Uitgebreide smokkelhandel in koffie
H oudi Uw volk in siand/ I
Het brandweer
wezen
KIND BLEEF EEN NACHT
IN EEN ZANDBAK
ONRECHTMATIG BENZINE
VERKREGEN
Taak van den tuinbouw
Het „boertje üan buiten was
een rechercheur
Flinke straffen geëischt
VRIJDAG 21 MAART 1941
Het „boertje" ging telefoneeren
verdachte verklaarde, dat hij uitsluitend
Koffie als onderpand
Koopvrouw of landbouwster
Vennootschap voor den Hoogen
Raad
Het was uit angst niet naar
huis gegaan
Straffen in Rotterdamsch complot
opgelegd
Rund ontvreemd en geslacht
Wegens poging tot doodslag
gestraft
Arrestaties te Groningen
Jaarvergadering van het Centraal
bureau van de tuinbouwveilingen
De loonende prijs
Teelteregeling onmisbaar
Onrechtmatig successie
rechten geheven
Erflater, op zee overleden, was
zonder woonplaats
DE STRANDING VAN DE
„ERIN" BIJ EGMOND a. ZEE
Kapitein door den raad voor de
scheepvaart gestraft
Dr. H. Fischböck bezoekt
de Jaarbeurs
Het nut der collectieve
inzendingen
Isieuni hel groole gezin.
Winterhulp van allen voor allen.
Toelichting van bevoegde zijde
op wettelijke regeling tot
reorganisatie
De nieuwe regeling
Vereeniging „Voormalig
19 R. I."
Herdenkingsplechtigheid op
Hemelvaartsdag
Academische examens
UIT DE STAATSCOURANT
Raden van Toezicht
Sinds de koffie schaarsch is, bloeit de
sluikhandel in dit geurige product der tro
pen, waarvan het dagelij ksch gebruik voor
vele menschen onmisbaar is geworden.
Dat was reeds zoo in Juli van het vorig
Jaar, toen er hier en daar nog vrij groote
koffievoorraden opgeslagen bleken te zijn,
die niet volgens het inventarisatiebesluit
van 28 Augustus 1939 aangegeven waren en
Waarmede een ingewikkelde smokkelhandel
Werd gedreven, waarin vele personen een rol
vervulden en waaraan dus ook heel wat
menschen moesten verdienen, zoodat de kof-
fie-zonder-bon aanmerkelijk duurder voor
den consument werd, dan zij onder normale
omstandigheden zou zijn geweest.
De Amsterdamsche recherche was en is
waakzaam en heeft het laatste jaar reeds
heel wat sluikhandelaars in de val laten
loopen. Dat is niet eenvoudig, want de ket
tinghandelaars bezitten meestal eeh wijd
vertakte organisatie, waarin het voor een
niet-ingewyde niet gemakkelijk is binnen
te dringen. Vreemdelingen worden instinct
matig gewantrouwd, want de smokkelaars
Weten, dat de politie hen gadeslaat en dat
sy op hun hoede moeten zijn voor haar
listen.
Een gewaarschuwd smokkelaar is dubbel
voorzichtig, maar niettegenstaande dat ge
lukt het telkens weer aan rechercheurs,
binnen te dringen in de organisatie van den
sluikhandel.
In den zomer van het vorig jaar kwam de re
chercheur Van Schaik in contact met een fi-
Suur uit den sluikhandel. De rechercheur
•haakte een gunstigen indruk op dezen man.
„Je bent zeker een boertje van buiten", in
formeerde de sluikhandelaar. De rechercheur
Baf <jit gereedelijk toe en deed zijn best, zich
fooveel mogelijk te gedragen in overeenstem
ming met het karakter, dat de koffiehandelaar
hl hem had ontdekt. Op deze wijze won hij
het vertrouwen van den handelaar, die zelf
slechts tusschenpersoon was en die hem weer
ha kermis bracht met een anderen handelaar
„Het boertje van buiten" gaf te kennen, dat
het wel eens een partijtje koffie wilde koopen.
Dit kon wel, zei de handelaar, de politie had
juist een belangrijke party koffie in beslag
Benomen, maar er was nog genoeg over om be
haalde bestellingen te kunnen uitvoeren.
De transactie zou beklonken worden in een
pafé, waarheen de rechercheur zich per taxi
hegaf. De koffiehandelaar eischte boter bij de
pisch, maar het slimme „boertje" wilde de kof-
"fo eerst zien. Samen gingen zij naar een kof
fiebranderij aan den Achterburgwal, waar het
Versch gebrande product in oogenschouw werd
Benomen.
Goed. zei het boertje, stuur de koffie straks
öan maar naar de Marnixstraat 148.
De twee heeren keerden terug in het café
eh wachtten daar op het bericht, dat de koffie
de branderij had verlaten. Op hetzelfde moment
fou het boertje den overeengekomen prijs be
llen.
De telefoon rinkelde en even later vertelde
he handelaar in het café, dat de koffie onder
leg was naar het opgegeven adres, Marnix-
148.
Het „boertje" ging op zijn beurt ook even
folefoneeren om zijn collega's van het bureau
Raampoort te waarschuwen, dat de koffie on
derweg was en dat ze haar slechts in ontvangst
hadden te nemen.
