f
II
Meibruid
('Wiet lOOp
l^LEUTERBELEVENISSEN
MET POEDELTJE
JffèJJtJZ aT
PRIMA MARTERS
Bekijk ttw huis eens
iiiüüsa
yVlaiscn v\csa
BONBONS
VAN MoOP/EL&Oo
alsof ge een ander waart
TOCH COED GEKLEED
Aardappeldistributie
G. SCHOORL
HUIZE „WESTEINDE"
Hoe buiten we onze
textielkaart uit?
«I. v„ VOLLENHOVEN'5
WILDHANDEL N.V.
Wraak
Teleurgestelde Dames!
KOFFIE OP?
„WHO" IN DE KOP!
SANITAIR
CJw broodrantsoen
vergroot
Eet nu Paul Kaiser
brood
RICHARDS
HAARKUUR
RIEL
Fa. SPIER
mÈÊÈÈÊÈÈÈÊÊÈÊËm
111(11
'Wmr
wmmmmmmmm
Dieet-kookboek
INKOOP OUD ZILVER
legen de hoogste waarde
Dames en Meisjes,
maakt nu zelf Uw kleeding!
POELIER
Koordeinde 113 den haag
Maandbladen
Vraagt Uw winkelier
VAN DEN
BRIEL
VERSTER
Hoest-
bonbons
REESINK
We breien van allerlei garens
en resten
DEN HAAG
Plaats 24 - Den Haag
Telefoon 1-1-2-7-6-7
hersfeli Uw door slechte
behandelingen aangetaste
haren of hoofdhuid
BRENGT TOCH IETS ANDERS
IN MANTELS, JAPONNEN
EN HOEDEN
Tapijten, Gordijnen, Matrassen
CoxtfitAx. tfaddudve,
ConfcctidnA
NOORDEINDE 136a
's-CRAVENH ACE
t is van
dub ohugant
DE VROUW EN HAAR TIJD
tteekenirtg Damen)
~lllllllllll!llllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllll!IIIIIilllllllllll
(Van onze medewerkster in Italië)
Wij hebben altijd gemeend, dat de Meimaand
de meest geëigende tijd was om bruiloft te hou
den. Het is, of 't -feestkleed, waarin de natuur
zich hult, het meest past bij het jonge geluk
en of de jasmijn, de oranjebloesem en de Mei
doom een aureool moeten vormen om 't ge
sluierde hoofd van de bruid. De gelegenheid
om haar bruidsbóuquet aan de voeten van het
Mariabeeld te leggen biedt een reden te meer,
om het feest in den Mei te vieren. In Zuid-
ïtalië zou men al heel raar opkijken, als men
u van een Meibruid hoorde spreken, want op
het punt van trouwen staat de Meimaand daar
op den index. En met welk 'n dikke letters be
grijpen wij pas, als wij een jongen Napolitaan
zich op de volgende wijze hooren beklagen over
de vooroordeelen van zijn aanstaande schoon
familie: „neen, ik ben ruim van opvatting en
vind, dat men op iederen tijd van het jaar
kan trouwen, behalve natuurlijk in de Mei
maand en op een Dinsdag, dat spreekt van
zelf." Op uw vraag, waarom juist deze maand
op de zwarte lijst staat, krijgt u te hooren:
„Omdat het de maand van de Madonna is."
Over vooroordeelen en smaak valt nu een
maal niet te twisten 1
De uitverkoren maanden om bruiloft te vie
ren zijn: October, April en Juni. De zomer
maanden behooren bijna tot den besloten tijd,
evenals November, de Allerzielenmaand. Na
tuurlijk worden de Vasten en de Advent ook in
Holland gerespecteerd, maar wij hebben 't ver
bod om in dezen tijd bruiloft te vieren toch
nooit onder de vijf geboden der heilige Kerk
zien gerangschikt, zooals in het land van den
Paus.
