SAMBO DE OLIFANT Laatste Nieuws Beursoverzicht BEURS VAN AMSTERDAM ff BOUVY-4^ luuoetotehentfeoaf ge&u jacCcum. |!|rabclla Biologie met wijde perspectieven Prof. Jordan over causale verklaring van het Leven Aanvallen aan Grieksche front afgeslagen WESTERWOUDT HöFTE II de verschrikkelijke DOOR BERTHA RUCK VRIJDAG 3 JANUARI 1941 EEN GAINSBOROUGH? Te voorschijn gekomen uit een pakhuis Italiaansch weermachtsbericht G. G. WALRAVEN Benoemd tot commissaris van politie te 's Gravenhage MEISJE TE HEEMSTEDE VERMIST Markt in reactie; kalme handel. ADVIEZEN VOOR BELEGGINGEN Verder verloop MARKTEN VRIJDAG 3 JANUARI 1941 Het is nog niet lang geleden, dat natuur- philosophie beschouwd werd als een stokpaardje van enkele onverbeterlijke metaphysici, die maar niet wilden inzien hoe de triomftocht der exacte wetenschappen hun abstracte constructies over bodig had gemaakt. Thans schrijft een beroemd physicus als de Nobelprijswinnaar Max Planck ir- Die Na-i-.vwiss-nrchaften, dat hij „het mete- physisch reëele als onontbeerlijke premisse der natuurwetenschap beschouwt, en het geloof daaraan als den wortel van den onderzoekings- drang der geleerden" en deze uitlating is zeker in overeenstemming met 't inzicht van vele onderzoekers. Zelfs kan men waarnemen, hoe er teekenen aanwezig zijn van een wijsbegeerte der natuur, die juist in natuurwetenschappelijke kringen groeiende is en wellicht eens zeer waardevolle resultaten zal afwerpen. In ons land is het aantal der physici en bio logen. die een wijsgeerige visie op het natuur gebeuren voorstaan, zeker niet groot Maar wel vindt men onder hen een figuur als den Utrecht- schen hoogleeraar. prof. H J. Jordan, die reeds in verschillende geschriften de vraag behandel de, waarin de eigen kenmerken van het orga nisch leven moeten worden gezocht En deze dierphysioloog toont daarbij steeds een philo- sophische scholing te bezitten, waardoor inder daad een vruchtbare bespreking der vraag: „Wat is het organisch leven?" mogelijk blijkt te worden. Wij verheugen ons daarom over het feit, dat prof. Jordan zijn Inzichten op dit ge bied in duidelijken vortn heeft samengevat door een boekje, hetwelk in de serie „Uit Leven en Wetenschap" is verschenen (N.V. Noord-Hollandsche Uitgevers Mij., Amster dam 1940). De titel luidt: „De causale ver klaring van het Leven. Haar invloed op het godsdienstig en wijsgeerig denken" Hieruit blijkt reeds, dat den schrijver van meet af aan de wijde perspectieven voor oogen ston den, waartoe zijn onderwerp kan voeren. De biologie immers wordt wel en terecht tot de natuurwetenschappen gerekend, maar neemt daaronder dan toch een bijzondere plaats in, omdat in het levende wezen zoo duidelijk een hoogere ordening van processen zichtbaar wordt. Zij is daardoor tevens verwant aan de echte geesteswetenschappen, en bepaalde stroomingen in de theoretische biologie oefenden dan ook een duidelijken invloed op veler levensbeschou wing uit. Men denke slechts aan de materia listische theorieën over het organisch leven van een Ernst Haeckel, die langen tijd voor velen den godsdienst als het ware vervingen. De in vloed dezer eenzijdig „causaal" georiënteerde verklaringswijze van het leven, dat daardoor ineenschrompelde tot een ingewikkeld samen stel van zuiver physische cn chemische oorzaken en volstrekt niets meer dan dat, is nog waar te nemen, zooals uit biologische geschriften kan blijken. Daarom ook bezit Jordan's boekje, waar in juist deze „causale verklaring" nader op haar waarde en onwaarde wordt onderzocht, zeker actueele waarde. Waardevol is dit ook door den origineelen be toogtrant. De auteur redeneert als bioloog, die zich niet van te voren aan een bepaald wijsgee rig stelsel wil binden; en deze onbevangenheid verhoogt zeker de waarde van vele zijner be schouwingen, Tenminste voorzoover hij er werkelijk in slaagt bepaalde apriorismen, die aan bepaalde wijsgeeren werden ontleend en