m. DOOR SYDNEY HORLER t (rouw die m het i_Jdonker kwam... DANKBETUIGING BREDA VAN GESTOORDE BRUILOFT Ben ik dat?" WOENSDAG 25 SEPTEMBER 1940 Bronzen plaquette voor de stad Antwerpen Duiven van buitenlandsche herkomst Interneering te Amsterdam Verloren goederen van militairen Aanvragen om schadevergoeding Hoe te handelen bij het vinden van brandplaatjes ZWIJNTJESJAGERS TE TILBURG Brutaal optreden Belangrijke uitgave voor moeilijke oogenblikken Heeft reeds haar diensten bewezen in de oorlogsdagen JONGETJE ONDER TRAM GERAAKT Korten tijd later overleden Onderscheiding kornettenkapitein Christiansen Wederspannigheid gestraft DIEFSTALLEN IN OORLOGSTIJD Gevangenisstraffen geëischt Architectenconcentratie Prof. ir. H. T. Zwiers voorzitter van den nieuwen bond De Nederl. Landbouw- Handelskamer Begrafenis dr. Schoemaker VROUW MET EEN MES GESTOKEN JONGETJE OMGEKOMEN Ginneken en de annexatie plannen B. en W. willen krachtig protesteeren De Noord-Brabantsche Foto tentoonstelling Huwelijksvoltrekking met hindernissen Oneerlijk hulpbesteller Hij inde gestolen postwissels Lucerne- en klaverhooi niet tot veevoeder vermalen Lijk opgehaald UIT DE STAATSCOURANT Belastingen Bewaarder hypotheken Landbouwonderwijs In een mededeeling aan den gemeenteraad wijzen B. en W. van Breda er op, hoe nog versch in het geheugen liggen de dagen der gedwongen evacuatie van Breda in Mei j.l. Daarbij gaan de gedachten uit naar de stad Antwerpen waar ongeveer 20.000 geëvacueerde Bredanaars een verblijf van verscheidene dagen hebben gehad. B. en W. hebben de mogelijkheid onder het oog gezien, de stad Antwerpen uit dankbaar heid voor haar goede zorgen een blijvend en passend aandenken aan te bieden te plaatsing in het stadhuis aldaar. In overleg met den Breaaschen beeldhouwer Gerard van Aalst mee- nen zij dit te hebben gevonden in een groote bronzen plaquette met een doorsnede van on geveer 70 cm., bestaande uit een afgietsel van het oorspronkelijke model van de voorzijde van den eerepenning der stad, waaromheen de opdracht in reliefletters is aangebracht. Na goedkeuring door den raad zal opdracht tot de vervaardiging der plaquette worden gegeven. Voorts stellen B. en W. voor, als blijk van waardeering en erkentelijkheid voor hetgeen de Bredasche geëvacueerden in Sint Nicolaas heb ben ondervonden den eerepenning aan de stad aan te bieden aan dr. Van Haver, waarnemend burgemeester d^er plaats, en aan de heeren Van Wiele en A. Spaenhove, ook in Sint Nicolaas woonachtig. Eenigen tijd geleden heeft de Duitsche over heid een bepaling uitgevaardigd, krachtens wel ke alle zich in het bezette Nederlandsche ge bied bevindende postduiven, welke van een bui- tenlandschen ring zijn voorzien, moeten worden opgesloten (geïnterneerd), na vooraf aan de commissie ter behartiging van de belangen van Nederlandsche postduivenhouders (Commissie Hornstra, Prinsengracht 407, Amsterdam) te zijn aangegeven. Ofschoon dit voorschrift nog steeds van kracht is, heeft de Duitsche overheid beslo ten, met ingang van 27 Augustus jl. het be heer van deze duiven naar evengenoemde commissie over te brengen, met dien ver stande, dat bij het sluiten van den vrede over de bestemming van de" duiven uiteinde lijk zal worden beslist. Mitsdien zullen voortaan alle opgesloten (ge- interneerde) of nog op te sluiten (te internee ren) duiven met een buitenlandschen ring door deze commissie wórden geregistreerd en ver zorgd. De daaraan verbonden kosten ten bedrage van 2 'a cent per duif per dag kernen ten laste van de bezitters dezer duiven. Het verschuldigde be drag dient bij driemaandelijksche vooruitbeta ling te worden voldaan. De commissie waarborgt een goede verzorging. Door middel van de vak bladen heeft zij den bezitters van de onder dit voorschrift vallende duiven verzocht, haar ten spoedigste schriftelijk mede te deelen, dat zij met deze regeling accoord gaan en dienovereen komstig zullen handelen. Het vorenstaande heeft alleen op vrijwillig door de bezitters afgegeven duiven van buiten landsche herkomst betrekking. Duiven van Duitsche herkomst zullen ter be schikking van den Hoeheren Nachrichtenfuehrer bij den Wehrmachtsbefehlshaber ln Nederland worden gesteld. Ingevolge den wensch van deze autoriteit heeft de secretaris-generaal, wnd. hoofd van het de partement van Binnenlandsche Zaken, de hier boven uiteengezette regeling ter kennis van de burgemeesters gebracht, met verzoek door mid del van de gemeentepolitie bij de uitvoering daarvan medewerking