Scheepvaartbeweging in Nederland Betalingsverkeer met Zwitserland Interessante cijfers over 1939 Nieuwe Wadden-polder? Hoeveel kippen of eenden mag men houden? Beleediging van Hitier rouw die in het donker kwam NAAR ENGELSCHE RADIO GELUISTERD ZATERDAG 12 OCTOBER 1940 Regeling voor oude en voor nieuwe verplichtingen Regeling van de pluimvee centrale Drukke vaarwegen Kustvaarders Wat vervoerd werd Echtpaar voor het Duitsche Landgerecht Met indijking zou spoedig worden begonnen Bommen bij Zaandam en Smilde Oude verplichtingen Nieuwe verplichtingen Invalide meubelmaker gevonnist HAAKSBERGEN HEEFT 10.000 INWONERS WOLHANDKRABBEN Oude vrouw van een trap gevallen en overleden UIT DE STAATSCOURANT Ontslag militaire dienst P.T.T. Belastingen DOOR SYDNEY BORLER ii^ de Rijksuitgeverij verscheen dezer dagen atistiek van de scheepvaartbeweging in Eeeftr'ant* 0ver het jaar ^939." Deze statistiek Verk een overzicht van de intensiteit van het l&n ",ew °P de rivieren en kanalen in Neder- !iJk Teneinde hiervan een zoo volledig moge- 357 beeld te verkrijgen zijn op niet minder dan re ,PUnten waarnemingen verricht. Het mee- en .eel dezer punten is gelegen aan bruggen Ctn~'Ulzen. terwijl de overige (47 stuks) dienen henh 1 verkeer in 6611 aantal belangrijke bin- oe davens te registreeren. Bij de eerstgenoemr de ,elpunten zijn de gepasseerde schepen, bij k0 :)atstgenoemde de in de haven binnenge- en en vertrokken schepen geteld. uit de statistiek blijkt, dat in 1939 het ^Sterdam-Rijnkanaal de drukste vaarweg ^as; door de sluizen te Vreeswijk passeer- den bijna 86 duizend schepen met een laad- Verrn°gen van meer dan 20 millioen ton. tweede en derde plaats worden in- Benomen door de Rijnvaart en de vaart °°r het Kanaal door Zuid-Beveland; zoo vel langs Lobith als langs Hansweert pas- Seerüen ruim 77 duizend schepen. moet niet uit het oog verloren wor- ru8«la de RÜnvaart Ip sterke mate den te- Setrpri8 ondervond van den in September in- 'ean n oorlogstoestand. Niettemin staat, 0,a'1fleer het laadvermogen der schepen als ftïilr wordt aangenomen, Lobith met 60 Ij l0en ton nog veruit bovenaan, terwijl dan tWeMVeert met bijna 25 millioen ton. op de 6juj e Plaats komt. Verder passeerden door de tIlpt2en te Zaandam ruim 73 duizend schepen ton 6611 ^aadverm°Sen van meer dan 5 millioen Nederland tal van drukke vaarwegen be- hiine k wel duidelUk uit de volgende opsom- g(,, 8 van de aantallen gepasseerde schepen: 556'"kel (Overtoomsche Sluis, Amsterdam) G0 TJ (Oranjesluizen, Amsterdam) 48920; <Gouda> 47998; Oude Rijn (Alphensche Zen "n 47446; Delfshavensche Schie (Parkslui- z Rotterdam) 44958; Maas (Sambeek) 40325; Wa (®PanJ'aardsbrug, Leiden) 37936; Maas- aa'kanaal (Weurt) 36024. floo6rder voeren meer dan 30 duizend schepen ka/ Öen IJsel doesburg), het Rijn-Schie- (JVraal (Leidschendam), het Julianakanaal (jUtaSbracht)- het Noord-Hollandsch Kanaal dn en den TVmstel, terwijl meer dan 20 Te/end schepen geteld werden aan het kanaal (K deuzen-Gent (Terneuzen), de Willemsvaart terveer), het kanaal Nieuwe Zijlen-Har- ïiopt/- <Harlinservaartsbrug, Leeuwarden), het b0;a"eP (Gaarkeuken), het vaarwater Stroo- (t, emmer (Bergumerdam), het Zwartewater sselt) en de Dieze (Engelen). vP 'J e telpunten is niet alleen gelet op laad- o,-rfn0gln.en aantal der schepen, doch is ook ™eid gemaakt tusschen geladen en ledige tiiizpPen' ',erwiJ' aandacht is besteed aan de bewo'T,aaI0P.de getelde schepen werden voort- geaevp/' ieder telpunt worden afzonderlijke stoor *S vel'strekt betreffende de gepasseerde «i. motor-, sleep- en zeilschepen met me- I oh tuC hulpkracht. Bij de Rijnvaart langs J°Dith blijken de sleepschepen, op het Amster- ,arnRijnkanaal daarentegen de motorschepen c overheerschen; zoo werden bij Lobith geteld <07i sleep-, 19697 motor-, 1439 stoom- en 583 eilschepen en 3572 schepen met mechanische Pipkracht en bij Vreeswijk 44302 motor-, 545a6 8leeP"> 4730 stoom- en 293 zeilschepen en schepen met mechanische hulpkracht. P vaai-d afzonderlÜke groep vormen nog de kust- W0lcj s' die °P vele waterwegen in ons land Lohitg Waargenomen. Zoo passeerden er langs zar«) 3109 kustvaarders, langs Kornwerder- ter ijv. (WaddenzeeIJselmeer) 2278, Deven- (het IJmuiden 1569, door de Oranjesluizen 'Betnsu 969door de zeesluis te Farmsum ^alch aal) 910, Vlissingen (Kanaal door ep fineren) 699, Terneuzen 687, Vreeswijk 656 et8Umerdam 645. Tepein 4e ör^nde tevens een inzicht te verkrijgen