Venlo in het water
GEERT GROOTE
eheimzinnige
r
(ie
TREINREIZIGERS, LET OP!
OUDE MATERIALEN EN
AFVALSTOFFEN
Levensmiddelen
gestolen
LEVENSSCHETS
Grootspraak van een
zwendelaar
VRIJDAG 8 NOVEMBER 1940
Broeikassen en landerijen
overstroomd
Ook in Noord-Brabant
DE LOODGLANSZWAM
Handelskennis voor brood-
bedrijven
HAASTIGE SPOED
"N
Terwijl de tabak schaarscher is,
wordt het rookverbod vaker
overtreden
Reparatie octrooischendend
radiotoestel
Geen inbreuk op het octrooi
Ziekenhuizen en klinieken vallen
biiiten het vernietigingsverbod
Uitspraak aangehouden
Zes mannen te Rotterdam
gearresteerd
Nederlandsche arbeiders in
Duitschland
Hulp bij ziekte aan echtgenoote
en kinderen
Het autorijden zonder
benzine
door Prof. Dr. R. R. Post
Deze brochure (GGG No. 600)
verschijnt eerstdaag. Prijs 30ct.
Internationale oplichter voor de
Rotterdamsche rechtbank
WET HO U DERSBENOEMING
IN CASTRICUM GOED
GEKEURD
NEDERLANDSCHE KAAS
NAAR BELGIë
R.D.V. voor spoorwegpersoneel
Oude man verdronken
Toonbanklade gelicht
UIT DE STAATSCOURANT
Onderwijs
J<x>r A. Hruschka VÏjfllld
Sjk
ï>e
te
Abnormale regenval en daarmee gepaard
gaande snelle was der Maas en der vele
beken in en om Venlo hebben in de stad
veel ongerief en schade' veroorzaakt. Daar de
beken het vele water niet konden verwerken
zijn tal van landerijen rondom de kom over
stroomd.
De ligging van Venlo in een oude bedding van
de rivier de Maas en tegen den heuvelrand van
het plateau, dat de stad naar de oostzijde af
sluit, heeft dezen abnormalen toestand nog in
de hand gewerkt. De beken, die in den plateau-
rand ontspringen en haar weg nemen dc ,r de
Vruchtbare landerijen en tuingronden, zijn alle
huiten haar oevers getreden. Verscheidene broei
kassen staan in het water, terwijl andere be
dreigd worden. Op tal van plaatsen is daardoor
schade aan de gewassen toegebracht. In enkele
boerderijen in den z.g. Bantuin heeft men zelfs
ihaatregelen moeten nemen om de stallen op te
hoogen om-het vee een droge plaats te verzeke
ren. Ook de ingekuilde knolvruchten en aard-
aPpelen loopen gevaar. Reeds is men met man
en macht bezig geweest, de ingekuilde vruchten
kit te graven. Op enkele hooger gelegen plaatsen
heeft men door het graven van greppels door
öe tuingronden groot onheil nog kunnen voor
komen.
Ook het plotseling stuwende water van de
Waas heeft aan de rivierzijde der stad heel wat
last en schade, veroorzaakt.
Het verkeer tusschen beide Maasoevers onder-
Vindt ernstige stagnatie. De .dubbele veerponten
kunnen niet anders dan met groote moeite aan
he oevers aanleggen. Op hooger gelegen gedeel
ten improviseert men aanlegsteigers, die men
van tijd tot tijd moeet verplaatsen. Door het
Khei wassende water was men wel verplicht de
schipbrug uit de vaart te nemen. De veerponten
^aren dus vrijwel het eenige verbindingsmiddel.
Om nog ernstiger stagnatie te voorkomen
hebben de gemeente en de spoorwegen bespre-
kjngen gevoerd teneinde een geregelde treinver
binding via de spoorbrug tusschen beide oevers
'et stand te brengen. Woensdagmorgen hebben
®xtra-treinen de arbeiders van het eéne stads-
■eel naar het andere gebracht. Meer van deze
extra-verbindingen zullen, zoolang als deze toe
stand het noodzakelijk maakt, worden ingelegd.
Ook de Mark is weer buiten haar oevers ge
reden. Over onafzienbaren afstand zijn ten zui-
en van Breda de weilanden blank gezet, terwijl
b>en ook in de bebouwde kom van de gemeente
'Uneken reeds overlast ondervindt.
Overstroomingen van de Mark zijn in dit jaar
getijde geen verrassing, zij plegen zich jaar op
,aar te herhalen. Maar dit jaar is de waterover-
v-jed, die vooral uit de Antwerpsche Kempen
Afkomstig is, wel zeer vroeg gekomen. Vele slag
pens van de laatste dagen hebben het anders
f'° kalme riviertje tot een breeden, snellen
troom gemaakt, die nochtans onmogelijk al
"et bovenwater kan verzwelgen.
