Ceylon als Nederlandsche bezitting Wat er in België beschadigd is TOONTJE VAN TEUTEN Beursoverzicht A U T BEURS VAN AMSTERDAM 4 st DE INGESNEEUWDE SLAAPWAGEN ZATERDAG 12 OC1 OBER 1940 Driehonderd jaar geleden veroverd RESA K/ MARKTEN ZATERDAG 12 OCTOBER 1940 v Jo Ün S°lleci HOOFDAKTE ARNHEM WIJ LUISTEREN NAAR Zondag 13 October Maandag 14 October Verder verl Les 21-fr Vorige Slot' Slotkoersen 0' South. Rallw. II zon 7-30, I, Uur W( ponfer s Avot In d, W01 don zat Jan 4- uiechte Ov °N over f h 1] zon f ex dividend 0 nominaal der Z°N i Uur fmat fh gez b'«cht: Ppugr, ^nhot DOf J°r en s avor vRi h Rc t ?Al ri0t 11 en t* Ceylon, sinds 1802' een Engelsche bezitting, was voor dien tijd gedu; ende anderhalve eeuw even Nederlandsch als de eiianaen van den te- genwoordigen Nederiandsch-Indischen Archipel. Al heel spoedig na het begin van hun ontdek kingsreizen hadden de practische Nederlandsche zeevaarders zich voor hei schitterende, op de vaarroute van Arabië, Perzië en Voor-Indië naar China, Japan en den Maleischen Archipel ge legen, door Ptolemeus reeds beschreven, oude Taprobane geïnteresseerd, maar pas bij de ca pitulatie van Colombo op den 12en Mei 1656 werd het definitief door hen op de Portugeezen veroverd. Dit jaar echter is 't precies driehonderd Jaar geleden dat, in 1640, het pleit in het voor deel der Nederlanders werd beslecht doordat zij de forten Matara en Galle wisten te veroveren. Er volgde op dat wapenfeit een tienjarige wa penstilstand, maar onmiddellijk daarna her vatten de Nederlanders hun aanvallen op Kapu- tara en verdreven na eenige jaren de Portugee zen voor goed van het eiland. Of het waar is. kunnen wij niet met zekerheid zeggen, doch verhaald wordt, aat een der vredesbepalingen inhield, dat de jonge, ongetrouwde Portugeesche meisjes en de Portiigeesche weeuwtjes op Ceylon zouden achterblijven om haar in de gelegenheid te stellen te trouwen met burgerlijke en mili taire Hollanders. Een feit is het in alle geval, dat er heel wat met Hollanders zijn getrouwd. Al te spoedig en al te gemakkelijk zijn wij in Nederland vergeten, dat de prijs, welken de Engelschen zich na den Napoleontischen oorlog door ons voor hun bewezen diensten hebben la ten betalen, méér dan redelijk was, maar wie meent, dat de sporen, welke het verblijf der Nederlanders op Ceylon heeft achtergelaten, even vluchtig zijn geweest, vergist zich. Nog altijd kloppen daar warme harten voor ons en het bestuur der Nederlanders wordt er ook door de burgerlijke autoriteiten nog met ontzag en eerbied herdacht. In 1899 werd op Ceylon zelfs „Het Hollandsche Gezelschap van Ceylon" op gericht, dat in 1907 ziin naam veranderde in „Dutch Burgher Union of Ceylon", nog altijd een opgewekt vereenigingsleven leidt, groot gaat op den Hollandschen tijd en over een uitstekend vereenigingsorgaan, de „Journal of the Dutch Burgher Union of Ceylon" beschikt. Nog altijd ook bestaat er op Ceylon een Nederlandsch dia lect en wordt er Hollandsch gesproken door de afstammelingen van de Hollandsche kolonisten, vooral in en rond de hoofdplaats Colombo, ter wijl m tal van plaats-, straat- en familienamen Nederlandsche klanken te hooren zijn. Wat zegt men b.v. van een Leynbaanstraat midden in de stad Colombo? Wat van plaatsnamen als Wol- vendael, Korteboom en Cuylenburg? Wat van een familienaam de Vos? De bevolking spreekt er van artaple (aardappels), van boontjes, peter selie. selderfj en vitte kola (witte kool). In zijn Handboek der Nederlandsche taal geeft pater Jac. van Ginneken tal van dergelijke voorbeel den en de kalender „Groot Nederland" van het Algemeen Nederlandsch Verbond van 1935 be vatte op de pagina, die betrekking had op de week van 14 tot 20 April, eveneens tal van woorden uit de Nederlandsche taal, die in het Singhaleesch, de taal der Ceylonsche inboorlin gen. met weinig of geen wijziging van de oor spronkelijke beteekenis waren overgenomen Sinds het Nederlandsch in 1807 bij wettelijken maatregel van de schoolprogramma's in Ceylon wordt geweerd, heeft de oude taal natuurlijk een harden dobber en verdwijnt meer en meer. In de huizen van aanzienlijke oude families op Ceylon worden nog tal van meubelen en sieraden gevonden, welke klaarblijkelijk uit den tijd der Compenie afkomstig zijn. Natuurlijk zijn de oude huizen zelf bijna alle door nieuwe ver vangen of herbouwd. Het is trouwens opmer kelijk, dat ook in Nederlandsch-Indië, in Soera- baya en zelfs in Batavia