f II Meibruid ('Wiet lOOp l^LEUTERBELEVENISSEN MET POEDELTJE JffèJJtJZ aT PRIMA MARTERS Bekijk ttw huis eens iiiüüsa yVlaiscn v\csa BONBONS VAN MoOP/EL&Oo alsof ge een ander waart TOCH COED GEKLEED Aardappeldistributie G. SCHOORL HUIZE „WESTEINDE" Hoe buiten we onze textielkaart uit? «I. v„ VOLLENHOVEN'5 WILDHANDEL N.V. Wraak Teleurgestelde Dames! KOFFIE OP? „WHO" IN DE KOP! SANITAIR CJw broodrantsoen vergroot Eet nu Paul Kaiser brood RICHARDS HAARKUUR RIEL Fa. SPIER mÈÊÈÈÊÈÈÈÊÊÈÊËm 111(11 'Wmr wmmmmmmmm Dieet-kookboek INKOOP OUD ZILVER legen de hoogste waarde Dames en Meisjes, maakt nu zelf Uw kleeding! POELIER Koordeinde 113 den haag Maandbladen Vraagt Uw winkelier VAN DEN BRIEL VERSTER Hoest- bonbons REESINK We breien van allerlei garens en resten DEN HAAG Plaats 24 - Den Haag Telefoon 1-1-2-7-6-7 hersfeli Uw door slechte behandelingen aangetaste haren of hoofdhuid BRENGT TOCH IETS ANDERS IN MANTELS, JAPONNEN EN HOEDEN Tapijten, Gordijnen, Matrassen CoxtfitAx. tfaddudve, ConfcctidnA NOORDEINDE 136a 's-CRAVENH ACE t is van dub ohugant DE VROUW EN HAAR TIJD tteekenirtg Damen) ~lllllllllll!llllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllll!IIIIIilllllllllll (Van onze medewerkster in Italië) Wij hebben altijd gemeend, dat de Meimaand de meest geëigende tijd was om bruiloft te hou den. Het is, of 't -feestkleed, waarin de natuur zich hult, het meest past bij het jonge geluk en of de jasmijn, de oranjebloesem en de Mei doom een aureool moeten vormen om 't ge sluierde hoofd van de bruid. De gelegenheid om haar bruidsbóuquet aan de voeten van het Mariabeeld te leggen biedt een reden te meer, om het feest in den Mei te vieren. In Zuid- ïtalië zou men al heel raar opkijken, als men u van een Meibruid hoorde spreken, want op het punt van trouwen staat de Meimaand daar op den index. En met welk 'n dikke letters be grijpen wij pas, als wij een jongen Napolitaan zich op de volgende wijze hooren beklagen over de vooroordeelen van zijn aanstaande schoon familie: „neen, ik ben ruim van opvatting en vind, dat men op iederen tijd van het jaar kan trouwen, behalve natuurlijk in de Mei maand en op een Dinsdag, dat spreekt van zelf." Op uw vraag, waarom juist deze maand op de zwarte lijst staat, krijgt u te hooren: „Omdat het de maand van de Madonna is." Over vooroordeelen en smaak valt nu een maal niet te twisten 1 De uitverkoren maanden om bruiloft te vie ren zijn: October, April en Juni. De zomer maanden behooren bijna tot den besloten tijd, evenals November, de Allerzielenmaand. Na tuurlijk worden de Vasten en de Advent ook in Holland gerespecteerd, maar wij hebben 't ver bod om in dezen tijd bruiloft te vieren toch nooit onder de vijf geboden der heilige Kerk zien gerangschikt, zooals in het land van den Paus. De meest populaire trouwdagen zijn wel: de Zaterdag en de Zondag, en 't gebeurt dan ook niet zelden, dat men onder de Hoogmis op Zon dag een paartje op het altaar ziet zitten. De familieleden en vrienden nemen ook op 't al taar plaats en als de plechtigheid, die echter in het oog van een Hollander dezen naam niet heelemaal verdient, is afgeloopen, breekt er 'n ware omhelzingsroes los. Er ontstaat een ge drang om de bruid, doch niet minder om den bruidegom, die door vrienden, neven en col lega's op beide wangen gekust wordt. Na deze teederheden, die alle op het altaar gepleegd Worden, doet men flauwe pogingen om in een eenigszins behoorlijken stoet af te trekken, doch deze vallen meestal door het algemeene en