in tep erenstroomen> die aan het waterverkeer euptf°ndslag liggen, zijn verder aan 25 tel- t'evpp gelegen aan drukke vaarwegen, nog ge hokt ferzameld betreffende den aard en de Vree eelheid der vervoerde goederen. Langs clpfp^'jk passeerden bijna 11 millioen ton goe- Isp Waarvan ruim 2 millioen ton steenko- 1.7(L 3 millioen ton beurt- en stukgoederen, 'dh bc°6. ton zand en grind, en bi bciiwmateriaal en ruim 600.000 ton granen. J^lotte is voor een aantal der belangrijk- telppnten nog een vergelijkend overzicht 700.000 Sen vijftal jaren gemaakt. Hieruit blijkt, VrÜwel over het geheele land met uit- °Ver dat ^hdering van Groningen en Friesland de öapeePVaart in 1939 minder druk 18 geweest lh voorafgaande jaren. ?*e vermindering is vermoedelijk voor een ^grijk deel het gevolg van den achteruit gas in den aan- en afvoer ter zee, waardoor bet daarbij aansluitende vervoer door de henvaart terug moest loopen. Vooral de Rijnvaart ondervond in sterke mate den terugslag van het wegvallen van het kolen- en ertstransito van en naar Duitsch- land. Het Duitsche Landgerecht gevormd door een alleensprekend rechter behan delde Vrijdagochtend in het nieuwe zitting gebouw aan den Langen Vijverberg te Den Haag enkele zaken tegen Nederlandsche staatsburgers, die zich aan de voorschrif ten der bezettingsautoriteiten hadden ver grepen. Het echtpaar T. uit Utrecht was ten laste gelegd, dat het tot 23 Augustus van dit jaar opzettelijk naar een verboden zender had ge luisterd en het gehoorde had verbreid en op 23 Augustus bij zijn arrestatie verzet te hebben gepleegd jegens de Duitsche politiemannen, die in burger waren. Man en vrouw, die geen kinderen hebben en een sigarenwinkel aan het Sint Janskerkhof drijven de man is bovendien sigarenmaker waren nimmer gestraft. Verd. T. vertelde, dat hij nimmer het ge hoorde had verder verteld en dat hij nooit iemand de gelegenheid had gegeven te luis teren, hetgeen ook ten laste was gelegd. Wel was op den dag van zijn arrestatie familie van hem over, die in de kamer, waar de radio aanstond zonder echter, naar verd. ver klaarde, geluid te geven aanwezig was. Op een vraag van den rechter verklaarde verd. dat hij ook niet met een apothekersjongen, die altijd sigaretten bij hem kocht, over het ge hoorde had gesproken.. De andere verdachte, mevrouw T. O., verklaarde, dat genoemde jon gen wel eens had meegeluisterd in Mei, toen het' luisteren naar de Engelsche radio nog niet verboden was. Hij zou het later wel dikwijls gevraagd hebben, doch zij had dit nimmer toegestaan. Op 23 Augustus, omstreeks 7 uur des avonds, kwam de jongen weer binnen en vroeg, of de man de radio wilde aanzetten om naar den Engelschen zender te luisteren. Hij deed dit en dadelijk daarop kwamen de Duit sche politie-beambten binnen, die hun ver zochten mede te gaan. Op een opmerking van den president dat zijn daad gevaarlijk geweest was, antwoordde de heer T., dat hij er geen kwaad in gezien had. Verd. -T. is gedwee metde Duitsche politie beambten, die in burger waren, meegegaan naar den auto, die honderd meter verder stond. Toen hij echter moest Instappen, vertrouwde hij de zaak niet, daar hü twijfelde met echte politie-agenten te doen te hebben. Hij verzette zich en sloeg de beambten ook. Hij zeide wel te willen instappen, als er een politieagent of een Duitsche soldaat bij kwam. Een der be ambten is toen een Duitschen militair gaan halen en verdachte is toen kalm gebleven en meegegaan. Ter zitting verklaarde hij zeker te weten, dat de beambten der veiligheidspolitie geen bewijs getoond hadden. Mevrouw T. over het verzet gehoord, verklaarde reeds in den auto gezeten te hebben, toen haar man zich verzette. Zij is toen tusschenbeide gekomen. Ook zij had geen bewijs van de politiemannen gezien. Als getuige werd een der beide politieman nen gehoord. Deze verklaarde van andere zijde de mededeeling te hebben ontvangen, dat in den sigarenwinkel van T. naar den Engelschen zender werd geluisterd. Daar het betrappen zeer moeilijk is, moest hij de luisteraars min Of meer overvallen. Daartoe moest degene, die de melding had gedaan en meer geluisterd had, naar binnen gaan om den Engelschen zender te doen aanzetten. Daarna ging getuige naar binnen, kocht een sigaar en hoorde, dat de radio aangezet was. Hij kon echter niet hooren, of dit de Engelsche zender was. Ge tuige maakte zich in het Duitsch als politie beambte bekend en liep om de toonbank