betrekkelijk weinig van die oude behuizingen aan den tijd weerstand hebben weten te bieden. De reden moet waar schijnlijk hierin worden gezocht, dat het bou wen van de oude kolonisten, zeker wat betreft de woonhuizen, gewoonlijk niet op een eeuwen lang voortbestaan was ingesteld. Allen immers hoopten nog éénmaal en liefst zoo spoedig mo gelijk de kolonie te verlaten en ln het moeder land het in den vreemde zwaar, maar vlug ver diende geld te kunnen opmaken. Desondanks zijn er op Ceylon tal van huizen uit den Neder- landschen tijd bewaard gebleven. In Jaffna staat bijvoorbeeld nog het Gouvernementshuis en doet nog dienst als Paleis van Justitie. Dat er echter geen gebrek aan bouwkundige bedre venheid was, blijkt uit het feit, dat van de oude versterkingen der Compagnie zelfs opmerkelijk veel is overgebleven. Hét grootste deel van de forten te Galle, Matara, Jaffna, Mannar en Batticaloa is goed geconserveerd. Het belang rijkste fort is dat van Jaffna, maar ook de forten van Galle, Mannar, Matara, alle nog bijna geheel intact, geven een uitstekend idee van de vestingbouwkunde der Nederlanders uit de dagen van van Imhoff, Rumpf, Becker en Schreuder, die ln de zeventiende en achttiende eeuw op het eiland regeerden. De oude vesting werken van Colombo hebben, althans aan de landzijde, den strijd tegen de moderne stads uitbreiding moeten staken. Men ziet er alleen nog maar de ruïnes van de hoofdpoort en een oud wachtlokaal. De belendende huizen, die eveneens de kenteekenen dragen van een lang leven, waren oorspronkelijk huizen van de Com penie. Ze zijn thans verbouwd en gemoderni seerd. Aan de zeezijde doen de oude fortificatiën VRAAGT ONS PROSPECTUS: Wiskunde en Talen (Bekende Schriftelijke Cursus) echter zelfs nu nog dienst, zij het dan, dat zij een flinken opknapper hebben gehad om aan de eischen van een modernen oorlog te kunnen voldoen. Evenals Nederlandsch-Indië heeft Ceylon, na de bezetting door de Nederlanders, zijn ups and downs van welvaart en achteruitgang gekend. Maar in het algemeen geeft de geschiedenis van Ceylon in de laatste driehonderd jaar een beeld van gestadigen groei. De Nederlanders hebben daarin ruim hun aandeel gehad. Het gouverne ment van Ceylon heeft dat niet vergeten en weet dat te toonen. Zoo merkte een onzer ge zanten, dr. Hendrik Muller, die op weg naar Japan Colombo aandeed, op, dat er in het Gou vernementsgebouw aldaar wel verschillende portretten hingen van Portugeesche gouverneurs uit den vroegeren tijd, maar geen enkel van de latere Nederlandsche gezaghebbers. Als gevolg van de opmerking welke hij daarover maakte verzocht de toenmalige Gouverneur van Ceylon hem, te trachten de portretten van de oude Hollandsche gouverneurs van Ceylon te krijgen of er copieën van te laten maken. Zij zouden dan eveneens hun plaats in de portretten-galerij krijgen. Dr. Muller accepteerde deze opdracht. Het Gouvernement van Ceylon zou de noodige fondsen verschaffen. Het gevolg is geworden, dat er nu zeven olieverfschilderijen van 60 bij 90 centimeter van Hollandsche gouverneurs in de verzameling aanwezig zijn. Bovendien een groot familieportret van Rycklof van Goens, den ouderen, waarop ook zijn zoon en opvolger als gouverneur van Ceylon voorkomt, Rycklof van Goens Jr. op den leeftijd van veertien jaar. De collectie is verre van compleet, want er zijn niet minder dan 32 administrateurs der Oost-Indische Comp. op Ceylon geweest gedurende de ander halve eeuw, dat de Nederlanders er zich wisten te handhaven, maar zelfs het beperkte aantal van zeven doeken heeft nog een werk en een tijd gekost, dat men versteld staat. Het is alleen aan onvermoeid doorzetten te danken, dat het Hollandsche tijdperk nog vrij behoorlijk verte genwoordigd is. De oorzaak, dat het opsporen van de portretten der oude gouverneurs zooveel moeite kostte, is hierin gelegen, dat de Oost- Indische Compagnie gewoonte had om alleen portretten van de Gouverneurs-Generaal van Nederlandsch-lr.dië te laten maken en niet van de Gouverneurs van de kleinere gewesten. Zoo komt het, dat men voor den heer Muller alleen de portretten kon vinden van die Ceylonsche gouverneurs, die later ook G.