Meineed gesproken? rouw die in het donker kwam Brandstoffen voor den winter de ZOMER 1940 DE ZAAK VAN DEN BABY Rectores-magnifici der Universiteiten VRIJDAG 13 SEPTEMBER 1940 LUCHTBESCHERMERS WAREN DRONKEN OORLOGSSCHADE TE MIDDELBURG DE KUNST WORDT GESTEUND Tweehonderd militaire dekens gestolen Kerkelijk leven H.H. WIJDINGEN Gerechtelijk onderzoek ingesteld UITTOCHT UIT WOON WAGENKAMP Waar zal nu het winter verblijf zijn? VERZORGINGSHUIS TE GRONINGEN Verbouwing en uitbreiding Ergerlijk gedrag gestraft GEVANGENISSTATISTIEK Cijfers over 1938 GERUSTSTELLING AAN DE SCHIPPERS Dahlia-tentoonstelling te Schiedam DOOR SYDNEY HORLER PLUNDERING TE ROTTERDAM Personèelraad bij de N. S. Archivaris van Oss overleden EEN. HONDERDJARIGE Cominissie ter bespoediging van vergoeding Zij die 1 October hun 20 pet. nog niet hebben, zullen stellig voorrang hebben J. C. M. van Nieuwenhovén- Stempels overleden Getuigenverhoor bij contra enquête MEDEDEELINGEN OVER BELASTINGHEFFING Rotterdamsch Philharmonisch Orkest krijgt f 10.000 Nationale Padvindersraad Geen contact meer met het Boy Scouts Int. Bureau Fourier bij den Opbouwdienst staat terecht Doodelijke val Bij de paters Assumptionisten Het Oude Maasje wordt afgesloten In de duisternis verdronken RETRA1TEN Seppe Voor het gerechtshof te Arnhem stond Don derdag terecht de 27-jarige koopman O. B. B. dit Eibergen. Tegen dezen had de Politierechter ie Zutphen zes weken hechtenisstraf gevorderd, Waartegen B. in appèl was gegaan. De kwestie Was deze: B. zou, om een eigen zaak in manu facturen te kunnen beginnen, van zekeren Th. K., die bediende was in den textiel-engros- handel van S., goederen hebben aangenomen, terwijl hij wist, dat K. deze goederen door dief stal verkregen had. De zaak tegen K. werd feeds èenigen tijd geleden te Zutphen behan deld, waarbij K. toen verklaarde viermaal een Sending te hebben verzonden en daarvoor drie kwart van den grossiersprijs in rekening ge bracht te hebben. Verdachte B., die toen getui- 6e was, verklaarde eensluidend. Ter terechtzitting voor het Hof, dus na het aangeteekende appèl, luidden de verklaringen èn van B èn van K. geheel anders. K., als getuige gehoord, zeide nu, slechts tweemaal een rending verstuurd te hebben en van B. den vol len prijs te hebben ontvangen. Na deze zeer tegenstrijdige verklaringen ging het Hof in raadkamer. Bij de heropening der zitting waarschuwde be president K. voor het uitspreken van een meineed en begon andermaal met het verhoor Getuige K. zeide nu èn voor den rijksveldwach ter èn voor den politierechter zeer zenuwachtig Seweest te zijn. „Ik was heelemaal in de war". Een der raadsheeren merkte op, dat men, als trien in de war is, mogelijk wel iets weglaat, •baar toch niet iets gaat fantaseeren met da tum, hoeveelheid en bedrag precies. De procureur-generaal zeide, een gerechterlijk Onderzoek te willen instellen naar de mogelijk heid. dat getuige K. een meineed gesproken zou hebben. Bij de voortzetting van het onderzoek zei ver dachte dat het geenszins zijn bedoeling geweest Was, K.'s patroon te benadeelen en naar ver- dachtes meening was dit dan ook niet gebeurd „Waarom, zoo vroeg een der raadsheeren, hebt u dan aan S. een som van f 70.als Schadevergoeding betaald?" „Ik had iets verkeerds gedaan" zeide B., >.maar ik kan niet zeggen wat. Ik zag de moge lijkheid om van rechtsvervolging af te komen daarom betaalde ik". Ook verdachte B., die voor den Zutphenschen Politierechter verklaard had, viermaal zendin gen te hebben ontvangen, trok thans deze ver- blaringen in en zeide, pertinent te weten, dat hij slechts tweemaal goederen ontvangen had. De procureur-generaal eischte een nader on derzoek, waarna de president de zaak in han den van den rechtercommissaris stelde. In Rotterdam hebben verscheidene bewoners van het woonwagenkamp aan den Nieuw Ter- bregscheweg het bevel gekregen, het kamp te Verlaten en naar elders uit te wijken. Het gold diegenen, die geen vaste bewoners van 'net kamp Waren en derhalve dienden gerekend te worden tot de- marskramers zonder vaste woonplaats, aan wie bh verordening van den Rijkscommis saris het binnen de bepaalde kustzone uitoe fenen van hun beroep is ontzegd. De vaste bewoners mogen blijven. Het vertrek heeft nog al wat voeten in de aarde gehad, temeer daar de zoogenaamde losse zwervers zich al aardig hadden ingeburgerd en sich er reeds half en half op hadden voorbe eld, in het kamp te „overwinteren". B. en W. van Groningen hebben een voorstel bij den raad ingediend betreffende de verbou wing en uitbreiding van het Verzorgingshuis. Heeds in November 1938 werd een plan goed gekeurd, doch de geneeskundige inspecteur van ae Volksgezondheid had speciale wenschen ge bit met betrekking tot de inrichting van een afzonderlijke afdeeling voor T.B.C.