Duitsche vliegers in Italië Successen in tweede halfjaar van 1940 Verduistering vr Gelukkig Nieuwjaar PAUSELIJKE WOORDEN TOT DE JEUGD Telegramwisseling Hitler-Mussolini Incident te Cristobal De ware christen is op de hoogte van alle tijden Zweedsche koopvaardij heeft 78 schepen verloren 45 millioen kg- hommen op Engeland Ryti confereert over vorming van nieuw kabinet Wensch van Roosevelt voor den Koning-Keizer VHÖEEMIGDE KATHOLIEKE PERS VRIJDAG 3 JANUARI 1941 - OCHTENDBLAD BWR. VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: MASS AULA AN 51 - TEL. 13865 - GIRO 22884 /toorvnementsprijs (bij vooruitbetaling) voor Waartem 25 cent per week; per kwartaal f 3.25. BH onze Agenten 27% et. per week, per kwartaal f 3.58 DAGBLAD MET OCHTEND- EN AVONO-EDITtE VIER EN ZESTIGSTE JAARGANG No. 22781 Italiaansche vliegers weer van het Kanaal teruggekeerd Weermacht rapporteert over De luchtactie tegen Engeland KUNSTCOLLECTIE HEARST ZAL WORDEN GEVEILD ö.a. een Spaansch klooster en Nederlandsche kasteelen DE BETREKKINGEN VAN BERLIJN MET VICHY NIEUWJAARSBOODSCHAP VAN BONDSPRESIDENT WETTER Overlevenden van Britsche schepen naar Australië Ook Von Ribbentrop verzond zijn Nieuwjaarswenschen Britsche matrozen hijschen hun vlag op Duitsch consulaat PLOTSELINGE DOOI IN JOEGO-SLA Vlë Hevige griepepidemie als onaan genaam gevolg „Rusland moet vóór alles de defensie verzorgen" Hoofdartikel in de Prawda NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Advertentieprijzen: Per lossen regel 50 ct., (ngez. mededeetóngen 50 cent; idem op pag. één 65 cent per regel. Bij contract steek verlaagde prijzen. Voor prijzen der „Omroepers" zie de rubriek ERGENS IN ITALIË, 2 Jan. (Stefani). Ter gelegenheid van de aankomst van en kele afdeelingen van het Duitsche luehtleger In Italië heeft de chef van den Daliaanschen luchtstaf, generaal Pricolo, een dagorder gepubliceerd, waarin verklaard wordt, dat het Duitsche luchtcorps zal deelnemen aan den strijd in de tucht en ter zee in de Mid- dellandsche Zee, waar de vijand zijn krach ten concentreert, en tl at dit corps als een groote Italiaansche eenheid beschouwd moet worden. De gemeenschappelijke strijd zal de Duitseh-Itallaansche wapenbroederschap wijden. Naar Stefani verder bericht heeft maarschalk Kesselring, ter gelegenheid van den terugkeer van het Italiaansche vlieger korps, dat. vanuit een luchthaven aan het Kanaal deelgenomen had aan de luchtaanvallen op Engeland, een brief gericht tot den commandant van dit corps, waarin hij zijn dank uitspreekt voor de samen werking in den geeneenschappelijken strijd en verklaart, dat de formatie jagers, die aan het Kanaal blijft, de schakel zal vormen die getuigt van de voortdurende solidariteit tusschen de Italiaansche en de Duitsche luchtmacht. Het verheugt den maarschalk in zijn brief te herinneren aan de doeltreffende medewerking van het Italiaansche luchtcorps, dat vele be wijzen van zijn strijdlust gegeven heeft, on danks ongunstige weersomstandigheden en tech nische moeilijkheden. De Italiaansche vliegers hebben bewezen den strijd met de Engelsche Spitfires niet te vreezen en belangrijke militaire doelen in Engeland getroffen. Maarschalk Kesselring beëindigde zijn brief door uiting te geven aan zijn vreugde, dat hij aan het Italiaansche luchtcorps de eerste sectie van de luchtvloot „Adlerschild" kan overdragen, die hij opgericht heeft, en door den wensch nopens een gemeenschappelijke overwinning uit te spreken. Zonsondergang 3 Jan. 17.40 Zonsopgang 4 Jan. 9.50 Maanopkomst 12.24 ondergang 0.24 In het Januari-nummer van het N. S. Maand blad van de Nederlandsche Spoorwegen staat de volgende Nieuwjaarswensch: Mijn beproefde reisgenooten, 'k Wensch U allen met elkaar veel geluk en heel veel voorspoed in het pas begonnen jaar. Samen zijn we door het oude met veel moeite heengegaan en voor niemand zijn die maanden zonder leed voorbijgegaan. Ieder bracht zijn eigen offer op het altaar van den tijd; zelfs ik met zooveel ervaring raakte er soms den draad door kwijt; 'kLoop niet meer zoo vlug als vroeger, 'kBen soms knapjes over tijd en 'k mis 's avonds in het donker veel van mijn gezelligheid. 