Bedrijfsresultaten van den landbouw r I Mislukte roofoverval woestijnhavik De cijfers hebben slechts een betrekkelijke waarde Het „Pesthuys" in Maastricht Driemaal is scheepsrecht Overeenstemming der telefoontarieven WINTERHULP^NEDERLAND Diefstallen op groote schaal DONDERDAG 30 JANUARI 1941 Limburg Overijssel Dreigt weer gevaar? Fabrieksbrand te Venlo Brandweer voorkomt erger Vader vergreep zich aan zijn baby De raad van Maasbracht is obstinaat PERSOONSBEWIJZEN Kind verdronken Een der beide daders gearresteerd TEXTIELDISTRIBUTIE BOND VOOR HEEMKUNDE Samenwerking tusschen op dit terrein werkende organisaties Verlaging kosten nevenapparatuur MOEDIGE REDDER GEHULDIGD Maatregelen bij het verzekerings wezen VERGADERING V.V.V. „HET GEULDAL" Voor 1941 een nadeelig saldo op de begrooting De actie in Limburg AUTOSNELWEG EIND HOVEN—MAASTRICHT Ten nadeele van de N.V. Olie fabrieken „De Toekomst" te Wormerveer Sigarenwinkelier zocht bijverdienste Hij speelde een grof spelletje kaart Eeti nachtelijke jacht Frauduleuze varkensslachter moest zijn buit wegwerpen Aan de gevolgen overleden In bijt geraakt en verdronken Waterbouwwerk aanbesteed Tegen brugleuning gesmakt UIT DE STAATSCOURANT Onderwijs Rijksverzekeringsbank -De- door ALBERT M. TREYNOR De bedrijfsresultaten van den landbouw zijn in het afgeloopen boekjaar (19391940) over het algemeen beter geweest dan in de laatste voorafgaande jaren. Over het alge meen, want hier en daar zijn de inkomsten niet gestegen. Gelijk reeds te zien was uit de cijfers, welke een of twee maanden terug door enkele boekhoudbureaux waren gepu bliceerd, vertoont de akkerbouw een stijging; de veehouderij leverde hier en daar resul taten op, welke beter waren dan het vorige boekjaar en welke op andere plaatsen die van het voorafgaande jaar niet overtroffen. Meestal zijn ze nog niet zoo hoog, dat zij de beste jaren uit het laatste decennium te bo ven gaan. Deze tendenz blijkt ook weer uit 'de cijfers van enkele gebieden, die dezer dagen bekend zijn geworden. In Limburg, waar de gegevens verschaft wor den door het boekhoudbureau van den Limburg- schen Land- en Tuinbouw-Bond, was het boek jaar 1939/1940 het beste sinds twaalf jaar. In Noord-Limburg, waar het boekhoudbureau de cijfers van 537 bedrijven kon verwerken was de netto-winst per h.a. f 82.44 tegen f 46.63 in 1938/1939. In Zuid-Limburg waren deze getallen f 48.23 en f 17.48. De gegevens uit laatst ge noemd landbouwgebied verkreeg men aan de hand der boekhouding van 208 bedrijven. De gemiddelde grootte van het bedrijf in Noord- Limburg was 14.38 h.a. en dit leverde een ge middelde winst op van f 1182.19. In Zuid-Lim burg was de gemiddelde bedrijfsgrootte 18.23 h.a. en de gemiddelde winst per bedrijf f 870.23. De hoogere opbrengsten van dit jaar zijn te danken aan den zeer goeden oogst en aan de stijging der graanprijzen; dezelfde oorzaken dus. die men in andere deeien van het land ook ge vonden heeft. Uit de Limburgsche cijfers blijkt ook nog en het is zeer de moeite waard hier aan aandacht te besteden dat het bedrijf in Noord-Limburg, hetwelk in het algemeen be langrijk kleiner is dan dat in Zuid-Limburg, per h.a. een vrij aanzienlijk hoogere winst heeft gemaakt dan het bedrijf in het zuiden der pro vincie. Het zou voorbarig zijn hieraan al te ver gaande gevolgtrekkingen te verbinden, doch wel mag het gelden als een bewijs, dat het kleine bedrijf een behoorlijk bestaan kan opleveren, indien het aan bepaalde voorwaarden voldoet en indien de prijzen van de landbouwproducten rusten op een reëele basis. Het verschijnsel, dat het kleine bedrijf per h.a. rendabeler is dan het groote, is niet nieuw. De bewijzen hiervoor kan men ook vinden in no. 2 van de „Verslagen en mededeelingen van de Directie van den Landbouw 1940", welk deel o.a. beschrijft „De economische toestand van den landbouw in 1938/ 1939". Daarnaast zijn er nog een aantal publi caties en cijfers, die deze meening staven, het geen voor den landbouw in Nederland van zeer groot belang is. Dezer dagen zijn ook enkele cijfers bekend ge maakt over de provincie Overijssel en wel door het boekhoudbureau van de Overijsselsche Landbouw Maatschappij en door dat van den Aartsdiocesanen Boeren- en Tuindersbond. Het boekhoudbureau van de O. L. M. heeft tot ge woonte zoo spoedig mogelijk na het afsluiten van het boekjaar de resultaten van bedrijven bekend te maken. Uit deze publicatie, welke van begin Juni dateert, bleek, dat de bedrijfswinst per h.a. tegenover 1938/1939 meer dan verdub beld