Van boomen, die in den zomer bleken te lijden
kan de loodglansziekte, sterven in den herfst
vaak takken af. Op de afgestorven takken ont
wikkelen zich dan de korstvormige, aanvanke-
Üjk
paarsroode, later meer grijs wordende pad
denstoelen van de zwam Stereum purpureum,
Welke de loodglansziekte veroorzaakt.
Op deze paddenstoelen Vbrmen zich de spo
ren, die door den wind verspreid worden. Ko
rden deze nu op wondplekken aan boomen of
'"^ruiken terecht, dan kunnen zij tot een zwam-
Weefsel uitgroeien, dat in het hout binnendringt
6tl dat dit ziek maakt. Daarom moet de ver
spreiding van sporen worden tegengegaan en
tü*; kan alleen door het doode hout met de
bsarse zwamkorsten te verbranden.
Wen doet goed boomen, die in den zomer
®Histig ziek waren en toch niet te redden zijn,
seheel op te ruimen en te verbranden, schrijft
e Plantenziektenkundige Dienst.
1)8 vruchtlichamen van de loodglanszwam
,°rnen ook vaak voor op hout (stammen en
ölkke takken), dat in hoopen is gezet, op palen
J_atl hekwerken enz. Ook dit materiaal levert
besmettingsgevaar op en dient dus ook on
schadelijk gemaakt te worden. Alleen door een
Srondige opruiming van de besmettingsbronnen
verbreiding Van de loodglansziekte worden
^en gegaan.
He loodglansziekte is beschreven in Mededee-
"bg lo van den Plantenziektenkundigen Dienst,
Welke by dezen dienst te Wageningen verkrijg
baar is.
Ook verstrekken de Plantenziektenkundige
Hienst te Wageningen en de in verschillende
kaatsen gevestigde ambtenaren Van dezen
dienst zoomede de Rijkstuinbouwconsulenten in-
kchtingen daarover.
He secretaris-generaal, wnd. hoofd van het
departement van Handel, Nijverheid en Scheep-
^aart, heeft als diploma, uit het bezit waarvan
bet voldoen aan de in het Vestigingsbesluit
®roodbedrijven 1938 bedoelde minimum-eischen
*ah handelskennis voor het broodbakkers- en
"et broodverkoopersbedrijf kan blijken, aange
wezen het einddiploma eener Handelsavond
school met 5-jarigen cursus.
Eischt het water in den zomer
vele slachtoffers, nu de avonden en
nachten in 'deze regenperiode,
waarin wij tevens ook nog zoo goed
als van maanlicht verstoken zijn, in
volslagen duisternis gehuld zijn, is
het verdrinkingsgevaar zeer groot.
Dagelijks lezen en hooren wij, dat
er menschen „misleid door de duis
ternis" te water zijn geraakt en
verdronken.
Zeg niet: „Dat zal mij niet
gebeuren, ik kijk wel uit." Ook zij
hebben dat misschien gezegd en
ofschoon zij ook wel goed opgelet
zullen hebben, werd het toch hun
laatste wandeling.
Men kan niet voorzichtig genoeg
zijn; het zaklantaarntje schijnt nu
eenmaal geen voldoende veiligheid
te waarborgenéén misstap kan
voor u en de uwen de ergste gevol
gen hebben. Blijft derhalve des
avonds thuis, tenzij gij u uit hoofde
van uw beroep of anderszins nood
zakelijk op straat moet begeven;
neemt in dit laatste geval geen
risico en kijkt niet op 'n kwartier
tje, want vooral nu is haastige
spoed zelden goed. Ook het gevaar
op den beganen grond is groot.
De verlichte eeuw tast letterlijk
in het duister, met alle gevolgen
van dien.
Ondanks alle gemopper over schaarschte aan
het bij de mannen nu eenmaal zoo geliefde
rookgerei ziet men- over het algemeen nog velen
rooken.
Sigaar, sigaret en pijp zijn nu eenmaal vrien
den, van wie men blijkbaar moeilijk afstand
kan doen.
Op zichzelf zal een ieder daar zeker vrede
mee kunnen hebben, ware het niet, dat er velen
zijn, die er ook daar geen afstand van kunnen
doen, waar het rooken verboden is.
Zoo hebben de Nederlandsche Spoorwegen,
die waarlijk niet gauw over hun klanten kla
gen, dezer dagen hun hart eens tegenover ons
uitgestort over het euvel, dat er zoo ontzaglijk
veel gerookt wordt in de coupe's, die bestemd
zijn voor die reizigers, die geen behoefte aan
„een sigaretje" voelen en al evenmin aan ta
baksrook.
Die menschen zijn er en zij hebben recht op
„een rookvrije schuilplaats"....
Den- Spoorwegen zelf kan het rooken onver
schillig zijn en zij zouden met genoegen in eiken
coupé een asebbakje aanbrengen als er niet die
talrijke reizigers en reizigsters waren, die op
rook noch rookgerei prijs stellen.
