NATIONALE
KUNSTNIJVERHEID
vertolkt onzen eigen aard
VEREENIGDE KATHOLIEKE PERS UTRECHTSCHE VOORJAARSBEURS 1941
Een nuttig en actief instituut
-
VERKOOPSCENTRA GEWENSCHT
Dagelijks classificeert de voorlichtings
dienst alle binnengekomen publicaties
(boeken, tijdschriften, enz.). Een dupli
caat van den roteerenden index („rodex")
op den voorgrond dient den leeszaal-
besoeker als sleutel tot de documentatie-
Onze volkskunstproducten vertolken de
beste eigenschappen van ons volk,
getuigen van de historie en ademen
den geest onzer lage landen
Een fraai product derMakkumer
aardewerk-industrie
neel beoefend werd. Pas de zeer persoon
lijke Leerdamsche glas-industrie heeft een
ommekeer gebracht. In deze nijverheid met
haar fraaie producten bezitten ook wij
thans iets eigens.
De plateelstad Gouda is misschien wel
het vermaardst om haar pijpen-industrie.
De ranke Gouwenaar is reeds sinds hon
derden jaren het specifieke product van
deze oude Hollandsche veste, die behalve
om haar aardewerk ook op het gebied van
kaarsen en kaas befaamd is. Het pijpen-
maken dateert uit het begin der zeven
tiende eeuw en een typische collectie van
dit product is bijeengebracht in het wel
unieke pijpenmuseunj, dat in het oude
pand „De Moriaan", een antieken tabaks
winkel, is gevestigd. Niet alleen pijpen zijn
in dit museum ondergebracht, maar ook
de voortbrengselen der Goudsche aarde
werkindustrie door alle tijden.
Een stuk volkskunst met heel oude rech
ten is stellig de klokkengieterij, welke zich
de laatste jaren in hernieuwden bloei mag
verheugen. De Nederlanden immers zijn het
vaderland der carillons en met de groeien
de belangstelling voor de beiaardkunst is
ook het eerwaardige bedrijf herleefd, zooals
dit in Brabant Aarle-Rixtel, Asten en
te Heiligerlee in Groningen van ouds wordt
beoefend. Ook deze bedrijven hebben tot
in onzen tijd iets patriarchaals behouden.
En tenslotte moge het traditioneel Be
drijf der zilversmeden worden genoemd
zooals dit te Schoonhoven en aan de Zaan
wordt uitgeoefend en welks product een
bijzondere bekoring heeft en een zeer eigen
cachet.
Zoo kan de Nederlandsche kunstnijver
heid op een groote verscheidenheid bogen;
haar voortbrengselen behooren tot het
beste op dit gebied. Zij vertolken de beste
kwaliteiten van onzen volksaard, getuigen
van de historie en ademen den geest onzer
lage landen. -rn.
De fcrij dit artikel afgedrukte foto's zijn uit
ons archief afkomstig.
kartothcek (foto VJ
kreeg de Nederlandsche en vooral de Delft-
sche industrie te kampen met ernstige con
currentie, speciaal van Engelsche zijde
Vooral nadat in 1690 de gebroeders Elers
in Staffordshire zich gingen toeleggen op
het vervaardigen van rood aardewerk en
de juist uitgevonden „Engelsche steen" de
markt voor zich ging opeischen, braken
voor Delft moeilijke tijden aan. Ook in
Friesland werden vele fabrieken gesloten,
mede ten gevolge van het feitj dat in Hol
land hooge invoerrechten op het Friesche
product werden geheven. Het mag echter
opmerkelijk heeten dat enkele Friesche be
drijven van achteruitgang der Hollandsche
fayence-industrie wisten te p^ofiteeren om
hun omzet te verhoogen. Het voornaamste
dezer bedrijven was wel dat van de firma
Tichelaar te Makkum, dat reeds in 1675
door Freerk Jan Tichelaar was opgericht
en dat kans heeft gezien gedurende, meer
dan twee en een halve eeuw een zeer voor
aanstaande plaats in te nemen in de Ne
derlandsche aardewerk-branche. Een res
pectabele leeftijd, die duidelijk spreekt voor
de voortreffelijkheid van het product. Niet
altijd gingen de zaken van Tichelaar even
voorspoedig. De oprichting van een fabriek
te Maastricht en de snel opkomende con
currentie van goedkoopere Duitsche pro
ducten, gepaard gaande met de rog steeds
zeer hooge invoerrechten, brachten de fa
briek meermalen op den rand van den af
grond, maar met Friesche taaiheid heeft
de firma Tichelaar zich tot op den dag van
heden weten te handhaven.