De meest populaire trouwdagen zijn wel: de
Zaterdag en de Zondag, en 't gebeurt dan ook
niet zelden, dat men onder de Hoogmis op Zon
dag een paartje op het altaar ziet zitten. De
familieleden en vrienden nemen ook op 't al
taar plaats en als de plechtigheid, die echter
in het oog van een Hollander dezen naam niet
heelemaal verdient, is afgeloopen, breekt er 'n
ware omhelzingsroes los. Er ontstaat een ge
drang om de bruid, doch niet minder om den
bruidegom, die door vrienden, neven en col
lega's op beide wangen gekust wordt. Na deze
teederheden, die alle op het altaar gepleegd
Worden, doet men flauwe pogingen om in een
eenigszins behoorlijken stoet af te trekken, doch
deze vallen meestal door het algemeene en
thousiasme in het water.
Het eerste doel op den levensweg van de ge
lukkige echtelieden is dan de St. Pieter, ook als
zij buiten Rome wonen, want het ideaal van
elk bruidspaar uit de provincie is, met de kor
ting van tachtig procent, die hun als huwelijks
cadeau door de spoorwegmaatschappij wordt
gegeven, tenminste ééns Rome te zien. Heel
veel zien ze er dikwijls niet van, verloren als zij
zijn in elkaar en in die groote, groote stad,
maar van de Woensdagsche audiëntie bij den
Paus maken zij toch bijna allen gebruik en de
zegen van den heiligen Vader is wel de meest
waardevolle herinnering, die zij van de eeuwige
stad kunnen meenemen.
C. P.—D.
In Mei fileegt men in normalen tijd te trou
wen of te verhuizen en wie noch een woning
inricht, noch herinricht, krijgt toch ook iets
van een zekere onrust mee, die hem er toe
drijft, een en ander in zijn huis te herzien.
In een omgeving echter, waar men geheel
mee vertrouwd is, (tot en met de kleinste klei
nigheid en gehavendheid) die men liefheeft, om
dat men de herkomst van ieder ding kent en
er mee vergroeid is, heeft men den critischen
zin verloren, men dreigt af te stompen in dien
zin, dat men het omringende beziet met de
oogen der sleur en men moet zichzelf door el
kaar schudden om ineens te weten, wat er om
hernieuwing of om verandering is gaan vragen.
Ik weet het, u behoeft me niet in de rede te
vallen en te zeggen, dat het daar op 't oogen-
blik heelemaal geen tijden voor zijn, dat nieuwe
gordijnstof en kleeden uiterst moeilijk te krij
gen zijn, dat verf duur is en dat een verfris-
schend zeepsop in zeeparmen tijd een luxe is
Dat is allemaal zeer waar, maar het is even
waar, dat een prettige en tevreden-stellende
omgeving, een milieu, waar ge met een soort
plezier de dingen bekijkt, op het oogenblik voor
uw moreel en uw innerlijke rust van onschat
bare waarde is. De moderne psychologen ken
nen aan de wisselwerking tusschen dagelijksche
omgeving en zenuwgestel groote waarde toe, ze
gaan zelfs verder en zeggen, dat het huiselijk
geluk en het huwelijksleven in niet geringe ma
te door de omgeving beïnvloed worden.
Af en toe moeten we ons huis ook eigenlijk
eens binnengaan en het bekijken met de oogen
van een vreemde. Dan ontdekken we plotseling,
dat we aan veel dingen gewend zijn, die eigen
lijk beter konden of hoorden te zijn en die t
geheel verzorgder en prettiger zouden maken.
Misschien is er een kale plek op den vloer, die
met bijts- of verfkwast in een ommezien weg te
werken is, een kussen-overtrek is misschien wat
vaal geworden, inplaats van hernieuwd kan t
gekeerd. Het kan ook zijn, dat het ineeris tot u
doordringt, dat de zonnigste kamer het minst
bewoond wordt, of dat een zonnig kamergedeel
te het minst wordt gebruikt. Waarom dan niet
meteen de meubels veranderd om van elke ge
geven mogelijkheid profijt te trekken?
Wanneer u met de oogen van een vreemde
gaat kijken, doet u op die wijze zeker een mas
sa ontdekkingen, het is dan echter zaak, niet
aan een zekere indolentie toe te geven, maar
initiatief te ontwikkelen en de handen uit de
mouwen te steken, gestuwd door den geest, dien
de Engelschman vervat in het gezegde: „My
home is my castle."
Nu we ons leven zoo anders moeten instellen
en nu er zooveel buitenshuis is vervallen, is t
begrip „thuis" een grooter en een beschermend
middelpunt in ons leven geworden.