Het euvel van het rooken in de coupé*s WStar
dit verboden is, heeft den laalsten tijd weer
dergelijke afmetingen aangenomen, dat de
spoorwegen ons verzocht hebben, er bij het pu
bliek op aan te dringen, zich ook in dit opzicht
toch vooral aan de regels te houden, omdat men
anders zijn mede-reizigers ernstig hindert en
men den last van het contröiepersoneel onnoo-
dig. verzwaart.
Het personeel is nog eens door middel van
een dienstorder met nadruk onder het oog ge
bracht, dat het op een juiste naleving der be
palingen krachtig moet toezien.
Het gerechtshof te 's Gravenhage heeft arrest
gewezen in een civiele procedure tusschen het
magazijn „Record" te 's Gravenhage en de N.V.
Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoveh.
Philips stelde, dat zij houdster is van be
doelde octrooien en dat „Record" radiotoestel
len, waarin deze octrooien zijn toegepast, re
pareert.
Philips eischte stopzetting van die handelin
gen en betaling van een dwangsom van f 500
voor iederen keer, dat Record daaraan niet
zou voldoen.
De Haagsche rechtbank heeft deze vordering
toegewezen. Het onrechtmatige van „Record"'s
daad zag Philips voornamelijk hierin, dat de re
parateur weet, door het verleenen van zijn
diensten, mede te werken aan verlenging van
den levensduur van een toestel, dat met in-
breukmaking op de rechten van een octrooi
houder is vervaardigd en in het verkeer ge
bracht, daarmede gebruik makende van die
rechtschennis en het voortzetten daarvan in de
hand werkende. De rechtbank zag in dit laatste
het meest klemmende argument voor haar oor
deel, dat deze reparateur handelt op een wijze,
welke indruischt tegen de zorgvuldigheid, die
hij tegenover de belangen van den octrooihou
der in acht moet nemen.
Van dit vonnis kwam „Record" in hooger be
roep. Het Hof heeft nu overwogen, dat de daad
van appellante niet is een handeling, welke
indruischt tegen de zorgvuldigheid in het maat
schappelijk verkeer, welke betaamt ten aanzien
van eens anders goed, hetgeen reeds hieruit
blijkt, dat Philips betoogd heeft, dat voor het
bereiken van een effectieve octrooibescherming
aparte repressie der reparatie zeer noodig zou
zijn.
Waar de wetgever zich in de Oetrooiwet heeft
uitgesproken in hoever hij octrooibescherming
wil en daarbij kennelijk niet de reparatie van
octrooischendende toestellen heeft willen onder
drukken aldus het Hof spreekt het van
zelf, dat die reparatie ook al weet de repa
rateur, dat het toestel octrooischendend is
als zoodanig niet een handeling is, welke in
druischt tegen de bovenbedoelde zorgvuldigheid
en art. 1401 B. W. niet kan dienen oen een meer
effectieve octrooibescherming te bereiken dan
de octrooiwetgever gewild heeft.
Alleen één der handelingen van artikel 30
der Oetrooiwet, verricht zonder daartoe gerech
tigd te zijn, levert inbreuk op op het betrokken
octrooi, zoodat reparatie van een octrooischen
dend toestel in geen geval als een inbreuk op
het octrooi mag worden beschouwd.
Hét Hof heeft op dezen grond het vonnis der
rechtbank vernietigd.
Ingevolge het bepaalde in het Oude materia
len- en afvalstoffenbesluit no. 1 is het een ieder
verboden, oude materialen en afvalstoffen te
vernietigen, weg te werpen of zoo te bewaren,
dat hierdoor hun waarde als grondstoffen voor
industrieele bewerking wordt verminderd of te
niet gedaan.
Zooals bekend is, zullen de afvallen worden
verzameld en voor zoover mogelijk als grondstof
voor de industrie bruikbaar gemaakt.
Daar het verbod voor iedereen geldt, zoo
dat ziekenhuizen, klinieken en alle andere
inrichtingen, waar patiënten een genees
kundige behandeling ondergaan, daaronder
zijn begrepen, heeft de directeur van het
Rijksbureau voor Oude materialen en af
valstoffen, met het oog op het besmettings
gevaar, dat aan het bewaren van gebruikt
verbandmateriaal is verbonden, bepaald, dat
ten aanzien van deze afvallen het verbod
niet zal worden toegepast.
De uitspraak in dé zaak tegen twee ver
dachten, die in het blad „De Doodsklok" be-
leedigende artikelen zouden hebben geschreven,
heeft de Amsterdamsche rechtbank voor on-
bepaalden tijd aangehouden.
Het O.M. had tegen ieder twee maanden voor
waardelijk en f 200.boete geëischt.
De Rotterdamsche politie heeft na een
uitgebreid onderzoek zes mannen gearres
teerd wegens inbraak, heling en diefstal van
veertien vaten roomboter en zes kisten ge
condenseerde melk.