thousiasme in het water. Het eerste doel op den levensweg van de ge lukkige echtelieden is dan de St. Pieter, ook als zij buiten Rome wonen, want het ideaal van elk bruidspaar uit de provincie is, met de kor ting van tachtig procent, die hun als huwelijks cadeau door de spoorwegmaatschappij wordt gegeven, tenminste ééns Rome te zien. Heel veel zien ze er dikwijls niet van, verloren als zij zijn in elkaar en in die groote, groote stad, maar van de Woensdagsche audiëntie bij den Paus maken zij toch bijna allen gebruik en de zegen van den heiligen Vader is wel de meest waardevolle herinnering, die zij van de eeuwige stad kunnen meenemen. C. P.—D. In Mei fileegt men in normalen tijd te trou wen of te verhuizen en wie noch een woning inricht, noch herinricht, krijgt toch ook iets van een zekere onrust mee, die hem er toe drijft, een en ander in zijn huis te herzien. In een omgeving echter, waar men geheel mee vertrouwd is, (tot en met de kleinste klei nigheid en gehavendheid) die men liefheeft, om dat men de herkomst van ieder ding kent en er mee vergroeid is, heeft men den critischen zin verloren, men dreigt af te stompen in dien zin, dat men het omringende beziet met de oogen der sleur en men moet zichzelf door el kaar schudden om ineens te weten, wat er om hernieuwing of om verandering is gaan vragen. Ik weet het, u behoeft me niet in de rede te vallen en te zeggen, dat het daar op 't oogen- blik heelemaal geen tijden voor zijn, dat nieuwe gordijnstof en kleeden uiterst moeilijk te krij gen zijn, dat verf duur is en dat een verfris- schend zeepsop in zeeparmen tijd een luxe is Dat is allemaal zeer waar, maar het is even waar, dat een prettige en tevreden-stellende omgeving, een milieu, waar ge met een soort plezier de dingen bekijkt, op het oogenblik voor uw moreel en uw innerlijke rust van onschat bare waarde is. De moderne psychologen ken nen aan de wisselwerking tusschen dagelijksche omgeving en zenuwgestel groote waarde toe, ze gaan zelfs verder en zeggen, dat het huiselijk geluk en het huwelijksleven in niet geringe ma te door de omgeving beïnvloed worden. Af en toe moeten we ons huis ook eigenlijk eens binnengaan en het bekijken met de oogen van een vreemde. Dan ontdekken we plotseling, dat we aan veel dingen gewend zijn, die eigen lijk beter konden of hoorden te zijn en die t geheel verzorgder en prettiger zouden maken. Misschien is er een kale plek op den vloer, die met bijts- of verfkwast in een ommezien weg te werken is, een kussen-overtrek is misschien wat vaal geworden, inplaats van hernieuwd kan t gekeerd. Het kan ook zijn, dat het ineeris tot u doordringt, dat de zonnigste kamer het minst bewoond wordt, of dat een zonnig kamergedeel te het minst wordt gebruikt. Waarom dan niet meteen de meubels veranderd om van elke ge geven mogelijkheid profijt te trekken? Wanneer u met de oogen van een vreemde gaat kijken, doet u op die wijze zeker een mas sa ontdekkingen, het is dan echter zaak, niet aan een zekere indolentie toe te geven, maar initiatief te ontwikkelen en de handen uit de mouwen te steken, gestuwd door den geest, dien de Engelschman vervat in het gezegde: „My home is my castle." Nu we ons leven zoo anders moeten instellen en nu er zooveel buitenshuis is vervallen, is t begrip „thuis" een grooter en een beschermend middelpunt in ons leven geworden. Een huis, waar men gaarne rondkijkt, waar men prettig woont en practisch werkt, factoren, die als resultante een rustgevoel geven, is voor u zelf en voor