Een huis, waar men gaarne rondkijkt, waar
men prettig woont en practisch werkt, factoren,
die als resultante een rustgevoel geven, is voor
u zelf en voor uw huisgenooten thans een
waardevoller bezit dan ooit.
A.
i i-
.y
KSSKS wSsfc:
S 'ft
Wij willen nogmaals wijzen op
het koken van de aardappelen in
de schil. Om van een kwantum
aardappelen het volle profijt te
trekken, kookt men ze als volgt: de
afgeborstelde, aewasschen en zoo
noodig ontpittw aardappelen, wor
den opgezet met een bodempje
water en een half uur gekookt in
een goed gesloten pan. Als
de aardappelen gaar zijn is het wa
ter verkookt. Na omgeschud te
zijn komen de aardappelen in hun
gebarsten schil op tafel, waar de
kieskeurige de schil er afneemt,
de verstandige echter den aardap
pel met schil en al verorbert, wan
neer de kwaliteit van den aard
appel (afhankelijk van jaargetijde
en van nationaliteit) dit maar even
toelaat.
Bij het schillen van de aardap
pelen gaat een belangrijk gedeelte,
dat o.a. eiwit en zetmeel bevat, ver
loren; laat men de aardappelen
bovendien in water staan en kookt
men ze in ruim water, dan werpt
men nog meer, door het water vrij
gekomen, voedingsstoffen weg, ook
mineralen en vitaminen.
Een hoe groot kwantum aan
aardappelen u ongeveer mèt de
schil wegdoet?
Wanneer een gezin uit zes per
sonen bestaat, gaat daar per week
door het schillen meer dan een
half dagrantsoen verloren. En dat
is niet meer verantwoord.
Afkeerigen van den niet-geschil-
den aardappel, laat dit u troosten:
wel ledereen die van den conven
tion eelen blanken aardappel af
stand heeft gedaan, is van den
aardappel in zijn jasje gaan hou
den. Want hij smaakt pittiger en
meer ziltig. Toevoeging van zout
bij het koken is dan ook overbodig.
AMSTERDAM
ROKIN 42
OPGERICHT
1868
VOORHEEN KALVERSTRAAT 51
TE 'S-GRAVENHAGE
biedt aan Dames en Meisjes een aangenaam
Tehuis voor korteren of langeren tijd. Zeer
matige prijzen 1.50 a 3.per dag voor
logies met voll. pension, desgew. alleen kam.
met ontbijt.
Westeinde 27 en 31, Telef. 113932
(teekening Bijvoet)
Zendt ons een briefkaart met den naam
van dit blad aan
E.N.S.A.I.D. INSTITUUT
Tolsteegsingel 54 te Utrecht
en beplakt met 35 cents aan postzegels.
(Porto briefkaart inbegrepen) en wij
zenden U een mooi boek met ruim 100
maten en modellen en tevens een gratis
apparaat om U te 'laten zien hoe gemakke
lijk onze methode is om THUIS alle klee
ding te leeren maken en vermaken.
TEL. 116107 - 116108
De patiënt, die een bepaald dieet moet hou
den, zal er wel bij varen als de spijzen, die voor
hem bereid worden, zoo oordeelkundig mogelijk
zijn klaargemaakt en als er profijt is getrokken
van de variaties, die mogelijk zijn binnen het
kader van 't voorgeschreven régime.
Ten gebruike bij de verzorging van patiënten
met hart- en nierziekten is een practische, korte
handleiding verschenen door M. Schulte en Dr.
L. J. van den Mandele, uitgegeven bij van Hol-
kema Warendorf in de Serie „Aesculaap's
dieetkookboeken" Behandeld worden, binnen
het raam van de verschillende soorten dieeten
die voorgeschreven kunnen zijn, ten eerste alge-
meene voorschriften, daarna de samenstelling
van de maaltijden en tenslotte een groote hoe
veelheid recepten. Voor de verpleegster of de
huisvrouw, die een zieke te verzorgen heeft is
elk boekje uit deze reeks een nuttige wegwijzer.
„Ons nestje" is eert nieuwe uitgave van Rath
en Doodeheefver, Amsterdam, die zich voor
stellen dit „tijdschrift voor het gezellige huis"
periodiek uit te geven.
