Regeeringscommissarissen aan het hoofd van gemeenten De beveiliging van ons natuurschoon De eerste vier kampen van den Arbeidsdienst betrokken Kolendampvergiftiging Traagheid.... Nieuwe verordening nader toegelicht het onderwijs in de Nederlandsche taal Interview met den ambtenaar voor de natuurbescherming Nederlander - dat is vleesch èn visch Vrijwillige arbeidsdienst voor meisjes Kerkelijk leven WOENSDAG 5 MAART 1941 Commissie van advies ingesteld Bejaard echtpaar bewusteloos in bed aangetroffen IJZER EN STAAL Wijziging in de handelsvoor- waarden voor Duitsche opdrachten Distributie-ambtenaar verduisterde kaarten Gevangenisstraffen van één en anderhalf jaar geëischt VLASBESLUIT 1941 Verwerken en verhandelen geregeld KINDERBIJSLAG DOELLOS SOLLICITEEREN Smokkelarij van vleesch Wijdvertakt complot ontmaskerd Aanbesteding HET ZEKERE EN ONSCHADELIJKE LAXEERMIDDEL Duitsch Landgerecht Luisteren naar verboden zender Beleediging van den Führer een boeiend, hoopgevend rustig boek HET EINDE DER TIJDEN een boek dat moed geeft Dagorder van den commandant Het gaat nu snel Bijeenkomst van den staf Op 20 Maart worden de eerste kampen geopend MOSSELZAAD ReglemenLeering van winning en verdeeling De bontdiefstal te Utrecht Rijksbureau voor ijzer en staal Pi of. R. Welschen O. P. ten volle bediend I Op de pas verschenen verordening nr. 36 van den Rijkscommissaris voor het bezette Neder- landsche gebied heeft dr. Rabl, juridisch des kundige in het rijkscommissariaat, in een pers conferentie een toelichting gegeven. Hij ving zijn betoog aan aldus meldt het A N. P. met de opmerking, dat deze ver ordening, welke de aanstelling van regeerings commissarissen aan het hoofd van gemeenten, Voor welke de rijkscommissaris voor het be zette Nederlandsche gebied zulks noodig acht, mogelijk verklaart, minder diep in het Neder landsche gemeenterecht ingrijpt dan zij op het eerste gezicht schijnt te doen. De grondsla gen van het Nederlandsche gemeenterecht zijn neergelegd in artikel 144 van de Grondwet. Zij sluiten aan bij de liberale constitutioneele ge dachte, aldus dr. Rabl. Immers, er is een ver deeling van bevoegdheden tusschen den bur gemeester als door de Kroon vrij benoemden gezagsdrager en de wethouders en den raad als vertegenwoordigers van den volksinvloed. Haamaast echter heeft reeds de Grondwetleg ger van 1815 de mogelijkheid voorzien, dat het aldus geconstrueerde gemeentebestuur niet te gen zijn taak zou zijn opgewassen. Immers, he' vierde en het vijfde lid van artikel 144 der Grondwet deze bepalingen Srfjn bij de op eenvolgende Grondwetswijzigingen onaange tast gebleven bepalen: „Wanneer de regeling en het bestuur van de huishouding eener gemeente grovelijk worden Verwaarloosd, kan een wet de wijze bepalen, daarop in het bestuur dier gemeente, met afwijking van het eerste en tweede lid van dit artikel, wordt voorzien. De wet bepaalt, welk gezag het gemeentebe stuur vervangt, wanneer dit in gebreke blijft in tie uitvoering der wetten, der algemecne maat- reKelen van bestuur of der provinciale verorde- hingen te voorzien". Het hierboven eerst aangehaalde vierde lid heeft betrekking op een falen van het systeem, het daarop volgende vijfde lid op een falen van personen. De genoemde Grondwetsbepalingen zijn drie staal toegepast, n.l. in 1895 op de gemeenten °Psterland en Weststellingwerf en in 1933 op Beerta. De toen in de wetten-ad-hoc geschapen figuur van den regeeringscommissaris is opzet- fclijk in de verordening nr. 36 overgenomen. Ook in ander opzicht sluit deze verordening volgens dr. Rabl aan bij de rechtsontwikkeling mer te lande. Het geval Beerta was in 1933 eeds niet meer zoo uitzonderlijk als de geval- Opsterland en Weststellingwcrf in 1895 aren. in 1934 werd te Rotterdam een congres ouden van den Bond van R. K. Gemeente- JJhsleden in Nederland. In de daar gehouden ^ordrachten klonk in verschillenden toonaard Semeen de kritiek op de structuur van het c)o^_eeutelijk bestuur door. Met name is toen 'wa/ 6611 der £Prckers gezegd, dat de tijd rijp libf.r.,yoor een noodzakelijke slooping van de jjier e grondslagen der gemeentewetgeving tici Waren nuchtere en verantwoordelijke pree kt aan het woord, die een