niet voldoende verantwoord zijn, inderdaad te vermijden. Er is op sommige punten van zijn betoog een duidelijk Kantiaansche inslag waar neembaar, die voor ons de waarde van enkele der conclusies verzwakt. En tevens verklaart waarom Jordan soms blijkt te worstelen met een dualisme, waarin voor de vraag: hoe de krach ten der anorganische natuur in het organisme aan het leven dienstbaar werden, geen bevre digend antwoord wordt gevonden. Zoo kan men als lacune in zijn betoog oJ. aanmerken het bezigen van een beperkt cau- saliteitsbegrip, dat alleen werkoorzaken van mechanischen aard omvat. Aristoteles reeds dacht synthetischer, door het doel tevens als „oorzaak" te betitelen. De Utrechtsche hoog leeraar echter is gewoonlijk zeer ad rem bij zijn kritiek tegen het „causaal dogmatisme" van Haeckel cs., maar faalt soms bij een meer eonstructieven gedachtengang. Of beter gezegd: hij beperkt zich dan strikt tot conclusies, die de grenzen der theoretische biologie niet over- Een paar matrozen liepen toe en merkten, dat Flip een flinke wond aan zijn hoofd had. Half versuft werd hij naar zijn kooi gedragen en toen hy weer goed wakker werd, lag hij in bed met een verbonden hoofd. Jan kwam net aanloopen met een glas melk en Hobby, het hondje, kwam ook eens kijken. Na een paar dagen, toen Flip wat opgeknapt was, zei de ka pitein: „Jullie hebt je goeden wil getoond, voor matroos zijn jullie niet geschikt. Jullie worden koksmaatjes en moeten mij bedienen." Dat beviel den jongens best. schrijden. Waagt hij zich echter een enkele maal op echt natuurphilosophisch gebied, dan blijft de invloed zichtbaar van een Kantiaansch-sub- jectieven gedachtengang, die tenslotte slechts een geforceerde eenheid tusschen natuurweten schappelijk en wijsgeerig denken weet te be reiken. Overigens echter vindt men in dit werkje veel heldere en waardevolle gedachten, die tevens afdoende kritiek op een materialistische visie bevatten. Dit blijkt om. bij de bespreking der bekende proeven van Pawlow, waartegenover de éénheid van het psychisch leven wordt beklem toond. Ook spreekt Jordan duidelijk de waarheid uit, dat geest en stof niet tot elkaar kunnen worden herleid. Merkwaardig is verder het feit, hetwelk overigens in de biologische literatuur volstrekt niet alléén staat, dat vanzelf, vooral bjj bespreking van ontwikkelingsprocessen, aan het potentie-begrip groote waarde wordt toege kend. Men kan dan ook de beschouwingen van dezen wysgeerig georiënteerden physioloog op vele plaatsen betitelen als prolegomena voor een gezonde natuurphilosophie ook al is de auteur huiverig op dit gebied con clusies te trekken, die soms toch wel voor de hand liggen. Tevens vindt men hierby velerlei moderne ge gevens op biologisch gebied op duidelyke wijze besproken en tevens zoo dat de diepere betee kenis dezer feiten zichtbaar wordt. Vooral trof ons de heldere behandeling der vraag naar den aard der ultravira, waarbij de schrijver tot de conclusie komt, dat discussie hierover dient te worden uitgesteld, tot door onderzoek meer hel derheid is verkregen. Als theoretisch bioloog ver dient Jordan dan ook herhaaldelijk onze op rechte bewondering; als wijsgeer echter volgt hij nog te zeer' een gedachtengang, die door haar subjectivistischen inslag een al te zwakke basis voor natuurphilosophie biedt. M. B. N.V. Taaainiou Efa>-Qw»Bejiwn In het Dordtsch Museum hangt thans een landschap, dat aan den Engelschen schilder Thomas Gain borough (17271788) wordt toe geschreven. Het Rott. Nbld. vertelt op welke wijze het in het bezit is gekomen van iemand te Dordrecht Het was in 1938 dat een groothandelaar in schilderijen te Dordrecht een tip kreeg om eens naar Londen te gaan, waar hem een partij schilderijen zou worden getoond. Hoe groot de partij zou zijn en waar hij haar zou kunnen vinden, werd nog niet verklapt. Eerst moest hij door de tip betalen- De handelaar betaalde en werd in