In den nacht van 31 October op 1 November
werd ingebroken in een boterverpakkerij in de
Adrianastraat te Rotterdam. Uit het onderzoek
bleek spoedig, dat -de buit, die ongeveer 1000
k.g. zwaar was, in twee vrachten vervoerd was.
Terwijl het onderzoek werd voortgezet, deelde
een zobn van den benadeelde mede, dat een on
bekende hem de gestolen roomboter had aan
geboden. De bestolene kon dus zijn eigen waar
terugkoopen.
De politie besloot op den koop in te gaan.
Een inspecteur begaf zich op het overeenge
komen tijdstip naar een bepaalde straat, waar
hij den verkooper van de boter trof. Nadat de
politieman had meegedeeld, wel zin te hebben
in de party, werden de onderhandelingen in een
café voortgezet. Na rijpelijk overleg werd afge
sproken, dat de adspirant-kooper de partij met
zijn eigen vrachtauto zou komen halen; omdat
men hem echter niet geheel vertrouwde, mocht
hij de bergplaats van het gestolene niet weten,
maar werd overeengekomen dat men een pak
huis zou huren, waar de auto geladen zou wor
den.
Natuurlijk was de auto, bemand met een re
chercheur, er prompt op den aangewezen tijd, en
terwijl de inspecteur met den verkooper in een
café bleef, gingen de rechercheur en een andere
inspecteur het pakhuis binnen, om den auto
te laden.
Het bleek, dat tien vaten boter en zes kisten,
ieder inhoudende 48 busjes gecondenseerde melk,
aanwezig waren.
In het pakhuis waren toen de twee mannen,
die, naar later bleek, de inbraak hadden ge
pleegd, een 37-jarige havenarbeider en een 32-
jarige bakker. Ook kwamen daar een 25-jarige
bakker, een broer van den vorigen verdachte en
de verkooper, een 34-jarige emballeur. Behalve
deze lieden waren twee inspecteurs van politie
en een rechercheur aanwezig.
Toen de wagen geladen was, werd den inspec
teur om de „afrekening" verzocht en deze kwam
spoediger en in anderen vorm dan men gedacht
had. Op een wenk van den inspecteur trokken
de politiemannen him pistool en maakten zich
bekend.
Drie van de geknipte .misdadigers gaven zich
gewonnen, maar de laatste, de havenarbeider
Van L., sprong op den rechercheur af, om zich
met geweld een doortocht te banen.
Uit zelfverdediging loste de rechercheur hier
op een schot, waardoor de arrestant getroffen
werd.
Hij werd pier auto van den G. G. D. naar een
ziekenhuis vervoerd en moest daar ter verple
ging worden opgenomen.
De waarnemend secretaris-generaal, waarne
mend hoofd van het departement van Sociale
Zaken, heeft aan de gemeentebesturen een rond
schrijven gericht, waarin hij verklaart, dat Pra-
sident Jakob, Jeider van de Geschaftsgruppe
Soziale Verwaltung, hem heeft medegedeeld, dat
op grond van een beslissing van den Reichs-
arbeitsminister de echtgenooten en kinderen
van Nederlandsche arbeiders, die in Duitschland
werken, wanneer deze zich als regel in het
binnenland bevinden en niet op grond van an
dere wettelijke bepalingen recht op geneeskun
dige behandeling hebben, overeenkomstig de
Reichsversicherungsverordnung geneeskundige
behandeling kunnen genieten evenals de ver
strekking van geneesmiddelen en kleine heel
middelen, en, zoo noodig, ziekenverpleging, naar
de rechtsvoorschriften betreffende familiezie
kenhulp en familieweekhulp en de bepalingen
der ziekenkassenvoorschriften. Voorts is bij de
zelfde beslissing van den Reichsarbeitsminister
bepaald, dat in Duitschland werkende Neder
landsche arbeiders, die bij een Duitsche zieken
kas verzekerd zijn, wanneer zij wegens ziekte
naar Nederland terugkeeren, de geneeskundige
hulp ook in Nederland kunnen bekomen, indien
de betreffende Duitsche ziekenkas in het terug
keeren van den betrokken arbeider heeft toege
stemd.
De behandeling van verzoeken om deze ge
neeskundige hulp of verpleging is voor het ge-
heele land opgedragen aan de „Allgemeine Orts-
krankenkasse" te Juelich, Rheinland.
Om de behandeling van zaken te bespoe
digen, heeft de „Allgemeine Ortskranken-
kasse" te Juelich, met toestemming van den
Reichsarbeitsminister en van President Ja
kob, een filiaalkantoor in Den Haag geves
tigd, dat tot taak heeft, de verzekeringsrech
ten van bedoelde personen en gezinnen te
verzorgen.
De waarnemend secretaris-generaal verzoekt
aan de gemeentebesturen, hun volledige mede
werking te verleenen en voor een snelle behan
deling van de voorkomende zaken tl zorgen.