was, doch nog niet reiken kon tot de hoogte van 1937/1938. De verhoogde winst tegen over 1938/1939 was te danken aan den beteren oogst der granen, aan de verhoogde prijzen der akkerbouwproducten en aan den verkoop van paarden tengevolge van de vorderingen bij het uitbreken van den oorlog in September 1939. Het. ligt voor de hand, dat de cijfers' van deze tien bedrijven slechts betrekkelijke waarde heb ben, omdat hun aantal te gering is, dan dat men er algemeene conclusies aan zou kunnen ver binden. Uit de thans gepubliceerde cijfers blijkt dan ook, dat de stijging van de netto-inkom sten nog hooger is dan de tien bedrijven had den uitgewezen. Vooral is dit't geval in het veen gebied, waar akkerbouw de voornaamste plaats inneemt. Gemiddeld is over de 1500 bedrijven, welke dit boekhoudbureau onderzocht, de netto opbrengst gestegen met f 48.25 per h.a. De vee houderij vertoont weinig of geen stijging, even min de varkenshouderij. In het weidegebied heeft de verkoop van melk en zuivel aanzienlijk meer opgebracht dan het vorige jaar; evenzoo in het veengebied. In de zandstreken daarente gen en langs den IJssel zijn deze opbrengsten ongeveer gelijk gebleven. Ook het boekhoudbureau van den A.B.T.B. komt tot gelijke conclusie als dat van de O.L.M. Ook uit deze cijfers bliikt, dat de inkomsten te genover 1938/1939 zeer sterk gestegen zijn. Er bestaat echter een vrij groot verschil tusschen de uitkomsten welke de O.L.M.. heeft berekend en die, welke de A.B.T.B. verkregen heeft. Het Overijsselsche Landbouwblad heeft de uitkom sten met elkaar vergeleken en moet bekennen, dat het voor deze groote verschillen geen ver klaring kan vinden. De O.L.M. houdt de boek houding bij van een grooter aantal bedrijven met een grootere totaal-oppervlakte dan de A.B. TB., doch hierin kan men de verklaring toch niet zoeken. Dit zou wel het geval kunnen zijn. indien hier en daar kleine verschillen aan den dag zouden komen en als de afwijkingen niet meer dan een paar gulden zouden bedragen. Maar een verschil van ruim honderd gulden in de bruto-inkomsten per h.a. kan men niet weg praten met te wijzen op het grooter aantal boek houdingen van een bureau in vergelijking met het andere. Het blad van de O.L.M. zet de sta tistiek nopens het zandgebied van het eigen bureau en van den A.B.T.B. naast elkaar en het verschil is te frappant om deze cijfers hier niet te vermelden. Terwijl de A.B.T.B. komt tot een bedrag van f 291.33 als inkomsten per h.a. geeft de O.L.M. hiervoor f 393.46 op. De redacteur van het Overijsselsche Landbouwblad verbindt hieraan de conclusie, dat de gegevens, waarover de landbouwboekhoudbureaux beschikken, niet zonder meer geschikt zijn om te dienen voor het berekenen van de financieele resultaten van den landbouw. Deze berekeningen kunnen slechts een zeer globaal inzicht geven en hebben slechts zeer betrekkelijke waarde. De vraag doet zich dan ook voor, of de publicaties van de Directie van den Landbouw over den economischen toe stand van den landbouw wel betrouwbaar zijn Dat is geen verwijt aan welk adres dan ook, en zeker niet aan bovengenoemde Directie. Deze immers maakt in haar publicaties voldoende voorbehoud ten aanzien van de waarde der sta tistieken. Deze vraag mag hoogstens dienen als een voor de betrokken instanties eigenlijk overbodige aansporing otn te zoeken naar een methode, die een goed inzicht kan geven in de werkelijke financieele resultaten van den Nederlandschen landbouw. E Dinsdagavond vergaderde de gemeenteraad van Maastricht. Onder de ingekomen stukken was een adres tot behoud der ruïne Lichten berg, ingezonden door Nationaal Pront. B. en W. verklaarden zich diligent. Bij de bespreking van het uitbreidingsplan constateerde de heer J. Schaepkens van Riemst met voldoening, dat het ontwerp terreinen voor verbindingen tusschen Juliana- en Albertkanaal ten N. der stad open liet. Een voorstel tot verhuren van het z.g. „Pest huys" gaf aanleiding tot debatten. De voorstan ders van afbreken van dit schilderachtige ge bouw roerden zich terdege; ze noemden het zonder architectonische waarde en hinderlijk voor het verkeer. De tegenstanders lieten zich ook niet onbetuigd; e werd zelfs van vandalisme gesproken, doch niettemin werd het voorstel tot verhuren verworpen met 15 tegen 11 stem men, waardoor het merkwaardige gebouw en het intieme pleintje ervoor opnieuw in gevaar zijn gekomen. Aangenomen werden voorstellen tot verleenen van tijdelijken duurtetoeslag op salarissen be neden f 1900 van gemeentepersoneel