Londen naar een oud pakhuis ge bracht, waar niet minder dan vier duizend oude schilderijen onder stof van jaren opge borgen lagen. De partij had toebehoord aan een Engelschen collectionneur uit de vorige eeuw, heette het; en nu waren de erfgenamen in moeilijkheden geraakt. Reeds 25 jaar lagen de schilderijen daar en wie er zin in had moest alles ongezien nemen.... of laten liggen. Er waren wel eens candidaatkoopers op komen dagen, maar zy hadden het toch niet gewaagd, een paar duizend pond in.... een stofnest te steken. Wel mocht vermoed worden, dat er iets goeds onder zou zitten, maar het risico was toch te groot. De Dordtenaar was echter niet bang op zee en, uitgaande van de ervaring, dat de stout moedige dikwyls aan het langste eind trekt, sloot hy den koop. Kort voor den oorlog be reikten ettelijke karreVrachten de Merwestad en opnieuw Vulden de spanramen een oud pak huis tot de nok. De grossier engageerde een restaurateur en die toog aan den arbeid, we ken, maanden achtereen. Hij verfrischte de doeken, gaf ze de noodige vernisbaden en de koopman-eigenaar wierp er nieuwe, moderne of namaak-oude lysten om, zette ze ten deele voor zjjn winkelramen, liep met andere exemplaren de veilingen af en was met de winst tevreden. Hij kwam er op den duur wel mee uit en ver- moedelyk zeer goed, omdat de kwaliteit door- éengenomen, zonder nu bepaald uit te blinken, toch geenszins minderwaardig was. De meeste doeken waren Van de hand van 19de eeuwsche Engelsche schilders. Maar toen er na een half jaar nog geen en kel meesterwerk te voorschijn was gekomen, verslapte de aandacht en werden de handtee- keningen ternauwernood meer nagegaan. En zoo kon het gebeuren en gebeurde het, dat een ten deele schoongemaakt doek, voluit en duidelijk links onderaan gesigneerd: Thos. Gainsborough, 1776, dagen achtereen gewoon tusschen de rest in den winkel stond. Het landschap stond er rustig zijn beurt af te wachten, kreeg een encadrement en trok de aandacht van een Gorinchemschen collega, dié het werk overnam, omdat hij het mooi Vond. De naam zei hem blijkbaar niets. Juist was de koop gesloten, toen een Dordt- sche collectionneur binnentrad. Hij onderzocht het doek en bemerkte terstond met een ver doekt schilderij te doen te hebben, dat hem onmiddellijk vertelde, hoezeer de vroegere be zitter het had gewaardeerd, anders zou deze voor het behoud niet zooveel kosten hebben gemaakt en begreep, dat hier een gokje alles zins te verdedigen was. Hij kocht het doek en toen de mogelijkheid vast stond, dat er misschien een Gainsborough ontdekt .was, vroeg de Dordtsche museumdirec teur belet, die voor een raadsel stond en niet kon begrijpen, hoe men in Engeland zoo'n puntgaaf stuk ooit had kunnen loslaten! Het hangt dus nu in bruikleen in het Dordt sche museum, officieel niet op naam van Gains borough. Maar de signatuur staat er onder. En de experts overleggen (Gedeeltelijk gecorrigeerd ERGENS IN ITALIË, 3 Jan. (Stefani). Het Italiaansche hoofdkwartier publiceert commu niqué no. 210: In het grensgebied van Cyrenaica heeft onze artillerie haar afweervuur gericht op vijande lijke gemechaniseerde formaties en vlootstryd- krachten. Bombardementsvliegtuigen hebben vele malen een der vooruitgeschoven bases van den vijand aangevallen, alsmede schepen nabij de kust, waarbij een kruiser werd geraakt. An dere luchtstrijdkrachten richtten bommen en mitrailleurvuur op gemechaniseerde formaties aan het front van Bardia en in de woestyn. Onze vliegtuigen keerden alle terug. Aan het Grieksche front werden aanvallen in eenige sectoren, welke een plaatselijk karakter hadden, volledig afgeslagen. Onze koene over val bracht de vijandelijke elementen op de vlucht en leverde krijgsgevangenen op. Vijandelijke vliegtuigen hebben Elbasan ge bombardeerd, waar zy eenige verliezen veroor zaakten onder de burgerbevolking. Uit Oost-Afrika niets van belang te melden. een bankbiljet