-G. in Batavia zijn geworden, zooals Maetsuycker en de oudste van Goens. De andere portretten zijn bij elkaar ge zocht uit oude boeken, familie-albums of par ticuliere schilderijen-collecties. Van de gevonden afbeeldingen zijn op kosten van het Ceylonsche gouvernement aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten te Amsterdam, onder toezicht van prof. Derkinderen, afbeeldingen gemaakt. De dignitarissen zijn hervereeuwigd in passende oud-Hollandsche kleedij. Voor zijn moeite ontving dr. Muller van Ceylon, met een hartelijk schrijven van dankbetuiging, een zil veren schaal met inscriptie. Een ander voorbeeld hoezeer de arbeid van de Nederlanders op Ceylon gewaardeerd werd is het volgende. Uit een slecht .begrepen zui nigheid, maar tot groote schade van land en bewoners, werden in de eerste halve eeuw van het Engelsche bewind de schitterende, door de Nederlanders aangelegde irrigatiewerken ver waarloosd. Sir Henry Ward, de Gouverneur van Ceylon, klaagde daarover in een rede, welke hij op 28 Juli 1858 hield ter opening van de wetgevende vergadering van Ceylon. „Zelfs de zuinigste van onze voorgangers als kolonisten, de Nederlanders", zoo zeide hij, „achtten het economie van de goede soort om den landbouw in de laag gelegen streken van het land door middel van irrigatiewerken aan te moedigen. Wij hebben die werken schandelijk verwaar loosd, en toen ik Giruwa Pattu en de vrucht bare districten in de omgeving van Tangelis passeerde, heb ik mij als Engelschman diep moeten schamen, omdat de meest oppervlakkige toeschouwer precies kan zien, waar de weldoen de invloed van het Nederlandsche irrigatie- werk ophoudt. Meer dan één derde deel der rijstgronden is als cultuurland uitgeschakeld, sinds in 1837 de dammen bij Urubokka en Kiri- ma het begeven hebben. Dat kost aan het Gou- vernemen 20.000 per jaar aan belastingen en aan de bevolking tienmaal meer aan minder oogst. Ik stel u daarom voor deze schande van ons blazoen weg te nemen en beide waterwerken te doen restaureeren." Prachtig werk verrichtten de Nederlanders voor den bloei van land- en tuinbouw. Begrij pelijk is het. dat zij allereerst de cultuur van peper en kaneel bevorderden. Om daarvan het wereldmonopolie in handen te krijgen, hadden zij immers de oogen naar Ceylon gewend. Maar ook op ander gebied lieten zij zich niet onbe tuigd. Zoo voerden zij de cacaoplant op Ceylon in en lieten tal van vruchtboomen komen, die er het heerlijkst denkbare fruit brachten. Of het de Hollanders waren die er de koffiecul tuur invoerden is een vraag gebleven, maar zeker is wel, dat ze haar enorm hebben uitgebreid. Er werden ook tal van Europeesche groenten ge kweekt en de hierboven uit het Singhalee ge citeerde woorden als „boontjes", „selderij" „kola", zijn wel het beste bewijs, dat de Hol landers ze op Ceylon introduceerden. Toen van Imhoff op Ceylon arriveerde, was de streek zuidoostelijk van Colombo één groote woestenij en onvruchtbaar. Hij liet er kokosnootboomen planten en sindsdien levert zij aan de bewoners een ruim bestaan op. De rijstcultuur, ter voor koming van hongersnood onder de bevolking van eminent belang, had de voortdurende aandacht van de Nederlanders. Voor het werk op de sawahs en in de plantages werden duizenden slaven van buiten aangebracht. Voor het trans port van de landbouwproducten legden de Ne derlanders het tachtig mijl lange kanaal aan van Puttalam naar Colombo, dat nog steeds in gebruik en van hooge. waarde is. Voor de zijde en weefindustrie werden door de Nederlanders zijderupsen uit Bengalen naar Ceylon gebracht. De Hollanders moedigden de paardenfokkerij en paarlenvisscherij aan, voerden fokvee in om den veestapel te verbeteren en trachtten verschil lende soorten wol te winnen ter bevordering van de kledingindustrie. Nog langen tijd nadat zij vertrokken waren, werden de huizen op Ceylon net eender ge bouwd als in den tijd der Compagnie, omdat zij zoo geschikt en zoo comfortabel bleken te zijn. Het is vooral in deze dagen goed aan jubilea als de verovering van Ceylon te herinneren Niet om in zelfgenoegzaamheid op den roem onzer vaderen te teren, maar om ons' een pas send gevoel van eigenwaarde te geven. Want. laten wij het in bescheidenheid vastleggen: het tegenwoordig koloniaal beleid van Nederland is dat onzer voorvaderen waardig en geen enkel ander volk zal er in slagen dat te verbeteren. Wat heeft de oorlog beschadigd aan de Bel gische monumenten? De correspondent van de N.R.Crt. te Brus sel doet daar eenige mededeelingen over. Hij I zegt, dat een statistische vergelijking met den omvang en de beteekenis der verwoestingen, in 1914'18 door den wereldoorlog aangericht, voorshands nog moeilijk te maken is. Niet alle noodige