te verleenen. Bij het departement van Defensie is een aan zienlijk aantal verzoeken van militairen inge komen, strekkende tot vergoeding van schade Wegens het in verband met de oorlogshandelin gen te loor gaan van particuliere eigendommen. Aan adressanten zal worden medegedeeld, dat, indien zij niet in staat zijn deze schade geheel of gedeeltelijk te dragen, zü zich kunnen wen den tot de Nationale Vereeniging tot steun aan miliciens, onder overlegging van een verklaring als bedoeld in artikel 857 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (verklaring bevat tende zoo volledig mogelijke gegevens omtrent het ambt, beroep of bedrijf en het .gezin van den verzoeker en omtrent den stand van de in komsten en het vermogen van dezen en zijn gezin). ZJooals reeds meermalen is bericht, werpen Engelsche vliegers steeds weer brandplaatjes boven Nederlandch gebied uit. De bedoeling van deze minderwaardige wijze van oorlog voering is niet alleen de oogst en have en goed der bevolking te vernietigen, maar ook men- schen te verwonden. Het is van buitengewoon belang, dat ieder weet, hoe hij handelen moet bij het ontdekken van deze plaatjes. Aller eerst moet verhinderd worden, dat de plaatjes brand veroorzaken. Ieder voor zich dient dan ook op te letten, of bij het overvliegen van Engelsche viliegers brandplaatjes uitgeworpen zijn. Wanneer men ook maar kan vermoeden, dat dit het geval is, moet er onmiddellijk naar worden gezocht. De plaatjes moeten dan ver zameld en op een plaats, waar ze geen gevaar kunnen veroorzaken, worden vernietigd. Hierbij dient men er op te letten, dat deze plaatjes niet met de hand worden aangeraakt. Ze moeten met een voorwerp, bijvoorbeeld met een houten latje opgelicht en in een emmer met water gelegd worden, aangezien bij aan raking verbranding van de huid en ver giftiging mogelijk is. In ieder geval moet bij het vinden van brandplaatjes dit aan de plaat selijke politie medegedeeld worden. Deze ver zamelt ze en zorgt voor de vernietiging. Plaatjes, welke door de bevolking zelf ver zameld zijn, moeten, in het water leggend, bij de politie worden ingeleverd. Dus ook hierbij dient de grootste voorzichtigheid en oplet tendheid in acht te worden genomen. Er worden de laatste weken ook in Tilburg meer fietsen gestoién dan ooit. In de maand Augustus werden niet minder dan 180 fietsen gegapt, omdat het meerendeel van de fietsen in de avonduren werd ontvreemd, werd een verbod uitgevaardigd om fietsen na zonsondergang op of aan den openbaren weg te laten staan, ook al waren ze voorzien van een slot. Deze maatregel heeft op de activiteit van de fietsendieven niet veel invloed gehad, want dezer dagen nog werden in één etmaal niet minder aan zestien fietsen gestolen, die niet op den openbaren weg, maar in gangen en poortjes vqn huizen stonden. Zelfs bij een rijwielhandelaar werden uit een goed gesloten magazijn twee splinternieuwe rijwielen gekaapt. In de dagen der mobilisatie verspreidde de R.K. Centrale „Voor Onze Gemobiliseerden" (V.p.G.) onder de katholieke militairen een klein kaartje, dat zij altijd bij zich zouden dragen. Dit kaartje bevatte den tekst voor een „Acte van volmaakt berouw", met een kleine uiteenzetting, hoe deze acte, van harte gemeend gesteld, hun geestelijke redding zou kiunnen zijn, wanneer er geen priester bij de hand zou wezen. Men zou bijna zeggen, dat deze simpele uit gave een ingeving der goddelijke voorzienigheid is geweest. De verspreiding was nauwelijks achter den rug of velen hebben er een heer lijk gebruik van kunnen maken. Van zeer vele militairen, die in de oorlogsdagen werkelijk in doodsgevaar hebben verkeerd, vernam het co mité, hoe zij deze acte van volmaakt berouw vele malen persoonlijk en in groote groepen hebben gesteld. Niet alleen de katholieken ge bruikten haar, maar door geloovigen van alle gezindten werd zij veelvuldig en met overtuiging gesteld. Het Katholiek Comité van actie „Voor God", op welks initiatief de R.K. Centrale „V.O.G." haar werkzaamheden verrichtte, heeft thans wederom deze uitgave ter hand genomen. Hes is van zeer groot belang, wanneer alle geloo vigen in ons land. in verband met de vele wijzen waarop zij in levensgevaar kunnen ver- keeren, goed op de hoogte zijn van de waarde van het volmaakt berouw. Van groot belang is het ook, wanneer men daarvan de goede for mule steeds bij zich kan dragen, om deze in ernstige oogenblikken van harte te kunnen zeggen en ze ook aan anderen, die stervende zijn, te