en aan gaande aankoop van verschillende panden tot saneering der Stokstraat. In behandeling kwam de gemeentebegrooting. Aangezien de raadsleden gelegenheid gehad had den hun opmerkingen vooraf te maken kon het stuk nu zeer vlot afgehandeld worden. Wen- schen werden nog wel geuit, o.a. betreffende de bebouwing der Raadhuisstraat, de reorganisatie der kas-administratie, speelterreinen voor kin deren, restauratie der Bonnehoutenkazerne. enz. De voorzitter, jhr. mr. Michiels van Kesse- nich, waarschuwde tegen de vele verlangens, in verband met de tijdsomstandigheden. Ook de Wethouders gingen op de gemaakte opmerkin gen in, waarna de begrooting verder geheel kon worden afgehandeld. In de fabriek van chemische en technische artikelen van den heer E. Nettesheim in de Heutzstraat te Venlo brak dezer dagen brand uit. De brand, die waarschijnlijk is ontstaan door dat een vlam in een ketel sloeg, waarin boenwas werd bereid, breidde zich snel uit. De eigenaar en een bediende, die in de fabriek aanwezig waren, trachtten nog met behulp van de aanwezige brandbluschapparaten het vuur te dooven, doch slaagden daarin niet. In allerijl werd de hulp van de brandweer ingeroepen. Deze was spoedig met haar motor spuit ter plaatse. Onder leiding van den com mandant, den heer A. Goossens, werd onmiddel lijk met het blusschingswerk begonnen. Nadat de slangen waren aangesloten op een der in de nabijheid gelegen brandkranen, gaf de brand weer volop water, zoodat men het vuur, dat de zoldering van het aangetaste fabrieksgedeelte dreigde te vernielen, weldra meester was. Vei ligheidshalve werden diverse bescheiden elders ondergebracht. De brand bleef evenwel tot het aangetaste fa brieksgedeelte beperkt. Dit gedeelte brandde evenwel grootendeels uit, terwijl dit lokaal ook veel waterschade kreeg. Het op de zoldering aanwezige pakmateriaal en de voorraden bleven gespaard. De schade wordt door verzekering gedekt. Verleden week kreeg een arts te Rotterdam achterdocht ten aanzien van de doodsoorzaak van een jeugdig meisje. Daardoor kwam een ge val van doodslag aan het licht. De vader, de 27- jarige loswerkman H. L., wonende in de omge ving van het Noordplein, verloor door het aan houdend huilen van het kind zijn kalmte en ver greep zich in zijn woede aan het kind, dat slechts drie maanden oud is. L. is thans naar het huis van bewaring overgebracht. Dinsdagnamiddag heeft de gemeenteraad van Maasbracht voor de derde maal in successie den heer P. Krekelberg met algemeene stemmen tot gemeente-ontvanger van Maasbracht benoemd. En weer zal burgemeester Geraedts tegen deze benoeming in beroep moeten gaan. De vorige ontvanger stierf in April 1940 en de heer Krekelberg werd tijdelijk plaatsvervanger. Bij schrijven van 23 Juli 1940 werd door den secretaris-generaal de cumulatie van de functie van gemeente-ontvanger gelast tusschen Maas bracht en Montfort. Daar moest de raad niets van hebben. Midden Augustus en daarna weer in December benoemde de raad weer den heer Krekelberg. Deze besluiten werden als zijnde in strijd met de wet vernietigd. Maar daar had de raad maling aan en benoemde thans voor de derde maal den heer Krekelberg. Een hartige discussie ging aan deze stemming vooraf. Het eene raadslid vond deze geschiedenis en het optreden van den burgemeester, die ge zegd had den raad uit te sluiten, beleedigend. Een ander vond de benoeming van een vreemde in 't nadeel der gemeente en een derde dat het dan beter was den heelen raad maar naar huis te sturen, als men toch maar „ja" moest knikken op alles. Tot slot werd goedgevonden al de stukken, deze kwestie rakend, op te zenden naar de be voegde instanties. In het uitvoeringsbesluit betreffende de in voering van persoonsbewijzen lezen wij bü mo del 2: persoonsbewijzen bedoeld in de Wet van 10 Februari 1910 (Staatsblad no. 55). De bedoelde wet heeft betrekking op het Ne- derlandsch onderdaanschap van de bevolking van Nederlandsch-Indië. Art. 1 bepaalt: „Ook wanneer zij geen Nederlanders zijn vol gens de wet op het Nederlanderschap en het ingezetenschap, zijn Nederlandsche onderdanen: le. zij, die in Nederlandsch-Indië zijn geboren uit ouders aldaar gevestigd, of, is de vader niet bekend, uit een aldaar gevestigde moeder; 2e. de in Nederlandsch-Indië geborenen, wier ouders niet bekend zijn; 3e. de echtgenoote of niet hertrouwde weduwe van een onderdaan als bedoeld onder le en 2e; 4e. de buiten Nederlandsch-Indië geboren on gehuwde kinderen van een onderdaan als be doeld in dit artikel, zoolang die