De aanhang MEER en MEER... 1 BIJ HET GRAF VAN ALPHONS ARIËNS Dr. Colijn en de Nederlandsche Unie WELKS BON? 1 "/O DINSDAG 6 AUGUSTUS 1940 Oriëntatie- en Dispositie-Centrale Raad van een goeden en wijzen vriend Mooie, charmante zonnebruining De gronden van zijn negatief advies AMSTERDAM-C. Tel. 47157 HET DISPOSITIE-TARIEF BEDRAAGT HERPISPOSITIES AMSTERDAM-C MET EEN VASTGESTELD MINIMUM WÊSw&mÊÊti M Het grafmonument van dr. Ariëns op het kerkhof te Maarssen NAAR O. L. VR. TER LINDE TE UDEN P. GEURTJENS M.S.C. Veertig jaar priester OPROEP TOT BEZITTERS AKTE M. O. LICH. OEF. DE NEDERLANDSCHE UNIE Propaganda-actie te Breda SCHEEPVAARTVERKEER GESTREMD BROOD KOFFIE OF THEE SUIKER BLOEM OF BAKMEEL PETROLEUM BOTERKAART VETKAART GRUTTERSWAREN Kunstenaars in de N. O. K. Geslaagd voor beiaardier Hoofdakte-examen Examen hoofdakte Staatsexamen ter toelating tot de universiteiten Het is jammer, dat, zooals trouwens te verwachten was, de poging van de heeren Einthoven, Linthorst Homan en de Quay om het Nederlander schap in ons volk- te verdiepen en te vernieuwen en zoo mogelijk alle Neder landers in de Nederlandsche Unie te ver eenigen om gezamenlijk de vraagstukken Van dezen nieuwen tijd aan te pakken en tot een Nederlandsche bevredigende op lossing te brengen, zoo heftige reacties teweeg brengt bij die groepen, die zich zelf met uitsluiting van ieder ander al leen gerechtigd achten leiding aan ons volk te geven ook al heeft dat volk in overgroote meerderheid aanhoudend te verstaan gegeven, dat het de leiding van die zijde niet wenscht. Jammer, omdat daardoor aan hen, die daarvan gebruik willen maken, althans een schijn-argu- ment aan de hand wordt gedaan om zich te beroepen op een niet te overwinnen Verdeeldheid en een ernstig gebrek aan het „eenig goede inzicht" in de nooden en eisehen van den nieuwen tijd bij ons Volk. De heer Arnold Meyer, leider van Nationaal Front, die voor de leden van het Driemanschap persoonlijk wel waar deering scnijnt te hebben, maar hun program een vaag opportunistisch pro duct en de Nederlandsche Unie niet meer dan een zeepbel acht, schrijft in zijn weekblad ,.De Weg" o.m. het volgende: „Het is triest menschen als Linthorst Homan, de Quay en anderen hun werk kracht aan deze zeepbel te zien verspillen. Zij hadden beter werk kunnen doen. Zij, die den weg niet willen en kunnen wijzen, hadden de leiding van anderen moeten aan vaarden. Wij hebben het niet noodig naar een of ander program voor dezen tijd te zoeken. Ons program olijft hetzelfde in alle om standigheden. Het is hetzelfde program, dat Wij vóór den oorlog nastreefden en dat wij ook na den oorlog zullen nastreven. Wij be hoeven met niemand over ons program te parlementeeren. Men weet wat men van ons te verwachten heeft. Maar men weet ook, dat Wij conjunctuur-ongevoelig zijn en dat wij niet zullen veranderen wanneer de omstan digheden nogmaals zouden veranderen. Wij hebben het gazag, verbonden aan het jaren lang uitdragen van dezelfde beginselen. De heeren van de Unie hebben geen enkel gezag, Vandaar dat zij het zoo moeilijk hebben. Zij zijn trouwens te laat door den geest van den tijd gegrepen om leiding te kunnen geven. Door den geest van den tijd of door den dwang der omstandigheden! Hun drie manschap is een bestuursvorm, welke van hun stuurloosheid getuigt. Wij hebben Leider en Raad. Eén man aan het hoofd, van de organisatie en een Raad, waarin zich de structuur van de beweging weerspiegelt, die de breede problemen bestudeert en zoo de basis biedt voor de doorstrooming naar den top der beweging van alles wat daar in leeft. t De Unionisten zijn misschien erg verheugd met hun vijfhonderdduizend stemmen. Zfj begrijpen niet, dat hiermede reeds hun op treden veroordeeld is. Deze stemmende de mocraten zijn neusch geen Unionisten ge- Worden; zij zijn democraten gebleven, ctie