En niet alleen is het bedrijf gehandhaafd,
het wordt nog steeds volgens de oude me
thode uitgeoefend in het eeuwenoude pand
bij de Makkumer haven. Bij het binnen
treden waant men zich in een ver verleden.
Geen moderne fabriekscomplexen, overvuld
met dreunende machines, geen nieuwste
snufjes van verfijnde techniek, geen ruime
luchtige kantoorlokalen met stalen meube
len en deftige lambrizeering. Slechts een
uitgestrekt doolhof van nauwe gangen,
donkere wenteltrappen en lage doorgangen.
Slechts hier en daar is men met den tijd
mee moeten gaan, zooals bij de vervanging
van den ouden paardèn-kleimolen door
een electro-motor. Hoofdzakelijk is echter
alles nog handwerk van vader op zoon
overgegaan, zonder uitzondering allen
kunstenaars in hun vak.
Een typisch nationaal product, dat stel
lig evenzeer als volkskunst mag worden
aangemerkt, is de IJlster schaats, welke
j het thans 75-jarige bedrijf der firma Nooit-
i gedagt verlaat De snelle groei dezer be-
roemde industrie vormt een roman op zich.
Met het bescheiden begin op de bovenver-
I dieping van het simpele huisje te IJlst,
waar Jan Jarig Nooitgedagt, zooals de
meeste timmerknechts van het kleine Frie
sche stadje, in de schrale wintermaanden
ter bijverdienste het houtwerk vervaardig
de voor de schaatsijzers der vermaarde
IJlster smeden.
De oude Jan Jarig, die in 1920 stierf, is
thans reeds een legendarische figuur in
Trots de tijden heeft E.V. niet stil
gezeten om de goodwill van onze
Nederlandsche industrie zoo hoog
mogelijk te houden in het buitenland. Op
de jaarbeurzen te Leipzig, Keulen en Wee-
nen zullen wij als gewoonlijk onze produc
ten en ons kunnen demonstreeren. Ook al
behoeven wij op dit oogenblik niet groote
verwachtingen te hebben van de resulta
ten, In de toekomst zullen wij ze plukken,
daarvan zijn wij overtuigd. Ook op de
jaarbeurs te Milaan hebben wij onze stem
doen hooren, steeds maar bouwend aan een
nieuwe toekomst.
Dat de E.V. zich alleen maar met propa
ganda voor onzen landbouw en industrie
bezig houdt, zou een misvatting zijn. Im
mers met eenige landen in Europa is nog
een zeker handelsverkeer mogelijk en wel
met Zweden, Noorwegen, Denemarken en
Finland. De Balkan is als factor van eenige
beteekenis practisch geheel uitgesloten.
Onze voornaamste handel gaat met
Duitschland en in veel mindere mate met
Italië verder. Vanzelfsprekend komen hier
andere factoren bij te pas dan de gewone,
want de nieuwe economie begint reeds door
te werken en de oorlogstoestand stelt heel
andere eischen aan het leven. Maar toch
is E.V. hier en daar nog wel in staat haar
stem te doen hooren en waardevolle ad
viezen te geven aan de industrie.
Een terrein, dat meer actualiteit heeft
gekregen, is dat van de verbinding der Ne
derlandsche industrieën onderling. In ver
schillende gevallen wendden de kleinere en
groote zakenmenschen zich tot E.V. ten
einde producten, die zij voorheen van het
buitenland betrokken, nu van eigen in
dustrie te verkrijgen. Zoo waren er firma's,
die verlegen zaten om pansponsen, andere
die asbestkleeding wilden verkoopen, waar
voor zij regelmatig afnemers hadden. E.V.
wist raad toen men haar vroeg en legde
nieuwe banden tusschen Nederlanders.
Ook beijvert zij zich, die bedrijven, welke
uit gebrek aan grondstoffen ten einde raad
zich tot E.V. wendden, te helpen met het
geven van geschikte adressen voor vervan
gingsproducten.
Het is een nuttig en heilzaam werk, dat
door den Economischen Voorlichtingsdienst
verricht wordt, een werk dat belangstelling
en medewerking ten volle verdient.
vestigden zich arbeiders te Delft, om daar
een bedrijf te beginnen en sedert wist deze
stad zich tot een beroemd centrum van
pottenbakkerskunst op te werken. De naam
„Delftsch aardewerk" zegt in dit opzicht
genoeg. Voor den toenemenden bloei var.
de Delftsche industrie zijn meerdere oor
zaken aan te wijzen. Op de eerste plaats
kenmerkte de tijd zich door een grooten
achteruitgang van het bierbrouwersbedrijf.