heen. Toen werd de radio afgezet. Getuige beval toen den echtelieden met hem mee te gaan naar de wacht, hoewel zij ontkenden naar der. Engelschen zender te hebben geluisterd. Bij den auto gekomen verzette verd. T. zich, nadat de vrouw in den wagen had plaats genomen. T. riep om een Nederlandschen agent en zijn vrouw kwam tusschenbeide. Getuige is toen gegaan naar eenige Duitsche officieren en kreeg assistentie van een Feldwebel. Daarop zijn de verdachten zonder verzet meegegaan. Later heeft T. zich bij getuige verontschuldigd. De Staatsanwalt was ven oordeel, dat vast stond, dat de verdachten naar den Engelschen zender geluisterd hebben, ondanks het verbod en dus strafbaar zijn. Hij achtte niet bewezen, dat het beluisteren als regel geschied was. Tegen T. eischté hij wegens het afluisteren een gevangenisstraf van één jaar en driehon derd gulden boete en tegen mevrouw T. een half jaar gevangenisstraf en honderd gulden boete. Wat de wederspannigheid betreft, was de Staatsanwalt van oordeel, dat er geen twijfel bestond, dat de verdachten wisten met politie ambtenaren te doen te hebben. Tegen T. luidde de eisch te dezer zake acht maanden gevange nisstraf en tegen zijn echtgenoote drie maan den, met de bepaling, dat de straffen voor de beide delicten kunnen worden samengevoegd en dat het voorarrest kan worden afgetrokken. Na raadkamer veroordeelde de landrech ter T. tot een gevangenisstraf van één jaar en drie maanden en geldboete van 20Ö gulden of veertig dagen .gevangenisstraf voor beide delicten en mevrouw T. tot zes maanden gevangenisstraf voor beide delic ten, met aftrek van zes weken voorloopige hechtenis, verbeurdverklaring van het radiotoestel en veroordeeling in de kosten van het proces. Bij de overwegingen had de landrechter in aanmerking genomen, dat niet vastgesteld is, dat de berichten door verdachten verbreid zijn en dat zij waarschijnlijk niet met boos opzet naar den Engelschen zender had geluisterd. Van bevoegde zijde vernam de N. Rott. Crt., dat de inpoldering van een complex kwelder- grond ter grootte van duizend hectare, gelegen aan de waddenkust ten Noorden van Uithuizen, vermoedelijk niet lang meer op zich zal laten wachten. De besprekingen hebben het stadium bereikt, dat binnenkort een beslissing verwacht mag worden. Het betreft hier een werk, dat vier millioen gulden zal kosten, en bij de uit voering waarvan 1000 a 1500 arbeiders naar schatting gedurende vier Jaar betrokken zullen zijn. De pas tot stand gekomen inpoldering De Slikken heeft onlangs haar doopnaam ontvangen. Voortaan zal dit kustgebied, op voorstel van de ingelanden en met goedkeuring van den com missaris der provincie, mr. J. Linthorst Homan- polder heeten. In Zaandam is in den nacht van Donderdag op Vrijdag een Engelsche bom neergekomen, die aan het gemeentelijk bieten- en boonenveld aan de Heijermansstraat eenige schade heeft aangericht. De woningen in de omgeving liepen aan ramen en muren door de scherven schade op. Deze was evenmin van ernstigen aard. Per soonlijke ongelukken kwamen niet voor. In den vorigen nacht zijn ook bommen uitge worpen in de gemeente Smilde. Drie bommen zijn terecht gekomen in een bouwland en ver oorzaakten daar groote trechters. Schade werd niet aangericht. In aansluitingen op de bekendmaking van 12 Augustus ,j.l. brengt het Nederlandsch Clearing instituut het volgende ter kennis: Wederzijdsche betalingsverplichtingen, voort spruitende uit levering van goederen van wel ken oorsprong ook, ingevoerd in Nederland, respectievelijk in Zwitserland, vóór 10 Mei 1940 op grond van transacties vóór dien datum af gesloten, zullen worden afgerekend tusschen het Nederlandsche Clearinginstituut en de Schwei- zerische Verrechnungsstelle te Ziirich. Voorts zullen op vorenbedoelde wijze worden verrekend betalingen wegens de hieronder onder B op gesomde verplichtingen, alle voorzoover zij vóór 10 Mei 1940 zijn ontstaan, of bij periodiek we- derkeerende verplichtingen, voorzoover de ver valdag ligt vóór dien datum. Stortingen hier te lande op grond van deze oude verplichtingen dienen ook verder, overeen komstig de publicatie van 12 Augustus jl., te geschieden op postrekening no. 2048 (Neder landsch Clearinginstituut „Bijzondere reke ning") of op de „Bijzondere Rekening" bij de Nederlandsche Bank N.V. te Amsterdam. Voor zoover reeds stortingen tegen vorenbedoelde oude schulden hebben plaats gevonden, zal door het Nederlandsche