Regeeringscommissarissen aan het
hoofd van gemeenten
De beveiliging van ons natuurschoon
De eerste vier kampen van den
Arbeidsdienst betrokken
Kolendampvergiftiging
Traagheid....
Nieuwe verordening nader
toegelicht
het onderwijs in de
Nederlandsche taal
Interview met den ambtenaar
voor de natuurbescherming
Nederlander - dat is vleesch
èn visch
Vrijwillige arbeidsdienst
voor meisjes
Kerkelijk leven
WOENSDAG 5 MAART 1941
Commissie van advies ingesteld
Bejaard echtpaar bewusteloos
in bed aangetroffen
IJZER EN STAAL
Wijziging in de handelsvoor-
waarden voor Duitsche
opdrachten
Distributie-ambtenaar
verduisterde kaarten
Gevangenisstraffen van één en
anderhalf jaar geëischt
VLASBESLUIT 1941
Verwerken en verhandelen
geregeld
KINDERBIJSLAG
DOELLOS SOLLICITEEREN
Smokkelarij van vleesch
Wijdvertakt complot ontmaskerd
Aanbesteding
HET ZEKERE EN ONSCHADELIJKE
LAXEERMIDDEL
Duitsch Landgerecht
Luisteren naar verboden zender
Beleediging van den Führer
een boeiend, hoopgevend
rustig boek
HET EINDE DER TIJDEN
een boek dat moed geeft
Dagorder van den commandant
Het gaat nu snel
Bijeenkomst van den staf
Op 20 Maart worden de eerste
kampen geopend
MOSSELZAAD
ReglemenLeering van winning
en verdeeling
De bontdiefstal te Utrecht
Rijksbureau voor ijzer en staal
Pi of. R. Welschen O. P. ten
volle bediend
I
Op de pas verschenen verordening nr. 36 van
den Rijkscommissaris voor het bezette Neder-
landsche gebied heeft dr. Rabl, juridisch des
kundige in het rijkscommissariaat, in een pers
conferentie een toelichting gegeven.
Hij ving zijn betoog aan aldus meldt het
A N. P. met de opmerking, dat deze ver
ordening, welke de aanstelling van regeerings
commissarissen aan het hoofd van gemeenten,
Voor welke de rijkscommissaris voor het be
zette Nederlandsche gebied zulks noodig acht,
mogelijk verklaart, minder diep in het Neder
landsche gemeenterecht ingrijpt dan zij op
het eerste gezicht schijnt te doen. De grondsla
gen van het Nederlandsche gemeenterecht zijn
neergelegd in artikel 144 van de Grondwet. Zij
sluiten aan bij de liberale constitutioneele ge
dachte, aldus dr. Rabl. Immers, er is een ver
deeling van bevoegdheden tusschen den bur
gemeester als door de Kroon vrij benoemden
gezagsdrager en de wethouders en den raad
als vertegenwoordigers van den volksinvloed.
Haamaast echter heeft reeds de Grondwetleg
ger van 1815 de mogelijkheid voorzien, dat het
aldus geconstrueerde gemeentebestuur niet te
gen zijn taak zou zijn opgewassen. Immers,
he' vierde en het vijfde lid van artikel 144 der
Grondwet deze bepalingen Srfjn bij de op
eenvolgende Grondwetswijzigingen onaange
tast gebleven bepalen:
„Wanneer de regeling en het bestuur van de
huishouding eener gemeente grovelijk worden
Verwaarloosd, kan een wet de wijze bepalen,
daarop in het bestuur dier gemeente, met
afwijking van het eerste en tweede lid van dit
artikel, wordt voorzien.
De wet bepaalt, welk gezag het gemeentebe
stuur vervangt, wanneer dit in gebreke blijft in
tie uitvoering der wetten, der algemecne maat-
reKelen van bestuur of der provinciale verorde-
hingen te voorzien".
Het hierboven eerst aangehaalde vierde lid
heeft betrekking op een falen van het systeem,
het daarop volgende vijfde lid op een falen
van personen.
De genoemde Grondwetsbepalingen zijn drie
staal toegepast, n.l. in 1895 op de gemeenten
°Psterland en Weststellingwerf en in 1933 op
Beerta. De toen in de wetten-ad-hoc geschapen
figuur van den regeeringscommissaris is opzet-
fclijk in de verordening nr. 36 overgenomen.
Ook in ander opzicht sluit deze verordening
volgens dr. Rabl aan bij de rechtsontwikkeling
mer te lande. Het geval Beerta was in 1933
eeds niet meer zoo uitzonderlijk als de geval-
Opsterland en Weststellingwcrf in 1895
aren. in 1934 werd te Rotterdam een congres
ouden van den Bond van R. K. Gemeente-
JJhsleden in Nederland. In de daar gehouden
^ordrachten klonk in verschillenden toonaard
Semeen de kritiek op de structuur van het
c)o^_eeutelijk bestuur door. Met name is toen
'wa/ 6611 der £Prckers gezegd, dat de tijd rijp
libf.r.,yoor een noodzakelijke slooping van de
jjier e grondslagen der gemeentewetgeving
tici Waren nuchtere en verantwoordelijke pree
kt aan het woord, die een steeds meer voel-
re algemeene tendentie vertolkten.