middels de Unie zoovéél mogelijk van het oude willen behouden. De aanhang der Unie disqualificeert het driemanschap. Een drie manschap, dat door zijn persoonlijke be kwaamheid veel voor het volk zou hebben gedaan, indien het de leiding van hen, die oudere geloofsbrieven hebben, had aan vaard." Het is duidelijk, hoezeer het den heer Arnold Meyer spijt, dat het driemanschap van de Nederland sche Unie, ofschoon dit volgens hejn uit compromisseerende democraten bestaat, Zich niet in zijn armen heeft geworpen om zich te laten leiden. Dit is niet te ver- Wonderen, want de heer Meyer heeft zich Vooral den laatsten tijd zeer veel moeite gegeven menschen van het kaliber van het driemanschap der Unie voor zijn be weging te winnen. Hij heeft zelfs in het begin van dit jaar zijn „in alle omstan digheden hetzeifde blijvende program" van dat van Zwart Front in dat van Nationaal Front omgezet, maar daarmee ving hij slechts gewezen communisten en sociaal-democraten als Burink, Stenhuis en Zwertbroek, gewezen N.S.B.-ers als ds. Van Duyl, oud-K.D.P.-ers, den dissidenten boerenleider Bouman en diergelijken. Als de aanhang der Unie het driemanschap disqualificeert, wat doet de aanhang Van den heer Meyer dan? Hij mag zich zelf en zijn beweging en program con junctuur-ongevoelig noemen, maar niet temin heeft hij de huidige conjunctuur ten gunste van zijn beweging trachten Uit te buiten en daarmee leden gewon nen van een gehalte, dat vóór die con junctuur voor hem onbereikbaar bleek. Wij zijn niet zoo democratisch om te 2weren bij het goed recht en de bewijs kracht van het getal, maar weten, dat autoritaire régimes groote waarde hech ten aan volksreferenda, die meer dan 60 pCt. voorstemmers opleveren. En wij twijfelen er dan ook niet aan, dat de heer Meyer een heel ander geluid zou heb ben laten hooren, indien hij den volke kond had kunnen doen, dat niet de Nederlandsche Unie, maar zijn beweging Pen millioen adhaesiebetuigingen had mogen ontvangen. Om leiding te kun nen geven aan het volk is het niet vol doende zich op oudere geloofsbrieven te kunnen beroepen, maar moet men ook Persoonlijke bekwaamheid bezitten, gelijk het driemanschap der Unie opk volgens den heer Meyer die bezit. Vóór alles ech ter is noodig, dat het volk, dat men lei den en dienen wil, van die leiding en dienst gediend is. En dat blijkt wel dege lijk uit het getal der aanhangers. Het zou daarom juister zijn, indien de heer Meyer en diens beweging zich zouden aansluiten bij de Nederlandsche Unie, wier leiding in ieder geval door een grooter deel van het Nederlandsche Volk vrijwillig aanvaard wordt dan de zijne. Hij zou dan het persoonlijk leider- Schap moeten prijsgeven, maar dit lijkt cns een minder principieele concessie dan die, welke hij bij de omzetting van zijn Zwart Front in Nationaal Front heeft gedaan. zenden leveranciers kwitanties, waarmede zij zonder succes gedisponeerd hebben, ter herdispositie aan de Kassierskantoor voor herdisposities. Gevestigd sedert 1933. Amstelstraat 14. Door haar methode van disponeeren wordt alsnog normale betaling verkregen, of vastgesteld welke posten als dubieus moeten worden beschouwd. Ver lies door wanbetaling kan daardoor tot een mini mum worden beperkt. KASSIERSKANTOOR VOOR AMSTFLSTRAAT 14 TEL E F O O N 47157 Vraagt vrijblijvend nadere inlichtingen over onze HEKDISPOSITIE-METHODE Bij elke volgende bocht van den weg ver schijnt een nieuw perspectief van weelderig groen, waartusschen oude gevels liggen te droo- men. En het beeld daarvan is zoo vergroeid met de omgeving, met de ochtendlijke, nog lente-jonge omgeving vol frisch groen en bloe sem, dat ook de verweerde stecnen als van een nieuw licht doorzinderd zijn. Dit alles spiegelt zich in de vredige, slechts licht door den wind bewogen wateren van de Vecht. Als men zoo hierlangs rijdt, voelt