nog geen acht tien jaar oud zijn; 5e. de buiterf Nederlandsch-Indië uit ouders, die onderdanen zijn volgens dit artikel, geboren kinderen, wanneer zij na hun huwelijk of na hun achttiende jaar in het Koninkrijk gevestigd zijn of zich aldaar vestigen, benevens hunne vrouw of hunne ongehuwde kinderen, die nog geen achttien jaar oud zijn, indien zij zich mede in het Koninkrijk vestigen." Dinsdagmiddag werd het bijna 6-jarige doch tertje van de familie Kortekaas te Nieuwerbrug gevonden in een bijt in den Ouden Rijn. Om wonenden brachten het kind op het droge. Een tweetal doktoren slaagde er niet in de levens geesten op te wekken. In den laten Dinsdagavond werd te Lepel straat de 66-jarige landbouwer J. van Overveld, toen hij thuis kwam en zijn fiets in het berg hokje wilde plaatsen, door twee personen over vallen. Een hunner sloeg met een z.g. vlaszeis naar hem, gelukkig zonder hem te raken. Op het hulpgeroep van den landbouwer kwam zijn zoon toeloopen. De onverlaten achtten het toen geraden het op een loopen te zetten. Zij wisten in het duister te ontkomen. Inmiddels werd de gemeentepolitie gewaar schuwd. Op aanwijzing van Van O., die een der daders r/sende herkend te hebben, poogde de politie dezen te achterhalen, doch deze achter volging leverde geen resultaat op. Woensdag ochtend echter werd hü gearresteerd. Het was de 24-jarige S. van L. uit Lepelstraat, die tijdens zijn verhoor een bekentenis aflegde. Naar den tweeden dader wordt nog gezocht. Omtrent de aanleiding vernamen wij, dat Van O. Dinsdag eenige koeien had verkocht. De op brengst daarvan, een som van ongeveer 1500 gulden, had hij in zijn zak. Voordat hij huis waarts keerde, had hij zich in een gezelschap, waartoe ook de gearresteerde behoorde, hierover uitgelaten. De directeur van het Rijksbureau voor tie dis tributie van textielproducten door den handel (D. T. H.) deelt in overleg met het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart mede, dat met ingang van 1 Februari a.s. de huidige regeling voor de textieldistributie komt te ver vallen. De nieuwe regeling is opgenomen in handlei ding 5. Het Rijksbureau heeft uitgebreide maat regelen getroffen, teneinde te bewerkstelligen, dat alle ingeschrevenen bij dat Rijksbureau de handleiding tijdig en vrijwel gelijktijdig ont vangen. De nieuwe regeling zal tevens in de dagbladen bekend worden gemaakt. Van officieele zijde meldt het AN.P.: Was tot voor kort de belangstelling voor de heemkunde beperkt tot bepaalde kringen en vereenigingen. thans breekt het inzicht baan, dat de kennis en het behoud van ons heem een zaak is, die ons geheele volk aangaat. Wij her inner enin dit verband slcehts aan de radio voordracht van prof. van Dam, den nieuwen secretaris-generaal van het departement van Opvoeding. Wetenschap en Cultuurbeschending. De betrekkelijk geringe waardeering voor het eigen heem bracht met zich mede. dat er wel verschillende organisaties bestonden die zich of met een onderdeel of zijdelings met de heem kunde bezig hielden, dat echter een bond voor heemkunde in den zin, zcoals deze thans nood zakelijk is. volkomen ontbrak. Het eenige wat er op dit gebied bestond was de sedert een enkel jaar bestaande Commissie voor Heemkunde, in welker commissie vertegenwoordigers van ver scheidene organisaties zitting hebben. Eenige personen, die zich op dit gebied be wegen. hebben daarom besloten, over te gaan tot de oprichting van een „Bond voor Heem kunde". Het voorzitterschap hiervan is toever trouwd aan prof. dr. J Jeswiet te Wage- ningen; het secretariaat aan den heer G. A. v. Schaik, Verspronckweg 100. te Haarlem. Deze bond stelt zich ten doel de beoefening van de heemkunde in den meest algemeenen zin De naasting door het Rijk der gemeentelijke telefoonnetten te Amsterdam, 's Gravenhage en Rotterdam maakte het gewenscht overeenstem ming te brengen tusschen de daar geldende ta rieven voor aansluitingen en neventoestellen en die in de andere Rijksnetten. Voor de abonné's in de drie groote steden zijn de tariefswijzigin gen inmiddels voor het grootste deel reeds van kracht geworden, terwijl de rest op 1 April as- ia werking treedt. Voor de overige telefoon netten zijn eenige tariefswijzigingen voor de nevenapparatuur op komst, welke op 1 Maart a.s. ingaan. Deze wijzigingen beteekenen in hoofdzaak, n.l. voor de serietoestellen, de stop contacten en de extra-telefonen een verlaging. Slechts voor een enkel onderdeel b.v. de nevenaansluitingen welke via de telefooncen trale worden tot stand gebracht