N E kbachtvoed s e l PRIJSLIJST POSTZEGELHANDEL ,.'t CENTRUM" Onze Omroepers komen in j 90.000 gezinnen I NUTRICIA w orn| Ne 1 ken ka »lo hiel hir. Ne logj de tei hoi RETRAITEN Retraitenhuis Roermond In het Cenakel te Tilburg „De Thabor*' te Rotterdam Loyola te Vught Zomerzegel van dr. Jan Ingen-Housz MET LAATSTE PRIJS VER ANDEREN GEN HARTENSTRAAT 30 AMSTERDAM-C* WOENSDAG 18 JUNI 1941 gmtiimiiiiiiiiiiiniiiiHiinimiiiimiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimiiimiiiiiiiiiiiiimrmfTmTTrrrrmrmm'rrfmrmTTTTnj minium Duizenden waterranonkeltjes bloeien nu in de polderslooten langs de weilanden. Temidden van deze overdadige plantenweelde kan nauwelijks een smalle vaargeul opengehouden worden TIEN VOORDEELEN VAN COURANTEN-RECLAME 1. Deze vorm van adverieeren bereikt grootste aantal afnemers. 2. De reclame-boodschap bereikt het gehee gezin, desnoods eiken dag. 3. De mogelijkheid bestaai bepaalde dist*"1 ten min of meer intensief te bewerken. 4. Men kan de locale sfeer inschakelen te vertellen o.a. wèar hel product verkt*}9 baar is. 5. Men krijgt hierdoor de medewerking de plaatselijke leveranciers. 6. Men kan een proefcampagne in 'n bepa rayon laten voorgaan, teneinde mei opgedane ervaring bij de erop volg® nationale campagne zijn voordeel *e. ^ej 7. De advertentie-boodschap wordt met nieuws gelezen en heeft daardoor u"1 waarde. arJ 8. De kosten zijn, naar verhouding, lagef die van welk andèr reclame-middel '^e 9. Geen verspilling, door de mogelijkhei advertenties uitsluitend ie richten 1°* voor wie ze bestemd zijn. 10. Goede resultaten zijn te verkrijg®^1' ndiö met kléine budgets, door 'n oordeelku^e gebruik te maken van weinig plaa*srU1 CEBUCO Heerengracht 258 - Amsterd* JT*. beitaande uit MOUT. MELK EIEREN en CACAO, alsmede de vooi 't li chaam onontbeerlijke en zenuwsterkende KALK- en PHOSPHOR-verbindingen n INDIEN MEN ZICH SLAP. OVERSPANNEN. NERVEUS OF LUSTE LOOS GEVOELT OF LI3DT AAN SLAPE LOOSHEID. der planten, verder over zijn chemische en na tuurkundige onderzoekingen. In 1788 kwam hij tenslotte via Parijs, Brussel, Breda, andermaal naar Londen. Prof. Wiesner zegt, dat hij tal van brieven in handen heeft gehad, die Ingen-Housz van 17881799 vanuit Londen aan zijn vrouw en neef (den jongen Jacquin) 3) schreef. Wel is volgens W, in die brieven herhaaldelijk sprake van terugkeer naar huis, maar ziekte en oorlogsomstandigheden en klimaat zijn in zijn gedachten even zoovele hin dernissen voor dien terugkeer. Als hij zich meer dan gewoon ellendig voelt, gaat hij naar binten, naar zijn vrienden Dim.s- dale (den grooten man der pokkeninenting) of naar den markies van Lansdowne (Earle of Shelburne)Ging' het beter, dan arbeidde hij aan zijn tweede plantkundige hoofdwerk. Men vraagt zich af, of de reis Londen Weenen nu wel zóó onmogelijk was als Ingen- Housz zich inbeeldde en of hü vanwege zijn huwelijk, niet een lotgenoot was geworden van Socrates. Die vraag wordt van Engelsche zijde eenigszins bevestigd. In zijn brieven aan me vrouw Ingen-HouszJacquin komt dat echter niet tot uitdrukking, zegt Wiesner. Dat Ingen- Housz zelf een volkomen gaaf, eerlijk en open karakter was, hierover