De oproep van den
Rijkscommissaris
GELDEN BESCHIKBAAR
Tweede journalistenkamp gesloten
ZATERDAG 28 JUNI 1941
Wederom een groot succes
Joodsche winkels niet meer
op Zondag open
LANDMEETKUNDIGEN
BIJEEN
„Het Engelsche gestamel"
Onder uniforme leiding
N.V. DE HAARLEMSCHE HYPOTHEEKBANK
op eerste hypotheek tegen billijke voorwaarden
DIRECTEUREN VOOR
GEMEENTEWERKEN
Bijeenkomst der Vereeniging
Rioleering te Apeldoorn
Het tweede gedeelte zal
uitgevoerd worden
Te dure klompen, erwtensoep
en aardappelen
Van groote hoogte gevallen
en gedood
Personeele belasting voor ver
vangende motorrijtuigen
Bijzondere bepalingen van het
Nederlandsche recht opgeheven
Het visschen van ansjovis
in de Waddenzee
Congres te Utrecht
DE PFITZNERCYCLUS
Academische examens
Nuttige handwerken
UIT DE STAATSCOURANT
Kadaster
(Vervolg van pag. 1)
Daarom hebben wij dezen beslissenden strijd
in volledig vertrouwen op den Pührer aan
vaard. Wij hebben twee jaar gezwegen, om
dat wij wisten, dat de Führer ons den weg
wijst, dien de Voorzienigheid bij de bepaling
van zijn alles omvattende taak hem heeft voor
geschreven en dat de Fiihrer voor alles zorg*
en alles voorbereidt, wat in het uur der bes is-
sing noodig is. De arglistigheid der Sovjets,
die ons door een non-agressiepact in den oor
log en in de nederlaag wilden lokken, :s falf-
kant uitgekomen.
In het besef van zijn historische
taak heeft het Duitsche volk in
September 1939 den oorlog op zich
genomen en dank zij zijn leiding in
Polen, in het Westen, Noorden en
Zuid-Oosten, zoo snel beëindigd,
dat thans het bolsjewisme te land
alleen staat tegenover de grootste
militaire macht- die ooit op deze
wereld heeft bestaan.
Wij hebben het keizerlijke Russische leger in
1914 leeren kennen. Destijds overwonnen wij
Rusland, ofschoon wij slechts op halve kracht
konden strijden. Het bolsjewistische leger is be
slist niet beter dan het tsaristische. Destijds
bewogen onze troepen zich voort met een snel
heid van 3 a 4 k.m. per uur, thans, geheel
afgezien van het luchtwapen, mills tens tienmaal
zoo snel. Het Russische gebied is door de tech
niek tot op een tiende van zijn vroegere afme
tingen verkleind. De strijd mag dan zwaar zijn,
de uitslag is niet twijfelachtig
Het Engelsche gestamel bij deze gebeurtenis
doet ook duidelijk den schrik onderkennen, die
den Engelschen in de leden is gevaren, nu zij
zien, dat Adolf Hitler toch den stoutmoedigen
en zoo gevreesden gooi waagt en heeft voor
bereid. Winston Churchill verklaart bij deze
gebeurtenis van historische beteekenis, dat de
Russische soldaten den grond zullen verdedi
gen, dien hun vaderen sedert eeuwen hebben
bewerkt. Daarbij weet deze man toch zeer wel
dat de bolsjewici de Russische boeren van hun
hoeven hebben verjaagd en opgesloten in kolcho
zen en als hier of daar nog iemand in staat
was .geweest zijn eigen bezit in stand te houden,
hem uitgemaakt hebben voor „koelak" en ver
bannen naar de ijswoestenijen van Siberië.
Churchill spreekt van de Russische woningen,
waar vrouwen en kinderen bidden en weet toch
heel precies, dat de Russische komsomoltsen de
kerken vernield en opgeblazen hebben en zelfs
uit de kleinste boerenhofstede de kruisen en
ikonen hebben geroofd. Als de oude huichelaar
beweert, dat er oogenblikken zijn, waarop alle
menschen bidden, dan meenen wij hem te kun
nen verzekeren, dat wij hem nog zoover zullen
brengen, dat hii werkelijk leert bidden.