kan de her ziening tot gevolg hebben, dat de betrokken abónné iets meer moet betalen. De nieuwe tarie ven worden in de na 1 Maart a.s. verschijnende locale gidsen opgenomen. De burgemeester van Groningen, mr. P. W J H. Cort van der Linden, heeft op het stadhuis van Groningen aan Lourens Stienstra, wonende Menadostraat 30 a te Groningen, hulde gebracht voor diens moedig optreden bij het redden van een drenkeling op 4 December j.l. en hem als belooning daarvoor een gift uitgereikt, welke door de plaatselijke afdeeling van de „Winter hulp Nederland" hiertoe beschikbaar is gesteld. Op dien datum was Stienstra bij zijn huis werkzaam, toen hij plotseling hulpgeroep uit de richting van het Boterdiep hoorde. Hij snelde toe, en toen hij zag, dat een jongetje ongeveer midden in het kanaal lag, begaf hij zich hoewel hij niet kon zwemmen onmiddellijk te water en smaakte het genoegen het kind tot dicht bij den wal te brengen. Hier werd het door de omstanders gegrepen en uit het water gehaald. Het kind was reeds bewusteloos, maar kwam na toepassing van kunstmatige ademha ling na eenigen tijd weer bij. De voorzitters van de Kamers van Koophan del en Fabrieken voor Amsterdam en Rotter dam hebben benoemd tot leden en plaatsver vangende leder, van de commissie, bedoeld in artikel 1, lid 2, sub 5, van het besluit d.d. 22 November 1940 betreffende bijzondere maatre gelegen op het gebied van het verzekeringswe zen (besluit no. 213/1940 in verordeningenblad no, 38/1940), (deze commissie is benoemd in verband met sommige buitenlandsche veraeke- riiresaigentscihappen, waairbij betalingsmoeilijk heden dreigen) Tot voorzitter: J. F. Scheltema, oud-hoofd directeur van de Assurantie-Maatschappij De Nederlanden, van 1845, te 's-Graven'hage, tot plaatsvervangend voorzitter: J. C. Johanknegt, lid van de firma J. C. J. Knegt en Zonen te Amsterdam; tot lid mr. J. Offerhaus, advocaat en procureur te Rotterdam; tot plaatsvervan gend lid mr. F. Baron van der Feltz, advocaat en procureur te, Amsterdam; tot lid W. F. Loc horst, lid van het accountantskantoor de Kra mer en Lokhorst te Amsterdam; tot plaatsver vangend lid drs. J. Paardekooper, lid van het accountantekantoor Brands en Paardekooper te Rotterdam. van het woord, hetgeen met zich mede brengt de bevordering èn plaatselijk, èn over het ge heele land van de onderlinge samenwerking tusschen de vele organisaties welke zich thans op dit terrein bewegen. Ieder, die instemt met het streven van dezen bond. wordt verzocht, hiervan spoedig mededeeling te doen aan het secretariaat. Maandagavond hield de V.V.V. „Het Geuldal" haar najaarsvergadering. De voorzitter achtte het niet gewenscht de leening van 4400 aan de Kasteelstichting op te zeggen: het geld zal toch slechts in buitengewone gevallen uitgege ven mogen worden, terwijl verder de Stichting reeds 6000 aan de V.V.V. ter beschikking stel de voor propaganda. Uit het jaarverslag bleek, dat het aantal le den en begunstigers 150 bedraagt. De inkomsten bedroegen 1795, de uitgaven 2031; er is dus een tekort van 436. In 1941 zal men geen folders verspreiden, we gens te hooge kosten; men zal een flink bedrag beschikbaar stellen voor reclame in de dagbla den; hiervoor zal de gemeente een groote sub sidie (minstens 1000) verleenen. Bij persoon lijke aanvrage zal men den ouden hotelgids toe sturen. Aan de gemeente heeft men een subsidie van 1000 aangevraagd; „Het Geuldal" 'zelf stelt nog 500 beschikbaar, zoodat 1500 vrij komt voor courantenreclame. De gemeente zal ook het vreemdelingenverkeer van Houthem steu nen door een subsidie naar verhouding De uitgaven voor 1941 werden begroot op 2704, de inkomsten op 2065. Men hoopt het nadeelig saldo te kunnen verkleinen uit de in komsten van de nieuwe leden, die tot de V.V.V. zullen toetreden. Zooals de heer Schaepkens van Riempst, ge westelijk directeur van het Winterhulpwerk in Limburg, op een vergadering ten stadhuize van Roermond mededeelde, heeft de eerste collecte voor het Winterhulpwerk in deze province op gebracht 50.000 en de tweede slechts ongeveer 30.000. Aan behoeftigen kon de eerste maal echter uitgedeeld worden 60.000 en de tweede maal zelfs 150.000, dus het vijfvoud van de op brengst der collecte. Limburg telt ongeveer 48.000 personen, die voor een uitkeering in aan merking komen. Per hoofd kon dus een bedrag van 3 besteed worden. Vooral voor kinderrijke gezinnen beteekent dat een flinke welkome hulp. Blijkens een schrijven van den Rijks Water staat zal te Maastricht een viaduct gebouwd worden