Daarna keerde hij naar zijn niets kwaads
Vermoedenden zakenvriend terug. Hij ging naast
hphr zitten, maar in plaats van een portefeuille
•hét geld kwam een legitimatiebewijs van de
hostie te voorschijn, onmiddellijk gevolgd door
pph revolver, die duidelijk maakte, dat tegen-
^and niet meer zou baten.
Intusschen was een knecht onderweg van de
randerij naar het huis van een zekeren Hen
riks aan de Marnixstraat 148. Tot zijn verba-
•hg bemerkte hij, dat zich op dit adres het
heiitiebureau bevindt. Een rechercheur stond
tb reeds op te wachten.
Moet li hier zijn?
Neen, bij Hendriks.
Die woont hier ook. Kom maar binner,
zoo werd de koffie rechtstreeks naar het
hhhtiebureau gebracht.
Het zaakje had een langen nasleep Een
Vry groot aantal menschen bleek recht
streeks of zijdelings bij den clandestienen
koffiehandel betrokken te zijn geweest en
ai deze lieden waren door het openbaar mi-
histerie gedagvaard, te verschijnen voor de
Amsterdamsche rechtbank.
de eerste plaats stond terecht zekere
-■ d. B., die ervan werd beschuldigd, een groote
jjhrtij koffie van 241 k.g. in voorraad en ver-
.poht te hebben, zulks in strijd met het Inven-
rifatiobesluit.
-De verdachte verklaarde, dat hij te zamen
j. et anderen de koffie had gekocht op een tfjd-
•b, dat de koffie nog geheel vrij was.
^Daarna zou hij zich nooit meer actief met de
hebben bemoeid. Hij stond volkomen bui-
•h de transacties, die met de koffie ondernomen
w«ren.
o-k® president: Maar hebt u nooit gevraagd
jDet niet tijd werd de koffie te verkoopen?
dat verdachte ontkende dit. maar hij gaf toe,
va£ hU een bedrag van 250 a 300 had ont-
va als aandeel in de winst, nadat een deel
-i den voorraad verkocht was naar Limburg
at tr&nsactie, waarvan de verdachte niets had
•pieten.
t o££icier van Justitie, mr. Dyserinck, eisch-
Va-egeh dezen eersten verdachte een geldboete
f 500, subsidiair honderd dagen hechtenis
koorhemd verklaring der in beslag genomen
de-zT verdediger, mr. L. Bloch, meende, dat
8eSj>Vei'dachte slechts een bijkomstige rol heeft
Vqi, in de geheele affaire. Hij was geen
ige deelhebber in de transactie. Boven-
br0cl boogde pleiter, dat koffie geen crisis-
was in den zin der wet op het moment,
°P de verdachte in de zaak betrokken was
biervan vroeg pleiter vrijspraak voor
Stahdi v,nt' Met bet oog op de zorgelijke om-
'b'ou Bbeden, waarin de verdachte verkeert
ïeHn? Welter subsidiair aan op de grootst mo-
e clementie.
Ye€cie verdachte was de koopman J. P.
koft, bad uitgemaakt van de combinatie, die
y °b p had verhandeld en die over den ver-
bitrujybad onderhandeld met een kooper uit
gefungeerd had als tusschenpersoon en geen
leidende rol in de combinatie had gespeeld. Hij
beschouwde zichzelf niet als eigenaar van de
koffie en handelde slechts in opdracht van een
ander lid van de combinatie, dat na hem te
recht zou staan.
De Limburgsche kooper, als getuige gehoord,
verklaarde, dat hij inderdaad den indruk had
gehad slechts te doen te hebben met een tus
schenpersoon
Een andere getuige verklaarde echter, dat hij
den verdachte P. wel degelijk beschouwde als
mede-eigenaar van de koffie. Niettemin was de
transactie geleid door het andere lid var de
combinatie.
De officier van Justitie eischte tegen den
tweeden verdachte, die, naar hi.i meenet?, een
meer actief aandeel heeft gehad in de affaire
dan zijn voorganger, een boete van duizend
gulden, subsidiair tweehonderd dagen hechtenis.
De verdediger, mr. Klaver, betoogde, dat er
in deze zaak een sportief element schuilt, dat
men niet uit het oog moet verliezen. De trans
actie, die deze verdachte met anderen heeft
gedaan, was normaal. Alleen zou de verdachte
in strijd met het inventarisatiebesluit de koffie
niet hebben opgegeven. Echter verklaart de ver
dachte, dat zij mede-verdachten hem hierover
niet hebben geraadpleegd. Aan prijsopdrijving
heeft verdachte P. zich evenmin schuldig ge
maakt, omdat hii slechts handelde als tus
schenpersoon.
Op grond van deze overwegingen pleitte de
verdediger clementie.
Het derde lid van het koffie-triumviraat, de
koopman W. verscheen hierna voor de recht
bank. Hfj verklaarde aan den koopman P. een
bedrag van 500 te hebben geleend, zonder te
weten waarvoor dit geld gebruikt zou worden
Eerst later, toen hem duidelijk werd, dat hii
nog lang op zijn geld zou moeten wachten, had
hij geëischt, dat de koffie als onderpand van
de leening in zijn pakhuis zou worden opge
slagen.
Nadat een groot deel van de partij koffie
was verkocht, had hij, behalve de door hem
geleende 500, een derde deel in de gemaakte
winst opgestreken.