't Spijt me, beste reisgenooten, veel meer dan ik ze; gen kan, maar U allen kent de reden en U weet er alles van. Ik, die meer dan honderd jaren door de wereld ben gegaan, ik beloof dat ik m'ook nu niet uit het veld zal laten slaan. 'k Dank U voor Uw medewerking in het jaar dat henenging. 'kHoud Uw aller medeleven dankbaar in herinnering. En ik hoop dat U ook verder, in het nieuw begonnen jaar mij blijft steunen en begrijpen, want dan helpen wij elkaar. Samenwerkend komen we allen 't best de moeilijkheden door! Nogmaals, veel geluk en voorspoed van Uw lotgenoot. H. E. T. Spoor In een begeleidend herderlijk schrijven aan de geestelijkheid van het aartsbisdom geeft Z.Em. de kardinaal-aartsbisschop van Mechelen den tekst weer van de toespraak, welke Z. H. de Paus heeft gehouden tot de jeugd van de Katholieke Actie. Aldus meldt de Brusselsche correspondent van de Maas bode. De Pauselijke toespraak luidde als volgt: „Al wat spreekt van lichaamsoefeningen, van mededinging, van wedijver, van sport, wekt de belangstelling van de jeugd van heden op en trekt haar aan. Christelijke jongemannen weten echter, dat de bewegingen van den geest en in het bijzonder de wedloop van de wetenschap, het vooruit rukken op het geheimvol en soms moeilijk terrein van de Openbaring, de drang naar de goedheid en de heiligheid, nog schoo ner, nog edeler en nog aantrekkelijker zijn, naarmate de kennis en de deugd van de ziel de kracht van de spieren en de zoo kortstondige lenigheid en vlugheid van de ledematen over treft. De lichaamskracht, die samen gaat met den bloei van uw jeugd, wordt noch verminderd noch verlaagd, maar daarentegen verhoogd en veredeld door de studie van de godsdienstige beschaving en door de deugd, die de harts tochten bedwingt; ook in dien zin kan men het woord van den Latijnschen dichter verstaan: STOCKHOLM, 2 Jan. (DH.B.) Volgens een heden door Nya Dagligt Allehanda gepubliceerde voorloopige statistiek betreffende de verliezen der Zweedsche koopvaardijvloot sedert het begin van den oorlog neeft Zweden 78 koopvaardij schepen met 'n totale tonnage van 184.450 br.reg. ton verloren. Hierbij komen nog de verliezen aan visschersvaartuigen, t.w. 7 schepen met een totale tonnage van 312 br.reg. ton. BERLIJN, 2 Jan. (D.N.B) Het opper bevel der weermacht publiceert een rapport over de oorlogssuccessen in het tweede half jaar 1940, waarin o.a. gezegd wordt: Het oorlogsjaar 1940 was een jaar van Duit sche overwinningen. Daar de Engelsche propa ganda heeft getracht, de unieke successen van de Duitsche weermacht eerst te ontkennen en toen te verkleinen, heeft zij iedere geloofwaar digheid verloren. Tenslotte moest zij zich echter toch buigen voor het feit, dat Duitschland de door de blokkade in gevaar gebrachte nauwe Ncordzeebasis heeft doen springen en haar uit gebreid heeft tot een gebied, dat zich uitstrekt van de Noordkaap tot de Spaansche grens en dat het mogelijk maakt, Engeland zelf doode- lijke slagen toe te brengen. Sedert het begin van den wapenstilstand met Frankrijk zijn de voorbereidingen voor den strijd tegen Engeland begonnen. Terwijl divisies van het leger de Fransche Atlantische kust tot aan de Spaansche grens bezetten, de resteerende steunpunten van de Maginotlinie zuiverden en den onoverzienbaren buit schiftten, hebben de marine en de luchtmacht zich gereed gemaakt den strijd tegen Engeland te beginnen. De Italiaansche weermacht hield intusschen steeds sterkere Britsche strijdkrachten vast. De ma rine kweet zich in korten tijd van de moeilijke taak, alle in bezit genomen vijandelijke kust gebieden van de Noordelijke IJszee tot de Golf van Biscaye met spoed te beveiligen. Bijzonder succesvol was het optreden van zeestrijdkrachten in overzeesche wateren. Tel kens wanneer de vijand de activiteit van de Duitsche kaperschepen trachtte te belemmeren, leverden Duitsche oorlogsschepen met hem zee gevechten, waaruit zij zelf m.et succes en ten volle strijdvaardig te voorschijn kwamen, ter wijl de tegenstander met beschadigingen en verliezen het tooneel van den strijd moest ver laten en de dichtsbijzijnde haven moest op zoeken. Zoo zag zich de vijandelijke leiding van den zeeoorlog voortdurend voor nieuwe ver rassingen geplaatst. Aan deze gevechtshande lingen der marine, in vereeniging