aan het huis ver
bonden is?" vroeg ik.
„Oh, Ferguson, de tuinman en al de meisjes."
„Ik vrees, dat Ferguson veel verbeeldingskracht
heeft."
„En al de menschen in het dorp denken het. Ik
•leb de juffrouw uit den kruidenierswinkel er
dikwijls over hooren spreken."
„Zij kon zich beter met haar bruine boonen
bemoeien," antwoordde ik.
„Oh, u moet met kwaad worden. Al de meisjes
vinden het verrukkelijk interessant en wij noemen
u de Lord der Werkelijkheid en wanneer wü u
bij zonsondergang door het bosch zien dwalen,
zeggen wij: „Mr. Lord zoekt naar de schat
kisten."
Dit zeide zij op een half spottenden, half
ernstigen toon, hetgeen zeer grappig was, en ik
lachte vroolijk.
„Ik hoop, dat u mjj vergiffenis geschonken
hebt begon ik, terwijl ik den sleutel van het
hek uit mijn zak haalde.
„Oh, neen, mijnheer Glenarm. Nog niet heele
maal."
„Het is niet eerlijk, dat u wel mijn naam kent
en ik niet den uwe'," vertelde ik haar.
„U hebt volkomen gelijk, u benj, mijnheer
John Glenarm de tuinman heeft liet mij ver
teld en ik ben alleen maar Olivia. Ik mag
nog niet juffrouw genoemd worden. Ik ben nog
erg jong, mijnheer."
„U hebt mij nog maar de helft verteld," en
ik hield mijn hand op het hek. Het sneeuwde nog
steeds en de schemering begon reeds te vallen.
Ik wilde haar niet verliezen het leven, de
jeugd, haar goedhartlgen spot. De gedachten aan
Glenarm House, temidden van met sneeuw be
dekte boomen, en aan den langen winteravond,
dien ik daar alleen zou moeten doorbrengen, deed
mij huiveren. Er brandden reeds lichten in het
schoolgebouw recht voor ons en die lichten deden
mijn eenzaamheid nog meer uitkomen.
„Olivia Gladys Armstrong," zeide zij lachend,
duwde vlug het hek open en snelde over de
sneeuw naar St. Agatha.
HOOFDSTUK X
EEN ONTMOETING MET DEN OPZICHTER
Tot laat in den avond bleef ik in de behaag
lijk warme bibliotheek zitten lezen, terwijl Ik
buiten den wind hoorde loeien. Te middernacht
bracht Bates mij eenige Sandwiches en een flesch
bier.
„Wanneer er anders niets is, mijnheer."
„Dat is alles, Bates." En hij begaf zich naar
zijn kamer.
Ik was rusteloos en had geen zin om naar bed
te gaan en betreurde het gebrek aan variatie in
mijn grootvader's bibliotheek. Ik liep langs de
lange rijen boeken, nu en dan één van de onder
ste planken en ik ging op den grond liggen, als
een jongen met een nieuw teekenboek en
stapelde de zware werken om mij heen.
In het laatste werk vond ik een velletje wit
papier, niet grooter dan mijn hand. Een vergeten
bladwijzer, dacht ik, en wilde het juist tot een
porpje samen knijpen, toen ik zag, dat op één
van de zijden een potloodteekening stond.
De teekening scheen van meer beteekenis dan
ik aanvankelijk had gedacht. De teekenaar had
zich blijkbaar aan een schaal gehouden en de
Hjnen waren getrokken langs een liniaal. Er
was een lange gang op aangegeven, maar daar
van kon ik niets maken. Ik was van meening,
dat het een teekening was van een deel van
het huis. Toen ik het velletje papier dicht bU
het licht van de kaars bracht, ontdekte ik, dat
op verscheidene plaatsen iets weggostufd was en
dat wekte mijn nieuwsgierigheid op. Ik nam
een vergrootglas en bekeek de teekening nog
eens nauwkeurig. De lijnen waren getrokken met
een hard potlood en de potloodstrepen waren
uitgewischt, doch de indrukken waren nog duide
lijk zichtbaar.
Ik kon zien de letters N.W. 3/4 C. onge
twijfeld letters die betrekking hadden op het
kompas. Het woord ravijn stond bij een opening
in wat waarschijnlijk een muur was, en daar
onder
„De deur van Verbijstering."
Ik begon een teekening. te maken van het
inwendige van Glenarm House, voor zoover het
my bekend was en daarna vergeleek ik mijn
schets met de teekening uit het boek.