zijn voor- en tegenstan ders het volledig eens. Over dat van zijn vrouw- verstrekt de literatuur geen licht. Hij is op 7 September 1799 gestorven en liet geen kinderen na. Dat hij, zooals ons werd ge schreven, in Oostenrijk, evenals van Swieten en Jacquin, in den adelstand zou zijn verheven, blijkt onjuist. Ook over zijn begraafplaats bestaan verschil lende onjuiste verhalen. Zeker is slechts, dat hij begraven is op een kerkhof, behoorende tot de parochie Calne. Het kerkhof en het graf be- staan niet meer.. Zijn weduwe, die te Weenen bleef wonen, stierf 7 November 1800. Wiesner wijst er op, hoe gelijksoortige men- schen zelfs na hun dood verschillend worden behandeld. Voor St. Hales een tijdgenoot en mi'degrondvester der plantenphysiologie werd in de Westminster Abdij naast de grootste zijner tijdgenooten een prachtig gedenkteeken opge richt; de stoffelijke overblijfselen van den ande ren niet minder grooten natuurvorscher werden door den wind verspreid. Oostenrijk heeft inmiddels de oude schuld eenigszins vereffend. Onder de arkaden van het majesteitsvolle gebouw der Weener Universiteit staat thans het borstbeeld van Ingen-Housz-' v aan de zijde van zijn twee reeds eerder ge noemde groote landgenooten Gerard van Swie ten en Nicolaas Jacquin. De sokkel, waarop de buste rust, draagt het inschrift: Johannes Ingen-Housz 1730—1799 Archiater Caesareus qua ratione plantae alantur primus perspexit. De buste werd in 1905 vervaardigd doör F. Seifert. Een copie in brons van een medaille, die in 1779 in Engeland werd geslagen en in het bezit is van den heer van Rijckevorsel in Den Bosch, heeft mede voor de vervaardiging dezer buste 'gediend. De Nederlandsche Posterijen hebben thans in samenwerking met het comité voor de Zomer- zegels aan dezen geleerde, een der grootste natuurkundigen van de tweede helft der 18de eeuw, de eer bewezen, die zij plegen te bewijzen aan onze groote landgenooten, die der mensch- heid heil brachten. Hoofdzakelijk heeft Hubert Levigne te Maastricht het zegel vervaardigd raar een in 1756 door H. A. Baur in pastel ver vaardigd portret, thans in het bezit van mr. J. F. Ingen-Housz, oud-griffier van het gerechts hof te Arnhem. Deze laatste hulde strekt èn den Posterijen èn het Zomerzegelcomité tot eer, allen Nederlanders tot voldoening. Wij beëindigen dit overzicht met de woorden van Melchior Treub in zijn artikel over dr. Jan Ingen-Housz op blz. 500 van den Gids van 1880; nen" niet de heb bra: rair bew Rijfc ecoi lan» Dui, dra sch het ten, en bijs tise Ziet ven,: bui' bui ple| leve; me« var® of f( zoc, hieüj tie. zal har ten, sch, str*j en 5^ Ier bezj der; hei, Aan den wateroverlast rond Meppel is een einde gekomen, nu het gemaal van het waterschap .De Jvrandmaatsloot" met 900 meter dijk en ruim 4000 meter waterleiding tot stand is gekomen. Een overzicht van de hoofdwaterleiding uit het gemaal (Pax-Holland) 1) Herleving van.de Wetenschap in Katholiek Nederland. Gedenkboek door Gerard Brom, Den Haag 1930. 2) Prof. Julius Wiesner, Jan Ingen-Housz. Sein Leben und sein Werken als Naturforscher und Arzt. Weenen 1905. 3) Jozef Freiherr von Jacquin, later Hoog leeraar in de plantkunde en scheikunde aan de Weensche Universiteit. 