Clearinginstituut voor door zending van advies van storting aan de Schwei zerische Verrechnungsstelle te Zürich worden zorggedragen Voor verdere stortingen tegen oude verplich tingen is voortaan een vergunning van het De- viezeninstituut te 's Gravenhage vereischt, aan te vragen per formulier B/1, met vermelding bovenaan het formulier „ZwitserlandOude verplichtingen". Deze stortingen hebben geen bevrijdende wer king. Nieuwe wederzijdsche verplichtingen wegens: A. Invoer van Nederlandsche goederen in Zwitserland en van Zwitsersche goederen in Ne derland na 9 Mei 1940; B. De hieronder vermelde kosten, voorzoover de betalingsverplichting na 9 Mei 1940 is ont staan of, bij periodiek wederkeerende verplich tingen, voorzoover de vervaldag ligt na 9 Mei 1940. 1. Nevenkosten van het Nederlandsch-Zwit- Het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd maakt bekend, dat bij de bepaling van het aantal kippen en/of eenden, hetwelk elke houder van kippen of eenden ten hoogste mag aanhouden, de Nederlandsche Centrale voor Eieren en Pluimvee, hierna te noemen: de Cen trale, de navolgende regelen in acht neemt: Het bepalen geschiedt op de basis „van het aantal in September "1939 geïnventariseerde die ren, met dien verstande, dat voor de in hier- neven staande kolom 1 onderscheiden bedrijven het maximum aantal aan te houden kippen, resp. eenden, overeenkomt met de in kolom 2 telkens daarachter aangegeven percentages van het aantal in September 1939 geïnventariseerde kip pen, resp. eenden. Aantal kippen per be- van het aantal bij Aantal eenden per be- van het aantal bü dryf naar den toestand de inventarisatie Sep drüf naar den toestand de inventarisatie Sep by de inventarisatie tember 1939 aanwezige bij de inventarisatie tember 1939 aanwezige September 1939 kippen, dat ten hoogste September 1939 eenden, dat ten hoogste mag worden aan mag worden aan gehouden gehouden 1 2 1 2 1— 15 100 met een max. '1— 30 100 met een max. van 10 dieren van 10 dieren 15— 30 55 30— 750 20 30— 75 3V/S 750—2500 15 75— 150 30 2500—4000 10 150— 300 26 4000 en meer 8 300— 450 22 450— 600 18 600— 750 15 750—1500 11 1500 en meer 8 In afwijking van dit bepaalde worden de hier genoemde percentages ten aanzien van degenen, die zijn toegelaten tot de groepen „fokkers van kippen", resp. „fokkers van eenden", en tot de groep „houders van vermeerderingsbedrijven", resp. van kippen en van eenden, vastgesteld door de Centrale, met inachtneming van de hoe danigheid van het betrokken bedrijf, met dien verstande, dat de fokkers van kippen gemiddeld ten hoogste 43 pet., de fokkers van eenden ge middeld ten 'hoogste 20 pet., de houders van vermeerderingsbedrijven van kippen gemiddeld ten hoogste 36 pet. en de houders van vermeer deringsbedrijven van eenden gemiddeld ten hoog ste 16 pet. van het totaal aantal der in Septem ber 1939 geïnventariseerde dieren voor elke groep zullen mogen aanhouden. Het in eenige grootteklasse door toepassing van bovenstaande percentages verkregen maxi mum aantal dieren wordt door de Centrale te vens als minimum voor de bepaling van het aantal dieren in de onmiddellijk daarop volgende grootteklasse aangenomen. In afwijking van bovengestelde regelen kan het aantal -ten hoogste aan te houden dieren door de Centrale of de door deze aan te wijzen instantie worden verlaagd ten aanzien van de genen, die ter beoordeeling van de Centrale of de door deze aan te wijzen instantie uit anderen hoofde dan de pluimveehouderij een voldoende bestaansbron hebben. Indien ten genoege van de Centrale of de door deze aan te wijzen instantie is aangetoond, dat de cijfers van de September-inventarisatie ten aanzien van een bepaald bedrijf door bijzon dere omstandigheden geacht moeten worden lager te zijn dan overeenkomt met den nor malen omvang van den stapel van het desbe treffende bedrijf, is de Centrale of de door deze aan te wijzen instantie bevoegd het basis-aantal te verhoogen. In bijzondere gevallen, ter beoordeeling van de Centrale of de door deze aan te wijzen instantie, zullen die maatregelen worden getroffen, welke met het oog op het desbetreffende geval noodig mochten blijken, en wel in het bijzonder ten be hoeve van diegenen, wier inkomstenj ten gevolge van de uit deze bekendmaking voortvloeiende maatregelen, naast de bestrijding van de kosten van levensonderhoud niet toereiken voor de be taling van renten en publieke lasten. sersche goederenverkeer