men zich als opgenomen in een sfeer van tijdeloosheid, waarin het verre ratelen van een voorbijschietenden trein den vrede tusschen zware, groenbemoste stammen niet verstoort, en het kleppen van een klokje boven oude daken klinkt als de belofte van nieuw leven. En fietsende in het milde licht der zomer- ochtendzon voelt men ook, hoevele spanningen in den geest zich langzaam oplossen en ver dwijnen. Hier kan men weer vrijuit ademen, en onbevangen zien naar het sierlijke spel der zwaluwen, die langs het water scheren. Hier ook zou men beter kunnen bidden, vooral nu de spits van Maarssens toren tusschen de boo- men zichtbaar wordt. Zoo ook zagen wij deze vroeger oprijzen als het symbool van een beter licht en een zuiver der daadkracht dan die van het alledaagsche. leven. Want in de schaduw hiervan leefde een vriend, die telkens weer zijn helderen, nobelen geest en zijn warme hart ontsloot in woorden, die van balsemende wijsheid waren vervuld. De herinnering hieraan maakt ons even stil-geluk- kig, maar doet dan weer des te feller een schrij ning gevoelen om veel innerlijken onvrede. Wij leven immers In den zomer van 1940Een reden te meer om even het bekende pad in te slaan, dat voert naar het kunstelooze kapelle tje, waar het lichaam van „Ariëns, priester" een laatste rustplaats, tot aan den dag der Verrijzenis, heeft gevonden. Het is hier heel stil. Gelukkig maar. Want nu kan men ook stil neerknielen, en met simpele woordei} zijn zorgen openbaren aan hem, die thans in het licht van Gods aanschijn deze des te beter doorgrondt. En het is ons of we weer zitten in de werk kamer van den Doctor, en deze onze vra gen beantwoordt op de ongedwongen-harte lijke, fijngevoelige en geestige wijze, die het tot een genot maakte hem raad te gaan vragen. „Een beetje gedrukt onder den onverwach- ten loop der gebeurtenissen? Het is werkelijk geen wonder! Als ons mooie Nederland, met zooveel goede beloften voor de toekomst, plot seling in 'n storm is geraakt, waarbij men nog niet weet wat er van de geestelijke lading be houden zal blijvenEn waarbij velen het gevoel moesten krijgen dat véél toewijding vruchteloos was geweestDat moet wel pijn doen." En dan, na even stil voor zich uit te hebben gestaard, met een accent van warme sympa thie: „Stel je voor dat mijn vrienden Schaep- man of jonker Ruys eens als „onnutte politici" aan den dijk waren gezetMijn persoontje zou er nog wel genadig afgekomen zijn, want ik was altijd te dom voor echte politiek. Of te spontaan, net zooals men het nemen wil. Hoog stens was ik met mijn pioniers uit Enschede, als ons destijds zooiets was overkomen, naar een ander emplooy gaan zoeken. We hadden mis schien' een mannenkoor kunnen vormen bij den Opbouwdienst, om anderen op te vroolijken in deze moeilijke tijden Echte Ariëns-woorden, geestig en tevens zijn van sociale liefde overvolle hart verradende. Geheel phrase-loos, want waarlijk, deze priester was in staat zooiets te gaan doen. Hij had Dr. Alphons Ariëns zeker niet lang geredeneerd, maar aangepakt wat vandaag met góede kans op succes kon worden beproefd. En toen was het of hij ons even aanzag met zijn welwillend-doordringenden blik, en verder ging, als had hij onze gedachten weer geraden: „Je zult misschien zeggen dat mijn arbeid wel in een mooie periode is gevallen: vol eman cipatie op allerlei gebied. Men moest echter eens weten hoe de moeilijkheden vaak om mij op rezen als een dreigende muur, die altijd hooger werd. Hoe uitzichtloos de toekomst soms leek te zijnMaar dat was juist in tijden, waar van men later de groote vruchtbaarheid duide lijk erkennen kon." „Als men toch maar eens begrijpen wil dat niet het uiterlijk verloop van omstandigheden, maar diepergaande, geestelijke krachten ten slotte vooral de toekomst bepalen! Dat men het dus steeds moet aandurven een