De bijstand houdt in:
geneeskundige behandeling voor den duur van
26 weken;
behandeling door een tandarts voor den duur
van 26 weken;
geneesmiddelen voor den duur van 26 weken;
hulp van een vroedvrouw;
ziekenhuisverpleging tot en met vier weken
geheel op kosten van het ziekenfonds; van de
vijfde tot en met de dertiende week betaalt het
ziekenfonds 50 pet. van de kosten van de ver-
plaging voor de derde klas.
Het in Den Haag opgerichte filiaal van de
Allgemeine Ortskrankenkasse Juelich (Rhld.) is
verplicht, voor de uitvoering zorg te dragen.
Aan de burgemeesters is ook verzocht, mee te
deelen, hoeveel in Duitschland werkzame Neder
landers in hun gemeente woonachtig' zijn en
hoeveel van deze bewoners zijn van het grens
gebied, die 's avonds na den arbeid naar Neder
land terugkeeren.
De andere arrestanten werden hierop zonder
verzet naar het politiebureau overgebracht.
Bij het voortgezet onderzoek werd ook het
pakhuis ontdekt, waarheen de boter direct na
de inbraak gebracht was. De eigenaar daarvan,
een 52-jarige opkooper, was geheel op de hoogte
van wat er in zijn pakhuis gebeurde en werd
eveneens in arrest gesteld.
Ten slotte vond men de resteerende drie vaten
boter in den kelder van een banketbakkerswin
kel op den linker Maasoever, die gedreven werd
door een broer van twee andere arrestanten. Ook
deze man werd gearresteerd.
De vijf verdachten zullen heden naar het
huis van bewaring worden overgebracht, waar
zij ter beschikking van de justitie zullen worden
gesteld. De gewonde moet in het ziekenhuis ver
pleegd worden.
Men schrijft aan het A.N.P.: Het benzine-
vraagstuk heeft er toe geleid, dat thans vele
auto's uitgerust zijn met generatoren, welke ge
stookt worden met hout of turf. De onderdee-
len voor het vervaardigen van deze generatoren
zijn echter in beperkte mate voorradig, terwijl
ook de benoodigde brandstoffen, in verband
met de aanwezige voorraden, niet ongelimiteerd
gebruikt mogen worden. Voor den inbouw van
een gasgenerator is dus een vergunning noodig.
Wil men zulk een vergunning verwerven, dan
wendt men zich, na een daarvoor bestemd for
mulier te hebben ingevuld, tot den rijkshoofd
inspecteur van het verkeer van de provincie,
waarin men woont, op welk formulier de ge
gevens over den wagen moeten worden vermeld
en de reden, waarom men tot inbouw van een
generator wenscht over te gaan. Dit formulier
wordt doorgezonden aan de rijksverkeersinspec
tie in dezelfde provincie, die nagaat, of-de in
bouw van een gasgenerator verantwoord is.
Personenauto's en kleine bestelwagens ontvan
gen gewoonlijk geen toestemming. De rijksver
keersinspectie zendt op haan beurt de goedge
keurde formulieren door naar een derde instan
tie, het Centraal Bureau voor Industrialisatie
(C.I.V.L) te Den Haag, hetwelk uiteindelijk de
vergunning voor het aanbrengen van een gas
generator verleent.
Een andere oplossing voor het vervangen der
benzine is het lichtgas, dat in een ballon boven
op den wagen meegevoerd kan worden, of wel
samengeperst in cylinders. Twee kubieke meter
lichtgas staat ongeveer gelijk met een liter ben
zine, zoodat het rijden op lichtgas goedkooper
is. In verband met de geringe hoeveelheid licht
gas, welke in ballons meegevoerd kan worden,
zullen de auto's Welke ermede zijn uitgerust,
slechts kleine afstanden kunnen rijden. De aan-
legkosten zijn echter zeer gering, terwijl geen
toestemming noodig is van de C.I.V.I., doch al
leen van de rijksverkeersinspectie.
In gecomprimeerden vorm kan men een veel
grootere hoeveelheid lichtgas meevoeren Voor
dit doel worden cylinders in den handel gé
bracht, welke een druk van 125 tot 200 atmo
sfeer kunnen verdragen. Een nadeel is echter
weer, dat de vulling slechts kan geschieden in
die plaatsen, waar men over compressors be
schikt en in Noord-Holland zijn dit nog slechts
Amsterdam, Haarlem, Hilversum, Bussum, Zaan
dam, Velsen, Alkmaar en Schagen.
In den handel zijn cylinders met een inhoud
van 36 kubieke meter, bij een druk van 200 at
mosfeer Verkrijgbaar. Een auto, welke een ver
bruik van een op zeven heeft, kan hiermede dus
engeveer 130 km. afleggen.
Het plaatsen van de 450 kg. wegende instal
latie geschiedt in den koffer of onder de ach
terzitting. Men dient echter eerst toestemming
van de C.Ï.V.I. aan te vragen, alvorens tot ver
bouwing over te gaan. Voor het vervaardigen
van 1000 kubieke meter lichtgas zijn namelijk
2500 k.g. kolen noodig en indien de aanvragen
voor vergunningen talrijk zouden worden, zou
de kolenvoorziening gevaar kunnen loopen, zoo
dat ook hier regelend dient te worden opgetre
den.