kunnen voorzeggen. Op een klein, ste vig kaartje ij deze tekst duidelijk afgedrukt, met enkele korte aanwijzingen daarbij. Hetzelfde kaartje is tevens benut als katho liek legitimatiebewijs. De officieele legitimatie bewijzen stellen uiteraard slechts de burger lijke identiteit vast. Toch is het van belang, wanneer bij rampen en ongelukken terstond kan worden vastgesteld, dat de getroffene katholiek is, dat hij in stervensgevaar een katholiek priester bij zich wenscht, en dat hij in een ka tholiek ziekenhuis wenscht te worden opgeno men. Hoe vaak is bij ongelukken e.d. daarom trent niets vast te stellen bij den getroffene. VOor deze katholieke legitimatie is de achter zijde van de acte van volmaakt berouw benut. Men heeft aldus alles gemakkelijk bij elkaar. De uitvoering is bovendien zoo, dat men het kaartje gemakkelijk kan insluiten in de Offi cieele legitimatie, paspoort, distributie-stam kaart e.d. Het Katholiek Comité van actie „Voor God" meent hierdoor allen Nederlanders boven 7 jaar een goeden dienst te bewijzen en vertrouwt dat verspreiding van dit kaartje dat tegen uiterst geringen prijs verkrijgbaar is Op de ruimste schaal zal gebeuren. Nadere informaties verstrekt het secretariaat der actie. Postbus 2, Heemstede. Maandagavond is. te Voorschoten bij het Burgemeester Vernèdepark de 12-jarige J. v. d. P., wonende in de Voorstraat, aangereden door eèn wagen van de N.Z.H.T. M. De jongen stond op de trambaan met eikels te gooien en kon zich niet, zooals eenige zijner kameraden, in veiligheid brengen. In aorgwekkenden toestand werd de knaap, die hoofd- en vleeschwonden bekwam, vervoerd naar een ziekenhuis te Leiden, waar hij kort na aankomst is overleden. De Führer heeft aan den commissaris voor de zee- en binnenvaart in Nederland, kornet tenkapitein Karl Christiansen, voor bijzondere verdiensten in de oorlogseconomie als leider van het Hamburger kandoor voor de walvisch- vangst, het oorlogskruis van verdienste ver leend, dat hem toegezonden is met een eigen handig schrijven van den Rijksmaarschalk. Het gerechtshof te 's-Hertogenbosch heeft arrest gewezen in de strafzaak tegen A. van O., huisvrouw v. d. L. te 's-Hertogenbosch en haar dochter J. v. d. L„ arbeidster te 's-Hertogen bosch, in hooger beroep van vonnissen bfj de Bossche rechtbank, waarbij zij veroordeeld wer den, resp. tot eèn geldboete van 30, te vervan gen door 10 dagen hechtenis en een geldboete van 10 te vervangen door 4 dagen hechtenis, wegens wederspannigheid tegen politiebeamb ten, die, ter executie van een arrest van het Hof, de woning der beide verdachten binnen kwamen om haar zoon, resp. broer te arrestee ren op 11 Januari j.l. De beide verdachten wa ren met de politiemannen handgemeen geraakt en de arrestant zag kans te ontkomen. De advocaat-generaal had in hooger beroep tegen de moeder een maand gevangenisstraf en tegen de dochter een geldboete van 15 dagen hech tenis, geëischt. Het gerechtshof heeft de moe der conform den eisch veroordeeld tot een maand gevangenisstraf doch de dochter van het haar ten laste gelegde vrijgesproken. In de eerste dagen na de bezetting van ons land vervaagden de begrippen van het mijn en cijn bij sommigen. Vele goederen, door de Ne derlandsche militairen achtergelaten, werden meegenomen, zonder dat men blijkbaar besefte, zich aan diefstal schuldig te maken. Thans stonden voor het Hof te Leeuwarden drie inwoners van Boertange terecht, die een militaire barak hadden afgebroken, om met het hout daarvan hun woningen te herstellen. De procureur-generaal eischte bevestiging van het vonnis-van den Groninger politierechter, waarby K. H. S., bakker, tot 4 maanden, I. G-, arbeider, tot 6 maanden en G. K., timmerman, tot 2 maanden gevangenisstraf werden veroor deeld. Uitspraak 3 October, Hoeveel hebben dezer dagen, Nu haast elk zijn toto haalt, Bij het eerste zien van d' afdruk Toch een oogenblik gedraald; Want voor menige verbeelding Was die kiek een heel koud bad, En ze riepen dan verwonderd: „Lieve hemel ben ik dat?!" 't Viel hun wel een beetje tegen, Zóó'n kaal hoofd? Zóó'n ouwe trek? Züllce flauwe, fletse oogen? En zóó'n mond? 