Verdachte gaf toe, dat hij in verzuim is ge
weest, door de koffie niet aan te geven. Maar
hij had groote zaken loopen, die geheel zijn
aandacht hadden opgeëischt. Bovendien was
hem bij informatie gebleken, dat de aangifte
moest worden gedaan door den eigenaar, en de
eigenaar was de koopman P. Hij had P. dan
ook gewaarschuwd hiervoor zorg te dragen.
Later was P. met een kooper van de koffie
bij hem op kantoor gekomen. P. had toen reeds
een afspraak gemaakt over den prijs van de
koffie per pond.
P„ ais getuige gehoord, hield echter vol, dat
hij uitsluitend in opdracht van zijn mede-ver
dachte had gehandeld.
De officier van Justitie, mx. Dyserinck, zeide
in zijn requisitoir, dat de verdachte W. finan
cieel het meest bij de transactie geïnteresseerd
is geweest. Een gevoelige straf achtte de officier
ook in dit geval noodzakelijk. Hy eischte daarom
een boete van 1000, te vervangen door een
hechtenisstraf van honderd dagen.
De verdediger van den verdachte W., mr. H.
Keune, zeide, dat zy cliënt slechts toevallig in
de transactie betrokken is geworden. Hij heeft
aan een zakelijke relatie geld voorgeschoten
en toen bleek, dat deze leening een vrij langen
looptijd zou hebben, heeft hij de koffie als
onderpand in zijn kelder doen deponeeren. Hii
heeft ook den handelaar P. opgedragen de kof
fie aan te geven. Hieruit blijkt voldoende, dat
de verdachte W. zich niet als eigenaar be
schouwde van de koffie en dus ook niet ver
plicht was de koffie aan te geven.
Ook later heeft W. niet zelf de koffie ver
kocht. Voor de kooper op zijn kantoor ver
scheen, had deze reeds met P. een afspraak
gemaakt over den prijs. W. heeft niet anders
gedaan dan den koopprijs in ontvangst te ne
men, hetgeen hfj slechts gedaan heeft om het
zakelijke belang van de firma, die den verdachte
P. geld had voorgeschoten, te behartigen.
Pleiter meende daarom, dat het door het
O.M. ten laste gelegde niet bewezen is en dat
derhalve vrijspraak zal moeten volgen. Subsi
diair pleitte mr. Keune de grootst mogelijke
clementie.
De volgende verdachte, die voor de rechtbank
verscheen, had niet behoord tot het drieman
schap in koffie, maar was slechts als tusschen-
handelaar opgetreden. Hij had verschillende
klanten bediend. Er bleken nog al wat liefheb
bers voor de koffie-zonder-bon te zijn, waar
voor 140 per baal van 50 k g. werd gevraagd.
De belastingkamer van den Hoogen Raad te
Den Haag behandelde de volgende procedure:
De ontvanger der registratie te Rotterdam
heeft een dwangschrift uitgevaardigd tegen de
N.V. van Hoeckel en Co's lm- en exporthandel
te 's Hertogenbosch op grond, dat deze vennoot
schap te Rotterdam verkoopingen hield van ge
ïmporteerd fruit zonder de bepalingen te dien
aanzien van de registratiewet in acht te nemen
en zonder registratierecht te betalen.
De vennootschap kwam in verzet' tegen dit
dwangschrift op grond dat zij niet belasting
schuldig zou zijn omdat haar verkoopingen waren
verkoopingen door- of vanwege land- of tuin
bouwers (art. 55 der registratiewet).
De rechtbank te Rotterdam verklaarde het
verzet van onwaarde en ook het hof te 's Gra-
venhage handhaafde het dwangsoarift. Het hof
oordeelde daarbij dat de vennootschap koop
vrouw is en niet land- en tuinbouwster. De ven
nootschap beriep zich weliswaar erop, dat art.
55 der registratiewet spreekt van „verkoopingen
door of vanwege land- of tuinbouwers" en dat
zij het land- en tuinbouwbedrijf uitoefent en
vanwege land- en tuinbouwers verkoopt. Het
hof besliste echter, dat deze stellingen niet af
doende zijn, omdat deze verkoopingen niet ge
houden zijn door de vennootschap als land- of
tuinbouwster, of vanwege land- of tuinbouwers,
aangezien ze gehouden werden door haar als im-
portrice. Het enkele feit, dat de vennootschap
op haar veiling voor rekening van land- en
tuinbouwers verkocht, .hetgeen zij te bewijzen
aanbiedt, brengt aldus het hof nog niet
mede, dat zij vanwege land- en tuinbouwers
verkocht, maar zeker niet, dat de veiling als
zoodanig vanwege die land- en tuinbouwers werd
gehouden.
In zijn uitspraak heeft de Hooge Raad nu
overwogen, dat het hof kennelijk hiervan is
uitgegaan, dat voor de toepassing van art. 55,
laatste lid van de registratiewet ten aanzien
van den verkoop op een veiling van door land
en tuinbouwers in hun bedrijf geteelde produc
ten niet voldoende is, dat de verkoop daar
geschiedt voor rekening van die land- en tuin
bouwers, doch daarnaast noodig is, dat de vei
ling gezegd moet kunnen worden hun veiling
te zijn of met andere woorden door henzelf
moet worden georganiseerd. Dit gaat echter
verder aldus de hooge raad dan de woor
den van dat artikel, waarin naast verkoop door
ook verkoop vanwege land- en tuinbouwers
wordt genoemd, en is ook niet in overeenstem
ming met de strekking van het artikel, waarbij
men juist het oog heeft gehad op het hier te
Meer dan één baaltje had op deze wijze zijn
weg gevonden naar koffie-drinkende dames en
heeren hier en daar in de stad. Een dame aan
de Nassaukade had voor alle zekerheid zelfs
tweehonderd k.g. koffie bij hem besteld.
