Plannen voor den herbouw
VEELOMVATTEND
WERK
Fletsere
sssKSjs
n
NeemnAKKERTJE
BOSCH
w
Uit andere bladen 1OOH dat (tog
TOONTJE VAN TEUTEN
De geteisterde plaatsen bij den
Grebbeberg
1
FIETSLICHT
IVOROL-tandpastanog altijd beter dan alle andere.
TJFSSZ I
WESTERWOUDT HöFTE
Eeuwfeest Broeders der Onb.
Ontvangenis
VRIJDAG 22 NOVEMBER 1940
Het opstellen der plannen
De stand van zaken
Rhenen
W ageningen
Scherpenzeel
Veenendaal
Wederopbouw boerderijen
ITALIAANSCHE OPERA
De leden van het gezelschap
Stille viering te Maastricht
Hoofdpijn
Kiespijn
Zenuwpijn
Audiëntie
Sportcommissariaat voor het
bisdom Roermond
Een pleidooi voor soepel
realisme
Om een naam?
Vx
ADVIEZEN VOOR BELEGGINGEN
Adolf Knubben f
Mg—i
Den loden Mei van dit Jaar, dus reeds
kort nadat het oorlogsgeweld over ons land
Was gevaren, stelde de Opperbevelhebber
van Land- en Zeemacht het Regeerings-
comnnssariaat voor den wederopbouw in,
waarbij dr. ir. J. A. Ringers werd benoemd
tot Regeeringscommissaris, kort geleden
bader betiteld ais Algemeen Gemachtigde
Voor den Wederopbouw.
Het commissariaat stelde zich n drieledig
doel, n.l. het herstel van de verkeerswegen,
de drooglegging van het geïnundeerde ge
bied en den opbouw van vernielde steden
en dorpen.
Over de resultaten van dezen arbeid heelt
Onze Haagsche redacteur eenige dagen geleden
een uitvoerige visie gegeven. Hierbij heeft hij
Oen arbeid oij den Grebbeberg slechts terloops
kunnen behandelen.
Wat het opruimingswerk daar betreft diene,
öat het puin in de Grebbestreek, voornamelijk
te Rhenen en Wageningen, een bijzonceren trek
vertoont. Men treft hierin n.l. de zgn. mop-
Pen1' aan, een soort handvormsteenen, die aan
vankelijk gebruikt werden voor wegverharding.
Öit verdroot de rijkscommissie voor monumen
tenzorg zeer, daar zij had vastgesteld, dat de
.Jhoppen" uitstekend geschikt waren voor res
tauratiewerkzaamheden aan oude gebouwen.
De Algemeen Gemachtigde bepaalde op
verzoek van de commissie voor monumen
tenzorg dat het puin van Rhenen en Wage
ningen voor restauratiewerken moest be
waard worden.
Voor een aantal gemeenten zijn de plannen
tot herbouw thans opgesteld. Ieder plan werd
tb de gemeente zelf opgemaakt, maar afhanke
lijk gesteld van de goedkeuring van den Alge-
•heen Gemachtigde, die de uiteindelijke beslis
sing geeft.
De plannen moeten voldoende zijn voor het
heden en mogelijkheden in zich bergen voor de
toekomst. Naast het plan-Witteveen voor Rot
terdam heeft men nog het plan van ir. C. Fou-
Oeroyen en ir. J. P. van der Haar voor Rhenen,
Oe plannen van ir. A. Kraayenhagen voor Wa
peningen en Scherpenzeel en het plan van ir.
J. van Embden voor Veenendaal.
In vele plaatsen is men met de onteigenings
procedure reeds klaar of althans in een ver ge-
forderd stadium gekomen.
Het stadium van plannen maken en voor
bereiden is achter den rug en men kar, met
ben eigenlijken wederopbouw gaan beginnen
t>aar het 's winters evenwel moeilijk, bouwen is,
zal eerst tegen het voorjaar het werk in vollen
Sang zijn.
Aan het werk van het commissariaat van
ben wederopbouw staat evenwel één moeilijk
heid in den weg en dat is de onbekendheid
inzake de financieele regeling der schadever
goeding tengevolge van het oorlogsgeweld.
Dit belemmert den opbouw zeer, want de zui
nige en precieze Nederlander geeft niet meer
Sold uit, dan hij ontvangt. D. w. z. hij bouwt
niet, voordat hij het geld „cash" van de re-
Seering ontvangt.