't Is toch te gek! Menigeen, die protesteerde, Vond misschien, diep in z'n ziel, Dat de kiek de waarheid weergaf, Maar dat die juist tegen viel! Laat dat dan voor u een les zijn, En bedriegt u zeiven niet; Tracht u zelf zoo te bekijken Als een ander u ook ziet! Kijkt eens zonder de retouches van uw trots, uw eigenwaan; Komt dan soms geen ander wezen J Onder al dien schijn vandaan? Kon men eetis een foto nemen Van uw innerlijk, uw ziel, J Denkt u, dat bij ernstig schouwen Zulk een kiek u wèl beviel? Zoudt ge dan niet huiv'rig vragen: „Lieve hemel ben ik dat?!" Wees dan vlug - 't kan nog verholpen: Retoucheeruw ziel maar wat! HERMAN KRAMER Het bestuur van den gereorganiseerden Bond van Nederlandsche Architecten is thans door de besturen van de bestaande organisaties sa mengesteld. Daarmede is de opheffing van het Nederlandsch Instituut van Architecten en den Nederlandschen Bond van Bouwmeestersgilden een feit geworden. De leden van deze vereen! gingen zijn thans vte zamen met de oude leden van den B.N.A. in den Bond van Nederlandsche Architecten vereenigd. Als voorzitter zal fungeeren prof. ir. H. T. Zwiers, terwijl zijn medeleden in het dageiyksch bestuur zün de heeren Ide Bloem, voorgedragen door den Ned. Bond van Bouwmeestersgilden, ir. A. J. van der Steur, voorgedragen door den B.N.A., en C. J. Wierda, voorgedragen door het N.I.V.A. De heer Bloem zal optreden als vice-voorzit- ter, de heer Ir. Van der Steur als secretaris terwyi de heer Wierda het penningmeesterschap op zich heeft genomen. Het bestuur heeft de machtiging om de overige functionarissen aan te wijzen. De plaatsvervam gende leden van het dagelijksch bestuur zullen niet alleen gekozen worden uit leden van de drie bovengenoemde organisaties, maar ook uit die van de afdeeling bouwkundige ingenieurs van de Vereeniging van Deutsche ingenieurs en de Orde van Nederlandsche raadgevende inge nieurs. omstandigheden, in het jaar 1939 uiteraard haar invloed hebben gehad op het werk van de N. L. H. K„ toch heeft zü haar taak, n.l. het bekend maken van de goede hoedanigheden van onze agrarische producten in het buitenland, kunnen vervullen. Als straks het handelsverkeer over zee en over land weer mogelijk is, zullen ongetwijfeld onze scheepvaart en handel opbloeien en zul len vroegere afnemers wederom onze hoog waardige producten kunnen betrekken. Ons be drijfsleven zal zich dan, dank zij zijn kunde en zijn outillage weer in zoodanige mate kunnen ontplooien, dat Nederland zijn vroegere plaats in het internationale economische leven zal kunnen innemen. Daarbij zal het mogelijk zijn, dat Nederland zich in het herordende Europa zal weten aan te passen en zün eigen plaats zal weten te vin den, door öok in eigen huis aan den opbouw van het komende nieuwe Europa mede te wer ken. Na behandeling, van zaken van huishoude'ij- ken aard bracht de secretaris, dr. H. Molhuy- sen, het jaarverslag over 1939 uit. Tot bestuurslid werden herbenoemd de heeren A. Aemaudts, te Sluis en J. P. van Haaren te Tilburg, terwül wegens het aftreden van den heer ir. J. P. van Lonkhuyzen de heer C. van den Bussche in diens plaats werd, benoemd. Maandag werd te Utrecht de ledenvergade ring gehouden van de Nederlandsche Land- bouw-handelskamer. Bil de opening wees de voorzitter, mr. A. G. A. v. Rappard, er op, dat de gewü'zigde internationale Het stoffelük overschot van een groot en al gemeen geachten en geliefden Hagenaar is Dinsdagmiddag op Oud Eik en Duinen ter aar de besteld: Dr. J. Schoemaker, oud-chirurg aan het Gemeenteziekenhuis te 's-Gravenhage. Ve len, talloos velen, waren naar de begraafplaats gekomen om den overledene de laatste eer te bewijzen en tot hen behoorden niet alleen tien tallen oud-patiënten, maar bijna even zoo vele vakgenooten en vrienden. Zoo waren er ook de secretaris-generaal, wnd. hoofd van het depar tement van Binnenlandsche Zaken, mr. dr. K. J. Frederiks, generaal-majoor N. A. A. van de Roemer, inspecteur van den Geneeskundigen Dienst der landmacht, dr. H. K. Offerhaus, hoofdinspecteur van het Roode Kruis, de loco burgemeester van 's-Gravenhage, prof. ir. O, L. van der Bilt, wethouder L. Buurman en de gemeentesecretaris mr. J. J. Boasson, en vele andere autoriteiten. In de aula, waar gewüde orgelmuziek ten ge- hoore werd gebracht, sprak allereerst prof. ir. Van der Bilt, die den thans overledene schetste als een chirurg van internationale faam, en als een der beste, tevens een der sym pathiekste burgers, die Den Haag tot nu toe onder zün gemeentenaren heeft gekend. Spr. dankte voor de wijze, waarop dr. Schoemaker voor talloos vele ingezetenen een zegen is ge weest en hun weer levenskracht en levens vreugde heeft gegeven. De gemeente 's-Gra venhage is er trotsch op, dezen mensch onder haar ingezetenen te hebben mogen rangschik ken. zy brengt aan dit graf een weemoedigen