Vele groote panden, die-dientengevolge leeg
kwamen te staan, werden dankbaar in ge
bruik genomen voor de aardewerkfabricage
Op de tweede plaats had de Italiaansche
invloed voor een groot deel plaats gemaakt
voor oorspronkelijke Hollandsche motieven,
die echter een zwaren strijd hadden te voe
ren tegen de schitterende Chineesche pro
ducten, die men in afwerking en kleurscha-
keering nimmer heeft kunnen evenaren. De
Chineesche kunstvoorwerpen, die voorna
melijk door de Oost-Indische Compagnie
werden ingevoerd, vormen nu nog een kost
baar onderdeel van groote norceleinverza-
melingen, zooals bijvoorbeeld het Friesch
Museum te Leeuwarden die bezit.
Er is voor eenigen tijd te Amsterdam op
den Heiligeweg onder den naam „Ty
pisch Holland" een winkelzaak ge
opend, zooals er feitelijk in Nederland nog
geen bestond.
Wanneer men in het buitenland reisde en
öien wilde in het land, dat men bezocht,
oen karakteristiek nationaal product koo-
Pen, hetzij voor practisch gebruik, als
Waardevolle herinnering, dan wel om, te
ruggekeerd, er dezen of genen een pleizier
öiee te doen, dan waren er adressen, waar
hien zijn keus kon maken, al naar oen prijs,
dien men wilde besteden. Op die adressen
Waren de volkskunstproducten uit geheel
bet land, de kostbare zoowel als de een
voudige, te vinden en men had de garan
tie, dat, wat men kocht, echt was.
De vreemdeling echter, die Nederland
bezocht en bij voorbeeld in de hoofdstad
des Rijks nu eens een keuze wilde maken
dit wat de levende, eigene volkskunst voort
bracht, was daartoe niet in staat. Zelfs de
beste gids kon hem hoogstens naar de
®bowroom van „De Porceleyne Fles'' in het
^untgebouw brengen of in een enkele win
kelzaak iets van het verlangde opsporen,
^ar een adres, waar hij een overzicht
van wat aan levende volkskunst in
Nederland werd geproduceerd, bestond er
hiet. Zoo zijn die buitenlandsche toeristen
als regel afgereisd met een paar beschil
derde klompjes, een „Volendammer" pop of
een kwasi Delftsch molentje, waarvan men
bet „Made in Csecho-Slovakia" later er
gens kon aflezen.
Natuurlijk kon men hier of daar Hinde-
looper gebruiksvoorwerpen koopen en weer
ergens anders een keuze maken tusschen
delftsch en Makkumer aardewerk en bij
®en enkelen zilversmid een mooi Zaansch
Molentje vinden, maar de meest haastige
en doorgaans slecht georiënteerde toerist
bad daarvoor geen tijd, noch wist hij den
Weg- In Amsterdam is met „Typisch Hol-
buid" thans een bescheiden begin gemaakt
met hoe het behoort te zijn: eén adres,
Waar men voor elke beurs terecht kan om
kts aardigs te vinden, dat geen Kitsch is
etl Werkelijk iets vertolkt van het Neder-
^udsche voikseigene.
Daarmee beweren wij niet, dat nu alles
^at bij „Typisch Holland" te vinden is,
echte Nederlandsche volkskunst is. Maar
bi elk geval is het Nederlandsche produc-
^e- De grens is ook moeilijk te trekken.
Dui te beginnen willen wij ons in dit artikel
beperken tot de industrieele productie, die
a's karakteristiek Nederlandsch valt aan te
bierken. En verder moet een zekere tradi-
le aan het bedrijf ten grondslag liggen
bH als nationale volkskunst in engeren zin
worden beschouwd. Voor deze traditio-
beele industrieën mogen wij in dit num
mer de aandacht vragen. Zij nemen in de
^aderlandsche nijverheid wel geen eerste,
blaar toch een voorname plaats in.