uw huisgenooten thans een waardevoller bezit dan ooit. A. i i- .y KSSKS wSsfc: S 'ft Wij willen nogmaals wijzen op het koken van de aardappelen in de schil. Om van een kwantum aardappelen het volle profijt te trekken, kookt men ze als volgt: de afgeborstelde, aewasschen en zoo noodig ontpittw aardappelen, wor den opgezet met een bodempje water en een half uur gekookt in een goed gesloten pan. Als de aardappelen gaar zijn is het wa ter verkookt. Na omgeschud te zijn komen de aardappelen in hun gebarsten schil op tafel, waar de kieskeurige de schil er afneemt, de verstandige echter den aardap pel met schil en al verorbert, wan neer de kwaliteit van den aard appel (afhankelijk van jaargetijde en van nationaliteit) dit maar even toelaat. Bij het schillen van de aardap pelen gaat een belangrijk gedeelte, dat o.a. eiwit en zetmeel bevat, ver loren; laat men de aardappelen bovendien in water staan en kookt men ze in ruim water, dan werpt men nog meer, door het water vrij gekomen, voedingsstoffen weg, ook mineralen en vitaminen. Een hoe groot kwantum aan aardappelen u ongeveer mèt de schil wegdoet? Wanneer een gezin uit zes per sonen bestaat, gaat daar per week door het schillen meer dan een half dagrantsoen verloren. En dat is niet meer verantwoord. Afkeerigen van den niet-geschil- den aardappel, laat dit u troosten: wel ledereen die van den conven tion eelen blanken aardappel af stand heeft gedaan, is van den aardappel in zijn jasje gaan hou den. Want hij smaakt pittiger en meer ziltig. Toevoeging van zout bij het koken is dan ook overbodig. AMSTERDAM ROKIN 42 OPGERICHT 1868 VOORHEEN KALVERSTRAAT 51 TE 'S-GRAVENHAGE biedt aan Dames en Meisjes een aangenaam Tehuis voor korteren of langeren tijd. Zeer matige prijzen 1.50 a 3.per dag voor logies met voll. pension, desgew. alleen kam. met ontbijt. Westeinde 27 en 31, Telef. 113932 (teekening Bijvoet) Zendt ons een briefkaart met den naam van dit blad aan E.N.S.A.I.D. INSTITUUT Tolsteegsingel 54 te Utrecht en beplakt met 35 cents aan postzegels. (Porto briefkaart inbegrepen) en wij zenden U een mooi boek met ruim 100 maten en modellen en tevens een gratis apparaat om U te 'laten zien hoe gemakke lijk onze methode is om THUIS alle klee ding te leeren maken en vermaken. TEL. 116107 - 116108 De patiënt, die een bepaald dieet moet hou den, zal er wel bij varen als de spijzen, die voor hem bereid worden, zoo oordeelkundig mogelijk zijn klaargemaakt en als er profijt is getrokken van de variaties, die mogelijk zijn binnen het kader van 't voorgeschreven régime. Ten gebruike bij de verzorging van patiënten met hart- en nierziekten is een practische, korte handleiding verschenen door M. Schulte en Dr. L. J. van den Mandele, uitgegeven bij van Hol- kema Warendorf in de Serie „Aesculaap's dieetkookboeken" Behandeld worden, binnen het raam van de verschillende soorten dieeten die voorgeschreven kunnen zijn, ten eerste alge- meene voorschriften, daarna de samenstelling van de maaltijden en tenslotte een groote hoe veelheid recepten. Voor de verpleegster of de huisvrouw, die een zieke te verzorgen heeft is elk boekje uit deze reeks een nuttige wegwijzer. „Ons nestje" is eert nieuwe uitgave van Rath en Doodeheefver, Amsterdam, die zich voor stellen dit „tijdschrift voor het gezellige huis" periodiek uit te geven. In een gezellig huis hooren niet alleen ge zellige wanden en goedgekozen meubels, maar ook goede schilderijen, prettige kleeding voor de vrouw, een vensterbank met verzorgde