In een gezellig huis hooren niet alleen ge
zellige wanden en goedgekozen meubels, maar
ook goede schilderijen, prettige kleeding voor
de vrouw, een vensterbank met verzorgde plan
ten en aantrekkelijk speelgoed voor de kinde-
ren.
Over deze onderwerpen, die een vrouw altijd
weer belangstelling inboezemen, schrijven pu
blicisten van naam in dit blad van bescheiden
formaat. De vele illustraties verhoogen de aan
trekkelijkheid van dit pittige tijdschriftje.
Eenige lezeressen verzoeken ons aan te geven,
hoe men zich met de honderd textielpunten
toch goed kan kleeden. Laten wij dan dadelijk
zeggen, dat het voor een buitenstaander zeer
moeilijk, zoo niet onmogelijk is, dit zeer
persoonlijke probleem op te lossen voor een an
der, van wier bestaande garderobe men niets af
weet. Het is echter mogelijk enkele algemeene
wenken en richtlijnen te geven, die misschien
voor velen den weg in den doolhof kunnen ver
gemakkelijken.
We hebben gezien, nietwaar, hoe het de vo
rige maal gegaan is: uit angst om de kostbare
textielkaart ontijdig leeg te maken, zijn we met
een laatste kostbaar puntenrestant min of
meer blijven zitten, hetwelk d tout prix en
terecht •- de laatste weken van Januari hals
overkop moest opgemaakt worden, weshalve de
winkels stamp- en stampvol waren, en 't koo-
pen van het begeerde niet een prettig verzetje,
maar een soort straf werd. Ook kochten we
soms op het laatste moment, misschien zonder
het vereischte minutieuze overleg, „om de kaart
maar op te hebben."
Als we de les ter harte genomen hebben, dart
laten we ditmaal de kleerenkaart versnipperen,
naar gelang onze garderobe het behoeft, niet
bang om een flinke bres in de punten te slaan
als dat noodig is, maar ook niet roekeloos aan
schaffend wat meer verleidelijk dan broodnoo-
dig is, onszelf daarmee den pas afsnijdend voor
een tweeden grooten aankoop.
De tachtig te gebruiken punten tot X Juli
zijn allicht gereserveerd of reeds gebruikt
voor het „groote" stuk, dat aangeschaft moest
worden. Laten we echter aannemen, dat uw
textielkaart nog in ongerepten staat is, behalve
de eene punt, die er moest afgeknipt, toen ge
een dag op reis waart en merkte, dat ge uw
zakdoek hadt vergeten.
Laten we verder aannemen, dat uw zomergar-
derobe, toen ge die verleden jaar verliet, een
mantelpakje bevatte, dat eigenlijk „op"was,
een nieuwen zomermantel, wat rokjes en blou
ses, een „goeie jurk, enkele zomerjaponnen en
deux-pièces en wat zomer-„kleingoed". Ge hebt
nu uw zinnen gezet op een nieuwen tailleur,
maar ook is uw regenjas versleten en dwingt
De blouse van natuur- of kunstzijde
(elf punten) is in een eenvoudige en
practische zomergarderobe onmisbaar.
Met een lingerieblouse als de hier
bijgaande is men op elk uur van den
dag representatief
(foto Hoffmann)
om een nieuwe. Dan moet ge met u zelf en uw
kleerenkast, maar meer nog met uw bestaan (of
dit zich grootendeels binnen- of buitenshuis be
weegt, en in het laatste geval of uw werkkring
immers vraagt, dat ge representatief zijt) uit
vechten, of ge voor den verlangden tailleur
zes en vijftig punten moogt offeren, daarmee
afstand doend van een complet (acht en zestig
punten) of van een, nu zoo moderne driekwart
jas, die vijftig punten vraagt (of acht en der
tig mits korter, maar wat blijft er dan aan
punten over?!). Met de komende regendagen
tot 1 Juli moet ge dan tactvol omspringen, na
1 Juli kan dan van de resteerende twintig
punten plus vijf van de eerste periode een nieu
we regenjas van gummi uw eigendom worden.
Een gabardine regenmantel van vijftig punten
hebt ge met uw tailleur ook verspeeld.