Deze bestaande tendentie nu ls door de
jongste gebeurtenissen versterkt. Het is noo
dig gebleken de in het gemeenterecht in
de kern aanwezige gedachte van eenhoof
dige leiding meer nadruk te geven. Het
zwaartepunt was al te zeer naar de wethou
ders en den raad verschoven. Onder de reeds
ingezette ontwikkeling, weike tegen dit ver
schijnsel verzet deed rijzen, is door de ver
ordening nr. 36 een streep gezet. Het col-
ee van B. en W. en de raad worden er in
opgeheven. Dit beteekent niet, dat de re
geeringscommissaris nu een gemeentelijke
imperator wordt. Hij zal moeten worden by-
gestaan door de deskundigen van de prak
tik, door de wethouders, doch hij vormt
hict hen niet meer een college, waarin de
meerderheid van stemmen beslist. De wet
houders behouden de leiding van hun af-
deelingen maar onder persoonlijke verant
woordelijkheid van den regeeringscommissa
ris. Deze benoemt bovendien raadslieden uit
de burgerij. De band tusschen gemeentebe
stuur en bevolking wordt zoodoende niet
doorgesneden.
De regeeringscommissaris staat bovendien on
er toezicht van den commissaris der provin
ce etl van den secretaris-generaal van het de-
rfoment van Binnenlandsche Zaken.
v Ten slotte betoogde dr. Rabl, dat ook deze
crordening wordt gedekt door artikel 43 van
Haagsche conventie van 1907 en dan ook
^mpen <je grenzen blijft, welke het volkenrecht
bezetter van een bezet gebied nopens de
chtsinstellingen van dit gebied stelt. Immers,
e verordening doet de Grondwet geen gewcio
Zij is eerder een algemeen uitvoenngs-
/horschrift van de leden vier en vijf van ar-
144 der Grondwet.
Dp een hem gestelde vraag of de genoemde
vondwetsibepalingen uiet moeten worden be-
~houwd als grondslag voor uitzondermgsrecht,
f/de dr. Rahl nog, dat een constitutie niet be-
PePen kan worden alleen aan de hand van de
ter der Grondwetsartikelen. Het voomaam-
BÜ beschikking van den secretaris-generaal
"an Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescher-
v 'nS is ingesteld een commissie, die, voor zoo-
teel betreft het onderwijs in de Nederlandsche
öaal> advies zal hebben uit te brengen omtrent
onn leerPlanenen en de urentabellen voor de
derscheidene openbare scholen voor voor-
i(fend hooger en middelbaar onderwijs en
suh nt de afwijkingen, die daarvan voor ge-
bsidieerde en/of aangewezen bijzondere scho
on V°°r voorbereidend hooger en middelbaar
derwijs zullen kunnen worden toegestaan.
n deze commissie zijn benoemd: tot lid en
^rzitter van die commissie: dr. W. van den
te inspecteur van het middelbaar onderwijs,
de yGravenhase; tot leden: prof. dr. C. G. N.
Vooys, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit
Utrecht: ------
v de Rijksuniversiteit te Leiden; dr. C. B.
en TIiaerin8en, docent aan de School voor Taal
do ctterkimde, te 's-Gravenhage; W. Kramer,
ten ft ln de methodiek aan de Rijksuniversi-
Utrecht; dr. W. A. P. Smit, directeur der
dr. Jfbare school voor meisjes te Deventer;
gereh,' Reuken, leèraar aan de R. K. Hoo-
lecr, 'herschool te Helmond; dr. L. M. v. Dis,
schoof aan de 2e gemeentelijke hoogereburger-
het r,, e Haarlem; dr. B. H. Erné, leeraar aan
Roordi>Stel^k gymnasium te Utrecht; W. J. J.
te 's-Gravenhage.
prof. dr. J. de Vries, hoogleeraar
ste is, dat de Grondwetgever van 1815 en ook
de latere Grondwetgevers welbewust de moge
lijkheid voor oogen hebben gehad van een falen
van het door hen op grond van hun üoeraal-
constitutioneele uitgangspunt aanvaarde struc
tuurbeginsel. Voor dat geval gaven zü moge
lijkheden aan. welke in den aanvang irricdaao
wei als uitzonderingsrecht zullen zijn be
schouwd, doch welke door den groei van net
leven en door den groei van den inhoud var.
het recht de grondslag zijn geworden voor eer.
rechtsontwikkeling in de richting van een een
hoofdige leiding der gemeenten
Toen Dinsdagmorgen het dienstmeisje van den
heer en mevrouw S. V. K., wonende in de
Amalia van Solmsstraat te Groningen, aan
belde, werd haar niet open gedaan. Zij waar
schuwde een voorbijkomende politie-agent, die
tezamen met een passeerenden rechercheur aan
de achterzijde van het perceel een ruit insloeg.