van tien gulden en een groote, lichtbruine citybag, inhoudende kleeding. Vast staat, dat zij per trein van Heemstede naar Amsterdam vertrokken is. Signalement: lengte circa 1.60 meter, vry mager postuur, donker haar, donkerbruine oogen, een sproetig gelaat. Zy was gekleed met geruiten, groenen mantel met groenen shawl, rood regenkapje, lage, brui ne schoenen met drukknoopen, donkerblauwe regenjas over den arm. Ons wordt medegedeeld: In verband met de aanvaarding van het amlbt van commissaris van politie, tevens waarnemend hoofdcommissaris van politie te s-Gravenhage op 13 Januari as., zal de heer C. C. Walraven met ingang van dien datum, zyn functie van commissaris van politie te Alkmaar niet meer uitoefenen. De heer C, C. Walraven is leider van de sectie politie van het Rechtsfront der NJ3.B De burgemeester van Heemstede verzoekt na mens de ouders opsporing en terugbrenging van de minderjarige H. M. Frugte, geboren te Dordrecht 14 Maart 1924, zonder beroep, wo nende Binnenweg 44, Heemstede. Zij heeft in verband met huiselijke oneenigheid 30 Decem ber 1940 omstreeks 5 uur namiddags de ouder - ïyke woning vertaten met medeneming van Amsterdam, 3 Januari 1941 Ter New Yorksche beurze is op het geleidelyk licht koersavans gedurende byna een geheele week, gisteren een reactie ingetreden. De gewel dige uitgaven, welke door de Amerikaansche re geering voor de bewapening en andere doelein den worden aangewend, waardoor de Ameri kaansche Staatsschuld in de naaste toekomst tot 60 milliard zou stijgen met een jaarlykschen rentelast van 2 milliard, heeft, naar gemeld wordt, by de instanties aanleiding gegeven tot bezorgdheid. Men voorziet nieuwe experimenten tot dekking der uitgaven, waarom de Federal Reserve Board aan het Congres zou voorstellen, indien mogelijk, inflatie te voorkomen en in het bijzonder er den nadruk op zou leggen, presi dent Roosevelt's volmacht inzake het devaluee- ren van den dollar te ontnemen. Het tegengaan van inflatie zou een koersstij ging in Wallstreet voorkomen, of tot een daling aanleiding kunnen geven, waarom men gisteren in de houding van de Fed. Res. Board een reden vond voor minderen kooplust op de aandeelen- markt. De stemming in Wallstreet werd gisteren te vens eenigszins ten nadeele beïnvloed door de opgave van de agenten van het Britsche minis terie van Financiën te New York, van den ver koop van Amerikaansche fondsen in Engelsch bezit. Volgens deze opgave is slechts een ge deelte geliquideerd en verwacht men nieuwe verkoopen, hetgeen uiteraard aan de stemming der beurs niet ten goede kan komen. Intusschen blijkt uit de omzetten van gisteren, dat het aanbod, in verband met bovengenoemde gege vens niet bijzonder groot is geweest. Ten onzent nam men vandaag nota van de berichten omtrent de monetaire politiek in de Vereenigde Staten en van de houding van Wall street. Men overtuigde zich, dat men in de toekomst wel meer nieuws omtrent de ontwikke ling in verschillende landen zal vernemen, welke door de feiten al dan niet zullen worden be vestigd. Men nam derhalve vandaag ter beurze een kalme houding aan, waarom de handel reeds bij opening niet groot was. In navolging van Wallstreet bleek onze Ame rikaansche afdéeling minder gunstig gedispo neerd te zijn en was de stemming zwakker en voor staal- en koperfondsen speciaal flauw. Op te merken viel echter, dat het ter markt komen de materiaal niet groot was. Steels en Bethl. Steel boekten reacties van resp. 2/, en 2 dollar. Republic Steel moest 1 punt prijsgeven. Ana conda, Kennecott Copper leden verliezen van a De handel in genoemde soorten verliep zeer kalm. Carboundry, Gen. Motors, Vliegtuig- COMMISSIONNAIRS IN EFFECTEN N. Z. Voorburgwal 158 - Amsterdam- Telef. 40634 Beurs Telef. 