met de aan vallen der luchtmacht, viel een aanzienlijk aantal Britsche oorlogsschepen ten offer. Door de marine werden 12 torpedojagers, 8 duikboo- ten, 9 hulpkruisers, 3 kanonneerbooten en 63 kleine oorlogsvaartuigen, door de luchtmacht ln totaal 32 verschillende eenheden der Brit sche marine tot zinken gebracht. De totale tonnage van deze tot zinken gebrachte oorlogs schepen bedraagt rond 190.000 ton In nog veel grootere mate kreeg de Britsche koopvaardij de gevolgen van de nieuw veroverde breede en dicht bij Engeland gelegen bases te bespeuren, In samenwerking met duikbooten van de Italiaansche marine hebben Duitsche duikbooten haar successen steeds meer opge voerd. De stijgende cijfers betreffende tot zinken gebrachte schepen beteekenen een aantasting van de levensaders van het Britsche eiland. Voor de eerste maal konden ook door bewa pende koopvaardijschepen in overzeesche wate ren vijandelijke schepen voor goeden prijs ver klaard en naar Duitsche havens opgebracht wor den. Tegelijkertijd brachten Duitsche gevechts- en duikvliegers door onvermoeide aanvallen op Britsche convooien en afzonderlijk varende koopvaardijschepen den tegenstander ernstige verliezen toe. Van IJsland tot de Noordkust van Afrika bewaakte de gewapende luchtverkenning het Atlantische luchtruim en verlichtte door haar lange-afstandsmeldingen de zware taak der Duitsche onderzeebooten. Daarnaast verloor Engeland van 25 Juni tot het einde van het jaar aan eigen of in zijn dienst varende koopvaardijschepen als gevolg van gevechtshandelingen der Duit sche marine 3.200.000 br.ton en door ge vechtshandelingen van de Duitsche Lucht macht meer dan 700.000 br.ton, dat is in to taal meer dan 3.900.000 br.ton. Daaronder zijn de resultaten van het leggen van mijnen, dat zich tot de verst verwijderde zeeën heeft uitgestrekt, tot dusver nog slechts voor een klein deel begrepen. Nog meer is voor den vijand uitgevallen door de beschadiging van minstens 264 koopvaardijschepen van ruim 2 millioen br.ton in totaal. Deze resultaten wer den met slechts geringe verliezen der marine behaald. Zij bedragen sedert den 25en Juni 3 tor pedobooten, 5 mijnenvegers, 8 duikbooten en 12 kleinere oorlogsvaartuigen. Een deel der ver loren gegane schepen kon gelicht en weer in dienst gesteld worden. Overigens zijn de verlie zen in het kader van het bewapeningsprogramma der marine, dat met inbegrip van de zwaarste slagschepen ongestoord verder werd uitgevoerd, niet slechts gecompenseerd, doch de marine kon integendeel op het punt van slagvaardigheid be langrijk versterkt worden Door gebruik te «naken van alle beschikbare middelen heeft de Duitsche luchtmacht na be ëindiging van den veldtocht in Frankrijk een paar weken den opmarsch voor den concentri- schen aanval op de Britsche eilanden voltooid. Sedert Mei heeft de Engelsche luchtmacht in nachtelijke vluchten Duitsch Rijksgebied aan gevallen, en daarbij vrijwel uitsluitend niet- militaire doelen getroffen. Den 8en Augustus begon de Duitsche vergel ding voor een vorm van den luchtoorlog, die Duitschland noch gewild noch aangevangen heeft, ofschoon alle voordeelen aan Duitschen kant lagen. Sedert dien hebben Duitsche ge vechtsformaties in meer dan 130 grootscheepsche aanvallen telkens tusschen de 100.000 en 700.000 kg. bommen uitgeworpen. Ofschoon reeds een aantal vijandelijke aanvallen op Berlijn vooraf was gegaan, werd de eerste vergeldingsaanval op de Britsche hoofdstad pas den 7en Septem ber ondernomen. Sindsdien heeft Londen mee gemaakt, wat aan de Duitsche steden was toe gedacht. Meer dan 450 maal luchtalarm en meer dan honderd Duitsche aanvallen, waaronder eenige van geweldigen omvang, hebben het nor male leven van deze stad gestoord en haven installaties, kaden en opslagplaatsen vernield. Sedert den 15en November strekken de Duit sche luchtaanvallen zich ook uit tot andere cen tra van de Britsche oorlogsindustrie. In 80 aan vallen in groot verband en 325 andere aanvallen op belangrijke industrieele bedrijven is de Brit sche bewapening, in het bijzonder in het Mid- den-Engelsche industriegebied zoo zwaar getrof fen, dat de vermindering der productie voor Engeland gevaarlijke afmetingen aanneemt. Daarnaast werd echter