zooals transportkosten, binnensoheepvaartkosten, transportverzekering, invoerrechten, arbeidsloonen en salarissen, pro visies, -reclamekosten, kosten voor zakenreizen, incassokosten, prijsvergoedingen, schadeloosstel lingen en tusschenhandelskosten; 2. Honoraria voor journalisten, leeraren, kunstenaars, schrijvers enz.; 3. Veredelingskosten; 4. Patentkosten; 5. Pensioenen, kosten van levensonderhoud, ziekenverpleging, studie etc.; 6. Transitovrachtkosten; 7. Koersverliezen en interest, voortspruitende uit verrekeningen over de clearing; 8. Belastingen, zullen voortaan worden afgewikkeld binnen het kader der Nederlandsch-Duitsche en Duitsch- Zwitsersche clearing. Voorzoover de invoer van Zwitsersche goede ren in Nederland na 9 Mei 1940 heeft plaats gevonden of nog zal plaats vinden, op grond van transacties, afgesloten vóór '20 September 1940, zal slechts tot verrekeniijg op laatstbedoelde wijze kunnen worden overgegaan, indien een schriftelijke vergunning van de Schweizerische Verrechnungsstelle kan worden overgelegd. Is dit niet het geval, dan dient de verrekening dezer invoeren te geschieden op de wijze, als voor oude verplichtingen voorgeschreven. Hetzelfde geldt voor uit consignatievoorraden in de periode na 9 Mei tot vóór 20 September verkochte goederen, onverschillig op welk tijd stip die goederen zijn ingevoerd. Overigens geldt bij consigpatievoorraden als tijdstip van hét afsluiten der transactie het tijdstip van den verkoop uit voorraad. Voorzoover Nederlandsche debiteuren onder de 12 Augustus J.l. gepubliceerde regeling reeds van het Deviezeninstituut een vergunning dan wel een bindende toezegging hebben ontvangen om voor nieuwen goedereninvoer uit Zwitser land of andere nieuwe schuldverplichtingen tot storting op de „Bijzondere rekening" van het Nederlandsch Clearinginstituut over te gaan, zullen deze debiteuren nader bericht ontvangen van het Clearinginstituut, of de reeds plaats gevonden dan wel toegestane storting krachtens vorenbedoelde regeling voor verrekening over de Nederlandsch-Duitsche en Duitsch-Zwitser- xsche clearing in aanmerking komt. Nieuwe aanvragen om vergunningen of bin dende toezeggingen om op vorenbedoelde wijze tot storting in de Nederlandsch-Duitsche en Duitsch-Zwitsersche clearing te mogen over gaan, dienen als tot dusverre te worden gericht tote het Deviezeninstituut te 's Gravenhage, door middel van formulier B/1, met vermelding bovenaan het formulier „Zwitserland-Nieuwe verplichtingen". Het Deviezen-instituut zal deze aanvragen behandelen aan de hand van de voor den invoer yan Zwitsersche goederen voorziene, mogelijkheden. Deze stortingen hebben geen bevrijdende wer king. De uitbetaling aan crediteuren zal zoowel in Zwitserland als in Nederland zonder wachtter mijn plaats vinden. Nederlandsche crediteuren moeten hun vor deringen, na ontvangst van het bericht, van storting van 't Clearinginstituut, indienen door middel van het in de Duitsche clearing gebrui kelijke formulier B, in te zenden aan de afdee- ling „Zwitserland" van het Nederlandsch Clea ringinstituut. Voor den expert na 9 Mei 1940 is een ver effeningscertificaat vereischt. Verwezen wordt naar onderstaande mededeeling van het Crisis Uitvoer Bureau. Hiermede vervalt voor den export naar Zwitserland de Exportdeviezenver- klaring. Formulieren zijn verkrijgbaar bij de Kamers van Koophandel, de banken en het Clearing instituut. Het Crisis Uitvoer Bureau makkt in aanslui ting aan het bovenstaande bekend: Het vereffeningscertificaat kan bij het Crisis Uitvoer Bureau worden aangevraagd op de voor Duitschland gebruikelijke wijze, d.i. door middel van het gele aanvraagformulier, hetwelk bij den Economischen Voorlichtingdienst en de Kamers van Koophandel en fabrieken verkrijgbaar is. Bij deze instellingen zal binnen enkele dagen een handleiding voor de invulling van het ge noemde aanvraagformulier beschikbaar zijn. Voor producten, welke onder een Uitvoermo- nopolie uit hoofde van de Landbouw Crisiswet vallen, is de afgifte van het Vereffenings-certl- ficaat door het Crisis Uitvoer Bureau gedele geerd aan de desbetreffende centrale-monopolie houdsters. Bovenstaande regeling brengt geen wijziging in de verplichting tot het indienen van een verzoek om dispensatie, respectievelijk uit- voermachtiging ingevolge de Uitvoerverbodenwet en het Crisis Landbouw Uitvoermonopolie-be- slult 1939. Het Duitsche Landgerecht behandelde Vrijdagochtend een zaak tegen den 42- jarigen invaliden meubelmaker P. C. T. uit Breda ter zake van beleediging van het Duitsche rijk, den Führer en de Duitsche regeering. T.