49834 41634 na zes u. 80025 aandeelen boekten eveneens eenige koersverlie zen onder gering aanbod. Voor Spoorwegshares was de stemming licht verdeeld en over het al gemeen niet flauw. Op de Petroleumafdeeling was voor Kon. Olie eenig aanbod, waardoor het fonds 3 pCt. lager opende en hierna nog 1 pCt. terugliep. Het aan bod was gering en spoedig na opening kromp de handel in. Van Amerikaansche oil-shares no teerde Shell Union y8 a leger, terwijl Tidewa ter vrijwel onveranderd bleef. Op de Suikeraf- deeling was de affaire eveneens van bescheiden omvang. H.V.A. had een aanbod te verwerken en gaf 4 pCt. prijs. Vorstenlanden Cultuur leed een verlies van 3 pCt., waarby eveneens het aanbod gering was. In Nisu en Java Cultuur kwam men voor- loppig niet tot handel. Tabaksaandeelen leden ook van de alge meen zwakkere beursstemming en kwamen alle op lager niveau te land. Zoo moest Oude Deli 3 tot 4 pCt. prijsgeven op 278%, Senembah en Deli Batavia leden een iets geringer ver lies van 1 a 2 pCt. De Rubbermarkt opende weer zeer kalm met weinig affaire eveneens in een zwakkere tot flauwe stemming. Zoo adviseerde men A'dam Rubber oj> 288 en even later op 285 a 286 pCt., echter zonder tot handel te komen. De overige soorten waren eveneens gedrukt. Van industrieele aandeelen opende Philips- lampen 2 a 3 pCt. lager bij een omzet van slechts een enkel stukje. Unilever kon zich ook niet aan de algemeen zwakkere beursstemming onttrekken en bleef ruim 1 pCt. onder de pry- zen van gisteren. Aku echter maakte op dit alles een uitzon dering en kon aanvankelyk ruim 1 pCt. verbe teren op 109 a 109% pCt. by tamelyk levendi- gen handel. Later trok de koers nog iets aan. Aandeelen Nederl. Ford en Fokker werden bij opening tamelijk prijshoudend geadviseerd. Van beleggingen waren Nederlandsche Staats fondsen gPed prijshoudend Op de Scheepvaartafdeeling was de stemming niet beter en moesten Unies 1 y22 pet. prijs geven. Japanlijn en Kon. Boot ïagen eveneens zwakker. Vaarten ruim 2!4 pet. lager by giste ren vergeleken. By verder verloop was de stemming een wei nig verdeeld. Steeds en Bethl. Steel konden licht in koers verbeteren. Koninklijke olie toon de geen verandering. HVA brokkelde 23 pet. in koers af. A'dam Rubber werd 57 pet. be neden gisteren verhandeld. Tabakken bleven zwak, terwijl Scheepvaartaandeelen nbg een weinig terugliepen. Aku ontmoette goede vraag en liep 23 pet. op. Philipslampen waren later iets beter van toon. Van beleggingen was de Oude HolL Schuld als Integralen en de Oude Drieën vaster.» De 33'A pet. 1938 kon 3/8 verbeteren. Prolongatie 2% pet. ALKMAAR, 3 Jan. Kaasmarkt. Aanvoer 7300 kg. 7 fabr. Edammers 35.00. Handel vlug. BROEK OP LANGENDIJK, 3 Jan. 800 K.G. Roode kool f 4,50; 9400 K.G. Gele kool f 3,80; 16400 K.G. Deensche witte kool f 3,10; 1100 K.G. Peen f 3,30; 800 K.G. Bieten f 2,50. LEEUWARDEN, 3 Jan. Veemarkt. Stieren: 5 Enter. 65 vette koeien, 1087 melk- en kalf- koeien 170—420, 95 pinken, 2 vette kalveren. 403 nuchtere kalveren, 346 vette schapen, weide- schapen en lammeren, 19 drachtige, magere zeugen en loopen, respectievelijk 120230, 80 1.20, 2550, 120 kleine biggen 1324, 30 bokken en geiten. Totaal aanvoer 2132 stuks. Eierhandel: kipeieren aangevoerd 7000 k.g.; eendeneieren aangevoerd 50 k.g., prijs 6 tot 7 ct. per stuk. Pluimvee: slachthanen 1.00 tot 1.75, slachtkippen 1.00 tot 1.75. Vereeniging van zuivelmaatschappyen: Edam mer kaas 20 plus 44.per 100 k.g.; idem 40 plus 67.50 per 100 k.g., Goudsche 20 plus 44. per 100 k.g., idem 40 pl. 67.50 per 100 k.g., brood kaas 40 plus 67.50 per 100 k.g. Overzicht: Stieren aanvoer zeer kort, geen no teering. Vette koeien aanvoer zeer kort, geen noteering. Melk- en kalfkoeien aanvoer minder, handel kalm, pryzen prijshoudend. Pinken aan voer minder, handel kalm, prijzen ongeveer prijshoudend. Vette kalveren geen noteering. Nuchtere kalveren geen noteering. Drachtige zeugen, magere zeugen en.loopers aanvoer kort, handel stil, prijzen prijshoudend. Biggen aan voer minder, handel kalm, prijzen iets duurder. Wolvee en lammeren aanvoer