steeds meer voel- re algemeene tendentie vertolkten. Deze bestaande tendentie nu ls door de jongste gebeurtenissen versterkt. Het is noo dig gebleken de in het gemeenterecht in de kern aanwezige gedachte van eenhoof dige leiding meer nadruk te geven. Het zwaartepunt was al te zeer naar de wethou ders en den raad verschoven. Onder de reeds ingezette ontwikkeling, weike tegen dit ver schijnsel verzet deed rijzen, is door de ver ordening nr. 36 een streep gezet. Het col- ee van B. en W. en de raad worden er in opgeheven. Dit beteekent niet, dat de re geeringscommissaris nu een gemeentelijke imperator wordt. Hij zal moeten worden by- gestaan door de deskundigen van de prak tik, door de wethouders, doch hij vormt hict hen niet meer een college, waarin de meerderheid van stemmen beslist. De wet houders behouden de leiding van hun af- deelingen maar onder persoonlijke verant woordelijkheid van den regeeringscommissa ris. Deze benoemt bovendien raadslieden uit de burgerij. De band tusschen gemeentebe stuur en bevolking wordt zoodoende niet doorgesneden. De regeeringscommissaris staat bovendien on er toezicht van den commissaris der provin ce etl van den secretaris-generaal van het de- rfoment van Binnenlandsche Zaken. v Ten slotte betoogde dr. Rabl, dat ook deze crordening wordt gedekt door artikel 43 van Haagsche conventie van 1907 en dan ook ^mpen <je grenzen blijft, welke het volkenrecht bezetter van een bezet gebied nopens de chtsinstellingen van dit gebied stelt. Immers, e verordening doet de Grondwet geen gewcio Zij is eerder een algemeen uitvoenngs- /horschrift van de leden vier en vijf van ar- 144 der Grondwet. Dp een hem gestelde vraag of de genoemde vondwetsibepalingen uiet moeten worden be- ~houwd als grondslag voor uitzondermgsrecht, f/de dr. Rahl nog, dat een constitutie niet be- PePen kan worden alleen aan de hand van de ter der Grondwetsartikelen. Het voomaam- BÜ beschikking van den secretaris-generaal "an Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescher- v 'nS is ingesteld een commissie, die, voor zoo- teel betreft het onderwijs in de Nederlandsche öaal> advies zal hebben uit te brengen omtrent onn leerPlanenen en de urentabellen voor de derscheidene openbare scholen voor voor- i(fend hooger en middelbaar onderwijs en suh nt de afwijkingen, die daarvan voor ge- bsidieerde en/of aangewezen bijzondere scho on V°°r voorbereidend hooger en middelbaar derwijs zullen kunnen worden toegestaan. n deze commissie zijn benoemd: tot lid en ^rzitter van die commissie: dr. W. van den te inspecteur van het middelbaar onderwijs, de yGravenhase; tot leden: prof. dr. C. G. N. Vooys, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit Utrecht: ------ v de Rijksuniversiteit te Leiden; dr. C. B. en TIiaerin8en, docent aan de School voor Taal do ctterkimde, te 's-Gravenhage; W. Kramer, ten ft ln de methodiek aan de Rijksuniversi- Utrecht; dr. W. A. P. Smit, directeur der dr. Jfbare school voor meisjes te Deventer; gereh,' Reuken, leèraar aan de R. K. Hoo- lecr, 'herschool te Helmond; dr. L. M. v. Dis, schoof aan de 2e gemeentelijke hoogereburger- het r,, e Haarlem; dr. B. H. Erné, leeraar aan Roordi>Stel^k gymnasium te Utrecht; W. J. J. te 's-Gravenhage. prof. dr. J. de Vries, hoogleeraar ste is, dat de Grondwetgever van 1815 en ook de latere Grondwetgevers welbewust de moge lijkheid voor oogen hebben gehad van een falen van het door hen op grond van hun üoeraal- constitutioneele uitgangspunt aanvaarde struc tuurbeginsel. Voor dat geval gaven zü moge lijkheden aan. welke in den aanvang irricdaao wei als uitzonderingsrecht zullen zijn be schouwd, doch welke door den groei van net leven en door den groei van den inhoud var. het recht de grondslag zijn geworden voor eer. rechtsontwikkeling in de richting van een een hoofdige leiding der gemeenten Toen Dinsdagmorgen het dienstmeisje van den heer en mevrouw S. V. K., wonende in de Amalia van Solmsstraat te Groningen, aan belde, werd haar niet open gedaan. Zij waar schuwde een voorbijkomende politie-agent, die tezamen met een passeerenden rechercheur aan de achterzijde van het perceel een ruit insloeg. Bij onderzoek bleek, dat de beide bewoners, die