2124 Juni Heeren Mijnbeambten IL 28 Juni—1 Juli Cfudo Pugno III. 58 Juli Heeren Ambtenaren. 2124 Juni: Meisjes. 2428 Juni: Dames deftigen stand. 27 Juni: Eendaagsche retraite Dames. H. Mis offer 9 uur; le Mefl 10 uur 0 30 Juni3 Juli: Genuwde Dames. 7—10 Juli Meisjes boven 30 jaar. 1417 Juli Gehuwden. 18 Juli: Eendaagsche retraite Dames. H. Mis offer 9 uur. le Med 10 uur. 2124 Juli: Meisjes. 27—30 Juli: Meisjes. 21—24 Juni Parochie Krayenhoflaan Nijme gen 2831 Juni Jonge Middenstand. 58 Juli Hoogste klasse M.UJ-.O. Roermond. schi Obs schi tien wor het eem tale and Uite den Dui ting 2uiv ties, pee: brei lanc jan tvist maa Zee schc deel Van dan conl dat flict I ten I posi ging Ned sche gebi en best zees Brit Eur mis< der mog wen reke hoe sele: vooral van Calvinisti- sche zijde, stuitte. Zijn open brief aan ds. Chais van het Waal- aHr' sche Kerkgenootschap Ik *8* L te Den Haag, een br>- pil» chure van 16 blz. druks die in Amster- IS1IP1 '0 j dam in 1768 verscheen -Slll J ter aanprijzing van 4HÉÉI de inentingsmethode, 98 geldt als zijn eerste IH publicatie, die later tJj door tal van grooteie denkgevrSgd.Z0U Jan ^pen-Housz In het werk van naar H. A. Baur (1756) Wiesner 2) zijn behal- ve vertalingen, een 40-tal nummers in het Ne- derlandsch, Fransch, Engelsch, Duitsch en Latijn vermeld. Ze loopen over chemie, physica, spe ciaal magnetisme en electriciteit, vooral echter over de physiologiè der planten, op welk gebied Ingen-Housz hogstaand en baanbrekend werk heeft verricht. Zijn kennis der pokkeninenting bracht hem in 1768 aan het Weensche Hof. Zwaar had men hier onder de pokken, den geesel dier dagen, geleden. Maria There ia vroeg aan Londen, waar destijds net meest tegen de bestrijding dier ziekte was gedaan, een prima specialist om de inentingsmethode in Oostenrijk in te voeren. De keuze viel op Ingen-Housz Drukte hij er in de omtrent deze zaak ge voerde correspondentie nog zijn spijt over uit, dat zijn vaderland hem blijkbaar geen kansen wilde bieden, heel kort daarop n.l. tijdens zijn reis naar Weenen kwam hierin kentering. Blijkbaar geïmponeerd door de buitenlandsche onderscheidingen werd hij door Fagel, den Prins van Oranje en anderg hooge Nederlandsche autoriteiten ontvangen en werden hem toen te laat helaas speciaal dooy Fagel vérstrek kende aanbiedingen gedaan. Ingen-Housz reisde alzoo door naar Weenen, waar hij 14 Mei 1768 aankwam. Steun vond hij bij zijn grooten landgenoot van Swieten, ge weldigen tegenstand daarentegen van zijn anderen landgenoot, den beroemden arts An- toon de Haen (17041776), die op initiatief van Van Swieten in 1754 uit Leiden was beroepen om tot hoogleeraar te Weenen te worden be noemd. Maria Theresia en ook Jozef steunden echter Ingen-Housz onder alle omstandigheden en vol ledig. Leden van de Keizerlijke familie, jong en oud, o. a. de latere koningin van Frankrijk Maria Antoinette, de latere Keizer Leopold en tallooze anderen werden tegen de pokken behandeld. Met één slag was Ingen-Housz een geziene en populaire figuur. Al zocht hij noch geld, noch eere-titelsj prqctisch had hij met denzelfden slag