groet. Voor de familie moge het een troost zijn, dat talloos velen in haar diepe leed oprecht medeleven. Dr. J. Hankes Drielsma, sprekende namens de vakgenooten van dr. Schoemaker en meer in het bijzonder namens de Haagsche leden van de Maatschappij tot bevordering van de Ge neeskunst, gaf uiting aan de gevoelens van rouw van velen: Van vakgenooten, vrienden, leerlingen en vooral ook van oud-patiënten, die van Schoemaker's gaven als chirurg en als dok ter zooveel hebben genoten en door zün groote kennis gezondheid hebben teruggevonden. Dr. Schoemaker zoo zeide spreker had vrien den onder alle lagen der bevolking. Iedereen kwam onder den invloed van zün magnetische persoonlijkheid. Zijn leerlingen, waartoe spr. ook heeft behoord, hebben zeer veel van dr. Schoemaker geleerd. Niet alleen technische vaardigheid,, die hem eigen was, maar ook de humane wijze, waarop hij met z'n patiënten omging. Zün vakgenooten werkten met hem samen op een wijze, die instructief was en te vens een opwekking. Dr. Schoemaker was niet alleen een talentvolle chirurg, maar ook een goed redenaar. Wanneer hij opstond om het woord te voeren, verstomde elk geroezemoes en luisterde iedereen. Want als dr. Schoemaker sprak, hoorde men iets goeds. Na tenslotte den dank vertolkt te hebben van de oud-patiënten, eindigde spr. met een woord van De Genestet: „Zij zün niet waarlük dood, die in onze harten leven." Dr. P. H. van Roojen, directeur van het Ge- meentelük Ziekenhuis aan den Züidwal te Den Haag, schetste den figuur van dr. Schoemaker als chirurg met een Internationalen naam en zün beteekenis voor de operatieve afdeeling van het gemeenteziekenhuis, waaraan de over ledene van 1902 tot 1937 verbonden is geweest. Namens dit ziekenhuis en vooral namens de lijdende menschheid dankte spr. dr. Schoema ker voor al het goede en schoone, dat deze op deze wereld heeft kunnen en mogen verrichten. Dr. J. P. Brandes vertolkte vervolgens de ge voelens van het Haagsche Geneeskundige Ge zelschap, waarvan de overledene lange jaren een trouw en actief lid is geweest. Dr. Kuyer sprak namens de Société Interna tional de Chirurgien en bracht daarbij in her innering, dat dr. Schoemaker in 1935 het congres van deze organisatie, dat in Cairo werd gehouden, op zoo rustige en gezaghebbende wüze heeftg eleid. Ook in internationale krin gen was hü een persoonlijkheid, naar wier autoritaire stem men gaarne luisterde. Prof. dr. P. R. Michaël, opvolger van wyien dr. Schoemaker als chirurg van het Gemeente ziekenhuis te 's-Gravenhage, zeide, dat een der eersten en grootsten onder de chirurgen is heengegaan. Spr. schetste dr. Schoemaker als een schepper van blüvende waarden voor de geneeskunst, waaraan zijn naam onafscheide- lyk is verbonden. De Nederlandsche maat schappij voor Heelkunde, waaraan hü zün hart had verpand, zal dr. Schoemaker niet vergeten. Ds. P. J. Loeff, emeritus-predikant, bad hier na het „Onze Vader", waarmede de plechtig heid in de aula was beëindigd. Aan de groeve, die door vele groote bloem stukken was gedekt, heeft een zoon voor de belangstelling bedankt. P. P., kermisexploitant te Bergen-op-Zoom, was door den politierechter te s'-Hertogen- bosch veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden ter zake, dat hij 28 Maart 1'940 te Bergen-op-Zoom M.,Taal had mishandeld, door haar met een mes te steken. Verdachte was van dit vonnis in hooger beroep gekomen, naar hü zeide, omdat hij nog nooit in de ge vangenis had gezeten. De president wees hem er op, dat hü toch al zes keer gevonnist was, waarvan eenmaal met twee weken gevangenis straf. Hij had die twee weken wel te Veenhui- zen inplaats van ln de strafgevangenis door gebracht, maar dat was bij wijze van gunst, omdat de gevangenis toen te vol was. Er wer den geen getuigen gehoord en de advocaat-ge neraal eischte bevestiging van het vonnis. De verdediger pleitte clementie. Arrest over twee weken. Maandagmiddag miste men het 6-jarig zoontje van den landbouwer Kemper te Haarle bü Nüverdal. Na eenig zoeken vond men het kind in een bü het huis staande schuur onder een laadbak van een melkwagen. De dood was reeds ingetreden. Vermoedeiyk is het jongetje op den wagen aan het spelen geweest. De bak is door een Of andere oorzaak van het wagenstel gescho ten, met het droevig gevolg, dat het kind werd doodgedrukt. B. en W. van Ginneken stellen den raad voor, de volgende motie aan te nemen; De raad der gemeente Ginneken en Bavel, met verbazing kennis genomen hebbende