Een van die klanten was de rechercheur Van
Schaik, die zich voor deze gelegenheid een
schuilnaam had aangemeten en die den clan
destienen handelaar er op de bekende wijze
in had laten loopen.
De verdachte deelde tnede, dat de rechercheur
zich aan hem had voorgesteld als bonafide
eigenaar van drie kruidenierszaken. Hij had het
zaakje volkomen vertrouwd.
De officier van Justitie eischte tegen dezen
verdachte een boete van 1000, subsidiair 100
dagen hechtenis.
De loonbranders H. R. en W. P. stonden ver
volgens terecht, omdat zij de koffie gebrand
hadden. Deze menschen voerden het werk ech
ter voor G. in loondienst uit. G., die lid van de
Meelcentrale was, had gezegd het recht te heb
ben koffie te laten branden, zoodat de branders
het werk te goeder trouw hadden verricht."
De officier van justitie eischte tegen R. een
geldboete van 25 subs. 10 dagen hechtenis,
terwijl hij voor P. ontslag van rechtsvervolging
vroeg.
De verdediger, mr. W. Nye, wees er op, dat
deze zaak bij den kantonrechter thuis hoort,
zoodat de rechtbank niet bevoegd is. Hij vroeg
voor R. eveneens vrijspraak.
Ten slotte stond nog een aantal personen te
recht, die in meer of mindere mate betrokken
waren geweest bij dezen kettinghandel. F. S.,
die als tusschenpersoon was opgetreden bij het
handeltje met rechercheur Van Schaik, hoorde
f 200 boete subs. 100 dagen hechtenis tegen zich
eischen. Tegen H. van O. eischte de officier
f 50 boete subs. 25 dagen, tegen S. V. 40 of 20
dagen, tegen C. G.-H. 50 of 25 dagen en te
gen W. de K. dezelfde straf.
Donderdag 3 April zal de rechtbank in deze
zaken uitspraak doen.
Te Oostzaan had de 12-jarige S. Woensdag
middag vijf halve centen uit de portemonnaie
van zijn moeder weggenomen om er snoepgoed
voor te koopen. Het duurde niet lang of het
geweten begon zoo te knagen, dar hij niet meer
naar huis durfde terug te keeren.
De ouders, die zeer ongerust werden, toen
hun kind niet thuis kwam, riepen de hulp in
van buren, alsmede van den rijksveldwachter
Den geheelen avond werd overal gezocht, ter
wijl ook assistentie van de Amsterdamsche po
litie werd verzocht. De jongen werd evenwel niet
gevonden.
Donderdagmorgen in de vroegte zag een
dorpsgenoot hem in Oostzaan het schoolplein
afkomen. Bij informatie bleek dat de jongen
den geheelen nacht in een zandbak naby de
kleuterschool had vertoefd.
Verkleumd werd hij bij zijn ouders terugge
bracht.
De Rotterdamsche rechtbank heeft uitspraak
gedaan in de zaak tegen den 54-jarigen procu
ratiehouder bij de Rijksverkeersinspectie te Rot
terdam W. J. H., die door het valschelijk in
vullen van toewijzigingsformulieren de beschik
king wist te krijgen over tienduizenden liters
benzine, die door bemiddeling van zijn neef,
den 39-jarigen B. G. H. J. H„ tegen hooge prij
zen in den kettinghandel werden verhandeld
Verd. werd veroordeeld tot een gevangenisstraf
van één jaar met aftrek van drie maanden voor
arrest.
De neef van verd., H., werd veroordeeld tot
een gevangenisstraf van één jaar met aftrek
der geheele preventieve hechtenis.
Er was tegen ieder van hen acht maanden ge-
eischt.
lande in den land- en tuinbouw gebruikelijke
veilingwezen, hetwelk den door dit geëischten
vorm zeker niet als den meest voorkomenden
kent.
De hooge raad vernietigde op dezen grond
's hofs arrest en wees de zaak naar het hof
terug.
In den nacht van Zondag op Maandag Is
bij den landbouwer J. van K. op het Hornixveld
te Maurik een rund uit den stal ontvreemd. De
dieven hebben het een eind weggevoerd en
daarna achter een bosch geslacht, waar de huid
en de ingewanden in een sloot werden aange
troffen.
Na een uitgebreid onderzoek mocht het de
rijks- en gemeente-politie van Maurik en Zoe-
len gelukken de hand op de daders te leggen,
n.l. V. en Van der Z., beiden udt Zoelen. Bij
een hunner werd een hoeveelheid vleesch in
den kelder aangetroffen, terwijl de tweede man
zich reeds van het vleesch had ontdaan door
het in een sloot achter zijn woning te depo
neeren.
Beide verdachten hebben een volledige be
kentenis afgelegd en zullen voor den Officier
van Justitie te Arnhem worden voorgeleid.
Den 29-jarigen verpleegde uit het psycho-
patenasyl te Winschoten J. A. C. van der W.,
tegen wien de officier van justitie de vorige
week wegens poging tot doodslag twee en een
half jaar gevangenisstraf had geëischt, heeft
de Groninsche rechtbank veroordeeld tot twee
jaar gevangenisstraf met aftrek van preventief
De politie te Groningen heeft een 17-jarigen
kruideniersbediende T. P. S. aldaar aangehou
den die verdacht wordt van diefstal van bon
nen voor de theedistributie.