Bij onderzoek bleek, dat de beide bewoners,
die al op leeftijd zijn, bewusteloos te bed lagen,
bedwelmd door kolendamp uit een geheel af
gesloten haard. Onmiddellijk werden twee art
sen gewaarschuwd, die na toediening van zuur
stof beider toestand van dien aard achtten,
dat onmiddellijke overbrenging naar het R. K.
Ziekenhuis noodzakelijk was. De toestand van
den heer S. V. is ernstig.
De secretaris-generaal van het departement
van Handel, Nijverheid en Scheepvaart heeft
het maximum-gewicht aan ijzer en staal voor
Duitsche opdrachten, welke zonder „Kontroll-
nummeraufstellung" kunnen worden aangeno
men, van 100 k.g. tot 5 k.g. verlaagd.
Zware straffen heeft de officier van justitie
bij de Haagsche rechtbank geëischt tegen een
tijdelijk ambtenaar van den distributiedienst,
die een aantal distributiebescheiden had ver
duisterd en tegen de kooplieden, die bij den
kettinghandel in deze kaarten waren betrok
ken. „Dit is de eerste van eenige soortgelijke
fraudezaken", zeide de officier in zijn requisitoir.
„Van de zijde van het openbaar ministerie zal
in al deze gevallen strengworden opgetreden.
Het vertrouwen van het publiek, ook in de'lagere
ambtenaren, dient ongeschokt te kunnen blij
ven." Tegen den gewezen ambtenaar luidde de
eisch één jaar gevangenisstraf, tegen diens
handlangers anderhalf jaar.
In Januari van dit jaar was de tijdelijke
ambtenaar in contact gekomen met een minder
gunstig bekend staanden koopman, die van de
wetenschap, dat de ambtenaar ln geldverlegen
heid zat, handig gebruik maakte. Hij bood den
jongeman 50 voor een partijtje van honderd
distributiekaarten en tegen zulk een verleidelijk
aanbod was deze niet bestand. Hij verduisterde
achtereenvolgens 200 en 100 kaarten en met de
150, welke hij daarvoor ontving, kon hij zijn
schulden ruimschoots inlossen.
De kaarten kwamen in den kettinghandel,
met het gevolg, dat de prijs met sprongen steeg.
Toen de politie ingreep, bedroeg hij reeds bijna
f 3 voor een brood-, vleesch- of bloemkaart.
Een rechercheur van politie, die den onge-
oorloofden handel op het spoor was gekomen,
maakte als adspirant-kooper een afspraak met
den vierden wederverkooper. In het café waar
de uitwisseling van de kaarten tegen een flink
bedrag aan geld zou geschieden, werd deze vier
de koopman echter direct gearresteerd. Andere
arrestaties volgden toen spoedig.
De 32-jarige koopman, die den ambtenaar tot
het plegen van de fraude had overgehaald,
ontkende voor de rechtbank ten stelligste, dat
hij den jongeman tot verduistering had willen
dwingen. Integendeel, de ambtenaar had bij
zijn eerstê aanbod reeds gretig toegehapt. Zelf
had hij aan de kaarten bijna 200 verdiend. De
winst bedroeg wel ruim 350, maar hij had deze
moeten deelen met een relatie, die het geld had
willen voorschieten.
Tegen hem en tegen den chauffeur, die voor
het geld had gezorgd, eischte de officier een
gevangenisstraf van een jaar en zes maanden.
De verdediger van den koopman achtte het
onjuist, dat tegen zijn cliënt een zwaardere
straf werd geëischt dan tegen den ambtenaar.
Die is toch in deze kwestie de meest verant
woordelijke man, meende pi. Hij verzocht daar
om veroordeeling tot een aanmerkelijk lichtere
straf.
Tegen een 35-jarigen caféhouder, die 100 van
de kaarten aan den rechercheur had willen ver-
koopen, werd een half jaar gevangenisstraf ge
ëischt.
19 Maart zal de rechtbank uitspraak doen.
De secretaris-generaal van het departement
van landbouw en Visscherij heeft het Vlasbesluit
1941 vastgesteld.
De gewijzigde omstandigheden maken een re
geling ten aanzien van het verwerken en ver
handelen van vlas, in het bijzonder ten aanzien
van maximumprijzen, wenschelijk. Te dien einde
is dit besluit opgemaakt, waarbij het verwerken
van stroovlas en het verhandelen van stroovlas
;n Vlaslinten zoo geleid worden, dat de bij de
stichting „Buvlaslint" aangesloten groothande
laren de beschikking over alle in Nederland ver
werkt vlaslint krijgen. De stichting Buvlaslint
verzorgt dan den verderen afzet.