De meest prominente in de vaderlandsche
01kskunst-nijverheid is ongetwijfeld Delft,
ts kntfS?aa! vav- <len Economischen Voorlichtingsdienst, Rijnstraat 24, Den Haag,
t>an g I°°s voor het publiek geopend op werkdagen van 9—17 uur, 's Zaterdags
adrCSh uur- Zii bevat een uitgebreide verzameling binnen- en buitenlandsche
en een» en' ec0Aomische en vaktijdschriften, boeken van practisch economischen
^oi±i^lv}ercieelen aard. De uitleening geschiedt kosteloos na overlegging van een
"hatiebewijs ttoto E. Vi
In hoofdzaak bestond het werk hierin
de industrie voor te lichten als zij vroeg
om geschikte afzetgebieden voor bepaalde
producten in het buitenland. Het ging er
voor den fabrikant dikwijls om in welk
land hij een kansvolle markt kon vinden
en, had hij die eenmaal gevonden, op welke
wijze hij zijn goederen dan het best kon
verkoopen. Soms lag het voor de hand, dat
hij zich rechtstreeks wendde tot een gros
sier, soms scheen het veiliger een impor
teur als relatie te nemen. In andere ge val -
leh kon men vruchtbaar werk verrichten
met het aanstellen van een agent of een
vertegenwoordiger. Alles was van velerlei
factoren afhankelijk. Daarbij voegde zich
nog een andere omstandigheid, welke ver
band hield met de handelspolitiek van de
in aanmerking komende landen. Daar had
E.V. bij haar raadgevingen allereerst reke
ning te houden met de bestaande wetge
ving, die b.v. als imperial preference voor
de Engelsche dominions en koloniën van
enorme importantie was. Voorts moest er
rekening gehouden worden met de toekom
stige economische tendenzen van elk land.
Immers wat baatte het een nieuwe markt
te vinden, indien men het risico liep, er
na twee maanden weer van te worden ver
drongen. En wanneer men tenslotte geen
rekening hield met hetgeen er al was of
werd gebracht door eigen landgenooten,
dan liep men groot gevaar de spoeling voor
allen dun te maken.
Het werk der E.V. was dus eenerzijds
een precies en dankbaar werk, van den an
deren kant eep. arbeid vol voetangels en
klemmen. Maar men heeft prachtige resul
taten geboekt. Helaas, de oorlog heeft een
spaak in het wiel gestoken en voor langen
tijd zullen wij een groot deel van onzen
export niet meer op de geschikte plaatsen
kunnen brengen. Wel is waar zijn er nieuwe
mogelijkheden geschapen en worden er
nieuwe dingen geboren, maar de oorlogs
toestand maakt alles nog wel erg vaag en
halfslachtig.
Het Delftsch aardewerk, waarvan de
roep over heel de wereld is verbreid
Drie geslachten Nooitgedagt, onder wier leiding het indrukwekkend bedrijf der
Ulster schaatsenfabriek is gegroeid
Het „fiche" geeft een kort uittreksel
van het tijdschriftartikel. Voor het
aanvragen van dit artikel behoeft
slechts het omlijnde .jtukmerk" te
worden overgenomen (foto E. V.)
De blaaspijp is nog steeds het voornaamste instrument in de hedendaagsche
glasblazerij
het stadje. Hij werkte van 's ochtends drie
tot avonds acht uur, om daarna nog dc
administratie van het zelfstandig gevestigde,
langzaam groeiende bedrijf te behartigen
want van handwerksman werd Jan Jarig
„schaatsen- en schavenfabrikant", zooals
hij zich in 1871 noemde. Onder leiding van
dien eenvoudigen man met zijn witten ring
baard breidde de patriarchaai geleide on
derneming zich uit tot de massale schaat
senfabriek, die zich heden ten dage in Ulst
verheft, het resultaat van noesten arbeid
volharding, doorzettingsvermogen en bo
venal van oud-vaderlandsch Godsvertrou
wen. Een derde generatie Nooitgedagt houdt
thans den naam hoog van een der beste
schaatsenfabrieken ter wereld.
Tot de meest merkwaardige volkskunst
producten behooren de Hindelooper
meubelen en gebruiksvoorwerpen, wel
ke nog altijd in het oude, eens zoo voorname
Friesche havenstadje worden vervaardigd.
In Hindeloopen zelf zijn zij niet meer in ge
bruik: met de welvaart verdwenen zij uit
de woningen. Alleen het eenvoudige, plaat
selijke museum, de Hidde Nijland-Stichting,
bewaart er de herinnering aan. Maar een
bescheiden export bestaat er wel en in
enkele zaken in de groote steden „Ty
pisch Holland" heeft b.v. een zeer uitge
breide collectie zijn de Hindelooper volks
kunstproducten met hun bonte en toch
smaakvolle beschildering voorradig.