den titel van Lijfarts van den Keizer en de Keizerin, en was hij voortaan buiten finan- cieele zorgen. Zijn reizen in Toscane, Zwitser land, Frankrijk en Engeland maakte hij dienst baar aan de natuurwetenschappen in het alge meen en tegelijkertijd trad hij onderweg op ais energiek pokkenbestrijder. De practische In voering van de pokkeninenting op hert gebeele continent van Europa is op de eerste plaats aan hem te danken. In 1775 trouwde hij op 45-jarigen leeftijd met Agatha Maria Jacquin, zuster van dien anderen beroemden Nederlander, Nicolaas Freiherr von Jacquin, hoogleeraar in de planten- en schei kunde te Weenen. Dit huwelijk vermindert den reislust van dr. Jan aanvankelijk maar weinig. In 1778 gaat hij weer naar Engeland tot 1780 en werkt er veel. Op de terugreis ontmoette hij te Parijs Frankün, met en voor wien hij natuurkundige onderzoe kingen deed en met wien hij zeer bevriend raakte. Maar eindelijk wordt de geleerde wat meer hokvast. Van 1780 tot 1788, behoudens een enkele reis naar Parijs, is hij te Weenen ge bleven. In deze periode vallen zijn omvangrijke werken, in de eerste plaats over de voedingsleer Geheel waar blijft dan ook hetgeen voor on geveer twee jaren door 'n Neder landschen bota nist werd gezegd, dat wij ons niet zonder een gevoel van nationalen trots mogen herinneren, dat het een Nederlander was, die den grond slag voor de tegenwoordige leer van de voeding en de ademhaling der planten heeft gelegd." DE NIEUWE ZEGELS koop ik af heden als volgt in: van 5f0.10; van 7%f0.05; van 10—f 0.25; van 12%—f3.—van 15—f2— van 17%f 2.van 20f 1.50; van 25f 2.van 30f 3.alles p. 100 afgeweekt. Verder koop ik: JUBILEUM 1923 van 2 ct.15 ct.; van 5 ct.f 0.70; van 7% ct.f 0.25; van 10 ct.f 0.08. OPDRUKKEN 1923 2 op 1 ct—f 0.50; 2 op 1% ct—f 0.50; 10 op 3 ct—f 0.30; 10 op 5 ct—f 1—; 10 op 12% ct. f 1.25 CURAqAO-HERDENKING 1936 6ct—f 0.35. JUBILEUM WILLEM DE ZWIJGER 1933: 1% ct—f 0.50: 5 ct—f 0.90; 6 ct—f 0.45. VREDESZEGEL 12% cent 1933 a f 1.75 p. 100; 5 ct. WILLIBRORDUS of SPOOR 1939 a .f 0.50 p. 100. 12% ct. WILLIBRORDUS of SPOOR '39 a f 9— p. 100. KONINGIN JUBILEUM 1938 5 cent a 15 ct. p. 100; 1% ct. a 25 ct. p. 100. - Zelfde prijs ook voor Jamboree 6 en 1%. KONINGIN JUBIL. en JAMB. 12% ct. f 4.50 p. 100. KONINGINNEKOPPEN '39—'40: van 58 cent; van 7%25 ct.; van 10f 1.van 15 f 4.van 20—f 7.alles p. 100 afgeweekt. OPDRUKKEN 1940(: van 5f 0.10; van 7%.f0.05; van 10f0.50; van 12% f4.—; van 17%f3.van 2013.van 2514.J van 30f 6.per 100 afgeweekt. ALLE ZEGELS MOETEN AFGEWEEKT ZIJN! Ook oudere zegels hebben mijn interesse! Hebt U een ver zameling te liquideeren, ook daarvoor ben ik te vinden. Op brieven om prijsopgave zonder retourpostzegel wordt niet geantwoord, gezien het misbruik dat van mijn inlichtingen gemaakt werd. KILO'S POSTZEGELS, het ordinairste uitgezochte spul. koop ik f 0.60 p. K.G. franco thuis in iedere hoeveel heid. Afrekening na ontvangst per postwissel. FOTOREPORTAGE Zou het water nu eindelijk eens op temperatuur zijn 7 (Pax-Holland) De eerste bewoners van het nieuw gewonnen land, de arbeiders, die den Noord Oostpolder in cultuur zullen gaan brengen, zullen gehuisvest