Hoeveel mogelijkheden een onberispelijk man.
telpak echter biedt hebben we reeds meermalen
in deze rubriek betoogd; het geeft u den stem
pel van „goed gekleed", ook al bezit ge daar
naast geen modieus complet, geen extravagante
cape en geen verfijnd zomersch straat-ensem
ble, zooals ge op de modeshow misschien gezien
hebt, maar waarvan het gezamenlijk bezit een
luxe is, welke voorbehouden blijft voor de en
kele verwende.
Nu we sober moeten zijn, komt het allereerst
aan op overleg en smaak en op een goede keuze
van de bijkomstigheden als schoenen, hoed,
handschoenen, shawl, corsage, sieraden en
tasch. Het is voor de vrouw van smaak niet
noodig een kast propvol kleeren te hebben, wel,
dat ze elk stuk van haar kleeren-bezitting niet
op één maar op tientallen wijzen weet aan te
wenden.
De laatste jaren zijn we op het gebied van
kleeren, wat de geboden mogelijkheden betreft,
echter zóó verwend, dat het veel moeilijker is
om te kiezen: wat neem ik niet, dan wat neem
ik wèl. De doorsnee-vrouw, die het dus met een
betrekkelijk gematigde garderobe moet doen, is
Oma is gauw jarig en dat is een feest, min
der voor haar zelf, die den leeftijd der sterken
al heeft overschreden, dan voor Poedeltje. En
wat voor Poedeltje een feest is, dat is het ook
voor Oma. Het kind moet natuurlijk gelooven
aan het onvermijdelijke versje; daar hebben
moeder en de tantes al lang voor gezorgd; de
regie is tot in details voorbereid: lichtblauw
jurkje met strookjes, groote blauwe strik in het
haar en een nog grootere op den rug als frivool
einde van een breede zijden ceintuur, die van
de kin tot ver over haar buik Poedeltje's lijfje
omspant: bééldig*! Oma weet van al deze pre
paratieven niets, zij wordt althans geacht er
niets van te weten, maar wordt door Poedeltje
regelmatig op de hoogte gehouden onder de uit
drukkelijke mededeeling, dat ze het niet ver
klappen mag, wantOma mag het niet
weten.
Het eenige wat Poedeltje werkelijk verzwijgt
is dat van het versje. Oma, die meent, dat zij
volledig ingelicht is, vindt het niets aardig, dat
daar nu niemand aan gedacht heeft en zij be
sluit, haar kinderen een poets te bakken: zij
zal zelf haar kleindochter een versje leeren.
Poedeltje is niet poëtisch genoeg om er iets
voor te voelen twee gedichten tegelijk in haar
kleine hoofd te pompen. Maar zij mag Oma
niets verraden van het eerste vers. Dat is niet
alleen haar eer te na, maar bovendien leeft zij
onder den druk van de verschrikkelijkste drei
gementen. Zij zeurt een beetje bij Oma, zegt
dat zij geen versje wil leeren en dat ZU het ook
niet hoeft, omdat zij nog te klein is, maar als
Oma dan heel verdrietig zegt, dat Poedeltje
dan zeker niet meer van haar houdt, wordt het
den dreumes toch te machtig. Zij zwicht en
zal in 's hemelsnaam het tweede versje ook
maar leeren. Nu vindt Oma haar weer lief,
maar ondanks den herstelden vrede, stelt Oma
na afloop van de eerste les toch ook een serie
strafoefeningen In het vooruitzicht voor het
geval Poedeltje iets aan moeder of de tantes
zou zeggen.
Zoo plegen de wijze groote menschen zich
tén koste van een kind te vermaken, zich niet
bekommerend om de reacties in het gedachten-
leven van het slachtoffertje. Genoeg..-. bijna
was ik weer in het vaarwater, het met klippen
bezaaide vaarwater van de paedagogie geraakt.
Poedeltje hield zich taai, verklapte niets van
de voornemens, noch aan de eene, noch aan
de andere partij en slikte dapper de twee ver
zen, die er. van weerskanten met onbluschbare
energie en onwrikbare hardnekkigheid in wer
den gestampt, ten koste van minstens 4 6
lessen per dag.