Door de Akkerbouwcentrale worden daarna
overeenkomsten met tusschenhandelaren-com-
missionnairs en met tusschenhandelaren aange
geven, waarbij dezen zich o.m. verplichten, zich
te houden aan de door de centrale vast te stel
len prijzen en de.centrale van hun handelingen
op de hoogte te houden.
Men verzoekt ons ter kennis van belang
hebbenden te brengen, dat het bestuur van
het Kinderbijslagvereveningfonds, bedoeld in
artikel 76 der Kinderbijslagwet, is gconstituerd.
Het secretariaat van bedoeld fonds is geves
tigd te 's-Gravenhage, Raamweg 90. De secreta
ris is voor zaken, de uitvoering der Kinderbij
slagwet betreffende, eiken Vrijdag te spreken
des namiddags van twee tot vier uur.
In verband met het groot aantal bij de
PTT-Radjodiensten binnengekomen sollicita
ties (reeds meer dan 1500), verzoekt men ons
de aandacht er op te vestfgen, dat voor het
typewerk sen behoeve van de administratie en
het uitreiken der luistervergunningen voldoen
de vrouwelijke krachten (geoefende typistes)
aanwezig zijn.
Voor de overige administratieve en controle
werkzaamheden zal zooveel mogelijk gebruik
worden gemaakt van personeel, dat tengevolge
van de instelling der ryksradiodistributie bij
de vroegere distributiebedrijven overcompleet is
geworden. Op eventueel nog overblijvende plaat
sen hebben bij voorkeur de ingeschrevenen bij
de afdeeling overheidspersoneelvoorzlening van
het departement van Binnenlandsche Zaken
recht, zoodat op plaatsing van buitenstaanders
geen uitzicht bestaat en verdere sollicitaties
beter achterwege kunnen blijven.
Het vleeschsmokkelcomplot te Marum (Gr.)
blijkt een wijdvertakte organisatie te zijn. Wer
den eenige dagen geleden drie kooplieden en
een caféhouder aangehouden, thans is tijdens
de voortdurende huiszoekingen door de politie
ook nog de hotelhouder J. te Marum gear
resteerd. Deze heeft een aantal geslachte var
kens verkocht. Weliswaar had huiszoeking bij
hem geen resultaat, doch het bleek al spoedig
dat de smokkelwaar inderhaast naar een buur
man was gebracht, waar alles in beslag is ge
nomen.
Twee van de te Niebert gearresteerde koop
lieden hebben thans bekend, spek, hammen en
varkensvleesch te hebben gesmokkeld, tot een
totaal van een kleine duizend pond.
De Rijksgebouwendienst heeft aanbesteed het
bouwen van een telefoongebouw te Alphen aan
den Rijn. Laagste inschrijvers waren gebroe
ders A. en J. deh Ouden te Alphen aan den
Rijn voor 56.180.
Door een troge darmfunctie
kunnen veel gevaren voor de
ezondheid ontstaan,
et middel bij trage dorm*
functie is i
Het A.NP. meldt:
Voor het Duitsche Landgerecht heeft Dinsdag
terecht gestaan de 67-jarige gepensionneerde
bootsman van de Nederlandsche Marine D. v. d.
K., uit Amsterdam, die naar den Engelschen
zender had geluisterd en anderen heeft laten
meeluisteren.
Beklaagde, die sinds 22 November in voor
arrest zit, gaf het ten laste gelegde toe, doch
zeide niet voor de gewone nieuwsberichten te
hebben willen luisteren, maar alleen uit belang
stelling als oud-marineman naar de scheeps
berichten.
Overeenkomstig den eisch van den General-
staatsanwalt dr. Koblitz, werd beklaagde veroor
deeld tot 4 maanden gevangenisstraf met aftrek
van het voorarrest en voorts tot een geldboete
van 150, terwijl het radiotoestel verbeurd ver
klaard werd.
Rechter Joppich wees er hierbij op. dat nog
steeds zeer vele Nederlanders niet schijnen te
willen inzien, dat het luisterverbod naar vreem
de zenders tot de oorlogsmaatregelen behoort
en dat men een dergelijk verbod niet straffeloos
kan overtreden. Eerst wanneer een vervolging
wordt ingesteld, toont men berouw, doch dan is
het helaas te laat en kan men een hooge straf
niet meer ontloopen.
ln het onderhavige geval heeft spr. nog re
kening willen houd enmet den hoogen leeftijd
van beklaagde en hem tot een milde straf ver
oordeeld, doch in de toekomst zal dat niet altijd
mogelijk zijn.
Daarna stond wegens beleediging van den
Führer terecht een 21-jarige brievenbesteller uit
Laren. Deze beklaagde had een meisje naar
Baarn gebracht en reed op den terugweg twee
hem onbekende meisjes achterop, met wie hij
een praatje aankoopte. Na een inleidend ge
sprek over het weer, kwam men van lieverlede
op politiek terrein, maar ook bleek even later,
dat de meisjes lid waren van de N.S.B. Dat was
voor beklaagde aanleiding om op te merken,
dat dit als katholiek niet mocht en dat ze beter
lid van de Unie konden worden. Het een lokte
het ander uit, beide partijen wonden zich meer
en meer op, totdat tenslotte beklaagde den Füh
rer en de N.S.B. ernstig beleedigde.