-patiënten. In deze voordracht wordt van het gewijzigde Pjan thans uitvoerig mededeelirlg gedaan, waar bij nog verscheidene andere herzieningen ko- j^en. De meerdere kosten zijn begroot op f 46.000. ~e oorspronkelijke raming bedroeg f 117.600. ^oorts wordt nog gerekend op 25 procent extra cten in verband met prijsstijgingen. De totale bcgrooting wijst daardoor thans een bedrag van 204.500 aan. Donderdagochtend heeft de keuring plaats gehad, terwijl 's middags te twee uur de ten toonstelling werd geopend door den voorzitter van de Algemeene Nederlandsche Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer, mr. dr. L. N. Deckers, waarbij ook het woord werd gevoerd door den voorzitter van de Nederlandsche Dahlia-vereeniging, den heer J. P. Ch. Dix. Voor deze tentoonstelling was een speciaal eere-comité samengesteld, waarvan de burge meester van Schiedam, mr, dr. P. L, van Haa- ten, het voorzitterschap bekleedt. Voor den kantonrechter te Amersfoort, mr, D. J. W. Muller Massis, stonden twee leden van den luchtbeschermingsdienst uit Barneveld, H. en Van V. terecht, omdat zij in zekeren nacht tij dens de uitoefening van hun functie dronken op den openbaren weg waren aangetroffen en daarbij tevens rumoer hadden gemabkt. Ook hadden zij voorbijgangers lastig gevallen en hun om rookartikelen gevraagd. De ambtenaar van het O. M., mr. Louet Feis- ner, vond het optreden van deze verdachten bui tengewoon ergerlijk. Tegen Van V., die bij de politie ongunstig bekend staat, eischte hij de maximumstraf, f 15 subs. 15 dagen, en tegen H., die door zijn metgezel overgehaald zou zijn, f 12 subs. 12 dagen. Dekantonrechter veroordeelde beiden conform den eisch. De bij de Algemeene Landsdrukkerij versche nen gevangenisstatistiek over 1938 (in een pu blicatie met de crimineele statistiek en de sta tistiek van de toepassing der kinderwetten), bewerkt door het Centraal Bureau voor de Statistiek, bevat veel wetenswaardigs omtrent de bevolking in de strafgestichten en omtrent het onderwijs, den arbeid, het gedrag der ge vangenen, de toepassing en den afloop van voorwaardelijke invrijheidstelling en den eco- nomischen toestand van ontslagen gevangenen. De totale bevolking in de gestichten tezamen in den loop der laatste jaren aanwezig ge weest, welke belangrijk gestegen was, daalde in 1936, 1937 en 1938. In de jaren 1934 tot en met 1938 waren in totaal aanwezig 40.657, 48.583, 45.131, 41.287 en 39.281 personen. De mannelijke bevolking bedroeg in de jaren 1937 en 1938 resp. 39.965 en 38.029, de vrouwelijke 1.322 en 1.252. De vermindering van het totaal aantal personen in 1938 met 2.006 werd uit sluitend veroorzaakt door de daling van het aantal personen in de huizen van bewaring (1937 29.376, 1938 27.040). Er werden wederom minder tot subsidiaire hechtenis veroordeelden in de huizen van bewaring opgenomen; ook het aantal preventief gedetineerden verminderde. De totale bevolking in de strafgevangenissen nam toe: 1936 tot en met 1938 resp. 8.309, 8.723 en 9.217. Van de 957 personen ten aanzien van wie een beslissing omtrent al of niet voorwaardelijke invrijheidstelling werd genomen, werden 215 of ruim 22 pet. voorwaardelijk in vrijheid ge steld. De afloop van de gevallen van v.i. was ook in 1938 zeer gunstig: in 89 pet. der geval len verliep dep roeftijd zonder dat tot herroe ping der v.i. werd besloten. Het aantal gegijzelden bedroeg in 1938 slechts 13. De gepubliceerde geruststelling aan de schip pers dat zij namelijk des nachts normaal hun beroep kunnen uitoefenen geldt niet alleen voor de kuststreek, maar voor het geheele ge bied, waar het uitgaansverbod tusschen tienen en vieren geldt Donderdag is in de groote tentoonstellingshal Van de „Poiyantlia" te Schiedam de dahlia tentoonstelling begonnen, welke telkenjare wordt Georganiseerd door de Nederlandsche Dahlia- vereeniging, in samenwerking met de vaste keu ringscommissie van de Nederlandsche Maat- 'ehappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Deze expositie is steeds het hoogtepunt van< net dahlia-seizoen. De inzenders