al op leeftijd zijn, bewusteloos te bed lagen, bedwelmd door kolendamp uit een geheel af gesloten haard. Onmiddellijk werden twee art sen gewaarschuwd, die na toediening van zuur stof beider toestand van dien aard achtten, dat onmiddellijke overbrenging naar het R. K. Ziekenhuis noodzakelijk was. De toestand van den heer S. V. is ernstig. De secretaris-generaal van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart heeft het maximum-gewicht aan ijzer en staal voor Duitsche opdrachten, welke zonder „Kontroll- nummeraufstellung" kunnen worden aangeno men, van 100 k.g. tot 5 k.g. verlaagd. Zware straffen heeft de officier van justitie bij de Haagsche rechtbank geëischt tegen een tijdelijk ambtenaar van den distributiedienst, die een aantal distributiebescheiden had ver duisterd en tegen de kooplieden, die bij den kettinghandel in deze kaarten waren betrok ken. „Dit is de eerste van eenige soortgelijke fraudezaken", zeide de officier in zijn requisitoir. „Van de zijde van het openbaar ministerie zal in al deze gevallen strengworden opgetreden. Het vertrouwen van het publiek, ook in de'lagere ambtenaren, dient ongeschokt te kunnen blij ven." Tegen den gewezen ambtenaar luidde de eisch één jaar gevangenisstraf, tegen diens handlangers anderhalf jaar. In Januari van dit jaar was de tijdelijke ambtenaar in contact gekomen met een minder gunstig bekend staanden koopman, die van de wetenschap, dat de ambtenaar ln geldverlegen heid zat, handig gebruik maakte. Hij bood den jongeman 50 voor een partijtje van honderd distributiekaarten en tegen zulk een verleidelijk aanbod was deze niet bestand. Hij verduisterde achtereenvolgens 200 en 100 kaarten en met de 150, welke hij daarvoor ontving, kon hij zijn schulden ruimschoots inlossen. De kaarten kwamen in den kettinghandel, met het gevolg, dat de prijs met sprongen steeg. Toen de politie ingreep, bedroeg hij reeds bijna f 3 voor een brood-, vleesch- of bloemkaart. Een rechercheur van politie, die den onge- oorloofden handel op het spoor was gekomen, maakte als adspirant-kooper een afspraak met den vierden wederverkooper. In het café waar de uitwisseling van de kaarten tegen een flink bedrag aan geld zou geschieden, werd deze vier de koopman echter direct gearresteerd. Andere arrestaties volgden toen spoedig. De 32-jarige koopman, die den ambtenaar tot het plegen van de fraude had overgehaald, ontkende voor de rechtbank ten stelligste, dat hij den jongeman tot verduistering had willen dwingen. Integendeel, de ambtenaar had bij zijn eerstê aanbod reeds gretig toegehapt. Zelf had hij aan de kaarten bijna 200 verdiend. De winst bedroeg wel ruim 350, maar hij had deze moeten deelen met een relatie, die het geld had willen voorschieten. Tegen hem en tegen den chauffeur, die voor het geld had gezorgd, eischte de officier een gevangenisstraf van een jaar en zes maanden. De verdediger van den koopman achtte het onjuist, dat tegen zijn cliënt een zwaardere straf werd geëischt dan tegen den ambtenaar. Die is toch in deze kwestie de meest verant woordelijke man, meende pi. Hij verzocht daar om veroordeeling tot een aanmerkelijk lichtere straf. Tegen een 35-jarigen caféhouder, die 100 van de kaarten aan den rechercheur had willen ver- koopen, werd een half jaar gevangenisstraf ge ëischt. 19 Maart zal de rechtbank uitspraak doen. De secretaris-generaal van het departement van landbouw en Visscherij heeft het Vlasbesluit 1941 vastgesteld. De gewijzigde omstandigheden maken een re geling ten aanzien van het verwerken en ver handelen van vlas, in het bijzonder ten aanzien van maximumprijzen, wenschelijk. Te dien einde is dit besluit opgemaakt, waarbij het verwerken van stroovlas en het verhandelen van stroovlas ;n Vlaslinten zoo geleid worden, dat de bij de stichting „Buvlaslint" aangesloten groothande laren de beschikking over alle in Nederland ver werkt vlaslint krijgen. De stichting Buvlaslint verzorgt dan den verderen afzet. Door de Akkerbouwcentrale worden daarna overeenkomsten met tusschenhandelaren-com- missionnairs en met tusschenhandelaren aange geven, waarbij dezen zich o.m. verplichten, zich te houden aan de door de centrale vast te stel len prijzen en