gegevens daartoe zijn nu reeds aanwezig, maar toch vallen zekere punten van overeenstemming en ook van verschil zeer dui delijk te onderkennen. Zoo kan alvast worden geconstateerd, dat evenals toen Brussel, Ant werpen, Gent en Brugge slechts weinig of niet hebben geleden. Weliswaar is in menige stad heel wat schade aangericht bij het opblazen door de Belgische, Fransche en Engelsche (vooral Engelsche) troepen tijdens hun aftocht in de richting van Duinkerken van ruim 700 groote en kleine bruggen, doch gebouwen van noemenswaardig historische of cultureele be teekenis zijn ten gevolge daarvan niet verloren gegaan. Erger is het evenwel gesteld met de kerktorens, ongeveer 60 in getal, waaronder verscheidene romaansche en gothische uit de vroege en latere middeleeuwen, die door het artillerievuur deerlijk zijn gehavend of, om niet altjjd zeer duidelijke militaire redenen, door middel van dynamietpatronen geheel of gedeel telijk zijn vernield. Buiten alle verwachting is Luik, centrum van een buitengewoon sterk ge achte stelling, geheel gespaard gebleven. Leu ven, hoewel een oogenblik zeer ernstig bedreigd, ontsnapte aan de herhaling van het drama, dat zich einde Augustus 1914 heeft voorgedaan, toen deze oude universiteitsstad bijna totaal uitbrandde. Ditmaal was het Doornik, dat aan Mars ten offer viel en waar, als om de verge lijking zoo scherp mogelijk door te trekken, evenals met het Leuvensche raadhuis in den wereldoorlog het geval was, een ander merk- JAARSVELD, 414.4 M. 8.00 KRO, 9 00 KRO, 6.00 NCRV, 7.45 tot sluiting: KRO 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.10 Wij be ginnen den dag, 9.00 Gramofoonmuziek, i.0.00 Hoogmis, 11.30 Gramofoonmuziek. i.2.15 oregor Serban en zijn Roemeenscli nkest, 12.45 Nieuws- en economische be richten ANP, 1.00 Boekbespreking, 1.15 Jregor Serban en zijn Roemeensch orkest, I.45 Gramofoonmuziek, 2.00 KRO-Sym- phonie-orkest, 2.15 Radiotooneel, 2.45 KRO-Symphonie-orkest, 3.00 Vervolg ra diotooneel, 3.50 Gramofoonmuziek, 4.00 XRO-Symphonie-orkest, 4.30 Zieken- praatje, 4.50 Gramofoonmuziek, 5.00 Or gelconcert, 5.15 Wekelijksche gedachten- wisseling (ANP), 5.30 NCRV-Harmonle-or- kest, 6.45 Actueele reportage of gramo- roonmuziek, 7.00 Gewijde muziek (opn.). 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Nieuwsberich ten ANP, 8.10 Russisch orkest „Slawa" en solisten, 8.258.35 Gramofoonmuziek, 8.55 Wij sluiten den, dag, 9.00 Nieuwsberichten ANP, sluitirg. KOOTWIJK, 1875 M. VARA-Uitzending 7.30 Gramofoonmuziek, 8.00 Nieuwsbe richten ANP, 10.45 Orgelspel, 11.30 Esme ralda en solist, 12.45 Nieuws- en economi sche berichten ANP, 1.00 VAR A-orkest, 2.16- .Paljas", opera (gr.pl.), 4.15 Reporta ge, 4.35 Esmeralda. 5.15 Wekelijksche ge- dachtenwlsseling (ANP), 5.30 VARA-or- kest, 7.00 Orgelspel, 7.45 Gramofoonmu ziek, 8.15 Nieuwsberichten ANP, 8.25 Gra mofoonmuziek, 8.45 Gramofoonmuziek, 9.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting. JAARSVELD, 414.4 M. NCRV-Uitzending 8.00 Nieuwsberichten ANP, 8.25 Gewijde muziek (gr.pl.), 8.35 Gramofoonmuziek. 9.30 Zang met planobegeleiding en gra mofoonmuziek. 10.10 Gramofoonmuziek, II.00 Gramofoonmuziek, 12.00 Orgelcon cert, 12.45 Nieuws- en economische be richten ANP, 1.00 Jac. Stoffer's sextet en gramofoonmuziek. 2.35 Jac. Stoffer's sex tet, 3.15 Gramofoonmuziek. 4.30 Quatre- mains en gramofoonmuziek, 5.15 Nieuws- en economische berichten ANP, 5.30 Gra mofoonmuziek, 6.15 Het Javaansch kunst gezelschap „Ardjoen" (opn.), 6.45 Actueele reportage of gramofoonmuziek, 7.00 Vra gen van den dag (ANP), 7.20 NCRV-orkest en Reportage of muziek. 8.00 Nieuwsbe richten ANP. 8.10 NCRV-orkest. 8.50 Zang met orgelbegeleiding (opn.), 9.00 Nieuws berichten ANP, sluiting. KOOTWIJK, 1875 M. AVRO-Uitzending 7.30 Gramofoonmuziek, 8.00 Nieuwsbe richten (ANP), 8.40 Orgelspel, 9.15 Gramo foonmuziek, 10.15 Gramofoonmuziek, 10.45 AVRO-Amusementsorkest, 12.00 Berichten en eventueel gramofoonmuziek, 12.15 Gra mofoonmuziek, 12,45 Nieuws- en econo mische berichten ANP, 1.00 Amablle-sex- tet. 2.15 Gramof.muz. 2.58 Hong. progr. (opn.), 3.45 OmroeDorkest en gramofoon muziek, 5.15 Nieuws- en economische be richten ANP, 5.30 De Jonge Acht en so liste, 6.0Q Gramofoonmuziek, 7.00 Vragen van den dag (ANP), 7.15 Gramofoonmu ziek, 7.45 Reportage. 8 15 Nieuwsberichten ANP, 8.25 Gramofoonmuziek, 8.45 Gramo- foonmuziek, 9.