Een positieve uitspraak van de autoriteiten
°P dit gebied is daarom zeer gewenscht.
Gelukkig heeft, zooals bekend, het commis-
toriaat van den wederopbouw een voorschot-
regeling ingesteld, zoodat men toch eenigszins
han voortwerken.
De plannen voor de gemeenten Rhenen,
Wageningen, Veenendaal en Scherpenzeel
zijn klaar en bevatten in hoofdzaak de
volgende wijzigingen in vergelijking met
den ouden toestand.
Te Rhenen was de aangerichte schade aan
zienlijk. De eigenlijke kern van het stadje met
be voornaamste winkels en bedrijven werd vrij
wel geheel vernietigd.
De ontwerpers moesten dus een nieuwe kern
bötwerpen, welke in de eerste plaats beant
woordde aan de tegenwoordige eischen van ste
ehouw en volksgezondheid, doch die tevens iets
had behouden van het speciale karakter, waar-
boor het oude Rhenen met zijn Cunera-toren
Sokenmerkt was.
Vrij ingrijpende wijzigingen zijn in het stads
plan aangebracht, waardoor verschillende ver
beteringen werden verkregen. De belangrijkste
Wijziging is wel het profiel en het beloop van
be voormalige Heerenstraat. De minimum-
breedte is 17 M. en dus belangrijk meer dan
ytoeger. Bovendien zal deze straat zich ui het
hart komvormig verwijden, waardoor dus eigen-
hjk een plein ontstaat, de nieuwe Frederik van
her Paltzhof. De bedoeling is dat dit een cen-
bum van echt stadsleven zal worden, druk,
toet nagenoeg winkel aan winkel, maar dat toch
boor zijn breedte en ruimte in staat zal zijn
tost te verschaffen. Bij feestelijke gelegenhe
den zullen op dit plein kramen, een muziek-
jj®ht, enz. opgesteld kunnen woroen en ook kan
het eventueel tot extra parkeerruimte dienen.
Dat de Rijksweg ArnhemUtrecht niet zal
Worden omgelegd beteekent een groot voordeel
v°or een stadje als Rhenen. Het harmonische
torband met zijn achterland blijft daardoor on
verminderd bestaan en za,l niet door een om-
egging worden verbroken.
Een belangrijke wijziging betreft het bouw
blok begrensd door Koningstraat, Weverstraat,
®ontekcestraat en de verlengde Gasthuisstraat.
daar gevestigde industrieën, evenals de
°verige industrieën in de binnenstad, welke
/frnietigd zijn, zullen worden verplaatst naar
ttet terrein aan den Vogelenzang, waar zij met
daar reeds gevestigde industrieën een indus
triewijk zullen vormen. De hierdoor in het bo-
tonbedoelde blok vrijgekomen grond zal door de
toineente worden bebouwd met 28 geriefelijke
h''t>eiderswoningen. De z.g. „benedenstad" zal
h^n als woonstad in eere zijn hersteld. De sa-
Peering van de nog bestaande woningblokken
®1 hierbij in den loop van den tijd aansluiten
11 dit herstel voltooien.
üoor den oorlog werd het hart van de oude
,;ad Wageningen volkomen verwoest. Van de
hddeleeuwsche Vestingstad was in den loop
er eeuwen toch leeds weinig overgebleven.
tactisch geeft alleen nog het stratenplan
A'1 duidelijk beeld van den voor de middel-
^Uwen zoo karakteristieken stedebouwkundigen
hzet.
behoud en zoo mogelijk een verduidelij-
.A'g van dezen typischen stedebouwkundiger,
jjh'ïleg vormde eenerzijds een richtsnoer vjoc
At wederopbouwplan van de oude stadskern,
^herzüds moest toen reeds spoedig bleek,
dat het herbouwen in den vóör-oorlogschen
vorm, om vele redenen, ongewenscht was re
kening worden gehouden met de redelijke
eischen, welke het moderne leven aan het ste
delijke organisme stelt.
Bij het wederopbouwplan is voorts uitgegaan
van de veronderstelling, dat het Gothische
kerkgebouw met den Romaanschen toren
vrijwel het eenige monument, dat Wageningen
bezat zou worden gerestaureerd en her
bouwd.
In het plan vormt dit kerkgebouw het alles
beheerschende element.