de.centrale van hun handelingen op de hoogte te houden. Men verzoekt ons ter kennis van belang hebbenden te brengen, dat het bestuur van het Kinderbijslagvereveningfonds, bedoeld in artikel 76 der Kinderbijslagwet, is gconstituerd. Het secretariaat van bedoeld fonds is geves tigd te 's-Gravenhage, Raamweg 90. De secreta ris is voor zaken, de uitvoering der Kinderbij slagwet betreffende, eiken Vrijdag te spreken des namiddags van twee tot vier uur. In verband met het groot aantal bij de PTT-Radjodiensten binnengekomen sollicita ties (reeds meer dan 1500), verzoekt men ons de aandacht er op te vestfgen, dat voor het typewerk sen behoeve van de administratie en het uitreiken der luistervergunningen voldoen de vrouwelijke krachten (geoefende typistes) aanwezig zijn. Voor de overige administratieve en controle werkzaamheden zal zooveel mogelijk gebruik worden gemaakt van personeel, dat tengevolge van de instelling der ryksradiodistributie bij de vroegere distributiebedrijven overcompleet is geworden. Op eventueel nog overblijvende plaat sen hebben bij voorkeur de ingeschrevenen bij de afdeeling overheidspersoneelvoorzlening van het departement van Binnenlandsche Zaken recht, zoodat op plaatsing van buitenstaanders geen uitzicht bestaat en verdere sollicitaties beter achterwege kunnen blijven. Het vleeschsmokkelcomplot te Marum (Gr.) blijkt een wijdvertakte organisatie te zijn. Wer den eenige dagen geleden drie kooplieden en een caféhouder aangehouden, thans is tijdens de voortdurende huiszoekingen door de politie ook nog de hotelhouder J. te Marum gear resteerd. Deze heeft een aantal geslachte var kens verkocht. Weliswaar had huiszoeking bij hem geen resultaat, doch het bleek al spoedig dat de smokkelwaar inderhaast naar een buur man was gebracht, waar alles in beslag is ge nomen. Twee van de te Niebert gearresteerde koop lieden hebben thans bekend, spek, hammen en varkensvleesch te hebben gesmokkeld, tot een totaal van een kleine duizend pond. De Rijksgebouwendienst heeft aanbesteed het bouwen van een telefoongebouw te Alphen aan den Rijn. Laagste inschrijvers waren gebroe ders A. en J. deh Ouden te Alphen aan den Rijn voor 56.180. Door een troge darmfunctie kunnen veel gevaren voor de ezondheid ontstaan, et middel bij trage dorm* functie is i Het A.NP. meldt: Voor het Duitsche Landgerecht heeft Dinsdag terecht gestaan de 67-jarige gepensionneerde bootsman van de Nederlandsche Marine D. v. d. K., uit Amsterdam, die naar den Engelschen zender had geluisterd en anderen heeft laten meeluisteren. Beklaagde, die sinds 22 November in voor arrest zit, gaf het ten laste gelegde toe, doch zeide niet voor de gewone nieuwsberichten te hebben willen luisteren, maar alleen uit belang stelling als oud-marineman naar de scheeps berichten. Overeenkomstig den eisch van den General- staatsanwalt dr. Koblitz, werd beklaagde veroor deeld tot 4 maanden gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest en voorts tot een geldboete van 150, terwijl het radiotoestel verbeurd ver klaard werd. Rechter Joppich wees er hierbij op. dat nog steeds zeer vele Nederlanders niet schijnen te willen inzien, dat het luisterverbod naar vreem de zenders tot de oorlogsmaatregelen behoort en dat men een dergelijk verbod niet straffeloos kan overtreden. Eerst wanneer een vervolging wordt ingesteld, toont men berouw, doch dan is het helaas te laat en kan men een hooge straf niet meer ontloopen. ln het onderhavige geval heeft spr. nog re kening willen houd enmet den hoogen leeftijd van beklaagde en hem tot een milde straf ver oordeeld, doch in de toekomst zal dat niet altijd mogelijk zijn. Daarna stond wegens beleediging van den Führer terecht een 21-jarige brievenbesteller uit Laren. Deze beklaagde had een meisje naar Baarn gebracht en reed op den terugweg twee hem onbekende meisjes achterop, met wie hij een praatje aankoopte. Na een inleidend ge sprek over het weer, kwam men van lieverlede op politiek terrein, maar ook bleek even later, dat de meisjes lid waren van de N.S.B. Dat was voor beklaagde aanleiding om op te merken, dat dit als katholiek niet mocht en dat ze beter lid van de Unie konden worden. Het een lokte het ander