van berichten in de pers, dat plannen zouden be staan tot Opheffing der gemeente Ginneken en Bavel, overweegt: dat door hem jarenlang is gestreden voor het behoud dezer gemeente, dat nooit had kunnen worden vermoed, dat- in dezen tijd, die toch al zorgen te over heeft, vereeniging of grensverandering van gemeen ten zou worden bewerkstelligd; dat, indien de hiervoren bedoelde berichten op waarheid mochten zijn gegrond, door hem krachtig zal moeten worden geprotesteerd tegen opheffing dezer gemeenten, nog te meer wijl dit zou geschieden in dezen abnormalen tyd en op zoo abnormale wüze; spreekt de verwachting uit, dat niet tot op heffing of grensverandering dezer gemeente zal worden overgegaan en besluit hiervan kennis te geven aan den secretaris-géneraal, waarnemend hoofd van het departement var: Binnenlandsche Zaken en aan Gedeputeerde Staten dezer provincie. Kon de 5de provinciale tentoonstelling van de Brabantsche foto-amateurs, die met de Pink sterdagen in Lohengrin te 's-Hertogenbosch gehouden zou worden en op de opening na ge reed was, door de Mei-gebeurtenissen geen doorgang vinden, nu de herfstdagen naderen en het eigenlijke cultureele seizoen weer begint, wilden de Bossche amateurs niet achterblijven en namen het besluit de expositie opnieuw in te richten. Thans hoopt men de tentoonstel ling gedurende twee weken te kunnen houden en wel 28 en 29 September en 5 en 6 October. Het gebeurde dezer dagen in een Zuid-Hol- ïandsch stadje, vertelt hét „Alg. Handelsblad". Een trouwlustige heer wendde zich tot de politie met de vraag, of hij in die gemeente mocht trouwen, zijn verloofde stond nl. te boek als vreemdelinge, aan wie het recht om in het kustgebied te verblijven bü verordening was ont zegd. Het zou niet erg zijn, veronderstelde de a.s. echtgenoot, als de politie cnaar even een oogje dicht wilde knijpen, dan was et na de trouwplechtigheid geen vuiltje aan de lucht. De echtgenoote zou immers na de trouwpartij Ne derlandsche en vreemdelinge-af zijn geworden. Maar de politie had er geen ocreu naar. Wet is wet en zij dient te worden nageleefd. Hals over kop schreef de bezorgde en in ondertrouw staan de heer een verzoek aan de autoriteiten, die wel willend genoeg waren dit nog denzelfden dag aan de Haagsche overheid door te geven Maar tusschen Zaterdagmiddag, toen het verzoek weg ging, en Maandagmorgen, waarop de plechtigheid zou worden voltrokken, was er te weinig tüdsruimte om d't verzoek ln te kunnen willigen. Bruid en bruidegom waagden het er toch maar op. Tegen twaalf uur Maandagmorgen kwam de auto met het as. echtpaar aanryden Er waren als altyd nieuwsgierige toeschouwers en onder hen bevonden zich twee rechercheur! Groot was de ontsteltenis bij het trouwlus tige paar en bij de meegekomen familie, toen Oere rechercheurs zich kenbaar maakten en te verstaan gaven, dat de bruid zich naar het politiebureau moest begeven. In dit kritieke uur liet de bruidegom de bruid niet in den steek en ook hij ging mee. De heele trouwstoet deed dat eveneens en allen werden met de égards, welke zelfs de politie in zulk. een püniyke situ atie het bruidspaar verschuldigd dacht te zijn, ontvangen. 's Gravenhage was inmiddels opgebeld en eindelijk om half vijf des middags kwam het bericht, dat toestemming werd gegeven voor de trouwpartü mits de huwelijksvoltrekking voor Dinsdagmorgen twaalf uur zou zijn ge schied. In de wolken over deze gelukkige oplossing lieten de beide wachtenden er geen gras over groeien en nog in den zelfden laten namiddag werd een ambtenaar van den Burgerlü'ken Stand gerequireerd, dié de huwelijksformaliteiten ver richtte. Het paartje woont nu als man en vrouw in hetzelfde Zuid-Hollandsche stadje, waar zij niet langer als vreemdelinge, maar als Neder- landsche onderdane bij de wet op 23 Septem ber 1940 met een Nederlander getrouwd te boek staat. De politie te Tilburg heeft een hulpbesteller van de posterijen gearresteerd, die door het plaatsen van valsche handteekeningen door hem gestolen postwissels had geïnd. Het bleek dat hy vier postwissels had ontvreemd, drie daar van tot een gezamenlijk bedrag van f 49 50 had hy reeds geïnd. Bij zün poging om ook den vierden postwissel te verzilveren liep hy tegen de lamp. De oneerlijke besteller, de 24-jarige ongehuwde J. H. te Hilvarenbeek, is naar Breda overgebracht ter beschikking van de Justitie. Daar het nog steeds veelvuldig voorkomt, dat Lucerne- en klaverhooi tot veevoeder vermalen wordt, herinnert het Rijksbureau