Een tweede element in het opbouwplan vor
men de stadspoorten. Bij de Bergpoort herin
nerde een voor het verkeer zeer hinderlijke S-
bocht in de Hoogstraat aan d'e plaats van de
vroegere stadspoort. De bebouwing aan het an
dere einde van de Hoogstraat heeft echter alle
herinnering aan de Nudepoort uitgewischt. Hier
kwam men geheel ongemerkt de oude stad bin
nen.
Nu de beide einden van de Hoogstraat ernstig
zijn beschadigd, is van de gelegenheid gebruik
gemaakt om weer twee duidelijke toegangen tot
de stad aan te brengen, zonder te vervallen in
een weinig zinvolle imitatie van de vroegere
stadspoorten.
Over de verbreede stadsgracht, waarvan de
lijnen weer veel strenger zullen worden, zijn
nieuwe bruggen rntworpen.
Als meer op zichzelf staand element, dat niet
curect verband houdt met den wederopbouw, is
een verbetering van den groen-gordel en van de
vestinggracht in het plan opgenomen. Het tuin-
architectonische gedeelte van dit plan werd
verzorgd door Dr. Ir. J. P. Bijhouwer te Wa
geningen.
Scherpenzeel heeft zich in den loop der ja
ren, op voor het verkeer zeer hinderlijke wijze,
als een lintdorp langs den Rijksstraatweg
UtrechtArnhem uitgebreid. Het bochtige ver
loop van de zeer nauwe Dorpsstraat leverde het
doorgaande verkeer vele moeilijkheden op. Bij
het wederopbouwplan van het zwaar geteister
de dorp moest dus voor alles worden gestreefd
naar een verbetering van den verkeersweg, zon
der dat het intieme dorpskarakter zou worden
aangetast. Om echter een goed beeld te kun
nen verkrijgen van de eischen, welke aan den
Rijksweg in de dorpskom kunnen worden ge
steld, is eerst een uitbreidingsplan ontworpen.
Hierdoor was het mogelijk om de plaatsen te
bepalen, waar op nieuwe zijwegen moest wor
den gerekend en kreeg men een indruk van het
verkeer, dat op den hoofdweg zou uitmonden.
Tevens kon door het uitbreidingsplan een
voortwoekeren van de lintbebouwing worden
tegengegaan.
Zoo is in het wederopbouwplan in de eerste
plaats een omlegging van den Rijksweg in de
kom van het dorp geprojecteerd. De gedeelte
lijk reeds bestaande weg is hiertoe op voldoen
den afstand van „Huize Scherpenzeel" door
getrokken en kan dan uitkomen op de laan
achter het kasteel, welke op een gunstig punt
op den bestaanden Rijksweg uitmondt.
Een groot aantal der in Utrechtsch Veenen
daal vernielde huizen en andere gebouwen iigt
buiten de eigenlijke bebouwde kom en zelfs bui
ten de grenzen der gemeente, n.l. in 't aanlig
gende Geldersche Veenendaal en in de gemeente
Renswoude. Voor het overgroote deel zal deze
vernielde bebouwing in het landelijke gebied
rond de eienlijke plaats wel weer ongeveer
op den ouden voet kunnen worden herbouwd.
Anders staat het evenwel met de vernielin
gen, welke in het hart van de plaats zijn ge
schied. Aan de hoofdstraat (de Kerkewijk)
nabij het station viel e,en rij belangrijke hee
renhuizen, alsmede een, reeks andere gebouwen
ten offer aan het oorlogsgeweld, terwijl ook
verder in deze omgeving een vrij groot aantal
woningen werd vernield Gelukkig zijn belang
rijke in de zone der verwoestingen gelegen be
drijfsgebouwen, als die van het waterleiding
en electriciteitsbedrijf, alsmede een sigarenfa
briek, niet mede gesloopt.
De bebouwde kom van Veenendaal vroeg in
haar ouden vorm dringend om wijziging.
Waar de gelegenheid zich voordeed werden
eenige dringend noodzakelijke verbeteringen
aangebracht. Op een terrein in het midden
van de plaats, dat ten gevolge van de doorbra
ken vrij is kci.nen te liggen, zai een nieuwe
woonwijk voor arbeiders worden gesticht.
Dit nieuw ontworpen woonwijkje zal een aan
trekkelijk karakter kunnen verkrijgen. Er is be
trekkelijk veel groen en beplanting in gepro
jecteerd, speciaal langs genoemden hoofdweg en
door de bebouwingsvoorschriften wordt er voor
gezorgd, dat de straten een aangenaam en af
wisselend profiel en de bebouwing een prettig
karakter zullen verkrijgen.