iets ruimer, han del flauw, pryzen iets duurder. Wolvee en lam meren aanvoer iets ruimer, handel flauw, pry zen iets duurder. Voor de Nederlandsche Vee houderijcentrale werden 900 koeien en 400 nuch tere kalveren gekocht. De N.V.C. nam 46 var kens over. NOORDSCHARWOUDE, 3 Jan. 1725 kg. Rooate kool 4.50, 12000 kg. Deensche Witte kool 3.10. WOERDEN, 3 Jail. Kaasmarkt. Aanvoer 8 partijen kaas: met ryksmerk ie kw. ƒ41.50, met rijksmerk 2e kwal. ƒ40.50. Handel vlug. ZWOLLE, 3 Jan. Aangevoerd werden 6 1/16 vaten boter, prijs 2.20. Handel kalm. 30.000 kip eieren 1.07 per kg. Huiden: Koehuiden 141/2 ct., pinkenvellen 15 1/2 ct., stierenvellen 22 ct., grasvellen 20 ct. per 1/2 kg., paardenhuiden 8.50 per stuk. Prijzen lager. ZWOLLE, 3 Jan. Veemarkt. Aangevoerd 2030 stuks, als: 1087 runderen, 101 graskalveren, 390 nuchtere kalveren, 38 schapen, 12 geiten, 167 schrammen, 13 varkens, 222 biggen. Men besteedde voor neurende en versch gekalfde koeien 370450, dito vaarzen en schotten 240 375, gustekoeien voor de vetweide of stal 170 260, dito vaarzen 240300, voorjaarskalvende koeien 200—320, 11/2-jarige pinken 200—265, jonge fokkalveren 105—145, 6-weeksche biggen 1317, 14-weeksche dito 1721, drachtige var kens 100160, magere dito 85135, schapen 2535 per stuk. Overzicht: Gebruiksvee weinig aanvoer, han del stug. Voorjaarskalvende en gustekoeien, vaarzen en pinken prijshoudend, handel traag. Fokkalveren weinig aanvoer, prijzen stationnair. Weideschapen prijzen stabiel. Biggen handel stug, loopers, drachtige, magere en vette var kens prijzen stationnair. IJMUIDEN, 3 Jan. Visch. Schar 13.50—17, Bot 105.00—115, alles per 50 kg. Spiering 8085 ct. per kg. Kustvisschers, open booten: K.W. 160 34.—, IJm. 27.—' IJm. 359 25.—, IJm. 30 17.—. Vorige Slotk. Staatsleeningen 4% Nederl. 1940 II 9744 3% Nederl. 1896—05 78 i 3 pet. Nederl. 1937 83 3—3'A Nederl. 1938 88 2% N.W. Schuld 67 3% Indië 1937 89 4 5A Youngleen. 1940 Banken Koloniale Bank '99 Ned. Ind. Handelsb137 Cert. Handel-My'30 Industrieën Unilever '31 i Calvé Delft £7* Alg. Kunstzijde Van Berkei's Pat Philips ili* Ned. Ford Fokker Industrieën Buitenland Anaconda 314J- Kennecott 40 Bethlehem Steel 89 4 U. S. Steel 74 Rep. Steel 27 Intern. Nickel 30 N. Am. Aviation Am. Car Foundry 35 General Motors ^5 i Am. Enka 50 Petroleum Kon. Olie 278 4 Continental Oil 2141 Shell Union Oil 12-ft Onderhands- en executiekoers Open. Heden 98 78 i 89 4 67 4 89 4 199 137 130 1294 77 112 46 208 4 340 195 314 39| 86 4 711 26-jf 29 18 4 34 i 55 50 4 273 4 214 12 i Vorige Slotk. Tidewater u-ft- Rubber A'dam Rubber 293 Bandar 230 Deli Batavia Rubber 227 Serbadjadi 135 4 Silau 120 J V. I. C. 0190 Intercontin. Rubber 5 f Scheepvaart Java Chin. Japan 164 f HollandAmerika Lijn 125 4 Kon. Ned. Stoomb167 f Scheepvaart-Unie 190 Rott. Lloyd 154 St. Mij. Nederland 160 4 Suiker H. VA. 458 Jav. Cultuur 288 N. I. S. U274 4 Vorstenlanden 134 4 Tabak Deli Batavia 206 4 Oude Deli 282 Oostkust 168 Senembah 220 Spoorwegen Illinois Cert New York Cert17 Pennsylvania 27 4 South. Pac11 J South. Railw15 4 Stotk. Heden 11 4 286 225 222 133 1184 187 54 161 4 122 4 165 186 4 152 158 450 288 274 131 4 200 278 4 168 4 218 10} 17 4 27 f 111 15 4 ex dividend nominaal GO De eenvoudige gewonde met zyn arm in een reusachtig verband keek ongeloovig op naar den deftigen dokter in zyn jacket. Toen vroeg hy tamelijk boos, maar ditmaal niet meer tegen den dokter, doch tegen de onbekende, die hem zoo happig in kennis had gesteld met zuster Arabella's onbehoorlyk gedrag: „Wat moet ik dan gelooven van al die smoes jes over weggestuurd en onbehoorlyk gedragen en „Dat heeft ze zelf zoo gewild," bekende dok ter Henderson, met iets van trots en wanhoop in zyn gezicht. „En toch ben ik de eenige die schuld heeft. Want den laalsten keer begon ik haar weer over myn liefde te praten en ze wei gerde...." „Nou heb ik werkeiyk met je te doen, dok ter," zei de