initiatief te ne men, ook al lijkt de kans op succes niet bijster groot, als het werkelijk gaat om iets goeds, en om een eisch van den tijd! Voor sterke naturen is het dan juist de mooiste opdracht om door duisternis en over wilde golven te sturen, tot eindelijk een langverhoopte kust zichtbaar wordt." Echte leiders-woorden, die de verzuchting doen slaken, dat men zulk een figuur nóg in ons midden zou mogen bezitten. En weer was het of de Doctor, onzen wensch begrijpende, zich liet hooren: „Zeker, ons goede volk heeft leiding noo dig, een leiding die het weet te bezielen voor een nieuw, zuiver ideaal, en middelen aanwijst om dat te bereiken. Zeg vooral niet dat men nog niet weet wat te moeten doen. Ondanks alle sociale actie is in ons land nog een stevig stuk kapitalisme te vinden, en een heerlijk voorrecht van dezen tijd is zeker, dat men nu een goede kans heeft daaraan een doodelijken slag toe te bren gen. Ik wilde wel dat ik daar nu aan kon meewerken! Ook om te. zorgen dat deze actie bezield zal worden door den waren Evangelischen geest, zonder welken alle andere middelen maar lapwerk blijven." Heilig idealisme! Maar dat toch de vraag doet stellen, of de moeilijkheden wel voldoende worden begrepen „Moeilijkheden zijn er om overwonnen te wor den. Pak het dichtstbijgelegen goede werk aan, en verover stukje voor stukje het terrein. Ruim de hindemissen onvervaard op, en stoot door zoodra de juiste tijd gekomen is. En wees vcoral niet mismoedig om een tijdelijken tegenslag. Je weet toch nog wel hoe wij in 1922 de Quick- bornbeweging hebben zien verdwijnen, en hoe ik jullie begrafenis-gezichten heb verhelderd door het woord, dat het goede in de moderne jeugdbeweging zich tóch wel eens baan zou breken. Dat gebeurde toen eerder dan velen hadden verwacht." Zoo was het inderdaad. Maar wie zal thans goede leiding kunnen geven, nu het gaat om de toekomst van een geheel volk? „Ik weet het, men vraagt allerwegen cm lei ding. God moge die schenken, door belange- looze, verlichte en moedige figuren! Mijn per soontje zou daarvoor wel niet erg geschikt blij ken te zijn, vooral niet in deze dagen. Men wil immers een sterken man, die precies aangeeft wat er gedaan moet worden. En ik heb eigen lijk nooit veel meer gedaan dan anderen om raad gevraagd, het initiatief van anderen aan gemoedigd, en ook als ik zelf iets begonnen was, anderen zoo onafhankelijk mogelijk laten voort- werken. Niet voor niets staat nog op den wand van mijn werkkamer Manning's woord: „Centrali satie is de dood." „Men zou in deze dagen zeker aan zoo'n aar zelend man, die steeds aan anderen liever de eer gaf, weinig vertrouwen schenken. Ik zou hoogstens goed zijn om in stilte den een of ander, wien de strijd te zwaar begon te vallen, wat moed en vertrouwen bij te brengen. Ja, moed en vertrouwen! Want juist In tijden als deze zijn zulke „grootmoedige" deugden noo- diger dan ooit. Wie deze bezit, heeft den strijd al half gewonnen." „Wil je zooiets toch „leiding" noemen, het is mij ook goed. Misschien heeft de wereld wel wat van deze, zich niet opdringende, vooral door moreele overtuiging en van persoonlijkheid tot persoonlijkheid werkzame leiding noodig. Maar zelfs dat zou verkeerd kunnen worden uitgelegd, misschien wel worden gebrandmerkt als gewetens-overheersching of listige politiek. Zeker is dan ook, dat gebed en offer nog wel de veiligste middelen vormen, om alles ten goede te leiden, en ook de beste middelen, zoo lang andere actie onmogelijk blijkt te zijn." Wordt het nu geen tijd om heen te gaan, nadat al veel twijfel verdwenen is. Het is of de beweeglijke gastheer ons met een dank woord voor ons „leerzaam" bezoek uitgeleide doet, en dan, onze hand beetgrijpende, den laatsten goeden raad meegeeft: „Ik moet nog op één ding wijzen, dat vooral nu van groot belang is. Laat ons toch