Thans is reeds een complex van 28 arbeiders
woningen herbouwd. Hierbij kon rekening wor
den gehouden met den boven beschreven hoofd-
opzet van het totale herbouwplan.
De spoedige wederopbouw van verwoeste
of beschadigde boerderijen was vanzelfspre
kend van het grootste belang met het oog
op de voedselvoorziening van ons land. Om
een spoedige en vlotte behandeling van deze
kwestie te verkrijgen kwam een overeen
komst tot stand tusschen de directie van de
Wieringermeer in Alkmaar en den direc
teur-generaal voor de Voedselvoorziening in
's-Gravenhage, waarbij de bouwkundige af-
deeling van de Wieringermeer, onder leiding
van haar hoofd, den heer A. D. van Eek, als
„Bureau Wederopbouw Boerderijen" werd in
geschakeld. Het hoofdbureau is in Amers
foort gevestigd en daarnaast zijn er 5 ais-
trictsbureaux, n.l. in Amersfoort, Deurne,
Dordrecht, Mill en Veenendaal en ten slotte
nog een bureau voor verspreide gevallen,
dat eveneens in Amersfoort is gevestigd.
In Nederland zijn in totaal 527 boerderijen
verwoest. Het district Amersfoort telt er 134 en
het district Veenendaal 152.
De werkzaamheden van het „Bureau Weder
opbouw Boerderijen" bepaalden zich in het be
gin tot het verzamelen van gegevens betreffen
de de verwoeste gebouwen, de daarbij behoo-
rende landerijen, de grootte van den veestapel,
hypotheek-kwesties enz. Daarna werd een be
gin gemaakt met het maken van teekeningen
en plannen voor den herbouw.
Het bleek, dat er in verschillende gevallen
een wanverhouding was gegroeid tusschen de
grootte van de boerderij en die van het daar
bij behoorena bedrijf. Men wil van de gelegen
heid gebruik maken om in dezen toestand zoo
veel mogelijk verbetering te brengen en daar
om worden als norm voor den herbouw aan
genomen de minimum-afmetingen en de sober
ste bouw van een boerderij, welke in verband
met den omvang van het bedrijf noodzakelijk
is. Wenscht een eigenaar meer of grooter te
bouwen dan voor zijn bedrijf noodig wordt ge
acht, dan wordt hij daartoe in de gelegenheid
I lantaarns is j00r de
i wijze °PfD,0n, °TERINGS
MET RUIVJ cts
Prijzen vanat i
Zonder meer in
iedere lantaarn
aan te brengen^
gesteld, doch dan komen de hoogere kosten
daarvan ook voor zijn rekening.
Tot nu toe zijn voor het geheele land aan
besteed en gegund 47 boerderijen, waarvan 5 in
Ede, 14 in Hoogland, 3 in Renswoude, 14 in
Rhenen, 1 in Veenendaal en 1 in Woudenberg.
Meer boerderijen zullen zeer binnenkort worden
aanbesteed.
Uit al deze gegevens blijkt wel, dat het
werk van den wederopbouw met alle kracht
en energie is ter hand genomen.
De activiteit wordt echter bepaald door de
materialen-beperking. Voor de meeste bouw-
grondstoffen in ons land n.l. aangewezen op
den invoer van buiten af. Men hoopt evenwel
ondanks deze belemmering het eenmaal
ondernomen werk tot een bevredigend einde te
brengen en de door den oorlog geslagen won
den zooveel mogelijk te genezen.
Aan de voorstellingen, die de Italiaansche
Opera in December zal geven, zal o.a. mede
werken de jeugdige soprano leggero Lina
Aimaro, die behalve in de Scala te Milaan ook
in het Metropolitan Operahouse te New York
reeds talrijke successen heeft behaald.
Adriana Perris zal de vrouwelijke hoofdrollen
vertolken in La Bohème en Butterfly. Ook zan
geressen, die reeds eerder in Nederland optra
den, zullen thans weer medewerken; wij noe
men Dora dé Stefani en de alt Maria Meloni.
Behalve de tenor Mario Filippeschi wiens op
treden wij reeds eerder aankondigden, zal ook
Gustavo Gallo als eerste tenor met het gezel
schap meekomen. Enrico de Franseschi, de ook
in ons land vermaarde bariton zal eveneens
weer in onze theaters komen zingen.