zijn slechts die Meekers en particulieren, die op de normale t^rioüieke keuringen van den dahlia-proeftuin e Haarlem de hoogste onderscheidingen behaal den en op grond daarvan waardig geacht worden ?eel te nemen aan het groote concours om de °°gste prijzen van het seizoen 43 Nadruk verboden ■Volgens je eigen opvatting, bedoel je zeker," erbeterde Pandervell. „Nee, ik denk dat ik er Iets anders op moet vinden. Indien ik nog een J*'eede opmerking mag maken, geachte Staden- ,'eld, dan zou ik willen zeggen dat je de dingen .e Weinig en détail beschouwt. Ik kan nog niet Goed vergeten, hoe we al een fortuin van Holi- LaV te pakken hadden kunnen hebben en dat nu in volle vrijheid is en dientengevolge tegenheid heeft zijn vrienden van den Gehei- jjrii Dienst van zijn avontuur op de hoogte te Jcllen. Het lijkt me het verstandigste dat je nu "laar verdwijnt, Stadenmield; ik verwacht be- Ga door de achterdeur, als je er tenmin- 6een bezwaar tegen hebt." - De ander trok zijn wenkbrauwen te zamen, Gehoorzaamde evenwel zonder verdere tegenwer ken. Gedurende de tien minuten welke verliepen *°ordat zijn bediende de komst aankondigde v?11 het verwachte bezoek, sliep Pandervell jhikbaar. Hij had zijn sigaret weggeworpen, ^föde in zijn stoel achterover en sloot de oogen. Drie jongemannen uit Rijswijk waren 14 Mei met een personenauto naar Rotterdam gereden, om er een familielid te bezoeken en na afloop hadden zij een rondrit door de stad gemaakt. Zij waren bij hotel Central op de Kruiskade terecht gekomen, dat aan de achterzijde brand de. Zij waren naar binnen gegaan en hadden er wat meubelstukken weggehaald en in den auto geladen. Donderdag hadden zij zich voor de Rotterdamsche rechtbank te verantwoorden. De officier van Justitie, mr. Meischke, noemde het optreden der jongelieden zeer ergerlijk. Re kening houdende met het feit, dat twee der mannen reeds met de justitie in aanraking zijn geweest, eischte hij tegen elk der mannen een jaar en drie maanden gevangenisstraf. De verdedigers, mr. de Haan, mr. Blok en mr. Dijker, bepleitten clementie. Uitspraak 26 September. ff ff De Personeelraad bij de Nederlandsche Spoor wegen heeft als opvolger van den heer H. J. van Braambeek, die met 1 September is afge treden als voorzitter, tot waarnemend voorzitter benoemd den heer G. Janstra. Vrij onverwachts is te Oss in den leeftijd van 56 jaar overleden de heer J. M. Cunen, archi varis dier gemeente. De begrafenis geschiedt Zaterdag te half tien. Een dergelijke houding placht hij altijd aan te nemen, wanneer hü over het een of andere pro bleem nadacht. En niettegenstaande alles opper vlakkig beschouwd vrij gemakkelijk leek. viel het toch niet te ontkennen, dat het meisje Insall in werkelijkheid een uiterst moeilijk vraagstuk vormde. De bediende die binnentrad gaf een bekenden naam op. Het volgende oogenblik werd een vrouw van gevorderden leeftijd binnengelaten. „Hector," begon ze dadelijk, „ik moet vandaag iets hebben." Pandervell keek haar met een verbaasde uit drukking in de oogen aan. Het was zijn gewoon te een studie van verschillende menschen te ma ken en deze vrouw interesseerde hem nog steeds, niettegenstaande ze reeds lang geleden zijn sla vin was geworden. Te oordeeleh naar den glim lach om zijn lippen, amuseerde hij zich gewel dig over haar optreden, een amusement dat niet van wreedheid ontbloot was. „Het is nog niet altijd gezegd dat we krijgen kunnen, wat we begeeren," antwoordde hij. Er was een cynische klank in zijn stem. De vrouw kwam naderbij. Haar gelaat dat heel veel aan dat van een roofvogel deed den ken ze stond bekend als de leelijkste vrouw van Londen was bloedrood. „Ik zeg je, dat ik wanhopig ben. Hector," bracht ze schor uit. Hij scheen eenigszins onder den indruk te geraken van haar optreden. „Waarom is het je ditmaal te doen," vroeg hij. „Geld ofwitte sneeuw?" „Alle twee!! Oh, God, hoe afschuwelijk en ver nederend is het bij jou daarom te moeten smee- Met groot verlangen zien wij ieder jaar uit naar den zomer, het zonnige jaargetijde, de periode van heerlijke fiets- en wandeltochten naar bosch en hei, den tijd van aangenaam verpoozen aan het strand en in de duinen. Als het zonnetje ons overlaadt met zijn warme stralen, dan bruist het in ons, dan ademen wij het leven in met volle teugen, dan willen wij vrij zijn om te dwalen door de mooie natuur, dan worden er plannen gemaakt voor de vacantie, voor enkele dagen van