Ten slotte wijzen wij nog op de mogelijkheid
den wagen uit te rusten met accu's, welke on
der den motorkap geplaatst kunnen worden,
nadat de motor is verwijderd. Een kleine perso
nenauto kan met twaalf zes volt accu's een af
stand van 60 a 70 kilometer afleggen.
Inhoud: STUDIE-JAREN EN BEKEERING.
DE BOETEPREDIKER. ANDERE WERK
ZAAMHEDEN EN DOOD. (Broeders en
Zusters des gemeenen levens - Windesheim -
Verhandelingen, preeken, brieven en ver
talingen)
Bestelt per giro bij het Verzendhuis van het
Geert Groote Genootschap te 's-Hertogen-
bosch (giron. 44882) of bij den boekhandel
„Verdachte is een internationale oplichter en
zwendelaar, die een strenge straf moet hebben",
aldus uitte zich de officier van Justitie, mr.
Meischke, voor de Rotterdamsche rechtbank,
toen de 35-jarige tuinbouwkundige J. J. A. uit
Den Haag terecht stond.
In Juni had verd. onder valsche voorwendsels
een Rotterdammer tot afgifte van diens auto
bewogen.
Verdachte's auto was defect geraakt en omdat
de garagehouder, waar hij zijn wagen had ge
bracht, de herstelling niet kon verrichten, had
hij dezen gevraagd, of hij niet een auto van
iemand anders kon leenen. De garagehouder had
het adres van een koopman opgegeven, naar
wien verd. zich had begeven.
Verd. was gekleed in een uniform van een be
paalde partij en had een hakenkruis op den
arm. Hij bediende zich van de Duitsche taal en
had den indruk gewekt, alsof hij veel macht
had. Hij zeide gouwleider van de NS.N.A.P. te
zijn en in Nederland evenveel macht te bezitten
als ar. Göbbels in Duitschland.
De koopman had zijn auto tegen een ont
vangstbewijs voor den tijd van veertien dagen
afgestaan.
Uit het verhoor Week, dat verd. reeds een
groot aantal malen is veroordeeld in Nederland,
Duitschland en Zwitserland, o.a. wegens oplich
ting en bedelarij.
Dr. E. A. van Rappard, leider van de NENA.
P., zeide, dat hij verd. niet als gouwleider van
een der beide N.S.N.A.P.-partijen kende.
De officier, mr. Meischke, achtte het ten laste
gelegde bewezen en eischte de maximum-straf
van drie jaren.
Mr. J. A. Roest van Limburg pleitte uiterste
clementie.
Uitspraak 21 November.
De gemeenteraad van Castricum heeft enkele
weken geleden tot tijdelijk wethouder benoemd
den heer Spaansen. De burgemeester maakte
daartegen bezwaar, omdat hij den heer Spaan
sen ongeschikt achtte en deelde mede, het
raadsbesluit aan den secretaris-generaal van
Binnenlandsche Zaken ter vernietiging te zullen
voordragen.
Het Handelsblad meldt, dat de secretaris
generaal geen aanleiding heeft gevonden het
raadsbesluit te vernietigen.
De Nederlandsche melkcentrale zal, naar D.
N. B. uit Brussel meldt, met toestemming van
de Duitsche autoriteiten tot September 1941 een
groote hoeveelheid kaas naar België uitvoeren.
Een deel is reeds verzonden.
Naar wij vernemen heeft de directie der N.
S. aan het personeel medegedeeld, dat zij, met
het oog op de bijzondere tijdsomstandigheden,
voornemens is te bevorderen dat de geldig
heidsduur van het R- D. V- (Reglement Dienst-
voorwaarden) 1938 (dat geldig is tot en met
1940) met één jaar zal worden verlengd, waar
door dat Reglement dan tot het eind van 1941
van kracht zal blijven.
Te Amersfoort is Woensdagavond half negen
de 71-jarige B. aan de Groote Koppel te water
geraakt en verdronken.
De slager G. te Kessel (L.) kwam, na een
korte afwezigheid uit zijn winkel, tot de ont
dekking dat een bedrag van 150 gld. uit de
toonbanklade verdwenen was.
De heeren Y. K. de Boer te Haren (Gr.) en
G. H. Smits te Groningen zijn tot wederopzeg-
gens toegelaten als privaat-docent bij de facul
teit der rechtsgeleerdheid aan de rijksuniversi
teit te Groningen om onderwijs te geven in:
Het noterieele en het fiscale recht en in het
fiscale recht.
Voor het tijdvak van 1 November 1940 tot
1 Januari 1941 is benoemd tot tijdelijk leeraar
aan de Rijkstuinbouwschool te Lisse, W. F. L.
Mügge te Haarlem.