Maestro Edmondo De Veechi zal in de artis
tieke leiding worden bijgestaan door Gino
Bianchi Rosa en Edoardo Pedralozzi, terwijl
maestro Amuedeo Barbieri weer de leiding der
koren op zich zal nemen.
„Het schip van 1600 tot 1900". Onder
dezen titel wordt in het Scheepvaart
museum te Amsterdam een tentoon
stelling gehouden, waar vele modellen
van historische vaartuigen te bewon
deren zijn. (Foto Pax-Holland)
(Van onzen correspondent)
Donderdagmorgen geschiedde te Maastricht
in de kloosterkerk van de Beyaert, moederhuis
der orde, de (wegens tijdsomstandigheden) stil
le viering van het eeuwfeest der Congregatie
van de Broeders der Onbevlekte Ontvangenis
van de H. Maagd.
Omtrent den gedenkwaardigen datum 21 No
vember 1840 lezen we in het gedenkboek:
de 21ste November O. L. Vrouw Opoffe
ring. Op dezen Mariadag wilde men officieel
beginnen. Deken van Baer, pastoor van St. Ser-
vaes, zegende toen als bidplaats een der kleine
hokjes in. Er schijnt geen H. Mis gelezen
te zijn."
Hoe stil de viering nu ook geschiedde, ze was
toch wel anders dan men in 1840 voorzien kon.
Z. H. E. Mgr. Lemmens, bisschop van Roer
mond, was overgekomen, om op den honderd
sten verjaardag der Congregatie een Pontificale
Hoogmis op te dragen. Afgehaald door de gees
telijkheid der stad, werd Mgr. naar de kapel
geleid, waar heel de communauteit verzamela
was. Mgr. werd bij het Misoffer geassisteerd
door de hoogeerw. heeren dekens der stad In-
gendael en Schoenmaeckers, door pastoor Ter
stappen van de St. Mathiasparochie door pas-
De Nederlandsche
'Pijnstiller
toor Lenders van de St. Josephsparocnie en
door den Z.E. pater Kroon S. J. Verscheidene
geestelijke en wereldlijke autoriteiten, onder wie
de burgemeester van Maastricht, woonden deze
plechtigheid bij. Mgr. bleef nadien nog eenigen
tijd te midden van de jubileerende broeders.
Ter herinnering aan het eeuwfeest werd uit
gereikt een prentje, gravure van Hub. Levigne,
met een zinrijke voorstelling van de H. Maagd,
patronesse der orde, van het wapen der oröe
en van de kerk van het moederhuis.
Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal
de volgende week alleen Woensdag en Donder
dag audiëntie verleenen.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal a.s.
Woensdag geen audiëntie verleenen.
Z. H. Exc. de bisschop van Breda zal Maan
dag, Woensdag en Vrijdag a.s. geen audiëntie
verleenen.
In het bisdom Roermond is het sportcom
missariaat definitief ingesteld. Tot sportadvi-
seur en leider van het sportcommissariaat is
door Z. H. Exc. Mgr. dr. G. Lemmens benoemd
de weleerw. heer J. Leijssens, kapelaan te Wijk-
Maastricht, oud-bondsadviseur van den R. K.
L.V.B. Als sportcommissaris is aangewezen de
heer A. Kuiper te Heerlen, en als sport-com-
missaresse mej. Hulsenbosch te Meerssen.
LET OP HET MERK ROTODYN
Verkrijgbaar bij den Erkenden
Rijwielhandel.
Onder dezen titel publiceert de courant van
Nationaal Front „Nederlandsch Dagblad" als
hoofdartikel een beschouwing van G. Alblas,
waaraan wij hieronder eenige citaten ontleenen,
welke voor zich zelf spreken
„Er is in de kolommen van dit blad wel
eens scherpe kritiek op de Unie geoefend.
Dat was echter noodzakelijk, omdat het
beeld, dat de Nederlandsche Unie eenmaal
bood, zoo vaag was, zoo zonder scherpe lijnen
en vaste contouren, dat iedere critiek zelfs
de meest afbrekende, hier opbouwend was.