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting. r "■V^W^WViWW'WWVWUW waardig archaeologisch bouwwerk, de mooie Notre-Damekerk, vrijwel ongedeerd temidden van het in puin liggende stadscentrum bleef staan. Daar, evenals zes-en-twintig jaar geleden, bet verloop der krijgsverrichtingen de richting OostWest volgde, kon het niet anders of West-Vlaanderen en meer speciaal nog de streek van den IJzer, waar de Engelschen, om de Inscheping van het gros hunner troepen in ae haven van Duinkerken te dekken, zich met den moed der vertwijfeling aan dit laatste stukje Belgisch gebied vastklampten, moest eens te meer onder den oorlogsgeesel lijden. In 1914 zou de IJzertragedie echter vier jaar duren met het gevolg, dat te Nieuwpoort, evenals te Diks- muiden, te Ieperen en in al de dorpen van dit gebied, geen twee steenen op elkaar bleven staan. Ditmaal, beperkte de vreeselljke nacht merrie zich gelukkig maar tot enkele tragische dagen, zoodat, al werd de na 1918 herbouwde kerk van Nieuwpoort nogmaals vernield en al ging ook de romaansche toren van de kerk te Oost-Duinkerke verloren, de schade, door het Westland geleden, geenszins onherstelbaar is te noemen. Oostende was er weliswaar erger aan toe, doch gebouwen of monumenten van historische of cultureele waarde bezat deze stad niet. Daar kwam de kok woedend het dek oploopen. Hij zocht den koksmaat, die nergens te vinden was. In zijn haast hep hij tegen den kapitein aan, die achterover viel en juist op de losse zool van de waterlaars, die met de ipijkers naar boven op het dek lag. j Onder de Waals.che steden zijn Nijvel, Ber gen (Mons) en Doornik het zwaarst beproefd. Loowel te Bergen- ais te Doornik is, samen met veel mooie, oude, stfjlrijke huizen, het grootste deel van het staats- en stadsarchief verloren gegaan. Het archief van de r en van Hene- gouwen, te Doornik, kon echter worden gered. De oude bibliotheek, met haar 80.000 boekdeelen 1 en talrijke incunabelen, is verbrand. Hier kon- i den slechts eenige handschriften en oorkonden. waaronder het handschrift van den uit de 14e eeuw dagteekenenden Roman de la Rose, in veiligheid werden gebracht. Er zou heel wat meer gered zijn, indien Engelsche militairen den conservator niet uit het brandende ge- j bouw hadden gedreven. i Te Nijvel heeft de bekende kerk van St. Ger- 1 trudis, met de stemmige kloostergang in de aangrenzende oude abdij, fel geleden. Of het heel België door vermaarde koperen schrijn met de reliquieën van de schutsheilige der stad verloren is gegaan, weten we niet met zeker- heid, al heeft een gerucht in dien zin de ronde gedaan en weerklank gevonden in de Brussel- sche pers. Ook te Nijvel zijn vele kostbare ar chiefstukken in de vlammen opgegaan. De universiteiten te Luik, Brussel en Gent biijken, tenzij dan wegens het requireeren door het Belgische leger van talrijke laboratorium instrumenten, die wel nooit meer zullen wor den teruggevonden, geen verliezen te hebben geleden. Anders is het gesteld met de Vrije Universiteit te Leuven, waar. als bekend, de bibliotheek ook nu weer zoc goed als totaal werd verhield. Volgens getuigenissen, door inwoners van Leuven en Belgische militairen or.ier eede afgelegd, zouden Britsche soldaten het vuur hebben aangestoken. Slechts 10 tot 15 procent van de boeken en archiefstukken, in het biblio theekgebouw bewaard, waaronder het archief van de St. Pieterskerk, konden nog tijdig aan den brand worden onttrokken. Het springen van een brug te Heverlee heeft heel wat schade aangericht in de auditoria en laboratoria van het Instituut voor Ingenieurs, gelegen op het grondgebied van deze Leuvensche voorstad. Van de abdij Park-Heverlee, die, niettegen staande het protest van den abt, een Neder lander, door de Engelsche troepen was bezet, werd bij de beschieting door de Duitsche artil lerie, welke op deze bezetting volgde, enkel maar een hoekje van den toren getroffen. Heel wat omvangrijker was de schade, in de Rijks- landbouwhoogeschool te Gembloers, gelegen in het Noorden van de provincie Namen, aange richt, waar Marokkaansche tirailleurs zich aan hun lust tot plunderen overgaven en vele ap paraten verbrijzelden. Buiten dit alles hebben de mooie, historische kerken te Brecht en Kessel in de provincie Ant werpen, Oostham in de provincie Limburg, Ha- zelbeke en Waarmuurde in West-Vlaanderen veel geleden. Het geboortehuisje van Peter Be- noit, den levenwekker van de moderne Vlaam- sche muziekkunst, eveneens te Hazelbeke, is ook nogal erg