Beklaagde erkende alles, waarna de Generaal-
staatsanwalt er op wees, dat bekl. zich aan een
zeer zware beleediging van den Führer heeft
schuldig gemaakt. Spr. wilde er bij de bepa
ling van de strafmaat echter rekening mede
houdert, dat beklaagde de woorden tijdens een
politiek gesprek in opgewonden toestand heeft
gebezigd en vorderde een gevangenisstraf van
acht maanden met aftrek van het voorarrest
(sinds 9 December).
De verdediger merkte in zijn pleidooi o.m-
op, dat de beleediging zich in hoofdzaak richtte
tegen de N.S.B. en vroeg een milde straf.
Rechter Joppich heeft tenslotte beklaagde
veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf met
aftrek van het voorarrest. De Führer is wel
degelijk ernstig beleedigd en dat kan niet on
gestraft blijven. Bij de grootte van de straf heeft
spr. rekening gehouden met de opgewondenheid.
naar de voorspellingen van de
Heilige Schrift
door den bekenden historicus
GRAAF JEAN DU PLESSIS
met een voorwoord van H. de Greeve pr.
ing. f 3.40 groot formaat geb. f 4.45
een boek dat U het verband toont
tusschen alle groote voorzeggingen
en dat U de woorden van Christus
doet begrijpen
VERKRIJGBAAR bij den boekhandel en bij
UITGEVERIJ DE TOORTS HEEMSTEDE
„De organisatie van de natüurschoonfoe-
scherming in ons land is juist op dit oogen-
blik dringend noodig, omdat men thans uit
de verschillende plannen, welke er zijn ge
maakt voor een zoo economisch mogelijk
bodemgebruik, tracht te komen tot één
groot, nationaal plan. En hierbij is het
noodzakelijk, dat wij met piëteit het na
tuur- en landsbhapschoon sparen en oon-
serveeren, voordat dit onder den Invloed
der, vooral in oorlogstijd zoo dringende,
economische omstandigheden verloren zou
gaan." Aldus deelde ir. W. G. van der
Kloot, de dezer dagen aan het departe
ment van Opvoeding, Wetenschap en Cul
tuurbescherming benoemde ambtenaar voor
de natuurbescherming, tijdens een vraag
gesprek aan een V. P. B.-redacteur mede.
Zooals bekend, was de zorg voor de bescher
ming van het landschap- en natuurschoon tot
dusver een aangelegenheid, welke gedeeltelijk
onder Economische Zaken, gedeeltelijk onder
Kunsten, Onderwijs en Wetenschappen ressor
teerde; een gesplitste toestand, waarvan de
goede zaak zelf nog al eens het slachtoffer
werd. De staat en talrijke particuliere instan
ties deden weliswaar in loffelijke samenwerking
ieder het hunne, doch dit was niet voldoende.
De Contactcommissie voor Natüur- en Land-
schapsbescherming, waarvan de nieuwe func
tionaris secretaris is, was allang van oordeel,
dat de verschillende particuliere vereenlgin-
gen, die zich op dit gebied bewogen, vooral be
hoefte gevoelden aan:
le. Erkenning door het Rijk van de bezittin
gen der vereenigingen, als „natuurmonumen
ten" (zoodat zich dus niet de situatie kan voor
doen, dat een dergelijk natuumlonument zon
der meer onteigend kan worden, b.v. ten gun
ste van een gemeentelijk werkverschaffings
object).
2e. De mogelijkheid van onteigening ten be
hoeve van de bescherming van het natuur
schoon (in het bijzonder waar het enclaves be
treft var. particuliere bezittingen, die midden
in een natuurmonument liggen en die dus door
bebouwing of iets dergelijks het geheele na
tuurmonument zouden kunnen vernielen).
3e. Een regeling voor de vrijwillige classee-
ring van terreinen tot natuurmonument (de
Natuiurschoonwet kende op dit punt reeds be
lasting-faciliteiten toe, waarbjj het doel ech
ter maar al te dikwijls het middel werd voor
den eigenaar om tijdelijk minder belasting te
betalen)
Deze punten, aldus ir. van der Kloot, vragen
spoedig een wettelijke regeling. Daarnevens zijn
echter nog tal van andere problemen die om
een oplossing'vragen. Bijvoorbeeld de opleiding
van landschapsarchitecten en hun inschakeling
bij groote objecten, die ingrijpende wijzigingen
in het landschap aanbrengen. De laatste decen
nia zijn verschillende der schoonste streken van
ons land ontluisterd tengevolge van het ontbre
ken van voldoende goede landschapsarchitecten.