uit, beide partijen wonden zich meer en meer op, totdat tenslotte beklaagde den Füh rer en de N.S.B. ernstig beleedigde. Beklaagde erkende alles, waarna de Generaal- staatsanwalt er op wees, dat bekl. zich aan een zeer zware beleediging van den Führer heeft schuldig gemaakt. Spr. wilde er bij de bepa ling van de strafmaat echter rekening mede houdert, dat beklaagde de woorden tijdens een politiek gesprek in opgewonden toestand heeft gebezigd en vorderde een gevangenisstraf van acht maanden met aftrek van het voorarrest (sinds 9 December). De verdediger merkte in zijn pleidooi o.m- op, dat de beleediging zich in hoofdzaak richtte tegen de N.S.B. en vroeg een milde straf. Rechter Joppich heeft tenslotte beklaagde veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest. De Führer is wel degelijk ernstig beleedigd en dat kan niet on gestraft blijven. Bij de grootte van de straf heeft spr. rekening gehouden met de opgewondenheid. naar de voorspellingen van de Heilige Schrift door den bekenden historicus GRAAF JEAN DU PLESSIS met een voorwoord van H. de Greeve pr. ing. f 3.40 groot formaat geb. f 4.45 een boek dat U het verband toont tusschen alle groote voorzeggingen en dat U de woorden van Christus doet begrijpen VERKRIJGBAAR bij den boekhandel en bij UITGEVERIJ DE TOORTS HEEMSTEDE „De organisatie van de natüurschoonfoe- scherming in ons land is juist op dit oogen- blik dringend noodig, omdat men thans uit de verschillende plannen, welke er zijn ge maakt voor een zoo economisch mogelijk bodemgebruik, tracht te komen tot één groot, nationaal plan. En hierbij is het noodzakelijk, dat wij met piëteit het na tuur- en landsbhapschoon sparen en oon- serveeren, voordat dit onder den Invloed der, vooral in oorlogstijd zoo dringende, economische omstandigheden verloren zou gaan." Aldus deelde ir. W. G. van der Kloot, de dezer dagen aan het departe ment van Opvoeding, Wetenschap en Cul tuurbescherming benoemde ambtenaar voor de natuurbescherming, tijdens een vraag gesprek aan een V. P. B.-redacteur mede. Zooals bekend, was de zorg voor de bescher ming van het landschap- en natuurschoon tot dusver een aangelegenheid, welke gedeeltelijk onder Economische Zaken, gedeeltelijk onder Kunsten, Onderwijs en Wetenschappen ressor teerde; een gesplitste toestand, waarvan de goede zaak zelf nog al eens het slachtoffer werd. De staat en talrijke particuliere instan ties deden weliswaar in loffelijke samenwerking ieder het hunne, doch dit was niet voldoende. De Contactcommissie voor Natüur- en Land- schapsbescherming, waarvan de nieuwe func tionaris secretaris is, was allang van oordeel, dat de verschillende particuliere vereenlgin- gen, die zich op dit gebied bewogen, vooral be hoefte gevoelden aan: le. Erkenning door het Rijk van de bezittin gen der vereenigingen, als „natuurmonumen ten" (zoodat zich dus niet de situatie kan voor doen, dat een dergelijk natuumlonument zon der meer onteigend kan worden, b.v. ten gun ste van een gemeentelijk werkverschaffings object). 2e. De mogelijkheid van onteigening ten be hoeve van de bescherming van het natuur schoon (in het bijzonder waar het enclaves be treft var. particuliere bezittingen, die midden in een natuurmonument liggen en die dus door bebouwing of iets dergelijks het geheele na tuurmonument zouden kunnen vernielen). 3e. Een regeling voor de vrijwillige classee- ring van terreinen tot natuurmonument (de Natuiurschoonwet kende op dit punt reeds be lasting-faciliteiten toe, waarbjj het doel ech ter maar al te dikwijls het middel werd voor den eigenaar om tijdelijk minder belasting te betalen) Deze punten, aldus ir. van der Kloot, vragen spoedig een wettelijke regeling. Daarnevens zijn echter nog tal van andere problemen die om een oplossing'vragen. Bijvoorbeeld de opleiding van landschapsarchitecten en hun inschakeling bij groote objecten, die ingrijpende wijzigingen in het landschap aanbrengen. De laatste decen nia zijn verschillende der schoonste streken van ons land ontluisterd tengevolge van het ontbre ken van voldoende goede landschapsarchitecten. Verder 'is ook de fauna deel van het landschap, bijv. de zoo goed als uitgestorven vischotter, die wij nog moeten