jonge Sidney bewogen, „ik weet wat het is, als Arabella je den bons geeft...." „Toch moet dat n°6 heel anders geweest zijn," antwoordde de ander. „Ze is tenslotte vanaf het eerste oogenblik, dat ze je gezien heeft op ja verliefd geweest. Maar by mij was het heel anders. Ze vond het alleen maar Jammer voor me en dat zei ze ook, maar zoo vriendelyk, dat ik er het hoofd bij verloor. Ik zal myn gedrag op geen enkele wijze trachten te verontschul digen. Zonder verlof te vragen nam ik zuster Ames in myn armen en kuste haar. Het was de eerste en laatste en eenige maal, zoolang 2c dokter ben en zyn zal," zei de jonge man met treffende spijt, „en natuuriyk moest ik juist gesnapt worden door,.'.." en hy hield nu even op en voegde er geheimzinnig fluisterend aan toe„door die kat van een nachtchef. Natuurlijk heb ik miss Ames onmiddellijk ver teld, dat ik het ontzettend jammer vond, dat dit alles zoo moest uitloopen, ofschoon ik te vens eerlyk genoeg was om te bekennen, dat ik er geen oogenblik spijt van zou hebben, indien ik voor mijn verder leven veroordeeld zou wor den om aan niets anders meer te mogen denken dan aan dien fatalen zoen. Ik voegde er ten slotte aan toe, dat ik het hospitaal onmiddellijk zou verlaten, omdat ik tenslotte de eenige schuldige was. Maar toen stoof je verloofde zoo tegen me op, dat ik er een oogenblik beduusd onder werd. Ze had al eens van me gehoord, dat ik een moeder heb die de laatste jaren blind is ge worden en verder nog twee zusters die geheel afhankelijk zijn van myn inkomen als dokter In dit gesticht. Ze stelde me toen op echt vrou welijke wijze voor het volgend vraagstuk: ik had te kiezen: mijn betrekking er aan te geven en mijn geheele familie tot den bedelstaf te bren gen, en tevens haar eeuwigen toom met me om te dragen voor myn schandelijk gedrag, dan wel toe te staan, dat zy alle schuld op zich nam, waardoor ik zou worden gehandhaafd, mijn moeder en myn zusters van den ondergang ge spaard bleven en tevens haar kwijtschelding in ontvangst te nemen. Eerst wanneer ik vast en zeker toestemde, dat zy en niet ik het hospitaal zou verlaten, kon ze me vergeven voor die klei nigheid, zooals ze het noemde, zy voer zoo tegen me uit, ze werd zoo overspannen, ze be gon zoo te schreeuwen en te keer te gaan tegen die laffe mannen, die zoo maar hun moeder en zusters in den steek lieten voor dat belachelyke woord van eer, dat ik tenslotte moest zwichten voor haar doorslaande argumenten en er in toe stemde, dat zy zou vertrekken. Ik heb echter reeds alle maatregelen genomen, dat zuster Ames niet lang het slachtoffer zal blijven van haar edelmoedig offer. Nog vanmiddag heb ik me laten inschrijven by het Roode Kruis, dat me spoedig genoeg naar het vaste land zal zenden, hoop ik. By mijn ontslagname heb ik 'n vol ledig rapport gevoegd over wat zich hier heeft voorgedaan en de reden, waarom zuster Ames aanvankelyk de geheele schuld op zich wenschte te nemen. Dan zal zuster Ames...." Op dit oogenblik ging de stem van den jongen sympathieken dokter geheel verloren in een ontzettend lawaai op de gang, dat al dichter en dichter bij kwam. Men hoorde een schort scheuren, schoenen driftig stampen en tenslotte werd de deur van de zaal opgengeworpen. Een dopkere maar krachtige stem sprak driftig: „Ja, het kan me niks bommen of het al of niet mag. Je kunt voor mijn part naar de pomp loopen, zuster. Ik heb zyn naam op de lyst ge zien en ik weet, dat hy hier is en dan houdt jullie heele bestuur met al zyn reglementen en zUn draken van directrices me niet tegen. Ik...." De volgende seconde schoot Peggy, die zich bescheiden had teruggetrokken, nog juist bij tijds toe om het scherm op te vangen, dat an ders vast en zeker door de aanstormende zus ter Ames omvergeloopen zou zyn. Ze stond reeds gereed om te vertrekken en had haar mantel en kapje aan. Nu wierp ze zich zqnder eenige complimenten om den hals van haar Sidney. De