De lang verbeide Zondag is gekomen. Poe
deltje straalt in haar gazen jurk en trappelt
van ongeduld om van wal te steken. Ook moe
der heeft haast, want langer dan een half uur
durft zij de uitgestreken, gesteven en opgeprikte
fraaiigheid van de feestkleeding niet garan
deeren. Poedeltje krijgt een bosje bloemen in
haar knuistje gedrukt, een hand grijpt boven
haar hoofd den deurknop en ze wordt door een
kier de kamer ingestart. Eenmaal gelanceerd,
verdwijnt het laatste restje zenuwachtigheid:
als een kind uit een bloemencorso dribbelt zij
de lange diagonaal af tusschen de deur en
Oma's stoel; de strookjes wiegelen, het klok
kende rokje schommelt gracieus.
„Lieve Oma, ik heb een versje voor u ge
leerd, maar ik kom het niet opzeggen, omdat
u het niet mag weten en dat andere dat u wel
mag weten kan ik ook niet opzeggen, omdat
moeder het niet mag weten."
Stilte en algemeene uitwisseling van verbaas
de blikken. Verwonderd vragen, geleidelijke op
heldering, gelach van alle kanten.
„Toe maar, kindje, nü mag het wel; nu is
Oma jarig en mag ze alles weten. Nu zijn er
geen geheimpjes meer."
Maar dat is voor Poedeltje's klein verstand
geen bevredigende verklaring. Eerst wekenlang
bedreigd worden met algeheele onthouding van
taartjes op den feestdag en nog zooveel an
dere verschrikkelijkheden meer en dan is het
ineens niet meer noodig. Wat doen groote men
schen toch raar. Nee, daar vliegt ze ln>
zii neemt geen enkel risico. Zij is graag be
reid haar versjes op te zeggen, maar buiten
aanwezigheid van de menschen, die het niet
weten mogen. Oma's smeekingen vermogen
hieraan evenmin iets te veranderen als moeders
vermaningen en vaders toespraken. Gelukkig
ziin de tantes dezen keer verstandig genoeg om
niet opnieuw te gaan dreigen met dezelfde
wraakoefeningen, die wekenlang als een wolk
boven het omgekeerde deliet hebben gehangen.
Poedeltje blijft onvermurwbaar. Zij wil voor
Oma alleen het versje opzeggen, dat deze haar
zelf heeft geleerd, maar dan moeten moeder en
de tantes de kamer uit. En aangezien zij het
„toch zoo snoezig" doet, wordt zij 's middags
gedwongen om voor iederen bezoeker opnieuw
haar kunsten te vertoonen, waarbij de groote
menschen natuurlijk hopen, dat zij haar ku
ren wel zal vergeten. Maar Poedeltje heeft ka
rakter, zij blijft zichzelf; drie maal hebben
moeder en de tantes dien middag de kamer
moeten verlaten. En het andere vers? Oma heeft
het niet te hooren gekregen; moeder en
tantes daarentegen moesten er meer naar
luisteren dan haar lief was, want zoodra Oma
even buiten stembereik was, maakte Poedeltje
liefjes een buiging en begon te' declameeren.
Zoo hield Poedeltje het heft in handen en
wreekte zi) zich onbewust op Oma en de tantes
voor het wekenlange getreiter met versjes.
Misschien kunnen de groote menschen die
immers allen zonder opleiding en diploma's ge
acht worden kinderen te kunnen opvoeden -
toch nog iets van de paedagogeh leeren.
V. A. DERPA
dan ook het meest gebaat met zelfkennis, met
restrictie en nu meer dan ooit.
Op het oogenblik komt daar een derde factor
bij en dat is het uitbuiten van datgene, wat
men nog bezit. Hebt ge besloten tot aankoop
van een „groot stuk", bijvoorbeeld dus 't man
telpak, maar is uw hartewensch om daarbij toch
ook nog een driekwart jasje te bezitten, ga dan
met speurdersoog den inhoud van al uw kasten
na en onderschat niet de mogelijkheden van
keeren, stoomen, persen en de goochelvingers
van een handige en willige naaister of kleer
maker. Bedenk ook, dat van voeringzijde blous-
jes gemaakt kunnen werden uit een ouden man
tel, een rok en dat een versleten zijden zomer
jurk tot onderjurk kan worden.
Allemaal mogelijkheden, die we tot het uiter
ste probeeren om punten te sparen voor het
nieuwe, dat aangeschaft moet worden, zooals
kousen, een lap voor een jurk, een jumper of
dessous, die we niet zelf kunnen maken of
breien.