voor de Voed selvoorziening in oorlogstijd met nadruk er aan dat dit op grond van het Veevoederbesluit 1939 verboden is. In afwüking van de tot heden ge volgde gedragslijn, zal in den vervolge ten strengste op de naleving van dit verbod worden toegezien. Belanghebbenden wordt aangeraden, hiermede in de toekomst rékening te houden. Bü Roosteren is uit de Maas het lijk opge haald van een tot nu toe onbekend gebleven man van middelbaren leeftüd. Omtrent de oor zaak en omstandigheden, onder welke de man te water is geraakt tast men in het duister. De inspecteur der directe belastingen, enz. H. W. Colmjon, toegevoegd aan het hoofd van de inspectie der directe belastingen te Leiden, le afdeeling, is verplaatst naar Eindhoven en toe gevoegd aan het hoofd van de inspectie der directe belastingen aldaar. Met ingang van I October 1940 is benoemd tot bewaarder van de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewüzen te Alkmaar, A. Tepper, landmeter van het kadaster te 's Gravenhage. Aan ir. D. van der Sleesen is op zijn verzoek eervol ontslag verleend als tüdeiyk assistent aan de Landbouwhoogeschool te Wageningen. 43 Nadruk verboden HOOFDSTUK XXV Op het spoor Holiday wachtte ongeduldig. Het bericht, het welk het dienstmeisje hem gegeven had, dat juffrouw Insall voor het week-end uit Londen Was vertrokken en nog niet was teruggekeerd, 'haakte hem angstig. Hü kon geen seconde mee: v'crgeten, dat Valerie Insall een collega van Pe ter Traill was, en deze laatste lafhartig werd vermoord. „Juffrouw Chard, een vriendin van mün mees teres, zal u graag ontvangen." Met deze bood- ®chap kwam het meisje terug. Toen Holiday de zitkamer van de kleine flat had bereikt, stak een jong meisje in een keurig ^Uitend mantelpak hem de hand toe. „Mün naam is Maisie Chard," gaf ze te ken- hen. „Ik ben een vriendin van Val Insall en dat t® dan ook de reden, waarom ik in haar flat zit." Holiday glimlachte onwillekeurig om de grap pige manier waarop ze zich juitdrukte. Hij had al dadelijk aan haar accent gemerkt dat ze een Amerikaansche was. „Mijn naam is Gerald Holiday, en ik hoop van harte dat juffrouw Insall mü ook als een vriend van haar beschouwt. En daarom ben ik hier," zei hü. „Het spijt me heel erg dat u een vergeefsche reis maakte," merkte Maisie op. „Zooals u wel licht weet trok Val voor het week-end naar bui ten en ze zou vandaag terugkomen. Ike, kwam hierheen om haar te verwelkomen." Holiday haalde zijn sigarettenkoker te voor schijn. „Zult u me erg onbeschaamd vinden, wanneer ik u enkele vragen stel?" vroeg hij, na het meisje vuur te hebben gegeven. „Laat me u eerst verzekeren," voegde hij er aan toe, „dat ik een goede reden heb om deze te doen." „Steekt u maar gerust van wal. En is het verder niet het beste dat u intusschen gaat zit ten?" Holiday schoof een stoel naderbij. „Zocals 4k reeds zei," herhaalde hij, „heb ik een goede reden om deze vragen te stellen. Heeft u er iets op tegen me te vertellen, waar juffrouw Insall het week-end doorbracht?'' De Amerikaansche tikte met een gracieus ge baar de asch van haar sigaret. „Allerminst. Zü logeerde bü mevrouw Laidiey Craig." „Waar?" „In Wykeham, dicht bij Dorking, in Surrey. Ik was zelf ook uitgenoodigd, doch op het laatste oogenblik voelde ik me minder prettig en daar om bleef ik thuis. Het spüt me nu heel erg dat jk niet meeging." „Waarom?" Holiday, wiens nieuwsgierigheid was opgewekt door het hooren uitspreken van mevrouw Laidiey Craig's naam verbaasde zich thans over de uitdrukking, welke kort tevoren in de oogen van het jonge meisje was verschenen. „Omdat de week-end fuifjes van mevrouw Laidiey Craig niet bepaald tot het rustige amu sement gerekend kunnen worden, en de moge- lükheid is niet uitgesloten dat de arme Val zich daar heelemaal niet op haar plaats voelde. U weet misschien zelf ook wel hoe ze op rust en kalmte gesteld is en daarom kan ik me niet indenken dat ze met die luidruchtige menigte heeft kun nen opschieten. Ik wilde werkelijk, dat ik met haar mee was gegaan." Hierop stelde Holiday een andere vraag. „Wanneer werd juffrouw Insall terug ver wacht?" „Ze heeft geen bepaald uur opgegeven, maar ik had gedacht haar tegen theetyd hier te vin den. Daarom kwam ik naar haar flat. Ik kan nu evenwel niet langer wachten, en moet naar huis om me te verkleeden. Wilt u soms meerüden?" „Het is heel vriendeiyk van u, doch mü'n eigen wagen wacht." Op het trottoir namen ze hartelük van elkaar afscheid. Terwül Maisie Chard, die eenige vor