hemel moge weten, wat er gebeurd zou zyn in dit hospitaal, waarvan de traditioneele rust sinds de komst van zuster Ames reeds meer dan eenmaal door de benauwende spanning was bedreigd, indien deze revolutionnaire inbreuk op de eeuwenoude tradities en reglementen niet was samengevallen met nog een verrassender gebeurtenis. Want het is inderdaad een feit van gewicht, wanneer een hertogin, en dan nog wel de meest gekende en gevreesde hertogin vah het Lon- densche gezelschapsleven en een bekend wel doenster van het St. Hester's Hospitaal, voor cmt ryden en door haar chauffeur aan de di rectrice laat weten, dat ze een van de ver pleegsters wenscht uit te noodigen voor een middagritje. En vooral indien ze die verpleeg ster met naam en toenaam specificeert. Ja, op dit meer dan kritieke oogenblik kwam de hertogin van Countshire als een deus ex ma china de feiten geweld aandoen door haar sim pele uitooodiging tot zuster Arabella Ames. Wat moest men die gevreesde weldoenster la ten weten? De Hooge Macht in de persoon van de kleine zelfbewuste directrice liet het ditmaal heel wy- selijk aan Arabella zelf over.... Uit alle ramen van het binnenplein hingen koppen van verpleegsters en doktoren om den uittocht van de in ongenade gevallen sollici tante te aanschouwen. Die uittocht kreeg wer kelijk iets van een zegetocht. Het fijne gezichtje onder het zwarte hoedje had zich gewend tot het blozende meisjesgezicht onder het verpleegsterskapje. „Mi6S Ames, mijn lieve kleine vriendin, je bent vreeselijk achterop in het vertellen van allerlei avonturen, waarin jij de hoofdrol hebt gespeeld," begon de hertogin, terwijl de auto wegzoemde naar het Park. „Waïys dat nu weer met die laatste berichten, die ik van je gehoord heb, dat je wegens onbehoorlijk gedrag van St. Hester's bent weggejaagd? Volkomen waar na tuurlijk, daar twijfel ik geen oogenblik aan. Vertel eens op." „Nou, hertogin," begon Arabella op een erg verontwaardigden toon, „waarom moeten wij daar altyd voor bloeden? Dacht je, dat ik het zoo leuk vind om een gezicht te hebben waar iedere man z'n tanden in wil zetten. Ik heb hem heusch niet aangemoedigd, dat kan ik je wel zeggen, maar ik kan ze toch allemaal niet r aanblaffen als ik dien jongen Eric heb ge inO, dat weet u nog niet, hé, maar die heeft zyn streken thuis gekregen, 't Is schande om iemand zoo te laten zitten!" „Heeft Eric Cattermole je laten zitten?" yroeg de hertogin belangstellend en zich spitsend op een nieuw schandaaltje. „Mij?" vroeg Arabella met een hevigen zwaai van verontwaardiging en minachting. „Daar heb ik hem de kans niet toe gegeven. Nee, Peg gy, bedoel ik. Nou, ik heb d'r eerst eens goed gezegd waar het op stond, en dat ze niks min der was dan al die andere spoken, waar hy zoo gek op was en nou.... teen heeft ze zich ook een beetje laten gelden, dat snap je en toen, o je had het moeten zien, hertogin, hoe of ik me had toegetakeld „Toegetakeld? Maar wat had dat nu met Peg gy uit te staan?" vroeg de hertogin als een kind, dat voor het eerst een nieuw sprookje hoort en het nog niet erg best vatten kan. „Wel, begrijp je dat dan niet?" zei Arabella. „Dat moest toch dienen om mij als het ware buiten schot te brengen." „Buiten schot?" tastte de gevreesde hertogin van Countshire al meer en meer in het duister van deze dubbele liefdesintrige. „Natuurlijk! Want toen ik me zoo'n beetje aanstelde als een barmeid had ie gauw genoeg van me.... o, je had er by moeten zijn! Je had er by moeten zyn!" riep Arabella uit, in de herinnering aan dat spelletje en de herto gin, die de meest luxueuze gebeurtenissen van het groote leven had meegemaakt, had inder daad gaarne het kroningsfeest van den koning gegeven voor dit avondje. „Hij wist niet waar je het had, toen ik hem over de tafel vroeg.... nee maar en toen ik hem later zoo maar Enekje noemde...." (Slat volg»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 6