En zal het wellicht den Russischen soldaten
die thans blootgesteld staan aan den aanvals-
geest van de Duitsche soldaten, aan de geniali
teit van hun leiding en aan de overmacht van
de Duitsche wapenen, tot troost strekken, als
hij spreekt van de troostelooze. dierlijke, volg
zame massa der Hunnensoldaten? Waarschijn
lijk heeft die geestelijk zoo belachelijke dwerg
er op dat oogenblik niet aan gedacht, dat deze
zoogenaamd troostelooze, dierlijke soldaten bij
een unieken. heldhaftigen aanval uit de luch*
op het eiland Kreta een driemaal zoo sterke
Britsche strijdmacht hebben verjaagd en ver
nietigd. Hoe troosteloos dierlijk en volgzaam
moet dan wel het Britsche rijk zijn! Als Chur
chill evenwel aan Rusland alle mogelijke hulp
van Engeland belooft, dan hoor ik daarin de
raaf. die reeds vroeger voor Polen. Noren. Ne
derlanders. Belgen. Franschen. Joego-Slaven en
Grieken denzelfden doodenzang heeft gekraaid
De Führer zei, dat het jaar 1941 de vol
einding van de beslissing zal brengen. Het
is niet aan twijfel onderhevig, dat Enge
land. als het thans alleen zou staan, reeds
juist zoo overwonnen zou zijn als alle andere
staten, die het hebben gewaagd tegenstand
te bieden aan de Duitsche weermacht. Zon
der de onmiddellijke materieele hulp van de
Vereenigde Staten en zonder de tot dusver
middellijke hulp door het vasthouden van
Duitsche strijdkrachten aan de Sovjet
grens. zou Engeland door den vereenigden
aanval van onderzeeërs en luchtwapen
reeds zoo verbrijzeld zi.in. dat het niet meer
met uitzicht op succes tegenstand zou kun
nen bieden tegen de Duitsche weermacht
De materieele hulp van de Vereenigde Sta
ten en de tot dusver potentieele hulp door
den opmarsch van de Sovjetlegers werkte
de verlenging van den oorlog in de hand.
Wij hebben ons er aan gewend de Vereenigde
Staten in dezen zin als belanghebbenden bij
den oorlog te beschouwen. Overigens hebben
wij geen haast om officieel klaarheid in deze
verhouding te brengen. Zeker is, dat elk schip,
elk wapen en elke man, die de Engelschen van
waar ook te hulp wil komen, of hen helpt, ver
nietigd zal worden door de Duitsche weermacht.
Thans evenwel bestaat de mogelijkheid ook mi
litair voor die vrijheid in den rug te zorgen,
waardoor de beslissing van den oorlog voltooid
kan worden geacht.
De militaire verbrijzeling van de
Sovjet-republiek leidt er toe, dat het
Oosten van Europa, dat sedert een
kwart eeuw door het stelsel van het
bolsjewisme aan Europa is ontrukt,
weer tot Europa wordt terugge
bracht, waardoor het geheele gebied
van Europa politiek en economisch
onder uniforme leiding komt. De
Duitsche soldaten zullen het Oosten
van Europa geestelijk en cultureel*
maar ook economisch weer tot
Europa terugbrengen. De uitwer
king van dezen gang van zaken
voor Azië ligt voor de hand. Het
resultaat zal zijn, dat de historisch
gegroeide oude wereld met haar be
slist aanwezige economische levens
vatbaarheid aaneengesloten zal zijn
en geen enkele militaire aanvalsmo-
gelijkheid op dit continent meer zal
bestaan, want deze zou moeten
worden uitgevoerd via woestijnen
en steppen of over zeeën van vele
duizenden mijlen.
In verband met de voortdurende opschortin
gen. die de Vereenigde Staten bij hun bewape
ning toepassen en waarbij eigenlijk slechts in
breuk op de verkiezingsbeloften aan den loo
penden band valt te zien, is het duidelijk, dat
de Vereenigde Staten, of zij willen of niet, de
thans begonnen regeling van de Europeesche
aangelegenheden, door het nationaal-socialisme
in strijdgemeenschap met het fascisme, niet in
den weg kunnen treden. Is deze regeling ge
schied, dan is de toekomst van Europa politiek
opgehelderd en economisch ten minste veilig.
Al wat Europa noodig heeft is in een of an
deren vorm als grondstof of werkstof aanwezig.
Wij willen niet loochenen, dat er nog ontberin
gen kunnen komen, misschien zelfs zware ontbe
ringen. Wij zullen wellicht de levensmiddelen-
voorziening tusschen dezen en den komenden
oogst tijdelijk moeten beperken, misschien zul
len we dezen winter ook niet voldoende kolen
hebben om aan alle behoeften als in vredestijd
te voldoen. Maar al deze beperkingen raken de
zenuw van het Europeesche leven niet. Het is
een kwestie van ons organisatievermogen en
van onzen ijver te zorgen, dat alle economische
mogelijkheden van het nieuw verworven Europa
en van de aangrenzende gebieden, die binnen
afzienbaren tijd tot de Europeesche economie
zullen behooren, worden gebruikt om 't levens
peil van de Europeesche volken te verzekeren.