ongestoord genot, voor enkele dagen van los staan van de dagelijksche sleur. Wanneer de zomer reeds lang voorbij is en wij onze foto-album opslaan, dan kunnen ivij nog zoo echt nagenieten van den zoovecl- sten onvergetelijken zomer. Thans nadert wederom een zo mer zijn einde, ook nu hebben wij gefietst en gewandeld, ook nu zijn wij op vacantie geweest, doch hoe geheel anders was alles dit jaar.... ook deze zomer zal onvergetelijk zijn. Vandaag is de heer Jan van Hemmen te Haren (Gr.) honderd jaar geworden. De burgemeester van Middelburg heeft den gemeenteraad medegedeeld, dat aan B. en W. is gebleken, dat bij de voorbereiding van rege- wegens oorlogsgeweldschade ernstig is overwo gen een zeker percentage van de op 9 Mei j.l. geldende verkoopwaarde van de verwoeste pan den te vergoeden. Aangezien de verkoopwaarde van woningen en winkelpanden slechts een gedeelte van de herbouwwaarde uitmaakt, hebben B. en W. een commissie in het leven geroepen, ten einde op zeer korten termijn een rapport oj? te stellen betreffende de verkoopwaarde van panden in de gemeente in verband met de herbouwwaar de. De commissie hoopt binnen eenige weken haar rapport gereed te hebben. De gemeenteraad besloot verder in verband met de gebeurtenissen tot instelling van een gemeentelijk grondbedrijf. De raad stelde een crediet van 45000. gulden beschikbaar voor aan schaffing van nieuw brandweermateriaal en aanvaardde een voorstel van B. en W. tot het verleenen van een gratificatie aan door oor logsgeweld getroffen gemeente-personeel, wel ke voor gehuwden een maand en voor onge- huwden een halve maand salaris zal bedragen. De Bond van Nederlandsche Handelaren In Brandstoffen schrijft: Bij een groot deel van de bevolking bestaat nog steeds groote vrees, dat men het kwan tum kolen, waarop men recht heeft, niet zal ontvangen. Met allen nadruk moge er daarom ter geruststelling de aandacht op worden ge vestigd, dat men er niet de minste schade van zal ondervinden, wanneer men op 1 October zijn twintig procent niet in huis zou hebben. Er is wel in de bladen door het Rijkskolenbu- reau medegedeeld, dat degenen, die hun twin tig procent vóór 1 October niet hebben ont vangen, na dien datum geen recht meer heb ben op levering van deze hoeveelheid of het resteerende gedeelte daarvan, doch het schijnt de aandacht van velen te zijn ontgaan, dat in dezelfde publicatie vermeld werd, dat dezulken daarvan geen schade zullen ondervinden, om dat „rekening zal worden gehouden met den dan aanwezigen voorraad bij de verbruikers". Op deze laatste mededeeling moge alle nadruk vallen. Afnemers die op 1 October dus hun twintig procent niet mochten hebben ontvangen, worden niet ten achter gesteld bij degenen, die dat wel hebben ontvangen. Zij zullen bij de per 1 October in werking tredende distributie regeling o.i. stellig den voorrang hebben, terwijl degenen, die reeds hun twintig pro cent ontvingen, dan zullen moeten wachten, totdat ieder zijn deel heeft ontvangen. Er komt op 1 October een nieuwe regeling, welke rekening houdt met de vraag of en hoe veel men tot dien datum al dan niet ontvangen heeft. In veTband met het bovenstaande moge nog worden verzocht, van de handelaren niet het onmogelijke te vragen. Het kan nu wel als een vaststaand feit worden aangenomen, dat het niet mogelijk zal zijn, iedereen vóór 1 October zijn twintig procent te bezorgen. Maar dit be hoeft geen enkelen verbruiker zorgen te baren, omdat dit door de in te voeren distributierege ling vanzelf in orde .komt. Ieder blijve daarom bij zijn ouden leverancier, aangezien men dan zijn rechtmatig aandeel zal ontvangen. In het St. Jansziekenhuis te Laren is op 56-jarigen leeftijd na het ondergaan van een operatie overleden de Larensche kunstschilder es mevr. J. C. M. van Nieuwenhoven-Stempels. Zij was geboren op 10 Mei 1884 te Dordrecht on bezocht de Academie van Beeldende Kunsten Zooals regds in het kort is medegedeeld, is dezer dagen de enquête gesloten, welke gehouden is in verband met het door het Haagsche ge rechtshof gewezen arrest met betrekking tot de procedure tusschen twee families om het bezit van een baby, in welk arrest aan de familie S. was opgedragen, te bewijzen, dat het lijkje, dat op 30 Mei in de puinhonpen bij de Bethlehem- kliniek te 'sGravenhage gevonden is, dat was van een kind, toebehoorende aan een moeder, die op zaal 9 lag. Voor het getuigenverhoor had de procureur der