plan ten en aantrekkelijk speelgoed voor de kinde- ren. Over deze onderwerpen, die een vrouw altijd weer belangstelling inboezemen, schrijven pu blicisten van naam in dit blad van bescheiden formaat. De vele illustraties verhoogen de aan trekkelijkheid van dit pittige tijdschriftje. Eenige lezeressen verzoeken ons aan te geven, hoe men zich met de honderd textielpunten toch goed kan kleeden. Laten wij dan dadelijk zeggen, dat het voor een buitenstaander zeer moeilijk, zoo niet onmogelijk is, dit zeer persoonlijke probleem op te lossen voor een an der, van wier bestaande garderobe men niets af weet. Het is echter mogelijk enkele algemeene wenken en richtlijnen te geven, die misschien voor velen den weg in den doolhof kunnen ver gemakkelijken. We hebben gezien, nietwaar, hoe het de vo rige maal gegaan is: uit angst om de kostbare textielkaart ontijdig leeg te maken, zijn we met een laatste kostbaar puntenrestant min of meer blijven zitten, hetwelk d tout prix en terecht •- de laatste weken van Januari hals overkop moest opgemaakt worden, weshalve de winkels stamp- en stampvol waren, en 't koo- pen van het begeerde niet een prettig verzetje, maar een soort straf werd. Ook kochten we soms op het laatste moment, misschien zonder het vereischte minutieuze overleg, „om de kaart maar op te hebben." Als we de les ter harte genomen hebben, dart laten we ditmaal de kleerenkaart versnipperen, naar gelang onze garderobe het behoeft, niet bang om een flinke bres in de punten te slaan als dat noodig is, maar ook niet roekeloos aan schaffend wat meer verleidelijk dan broodnoo- dig is, onszelf daarmee den pas afsnijdend voor een tweeden grooten aankoop. De tachtig te gebruiken punten tot X Juli zijn allicht gereserveerd of reeds gebruikt voor het „groote" stuk, dat aangeschaft moest worden. Laten we echter aannemen, dat uw textielkaart nog in ongerepten staat is, behalve de eene punt, die er moest afgeknipt, toen ge een dag op reis waart en merkte, dat ge uw zakdoek hadt vergeten. Laten we verder aannemen, dat uw zomergar- derobe, toen ge die verleden jaar verliet, een mantelpakje bevatte, dat eigenlijk „op"was, een nieuwen zomermantel, wat rokjes en blou ses, een „goeie jurk, enkele zomerjaponnen en deux-pièces en wat zomer-„kleingoed". Ge hebt nu uw zinnen gezet op een nieuwen tailleur, maar ook is uw regenjas versleten en dwingt De blouse van natuur- of kunstzijde (elf punten) is in een eenvoudige en practische zomergarderobe onmisbaar. Met een lingerieblouse als de hier bijgaande is men op elk uur van den dag representatief (foto Hoffmann) om een nieuwe. Dan moet ge met u zelf en uw kleerenkast, maar meer nog met uw bestaan (of dit zich grootendeels binnen- of buitenshuis be weegt, en in het laatste geval of uw werkkring immers vraagt, dat ge representatief zijt) uit vechten, of ge voor den verlangden tailleur zes en vijftig punten moogt offeren, daarmee afstand doend van een complet (acht en zestig punten) of van een, nu zoo moderne driekwart jas, die vijftig punten vraagt (of acht en der tig mits korter, maar wat blijft er dan aan punten over?!). Met de komende regendagen tot 1 Juli moet ge dan tactvol omspringen, na 1 Juli kan dan van de resteerende twintig punten plus vijf van de eerste periode een nieu we regenjas van gummi uw eigendom worden. Een gabardine regenmantel van vijftig punten hebt ge met uw tailleur ook verspeeld. Hoeveel mogelijkheden een onberispelijk man. telpak echter biedt hebben we reeds meermalen in deze