En het heeft geholpen. Er komt al meer lijn
in, langzaam maar zeker gaat het in de
goede richting. En nu blijkt ook, welk een
volstrekt noodzakelijke en goede organisatie
de Nederlandsche Unie is. Zij lijkt als het
ware de leidsvrouwe van liet Nederlandsche
volk op zijn weg naar het Nieuwe Land.
Haar leiders waren aangeziene lieden in den
democratischen staat, gelijk Mozes een hoog-
waardigheidsbekleeder aan het hof van
Egypte. Zij hebben het volk langen tijd doen
dwalen door de woestijn zonder vast doel en
wellicht zullen zij het beloofde Land wel
zien, doch niet betreden, maar toch komt
hun de eer toe, dat zij ons volk op dit oogen-
blik reeds tot dicht aan de grens van het
beloofde land hebben gebracht. Want laten
wij toch eerlijk zijn, practisch leidt de Unie
de groote massa. Nu echter komt het er op
aan, dat beloofde land te veroveren.
Op dit oogenblik, dat de Unie zich zoover
in de goede richting heeft ontwikkeld, dat
zij „bündnisfahig" is geworden, is het goed
op de verhouding tusschen Nationaal Front
en de Nederlandsche Unie nog eens in te
gaan.
Het is, Aristotelisch gezegd, de verhouding
tusschen vorm en inhoud. Het program van
Nationaal Front is klassiek, dat wil zeggen,
voorbeeldig voor de Nederlandsche Unie.
Maar potentieel is in de Nederlandsche Unie
aanwezig, wat door het richting gevende
program van Nationaal Front tot actualiteit
kan worden.
Zij is tegen de naturalisaties der Joden,
voor sterke banden met Vlaanderen en voor
een sterk gezag.
Zoo is het ook op de punten, waarin wij
slechts gradueel verschillen; wij zijn felle,
integrale nationalisten, voor wie Nederland
het een en het al is. Wij zijn sterk anti
kapitalistisch ingesteld en streven naar een
Nederlandsch socialisme. Ook hierin kunnen
wij de ontwikkeling der Unie versnellen.
Het is daarom, dat wij een betere ver
standhouding met de Unie bepleiten. Dat
is het eerste, het allereerste, wat noodig is.
Dan hebben wij een zeer groot deel van het
Nederlandsche volk achter ons en staan zoo
sterk, dat ook aan een volgende étappe, de
algeheele eenheid, kan gedacht worden."
Ook wat de N.S.B. betreft doet „Nederlandsch
Dagblad" een merkwaardig geluid hooren:
„Ook ten opzichte van de N.S.B. stelle
men zich echter op een reëele basis. Wij
hebben bezwaren tegen de N.S.B. en haar
vaak niet al te zacht aangepakt. Maar wij
hebben onze oogen niet gesloten voor het
feit, dat ook de N.S.B. de revolutionnaire
potentie bezit en, vooral, het vertrouwen
heeft van de Duitschers. Dat is nu eenmaal
zoo en daarmee heeft men te rekenen."
De „Maasbode" betreurt het, dat de Neder
landsche Unie verklaard heeft socialistisch te
zijn;
„Men kent het niet onvermakelijke ver
haal van Proudhon, toen h>ij na de Juni
dagen in 1848 voor d en strafrechter stond.
De rechter: „Maar ik dacht, dat gij so
cialist waart?"
Proudhon: „Ongetwijfeld, Edelachtbare,"
De inbreker maakte van de gelegenheid ge
bruik en klom snel door het raam naar binnen.
Een agent was juist voorbijgegaan, zoodat de
kans nu schoon was. Alleen op de tweede ver
dieping brandde licht. De meeste bewoners van
het huis waren reeds lang naar bed. De inbre
ker stond in het salon. Wanneer de man op de
verlichte kamer naar bed ging, zou hij wel hoo
ren dat het licht werd uitgedraaid. Dan was
zijn oogenblik daar!
Want het eenige geld dat in het huis aan
wezig was, moest hij op die slaapkamer halen.
Dat wist hij. De bewoner van de verlichte ka
mer was de heer des huizes zelf. Hij hield er
geen brandkast op na, maar gaf er de voorkeur
aan zijn geld op
zijn slaapkamer te
bewaren. Inbre
zijn onmiddellijke
nabijheid door-
dringen, hetgeen
altijd een riskante onderneming was. Onder zijn
kussen lag een geladen revolver.