beschadigd. Het wordt thans met zorg hersteld. De vorige week hebben Engelsche vliegers brandbommen geworpen in de kerk te Burgt, op den linker oever van de Schelde, bij Antwerpen. De kerk is geheel vernield. iet;. AMSTERDAM, 12 October 1940 Het aanzien van Wallstreet was gisteren iets vriendelijker dan gedurende de geheele week het geval is geweest. De berichten omtrent den toestand in Europa en in het Verre Oosten oefenden geen bijzonderen druk meer uit en wat de a.s. presidentsverkiezingen betreft, stelde men zich op het standpunt zich hierover niet te bezorgd te maken en maar af te wachten. Het neemt echter niet weg, dat men met verschil lende vraagstukken bleef rekening houden, waarom men met, het plaatsen van orders voor zichtig te werk ging. De stemming was vrij al gemeen vast, aangezien de zeer krachtige be drijfsontwikkeling in de Vereenigde Staten van overwegenden invloed was. Op het Damrak opende men vandaag bi dens enkele uitzonderingen weer in een v' stemming. De geldruimte in ons land blijkbaar nog steeds aanleiding tot het van goede beleggingen en tot den handel aandeelenmarkten, vooral wanneer na een P nische correctie der markt, de gelegenheid toe gunstiger wordt beoordeeld. De handel echter overal bij opening niet uitgebreid. tamelijke vraag veroorzaakte weer bevredig®1 koersaanwinsten. In Unilever ontwikkelde zich een kalme de! waarbij 2 a 3 pCt. hocgere prijzen bedot" konden worden. Aku verkeerde in hetzelfde geval en een avans van 1 a 2 pCt. Philipslampen den onder kalmen handel 1 a 1M> montec; terwijl voor Calvé Delft in sympathie met lever eveneens een vaste ondertoon aan* was. Op de Petroleumafdeeling droeg de handë Koninklijke Olie eveneens een kalm kat®' en bij eerste transacties golden ongeveer gebleven prijzen van gisteren. Voor Shell V en Tidewater golden fractioneel hoogere prÜ In den suikerhoek kwam H.V.A. aanvanK' in aanmerking voor een enkele affaire w: de slotprijs van gisteren gold. Javasche Cul? Nisu en Vorstenlanden Cultuur legden een 1 tere stemming aan den dag. De Rubbermarkt had weer een vasten ow\ toon, maar voorloopig bleef de affaire weef] perkt tot A'dam Rubber, welk fonds 2 a 3 f in koers verbeterde. Tabakken waren echter gevraagd, waaf®, Oude Deli 4 a 5 pCt. hocger verhandeld u en Senembah 2%. Voor Deii Batavia was stemming minder vast. Scheepvaartaandeelcn waren eveneens J gunstig gedisponeerd. Op alle punten ontwik] de zich weer eenige vraag, waardoor Sdri vaart Unie 1 a IV2, Kon. Boot li/2 a 2, m Amerika Lijn circa >/2 verbeterde. De Amerikaansche afdeeling verkeerde in volging van Wallstreet in een vastere stem?' waarbij de handel echter kalm verliep. boekten een verbetering van circa 1 Bethl. Steel trok a 1 aan. Republic - V\ a Anaconda Copper haalde het verlies' gisteren met a 7/s in. Carfoundry Gé19 Motors, vliegtuigen waren eveneens vaster I toon. ,1 Spoorwegshares bleken goed prijshoudend zijn. Op de beieggingsmarkt waren Nederl. SW fondsen verdeeld. De 3',i 1938 boekte WeJ aanbod een reactie van De YouhljJ ning kon wegens lichte vraag circa Vi verbe Bij verder verloop was de stemming een verdeeld maar overheerschte een vaste 01,1 toon. Voor H.V.A. ontwikkelde zich vraag door het fonds 5 a 7 pCt. steeg. Javasche Cu'' monteerde 4 a 14 Nisu 4 a 17 pCt. en Vori landen liep 1 10 op. A'dam Rubber boekte, lichte reactie om weer gedeeltelijk te herst® Banda Rubber kon 2 a 4. Silau 4 pCt. verbet^ Oude Deli werd 1 i 1!4 hooger verhandeld. J Scheepvaartaandeelen moesten voor ScUt vaart Unie 1 pCt. prijsgeven. Unilever er) handhaafden vrij vaste prijzen. Philipslaf' konden na een lichte reactie 1 pCt. herstelF11' Deutsche industrieën stil en onveranderd' De Youngleening brokkelde later ',i Ook andere Duitsche beleggingen waren nie1 animeerd. Prol. 2% pCt. Het tvei dig, Jes Ver u i ZOO; ver Eva ■mij Bet, har ik. V-er, Boe1 den den risp Bert eer 's-HERTOGENBOSCH, 11 Oct. N.V. Boter?' Herten seen noteering. NOORDSCHARWOUDE, 12 Oct. 29800 Roode kcol 3.10—5.40, 12400 kg. Gele kool 20, 11200 kg. Deensche Witte kool 3.20-^ 1500 kg. Groene kool 2.70—3.10 52800 kg. 4.90—5.30, grove 4.605.20, drielingen 4^ nep 4-4.30. 48800 kg. Peen 2.40—3.10, id. k" 1.20—1.70. 3700 kg. Bieten 1.60—3.20. 17300® vroege Witte kool 2.50, 8200 kg. Slaboonefl 17.20. Vorige Slotkoers Slotkoersen Heden Stoatsleeningen 4 Nederl. 