familie S„ mr. Van Oven, nog drie getuigen gedagvaard, van wie er slechts één verschenen was, namelijk zuster Volutiana, die in Mei j.l. werkzaam was in bovengenoemde kliniek. Mr. Van Oven zag af van het hooren der beide an dere getuigen. Zuster Volutiana verklaarde, dat zij gedurende de laatste dagen van Mei bemerkte, wanneer zij zich in de verloskamer bevond, welke onder zaal 9 gelegen is, dat haar van de puinhoopen achter het gebouw een onaangename lucht te gemoet kwam. Zij deelde dit mede aan den rechercheur Jurgens. Op 30 Mei is zij met den heer Jurgens en een inspecteur gaan zoeken met het resultaat, dat zij diep in den puinhoop, onderaan, onder brokken steen, een kinderlijkje bedolven vond. Onder het lijkje lag een wieg- kleed. Getuige kon echter niet zeggen, van welke zaal een en ander afkomstig was. Wel was het lijkje gekleed in kleertjes, welke in de kliniek alleen op zaal 8 en 9 gebruikt worden. Een kindje uit de couveuseijzaal kon het niet zijn, want dan zou "het een trui aan gehad moeten hebben. Bovendien is die zaal, op een paar ge sprongen ruiten na, geheel ongerept gebleven. Na den bominslag heeft getuige opruimings- werk op de zalen gedaan. Op zaal 15 (boven zaal 9) waren alle bedden en wiegen nog aan wezig. De wiegen stonden zelfs nog op hun voet stuk. Van deze zaal was alleen het balkon af geslagen. Hierop stond bed, noch wieg. De overige zalen, behalve zaal 9, waren in zooverre alle ongerept gebleven, dat zich de wiegen en bedden daar nog in bevonden. Bij de hierna gehouden contra-enquête had mr. ir. Smalhout, de procureur van de familie ken." Ze hief haar handen op en bedekte daarmede haar gelaat. Deze woorden schenen geenerlei effect te bereiken. In zijn schandelijk beroep had hij al verscheidene van deze typen ontmoet. „Waarom laat je me wachten?" ging de be zoekster voert. „Heb ik je vroeger niet genoeg voordeelen aangebracht?" Ze keek de luxueus gemeubelde kamer rond en daarna zag ze hem weer aan. „En je werd er ook voor betaald." Zijn cynis me had nu plaats gemaakt voor openlijke grof heid. Pandervell had haar niet grooter minach ting kunnen toonen wanneer hij haar een slag in het gezicht had toegediend. „Je kent mijn condities," ging hij bedaard voort. „Ik ben altijd .bereid een behoorlijk be drag te betalen voor iets van waarde." Haar lippen openden zich, waardoor een stel scherpe tanden zichtbaar werd. Haar glim lach was zoo afschuwelijk dat zij op een roof dier geleek. Pandervell scheèn daarvan evenwel niets meer te bemerken. Deze vrouw, die zich in de hoogste kringen bewoog, had hem men- schenzielen gebracht.... welke hij evenwel als gewone koopwaar beschouwde. „Heb je me nog wat aan te bieden?" vroeg hij. „We kunnen op het oogenblik best iets ge bruiken." „Ik moet onmiddellijk een bedrag van vijf honderd pond hebbenen- wat sneeuw," luid de het antwoord. „Dat kun je met pleizier krijgen, indien er eerst iets van jouw kant is gedaan." „Speel toch in Godsnaam niet met me, Pan- Van der W., vier getuigen gedagvaard. Mevr. W. P. Oosterveen, een zuster van mevr. Van der W„ werd het eerst gehoord. Zij had mevr. Van der W. tweemaal, terwijl zij in de Bethlehem-kliniek lag, opgezocht en toen haar baby gezien. Na den bominslag zag zij het kind herhaaldelijk meer en zij twijfelde er geen oogenblik aan, of haar zuster was in het bezit van haar eigen kind. De oogen van het Kind aldus deze getuige zijn geheel die van mijn eigen kinderen en ik herken er een eigen aardigheid van onze familie in. Het eene oog is namelijk iets kleiner dan het andere, het is alsof de pupil niet in het midden zit. Ook heeft het kind een naar buiten staand knietje, een eigenschap, die in de familie Van der W. voor komt. Dit had haar zuster haar in de kliniek verteld en later heeft getuige dit ook ten huize van haar zuster gezien. Een vlekje, dat het kind op den neus had, veroorzaakt door een druppel zilvernitraat, had getuige later ook gezien, toen het kind thuis was. Mevr. W. P. J. van der Winden, schoonzuster van den heer Van der W., had diens zuster een keer in de kliniek bezocht in gezelschap van de vorige getuige. Na de ramp kwam getuige ten huize van de familie Van der W. en twijfelde er ook niet aan, of dit was hetzelfde kind, dat zij in de kliniek gezien had. Ook deze getuige heeft ïia de kliniek het vlekje op den neus van het kind gezien. Toen het kind thuis was, heeft zij er niet op gelet of dit vlekje er nog