steeds fier zijn op eigen adeldom! Wij zijn' echte koningskinderen, die in alles den levensstijl moeten toonen, waardoor ande ren vanzelf naar ons leeren opzien. Wij be zitten het Evangelie, zijn ten volle kinderen Gods, leven het heerlijkste leven dat kan worden geschonken. Als we dat maar beter beseften, wij zouden alleen al door 'den adel onzer persoonlijkheid onweerstaanbaren invloed op velen uitoefenen. Want weet dat de geestelijke honger bij velen groot is, en nog steeds zal groeien naarmate al te aard- sche idealen beginnen te verbleeken. Dit moet ons een redén zijn tot groot mede- doogen, maar ook tot groote vreugde. Want wellicht beginnen reeds de vruchten te groeien voor een rijken oogst...." Het was tijd om heen te gaan. Even later reden we voorbij de kerk, waar Ariëns zich dagelijks offerde met den Meester, en langs de pastorie, waar hij de gaven van zijn groote hart even zorgloos-mild uitdeelde als zijn steeds slinkend, en toch onuitputtelijk stoffelijk bezit. En het was ons weer als na een vroeger be zoek aan den wijzen vriend. De zon scheen blijder dan ooit te voren, en de zang der stram marcheerende soldaten, die wij tegenkwamen, kreeg een onverwacht harmonieuzen klank. Het leven had weer dieper zin gekregen na dit be zoek aan dezen veldheer van den geest, wiens blik zweefde over vele horizonten, waarheen het Evangelie kan worden verbreid. M. B. Ter voorbereiding van den jaarlijkschen bede tocht van Den Bosch e.o. naar Uden op 15 Augustus, den feestdag van Maria Hemelvaart, vergaderde dezer dagen het bestuur van de Bos sche Broederschap van O. L. Vrouw ter Linde. Uit de ingekomen mededeelingen bleek, dat er vooral onder de jongeren belangstelling bestaat voor het initiatief om dit jaar voor de eerste maal per rijwiel een bedetocht naar Uden te or- ganiseeren, nu de moeilijkheid met de provin ciale wegkaarten is opgeheven. Reeds van eenige mannelijke jeugdorganisaties uit de stad, als Verkenners, Jonge Middenstand, Gezellen en Jonge Werkman was bericht ingekomen, dat verscheidene hunner aan de rijwielbedevaart op 15 dezer wenschen deel te nemen. Ook van bui ten de stad meldden zich hiertoe enkelen aan. Besloten werd om, behalve per rijwiel, dien dag de gelegenheid open te stellen onder leiding van de Broederschap van Den Bosch per trein tot Boxtel en vervolgens per autobus den bedetocht mee te maken, waartoè men zich bij de Broeder- meesters ter plaatse kan opgeven. Het program van den dag werd daarna defini tief vastgesteld en als algemeene intentie aan gegeven: Terugkeer van den vrede in de wereld. Aan het slot van de vergadering werd de ver wachting uitgesproken, dat 1940 er toe zal bij dragen, dat in de toekomst de lange reeks bede tochten naar het Genade-oord van O. L. Vrouw ter Linde te Uden worde bestendigd. Maandag herdacht de Zeereerw. pater P. Geurtjens M.S.C. in het Missiehuis aan den Bredaschenweg te Tilburg zijn veertigjarig pries terfeest. Ofschoon de herdenking een streng in tiem karakter droeg, kwamen in den loop van den dag vele vrienden van den bekenden mis sionaris en missieprepagandist den jubilaris geluk wenschen. Ontelbare telegrammen en schriftelijke gelukwenschen kwamen binnen. Het rijkscollege voor de lichamelijke opvoe ding wenscht den omvang te leeren kennen van de werkloosheid onder de bezitters van de akte M.O. lichamelijke oefening. Te dien einde verzoekt het den bezitters dier aKte, die werkloos zijn of arbeid verrichten, waardoor zij niet in hun noodzakelijke levensonderhoud kunnen voorzien, zich binnen een week op te geven bij hetsecretariaat van het rijkscollege, Oostduinlban 2, te 's-Gravenhage. In de opgaven moeten worden vermeld de geboortedatum, de datum van het behalen der M. O.