ook door 350 aanvallen op de belangrijkste havens aan den Britschen invoer en de capaciteit van deze invoerhavens zeer ernstige schade toegebracht. Ver over de duizend kleine aanvalsacties richtten zich tegen militaire doelen als vliegvelden, troepenkampen, tankparken, graanpakhuizen, electrische centra les en verkeerswerken. Tijdens deze vrijwel ononderbroken bombar dementen daagden formaties jagers en jacht- kruisers den tegenstander tot luchtgevechten uit en brachten hem zware verliezen toe. Zij beveiligden door haar escorte de gevechtsfor maties op de heen- en de thulsvlucht. Sedert den 25en Juni heeft de vijand aan vliegtuigen ongeveer het drievoudige verloren van de ver liezen der Duitsche luchtmacht. Sedert den 24en October hebben ook esca drilles van de Italiaansche luchtmacht zijde aan zijde met de Duitsche formaties met succes aan de aanvallen op Engeland deelgenomen. Vèrdragend geschut van het leger en de ma rine slaagde er herhaaldelijk in convooien, die door het Kanaal trachtten te varen, met ver- Hezen voor den tegenstander uiteen te drijven. Met goed gevolg werden ook militaire doelen in het gebied van Dover en ten Zuiden van Lon den aangevallen. Het vèrdragend geschut var den vijand beantwoordde het vuur slechts rfu en dan en zonder eenige uitwerking. Terwijl de Duitsche luchtmacht sedert den 8en Augustus meer dan 43 millioen kg. bri santbommen en meer dan 1.600.000 kg. brandbommen in meer dan 2.000 aanvals acties op strategische doelen van het Brit sche eiland heeft geworpen, bedroeg de door den vijand uitgeworpen bommenlast slechts rond een vijfentwintigste deel van deze hoe veelheden. Het meerendeel der vijandelijke bommen kwam terecht op woonwijken, o.a. op 30 zieken huizen en lazaretten, alsmede op 40 kerken en kerkhoven. De aangerichte militaire en oorlogs- economische schade is daarentegen gering. De Duitsche oorlogseconomie heeft er, over het ge heel genomen, niet in het minst schade door ondervonden. In tegenstelling met de strenge Engelsche censuur werden neutrale dagbladcorresponden ten in Duitschland in de gelegenheid gesteld, zich van de uitwerking der vijandelijke aanvallen in de volgens officieele Engelsche berichten bijzonder zwaar getroffen Duitsche steden te overtuigen. Van week tot week worden in En gelsche berichten hevige aanvallen op Duitsche steden gemeld, waarop geen enkele bom is ge vallen ja, waarboven niet eens gevlogen Is. De strijd tegen Engeland gaat voort. Tot dus ver Is de uitwerking veel grooter dan uiterlijk is te zien. Het jaar 1941 zal daarvan het bewijs brengen. Zekér van de overwinning, sterker en beter uitgerust dan ooit ziet de weermacht het komende jaar tegemoet. STOCKHOLM, 2 Jan. (DN.B.) Een eigen correspondentie van Svenska Dagbladet uit Londen meldt, dat de bekende Amerikaansche krantenuitgever Hearst zijn kunstverzamelingen wil veilen. Het blad verklaart dat dit wellicht de groot ste kunstverkooping wordt, die ooit gehouden is. Hearst heeft zijn schatten in meer dan vijftig jaar uit alle deelen der wereld bijeengebracht. Twee der bekendste warenhuizen, Gimbels en Sachs op Fift Avenue te New York, hebben ieder een geheele verdieping voor de uitstalling en verkooping van de verzameling beschikbaar gesteld. Deze bevat o.a. een geheel Spaansch klooster, dat steen na steen in 14.000 kisten verpakt werd, die sinds jaren in een pakhuis van zes verdiepingen te New York staan. De kosten van aankoop, verpakking en verzending bedroegen destijds een millioen dollar. De veiling omvat bovendien o.a. nog Engel sche heerenhuizen, Fransche en Nederlandsche kasteelen, voorts een ongelooflijk aantal mid- deleeuwsche geschilderde glazen, manuscripten, gobelins, schilderijen, meubelen, juweelen, tapij ten, autographieën enz. BERLIJN, 2 Jan. (A.NP.) De door een zeker deel van de buitenlandsche pers versprei de geruchten, als zouden de „diplomatieke be trekkingen" tusschen Duitschland en Frankrijk verbroken zijn, qualificeerde men vandaag in „Gratior (est) pulchro veniens in corpore vir tus. De deugd is beminnelijker, wanneer zij voor komt in een schoon lichaam" (Virg. Aeneis. V. 344). Evenzeer schittert in de jeugd de stout moedigheid van de lichaamskracht als van de deugd