was. Wèl had getuige gezien, dat het kind een naar buiten staand knietje had. Zoowel getuige's man als diens broer, partij Van der W., hebben een dergelijke knie. Getuige vond, dat het kind precies de oogen van haar schoonzuster had. Tenslotte werd nog gehoord een broer van me vrouw Van der W„ de heer J. G. Berkhout. Ongeveer vijf uur na de geboorte van het kind is hij in de kliniek geweest. Hij heeft toen ge zien, dat het kind een donker vlekje op den neus had, en het viel hem ook op, dat het haar doorliep over de wang naast de ooren. Later, op 10 Mei, is zijn zuster met een kind ten huize van de ouders van getuige gekomen en hij heeft daar bij dat kind denzelfden haargroei en het zelfde vlekje op den neus waargenomen. Mr. Smalhout zag af van het hooren van de vierde getuige. De contra-enquête was daarmede ook afge- loopen. waarop de raadsheer-commissaris de zaak verwees naar de rol van het Hof ter plei dooi-bepaling. Zooals bekend, zal Zaterdagmiddag a.s. op nieuw worden gepleit. dervell," barstte ze los. „Ik heb op het oogenblik niets te verkoopenhij wordt wantrouwend och, nee, niet ten opzichte van mij, maar te genover de menschen, die hem omringen.... Zelfs zijn privé-secretarissen hebben het ont dekt. „Het spijt me heel erg dat je bezoek dan nut teloos is geweest," gaf hij te kennen. „Je moet me wat geld geven," smeekte ze weer. „Het kan me niets schelen wat ik verdei heb te doen." „In dat geval zouden we een zekere zaak kun nen regelen," zei Pandervell. „Ken je een meis je.. Valerie Insall geheeten?" De bezoekster leunde zwaar in haar stoel ach terover. HOOFDSTUK XIX Een weddenschap „Ik drink op een inkomen van duizend pond per jaar," zei George Grainger glimlachend. So- mers knikte en hief zijn glas op. De twee man nen hadden na hun korte kennismaking vriend schap gesloten, en ze konden al geweldig goed met elkander overweg. Ze zaten samen in „De Blauwe Beer" een kleine bar, die zich aan het einde van Mount Street bevond. Romanschrijvers waren van oor deel, dat in deze gelegenheid altijd een zekere „atmosfeer" was te vinden, daar men er ver schillende interessante typen kon aantreffen. De bewuste gelegenheid werd getrouw bezocht door butlers, chauffeurs, mannen en vrouwen van de onderwereld enz. enz. Detectives brengen er ook te Rotterdam, waar zij les kreeg van wijlen den heer Ferd. Oldewelt. In 1907 trad zij in het huwelijk met den kunstschilder Willem van Nieuwenhoven, waar na zij zich eerst vestigde in het Brabantsche schilidersdorp Heeze. In 1910 vestigde zij zich te Laren (N.H.). Zij legde zich voornamelijk toe op het schilderen van bloemen. De begrafenis geschiedt a.s. Maandag op de algemeene begraafplaats te Laren. De druk van de belastingen op het inkomen en het vermogen is de laatste jaren wel sterk toegenomen. In het artikel „Inkomsten-, vermo gens- en gemeentefondsbeiasling 1940'1941", voorkomende in de zoo juist verschenen afleve ring van het maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek wordt hierop nog eens bijzonder de aandacht gevestigd. Van deze drie belastingen wordt de sterkste toeneming aangetroffen bij de gemeentefonds belasting, omdat, behalve de 25 opcenten, die ten behoeve van het Werkloosneidssubsidie- fonds en de opcenten, die hoogstens ten getale van 75 rechtstreeks ten behoeve van de gemeen ten mogen worden geheven, over 1939/1940 nog 15 en over 1940/1941 nog 50 opcenten worden ge heven ten behoeve van het Rijk. De wisselende aantallen opcenten voor de gemeenten zijn oor zaak, dat er over 1936/1937 tot en met 1938/1939 naast gemeenten met 25 opcenten ook gemeen ten zijn, waar 100 opcenten worden geheven. Over 1939/1940 liggen de grenzen tusschen 40 en 115 en over 1940/1941 tusschen 7-5 en 150. Over het laatste jaar wordt dit hoogste' aantal op centen geheven in 749 van de 1054 gemeenten. Slechts 12 gemeenten hebben zich voor deze be lasting in de le klasse, 43 gemeenten in de 2de klasse en alle overige in de 3e klasse gerang schikt. Gegevens voor de afzonderlijke gemeenten zijn opgenomen in een geschrift van bovenge noemd bureau, getiteld „Hoeveel belasting betaal ik over 1940/1941?" Daar in dit boekje ook de tarieven van bovenvermelde belastingen zijn opgenomen, kan met behulp van deze gegevens voor elk willekeurig inkomen of vermogen de juistheid worden nagegaan van den belasting aanslag voor het op 1 Mei aangevangen belas tingjaar. Een aantal bijzonderheden