stelijke appartementen in de Ritz bezat, daar heen reed, gingen vercshillende gedachten ln haar om. „Die man is tot over zün ooren ver liefd op Val," was één daarvan. „En waarom niet? Ze is een van de mooiste meisjes die ik ooit gezien hebt. Weliswaar 'n beetje al te waar dig voor den tegenwoordigen tyd, maar niette min buitengewoon aantrekkelük. Ze yerdient een goeden man. En die Holiday ziet er heel aardig uit. Als hij niet zoo dol op Val was, dan zou ik zelf met hem willen flirtenIk hoop dat ze een gelukkig paartje worden en ik zal in elk geval een van de bruidsmeisjes wezen.' als ze me tenminste op de bruiloft vragen." Ze zette er nu een flinke vaart in en toen een po- litie-agent haar met gefronste wenkbrauwen op nam, wierp ze hem met een ondeugenden glim lach een kushand toe. Holiday had zich zonder twijfel regelrecht naar Sir Eden Leycester begeven, indien hij niet bütijds bedacht had Bishop beloofd te" hebben Valerie Insall's naam niet te vermelden. Daar om reed hij naar Bishop's nieuwe flat in Guild ford Street. Ook déér moest hü een teleurstelling onder vinden. „Mijnheer Bishop is niet thuis," gaf de vrouw te kennen, die de deur opende. „Ik ben zijn hos pitadat wil zeggen, mynheer huurt de ka mers van mij," verklaarde ze. „Niet thuis?" herhaalde de bezoeker, die voelde op het punt te staan zün geduld te ver liezen. „Wanneer wordt hü terug verwacht?" „Dat zou ik u niet kunnen zeggen, münheer," klonk het antwoord. „Mü'nheer Bishop is een heel aardige man, maar hü praat met mij nooit over zün zaken. Ik weet zelfs niet eens wat hij eigenlük doet. Het eenige, dat me bekend is, is dat hü in heeren-artikelen handelt. Ik denk dat hij wel een poosje weg zal biyven." „Waarom veronderstelt u dat?" „Omdat hü een briefje achterliet, waarbij hij zei de eerste dagen niet terug te zullen komen." „Dank u." Holiday kookte inwendig van woede. Daar er zooveel op het spel stond, had hy toch zeker verwacht dat Bishop een briefje voor hem had achtergelaten. Was hü op een nader onder zoek uit? Trachtte hü den moordenaar van dien armen Peter op te sporen? En als dat inderdaad het geval was, waarom had hij hem dan niet gevraagd daarbij een handje te helpen? Zoodra hü weer in zün wagen zat veranderde zijn stemming. Hü was er eigenlijk blij om dat Bishop tijdelijk uit den weg was, want nu kon hü op zün eigen houtje een onderzoek instellen. Hü wachtte tot den volgenden middag. Of schoon zün zenuwen tot het uiterste gespannen waren, drong het toch heel duidelijk tot hem door, dat hij dom zou hebben gehandeld door de zaak te overhaasten. Nadat hü echter om half vier Valerie's flat had opgebeld en te hooren kreeg dat zü nog niet terug was, besloot hü handelend op te gaan treden. Na het adres van de Laidiey. Craig's in het telefoonboek te hebben opgezocht, reed hij re gelrecht naar hun huis in Beaufort Square, en verzocht mevrouw Craig te mogen spreken. Hü overhandigde zün kaartje en werd in een ruime hall gelaten. Terwül hü wachtte herinnerde hü zich een en ander wat hü omtrent deze dame had hooren vertellende vrouw, die hü binnen kort aan een kruisverhoor zou onderwerpen. Hü wachtte tien miputen en nog steeds was er niemand verschenen. Eindelijk en ten laatste kwam het meisje terug en het was merkbaar dat ze in de war was. „Mevrouw Craig laat haar verontschuldigin gen aanbieden, dat u zoo lang moest wachten," zei ze. „Mag ik uw jas en hoed van u overne men?" Na, haar deze gegeven te hebben, volgde hü het dienstmeisje naar een kamer, waarin alle kleuren van den regenboog vertegenwoordigd leken te zün. Onwillekeurig moest hü even met zün oogen knippen. Een vrouw, die er in werke lijkheid nog afstootelüker uitzag dan de vele portretten die van haar in de nieuwsbladen had den gepronkt kwam uit een diepen stoel over eind. „Ik ben mevrouw Laidiey Craig," kondigde ze aan. Holiday boog. „Het doet me een groot genoegen kennis met u te mogen maken, mevrouw Craig," zei hü, en indien er een lichte klank van ironie in zün stem mocht zün, scheen de dame tegenover wie hij zich bevond, daarvan toch niets te bemerken. „Ik wilde graag eenige inlichtingen over een kennisje van mü van u hebben." „Neemt u plaats, mijnheer Holiday," verzocht de leelijke vrouw vriendelijk. „U rookt natuur lijk?" Ze hield hem een doos voor, welke Balkan sigaretten bevatte. Mevrouw Craig rookte nim mer Turksche of Virginische sigaretten. „Ver telt u me nu het doel van uw komst." (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3