^ die bij zijn 80-jarige moeder inwoont en een pensioentje heeft van twee gulden in de week, is nog nimmer gestraft. Op 28 Juli van dit jaar zou hij zich op het plein voor een kerk in Breda tegenover den bakker B. B. beleedi- gend over het Duitsche rijk, den Führer en de Duitsche regeering hebben uitgelaten. Op 13 Augustus werd T. gearresteerd. Verd. verklaarde veel ziek te zijn geweest: h(j was vele malen geopereerd én onder behande ling van een zenuwspecialist geweest. Na de evacuatie van Breda was hij met zijn moeder naar Brugge gevlucht en had onderweg veel ge leden. Hij gaf het ten laste gelegde toe, doch verklaarde niet te weten, hoe hij er toe geko men was. B. vertelde hem, dat hij door de Franschen was verjaagd en dat de Duitschers gelukkig zoo spoedig gekomen waren. Toen heeft verd. gezegd, dat hij over den heelen oorlog niets meer hooren wilde en daarbij beleedigende uitdrukkingen gebruikt. Voor de kerk waren geen andere menschen, die het gesprek gehoord had den. B„ als getuige gehoord, verklaarde, dat hij T. voor de kerk tegen kwam. „Hoe gaat het met den arbeid?" had get. gevraagd, waarop T. had geantwoord: „Ga maar weg met je arbeid", waarop verschillende beleedigingen tegen rijks kanselier Hitier volgden. Get. verklaarde voorts, nimmer ruzie met verd. gehad te hebben en dat niemand anders de beleediging kan heb ben gehoord. Hij had zich deze beleedigingen aangetrokken, daar zijn vrouw een Duitsche is. De Staatsanwalt achtte het ten laste gelégde bewezen; slechts had de beleediging niet in het openbaar plaats gehad. Dit is een zeer zwaar vegrüp: verd. heeft den Fürer uitdrukkelijk genoemd. Een zware straf is onder alle om standigheden gerechtvaardigd. Aan den anderen kant nam spr. enkele verzachtende omstandig heden in aanmerking: Verd. heeft vele moeilijk heden ondervonden van de zijde van de Fran schen en de beleedigingen heeft hij geuit in een gesprek, dus niet bij wijze van propaganda. Spr. noemde het tragisch, dat een invalide ar beider, die slechts twee gulden in de week ont vangt na zijn geheele leven te hebben gewerkt, jyist dezen grooten Duitscher beschimpt, die de beschermer is van alle arbeiders en nooit zou dulden, dat een arbeider met f 2 per week naar huis gestuurd wordt. Spr. eischte een gevangenisstraf van één jaar met aftrek van voorarrest. Na raadkamer veroordeelde de landrechter T. tot gevangenisstraf van tien maanden met aftrek van acht weken voorarrest en betaling van de kosten van het geding. In zijn overwegingen deed de rechter uitko men, dat bij de bepaling van de strafmaat re kening was gehouden met het feit, dat het gesprek, niet door verd. was uitgelokt, dat zijn zenuwen niet sterk waren en dat hij kort tevo ren veel geleden had. Te Haaksbergen is Vrijdag in de familie On landHalsbergen een zoon geboren, die als 10.000ste inwoner is ingeschreven. Namens B. en W. werd den vader een spaarbankboekje overhandigd. Een Leidsche visscher vond in zijn palingfui ken, uitgezet in de Haarlemmertrekvaart, twee wolhandkrabben. In rüim één maand heeft men op dezelfde plaats reeds zes van deze zeer scha delijke dieren gevonden. De bejaarde vrouw A. Panbakker meende, des avonds een kelderdeur openend, de keuken bin nen te gaan. Zij viel van een trap in den diepen kelder. Toen men haar vond, bleek de vrouw zich zoodanig bezeerd te hebben, dat zij na eenigen tijd den geest gaf. Met ingang van 1 November 1940 is aan den officier van administratie der le klasse F. C. H. Schlahmilch, wegens opheffing van zijn be trekking, eervol ontslag uit den zeedienst verleend. Aan de officieren van administratie der le klasse N, B. Spoor en J. C. W. Jobse is eervol ontslag uit den zeedienst verleend wegens opheffing van hun betrekking. Op het daartoe door hen gedaan verzoek is eerVol ontslag verleend.uit den militairen dienst aan den reserve-majoor-titulair M. A E. Seeuwen, den reserve-kapitein J. Wieringa en de reserve-eerste-luitenants J. M. Schouten, F. M. A. Buijs, dr. R van der Wijk, en ir. P. C. van Steenwijk, allen van het wapen der in fanterie. aan den reserve-kapitein mr. C. J. B. du Croo, van het wapen der artillerie, zoo mede aan de reserve-kapiteins voor speciale diensten W. Olthof, van het wapen der infan terie en dr. ir. J. D. van