over den autosnelweg EindhovenMaas tricht, die in aanleg is. Zooals bekend zal deze weg met een groote brug bij Wessem over de Maas gaan en dan afbuigen naar Maastricht. Daar waar deze autoweg juist een kruising van twee dorpstraten zal snijden, zal het viaduct ge bouwd worden. Het gemeentebestuur had be zwaren geopperd tegen een gewone kruising dezer wegen en Waterstaat ging daarmee accoord. Dinsdagavond om tien uur werd op de Zaan- brug tusschen Wormerveer en Wormer de in Wormer wonende ongeveer 35-jarige stoker T„ die op de fiets van zijn werk huiswaarts keer de, door de politie aangehouden ter controle van den inhoud van twee benzineblikken, die achter op de fiets waren bevestigd. Het vermoe den van de politie, dat hierin boterolie, afkom stig uit de oliefabriek „De Toekomst", waar de aangehoudene werkt, werd vervoerd, bleek juist te zijn. De stoker werd gearresteerd en overge bracht naar het bureau van politie te Wormer veer, waar hij aan een verhoor werd onder worpen. In den loop van den dag zijn verschillende huiszoekingen verricht, waarbij een groot aan tal gestolen artikelen in beslag werd genomen. Negen personen, allen vaste arbeiders bij ge noemde fabriek, voornamelijk stokers en machi nisten, zijn gearresteerd. De hoofddaders zullen ter beschikking van de justitie worden gesteld. In totaal werden in beslag genomen zestien zakken steenkolen, ongeveer honderd Eter bo terolie, 29 baallakens (vütdoeken) en verder ge reedschappen, machine-onderdeelen, leer enz De diefstallen, die hoofdzakelijk in de nach telijke uren plaats vonden, waren door de ds- rectie nog niet ontdekt. Bij de politie te Rotterdam kwamen den laat- sten tijd klachten binnen van menschen, die bij hazardspel soms gedeelten van hun weekloon verloren. De politie zette haar posten uit en kreeg er de lucht van, dat een bewoner van het Noorden, de 37-jarige sigarenwinkelier G. C. M. des avonds klanten achter zijn winkel ontving en met hen een spelletje „petoet" speelde, waar bij het om bedragen van dubbeltjes en kwartjes ging. Eenige dagen geleden deed de politie des avonds omstreeks half negen een inval bü dezen M. Zij kon gemakkelijk hooren, dat in het souterrain kaart gespeeld werd en op het bellen van de poUtiemannen werd eerst na eenigen tijd geopend. Vier mannen werden aangetroffen en meege nomen naar het bureau Bergsingel, waar zij werden verhoord. Drie hunner speelden slechts een ondergeschikte rol, want het bleken klanten van den sigarenwinkelier te zijn, die bij hem op visite kwamen ten einde een spelletje kaart te spelen, echter tegen vrij grof geld. Zij werden daarom heengezonden, maar M. werd den nacht op het bureau gehouden, ten einde volledig ge hoord te kunnen worden. M. vertelde, dat hij dit zaakje op touw had gezet, om zijn klanten van de sigarenzaak, die uiteraard niet meer zoo floreerde als voorheen, tevreden te houden. Na deze mededeeling kon proces-verbaal worden opgemaakt terzake van het beroepmatig geven van gelegenheid tot ha zardspel. Na het verhoor is de man op vrije voeten gesteld. Hü zal zich eerlang voor het gerecht hebben te verantwoorden. Dinsdagavond omstreeks half twaalf werd een wielrijder op weg van Krommenie naar Wormerveer door de pohtie gesommeerd te stoppen, daar hij een groote vracht scheen te vervoeren, hetgeen op dit nachtelijk uur ver dacht voorkwam. Aan de sommatie werd geen gevolg gegeven. De fietser trachtte in de duis ternis te ontsnappen, hetgeen hem gelukte ech ter niet, dan nadat hij de vracht, een half var ken, van de fiets had geworpen. Het vleesch werd in beslag genomen en zal later, na te zijn gekeurd, in de distributie worden gebracht. Het onderzoek der poEüe is zoo ver gevorderd, dat spoedig tot arrestatie van den frauduleuzen slachter zal kunnen worden overgegaan. Maandagavond geraakte de 68-jarge J. J. Donker uit de Westerbeekstraat te Rotterdam bij het station in de Rosestraat bekneld tusschen de treeplank en het perron, doordat hij te vroeg uit een rijtuig van een stoomtrein der R.TM. stapte. Het slachtoffer kreeg inwendige kneu zingen en werd in het Zuider Ziekenhms opge nomen. Hoewel de gevolgen van het ongeluk zich aanvankelijk niet zoo ernstig Eeten aanzien, is de man thans aan zijn verwondingen overleden Te Nieuwerbrug (bij Bodegraven) is Dinsdag middag het 6-jarig dochtertje van de familie Kortekaas door onbekende oorzaak in een bijt van den Ouden Rijn geraakt en verdronken. De Rijkswaterstaat heeft aanbesteed het ma ken van een waterkeerenden dijk langs de Zuid