trachten te redden. Het vraag stuk heeft zeer vele kanten. Zoo stelt de mergel- exploitatie in Limburg verschillende problemen aan de orde. In de eerste plaats door de schade, die zij aan het landschap toebrengt, en in de tweede plaats door de dreigende uitroeiing der vleermuizenkoionies in de grotten deze kolo nies vormen n.l. een der bezienswaardigheden van Eurojja daar er na het afgraven der mergelheuveltjes natuurlijk ook geen grotten meer overblijven om deze nuttige insectenver delgers te huisvesten. „Zullen de particuliere vereenigingen hun terrein nu in het vervolg beperkt zien?" „Neen, de ónderscheiden vereenigingen hebben tot dusver zulk prachtig werk op dit gebied gepresteerd, dat zij zeker in de ge legenheid gesteld moeten worden dit in de toekomst voort te zetten. De particuliere instanties hadden samen in totaal ongeveer reeds een 30.000 ha. veilig ge steld. Dit is echter veel te gering. Zie slechts welke enorme nationale parken men in het bui tenland voor de bescherming van het natuur- en landschapschoon heeft aangekocht, en hoe men bijv. in Duitschland heele gedeelten van het Moezeldal onder wettelijke bescherming van Naturschutz. Landschaftschutz en Landschafts- gestaltung heeft gesteld. Overigens zijn onze wenschen moeilijk in cij fers onder woorden te brengen. Men moet na melijk bedenken, dat het natuur- en landschap- schoon dynamisch is, wat dus wil zeggen, dat 'een rapport, zoodra het klaar is, ook al weer is verouderd. Maar in ieder geval hebben wij nu een Rijksinstantie, die het geheel kan over zien en in samenwerking met Staatsboschbc- heer, dat op dit gebied reeds voortreffelijke din gen presteerde, initiatieven kan nemen en lei ding kan geven. Overigens behoeven de land- en tuinbouwers niet bevreesd te zijn voor hün belangen. Als tuinbouwkundig ingenieur van Wageningen ben ik van plan er ook terdege voor te zorgen, dat wij niet naar het andere uiterste overslaan en in het wilde weg aan alle verzoeken tot bescher ming van natuur- en landschapschoon zullen voldoen. Met een breede visie op het geheele nNtuurbeschermingsprobleem zullen alle par tijen gebaat zijn. Maar nogmaals: het was de hoogste tyd. In de eerste plaats omdat wij met den grond van ons dicht bevolkte land moeten woeke ren en voorts ook vanwege de vele aansla gen van de zijde der gemeentelijke werk verschaffingsinstanties, waartegen de Con tactcommissie en Staatsboschbeheer veelal tevergeefs plachten te strijden. Het A.N.P. bericht: Veel werd in ons land geschreven en gespro ken over een Nederlandschen Arbeidsdienst, doch tot op den dag van gisteren bestond een dergelijke instelling in ons land niet. Daar be stonden jeugd-werkloozenkampen, daar be stonden „kaderscholen" en „opleidingskampen" voor de toekomstige leiders van een héél de Nederlandsche jeugd omvattenden arbeidsdienst, daar waren oproepen gericht tot alle jonge mannen tusschen 18 en 23 jaar om zich voor dezen dienst op te geven, daar werden verkla ringen afgelegd over de party-politieke afzydig- heid van den Arbeidsdienst en over de geeste lijke verzorging in de kampen doch dat alles was de arbeidsdienst zélf niet. Deze Is Maandag in Nederland tot stand ge komen. Op den derden Maart kwam de eerste ploeg vrywilligers op: de bevolking van de eerste vier kampen, waarvan er twee in Laren, één in Vierhouten en één in Nun- speet geheel los van het daar reeds ge vestigde opleidingskamp liggen. By deze gelegenheid heeft de commandant van den Nederlandschen Arbeidsdienst, majoor J. N. Breunese, een dagorder uitgevaardigd, die hedenmiddag, toen de mannen geleidelijk allen op hun plaats van bestemming waren gekomen en de eerste kennismaking met de nieuwe om geving had plaats gehad, voor allen gezameniyk werd voorgelezen en die als volgt luidt: Mannen! Op dezen voor ons historischen dag, nu wy met den opbouw van een Nederlandschen Ar beidsdienst een aanvang maken, heet ik u, die als eersten in dezen Arbeidsdienst wordt opge nomen, welkom in de levens- en werk-gemeen- schap, waartoe gy een half jaar lang zult be- hooren. In dit half jaar zult gy u, met uitsluiting van al het andere, wijden aan de Nederlandsche volksgemeenschap in haar geheel. Ik herhaal: Met