der ziel, indien er in de diepte van het hart een wil kiemt, die in de vrees van God bet begin vindt van de wijsheid, die den levensweg met licht overstraalt. Ook het leven in een mededinging, een wed loop naar de toekomst, die gij aanvoelt in uw bloed, in de kloppingen van uw hart en in de droomgezichten van uw geest. Van den rand van den weg ziet gij een doel, dat dient te worden veroverd; gij zoekt rondom u naar iemand, die u zou kunnen leiden en vergezellen, die u tusschen het kwaad en het goed aanwijst wat het beste is, en die u langs het pad van de deugd opleidt. GIJ zoekt een moeder, die uw meesteres zou zijn meer voor de ziel en den geest dan voor het lichaam en de stof. En waar hebt gij deze moeder en deze minzame meesteres gevonden? Waar hebt gij van haar een leven gekregen, niet van bloed «naar van geest? Een leering, die u den diepen oor sprong en de verheven bestemming van uw ziel openbaart? Als kleine kinderen, ternauwernood geboren, werd gij gedragen naar de kerk; het reinigings water stroomde over uw hoofd en voorhoofd; het zout der wijsheid werd op uwe lippen neer gelegd; uw borst werd gezalfd met de olie des heils; uw ziel, gezuiverd van de erfzonde, werd bovenmenschelijk omgevormd tot een engel des hemels. Wie verwezenlijkte dit wonder in u? Wie deed u herboren worden? Wie schonk u een nieuw leven, dat uw vader noch uw moeder u konden geven door het bloed? De Bruid van Christus, de Heilige Kerk, was de moeder van uw zielen die u, haar kinderen, met paradijselijke liefde op uw voorhoofd zoen de en u tegen haar boezem drukte als de kin deren van het bloed gestort door haar Godde- lijken Bruidegom, die u lief had en Zich voor u aan den dood overleverde Door het gebaar en het woord van haar pries ter verricht zij in u dit groot mirakel van de goddelijke genade; mysterie van de verloste ziel, afgrond van Gods rechtvaardigheid en barmhar tigheid in uw zaligmakende uitverkiezing door het herstellend Doopsel. Alsdan maakte de ge nade met de bloemknoppen van het geloof, van de hoop, van de liefde en van al de andere in gestorte deugden u deelachtig aan de goddelijke natuur; en gij antwoorddet, door den mond van uw peter en meter, aan onze Moeder de Heilige Kerk, die u vroeg uw geloofsbelijdenis af te leg gen, dat gij geloofdet in God, den Vader almach tig, Schepper van hemel en aarde; dat gij ge loofdet in Jezus Christus, Zijn ecnigen Zoon, onzen Heer, die geboren werd en geleden heeft; dat gij geloofdet in den Heiligen Geest, in de Heilige Katholieke Kerk, de gemeenschap der heiligen, de vergiffenis der zonden, de verrijzenis van het vleesch en het eeuwig leven. Maar indien de Kerk voor u een liefderijke Moeder was in het Doopsel, in het Vormsel was z;j v. een bemoedigende Meesteres, u bevestigend en versterkend in het geloof en in de deugd tegen de geestelijke vijanden, die uw verstand be dreigen en uw wil om het goede te doen. Door de wonderbare gaven van den Heiligen Geest, omkleedde zij u, als soldaten van Christus, als kruisvaarders, ridders van het geloof en van de deugd, met die goddelijke wapenrusting, waar over de Apostel Paulus in zulke verheven bewoor dingen sprak in zijn brief aan de Ephesiërs, wan neer hij de eerste christenen aanspoorde tot den strijd tegen de machten der duisternissen (Verg. Eph., VI, 10 vlg.). Ziedaar, o jongelingen, het proefveld voor uw christelijke waardigheid, waartoe de Kerk, Moeder en Meesteres van hel den, u leidt en opvoedt. De jeugd, steeds geneigd er zich op te beroemen, dat zij niets vreest, vreest noch tans dikwijls en is er voor beducht niet modern genoeg, niet op de hoogte van haar tijd te schijnen, of, zooals sommigen zeggen, niet „a la page" te zijn. Maar de ware Christen is steeds op de hoogte van alle tijden. Ontwikkelt de jeugd zich niet stoutmoedig, èn voor het Vaderland dat zij vurig bemint en trouw steunt en verdedigt, èn voor het geloof in de strijdende gelederen van het christelijk leven? Wilt gij, Katholieke jongelingen, zijn zooals het huidig uur dit vereischt, zooals zij zijn moeten in de eeuw waarin de Heer u deed leven en werken? Hebt vooral dit geloof, dat met „het hart ge looft om gerechtvaardigd te worden en met den mond belijdt om zalig