rubriek betoogd; het geeft u den stem pel van „goed gekleed", ook al bezit ge daar naast geen modieus complet, geen extravagante cape en geen verfijnd zomersch straat-ensem ble, zooals ge op de modeshow misschien gezien hebt, maar waarvan het gezamenlijk bezit een luxe is, welke voorbehouden blijft voor de en kele verwende. Nu we sober moeten zijn, komt het allereerst aan op overleg en smaak en op een goede keuze van de bijkomstigheden als schoenen, hoed, handschoenen, shawl, corsage, sieraden en tasch. Het is voor de vrouw van smaak niet noodig een kast propvol kleeren te hebben, wel, dat ze elk stuk van haar kleeren-bezitting niet op één maar op tientallen wijzen weet aan te wenden. De laatste jaren zijn we op het gebied van kleeren, wat de geboden mogelijkheden betreft, echter zóó verwend, dat het veel moeilijker is om te kiezen: wat neem ik niet, dan wat neem ik wèl. De doorsnee-vrouw, die het dus met een betrekkelijk gematigde garderobe moet doen, is Oma is gauw jarig en dat is een feest, min der voor haar zelf, die den leeftijd der sterken al heeft overschreden, dan voor Poedeltje. En wat voor Poedeltje een feest is, dat is het ook voor Oma. Het kind moet natuurlijk gelooven aan het onvermijdelijke versje; daar hebben moeder en de tantes al lang voor gezorgd; de regie is tot in details voorbereid: lichtblauw jurkje met strookjes, groote blauwe strik in het haar en een nog grootere op den rug als frivool einde van een breede zijden ceintuur, die van de kin tot ver over haar buik Poedeltje's lijfje omspant: bééldig*! Oma weet van al deze pre paratieven niets, zij wordt althans geacht er niets van te weten, maar wordt door Poedeltje regelmatig op de hoogte gehouden onder de uit drukkelijke mededeeling, dat ze het niet ver klappen mag, wantOma mag het niet weten. Het eenige wat Poedeltje werkelijk verzwijgt is dat van het versje. Oma, die meent, dat zij volledig ingelicht is, vindt het niets aardig, dat daar nu niemand aan gedacht heeft en zij be sluit, haar kinderen een poets te bakken: zij zal zelf haar kleindochter een versje leeren. Poedeltje is niet poëtisch genoeg om er iets voor te voelen twee gedichten tegelijk in haar kleine hoofd te pompen. Maar zij mag Oma niets verraden van het eerste vers. Dat is niet alleen haar eer te na, maar bovendien leeft zij onder den druk van de verschrikkelijkste drei gementen. Zij zeurt een beetje bij Oma, zegt dat zij geen versje wil leeren en dat ZU het ook niet hoeft, omdat zij nog te klein is, maar als Oma dan heel verdrietig zegt, dat Poedeltje dan zeker niet meer van haar houdt, wordt het den dreumes toch te machtig. Zij zwicht en zal in 's hemelsnaam het tweede versje ook maar leeren. Nu vindt Oma haar weer lief, maar ondanks den herstelden vrede, stelt Oma na afloop van de eerste les toch ook een serie strafoefeningen In het vooruitzicht voor het geval Poedeltje iets aan moeder of de tantes zou zeggen. Zoo plegen de wijze groote menschen zich tén koste van een kind te vermaken, zich niet bekommerend om de reacties in het gedachten- leven van het slachtoffertje. Genoeg..