De inbreker slipte de slaapkamer binnen. Bij
het licht van zijn electrische zaklantaarn sloop
hij voort. Zijn hand gleed tastend in de zakken
van het costuum, dat de bewoner zoo juist had
uitgetrokken. Toen hij het geld daar niet vond,
zocht hij verder. Ha! Daar op de waschtafel lag
een portefeuille, waar het geld natuurlijk in
geborgen was.
Op het oogenblik dat hij zich daarheen wend
de, klonk het geritsel. De inbreker draaide zich
met een ruk om. Zijn lantaarn bescheen den
heer, die reeds een hand onder het kussen
had. „Handen omhoog!" snerpte de stem van
den dief. Tegelijkertijd draaide hij achter zich
den schakelaar van het electrisch licht om. De
kamer werd hel verlicht.
De bewoner tilde één hand op. „Kun je niet
tot twee tellen?" vroeg de inbreker. „Die andere
hand ook omhoog, vooruit!" De man in het
bed antwoordde: „Kan ik niet! Rheumatiek!
Als je me niet vertrouwt, kijk dan maar onder
het kussen." De inbreker deed het, haalde er
den revolver onder vandaan. „Rheumatiek?"
vroeg hij belangstellend. De ander knikte; „Ont
stoken geweest. Ik heb er ontzettende pijn van!"
De inbreker staarde even naar den man. Dan
ging hij aan het voeteinde van het bed zitten.
De liggende heer zei „Kom maak voort, je ziet
het geld toch liggen! Ik kan niets terug doen.
Ga je gang en martel me niet!" Maar de in
breker antwoordde „Neem me niet kwalijk, ik
stond te denken. Ik heb ook pas rheumatiek
gehad in mijn linkerarm."
„Lang last van gehad?" informeerde de heer
des huizes nu op een anderen toon. De in
breker zei: „Vier jaar, en ik ben bang dat het
daar niet bij zal blijven. Als je het eenmaal hebt,
raak je het niet gemakkelijk kwijt."
„Heb je al eens Rheumiet gebruikt?" vroeg
de burger.
„Dat is een zalf, nietwaar? Heeft mij niets
geholpen."
„Men raadt tegenwoordig ook Porate sterk
aan. Dat is een nieuwe medicijn, onlangs sa
mengesteld door een Zwitsersch geneesheer.
Moet heel goed zijn."
„Weet ik, weet ik! Heb ik ook al eens gepro
beerd. Ik heb er wel eenige verlichting van
ondervonden, maar het kan ook zijn dat de mas
cotte, die ik in mijn zak droeg, de oorzaak was.
Overigens geloof ik dat noch Porate noch een
mascotte het goede geneesmiddel is. Ik heb
meer vertrouwen in S.S.S. zalf, ofschoon ik per
soonlijk daar geen baat bij gevonden heb. Maar
anderen hebben me verteld dat het een uitste
kend middel is."
„Heb ik ook gehoord!" bevestigde de bewo
ner. „Maar geloof me, tegen rheumatiek is
heusch geen kruid gewassen."
„Geen kruid gewassen? Daar schiet me juist
iets te binnen. Vanmiddag heb ik iets gekocht
dat weergaloos moet zijn. Het is een patent
geneesmiddel van den beroemden prof. Egler.
Ik heb het geloof ik bij mij!" Hij voelde in den
zak van zijn overjas. „Ja, hier heb ik het. Kijk,
een klein fleschje, maar de apotheker waar ik
het kocht vertelde me dat dit beslist verlich
ting van de pijnen gaf. Ik zal het hier laten,
dan kun je het eens probeeren!"
Even later verliet hij door de voordeur het
huisinplaats van rijker was hij door deze
inbraak nog armer geworden. En op de slaap
kamer had de heer des huizes zich moeizaam
uit zijn bed geheschen, om het patentgenees
middel te probeeren.
Dit was de eerste keer dat iemand met zijn
rheumatiek.... tevreden was!
(Nadruk verboden)
De rechter: „Maar wat is dat dan, socia
lisme?"
Proudhon: „Dat is een systeem, hetwelk
beoogt de verbetering van de maatschappij."
De rechter: „Maar dan zijn we allemaal
socialisten!"
Proudhon: „Dat is precies, wat ik ook
dacht. Edelachtbare."