zijde van den Amer met bijkomende werken tusschen den mond van de Donge en Drimme- len. Het laagste werd ingeschreven door A. Volkers te Sliedrecht, voor f 282.000. Voorts werd aanbesteed het afdammen van de Kreeksche haven en het bouwen van een duikersluis in gewapend beton in den verbin dingsweg 1 tusschen weg no. 16 van het Rijks wegenplan 1938 en den toegang tot den Maas tunnel in de gemeenten IJsselmonde en Rot terdam. Laagste inschrijfster was de fa. G. v. Dijk en Zn. te Hardinxveld voor f 149.900. Toen een vrachtauto, welke uit de richting Nijmegen kwam, plotseling op de Niersbrug te Gennep remde en daardoor een kleine zwenking maakte op het brugdek, werd de op dat moment passeerende wielrijder C. rut Cuyk aangereden. C. werd tegen de brugleuning gesmakt waardoor hjj zware inwendige kneuzingen opliep. Op dok tersadvies werd het slachtoffer naar het zieken huis te Nijmegen overgebracht, waar hij aan de bekomen verwondingen is overleden. Benoemd tot leeraar in vasten dienst aan de Rijks H.B.S. te Meppel: P. J. Smink en J. C. H. Bol, beiden thans tijdelijk leeraar aan die school. Met ingang van 1 April 1941 is aan N J. H. Drion op zijn verzoek eervol ontslag verleend als referendaris bij de Rijksverzekeringsbank. 51 Nadi-uk verboden Darwin zag den doodsangst in de oogen van 't dier. De mannen achter hem konden geen an der mikpunt vinden en dus schoten ze op wat ze zagen, >t lichaam van den kameel, dat hun hardnekkig den doortocht versperde. Een twee de schot klonk een derde. De kameel kreunde en wankelde op zijn pooten. Toen verzamelde plotseling het dier zijn laat ste krachten. De spieren in de voorpooten tril den. Darwin werd gewaarschuwd. Nog een oogenblik en het woedende dier zou zich op hem storten, naakte gele tanden en trappelende hoeven, een gewicht van een ton zou hem mee slepen in den gapenden afgrond. Darwin legde het ouderwetsche geweer aan en vuurde. Er was geen tijd om na te denken. Het ging tusschen hem en den kameel. Hij trachtte door de rookwolken heen te gluren en bereidde zich al op den dood voor. Maar er ge beurde niets. De rook trok op. Hij zag een vormlooze massa op de rotsen liggen. En toen, voordat hjj wist wat er gebeurde, maakte het dier een krampachtige beweging met de poo ten en stortte in de diepte. De kameel was verdwenen. Niets stond nu meer den krijgsEeden in den weg. Op hetzelfde oogenblik reeds gluurde de eerste man om den hoek. Darwin had gehoopt, dat de eerste tegen stander, dien hij zou ontmoeten, sheikh Atejan mocht zijn. Er waren verschillende kwesties tusschen hen, die nu eindelijk eens uit den weg geruimd moesten worden. Maar blijkbaar had Atejan een veiliger plaats uitgekozen, niet zoo aan 't hoofd van den troep. De man, die in 't ge zicht kwam was kleiner en zwaarder gebouwd, een Arabier met een breed gezicht en een kool zwarten baard. Hij droeg een geweer bij zich, maar hij had zijn schot op den kameel afgevuurd.Er was nu geen tijd om te laden. De beide mannen wier pen hun geweer weg en liepen op elkander toe. Maar de ontmoeting zou niet plaats hebben. Weer klonk er een schot. De krijgsman wan kelde, uitte een vreeselijken kreet, stak zijn ar men boven zijn hoofd en verdween in den af grond. Dadelijk nam een tweede man de plaats van den eersten in, een lange, sterke soldaat met een geladen geweer. Hij kwam den hoek om, de wreede blik in zijn oogen maakte plaats voor doodsangst. Want een tweede geweeschot klonk en de man viel dood voor Darwin's voeten neer. Een derde krijgsman gluurde om den hoek. zag het lot, dat zijn kameraden getroffen had en trok zich weer snel terug. Een kogel maakte een eind aan het leven van den vluchteling. Voor het eerst durfde Darwin naar de over zijde te gluren. De kogels ketsten nu tegen de rotsen, maar Jad en Imbarak waren veiEg ver borgen achter een paar hooge rotsblokken. Deze twee bewaakten den hoek aan de overzijde en om hem te bereiken moesten de vijanden zich bloot geven. De krijgers uit Taj trokken zich nu achter de rotsblokken terug en uitten hun woede door een wild snelvuur. Nu was het Darwin voor een oogenblik ver gund, om op adem te komen. Hij keek weer naar de overzijde en zag hoe de Gouverneur en de beide meisjes dekking hadden gezocht voor de kogels. Zij keken niet in zijn richting, maar staarden in de lucht en waren geheel verdiept in wat ze daar zagen. Onder de donkere wrong van het zwarte haar zag Littlejohn's gezichtje aschgrauw. Met open mond en wijdgesperde oogen staarde ze naar boven. Hij volgde nieuws gierig