Seaert 22 Juni werkt de tijd meer dan ooit te
onzen gunste en zullen onze levensvoorwaarden,
op den langen duur beschouwd, steeds beter
worden.
Op dit oogenblik van wereldhis
torische beteekenis roepen wy alle
nationaal-socialisten op, om mede
vorm te geven aan het nieuwe Euro
pa. Inzonderheid richt ik dezen op
roep tot onze nationaal-socialistische
medestanders in Nederland, opdat
ook zij zich beschikbaar stellen voor
de organisatie van het Europeesche
gebied. Zij treden mede aan voor 't
welzijn van hun eigen volk, als zy
hun economische ervaring en hun
discipline beschikbaar stellen voor
de exploitatie van de economische
mogelijkheden en de beveiliging van
de orde.
Nederlanders, gij leeft bovenal in Europa en
niet op zee, of in overzeesche gewesten. Gij deelt
bovenal Europa's bestel en zijt mede verantwoor
delijk voor het lot van Europa. Wat in het
Oosten geschiedt, hetzij in Duitschland, dan
wel in de groote Oostelijke gebieden van Europa,
is voor u geen schouwspel en ieder geval niet
maar een verstoring van uw rust, doch uw lot
Dit hebt gij geslachten lang over het hoofd
gezien Daarom heeft de ontwikkeling u over
stelpt, toen het lot van Europa aan de orde
kwam
Thans is het duidelilk, dat niet de ons, Duit-
schehs, voor de voeten geworpen heerschzucht,
maar de verantwoordelijkheid voor Europa en
de strijd om Europa's voortbestaan ons, Duit-
schers, bovenal tot krijgers hebben gemaakt.
Dezelfde vastberadenheid, die ons eens de aan
vallen van Hunnen, Avaren, Mongolen en oe
overige invallen uit het Oosten van Europa
deed afweren, moest ons sterk maken. En als
er menschen waren, die ten deele uit onbegrip,
ten deele door hun gevoel van eigen ontoerei
kendheid onze soldatenhouding als Pruisendom
en militairisme beschimpten, dan is het duide
lijk, dat deze houding bij eiken Duitscher af
zonderlijk het totaal van de hoogste discipline
en opofferingsgezindheid, maar ook van de
hoogste eigen verantwoordelijkheid voor het
gemeenschappelijk lot vormt en geworden is
tot het schild en zwaard van Europa, die het
Duitsche volk in staat stellen, in nauwelijks
twee jaar vijf zegevierende veldtochten van on
gekende afmetingen te ondernemen.
Nederlanders, blikt naar het Oos
ten! Uw voorvaderen zyn reeds 800
jaar geleden en steeds wèer daar
heen getrokken en belangrijke
bouwsteenen van de Europeesche
cultuur en denkwereld geweest. Se
dert geslachten ontbreekt gij bij de
vervulling van deze gemeenschap
pelijke Europeesche taak. De Duit
sche soldaten, in wier gelederen
reeds thans uw zonen staan, halen
thans het Oosten terug. Thans gaat
het er om dit Europeesche gebied
definitief voor Europa te winnen.
Gij bouwt aan de toekomst van uw
kinderen, als gij thans mede aan
treedt. Uw stryd is uw plicht en uw
belang en tevens een weldaad voor
de bewoners van deze gebieden,
daar wij hen hebben te verlossen
van het bolsjewisme en terug te ge
ven aan de cultuur van het avond
land.
Deze reorganisatie geschiedt door eigen, uit
sluitend Europeesche kracht. De sterke is al
leen het machtigst. Wij willen onze Europee
sche problemen alleen oplossen en niet dul
den, cat de gezwollen predikers aan de andere
zijde van den Atlantischen Oceaan nog op peni-
gerlei wijze meespreken bij onze toestanden
Wij vormen thans in den nood en in de over
winning een lotsgemeenschap der eere. Wij,
nationaal-socialisten, móeten een ondeelbare,
onwrikbare eenheid vormen. Waarover gaat
eigenlijk thans nog de strijd in uw gelederen
hier in Nederland? Wellicht over den omvang
der staatsrechtelijke banden tusschen Nederland
en het toekomstige gebied van' Europa en over
de vraagstukken van de staatkundige zelfstan
digheid van Nederland? De bittere ervaringen
van verleden en heden en de onweerhoudbaar
toenemende overtuiging' van de lotsverbonden
heid juist van de Germaansche volken op het
vasteland zullen deze tot een lotsbond veree
nigen, die zijn rechten naar buiten gemeen
schappelijk zal vertegenwoordigen en zoo noo
dig verdedigen en tusschen de bondsdeelen een
economische verstrengeling, die zoover gaat, als
allen juist en nuttig oordeelen.