Voor het tijdvak van 1 October 1940 tot 1 Oc
tober 1941 zijn weder benoemd tot tijdelijk leeraar
aan de Rijkslandbouwwinterschool te Leeuwar
den H. P. Ferwerda, mr. P. van den Herberg,
A. C. Nubé en P. Sjollema, allen aldaar, en J.
Keestra te Marssum, gem. Menaldumadeel.
Voor het tijdvak van 1 October 1940 tot 1 Oc
tober 1941 is weder benoemd tot tijdelijk leeraar
aan de Rijkslandbouwwinterschool te Leeuwar
den ir. H. C. Muller aldaar.
Nadruk verboden
Zooals reeds gezegd, waren er twee vensters
eriicht, één rechts en één links van den in-
Bapg Toch kon men, hoewel zij tot gelijkvloers
gelegen vertrekken behoorden, niet naar binnen
5'iken, want zij waren behangen met zorgvuldig
°egeschoven gordijnen van gele zijde.
Silas greep den ijzeren klopper, die de bel ver
eng en liet hem neerkomen op de deur. Onmid-
daarop ging het licht rechts van den
ih!
'gang uit.
Sch
lerp
detective, die 't huis en zijn omgeving
opnam, vroeg den majoor, of hij er
UJJUOJUA, ViUCg
Voeger reeds was geweest.
•.Neen," luidde het antwoord; „alleen mijn
U"°uw en dochter brachten vroeger de familie
^'Wingen nu en dan een bezoek. Eens of twee-
j?aal waren zij er, als ik mij niet vergis, op de
®e genoodigd."
.t Verwondert mij, dat men op een zoo een-
gelegen villa geen hond houdt."
"Ja, maar ik weet, dat de Algingens vroe
ger eea herdershondhaddon..die om zijp. hoos-
aardigheid in heel den omtrek berucht was.
Mijn vrouw was zeer bang voor het valsche en
woeste dier, hoewel het de vrienden van den
huize nooit lastig viel. Zij hebben den hond
waarschijnlijk verkocht, of hij is misschien weg-
geloopen."
Intusschen hoorde men binnen slepende stap
pen en de deur ging open.
Een negerin stond grijnzend voor de be
zoekers. Dezen zetten groote oogen op, want in
die streek zag men slechts bij hooge uitzonde
ring zwarten, en de majoor kon zich niet her
inneren, dat zijn vrouw en zijn dochter ooit van
een zwarte dienstbode bij de Alwingens had
den gerept.
Hij zeide haar nu, dat zij gekomen waren
om den heer en mevrouw Alwingen te spreken,
en verzocht hen aan te dienen. Daarbij gaf hij
haar zijn kaartje.
Maar de vrouw keek hem dom aan, schudde
het wollig hoofd en zei:
„Neen.... hier geen massa Alwingen. Hier
enkel missis Forster en massa Charlie.... en
massa Charlie uitgegaan."
De majoor en Hempel keken elkaar ver
bluft aan.
„Goed," zei de detective; „dien ons aan bij
mevrouw Forster."
„Missis Forster geen vreemde menschen ont
vangen. Missis Forster is een Fransche; geen
Duitsch verstaan, maar Sally wel."
3ij wilde eenvoudig de deur weer sluiten,
maar Hempel zette snel den yoet in de
opening,
„Neen, miss Sally, zoo niet! Wij moeten in
ieder geval mevrouw Forster spreken, en laten
ons niet afwijzen. Zeg dat uw meesteres, en
ook, dat wij gaarne Fransch met haar spreken,
als zij geen Duitsch kent."
Daarbij had Silas met onweerstaanbaar ge
weld de deur opengeduwd, en was met den
majoor de vestibule binnengekomen.
Dit energiek optreden scheen op Sally in
druk te maken; want zij grijnsde niet meer
en verwijderde zich naar links, waar zij ver
dween achter een deur, na eerst nog den
indringers een boozen blik toegeworpen te
hebben.
Silas fluisterde Marchstatten in het oor:
„Laat mij het woord .doen en verraad voor
al niet, dat ik van de politie ben. De zaak kan
heel onschuldig zijn; maar in ieder geval moe
ten wij te weten komen, wat voor menschen
hier de Alwingens hebben opgevolgd en hoe
die verandering heeft plaats gegrepen."
Op dat oogenblik verscheen de negerin weder:
„Missis Forster u wachten!"
XVI
De majoor en Silas werden door een smalle,
donkere hall, waar de negerin eerst nu het
electrisch licht aandraaide, naar een kleinen,
eleganten salon geleid, waar de meubelen met
mosgroene zijde waren bekleed. De vloer was
bedekt met een Perzisch tapijt van dezelfde
kleur. Rond een ebbenhouten, met zilver in
gelegd tafeltje stonden zeer moderne clubfau
teuils en de yensters hadden groen-zyden gor
dijnen. Alles getuigde van weelde en goeden
smaak.