worden in de barakken, welke op het oogenblik ter hoogte van Blokzijl worden gebouwd (Pax-Holland) (Pax-Hollandi De consumptiebieten, machinaal regels gezaaid, worden nu gedund. De minder goede plantjes moeten he veld ruimen voor de sterkere, op°a deze volop licht, lucht en ruimte krijgen> om tot een volwaardig product uit ta groeien (Pax-Hollar,a' Met den verkoop der zomer-postzege is een aanvang gemaakt. - De eers kooplustigen aan den stand in hoofdpostkantoor te Maastricht (Het Zuid»"' Na raadpleging van de over mgen-Housz door Gerard Brom in zijn gedenkboek 1) aangehaalde geschriften, hebben wij gezegd, dat het ons aller minst eert, dat ons niet Iets meer omtrent hem bekend was. In gen-Housz immers is een landgenoot, die n de geleerde wereld tot een der grootste na- tuurvorschers van zijn tijd wordt gerekena. Een sieraad voor den ■■Pjgn medi.-xhen stand, voor -wf' de natuurwetenschap- I*11 in het algemeen, voor zijn land en zijn ikt 3| iv A.I gewest. Wij volgen thans den grooten landgenoot aan de hand van ne litteratuur wat nauwkeuriger, al zullen we ons zeer, te zeer moeten beperken. Jan Ingen-Housz (in zijn brieven schrijft hij: Ingen Housz en J. Housz) werd geboren te Breda (thans Eindstraat 17) den 8sten December 1730. Hij liep het Gymnasium te Breda af op zijn 16e jaar werd medicus te Leuven (1751) en studeerde daarna te Leiden (1752—pijn. 1754), Parijs en Edinburg (17541757). Zoowel te Leuven als later werd zijn belang stelling niet alleen speciaal door geneeskunde getrokken, maar ook en soms speciaal door plant-natuur- en scheikunde. Van 17571765 was hij als arts werkzaam te Breda (Eindstraat, thans no. 3). Vooral in deze periode besteedde hij zijn vrije uren en dat waren meestal slechts de nachtelijke aan elec- trische proeven. Zooals bekend, beperkte de electriciteitsleer zich destijds nog tot de wrij- vingselectriciteit. Het was de tijd van Franklin, Armstrong, Ramsden; Galvani en Volta waren er nog niet. De electriseermachine, die op naam van Ramsden staat, moet zoo goed als zeker aan Ingen-Housz worden toegeschreven. Spoedig na den dood van zijn vader (1764) riep hem Pringle, de eerste lijfwacht van den Engelschen koning George HI, een der eerste aftsen der wereld, naar Groot-Brittannië. Pringle had in Leiden o. a. bij Boerhaave gestudeerd'en was daar tot Doctor medicinae (1730) gepro moveerd. Later maakte hij als militair arts van het Engelsche leger den oorlog in de Nederlan den en Duitschland mee en kwam in dezen tijd bij Ingen-Housz (vader) aan huis. De zoon Jan, toenmaals aan het einde van zijn gym- nasialen tijd, maakte op Pringle den indruk van een zeer veel belovenden jongen. Ingen-Housz kwam in Engeland met de beste mannen der wetenschap in aanraking en werkte in de hospitalen van Edinburg en Londen. Speciaal op instignatie van Armstrong ver diepte hij zich hier in de kinderpokken-ziekte. Door correspondentie met vooraanstaande artsen en philanthropen trachtte hij de pokken inenting ook in Nederland ingang te doen vin der, waar ze echter op den felsten tegenstand, Jan Ingen-Housz door F. Seifert hei

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 6