-. bijna was ik weer in het vaarwater, het met klippen bezaaide vaarwater van de paedagogie geraakt. Poedeltje hield zich taai, verklapte niets van de voornemens, noch aan de eene, noch aan de andere partij en slikte dapper de twee ver zen, die er. van weerskanten met onbluschbare energie en onwrikbare hardnekkigheid in wer den gestampt, ten koste van minstens 4 6 lessen per dag. De lang verbeide Zondag is gekomen. Poe deltje straalt in haar gazen jurk en trappelt van ongeduld om van wal te steken. Ook moe der heeft haast, want langer dan een half uur durft zij de uitgestreken, gesteven en opgeprikte fraaiigheid van de feestkleeding niet garan deeren. Poedeltje krijgt een bosje bloemen in haar knuistje gedrukt, een hand grijpt boven haar hoofd den deurknop en ze wordt door een kier de kamer ingestart. Eenmaal gelanceerd, verdwijnt het laatste restje zenuwachtigheid: als een kind uit een bloemencorso dribbelt zij de lange diagonaal af tusschen de deur en Oma's stoel; de strookjes wiegelen, het klok kende rokje schommelt gracieus. „Lieve Oma, ik heb een versje voor u ge leerd, maar ik kom het niet opzeggen, omdat u het niet mag weten en dat andere dat u wel mag weten kan ik ook niet opzeggen, omdat moeder het niet mag weten." Stilte en algemeene uitwisseling van verbaas de blikken. Verwonderd vragen, geleidelijke op heldering, gelach van alle kanten. „Toe maar, kindje, nü mag het wel; nu is Oma jarig en mag ze alles weten. Nu zijn er geen geheimpjes meer." Maar dat is voor Poedeltje's klein verstand geen bevredigende verklaring. Eerst wekenlang bedreigd worden met algeheele onthouding van taartjes op den feestdag en nog zooveel an dere verschrikkelijkheden meer en dan is het ineens niet meer noodig. Wat doen groote men schen toch raar. Nee, daar vliegt ze ln> zii neemt geen enkel risico. Zij is graag be reid haar versjes op te zeggen, maar buiten aanwezigheid van de menschen, die het niet weten mogen. Oma's smeekingen vermogen hieraan evenmin iets te veranderen als moeders vermaningen en vaders toespraken. Gelukkig ziin de tantes dezen keer verstandig genoeg om niet opnieuw te gaan dreigen met dezelfde wraakoefeningen, die wekenlang als een wolk boven het omgekeerde deliet hebben gehangen. Poedeltje blijft onvermurwbaar. Zij wil voor Oma alleen het versje opzeggen, dat deze haar zelf heeft geleerd, maar dan moeten moeder en de tantes de kamer uit. En aangezien zij het „toch zoo snoezig" doet, wordt zij 's middags gedwongen om voor iederen bezoeker opnieuw haar kunsten te vertoonen, waarbij de groote menschen natuurlijk hopen, dat zij haar ku ren wel zal vergeten. Maar Poedeltje heeft ka rakter, zij blijft zichzelf; drie maal hebben moeder en de tantes dien middag de kamer moeten verlaten. En het andere vers? Oma heeft het niet te hooren gekregen; moeder en tantes daarentegen moesten er meer naar luisteren dan haar lief was, want zoodra Oma even buiten stembereik was, maakte Poedeltje liefjes een buiging en begon te' declameeren. Zoo hield Poedeltje het heft in handen en wreekte zi) zich onbewust op Oma en de tantes voor het wekenlange getreiter met versjes. Misschien kunnen de groote menschen die immers allen zonder opleiding en diploma's ge acht worden kinderen te kunnen opvoeden - toch nog iets van de paedagogeh leeren. V. A. DERPA dan ook het meest gebaat met zelfkennis, met restrictie en nu meer dan ooit. Op het oogenblik komt daar een derde factor bij en dat is het uitbuiten van datgene, wat men nog bezit. Hebt ge besloten tot aankoop van een „groot stuk", bijvoorbeeld dus 't man telpak, maar is uw hartewensch om daarbij toch ook nog een driekwart jasje te bezitten, ga dan met speurdersoog den inhoud van al uw kasten na en onderschat niet de mogelijkheden van keeren, stoomen, persen en de goochelvingers van een handige en willige naaister of kleer maker. Bedenk ook, dat van voeringzijde blous- jes gemaakt