In een hoek van de sofa, vóór een staande
lamp, zat een dame op leeftijd; zij was geheel
in zwart fluweel gekleed en droeg een kanten
mutje op het zilvergrijze haar. Zij groette
Hempel en Marchstatten zeer koel en vroeg ver
wonderd, waaraan zij de eer van hun bezoek te
danken had; want zij kon zich niet herinneren,
ooit kennis te hebben gemaakt met een majoor
von Marchst&tten.Zij sprak snel, koel, maar
beleefd, na den heeren verzocht te hebben, te
willen plaatsnemen.
Silas Hempel, die zich had voorgesteld onder
een zeer onduilelijk uitgesproken naam 't
klonk wel 'n beetje als „Glaskopf" nam
onmiddellijk het woord.
Hij zeide, dat ze eigenlijk gekomen waren
om den eigenaar van de villa Lotos te spreken
over een dringende zaak en dat zij niet weinig
verbaasd stonden, de familie Alwingen hier niet
meer aan te treffen. Daar de zaak 'n kwestie
van groot belang was, hadden zij zich niet
laten afwijzen, in de hoop, dat mevrouw wel
zoo goed zou zijn, hun te vertellen, hoe die
verandering had plaats gegrepen en waar zij nu
den heer Alwingen konden vinden.
Silas Hempel was de Fransche taal volkomen
machtig en doorspekte zijn redevoering met
zulke hupsche complimenten, dat mevrouw For
ster een paar maal vergenoegd glimlachte. Haar
antwoord klonk dan ook nog al vriendelijk.
„Ik begrijp u," sprak zei. ,,'t Is voor u een
teleurstelling, hier in plaats van uw vrienden
of kennissen een vreemde aan te treffen. Maar
dat is gemakkelijk uit te leggen: ik heb de
villa gehuurd, toen de heer Alwingen en de
dames naar het buitenland vertrokken."
„Ozijn de Alwingens naar het buiten
land vertrokken? Wanneer dan?"
„Reeds in September en 't verwondert mij,
dat vrienden van hen daarvan niet op de
hoogte zijn."
Dat klonk een beetje spottend....
Silas beet zich op de lippen, maar zei snel en
zonder een zweem van verlegenheid;
„Dit is eenvoudig hieraan toe te schrijven
dat de majoor en ik eerst eenige dagen geleden
van een lange reis zijn teruggekeerd. Mevrouw
zal begrijpen, dat we niets wisten van de ver
andering. Mag ik vragen, waar de familie Al
wingen thans verblijft?"
„Voor zoover mij bekend wilden zij voor een
jaar naar Parijs. Hun adres aldaar kan ik u
niet geven. Ik geloof ook niet, dat mijn
zoon het kent, want wij hebben gehuurd door
tusschenkomst van een agentschap."
„Jammerik bedoel voor ons. Want nu
weten wij niet, waar den heer Alwingen te
vinden."
Hij scheen na te denken. Toen vroeg hij be
langstellend:
„En mevrouw zal voor den heelen duur van
de afwezigheid der familie Alwingen hier in de
villa blijven?"
„O, dat weet ik natuurlijk nog niet. 't Zal
van mijn zoon afhangen.... Hij iS dokter,
want hij houdt zich uitsluitend bezig met
wetenschappelijke navorschittgen en proefne
mingen. Daarvoor heeft hij volslagen rust noo
dig, en met 't oog daarop zijn wij naar Europa
gekomen."
„Ik dacht, dat mevrouw Fran?aise was?"
„Ja, ik ben te Parijs geboren, doch heb een
Amerikaan getrouwd. Mijn man was mijneige
naar. Wij woonden te New-York, maar Charlie
ik bedoel mijn zoon heeft te Parijs gestu
deerd. Toen ik weduwe werd, nu een jaar ge
leden, ging ik inwonen bij mijn zoon, die toen
maals te Weenen een specialen -cursus in de
verloskunde volgdemaar dit alles zal u
weinig interesseeren."'
„Integendeel mevrouw, iedereen zal met be
langstelling naar u luisteren."
„Maak een oude vrouw toch geen compli
menten, mijnbeer.... pardon, hoe is uw naam
ook weer?"
„Glasrotter. Maar, hoe kunt gij van ,oud"
spreken? Een zoo aantrekkelijke vrouw...."
„Ziet u dan mijn grijs haar niet?"
Mevrouw Foster lachte.
„Genoeg, genoeg, mijnheer Glasrotter. Spre
ken wij over iets anders.Waar zijn we zooeven
gebleven?"
„U ging te Weenen inwonen bij uw zoon,"
antwoordde Silas.
Juist. En zoo kwamen wij nu en dan te G.
Mijn zoon had rust en stilte noodig; in de
krant lazen we een advertentie, waarin een af
gelegen villa voor een jaar te huur werd aan
geboden. Charlie begaf zich naar G. om met
den eigenaar te onderhandelen
(Wordt vervolgd.)