te worden" dat verlicht geloof, rationabile obsequium vestrum (Rom. X, de Wilhelmstrasse als volkomen onzin; zulks in antwoord op vragen van persvertegenwoor digers. Zuiver juridisch kunnen de betrekkingen tusschen Duitschland en Frankrijk onder de huidige omstandigheden in het geheel niet als „diplomatiek" aangeduid worden, ofschoon deze betrekkingen zich niet uitsluitend tot een wa penstilstandscommissie beperken, doch daar naast en bovenden door de benoemde buiten gewone ambassadeurs Abetz en de Brinon waar genomen worden. Overigens zijn, naar men hier in dit verband betoogt, in de verhouding tus schen Duitschland en Frankrijk, die sedert de ontmoeting van den Führer met maarschalk Pétain in grondtrekken bekend is, geenerlei wij zigingen ingetreden. BERN, 2 Jan. (Stefani) De nieuwe Zwitser- sche Bondspresident, Wetter, heeft op Nieuw jaarsmorgen zijn ambt aanvaard. In een bood schap aan het land laat hij de waarschuwing hooren, dat de toekomst ook Zwitserland nog veel zwaardere ontberingen dan die van het cogenblik kan opleggen. De jongste gebeurtenis sen hebben getoond, dat, hoewel Zwitserland nauwgezet zijn neutraliteit in acht heeft geno men ook directe oorlogsschade het land niet ge spaard is gebleven Maar Zwitserland zal zijn plicht blijven vervullen. Ten slotte betoogde de president, dat er naar gestreefd dient te worden, op elk gebied de productie op te voeren. De Bondsraad is thans als volgt samengesteld: Wetter, bondspresident en leider van het depar tement van Financiën; Etter, vice-president en leider van het departement van Binnenlandsche Zaken; Pilet, leider van het departement van Buitenlandsche Zaken; Celio, Posterijen en Spoorwegen; Stampfli, Economische Zaken; Von Steigner, Justitie en Politie, en Kobelte, leider van het militaire departement. 10), de redelijke hulde van uwentwege, die vuur veronderstelt in het hart en licht in het ver stand; licht dat bij machte is, aan uzelf en aan anderen te bewijzen, niet de onuitsprekelijke verborgen waarheid van de geheimen, die God geopenbaard heeft, maar de verstandelijke rede nen van haar geloofwaardigheid. Men zou im mers niet gelooven, indien het verstand niet zag. dat men gelooven moet. Hebt een breed en hartelijk geloof, met alle natuurlijk licht bevriend, dat, verre van vijandig te staan tegenover den vooruitgang van de we tenschappen en van de kunsten, vooruitrukt naar de uitgestrekte velden, die openliggen vooi 't verstand, om daarna samen te werken bij 't zoeken van 't Ware, van het Goede, van het Schoone, mits gij u steeds hoedt voor gevaarlijke afwijkingen. Gij zijt jong; maar zooals de Apos tel Paulus het aan de Ephesiërs zeide: weest geen „kinderen meer als een vloed bewogen en heen en weer gedreven door eiken wind der leering, door bedriegerij der menschen. door sluwe verleiding tot dwalingen!" (Eph. IV, 14). Hebt een eerlijk en verstandig geloof, zonder vooroordeelen, dat het bijgeloof misprijst en het menschelijk opzicht overwint, dat zich niet door bedreigingen of spotternijen laat ontmoedigen en zich evenmin laat verlokken door kortstondige winsten of eerbetuigingen. Hebt een blijmoe dig en broederlijk geloof, en dat met uw immer groeiend geloofd in eenieder van u de liefde overvloedig worde (II Thess. I 3). Uw geloof zij er een, dat zich niet opsluit in zijn ivoren toren, maar dat zich in een min- zamen geest van „kameraadschap" inspant om in zijn midden de harten te veroveren en de zielen te winnen voor Jezus Christus. Hebt ten slotte een moedig en strijdend geloof, zooals het past aan hem, die vertrouwen heeft in Christus, overwinnaar van de wereld. Zulke jongelingen, zulke athleten zijn er thans noodig. Er was een tijd toen de Katholieke jongeman, zonder tegenstand of gevaar, zijn geloof kon beleven. Het was hem, om zoo te zeggen, moge lijk zich te laten aantrekken en meevoeren met al wat hem omringde en waarin hij zich be woog als een lenige en buigbare bloem drijvende op de golven van het christendom. Heden ten dage heeft de wind van het laïcisme over de wereld gewaaid; hij is doorgedrongen tot in al de werelddeelen en is reeds zoo diep in de zielen van de volkeren binnengeslopen, zelfs van degenen, die 't meest traditioneel