Vergeten we dan ook niet de sportkleeding,
die dezen zomer van onschatbare waarde is,
als we het gemis van een buitenlandsche reis
vergoeden met fiets- en wandeltochten, (ban
den- en zolen-rantsoeneering ten spijt; maar
het goed, dat de natuur ons zenuwgestel doet,
rechtvaardigt die buitensporigheid) en reservee
ren we zoo mogelijk van het puntenrantsoen
tot 1 Juli een gedeelte, dat ons niet een tiental
punten van na Juni een windjacke kan ver
schaffen (25 punten), die ons beschermt tegen
koude, wind en regen en eventueel regenjas of
anderen mantel spaart.
„Ik denk wel tien keer na vóór ik iets aan
trek", zei mijn vriendin onlangs; „want Ik wil
mijn goed niet slijten, maar het zooveel moge
lijk sparen."
Ongetwijfeld zit daar iets in. Maar aan slij
tage Is alles nu eenmaal onderhevig en boven
dien willen we wel eens Iets anders. En al is
het aanschaffen van een nieuw stuk door de
beruchte honderd punten zeer geremd, we moe
ten ons daar niet door neer laten slaan, echter
wèl het grootst mogelijk overleg toepassen en
het gezonde verstand het laten winnen van de
ijdelheid. Dan wordt het een sport om zich
toch „goed"-gekIeed door dezen zwaren tijd
heen te slaan en wie zich met waren sportleven
geest tegenover de moeilijkheden stelt, die zal
ze overwinnen en er een zekere rust bij be
waren.
A. Bgl.
Wij verwijderen OVERTOLLIG HAAR met
garantie van nooit meer terug te komen. Oók
wratten, rimpels, enz. Nieuwste vlugste me
thode. Vele dankbetuigingen van HJH. Doet.
en behandelde Dames. Voor iedere beurs.
Reeds 30 j. ggv. Gratis proefbehandeling. Catalo
gus F gratis en franco Mevr. L. C. GEMBER,
156 L. v Meerdervoort, 's-Gravenhage, Tel. 331841.
VRAAGT
UW WINKELIER OF DROGIST
11 CT. P. ZAKJEGELIJK AAN 1 POND SUIKER
PABRIKANTEN: SEGER CO.
POSTBUS 356 AMSTERDAM
Dommelstr. 2
EINDHOVEN
DE LINNENWEVERS SINDS 1847
Levering rechtstreeks aan particulieren van
complete HUWELIJKSUITZETTEN en ook
van kleine aanvullingen voor Uw linnenkast
Vraagt vrijblijvend stalencollectie en
reizigersbezoek aan huis
121/2ct
por dooi
ovorot
verier iigbaor
lmp..Rotterd. Prod. Mi},
WITTE HUIS -Rotterdam
VOOR ALLE
ZUTPHEN - ROTTERDAM, Ee»o«.chtsw£Ca
AMSTERDAM ('ro
In de Hollandsche Beyer serie is een nieuw
breiboek uitgekomen: „Elegante pullovers en
vesten, van allerlei garens en resten".
Een vijftiental practische en aardige model
len vindt men hier afgebeeld, bij de beschrijving
is telkens een verkleind knippatroon gevoegd,
zoodat men op centimetermaten kan werken,
wat gunstiger is dan met stekenauntallen, wan
neer men van een bepaalde draaddikte niet
zeker Is. Wie zich meer thuis voelt met de
haaknaald dan met de breipen, kan de blouse
maken, die uit aan-elkaar-gehaakte sterretjes
bestaat. Voor handwerksters, die ook nu niet
graag stilzitten, een aardige uitgave.
Tel. 180259
Ruime collectie VOORJAARS-IMFRIMé
JAPONNEN en BONTMANTELS
DEN HAAG
GR. HERTOGINNELAAN 156 - TEL. 336935
1 BOEKHORfT/TR. 24-26.
X'GRAVENU AGE
*//nr f f rr9w
UNIEKE AANBIEDING
2-vellig 65.— - 3-vellig ƒ110.—
Noorsche en Roodvossen
Pracht qualiteiten 40.
TÏLANÜSSTR. 77 huis - TELEF. 55879
(OOST)