In de zaak tegen den 49-jarigen P. J., die
de vorige week was aangehouden terzake van
een groot aantal fietsendiefstallen, is ook aan
gehouden de 21-jarige broodventer R. H. te
Groningen, verdacht van heling. H. dreef clan
destien handel in gestolen rijwielen.
In verband met de arrestatie van eenigc per
sonen terzake van diefstal van rijksgoederen
ten nadeele van den Opbouwdienst te Gronin
gen, is thans de 28-jarige rijwielreparateur G.
H- O. aldaar aangehouden, verdacht van mede
plichtigheid.
De landelijke organisatie van de groenten- en
fiuitveilingen, het centraal bureau van de tuin
bouwveilingen in Nederland, heeft Donderdag
te Amsterdam de algemeene jaarvergadering ge
houden.
In zijn openingsrede wees de voorzitter, de
heer F. v. Valstar, op het feit, dat aan den
tuinbouw ten gevolge van den oorlog en de be
zetting van ons land een bijzondere taak is
opgelegd, zoowel tegenover het Nederlandsche
volk, als tegenover de bezettingsoverheid. Fei
telijk is die taak niet anders dan een verscherp
te voortzetting van den koers, dien de tuinbouw
zich steeds gesteld heeft, n.l. de bevordering van
ëe cultuur en den afzet van het product. De
vraagstukken, welke daarmede verband houden,
hebben door den oorlog een bijzonder cachet
gekregen. Nu de invoer van voedingsmiddelen
practisch heeft opgehouden en Nederland op
zichzelf is aangewezen, is de beteekenis van het
tuinbouwproduct voor de voedselvoorziening be
langrijk toegenomen.
De Nederlandsche tuinbouw heeft thans
tot taak, aan de voorziening met groenten
en fruit tot behoud van onze volkskracht
zoodanig mede te werken, dat deze voorzie
ning onder alle omstandigheden ten volle ge
waarborgd blijft. In dit opzicht kan het Ne
derlandsche volk echter gerust zijn. Aan
groenten en fruit komt in Nederland geen
gebrek. Onze tuinbouw zal een schier onuit
puttelijke voedselbron voor ons volk blij
ken te zijn. De veilingen zullen iederen dag
de deuren openzetten om aan het volk den
toegang te verleenen tot de rijkdommen,
welke de tuinders van onzen bodem hebben
vergaard.
Uit de bezetting van ons land vloeit verder de
verplichting voort om de voorschriften van de
bezettingsoverheid uit te voeren. De taak om
het apparaat der veilingen voor den export van
tuinbouwproducten ter beschikking te stellen
wordt om twee redenen vergemakkelijkt. De
tuinder kan tevreden zijn met de prijzen, welke
voor den export naar Duitschland gelden. Het
streven is hierbij om aan den teler een loonenden
prijs te geven. Gunstig steken de tegenwoordige
prijzen af bij die van voor den oorlog, toen de
afzet van het product hoe langer hoe moeilijker
werd en geen loonende prijs te bereiken was,
waardoor financieele steun der overheid nood
zakelijk werd.
De tweede reden, waarom het den tuinbouw
niet zwaar valt, zijn verplichtingen ten aanzien
van den uitvoer naar Duitschland na te komen,
ligt in de reeds lang bestaande samenwerking
Diet de Duitsche instanties. Die samenwerking
heeft zich na den wapenstilstand kunnen voort
zetten.
Het doel van de veilingsorganisatie blijft het
verkrijgen van een loonenden afzet, zoo vervolg
de de heer Valstar. Geen Nederlandsche consu
ment kan bezwaar hebben tegen dien loonenden
prijs, welke den tuinder in staat stelt zijn De-
drijfsonkosten te dekken ook niet. aldus spr.,
als die prijzen een verschil vertoonen met de
lage noteeringen, welke in de laatste jaren gol
den en waaraan de tuinbouw moest doodbloe
den, omdat zij belangrijk beneden de werkelijke
kostprijzen lagen.
Spr. waarschuwde tegen het gevaar van de
prijsstijgingen der grondstoffen. Deze verhoogin
gen zullen in het algemeen niet in de prijzen
der producten kunnen worden verwerkt. De
exportprijs zal niet kunnen stijgen boven het
peil van den Duitschen prijs, doch overigens zijn
de prijzen, die de Duitsche kweeker ontvangt, af
gestemd op een redelijke bestaansmogelijkheid
Voor het binnenland zal in het raam van de
beheerschle prijzen een speling moeten blijven,
die rekening houdt met het normale bedrijfs
risico en die voorts recht laat wedervaren aan
de kwaliteit van het product.
De tuinder zal verstandig doen door produc
ten, die des zomers snel bederfelijk zijn of
waarvoor geen voldoende vraag bestaat, slechts
In bescheiden omvang te telen. Hij moet zich
richten op die artikelen, die voor de voedsel
voorziening het meest van belang zijn. Uit den
bodem moet worden gehaald wat er in zit,
want de behoefte aan groente en fruit, hoezeer
deze ook mag stijgen, moet worden gedekt.