1940 II 3% Nederl 189605 33 54 Nederl 1938 2J4 N.W Schuld 3 Indië 1937 5% Youngleen 1930 Banken Koloniale Bank Ned. Ind Handelsb Cert Handel-Mij Industrieën Unilever Calvé Delft Alg. Kunstzijde Van Berkei's Pat Philips Ned. Ford Fokker "ndustrieën Buitenland Anaconda Kennecott Bethlehem Steel U. S. Steel Rep Steel Intern Nickel N. Am. Aviation Am. Car Foundry General Motors Am Enka ..'etroleum Kon. Olie 239 Shell Union Oil 15 Continents Oil 8 rV Onderhands- en executiekoers 80} 88} 70} 84 13} 155 1 6} 105 136} 93 123} 52 199 339 175 21 i 27 64} 48} 16-tV -4} 22} 40} 37} 96} 80} 87} 70} 84} 44} 156 116} 105 140 93 126 52} 201 338 178 21 23 wc 1 WC 49} 16} 21} 14} 23} 41 37 239} 13} 8} Tidewater Rubber A'dam Rubber216} Bandar Deli Batavia Rubber Serbao dl Silau V 1 O. O Intercontin Rubber Scheepvaart Java Chln Japan Holland—Amerika Lijn Kon Ned Stoomb Scheepvaart-Unie Rott Lloyd St Nederland 123 Suiker H. V A. 383 Jav Cultuur 206 N. I. 8. U 210 Vorste landen 97 Tabak Deli Batavia 143 j Oude Deli 200 'Oostkust i30 7}} 152 163 1 6 93} 152 3} 30} 105} 142 14- 23} Senembah Spoorwegen Illinois Cert New York Cert Pensylvania South Pac 66} 7* 12 '8} 8} U 2199 155 69 107 97 i30.l 105 ,44' 149 ,24 123' 390 223 217 10' 44 205 0 i 7' êelegei •Uet al t.i ZON 11.45 u H.H. N van de üe Mis Om •neisjei Weten DIN' Belegej W01 Zat: Belezer vlucht ;s m bicchte «enhei, lof me >ber-gel 9e j ÖIN1 er«gati W0l R erkhc zat te w kv Wc ha Elke Woi Sezom hoorer schoof «eren. o Half kerk öeze teq 'ver^ Ö1N half ty0] er8ai Zo> Aanbi 'mie, Stillp Uh-aar door Agatha CtirWtle „Het is te verschrikkelijk!" riep ze. „Het Is gewoonweg te verschrikkelijk! In mijn sponze- zakje. Mijn sponzezakje. Een groot mes, heele- maal met bloed!" En plotseling voorover tuimelend, viel ze in zwijm in monsieur Bouc's armen. HOOFDSTUK XXII Met meer kracht dan hoffelijkheid deponeerde monsieur Bouc de bezwijmende dame met haar hoofd op de tafel. Dr. Constantine riep om een van de kellners, die aan kwam hollen. „Houd haar hoofd zoo," zei de dokter. „Als ze bijkomt, geef haar dan wat cognac. Begrijpt u?" Toen holde hij de twee anderen na. Zijn belangstelling was geheel voor de misdaad, flauwvallende dames van middelbaren leeftijd interesseerden hem volstrekt niet. Het is mogelijk dat mrs. Hubbard met deze methode eenlgszins vlugger bijkwam dan ze anders had. gedaan. Een paar minuten later zat ze overeind, drinkend uit het glas cognac, dat de kellner haar aanbood en weer redeneerend. „Ik kan gewoon niet zeggen, hoe vreeselljk het was. Ik denk niet, dat iemand hier in den trein mijn gevoelens kan begrijpen. Ik ben altijd heel, heel gevoelig geweest, als kind al. Alleen het gezicht van bloed hu hè, als ik er aan denk word ik weer heelemaal raar." De kellner bood het glas weer aan. „Nog een beetje, mevrouw." „Gelooft u? Ik ben geheelonthoudster. Ik raak nooit sterkedrank of wijn aan. Mijn heele familie is geheelonthouder. Maar omdat dit alleen maar medicijn is....'' Ze nam nog een slokje. Intusschen waren Poirot en monsieur Bouc, op de hielen gevolgd door dr. Constantine, den wagen uitgesneld en de gang van den Stamboel wagen door naar den coupé van mrs. Hubbard. Alle reizigers uit den heelen trein schenen voor de deur te staan. De conducteur met een vermoeide uitdrukking op zijn gezicht hield hen terug. „Maar er is niets te zien," zei hij en her haalde dit in verscheidene talen, „Laat me door, alstublieft," zei monsieur Bouc. Zich wringend door de krioelende reizigers, ging hij den coupé in, Poirot dicht achter hem. „Ik ben blij dat u gekomen bent, monsieur," zei de conducteur met een zucht van verlich ting. „Iedereen heeft geprobeerd binnen te drin gen. De Amerikaansche dame wat gilde ze ma foi, ik dacht dat zij ook vermoord was! Ik kwam aanrennen en daar was ze, schreeuwend als een krankzinnige en ze riep dat ze u moest halen en ze verdween, schreeuwend zoo hard ze kon, en aan ieder wiens coupé ze passeerde, vertelde ze wat er gebeurd was." Hij voegde er bij, met een handgebaar: „Het is daar, monsieur. Ik ben er niet aan gekomen." Aan het handvat van de tusschendeur hing een groote, geruite rubber sponzezak. Er onder op den grond, juist waar hij uit mrs. Hubbard's hand was gevallen, lag een dolk met een recht lemmet een goedkoop ding, namaak Oos- tersch, met een handvat in relief en het lemmet spits toeloopend. Het was bevlekt met plekken die eruit zagen als roest. Poirot nam het voorzichtig op. „Ja, mompelde hij. „Dat is duidelijk. „Hier is ons vermiste wapen hè dokter?" De