-akte en eventueel de tegenwoordige werkkring of werkzaamheden. Uitdrukkelijk wordt er de aandacht op ge vestigd, dat de bedoeling dezer enquête zich niet verder uitstrekt dan de boven aangege- vene. Het is evenwel in het belang van de betrokkenen, dat zij allen tijdig hun opgave inzenden. Reeds terstond na den eersten oproep van het driemanschap der Nederlandsche Unie werd te Breda de propaganda-actie ter wei-ving van leden der formatie ingezet. Zoo werd Zaterdag j.l. begonnen met den verkoop van het blad dei Unie, dat toen nog onder redactie stond van Brabantia Nostra, en waarvoor de belangstelling zoo groot bleek, dat reeds na enkele uren de propagandisten met leege handen terugkeerden naar het inmiddels ijlings ingerichte hoofd kwartier aan de Minister Nelissenstraat no. 14 (tel. 2^03). Toen tegen het vallen van den avond de nieuw bestelde exemplaren waren aangeko men, was het wederom maar weer een kwestie van een korte spanne tijds om ook deze exem plaren aan den man te brengen. In totaal waren teen enkele duizenden exemplaren geplaatst. Terzelfdertijd was ook de gelegenheid geopend om zich op te geven als lid der Unie. waarvan reeds. Zaterdagmiddag spontaan en enthousiast in groote mate gebruik werd gemaakt. Ook in greepen betuigden velen hun adhaesie. Intus- schen werd ook met andere organisaties en ver- eenigingen van allerlei levensbeschouwing en richting contact gezocht: daarnaast zwermden tientallen actieve propagandisten uit, voorzien van ledenwervingslijsten. Reeds na enkele dagen was het aantal inge schreven leden de duizend genaderd, en nog steeds neemt hun aantal in haast overstelpende mate toe. Ten behoeve van het plaatsen van den boven bouw van de brug over de Vecht (Keulsche Vaart) te Vreeland vanwege den Provincialen Waterstaat van Utrecht, zal het scheepvaart verkeer aldaar op 8 Augustus 1940 zijn gestremd van des v.m. 7 uur tot des n.m. 9 uur, of zooveel langer of korter als noodig zal blijken. en geen verbranden en vervellen met A.milda-Zonnebruin, Flacon 60. Tube 60, Doos 50 en 25 ct,. Wij hebben reeds melding gemaakt van het „voorshands" afwijzende standpunt dat van Anti Revolutionnaire zijde wordt in genomen ten opzichte van de Nederlandsche Unie. Dit standpunt is uitvoerig weergege ven in een circulaire welke door den adjunct-secretaris van het Centraal Comité van A. R. Kiesvereenigingen, den heer R. Gosker, aan de plaatselijke A. R. Kiesver eenigingen is gezonden en welke circulaire dezelfde is als waarvan in ons eerste be richt sprake was. Deze circulaire heeft den volgenden in houd: „Bij de snelle opeenvolging der verschil lende gebeurtenissen is het niet mogelijk u een advies van het Centraal Comité te doen geworden en is het thans u toegezonden ad vies te zien als een persoonlijk advies van dr. Colijn, waarover hij evenwel met de hee ren Schouten en De Wilde overleg heeft ge pleegd. Na kennis te hebben genomen van het program van de Nederlandsche Unie en de schriftelijke en mondeling daarop gegeven toelichtingen, wordt zonder eenige aarzeling door dr. Colijn voorshands, d.w.z. tot omtrent doel en middelen dezer beweging meer klaar heid aanwezig is, tot onthouding van deze beweging geadviseerd. De voornaamste gronden daarvoor zijn de, volgende: lste. Het beoogde doel, tegenwicht te bie den tegen de nationaal-fascistische be wegingen in ons land, zal niet worden be reikt. Zelfs is aan te nemen, dat deze bewe ging in verband met de algemeene richting van haar streven en gelet op de persoonlijk heden, aan wie de leiding is toevertrouwd, gevaar loopt zelve in een nationaal-socialis- tische levensopvatting verstrikt te geraken. 