Katholiek zijn, dat de christelijke jongeling, midden in de sa menleving, om zijn geloof levendig te bewaren, de stoutmoedigheid moet hebben stroomop waarts te varen tegen den geweldigen vloed van materialisme, van godsdienstige onverschillig heid, van zinnelijkheid, van teugellooze genot zucht. Maar waar die mannelijke stoutmoedig heid gevonden, die niets anders is dan een hei lige durf, tenzij bij een met een onverschokken geest en hoop bezielde jeugd, bij een sterke en wijze, edele en reine jeugd als de uwe? .Tu ne cede malis, sed contra audentior ito". „Wat u betreft, geef niet toe aan het kwaad, maar ga daarentegen met meer durf vooruit." (Virg. Aeneis. VI, 95). Ziet rondom u en zegt mij of gij, die op gevoed wordt in de hemelsche dingen, voor den dienst en de liefde tot Jezus Christus niet zoudt durven wat anderen durven en uitstaan voor een aardsch en broos iaeaal. Ziet rondom u en zegt mij of het geen schan delijk schouwspel zou zijn te moeten zien, dat de jeugd „zonder God" vaker en vu riger aan God denkt, om Hem te loochenen en te doen verloochenen, om Hem te haten en te doen haten, dan gij, Katholieke jongelingen, om Hem te beminnen en te dienen en Hem te doen dienen en beminnen. Laat ons, dierbare zonen, aan eenieder van u herhalen, wat tot een jongen overwinnenden boogschutter werd gezegd: „Macte nova virtute, puer: sic itur ad astra. Wapen u met nieuwen moed, knaap, zoo klimt men op tot de sterren." CVig. Oeneis IX, 541). Is de Kerk Moeder en Meesteres, dan is de leer, die uw aalmoezeniers u voorhielden niets anders dan de leer van Christus, eenigen Mees ter van de Kerk, zooals Hijzelf het zeide aan Zijn Apostelen, de toekomstige boodschappers van het Evangelie: „Magister vester unus est, Christus. Gij hebt slechts één Meester, Chris tus". (Matth. XXVIII, 10). En welke Meester! Een Meester, die de Menschgeworden Wijsheid zelve van God is, eeuwig, oneindig, „door Wien alles gemaakt werd en zonder Wien niets ge maakt werd van al wat bestaat" (Jo. I, 3), die de sterren vooruitstuwde in haar loop door het hemelgewelf, die den weg van de zon, van de aarde, van de planeten afbakende en de we reld overleverde aan t oog van het menschelijk verstand om, zonder er ooit volledig in te sla gen, de geheimen te ontsluieren, die Zijn hand in den schoot der natuur heeft opgeborgen. En nochtans heeft deze Meester, in Wien al de schatten van de wijsheid en van de weten schap zijn (Col. II, 3), ons noch de beweging van de hemelen, noch den bouw van de sterren, noch de verborgen wonderen van het heelal ge leerd; maar, uit den hemel op de aarde neer gedaald, zocht Hij de ellendige zonen van Adam slechts op, om wille van het beeld en de gelij kenis die Hij van Zich, met den Vader en met den Heiligen Geest, op het voorhoofd van Adam had gedrukt, met wiens natuur Hij Zich daarna, om hem uit zijn val te doen opstaan, in het middelpunt van de eeuwen, omkleedde Gelijk geworden aan de menschen, zocht Hij de zielen in de menschen; wijl de ziel de bron is van 's menschen adel en grootheid en van zijn onsterfelijke lotsbestemming. Christus openbaarde aan den mensch God in de Drieëenheid van de Personen, en tegelijker tijd openbaarde Hij den mensch aan zichzelf, opdat hij zou weten en gelooven, dat het eeuwig leven hierin bestaat, den Vader, die in de he melen is, te kennen als den eenig waren God, en Dengene, Dien Hij gezonden heeft, Jezus Chris tus." (Jo. XVII, 8). HELSINKI, 2 Jan. (D.N.B.). Staatspresident Ryti is heden begonnen met de besprekingen over de vorming van een nieuw kabinet. Zooals wordt verklaard is heden nog geen beslissing te verwachten. SJANGHAI, 2 Jan. (D.N.B.)De overlevenden van de tien Engelsche of voor Engelsche reke ning varende schepen, die in den Stillen Oceaan door een Duitschen kaper tot zinken zijn ge bracht, zijn volgens berichten uit Melbourne reeds van het eiland Emeraoe naar Australië overgebracht. Zij verklaarden, dat hun behan deling door de Duitschers goed geweest is. BERLIJN, 2 Jan. (D.N.B.). Bij de jaarwisseling zijn telegrafische gelukwenschen gewisseld tus schen den Führer en talrijke staatshoofden en regeeringschefs, zoo tusschen den Führer en den Koning van Italië en Albanië, Keizer van