kunnen werden uit een ouden man tel, een rok en dat een versleten zijden zomer jurk tot onderjurk kan worden. Allemaal mogelijkheden, die we tot het uiter ste probeeren om punten te sparen voor het nieuwe, dat aangeschaft moet worden, zooals kousen, een lap voor een jurk, een jumper of dessous, die we niet zelf kunnen maken of breien. Vergeten we dan ook niet de sportkleeding, die dezen zomer van onschatbare waarde is, als we het gemis van een buitenlandsche reis vergoeden met fiets- en wandeltochten, (ban den- en zolen-rantsoeneering ten spijt; maar het goed, dat de natuur ons zenuwgestel doet, rechtvaardigt die buitensporigheid) en reservee ren we zoo mogelijk van het puntenrantsoen tot 1 Juli een gedeelte, dat ons niet een tiental punten van na Juni een windjacke kan ver schaffen (25 punten), die ons beschermt tegen koude, wind en regen en eventueel regenjas of anderen mantel spaart. „Ik denk wel tien keer na vóór ik iets aan trek", zei mijn vriendin onlangs; „want Ik wil mijn goed niet slijten, maar het zooveel moge lijk sparen." Ongetwijfeld zit daar iets in. Maar aan slij tage Is alles nu eenmaal onderhevig en boven dien willen we wel eens Iets anders. En al is het aanschaffen van een nieuw stuk door de beruchte honderd punten zeer geremd, we moe ten ons daar niet door neer laten slaan, echter wèl het grootst mogelijk overleg toepassen en het gezonde verstand het laten winnen van de ijdelheid. Dan wordt het een sport om zich toch „goed"-gekIeed door dezen zwaren tijd heen te slaan en wie zich met waren sportleven geest tegenover de moeilijkheden stelt, die zal ze overwinnen en er een zekere rust bij be waren. A. Bgl. Wij verwijderen OVERTOLLIG HAAR met garantie van nooit meer terug te komen. Oók wratten, rimpels, enz. Nieuwste vlugste me thode. Vele dankbetuigingen van HJH. Doet. en behandelde Dames. Voor iedere beurs. Reeds 30 j. ggv. Gratis proefbehandeling. Catalo gus F gratis en franco Mevr. L. C. GEMBER, 156 L. v Meerdervoort, 's-Gravenhage, Tel. 331841. VRAAGT UW WINKELIER OF DROGIST 11 CT. P. ZAKJEGELIJK AAN 1 POND SUIKER PABRIKANTEN: SEGER CO. POSTBUS 356 AMSTERDAM Dommelstr. 2 EINDHOVEN DE LINNENWEVERS SINDS 1847 Levering rechtstreeks aan particulieren van complete HUWELIJKSUITZETTEN en ook van kleine aanvullingen voor Uw linnenkast Vraagt vrijblijvend stalencollectie en reizigersbezoek aan huis 121/2ct por dooi ovorot verier iigbaor lmp..Rotterd. Prod. Mi}, WITTE HUIS -Rotterdam VOOR ALLE ZUTPHEN - ROTTERDAM, Ee»o«.chtsw£Ca AMSTERDAM ('ro In de Hollandsche Beyer serie is een nieuw breiboek uitgekomen: „Elegante pullovers en vesten, van allerlei garens en resten". Een vijftiental practische en aardige model len vindt men hier afgebeeld, bij de beschrijving is telkens een verkleind knippatroon gevoegd, zoodat men op centimetermaten kan werken, wat gunstiger is dan met stekenauntallen, wan neer men van een bepaalde draaddikte niet zeker Is. Wie zich meer thuis voelt met de haaknaald dan met de breipen, kan de blouse maken, die uit aan-elkaar-gehaakte sterretjes bestaat. Voor handwerksters, die ook nu niet graag stilzitten, een aardige uitgave. Tel. 180259 Ruime collectie VOORJAARS-IMFRIMé JAPONNEN en BONTMANTELS DEN HAAG GR. HERTOGINNELAAN 156 - TEL. 336935 1 BOEKHORfT/TR. 24-26. X'GRAVENU AGE *//nr f f rr9w UNIEKE AANBIEDING 2-vellig 65.— - 3-vellig ƒ110.— Noorsche en Roodvossen Pracht qualiteiten 40. TÏLANÜSSTR. 77 huis - TELEF. 55879 (OOST)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 5