haar bEk. Hij voelde, dat er wat ging ge beuren. De slaaf van den afgrond hing met de voeten naar beneden in het midden van den kabel. Hij hield zijn armen uitgestrekt. Ver beneden hem, aan het eind van het touw, hing Oedipus Aba. Zachtjes schommelde zijn Echaam heen en weer. Kalm, alsof de vaste grond binnen het bereik van zijn teenen was, liet de slaaf den kabel los en pakte het afhangende touw. Hij klemde het stevig tusschen zijn beenen en liet zich naar be neden zakken. Zijn schapenvel lag los om zijn schouders. De wind speelde onder het kleeding- stuk en plotseling zeilde het weg in de ruimte. Behalve den doek om zijn lendenen was hij naakt een uitgemergeld Echaam met uit stekende ribben, bruin gebrand, op zwart af, doordat het lange jaren aan de lucht was bloot gesteld. Zijn lange haren, die waarschijnlijk in jaren niet geknipt waren, bewogen in den wind. Het waren blonde, krullende haren het haar van een blanke! Darwin voelde, hoe zijn hart in zijn keel klopte. De slaaf gleed langs het touw naar be neden en draaide zich naar Darwin toe. Voor 't eerst zag deze zijn gezicht. En toen wist hij! Het was een mager, vertrokken gezicht en in de oogen stond een uitdrukking van waan zin te lezen. Het was slechts een schaduw van het vroolijke jongensgezicht met de verstandige, lachende oogen. Maar voor Darwin was een onderzoek van jaren geëindigd. Hij had zijn broeder gevonden! De slaaf van den afgrond was Allan Darwin! HOOFDSTUK XXVII. Darwin Bet zijn hoofd zakken en sloot zijn oogen. De emotie was te heftig. Plotseling schreeuwde hij het uit. „Allan! Allan Darwin!" De jongen draaide om het touw heen. terwijl hij naar beneden gleed. Hij was nog geen vijf en twintig jaar, maar zag er uit als een oud man. Toen hij aan het uiteinde van het touw was gekomen, gluurde hü verwonderd naar den man, die hem daar op de rotsen stond aan te staren. Hü glimlachte, maar nergens bleek uit, dat hü den ander herkend had of dat hü zich iets herinnerde. „Allan!" ontroerd klonk Darwin's stem. „Je zond om me en ik ben gekomen. Kun je je dat dan niet herinneren? Ik heb in de woestijn naar je gezocht, jaren lang. Ik ben het, David. Je broeder! Ik ben David Darwin!" Maar er kwam geen verheugde glans in de doffe oogen. De jongen scheen geen Ëngelsch meer te verstaan. Hij sprak in het sabir en hü zag er int als een kind, dat kwaad heeft ge daan. „Ik smeek uhet was niet mijn schuld!" zei hij „Het touw was weggeschoten, voor ik het kon pakken. Maar ik zal het nu zoo gauw mogelijk weer bij u brengen." Hij stak zijn bloote voeten in de onderste lus en bracht het touw in beweging, terwijl hij met zijn tengere lichaam achterover leunde. Oedipus Aba hing slap tusschen de touwen, meer dood dan levend. Hij werkte niet mee. Maar de jongen kreeg het touw toch in bewe ging, langzaam in het begin, toen vlugger en vlugger. En terwül Darwin toekeek, zag hü opeens weer een tuin voor rich en een blond jongetje op een schommel tusschen de appelbloesems, dat juichend hooger en hooger schommelde. Ook de slaaf van den afgrond schommelde. Ge durende vier lange jaren was dit rijn eenige bezigheid geweest. Hü was slechts door één ge dachte bezield! De man op de rotsen wachtte op hem. Darwin begreep, dat hij niet herkend was. Die oogen smeekten hem slechts om niet on geduldig te worden. Zij zouden net zoo smee- kend naar een van de vele andere reizigers ge keken hebben, die naar de overzüde wilden. Allan Darwin kon zich niets meer herinneren. Gedurende de vreeselijke jaren in eenzaamheid doorgebracht in de woeste bergen van El-Go- many, had hij zijn geheugen verloren. Twee brandende tranen liepen langs Darwin's gezicht. Dit was het einde van zijn zoeken. Een tijdje geleden had hij alleen maar gehoopt op de zekerheid, dat rijn broeder dood was. En eigenlijk was Allan Darwin dood. Er was slechts een uitgemergeld lichaam overgebleven, de knaap had nog slechts een slaafsch instinct voor gehoorzaamheid en een paar smeekende bedroef de oogen, die konden zien, maar die nooit meer begrijpen zouden. Hooger en hooger schommelde het touw over den afgrond. Dichter en dichter kwam het bü de rotsen. Nu kwam hij om den broeder te redden, die zooveel lange tragische jaren getracht had, hem op te sporen. Maar hü wist het niet. Automa tisch deed hü rijn werk. De man, die op de rot sen stond te wachten, was een vreemdeling voor hem. Als hij nog eenige emotie voelde, dan was het alleen een vrees om gestraft te worden (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 3