Abessinië. Aan Mussolini heeft Hitier het volgende tele gram gericht: „Bij den aanvang van het nieuwe Jaar gedenk ik u, Duce, in hartelijke verbondenheid. Het komende jaar zal het nationaal-socialistische Duitschland en het fascistische Italië in onwrik baar vertrouwen en ijzeren vastbeslotenheid zien strijden tot de beslissende nederlaag van den vijand. In dezen geest groet ik u, Duce". Mussolini antwoordde met het volgende tele gram: „Ik dank u voor den groet en de wen- schen, die ge mij hebt doen toekomen en die ik met dezelfde hartelijkheid beantwoord. Ook in het jaar 1941 zullen onze revoluties en onze volken in beproefde, broederlijke kameraadschap gemeenschappelijk naar de overwinning opruk ken en strijden". De Duitsche minister van Buitenlandsche Za ken, von Ribbentrop, heeft gelukwenschen doen toekomen aan Mussolini, den Japanschen mi nisterpresident, Konoje den Japanschen mi nister van Buitenlandsche Zaken, Ciano. en den Japanschen minister van Buitenlandsche Zaken, Matsoeoka. Verder heeft hij de gelukwenschen van den Roemeenschen staatsleider, Antonescoe, den Slowaakschen minister-president, Tuka, en den Hongaarschen minister van Buitenlandsche Zaken, Csaky, hartelijk beantwoord. CRISTOBAL, (Panama-kanaalzone), 2 Jan. (D.N.B.). In den nacht van 30 op 31 December heeft een troep beschonken Engelsche matrozen het officieele schild van het Duitsche consulaat alhiér afgerukt en aan den vlaggestok van het consulaat de Britsche vlag geheschen. De Ame rikaansche politie der Kanaalzone heeft later aan boord van een Engelsch schip het consu- laatschild kunnen opsporen. Twee matrozen, die worden verdacht, de daders te zijn, werden ge arresteerd. Het gebeurde heeft hier veel opzien gebaard, daar het niet het eerste exces is, waaraan Brit sche matrozen zich bij het passagieren in de Kanaalzone hebben schuldig gemaakt. De gou verneur der Kanaalzone heeft den Duitschen consul zijn leedwezen naar aanleiding van het gebeurde betuigd en medegedeeld, dat de daders strafrechtelijk vervolgd zullen worden. ROME, 2 Jan. (DN.B.). In Italiaansche poli tieke kringen alhier verklaart men ten aknzien van den Nieuwjaarswensch, dien president Roosevelt aan den Koning-Keizer heeft gezonden, dat zulk een telegramwisseling behoort tot de gebruikelijke bewijzen van hoffelijkheid. Waar Roosevelt voor Italië een vrede in gerechtigheid hoopt te zien komen, vindt deze wensch nier een gunstig onthaal, vooral omdat de as de uitdruk king „vrede in gerechtigheid" heeft geschapen en daarvoor steeds op de bres stond. Zuik een vrede beteekent voor Italië natuurlijk vrijheid zijner verbindingswegen, vrijheid ter zee en be vrijding voor Europa van elke Britsche inmen ging of voogdij. BELGRADO, 2 Jan. (DN-B.) In alle dee len van Joego Slavië is het weer plotseling om geslagen. Op Nieuwjaarsdag werden tempera turen tot twaalf graden boven nul gemeten, ter wijl het nog kort te voren vrijwel overal twintig graden vroor. Het gevolg was dat de sneeuw ging smelten. Een onaangenaam uitvloeisel vormt een he vige griepepidemie, die ten deele kwaadaardig van karakter is. Naar schatting zijn er alleen in Belgrado al 60.000 patiënten. MOSKOU, 1 Jan. (Tass). Het jaar 1940, aldus vangt een hoofdartikel in de „Prawda" aan, zal in de geschiedenis geboekstaafd blijven als een jaar dat rijk was aan groote gebeur tenissen. Na gewezen te hebben op hetgeen in het afgeloopen jaar door de Sovjet-Unie bereikt is, vervolgt het blad: „Wij mogen ons niet tevre den stellen met hetgeen tot stand is gebracht. Onder de omstandigheden van den tweeden wereldoorlog hebben de imperialistische staten door middel van een algemeene militarisatie de vervaardiging van wapens van allerlei aard ontzaglijk uitgebreid. Het oorlogsgevaar voor ons land is toegeno men, de internationale toestand is bijzonder ingewikkeld geworden en er kan zich van alles voordoen. De eisch van het nieuwe jaar 1941 is, dat bij al ons werk de defensiebei angen van het land van het socialisme steeds en overal op den voorgrond staan. Hiermede moet bij al ons werk rekening worden gehouden en cit moet voor iederen burger van den Sovjetstaat de hoogste wet worden."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 1