Het kunstglasblazen is in ons land zeer
lang onbekend geweest. Duitschland en
Bohemen, Italië, Frankrijk, waren de voor
naamste landen waar deze kunst traditio-
i
welks aardewerk-productie nimmer roe
ping heeft gevoeld tot de broosheid en
elegantie van het porcelein van b.v. Sèvres
en Saksen, maar in zijn degelijkheid en de
schoonheid van kleur en decoratie sedert
eeuwen een wereldreputatie verwierf.
Minder bekend, althans binnen eigen
grenzen, is het Makkumer aardewerk, ver
vaardigd in de meer dan twee en een halve
eeuw oude „gleibakkerij" van de familie
Tichelaar, tegenwoordig de N V. Tichelaar's
kleiwarenfabriek, waar nog steeds in het
zelfde pand het schitterende majolica-
product wordt vervaardigd, dat als „Mak
kumer aardewerk" naast het Delftsch
blauw zulk een uitmuntenden naam heeft
verworven.
Binnpnlandüche oorzaken hadden tot ge
volg, dat de invoer van Chineesch aarde
werk van 1640 tot ongeveer 1680 geheel
werd stopgezet en van die tijden dateert
een enorme opbloei van het Delftsche pro
duct. Inmiddels had echter ook de Friesche
aardewerk-industrie zich een behoorlijke
plaats veroverd. Fabriceerde Delft vooral
kruiken, pannen en borden, in Friesland
waren het in hoofdzaak de gekleurde te
gels, welke een duidelijk beeld gaven van
de kunstzinnige hoogte, die men daar had
bereikt.
Tegen het einde van de zeventiende eeuw
De aardewerk-industrie is in de Ne
derlanden al eeuwen oud. Zij heeft
zich ontwikkeld langs de groote
rivieren en bepaalde zich aanvankelijk in
hoofdzaak tot voorwerpen voor huishou
delijk gebruik, eenvoudig uit klei gebak
ken, zonder kleurteekening of glazuur.
Toch was men in de vroege middeleeuwen
reeds zoover gevorderd, dat men op de
borden en kruiken gekleurde versieringen
aanbracht. De Italianen, wier producten
groote vermaardheid genoten, waren in dit
opzicht onze leermeesters.
Een der bekendste pottenbakkers uit dien
tijd was Comelis Vroomen, wiens zoon
Hendrik Vroomen na een studiereis door
Italië den grootsten stoot gaf tot de ont
wikkeling van het gekleurde majolica-
aardewerk. Een Italiaansche kunstenaar
vestigde zich te Antwerpen, vanwaar het
handwerk ingevoerd werd in Middelburg en
verder Noordwaarts zijn verspreiding vond.
Achtereenvolgens ontstond een min of meer
bloeiende aardewerkindustrie te Haarlem,
Kampen, Leeuwarden en andere plaatsen.
In het begin van de zeventiende eeuw
In de klokkengieterij te Aarle-Rixtel
Het instituut der Economische Voor
lichting is een der instellingen van
de Nederlandsche overheid, die vooral
de laatste jaren haar doeltreffendheid
heeft bewezen. Wij bedoelen niet zoozeer
de activiteit en nuttige werkzaamheid,
welke zij de laatste maanden aan den dag
legt door het publiek op de breedst moge
lijke basis van inlichtingen te voorzien bij
de.moeilijkheden der distributie, maar veel
eer gaat onze aandacht uit naar de voor
lichting, die de kleine en middelgroote in
dustrieele bedrijven in de afgeloopen jaren
hebben ontvangen. Immers als industrie
land waren wij voor den oorlog voor het
grootste deel aangewezen op den export,
een export die vrijwel naar alle deelen van
de wereld ging, en het was vooral de laatste
jaren geen gemakkelijke taak voor de za
kenlieden goede en rendabele afzetgebieden
te vinden. Tal van maatregelen, die mede
verband hielden met de naderende oorlogs
gevaren en zeker werden beïnvloed door
de diplomatieke spanningen, troffen telkens
weer onze nijvere industrie, die met Hol-
landsch doorzettingsvermogen niet ophield
naar nieuwe terreinen te zoeken. Daarbij
verleende E.V. prachtige hulp.
In de eerste plaats toch beschikt de
dienst over een waardevol documenta-
rium, over een bureau: buitenlandsche
handel, over een bureau: overheidsmaat
regelen en over een propagandabureau.
Vooral de twee eerste waren het, die ge
steund door onze buitenlandsche consuls
en door de Stichting tot bevordering van
den uitvoer prachtig werk leverden en on
zen industrieelen de helpende hand boden,
waar zij daarom vroegen en waar zij kon
den.