2e. Het gepubliceerde program op cultureel en sociaal-economisch gebied geeft reeds op zichzelf aanleiding tot menigerlei beden king. En die bedenkingen nemen toe, wan neer men acht geeft op de verstrekte toe lichtingen en op de tegenstellingen met het program van de Nederlandsche Unie, zooals dat door de zes politieke partijen en de Ne derlandsche Gemeenschap oorspronkelijk was gedacht. Om dat met één enkel voorbeeld toe te lich ten, zij er op gewezen, dat de Nederlandsche Unie in haar oorspronkelijken gedachten- vorm gewaagde van opvoeding van de jeugd in nationalen zin, evenwel met de toevoeging „met eerbiediging van de geestelijke ver scheidenheid van ons volk." In het nu ge publiceerde program is deze laatste toevoe ging weggelaten. Ook de mondeling gedane mededeelingen over het bestrijden van ver snippering in de Kerk manen tot groote voorzichtigheid. 3e. In het sociaal-economische gedeelte van het program komen naast elementen, waar mede wij kunnen instemmen, ook opvattin gen voor, die geheel liggen buiten hetgeen onder ons algemeen als wenschelijk wordt aanvaard. Het ligt niet in de bedoeling van dr. Colijn thans een gedetailleerde beschouwing te ge ven over punten, waarmede niet kan worden ingestemd. Dat zal moeten wachten tot de toegezegde nadere uitwerking bekend is ge maakt. Intusschen vestigt dr. Colijn nog op één punt bijzonder de aandacht. De organisatie, zooals die thans door de Nederlandsche Unie is opgezet, sluit eiken invloed van hen, die zich aansluiten of adhaesie betuigen op den gang van zaken uit. Wie zich aansluit geeft zich geheel over aan de leiding, zooals die thans gevormd is met de wetenschap, dat op geenerlei wijze van onder op een stem naar boven kan doorklinken. Ook is het gevaar niet denkbeeldig, dat, indien de steun aan de Nederlandsche Unie massalt afmetingen gaat aannemen, daarin wel eens aanleiding zou kunnen worden gevonden anderen groe peeringen het bestaan onmogelijk te maken. Het is op grond van dit alles, besluit de circulaire, dat dr. Colijn van oordeel is, dat de kiesvereenigingen goed zullen doen ook hun leden het advies tot onthouding te verstrek ken en dat ze inmiddels alles doen wat mo gelijk is om eigen organisatie te versterken, mede door het beleggen van gewone verga deringen van de kiesvereenigingen ter toe lichting van de leden." Tot zoover de verklaring van dr. Colijn, weergegeven in de circulaire van het Anti-Rev. centraal comité. De lezer van ons blad weet reeds, welke onze meening is over de door dr. Colijn naar voren gebrachte bezwaren. Wü hebben méér vertrouwen dan hij in het drie manschap der Nederlandsche Unie, En wij meenen ook, dat het goed is, dat hun leiding op vertrouwen en gezag gegrond is en niet op stemmingen en moties, en dat het een hopeloos geval zou worden, als iedereen hier een „finger in the pie" zou willen houden. Dat beteekent geenszins, dat „op geenerlei wijze een stem van onder op naar boven kan doorklinken." Er zijn andere wegen dan die van de afdeelingsmotie. Dat dr. Colijn in het sociaal-economisch ge deelte van het program opvattingen aantreft, die hem mishagen, zal weinigen verwonderen, die de steeds meer in strak-individualistische en kapitalistische richting verdwaalde meeningen en practijk van dezen staatsman op sociaal- economisch gebied met leedwezen hebben ge volgd. Dat die meeningen en 'practijk inder daad datgene inhielden, wat onder de Anti- Revolutionnairen „algemeen als wenschelijk werd aanvaard", moeten wij echter betwijfelen. Bon 91 tot en met 100 uit het brood- bonboekje. Geldig tot en met 11 Aug. (eventueel tot en met 15 Aug.) Recht gevend op: totaal 2000 gram brood of 2500 gram rogge brood. Iedere enkele bon geeft recht op 125 gram roggebrood. Bon 53 uit het Algemeen distributie boekje. Geldig tot en met 30 Aug. Recht gevend op: Half pond koffie of Half ons thee. Bon 66 uit het Algemeen distribu tieboekje. Geldig tot en met 30 Aug. Recht gevend op: Een kilogram suiker. Bon 90 uit 't Algemeen distributie boekje. Geldig tot en met 9 Aug. Recht gevend op: Half pond tarwebloem, of tarwe meel. of boekweitmeei, of rogge bloem. of