Verder 'is ook de fauna deel van het landschap,
bijv. de zoo goed als uitgestorven vischotter, die
wij nog moeten trachten te redden. Het vraag
stuk heeft zeer vele kanten. Zoo stelt de mergel-
exploitatie in Limburg verschillende problemen
aan de orde. In de eerste plaats door de schade,
die zij aan het landschap toebrengt, en in de
tweede plaats door de dreigende uitroeiing der
vleermuizenkoionies in de grotten deze kolo
nies vormen n.l. een der bezienswaardigheden
van Eurojja daar er na het afgraven der
mergelheuveltjes natuurlijk ook geen grotten
meer overblijven om deze nuttige insectenver
delgers te huisvesten.
„Zullen de particuliere vereenigingen hun
terrein nu in het vervolg beperkt zien?"
„Neen, de ónderscheiden vereenigingen
hebben tot dusver zulk prachtig werk op dit
gebied gepresteerd, dat zij zeker in de ge
legenheid gesteld moeten worden dit in de
toekomst voort te zetten.
De particuliere instanties hadden samen in
totaal ongeveer reeds een 30.000 ha. veilig ge
steld. Dit is echter veel te gering. Zie slechts
welke enorme nationale parken men in het bui
tenland voor de bescherming van het natuur-
en landschapschoon heeft aangekocht, en hoe
men bijv. in Duitschland heele gedeelten van
het Moezeldal onder wettelijke bescherming van
Naturschutz. Landschaftschutz en Landschafts-
gestaltung heeft gesteld.
Overigens zijn onze wenschen moeilijk in cij
fers onder woorden te brengen. Men moet na
melijk bedenken, dat het natuur- en landschap-
schoon dynamisch is, wat dus wil zeggen, dat
'een rapport, zoodra het klaar is, ook al weer is
verouderd. Maar in ieder geval hebben wij nu
een Rijksinstantie, die het geheel kan over
zien en in samenwerking met Staatsboschbc-
heer, dat op dit gebied reeds voortreffelijke din
gen presteerde, initiatieven kan nemen en lei
ding kan geven.
Overigens behoeven de land- en tuinbouwers
niet bevreesd te zijn voor hün belangen. Als
tuinbouwkundig ingenieur van Wageningen ben
ik van plan er ook terdege voor te zorgen, dat
wij niet naar het andere uiterste overslaan en
in het wilde weg aan alle verzoeken tot bescher
ming van natuur- en landschapschoon zullen
voldoen. Met een breede visie op het geheele
nNtuurbeschermingsprobleem zullen alle par
tijen gebaat zijn.
Maar nogmaals: het was de hoogste tyd.
In de eerste plaats omdat wij met den grond
van ons dicht bevolkte land moeten woeke
ren en voorts ook vanwege de vele aansla
gen van de zijde der gemeentelijke werk
verschaffingsinstanties, waartegen de Con
tactcommissie en Staatsboschbeheer veelal
tevergeefs plachten te strijden.
Het A.N.P. bericht:
Veel werd in ons land geschreven en gespro
ken over een Nederlandschen Arbeidsdienst,
doch tot op den dag van gisteren bestond een
dergelijke instelling in ons land niet. Daar be
stonden jeugd-werkloozenkampen, daar be
stonden „kaderscholen" en „opleidingskampen"
voor de toekomstige leiders van een héél de
Nederlandsche jeugd omvattenden arbeidsdienst,
daar waren oproepen gericht tot alle jonge
mannen tusschen 18 en 23 jaar om zich voor
dezen dienst op te geven, daar werden verkla
ringen afgelegd over de party-politieke afzydig-
heid van den Arbeidsdienst en over de geeste
lijke verzorging in de kampen doch dat alles
was de arbeidsdienst zélf niet.
Deze Is Maandag in Nederland tot stand ge
komen.
Op den derden Maart kwam de eerste
ploeg vrywilligers op: de bevolking van de
eerste vier kampen, waarvan er twee in
Laren, één in Vierhouten en één in Nun-
speet geheel los van het daar reeds ge
vestigde opleidingskamp liggen.
By deze gelegenheid heeft de commandant
van den Nederlandschen Arbeidsdienst, majoor
J. N. Breunese, een dagorder uitgevaardigd, die
hedenmiddag, toen de mannen geleidelijk allen
op hun plaats van bestemming waren gekomen
en de eerste kennismaking met de nieuwe om
geving had plaats gehad, voor allen gezameniyk
werd voorgelezen en die als volgt luidt:
Mannen!
Op dezen voor ons historischen dag, nu wy
met den opbouw van een Nederlandschen Ar
beidsdienst een aanvang maken, heet ik u, die
als eersten in dezen Arbeidsdienst wordt opge
nomen, welkom in de levens- en werk-gemeen-
schap, waartoe gy een half jaar lang zult be-
hooren.