Dit is noodzakelijk omdat Nederland voor
tuinbouwproducten een exportland blijft. De
meening, dat bij dit alles de bestaande teelt
regeling wel kan worden gemist, is niet
Is iemand, die repatrieerend uit Ned.-Indië
aan boord van het m.s. Christiaan Huygens in
de Golf van Aden komt te overlijden, een in
gezetene van het Rijk in Europa? Deze vraag
zoo schrijft het „Weekblad van het Recht"
heeft de ontvanger der directe belastingen
te Amsterdam bevestigend beantwoord, maar de
erfgenamen waren van een andere opvatting.
De eerste kamer der Amsterdamsche rechtbank
heeft in deze kwestie uitspraak gedaan en den
ontvanger in het ongelijk gesteld, zoodat de van
de nalatenschap van den erflater geheven suc
cessierechten onverschuldigd zijn betaald en
derhalve kunnen worden teruggevorderd.
Van de zijde van den ontvanger was o.m. aan
gevoerd, dat de erflater reeds een jaar vóór zijn
overlijden een huis te Amstelveen had gehuurd,
waar zijn vrouw en kinderen reeds woonden,
toen de erflater zijn betrekking te Soerabaja
verliet. De erflater, zoo stelde de ontvanger,
zou, al is hij dan ook niet persoonlijk te Am
stelveen geweest, toch aldaar zijn woonplaats
hebben gekregen. De rechtbank overwoog even
wel, dat de wet zulk een automatlschen over
gang van woonplaats niet kent, kunnende im
mers het feit van het zich inschepen en van
het aan het personeel aan boord opgeven als
zijn adres in Holland dat van het huis, waar
zyn gezin gevestigd was, niet beschouwd wor
den als handelingen, die de overbrenging van
een domicilie kunnen bewerkstelligen." Welis
waar had de erflater zijn adres te Soerabaja
opgegeven, doch hij had nog niet dadelijk een
andere woonplaats betrokken. Tusschen die
belde tijdstippen ligt een periode, dat hij vol
gens de wet zonder woonplaats was. Het Bur
gerlijk Wetboek kent inderdaad die figuur. Zegt
niet art. 74: „Een leder wordt geacht zijne woon
plaats te hebben alwaar hij zijn hoofdverblijf
heeft gevestigd. Bij gebreke an zoodanige woon
plaats wordt de plaats des werkelijken verblijfs
daarvoor gehouden"? Het tweede lid van dit
artikel slaat niet alleen op zwervers, doch ook
op den erflater, die op de „Christiaan Huygens"
reisde en met hem alle andere repatrieerenden,
zoolang zy zich nog niet ergens f e i t e 1J1 k heb
ben gevestigd. De erflater had dus geen woon
plaats noch werkelijk verblijf binnen het Rijk.
De fiscus beschouwde hem ten onrechte als in
gezetene, terwijl de overledene alleen het
voornemen had zich in het Rijk, te Am
stelveen, te vestigen.
juist. Er moet worden geteeld naar een
op de behoefte ingesteld programma. Dit
is de eenig betrouwbare factor, waarop men
een loonende productie kan baseeren.
Daarom moet er ook tusschen den tuin
bouw in de onderscheidene landen een nauw
contact bestaan om een zoo juist mogeiyke
verhouding te verkrygen tusschen teelt en
afzetmogelijkheid.
In het kader eener beheerschte economie
moet volle aandacht worden geschonken aar,
de verduurzaming van groenten en fruit als
middel tot markt- en prijsregeling. Teler, han
delaar en verwerker van tuinbouwproducten zul
len tot volledige samenwerking worden ge
bracht.
Na te hebben herinnerd aan hetgeen het ge
organiseerde veilingwezen in zijn geschiedenis
van vijftig Jaren voor de verbetering van de
teelt en den afzet van tuinbouwproducten heeft
tot stand gebracht, wees de heer Valstar op de
taak der veilingen in de toekomst. Mede dank
zij de goede organisatie der veilingen is de ver
storing van den export van groenten na de
oorlogsdagen in zeer korten tijd opgeheven. Dit
heeft waardeering gevonden en de tuinbouw is
er wel by gevaren.
Bij het in stand houden van het voor den
tuinbouw onmisbare afzetorgaan, de veilings
organisatie, is zoowel de binnenlandsche voed
selvoorziening als de export gebaat.
Bfl het streven naar ordening ter vericry-
ging van een loonend bedrijf voor den tuin
bouw zal het Centraal Bureau van Tuin
bouwveilingen tevens het oog gericht blyven
houden op de vryheid en zelfstandigheid
van den individueelen tuinder in het raam
eener krachtige organisatie.
Spr. besloot met een opwekking tot de leden
om te blyven medewerken aan de veilingsorga
nisatie, die op agrarisch gebied in ons land en
op de wereld uniek is.
De raad voor de scheepvaart heeft uitspraak
gedaan inzake de stranding tydens slecht zicht
van het stoomvisschersvaartuig „Erin" IJm. 12
op de Nederlandsche kust ter hoogte van Eg-
mond aafl Zee, op 14 November 1939.
De raad is van oordeel, dat de stranding van
de „Erin" IJm. 12 aan de schuld van den be
trokkene is te wyten en dat deze zijn taak als
gezagvoerder grovelijk heeft verwaarloosd. Dat
het schip, voorzien van een echolood, onder de
gegeven omstandigheden op het strand loopt, is
zeer teleurstellend. Nu is hier wel een zeer
ernstig fout gemaakt door den matroos van de
wacht, maar hierdoor wordt de verantwoorde
lijkheid van den schipper geenszins opgeheven.