roggemeel of zelfrijzend bakmeel. (alleen voor hen, die uitsluitend op petroleum kunnen koken) Zegel „Periode 3" Geldig tot en met 11 Aug. Recht gevend op: Twee Liter petroleum. Bon 1 tot en met 4. Geldig tot en met 23 Augustus. Recht gevend op: een half pond boter per bon. Bon 1 en 2. Geldig tot en met 23 Augustus. Recht gevend op een half pond margarine of gesmolten vet of boter per bon. Bon 3 en 4. Geldig tot en met 23 Augustus. Recht gevend op een half pond boter per bon met 10 ct. reductie per half pond. Bon 95 uit het Algemeen distribu tiebonboekje, geldig tot en met 11 Augustus geeft recht op: 250 gram rijst of rijstemeel. Bon 100 uit het Algemeen distribu tiebonboekje, geldig tot en met 11 Augustus geeft recht op 250 gram havermout of havervlokken of gort of grutten. Bon 105 uit het Algemeen distri butiebonboekje geldig tot en met 11 September geeft recht op 100 gram maizena of griesmeel of pud dingpoeder. Bon 110 uit het Algemeen distri butiebonboekje, geldig tot en met 11 September geeft recht op 100 gram macaroni of vermicelli of spaghetti. TOT WELKEN DATUM 9 Aug. Bloem, bakmeel enz. (90) 11 Aug. (15 Aug.) Brood (91100) 11 Aug. Rijst (95) Havermout, gort enz. (100) Petroleum (Periode 3) 23 Aug. Suiker (66) Boter of vet (14) 30 Aug. Koffie of thee (53) 11 Sept. Maizena enz. (105) Macaroni enz. (110) Naar men ons van bevoegde zijde meldt, heb ben de Nederlandsche beeldende kunstenaars, die sinds enkele jaren getoond tiadden de een heid in de kunst als een noodzakelijkheid te voelen, o.m. door medewerking aan de oprich ting van een z.g.n. centrale commissie, waarin bouw- en nijverheidskunst, zoomede grafische, beeldhouw- en schilderkunst dan ook reeds ver- eenigd waren, zich thans ook aangesloten bij de onlangs opgerichte „Nederlandsche Organisa tie van Kunstenaars". In het hoofdbestuur dezer N.O.K. zullen de beeldende kunstenaars vertegenwoordigd worden door Willy Sluiter, terwijl het afdeelingsbestuur als volgt werd samengesteld: H. van der Stok, voorzitter; Louis Bron, secre taris; D. J. Wolbers, penningmeester; J. Franken Pzn., Ger Gerrits, Prof. Huib Luns, Bart Peizel, Alb. Termote, Jelle Troelstra, Willem Witjens Zaterdag j.l. heeft onze landgenoot, de heer Jacq. Vermaak, het diploma van beiaardier aan de Mechelsche beiaardschool behaald. Hij heeft zijn examen-concert gespeeld op het beroemde carillon van den St. Romboutstoren te Meche- len. De jury stond onder voorzitterschap van meester Jef Denijn. Het diploma, met de aanteekening „met on derscheiding" werd uitgereikt door mr. De Coster, rechter te Brussel en voorzitter van de beiaardschool. Bij het overhandigen van het di ploma hield mr. De Coster een toespraak, waar in hij den heer Vermaak geluk wenschte, dat hij niettegenstaande de huidige moeilijke om standigheden, als jonge Noord-Nederlander op de bres heeft willen staan voor de Nederland sche muziek. Spreker verklaarde te hopen, dat de landg'enooten van den geslaagde •waardee ring voor hem zullen hebben en hem gelegen heid zullen geven zijn talenten verder te ont plooien. UTRECHT. Volledig examen: de dames T. M. van Dijk, Zeist; H. M. C. Smit, Utrecht en de heeren J. F. A. Nieuwesteeg, Utrecht; W. J. A. Zwaan, Zeist; H. van Dijk, Hilversum; P. C. van der Weijden, Bunschoten. B-gedeelte: de heeren G. Haze en H. D. Horst te Utrecht. HAARLEM. Geslaagd voor het geheele exa men: Mej. J. J. den Corbier, D. Marinus en mej. J. W. Neefkind. Voor gedeelte A: mej. S. A. Suzenaar. Voor gedeelte B: mej. J. Vingerhoed, allen te Amsterdam. 's-GRAVENHAGE. Geslaagd voor diploma A: de dames L. Soetilo, H. M. Meijer en J. C. Schreuder; en de heeren L. M. F. Becherer, H. H. Götte, J. H. A. Klijn en H. W. M. van Wor- dragen. Voor diploma B: de heeren J. Terhorst en A. Schnitker.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 5