betreffende alle overige door het Rijk, de provincie en de ge meenten geheven belastingen zullen verder wor den opgenomen in de binnenkort verschijnende meer uitgebreide publicatie van ditzelfde bu reau: „Belastingdruk in Nederland 1940/1941". Naar wij vernemen, heeft het bestuur van het Rotterdamsch Philharmonisch Orkest van den waarnemend secretaris-generaal van het departement van Onderwijs, Kunsten en Weten schappen bericht ontvangen, dat het met ingang van 1 Januari 1940 een vast rijkssubsidie van f 10.000.per jaar zal ontvangen, waardoor deze instelling in de rij der door het Rijk ge subsidieerde orkesten is getreden. Het vaste jaarlijksche rijkssubsidie voor de Haarlemsche orkestvereeniging is verhoogd met f 2500. Verder is aan alle orkesten bericht, dat het Rijk bereid is in den komenden winter 20 pro cent van de salarissen van de orkestleden te garandeeren, mits de besturen zelf, eventueel met steun van de plaatselijke en provinciale overheden, voor de resteerende 80 procent in staan. Aan de gevestigde tooneelgezelschappen is medegedeeld, dat van rijkswege maatregelen tot bevordering en steun van de Nederlandsche dramatische kunst in overweging zijn. In ver band hiermede is hun vanwege het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een aantal vragen gesteld. De Nationale Padvindersraad heeft aan een toonaangevende Duitsche instantie, die in nau we verbinding staat met de Duitsche jeugdlei- ding, de verklaring afgegeven, dat de raad van Mei 1940 af op geenerlei- wijze in contact heeft gestaan met het Boy Scouts International Bureau in Londen. De Nationale Padvindersraad heeft, nadat Nederland door de Duitsche weer macht bezet is, het standpunt ingenomen, dat het internationale contact tusschen de padvin- dersvereenigingen der verschillende landen ver broken is. In verband met den nieuwen toe stand ziet de Nationale Padvindersraad nog slechts de mogelijkheid van het oprichten van een nieuwe internationale jeugdvereeniging, waarbij alle landen zich zouden kunnen aan sluiten. De hoogleeraar dr. ir. C. J. van Nieuwenburg is voor het studiejaar 1940-1941 benoemd tot rector-magnificus van de technische hooge- school te Delft. De hoogleeraar dr. H. R. Kruyt is voor het studiejaar 1940—1941 benoemd tot rector-mag nificus van de rijksuniversiteit te Utrecht De hoogleeraar dr. A. W. Bijvanck is voor het studiejaar 1940—1941 benoemd tot rector-magni ficus van de rijksuniversiteit te Leiden. Anderhalf jaar gevangenisstraf eischte de of ficier van justiitie by de Haarlemsche rechtbank tegen een sergeant-fourier, die in den avond van den 24stcn Juni ruim tweehonderd dekens uil een rustkamer in een school had gestolen en deze had getracht te verkoopen aan een man, met wien hij in een café had kennis gemaakt. De fourier was in den avond van den 24sten Juni in een café in de Smedestraat in gesprek geraakt met een Haarlemmer, die hem vroeg: „Kan je me niet eens wat leveren. Je loopt er geen gevaar mee. Het blijft onder ons." „Ik kan je wel wat dekens bezorgen", ant woordde de fourier. „Goed", zei de koopman, „daarvan kan ik er wel duizend gebruiken, ik betaal je 1,25 het stuk". Er was ook een derde man in 't complot, een broodbezorger, die den sergeant-fourier kende uit zijn diensttijd. Hij zou helpen met 't opladen van de dekens. Enf aat deed hij dan ook op den afgesproken avond. Samen met den fourier ver brak hij het hangslot van de rustkamer en met vereende krachten werd de deur geforceerd. Voor de school stond een speciaal voor deze gelegenheid gecharterde vrachtauto, waarmede het staatseigendom naa- den opkooper werd ver voerd. De afspraak was gemaakt, dat de opkooper dienzelfden avond nog in het bekende café 100 zou geven en den dag daarop de rest. In het café was de opkooper niet te vinden. En toen de fourier hem den volgenden dag tegen het lyf liep, zei de man de dekens niet te willen hebben. „Die kwaliteit kan ik niet gebruiken; kom ze maar weer terug halen!" Dat was natuurlijk vrijwel onmogelijk geweest; het gevolg was, dat de diefstal met braak uit lekte en Donderdag stonden de drie misdadi gers in het verdachtenbankje van de Haarlem sche rechtbank. Een kapitein van den Opbouwdienst, bij wien de fourier voorloopig was ingedeeld, kon geen onverdeeld gunstige getuigenis over dezen man afleggen. Men haa hem in algemeenen zin reeds voor den diefstal tegen dezen fourier gewaar schuwd. De Officier eischte