Roon, van het wapen der artillerie, aan den reserve-eerste-luitenant W. P. Kramer, van het wapen der artillerie. Met ingang van 16 October 1940 is aange wezen als beheerder van het bijpost-, tele graaf- en telefbonkantoor te Amsterdam-Waal straat, de commies bij den P.T.T.rdienst R. R. Prenger, thans beheerder van het bijpost-, telegraaf- en telefbonkantoor te Amsterdam- Koninginneweg. De verplaatsing van den inspecteur der di recte belastingen, enz. H. W. Colmjon, toege voegd aan het hoofd van de inspectie der directe belastingen te Leiden, le afdeeling, naar Eindhoven is ingetrokken. t trit* ft vi4 :.o—aö Nadruk verboden vraag is gauw beantwoord," zei Bishop baad- ,tIk werd met een geheime opdracht Vt,r.r parijs gestuurd, zoodat ik niemand kon hij elleh waarheen ik ging. Zonder twijfel," gaf BCk toe' „had ik jou een paar regels kunnen de toen ik naar Parijs trok, maar om je .heid te bekennen, wilde ik ineens met Va„ Verrassing voor den dag komen. Na den dood d dien armen Peter, achtte ik het niet meer bakl/en staaltje van mijn plicht Stadenfield te chefen te krijgen. Ik wist toen nog niet wie de trlQpVan dien kerel was, ofschoon ik wel ver- de e> dat er een achter zat die zich achter jennen hield." e drukt je nog steeds zeer geheimzinnig uit." twftat is het resultaat van mijn loopbaan, ver- bi p Maar ik zal duidelijker wezen: toen ik bgj aT~ys was, kwam iemand me in mijn hotel v'du Het was een ongunstig uitziend indi- h6e Tongue geheeten. Hij was een brutaal ilc Hij gaf me te kennen, te weten dat t)je Verband stond met den Britschen Geheimen licht/' en bij beweerde eenige waardevolle in- L ^ngen te kunnen verkoopen.... tot een ze- prys,* „Ga verder," drong Holiday aan. „Na hem aangehoord te hebben, besloot ik tot den koop over te gaan. Het bleek me nu dat de man vroeger in betrekking was geweest bij een zekeren Hector Pandervell in Surrey. Ik kende Pandervell van verschillende clubs en wist ook uit de couranten dat hij in de zoogenaamde hooge gezelschapskringen verscheen. Het ver haal dat hij me deed, leek me dan ook ongeloofe- ljjk toe en zeer melodramatisch. Zooals ik echter al gezegd heb, was de kerel verduiveld sluw. en hij vertelde verder dat Pandervell niet alleen chantage pleegde, maar dat hij ook in verbin ding stond met Stadenfield en Benelli. Het spreekt vanzelf, dat ik daarna minder cynisch werd." „Wist je toen nog niet, dat Valerie door dat zwijn ontvoerd was?" „Nee. Nadat ik Tongue echter een zekere som had gegeven, deelde hij. me verder mede, dat haar leven door Pandervell bedreigd werd, die van de eerste de beste gelegenheid gebruik zou maken om haar uit den weg te ruimen. Daarna gaf hij me bijzonderheden omtrent Pandervell's huis in Wykeham, vertelde me dat er een ze kere geheime, ondergrondsche kelder in een tuinhuis van zijn landgoed bestond, en hij ver- aadde me ook op welke manier men daar binnen kon komen. Ik keerde haastig naar Engeland terug, las in de couranten over den zoogenaam- den „zelfmoord" van Velerie in de buurt van Leicester, waar ik in „De Blauwe Beer" je be diende Somers en dien stevig gebouwden George Grainger aantrof. Ik makte dadelijk van hun diensten gebruik en de rest is je bekend. Nog iets te vragen?'» „Waarom vermomde Stadenfield zich als een Falstaff van het jaar 1929?" „Stadenfield was vroeger acteur. Ik veronder stel dat die maskerade een groote attractie vooi hem had. Hü zal nu in de gevangenis de bewa kers als schouwburgpubliek kunnen beschou wen." „Nog een enkele vraag: Waarom haalde je er dien avond in Taviton Street de politie bij?" „Het voornaamste was Stadenfield achter slot en grendel te krijgen. Ik was van plan Leycester later zooveel van de waarheid te vertel en, als Valerie wilde' toestaanOver Valerie gespro ken, daar is ze juist." HOOFDSTUK XXXV De weg naar huis Valerie zag er verrukkelijk mooi en frisch uit, en 't was haar allerminst aan te zien dat ze nog slechts kort geleden aan de klauwen van den dood ontsnapte. Zy glimlachte tegen de twee mannén. .iStoor ik?" vroeg ze. „Als dat zoo is, dan ver- dwyn ik dadelijk weer om wat boodschappen in de stad te doen." Terwül Holiday opsprong om haar tegen te houden, greep Bishop naar zün hoed, welken hü op de tafel had gelegd. „Winkelen," zei hij verwü'tend, „je durft te bekennen zulk een oppervlakkig wezentje te zün, dat je over winkelen kimt praten terwijl ik het laatste half uur niets anders heb gedaan dan jcuw