In dit half jaar zult gy u, met uitsluiting
van al het andere, wijden aan de Nederlandsche
volksgemeenschap in haar geheel. Ik herhaal:
Met uitsluiting van al het andere, dat is met
name van al wat ons verdeelt, van party-
politiek en groepsbelang. Hier zyt gy geen ar
beider of student, geen werklooze of welgestel
de, geen propagandist van een politieke party
of beweging.
Dat beteekent niet, dat gy geen vleesch of
visch zyt. Gy zyt hier Nederlander dat is
vleesch èn visch. Gy zyt hier niet om voor
u zelf of voor de groep van uw voorkeur te
halen doch om aan uw volk te geven, om
een eereplicht te vervullen jegens het vader
land.
Daarvoor alleen geldt de leus van onzen Ne
derlandschen Arbeidsdienst:
„lek dien!"
De Nederlandsche Arbeidsdienst moge
met deze vier kampen, die tezamen een zes
honderd jongens bevatten, bescheiden aan
vangen, met kracht wordt aan den verderen
uitbouw voortgewerkt. Reeds een week na
de opening van deze eerste kampen zullen
er vier nieuwe met wederom een zeshonderd
tal jongens, worden opengesteld en wel in
Beekbergen, Ommen, Wasberg en Baarn.
Vóór den eersten April, den datum, waarop
de Invoering van den arbeidsdienst werd ver
wacht, zal dus het leven in acht kampen reeds
in vollen gang zyn. Gedurende de maand April
worden tien nieuwe kampen geopend, en in de
maanden, die daarop volgen tot October ge
leidelik nog een vüftigtaL In October zal de
Nederlandsche Arbeidsdienst dus een kleine
zeventig kampen tellen, die tezamen tien A
twaalf duizend deelnemers bevatten. Voor de
in April te bouwen kampen zyn de gronden in
het Noorden van ons land en Noord-Limburg
en Oost-Brabant reeds uitgezocht. In verband
met de slechte houtpositie en met de geringe
beschikbare legeringsruimten, zullen de barak
ken voor een groot deel uit het buitenland
worden betrokken. Uit Duitschland zuilen de
verplaatsbare barakkenkampen worden benut,
volgens het by den Reichsarbeitsdienst in ge
bruik zynde modeL
De objecten, waaraan de Arbeidsdienst
zich wydt, zullen hoofdzakelyk bestaan uit
werken van cultuur-technischen aard, zoo
als bodem- en bosch-verbeteringen, terwyl
ook aan den aanleg en het herstel van we
gen zal worden gearbeid.
Inmiddels heeft de Arbeidsdienst ook zyn
eigen organisatie gekregen, los van de or
ganisatie van den Opbouwdienst, die binnen
afzienbaren tyd de hem opgedragen taak zal
hebben vervuld.
Naast dit alles gaat de opleiding van het
kader in de bestaande kaderscholen en op
leidingskampen de eerste voor het lagere,
de laatste voor het middenkader voort.
Vandaag ook komen in de opleidingskampen
te Nunspeet en Huizen geheel nieuwe, meeren-
deels uit burger-krachten samengestelde groepen
op. De opleidingen in Tilburg en Hooghalen, die
van den aanvang af op een langeren duur waren
ingesteld, zyn aan hun tweede, weer op de
practische beleving der arbeidsdienstgedachte
ingestelde gedeelte begonnen en naderen het
moment, waarop zy hun eerste contingent uit
stekend geschoolde leiders zullen afleveren. De
ontplooiing gaat thans snel.
Nog steeds melden nieuwe geschikte krachten
zich voor deze opleidingen aan en steeds weer
biedt de Arbeidsdienst ruimte voor flinke, jonge
mannen uit het burgerleven, die hierin de mo
gelijkheid kunnen vinden zich in dienst te stel
len van een werkelyk, tastbaar ideaal van
de medewerking aan de opvoeding onzer Neder
landsche jeugd tot gemeenschapszin en offer
vaardigheid voor eigen land en volk.
Het A.N.P. meldt uit 's-Gravenhage:
Om den geboortedag van den Nederlandschen
Arbeidsdienst niet geheel ongemerkt te laten
voorbygaan. heeft de commandant, majoor
Breunese, zyn medewerkers uitgenoodigd tot een
bescheiden herdenkingsbyeenkomst.
In deze byeenkomst hield majoor Breunese
een korte toespraak, waarin hy zyn vreugde
uitsprak over het feit, dat de Nederlandsche
Arbeidsdienst thans tot stand ls gekomen.
„Ik wil niet ontkennen", aldus de heer Breu
nese, „dat de Nederlandsche Arbeidsdienst thans
nog een zeer zwak plantje is en dat er nog
veel moet worden gedaan om het te doen
groeien tot een krachtigen boom, doch ik ben
optimist. Wanneer wy in Nederland hand aan
hand en schouder aan schouder werken om
te zamen deze onderneming te doen slagen dan
zal zy slagen. Thans reeds is verdere groei in
zicht. De volgende week zullen er reeds aubbel
zooveel kampen zyn als thans, en in October
of November zal voor al de 10 a 20.000 jonge
mannen, met wie wy den Argeidsdienst op vry-
willige basis willen starten, legeringsruimte zyn
gevonden
Deze materieele dingen echter blijven byzaak;
het gaat om den geest en bovenal een geest,
waarvan de leiding is bezield. Wanneer in alia
leidingen een warm hart klopt voor het vader
land, dan zullen wy slagen.