tegen den broodbezorger- medeplichtige een gevangenisstraf van 9 maan den en tegen den heler, die van beroep kellner bleek té zijn'eenzelfde straf als welke hij tegen den fourier had geëischt n.l. een jaar en zes maanden. Onder Elspeet is mevr. Van Engelan.'Visch, die met haar man fietste, konten te vallen en zón rngelukig terecht gekomen, dat zij op slag dnod was. Z. H. Exc. Mgr. A. F. Diepen, bisschop van I s-Hertogenbosch zal Zaterdag, 21 September, in de kapel van het Groot-Seminarie te Haaren het H. Subdiakonaat toedienen aan Fr. Michaël Lindeman, Zwolle; Fr. Johannes Sibum, Hen gelo; Fr. Sylvester v. d. Weerden, Someren; Fr. Gerardus Ulijn, Utrecht; en aan Fr. Xave- rius Pallenberg, 's Gravenhage. van het theo logisch studiehuis der P.P. Assumptionisten te Bergeyk (N.-Br.). In Noord-Brabant is een begin gemaakt met de afsluiting van het oude Maasje. Arbeiders uit diverse plaatsen in midden-Brabant zijn bij dit werkobject ingeschakeld. Een 59-jarige man uit de Van Gohstraat te 's Gravenhage, is tengevolge van de duisternis met zijn fiets in het water van de Soestdijk- schekade in Den Haag geraakt en verdronken. vaak een bezoek, doch deze heeren worden zwij gend bediend. „De Blauwe Beer" wenscht zich op een zeker peil te houden en verkiest zaken zooveel mogelijk buiten te sluiten. Daar Somers het bijzonder genoeglijk vond. wanneer hij klaar was met zijn bezigheden iets van het leven te zien zooals hij het noemde, ver eerde hij de bewuste gelegenheid zoo nu en dan eens met zijn tegenwoordigheid. Bovendien was de bar dicht in de buurt. George Grainger kende het café even goed als de vele andere die zich in West-End bevonden. „Ja, je baas is allemachtig aardig," kondigde de chauffeur aan. „Ik heb toch waasachtig niet zooveel voor hem gedaanen wat denk je dat hij me gisterenavond gaf? Een bankbiljet van tien pond. Hij is vast eenig in zijn soort dat verzeker ik je." De oud-gediende boog zich dicht tot den spre ker over. „Ik weet heusch niet wat hem is overkomen," zei hij. „Voordat „die vreemde dingen" voorvie len, dacht hij aan niets anders dan sport en nog eens sport, en nu schijnt hij bijna al zijn tijd te besteden aan het opsporen van misdadigers. En dat zou ik nu nog niet zoo erg vinden, wanneer hij me met hem mee liet gaan. Het eenige wat hij echter gisterenavond tegen me zei was dat ik een beetje op moest letten, dat er geen onge- wenschte personen in de flat kwamen. Natuur lijk is er' een vrouw in het spel," voegde Somers er grimmig aan toe. „hoewel hij me er mets va'i gezegd heeft." George dronk achter elkaar zijn glas leeg er) liet er nog eentje inschenken. 1417 September: Meisjes. 18—21 September: Jongelingen. 2124 September: H. Familie (Roosend.). 2427 September: Dames. 29 September: Gereserveerd. 14 October: Meisjes (Verloofden). 5—8 October: K.A.J.V. (B.D.W.V.). 1215 October: Gereserveerd. 1518 Oct.: Gehuwde vrouwen. 19—22 October: J. W. (B.D.W.V.). 2225 Oct. St. Rafaël. 2528 October: St. Christoffel e.a. heeren. 291 Nov.: Meisjes. Wat dacht je dan anders." grinnikte hij. „Je kunt er wel zeker van wezen dat er een vrouw bij betrokken is. Dat wil zeggen ze is nog jong enhet mooiste, liefste schepseltje dat er op de wereld bestaan kan." „Groote goedheid," mompelde Somers. „Als dat zoo is, wat moet er dan van my worden?" „Wat bedoel je? Dat meisje zal heusch niets met jou te maken willen hebben. Dacht je dat soms?" „Oh, niet?" riep hij minachtend uit. „Ik kan je dan wel vertellen dat oude Kolonel Trotter, die in 1919 aan het hoofd van ons regiment stond stapelgek werd gemaakt door zoo n mooi schep seltje. Ik zou het niet goed kunnen verdragen als mijn meester precies' zoo werd als hij." Grainger schudde heftig met het hoofd. „Je hoeft je over juffrouw Insall heusch niet bezorgd te maken." antwoordde hü. „Ze is een keurig meisje, en ik verzeker je dat ze met den deftigsten heer zou kunnen trouwen." „Zoolang ze het mijn meneer maar niet las tig maakt, mag ze wat mij betreft nemen wien ze wil." George glimlachte veelbeteekenend. „Ik heb er niets op tegen een weddenschap aan te gaanLuister goed naar me, vriend Ik wed dat zij en je baas binnen zes maanden getrouwd zünmisschien wel binnen drie maanden. Het is meer dan een mensch kan ver dragen bij dat mooie meisje te wezen én niet van haar te houden." Somers keek den spreker onderzoekend aan. 'iWordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3