lof te zingen. En nu," vervolgde hü grin- nekend, „moet ik maken dat ik weg kom. A's je zin hebt Holiday, eet dan vanavond by me oh, nee, ik bedoel morgenavond, want vanavond zul je wel wat anders te doen hebben. Adieu, Valerie, veel geluk hoor." Hij glimlachte nog steeds, terwül hü op het jonge meisje toeliep. Zü van haar kant legde haar handen op zijn schouders, trok zün gezicht naar zich toe en kuste hem op het voorhoofd. „God zegene je, oude jongen," zei ze, waarna Bishop zich als een verlegen jongen heen- spoedde. Het duurde eenige minuten, voordat de twee jonge menschen die alleen waren achtergeble ven, spraken. Valerie was de eerste, die de stilte verbrak. „En hoe moet ik jou bedanken?" vroeg ze zacht. „Ik heb al een grootere belooning gekregen dan ik verdien.'' Ze keek hem aan alsof ze hem niet begreep. „Jou gezond en wel voor me te zien," vervolg-- de Holiday haastig met een heeschen klank m zijn stem, dien hü met alle geweld wilde ver- dryven. „Oh, Valerie, als Bishop niet bütüds was gekomen Er voer een rilling door haar leden. .Praat er.niet over, jongen.... ik kAn er niet aan denken." „Doch dat is nu allemaal achter den rug." Hü kwam heel dicht bü haar staan en keek haar in de oogen. Ze zag hem op haar beurt aan en ofschoon haar volle lippen trilden, lag het geluk toch in die diepbruine diepten weerspiegeld, en geener lei blik van twijfel. Eensklaps werd de betoovering verbroken. „Ik veronderstel dat Bishop al die geheim zinnigheid verkalard heeft," vroeg ze, terwyl ze op den divan plaats nam. „Gedeeltelijk," antwoordde hy. „Het hinderde me zoo ontzettend dat alles voor je verborgen te moeten houden, doch' ik was er wel toe gedwongen," vervolgde ze. „Niet omdat ik je wantrouwde, maar ik had zulk een diep medeiyden met mün broer, dat ik er niet over kon spreken. Ik was vast besloten a les ge heim te houden, totdat ik een en ander had ontdekt." Ze wendde zich met een impulsief geJ baar tot hem. „Kun je dat begrüpen?" „Volkomen." „De eenige menschen, die ik in het vertrou wen' durfde nemen waren Peter Traill arme, oude Peter, die door mijn schuld moest sterven en zün vriend, Stanley Bishop. Zelfs jy...." „Maar ik was 'een vreemde," viel Holiday haar in de rede. „Er bestond geenerlei motief waar om je mij Je vertrouwen zou schenken." „Ik denk dat weinig mannen er zoo over ge dacht zouden hebben," zei ze. Daarna zuchtte ze en leunde met haar hoofdje tegen den rug van den divan. „Ik heb nog aldoor het gevoel alsof ik een afschuwelijken droom had," zei ze. „Het is büna onmogelijk aan te nemen, dat alles werkeiyk gebeurde." Voor een kort oogenblik leek het alsof ze bü die herinnering in tranen zou los barsten; maar ze wist zich te beheerschen met haar karakteristieke dapperheid. „Indien het verhaal ooit gedrukt werd welk een sensatie zou het dan verwekken," ging ze voort. „Natuurlijk zal dit nooit gebeuren. Hector Pandervell krijgt een plaatsje in de ge vangenis en zal gauw genoeg vergeten zyn. Heeft Bishop je verteld dat hü het Engelsche hoofd was van een Internationale chantage- bende?" „Hü zei dat hü een fortuin verzamelde door leden van de Engelsche aristoeratie geld af te persen, omdat hem de noodige geheimen van hen bekend waren." „Ja, dat deed hij, maar de vertakkingen van de organisatie strekten zich verder dan Londen uit. En te moeten bedenken, dat die man me door zijn keurig, innemend optreden heelemaal om den tuin leidde toen ik hem by mevrouw Laidley Craig ontmoette. Doch hoe kon ik ook weten wie en wat hy' inderdaad was? Geduren de mijn verblijf in de villa in Beauva Ion heb ik door de menschen, die Prins Kuropatin be zochten, nooit zün naam hooren noemen." Holiday boog zich over haar heen. „Het is afschuwelijk je over die dingen te moe ten hooren praten," zei hij ernstig. „Dat is nu allemaal achter den rug," ant woordde ze. „Ik voel me als een kind dat veilig in moeders armen ligt en nadenkt over de ge varen die het op den weg naar huis ontmoette." „Op den weg naar huis," herhaalde Holiday zachtjes. „Ken je den weg, Valerie, of zal ik Je dien wüzen?" Ze keek hem aan en daarna strekte ze met 'n teeder gebaar haar armen uit. „Ik geloof dat ik hem ken," zei ze. „Maar' tochzal Ik het heerlijk vinden als je me hem wüst." „De vrouw die in 't donker kwam," mompel de hij schor en hierop kuste hü haar zooals hü zoo vaak in zyn droomen had gedaan. EINDE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 3