dokter bekeek het. „U hoeft niet zoo voorzichtig te zijn," zei Poirot. „Er zullen geen vingerafdrukken op zijn, behalve die van mrs. Hubbard." Constantine's onderzoek duurde niet lang. „Het is het wapen, zeker. Het kan ieder van de wonden veroorzaakt hebben." „Ik bid u mijn vriend, zeg dat niet." De dokter keek verbaasd. „We zijn al zwaar overbelast met aanwijzin gen! Twee mensehen besluiten gisterennacht, Ratchett te doorsteken. Het is te veel van het goede, dat ieder van hen een eender wapen zou uitkiezen." „Wat dat betreft is de toevalligheid mis schien niet zoo groot als u denkt," zei de dok ter. ^Duizenden van die namaak Oostersche dolken, worden verkocht in de bazars van Istanboel. „U troost me een beetje, maar niet erg," zei Poirot. Hij keek peinzend naar de deur voor hem; toen, den sponzezak eraf nemend, probeerde hij het handvat. De deur bewoog, niet. Zoowat een voet boven het handvat was de grendel. Poirot schoof hem terug en probeerde weer, maar nog bleef de deur vast. „We hebben hem aan den anderen kant geslo ten, weet u wel," zei de dokter. „Dat is waar," zei Poirot afwezig. Hij scheen over iets anders te denken. Zijn voorhoofd was gerimpeld als in verbazing. „Het komt uit, hè?" zei monsieur Bouc. „De man gaat door dezen coupé. Als hij de tus schendeur achter zich sluit, voelt hij den spon zezak. Een gedachte komt in hem op en vlug laat hij het bebloede mes er in glijden. Dan, niet vermoedend' dat hij mrs. Hubbard heeft ge wekt, glipt hij door de andere deur de gang in." „Zooals je zegt," mompelde Poirot. „Zóó moet het gebeurd zijn." Doch de verbaasde uitdrukking week niet van zijn gezicht. „Maar wat is er?" vroeg monsieur Bouc. „Er is iets, hè, dat je niet bevredigt?" Poirot wierp hem een snellen blik toe. „Treft hetzelfde jou niet? Neen, blijkbaar niet. Wel, het is een kleinigheid." De conducteur keek den coupé in. „De Amerikaansche dame komt terug." Dr. Constantine keek eenigszins schuldig. Hij had, voelde hü, mrs. Hubbard wat ruw behan deld. Maar ze uitte geen enkel verwijt. Haar energie was geconcentreerd op iets anders. „Ik moet één ding zeggen," zei ze ademloos, toen ze in de deur kwam. „Ik ga niet meer in dezen coupé! Neen, ik zou er niet meer in wil len slapen, al betaalden jullie me een millioen dollars." „Maar, madame...." „Ik weet wat u zeggen wilt, en ik zeg u rond uit, dat ik dat niet doen zal! Wel, ik blijf liever den heelen nacht in de gang opzitten." Ze begon te huilen. „O, als mijn dochter eens wist als ze me nu kon zien wel Poirot viel haar flink in de rede: „U begrijpt het verkeerd, madame. Uw eisch is zeer redelijk. Uw bagage zal dadelijk naar een anderen coupé verhuisd worden." Mrs. Hubbard liet haar zakdoek zakken. „Heusch? O! Ik voel me al dadelijk beter Maar allés is zeker bezet, tenzij een van de heeren...." Monsieur Bouc sprak: „Uw bagage, madame, zal heelemaal uit dezen wagen gebracht worden. U krijgt een coupé in den volgenden wagen, die in Belgrado is aan gehaakt." „O, dat is prachtig. Ik ben geen buitensporig- nerveus iemand, maar te slapen ln dien coupé naast dien dooden manZe rilde. „Het zou me stapel maken!" „Michel," riep monsieur Bouc, „breng die bagage naar een leegen coupé in den wagen voor Parijs." „Ja, monsieur. Dezelfde als deze no. 3? zei Poirot, vóór zijn vriend kon efi „Neen," woorden. „Ik geloof dat het beter is V. madame om een heel ander nummer te hebb? No. 12, bijvoorbeeld." „Bien, monsieur." De conducteur nam de bagage. Mrs. Hubbard wendde zich dankbaar Poirot. f „Dat is erg vriendelijk en fijngevoelig van Ik apprecieer het, dat verzeker ik u." J „Het ls niets, madame. Wij gaan met u om te zien dat u aangenaam geïnstalle® wórdt." Mrs. Hubbard werd door de drie heeren vr. haar nieuw verblijf geëscorteerd. Ze keek teVf den om zich heen. „Zoo is het in orde." „Bevalt u deze, madame? Hij is, ziet u, preé^ als de coupé dien u verlaten hebt." „Ja, alleen lig ik andersom. Maar dat doet J niet toe, want die treinen gaan eerst de richting en dan weer de andere. Ik zei mijn dochter: Ik wil een coupé hebben wa^J ik vóóruit rijd, en zij zei: Wel ma, dat zal *2 helpen, want als Je den eenen kant op slapen, dan gaat de trein den anderen kant .1 als je wakker wordt; en dat was ook zoo, jt ze zei. Gisterenavond kwamen we Belgrado den eenen kant in en we gingen er den and^ kant weer uit. (fffica&L JKSV0&* Sh

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1940 | | pagina 6