„De d^eur van verbijstering" was de phrase,
die op mijn verbeeldingskracht werkte. De man,
die in de wouden van Indiana een buitensporig
huis had gebouwd en dat „Het huis met de
duizend kaarsen" had genoemd, was tot nog
grootere onmogelijkheden in staat; en toen ik
mij by het kaarslicht over de kleine teekening
boog, kwam de gedachte bij mij op, dat ik myn
grootvader's verstand misschien niet naar
waarde geschat had. Myn nieuwsgierigheid naar
de verborgen hoeken van dat vreemde, oude
huis, waarom heen de wind klagend huilde, was
opgewekt.
Ik ging naar myn kamer trok een korte jas
aan, nam een kaars en ging wéér naar beneden.
Een uur in den nacht is niet 't meest geschikte
uur voor een onderzoekingstocht in de kelders
van een vreemd huis, doch ik had besloten, wan
neer het mogelijk was, de ravynopening te ont
dekken en te zien of er daar iets te vinden was
van „de deur van verbastering."
Alles was rustig in den grooten kelder; alleen
rammelde hier en daar een niet goed sluitend
raampje. Ik had een rolmaat meegenomen en
mat de diepte en de lengte van de gang en
de daaraan grenzende kamers. Die cijfers
noteerde ik om ze naderhand nog eens op myn
gemak na te rekenen en ging op een ledige
spijkerkist zitten. De kelder was ongetwijfeld
zeer soliede, want de kaars aan myn voeten
brandde rustig, zonder een spoor van tocht;
maar ik zag geen oplossing van mijn. probleem.
Al de deuren en de gang waren open. Ik offerde
mijn nachtrust op voor niets; mijn grootvaders
teekening was zonder- beteekenis en ik stond
geeuwend op en greep de kaars. Toen gebeurde
er iets eigenaardigs. De kaars, wier viam al die
tyd rustig had gebrand, sputterde hevig en
waaide plotseling uit, toen een koude lucht
stroom door de gang trok.
Ik had niets achter mij open gelaten en de
buitendeuren van het huis waren altyd gesloten
en gegrendeld. Ongetwijfeld was iemand den
kelder binnengekomen door een ingang, die my
niet bekend was. Ik stond met mijn gelaat naar
de trap die naar de hall voerde, toen ik tot
myn verbazing achter my voetstappen hoorde
en my omwendend zag ik een man met een
lantaarn in myn richting komen. Ik bemerkte
zyn zorgeloozen stap; hy was ongetwyfeld op
bekenden grond. Plotseling bleef de man staan,
hield de lantaarn omhoog en begon op den muur
te kloppen met een hamer.
Dit was ongetwyfeld weer mijn vriend Mor
gan! Hy begon met zyn geklop boven aan den
muur en daalde dan geleidelijk naar beneden. Ik
drukte my tegen den muur en zag de lantaarn
langzaam naderbij komen. Ik had myn kleine
revolver in mijn zak. Ik was van plan, nu met
den kerel af te rekenen. Myn kansen waren
evengoed ais de zijne, hoewel ik er niet veel voor
voelde, den volgenden morgen dood in den kel
der van mijn eigen huis gevonden te worden.
Hy deed een stap naderby, liet zyn blikken
langs den muur glyden en begon weer te klop
pen. Hy was nu zoo dicht genaderd, dat ik
hem kon hooren ademen en ik stond op het
punt mij op hem te werpen, toen hij zyn pech
verwenschte, een stap achteruit deed en zyn
hamer op den grond smeet.
„Dank je wel!" riep ik uit, sprong op hem toe
en rukte hem de lantaarn uit zyn hand. „Biyf
daar staan!"
Met de revolver in myn rechter- en de
lantaarn in myn linkerhand, had ik plezier in
zijn consternatie, toen myn stem luid weerklonk
in het gewelf.
„Het is jammer, dat wy elkaar onder zulke
omstandigheden ontmoeten, Morgan," zeide ik.
„Ik heb je al gemist maar jy hebt zeker overdag
geslapen, om kracht op te doen voor je nach
telijke expedities."
„U hoeft dat ding niet zoo dicht by mijn
borst te houden," zeide hy, mij kalm aan
starend.
„Ik ben bly, dat het je ergert, Morgan," zeide
ik. „Misschien, dat je my nu gewilliger ant
woord zal geven op eenige vragen die ik je ga
stellen." (Wordt vervolgd)