Hy was afgevaren van een gegist bestek. Op de
gestuurde koersen, ook al kwam dan de laatste
koers noordelyker dan IJmuiden uit, wil de raad
geen aanmerking maken. Echter, toen het op
het aanlooden van de kust aankwam, had hy
zelf de navigatie ter hand moeten nemen.
De gedraging van den betrokkene, volgens
diens in het vooronderzoek afgelegde verklaring,
komt den raad overigens geheel onbegrijpelijk
voor. Hy springt zyn kool uit, bij het vernemen,
dat er 13 vadem is gelood en hy blijft niettemin
ruim een kwartier weg, alvorens op de brug te
komen. Hy laat wel halve kracht stoomen, maar
hy acht het niet noodig onmiddellyk op de brug
te komen, de hem medegedeelde diepte te con
troleeren en vervolgens de aanwijzingen van het
echolood voortdurend te observeeren. Had hy dit
gedaan, dan had hij spoedig bemerkt, dat de
diepte verminderde en had hy tydig langs de
kust kunnen stoomen tot hy eeuigs verkenning
had gekregen, of, als hy in bleef sturen, zulks
alleen te doen wanneer hy, indien het echolood
had opgehouden aanwyzingen te geven, het
handlood gaande hield. Uit alles blykt, dat de
schipper zich niet voldoende bewust was van de
verantwoordelykheid, die als gezagvoerder op
hem rustte. Een straf van schorsing acht de raad
geboden.
Mitsdien straft de raad den betrokkene by
verstek, door hem de bevoegdheid te ontnemen,
om als kapitein te varen op een schip, als be
doeld by artikel 2 der Schepenwet, voor den tyd
van een maand.
Tc zamen met dr. Schlotterer, Minlsterialdiri-
gent aan het Reichswirtschaftsministerium te
Berlyn, heeft de commissaris-generaal voor Fi
nanciën en Economie, dr. H. Fischböck, een be
zoek gebracht aan de Utrechtsche Jaarbeurs, in
het gezelschap van deze heeren waren de ge
volmachtigde voor de provincie Utrecht, dr.
Joachim, en eenigen van diens medewerkers.
By de begroeting door den voorzitter van het
bestuur, dr. Fentener van Vlissingen, wees deze
op de buitengewoon gunstige ontwikkeling van
de Jaarbeurs, zoowel wat betreft het aanta'
bezoekers als in het byzonder ook de behoefte
aan plaatsruimte, waarvoor de bestaande ge
bouwen niet meer voldoende zyn.
De commissaris-generaal juichte het besluit
van het bestuur toe, om met de noodzakelijke
bouwwerken tot uitbreiding dadelijk een begin
te maken en zegde zyn steun voor de tot stand
koming daarvan toe.
Dr. Fentener van Vlissingen legde ook thans
den nadruk op de ontwikkelingstendens, welke
naar zyn meening het beurswezen beïnvloedt
n.l. dat vroeger de exposanten er prijs op stel
den, in afgesloten ruimten en zoo ver mogeiyk
verwyderd van hun concurrenten, te kunnen
werken om de als zakengeheim beschouwde sa
menstelling van hun kring van klanten voo-r
de oogen van hun concurrenten verborgen te
houden, terwyi nu de exposanten in dezelfde
branche zich naast elkaar bevinden en daar
mede voor de belangstellenden het overzicht
gemakkeiyker maken. De ontwikkeling gaat
echter nog verder en wel zoodanig, dat in vele
gevallen collectieve inzendingen der bedrijfs
groepen plaats hebben in plaats dat afzonder-
lyke verkoopplaatsen der producenten worden
ingericht.
De commissaris-generaal overtuigde zich by
zyn rondgang er van, dat de Nederlandsche
textielindustrie door haar gemeenschappelyke
inzending deze gedachte reeds zeer goed tot
uitdrukking heeft gebracht.
In de Duitsche afdeeling konden de bezoekers
zich aan de hand van interessante gegevens,
welke dezen keer in het byzonder propaganda
maakten voor de voortbrengselen van het
kunstdrukbedrijf, er van overtuigen, dat de wil
van het Duitsche ryk om naar Nederland te
exporteeren, in vollen omvang is blyven bestaar
ook onder de huidige leiding in Nederland.
De nieuwe regeling van het Brandweerwezen
waaromtrent wij in een deel onzer vorige op
lage reeds een en ander hebben medegedeeld
is tot stand gekomen op initiatief van den be
velhebber der veiligheidspolitie in samenwer
king met den secretaris-generaal van het de
partement van Binnenlandsche Zaken en wordt
door laatstgenoemde uitgevaardigd.
Van bevoegde wijze wordt ter toelichting op
de nieuwe verordening opgemerkt, dat wettely-
ke voorschriften inzake het brandweerwezen
gedurende langen tijd in Nederland niet be
stonden. Den burgemeesters was slechts voor
geschreven om een brandweer in te richten en
naar behoefte te regelen. Staatstoezicht be
stond niet, ook geen centrale leiding.
Voorts heeft de Nederlandsche brandweerver-
eeniging. die als landelijke organisatie de taak
had, gunstigen invloed uit te oefenen, niet slechts
niets tot verbetering gedaan, doch gedeeltelijk
zelfs belemmerend gewerkt. Haar actie leidde
er o.a. toe, dat het Nederlandsche brandweer-
wezen een zeer chaotisch beeld vertoonde en
niettegenstaande alle geestdrift, vooral by de
vrywillige brandweer en verspreide uitnemende
pogingen, het brandweerwezen niet aan de
eischen voldeed.