Wij moeten in den opbouw van den Arbeids
dienst toonen, wat een Nederlander vermag,
wanneer hy zyn schouders onder eigen zaak zet
ieder voor zich doch met elkaar tot hei'
van het dierbaar vaderland."
Het A.N.P. bericht:
Op 20 Maart zullen de eerste arbeids
dienstkampen voor meisjes in de verschil
lende provincies van Nederland worden ge
opend.
Iedere Nederlandsche In den leeftyd van
1725 Jaar kan zich aanmelden.
De arbeidsdiensttyd duurt een half jaar.
In dezen tijd krygen de deelneemsters naast
vrye woning, verzorging en kleeding een
zakgeld van 0.20 per dag.
Aanmeldingen moeten tot 20 Maart of een
lateren datum geschieden byNederlandsche
Arbeidsdienst voor meisjes, Scheveningen,
Gevers Deynootweg 59.
Men doet ons nog het volgende communiqué
toekomen:
Het Nederlandsche meisje heeft zien verdien-
steiyk gemaakt op allerlei gebied. De één ln
het huishouden, de ander op kantoor, een der
de in fabriek enz. Nu breekt echter de tyd
aan, waarin vooral ook elk meisje meehelpen
moet, Nederiand op te bouwen, er een bloeiend
en vredig land van te maken.
Dit is alleen mogelijk met een goede oplei
ding. Te velen hebben er nog geen begrip van.
waardoor een land eigeniyk bloeit en dat niet
alleen geld een land ryk maakt. Neen, in de
eerste plaats moet er gewerkt worden, en hier
onder verstaan we vooral dat werk, dat voor
een land de ipeeste 'waarde heeft. Dit is toch
zeer zeker het werk van de boeren buiten op
het land, in hun bedryf en huis. De mooiste
taak is, de boerin te helpen met alles, wat de
hand te doen vindt. Wat zou er toch van Ne
derland worden en hoe zou het volk eten, als
onze boerenstand niet zoo hard zwoegde?
Nu hebben we gezonde, vroolijke meisjes noo
dig, die gezamenlijk hun vaderland van dienst
willen zijn, door dezen toch zoo hard noodigen
arbeid te verlichten en die door het zonnetje,
dat elk Nederlandsch meisje meebrengt, ook
juist deze menschen opvroolyken.
Dit kunnen we bereiken door in den Arbeids
dienst te gaan, waar we niet alleen de waarde
van den arbeid leeren kennen, maar ook door
het prettige kampleven en de kameraadschap
een emstigen en vrooiyken tyd doormaken, die
ons altyd in herinnering zal blijven en waaruit
we veel vreugde en kracht voor ons verder le
ven zullen putten.
In het Crisis-mosselbesluit 1938 is een nieuw
artikel opgenomen, hetwelk de strekking heeft,
de leveringsverplichting van mosselzaad aan
het centraal verkoopkantoor van mosselen vast
te leggen en het vervoer aan een vergunning
te binden.
Tegeiykertyd zyn ook de halfmosselen, be
stemd voor eendenvoer en landbemesting, in
de bestaande regeling betrokken.
In verband met den bontdiefstal by de firma
van H. te Utrecht, zyn twee personen aange
houden de 53-jarige caféhoudster W. en de
48-jarige koopman M., beiden uit Amsterdam.
Zy worden verdacht van heling. Het tweetal
heeft een bekentenis afgelegd. De arrestatie ge
schiedde door de Utrechtsche recherche, in sa
menwerking met de Amsterdamsche politie.
In de Nederlandsche Staatscourant van 4
Maart heeft de secretaris-generaal van het de
partement. van Handel, Nyverheid en Scheep
vaart bekend gemaakt, dat hij de regeling van
den kostenomslag van het Ryksbureau voor
yzer en staal, opgenomen in de Nederlandsche
Staatscourant' no. 3 van 6 Januari jJ„ heeft ge-
wyzigd.
Voor by zonderheden wordt verwezen naar
hetgeen in de Nederlandsche Staatscourant en
in de vakbladen is gepubliceerd.
Naar wy vernemen is Prof. R. welschen O.P„
hoogleeraar in de Thomistische wijsbegeerte
aan de Universiteit van Amsterdam, Maandag
avond in de woning der Paters Dominicanen aan
de Honthorststraat ongesteld geworden. ZUn
toestand bleek van dien aard, dat hem ds
laatste H.H. Sacramenten moesten worden toe
gediend.
Dinsdagmorgen is Prof. Welschen in het Maria
Paviljoen ter verpleging opgenomen.