uitsluiting van al het andere, dat is met name van al wat ons verdeelt, van party- politiek en groepsbelang. Hier zyt gy geen ar beider of student, geen werklooze of welgestel de, geen propagandist van een politieke party of beweging. Dat beteekent niet, dat gy geen vleesch of visch zyt. Gy zyt hier Nederlander dat is vleesch èn visch. Gy zyt hier niet om voor u zelf of voor de groep van uw voorkeur te halen doch om aan uw volk te geven, om een eereplicht te vervullen jegens het vader land. Daarvoor alleen geldt de leus van onzen Ne derlandschen Arbeidsdienst: „lek dien!" De Nederlandsche Arbeidsdienst moge met deze vier kampen, die tezamen een zes honderd jongens bevatten, bescheiden aan vangen, met kracht wordt aan den verderen uitbouw voortgewerkt. Reeds een week na de opening van deze eerste kampen zullen er vier nieuwe met wederom een zeshonderd tal jongens, worden opengesteld en wel in Beekbergen, Ommen, Wasberg en Baarn. Vóór den eersten April, den datum, waarop de Invoering van den arbeidsdienst werd ver wacht, zal dus het leven in acht kampen reeds in vollen gang zyn. Gedurende de maand April worden tien nieuwe kampen geopend, en in de maanden, die daarop volgen tot October ge leidelik nog een vüftigtaL In October zal de Nederlandsche Arbeidsdienst dus een kleine zeventig kampen tellen, die tezamen tien A twaalf duizend deelnemers bevatten. Voor de in April te bouwen kampen zyn de gronden in het Noorden van ons land en Noord-Limburg en Oost-Brabant reeds uitgezocht. In verband met de slechte houtpositie en met de geringe beschikbare legeringsruimten, zullen de barak ken voor een groot deel uit het buitenland worden betrokken. Uit Duitschland zuilen de verplaatsbare barakkenkampen worden benut, volgens het by den Reichsarbeitsdienst in ge bruik zynde modeL De objecten, waaraan de Arbeidsdienst zich wydt, zullen hoofdzakelyk bestaan uit werken van cultuur-technischen aard, zoo als bodem- en bosch-verbeteringen, terwyl ook aan den aanleg en het herstel van we gen zal worden gearbeid. Inmiddels heeft de Arbeidsdienst ook zyn eigen organisatie gekregen, los van de or ganisatie van den Opbouwdienst, die binnen afzienbaren tyd de hem opgedragen taak zal hebben vervuld. Naast dit alles gaat de opleiding van het kader in de bestaande kaderscholen en op leidingskampen de eerste voor het lagere, de laatste voor het middenkader voort. Vandaag ook komen in de opleidingskampen te Nunspeet en Huizen geheel nieuwe, meeren- deels uit burger-krachten samengestelde groepen op. De opleidingen in Tilburg en Hooghalen, die van den aanvang af op een langeren duur waren ingesteld, zyn aan hun tweede, weer op de practische beleving der arbeidsdienstgedachte ingestelde gedeelte begonnen en naderen het moment, waarop zy hun eerste contingent uit stekend geschoolde leiders zullen afleveren. De ontplooiing gaat thans snel. Nog steeds melden nieuwe geschikte krachten zich voor deze opleidingen aan en steeds weer biedt de Arbeidsdienst ruimte voor flinke, jonge mannen uit het burgerleven, die hierin de mo gelijkheid kunnen vinden zich in dienst te stel len van een werkelyk, tastbaar ideaal van de medewerking aan de opvoeding onzer Neder landsche jeugd tot gemeenschapszin en offer vaardigheid voor eigen land en volk. Het A.N.P. meldt uit 's-Gravenhage: Om den geboortedag van den Nederlandschen Arbeidsdienst niet geheel ongemerkt te laten voorbygaan. heeft de commandant, majoor Breunese, zyn medewerkers uitgenoodigd tot een bescheiden herdenkingsbyeenkomst. In deze byeenkomst hield majoor Breunese een korte toespraak, waarin hy zyn vreugde uitsprak over het feit, dat de Nederlandsche Arbeidsdienst thans tot stand ls gekomen. „Ik wil niet ontkennen", aldus de heer Breu nese, „dat de Nederlandsche Arbeidsdienst thans nog een zeer zwak plantje is en dat er nog veel moet worden gedaan om het te doen groeien tot een krachtigen boom, doch ik ben optimist. Wanneer wy in Nederland hand aan hand en schouder aan schouder werken om te zamen deze onderneming te doen slagen dan zal zy slagen. Thans reeds is verdere groei in zicht. De volgende week zullen er reeds aubbel zooveel kampen zyn als thans, en in October of November