Deze rechter werd hier voor den gek ge
houden. Maar bij de Unie is het blijkbaar
ernst, wanneer zij ons op 9 November eens
klaps komt zeggen: wij zijn allemaal socia
listen
Wij meenen wel te b egrijpen, waarom De
Unie gemeend heeft thans tot deze woord
keuze te moeten komen. Maar dan denken
wij toch onwillekeurig aan hetgeen wij on
langs lazen in 't uitstekende boek van Jules
Bertaut: „1848 et la Seconde République."
(Paris, 1937): „En voulant faire plaisir a
tout ie monde, Thiers commence a se ren-
dre suspect a chacun." (p. 278).
De Nederlandsche Unie bezit het vertrou
wen van honderdduizenden Nederlanders.
Daarin schuilt haar kracht. Ondermijning
van dit vertrouwen beteekent daarom van
zelf vermindering van kracht.
Het zou ons hartgrondig spijten, indien
de Unie door goed bedoelde daden, welke
echter onvoorzichtigheden zijn, daartoe aan
leiding zou geven."
Anders oordeelt blijkbaar de „Volkskrant":
„Socialist is toch enkel bij usurpatie een
afschrikkend woord gevonden.
Schreef niet het Christelijk Sociaal Dag
blad dezer dagen, dat alleen de Christen
op het voetspoor van dr. Kuyper in diens
En ja hoor, toen de sneeuw gesmolten was, kwam men tot de
ontdekking dat het Toontje was, die in den sneeuwman verbor
gen had gezeten en die op zoo n eigenaardige manier weer in zijn
geboortestad was teruggekeerd.
Teneinde Toontje's terugkeer feestelijk te vieren, werd er door
de jongens en meisjes een feestlied ingestudeerd, want het wat
gebleken, dat Toontje heelemaal was veranderd en iedereen
mocht hem even graag.
COMMISSIONS AIRS IN EFFECTEN
N. Z. Voorburgwal 158 Amsterdam
Telef. 40634 Beurs Telef. 49834
41634 na zes u. 80025
beroemd openingsrede voor het sociaal con
gres van 1891 in de ware zin socialist kon
worden genoemd?
En herinneren de ouden van dagen on
der ons zich niet, hoe de encycliek Rerum
Novarum van Paus Leo XIII, nu bijna een
halve eeuw geleden verschenen, zelfs door
kortzichtige katholieken bij haar uitvaar
diging voor socialistisch werd uitgekreten?
Wil men met socialistisch (wij katholie
ken spraken bij voorkeur van solidaristisch)
te verstaan geven, dat een politiek behoort
te worden gevolgd, die den naaste be
schouwt en behandelt als kameraad en
broeder, is dat woord dan zoo verwerpe
lijk?"
Hierin komt in ieder geval de „Volkskrant
met de „Maasbode" overeen, dat zü het zou be
treuren, wanneer men zich om een naam zou
onthouden van medewerking aan de revolutie,
welke zich thans voltrekt:
„Wij hebben te rekenen met de feiten
van den dag en met de ruïne van het ver
leden.
Men kan met de prachtigste beginselen
een afwachtende houding aannemen, met
het gevolg dat men overhoop geloopen wordt
en niets bereikt, ook niets voorkomt.
En men kan zorgen dat men er bij is om
de revolutie of noem ze anders een
bepaalde richting te geven, ongewenschte
uitwassen af te snijden en voor land en
volk in de bres be staan.
Het wil ons voorkomen, dat onthouding
de minst gewenschte houding is die men
kan aannemen.
Benamingen, ook al acht men ze min
der juist of aanleiding gevend tot verwar
ring zijn ten slotte bijkomstigheden.
Een dynamiek die men uitschakelt omdat
men op de plaats rust voorschrijft, is geen
dynamiek.
Een hervormingsdrang, die zich zelf bui.
ten gebruik stelt, is geen levenwekkende
kracht.
Met woorden schermen is geen werk voor
dezen tijd, die daden vraagt.
Niet aan het woord, aan de daad zal men
den Christen van heden herkennen.
Op 52-jarigen leeftijd is te Kerkrade overle
den, na een langdurige ziekte, voorzien van de
H. H. Sacramenten der Sterv«mden, de heer A.
Knubben, gep. mijnwerker van de Domaniale
Mijn. Hij was een der pioniers van de mijnwer
kersbeweging in de mijnstreek. Hij was lid
werknemer van den Raad ran Beroep, lid van
het Kerkbestuur der parochie St. Catharina en
bestuurslid van het oude ondersteuningsfonds
der Domaniale Mijn.