Dat desniettegenstaande vooral by de tal
rijke luchtaanvallen sommige brandweren
zich voortreffelijk weerden, is aan de groo
te beroepsliefde en geestdrift der brand
weerlieden te danken. Maar het gebrek aan
staatstoezicht en een straffe organisatie,
het ontbreken van voorschriften over de
opleiding der commandanten en de organi
satie der brandweer, heeft o.a. het slechte
gevolg gehad, dat bijvoorbeeld in een groo
te havenstad als Rotterdam de brandweer
organisatie van dien aard is. als ze elders
slechts in kleine dorpen bestaat.
Daar komt nog bij, dat, waar vele gemeenten
tal van gehuchten en een zeer groot getal ver
spreide hoeven tellen, een vrij sterke decentra
lisatie ontstond, die de taak nog moeilijker
maakte.
De thans gegeven verordening brengt een to
tale nieuwe regeling.
De organisatie en het toezicht worden in han
den gelegd van een hoofdinspecteur voor de
brandweer bij het departement van Binnen
landsche Zaken, als zoodanig werd, zooals be
richt, de heer P. L. van Boven benoemd. Zijn
vaste plaatsvervanger alsmede leider der tech
nische afdeeling werd de inspecteur van den
staf W. E. Eggink. Onder den hoofdinspecteur
staan vijf districtsinspecteurs. In district I
(Zuid-Holland en Zeeland) is districtsinspec
teur geworden de heer J. D. Backer; in district
II (Noord-Holland en Utrecht) de heer W. A.
Couzy; in district III (Overijssel en Gelder
land) ir. J. W. A. Renssen; in district IV
(Noord Brabant en Limburg) ir. D. A. Budde
en in district V (Groningen, Friesland en
Drenthe) de heer J. de Roos.
De hoofdinspecteur heeft zyn zetel in Den
Haag, de districts-inspecteurs respectievelijk in
Den Haag, Haarlem, Arnhem, Eindhoven en
Groningen.
De beroepsbrandweer en de brandweerschool
te Amsterdam staan onmiddellyk onder den
hoofdinspecteur. De brandweerschool, die tot op
de inrichting van een eigen gebouw, in de
brandweerkazerne te Amsterdam is onderge
bracht, voltooide reeds een cursus voor officie
ren en onderofficieren.
De burgemeester, die de politioneele brand
weerautoriteit is, heeft de taak om met alle
hulpmiddelen der politie brandgevaar af te we
ren en zorg te dragen voor den goeden toe
stand van het materiaal. Hy ontvangt daartoe
regelen van den secretaris-generaal van t de
partement van Binnenlandsche Zaken. Hy kan
o.m. personeel der gemeente onder bepaalde
condities tot dienst by de vrywillige brand
weer verplichten. De gemeente verzorgt de aan
schaffing en het onderhoud van het materiaal
en andere hulpmiddelen. Bij bedrijfsbrandwe-
ren is dit de taak der bedryven zelve.
Grondslag voor de nieuwe regeling is de ge
dachte, dat branden en andere catastrophen
slechts dan met goed gevolg bestreden kunnen
worden, als met name onder straffe doorvoe
ring van een centrale organisatie, een geschool
de leiding aanwezig .is, klaarheid over de be
voegdheden bestaat en de wil om mede te wer
ken met practische ervaring gepaard gaat.
Nadat in den loop van Februari van den
Procureur-Generaal bericht was ontvangen, dat
hy geen bezwaar had tegen de oprichting der
Vereeniging „Voormalig 19 R.I." heeft het voor-
loopig bestuur een vergadering gehouden,
waarin besloten ls om de herdenkingsplechtig
heid te Rhenen dit jaar te houden op Hemel
vaartsdag, 22 Mei 1941.
TILBURG. Geslaagd voor het propaedeu-
tisch examen in de economische wetenschappen
de heeren: L. A. J. M. van Macklenberg te
's-Hertogenbosch, V .Timmermans te Waalwyk
en J. J. Windt te Veendam.
AMSTERDAM. Geslaagd voor het doctoraal
examen rechten de heer H. Teriet.
GRONINGEN. Geslaagd voor het artsexamen
eerste gedeelte de heer G. B. A. Schasfoort ta
Almelo.
Bevorderd tot arts ir.ej. F. Ryksen. geboren
ta Utrecht, en de heeren J. Couperus geboren t»
Nyhuizum en J. J. Dagevos geboren te Kloe-
tinge.
UTRECHT. Op een proefschrift, getiteld
„Die Trichomoniasis der Tauben und ihre Be-
kampfung" promoveerde de heer Anton Bos,
geboren te Zoetermeer. tot doctor in de vee
artsenijkunde.
Benoemd is tot lid van den raad van toe
zicht, bedoeld tn artikel 32 der Land- en Tuin-
bouwongevallenwet 1922, R. F. de Boer te Naar-
den.
Aan mr. A. J. Lelieveld te Warmond is op
verzoek eervol ontslag verleend als lid van den
raad van toezicht op de Rijksverzekeringsbank.
Als zoodanig is tot 1 Maart 1943 aangewezen
A. Vermeulen te Badhoevedorp.