zal voor al de 10 a 20.000 jonge mannen, met wie wy den Argeidsdienst op vry- willige basis willen starten, legeringsruimte zyn gevonden Deze materieele dingen echter blijven byzaak; het gaat om den geest en bovenal een geest, waarvan de leiding is bezield. Wanneer in alia leidingen een warm hart klopt voor het vader land, dan zullen wy slagen. Wij moeten in den opbouw van den Arbeids dienst toonen, wat een Nederlander vermag, wanneer hy zyn schouders onder eigen zaak zet ieder voor zich doch met elkaar tot hei' van het dierbaar vaderland." Het A.N.P. bericht: Op 20 Maart zullen de eerste arbeids dienstkampen voor meisjes in de verschil lende provincies van Nederland worden ge opend. Iedere Nederlandsche In den leeftyd van 1725 Jaar kan zich aanmelden. De arbeidsdiensttyd duurt een half jaar. In dezen tijd krygen de deelneemsters naast vrye woning, verzorging en kleeding een zakgeld van 0.20 per dag. Aanmeldingen moeten tot 20 Maart of een lateren datum geschieden byNederlandsche Arbeidsdienst voor meisjes, Scheveningen, Gevers Deynootweg 59. Men doet ons nog het volgende communiqué toekomen: Het Nederlandsche meisje heeft zien verdien- steiyk gemaakt op allerlei gebied. De één ln het huishouden, de ander op kantoor, een der de in fabriek enz. Nu breekt echter de tyd aan, waarin vooral ook elk meisje meehelpen moet, Nederiand op te bouwen, er een bloeiend en vredig land van te maken. Dit is alleen mogelijk met een goede oplei ding. Te velen hebben er nog geen begrip van. waardoor een land eigeniyk bloeit en dat niet alleen geld een land ryk maakt. Neen, in de eerste plaats moet er gewerkt worden, en hier onder verstaan we vooral dat werk, dat voor een land de ipeeste 'waarde heeft. Dit is toch zeer zeker het werk van de boeren buiten op het land, in hun bedryf en huis. De mooiste taak is, de boerin te helpen met alles, wat de hand te doen vindt. Wat zou er toch van Ne derland worden en hoe zou het volk eten, als onze boerenstand niet zoo hard zwoegde? Nu hebben we gezonde, vroolijke meisjes noo dig, die gezamenlijk hun vaderland van dienst willen zijn, door dezen toch zoo hard noodigen arbeid te verlichten en die door het zonnetje, dat elk Nederlandsch meisje meebrengt, ook juist deze menschen opvroolyken. Dit kunnen we bereiken door in den Arbeids dienst te gaan, waar we niet alleen de waarde van den arbeid leeren kennen, maar ook door het prettige kampleven en de kameraadschap een emstigen en vrooiyken tyd doormaken, die ons altyd in herinnering zal blijven en waaruit we veel vreugde en kracht voor ons verder le ven zullen putten. In het Crisis-mosselbesluit 1938 is een nieuw artikel opgenomen, hetwelk de strekking heeft, de leveringsverplichting van mosselzaad aan het centraal verkoopkantoor van mosselen vast te leggen en het vervoer aan een vergunning te binden. Tegeiykertyd zyn ook de halfmosselen, be stemd voor eendenvoer en landbemesting, in de bestaande regeling betrokken. In verband met den bontdiefstal by de firma van H. te Utrecht, zyn twee personen aange houden de 53-jarige caféhoudster W. en de 48-jarige koopman M., beiden uit Amsterdam. Zy worden verdacht van heling. Het tweetal heeft een bekentenis afgelegd. De arrestatie ge schiedde door de Utrechtsche recherche, in sa menwerking met de Amsterdamsche politie. In de Nederlandsche Staatscourant van 4 Maart heeft de secretaris-generaal van het de partement. van Handel, Nyverheid en Scheep vaart bekend gemaakt, dat hij de regeling van den kostenomslag van het Ryksbureau voor yzer en staal, opgenomen in de Nederlandsche Staatscourant' no. 3 van 6 Januari jJ„ heeft ge- wyzigd. Voor by zonderheden wordt verwezen naar hetgeen in de Nederlandsche Staatscourant en in de vakbladen is gepubliceerd. Naar wy vernemen is Prof. R. welschen O.P„ hoogleeraar in de Thomistische wijsbegeerte aan de Universiteit van Amsterdam, Maandag avond in de woning der Paters Dominicanen aan de Honthorststraat ongesteld geworden. ZUn toestand bleek van dien aard, dat hem ds laatste H.H. Sacramenten moesten worden toe gediend. Dinsdagmorgen is Prof. Welschen in het Maria Paviljoen ter verpleging opgenomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 9