Het ligt echter niet in het wezen
van het nationaal-socialisme en van
de door den Führer ontworpen re
organisatie van Europa, den Neder
landers hun nationale eigenaardig
heden en zelfstandigheid te ontne
men. Het gaat derhalve niet om de
zelfstandigheid van Nederland, maar
het gaat om de gelijkgerechtigdheid
der Nederlanders in het gereorgani
seerde Nederlandsche gebied. Ik
acht het mijn bijzondere taak den
terugkeer der Nederlanders in de
pan-Europeesche gemeenschap te
verlichten en mede te helpen, opdat
de Nederlanders in volledige gelijk
gerechtigdheid aan dezen nieuwen
opbouw kunnen deelnemen. Deze
gelijkgerechtigdheid hangt evenwel
af van de mate, waarin zij zich na
tionaal-socialisten betoonen. Uw
geestelijk en cultureel eigen leven in
dit land nu kan niet beter beschermd
en gehandhaafd blijven dan door
opvolging van de nationaal-socia
listische beginselen, want deze scha
kelen alle elementen, vreemd aan
bloed en nationaliteit, uit en laten
de van het bloed afhankelijke eigen
cultuur tot volle ontplooiing komen.
Tusschen ons, nationaal-socialisten,
kan er slechts één wedstrijd zijn,
n.I. wie de beste nationaal-socialist
is, d.w.z. wie de nationaal-socialisti
sche beginselen het duidelijkst be
grijpt en het onvoorwaardelijkst
verwezenlijkt.
Wii moeten ons eigen leven evenals ook ons
gemeenschapsleven op de orde der volksche
waarden afstemmen. De volken zijn in hun van
het bloed afhankelijke eigen geaardheid de van
God gewilde bouwsteenen der menschheid. Het
bloed schept tusschen de rassen verschillen die
den afzonderlijken mensch verschillende rech
ten en plichten, d.w.z. uiteenloopende verant
woordelijkheid jegens het geheel schenken, al
thans uiteenloopend overeenkomstig de ver
schillende breedten op onze aarde. De men
schen zijn niet gelijk, noch naar karakter, noch
naar geestelijke geaardheid, het allerminst even
wel in de van hun bloed afhankelijke geaard
heid. Indien het een goddelijk gebod was, dat
wij aan elk menschenras in onze volksgemeen-
schap dezelfde rechten en kansen moesten ge
ven, dan zou Onze Lieve Heer alle menschen
gelijk hebben geschapen. Thans evenwel moet
het hoogste zedelijke gebod voor ons daarin be
staan, dat wij de krachten, die de schepping
ons door ons bloed heeft gegeven, ontwikkelen
en volstrekt en onvoorwaardelijk beschikbaar
stellen voor de bloedsgemeenschap van het
eigen volk.
Derhalve beteekent nationaal-socialisme
niet slechts handhaving van de trouw aan
het bloed, doch ook verleening van het
grootste nut aan het eigen volk door den
eigen arbeid. Terwijl het bolsjewisme de
ongelijkheid in de verdeeling van de goede
ren dezer aarde wil afschaffen door allen
op het laagste niveau even arm te maken
zal het nationaal-socialisme den grooten
socialen arbeid van de toekomst volbrengen,
doordat iedereen onder waarborg aanspraak
op werk en daarmede op een overeenkom
stig levenspeil heeft, gedragen door de ge
meenschappelijke verantwoordelijkheid van
alle deelen des volks.
De enkeling heeft zijn eigen rechten, hij heeft
ook zijn gepaste bezit, maar rechten en bezit
zijn voor ieder verbonden met de even groote
plichten jegens de gemeenschap.
Zoo zullen wij, nationaal-socialisten, na deze
grootste oorlogen en veldslagen van alle tijden,
een nieuw Europa van den arbeid en de volk
sche eer opbouwen.
Ik zelf beschouw deze onze be
tooging als het uitgangspunt van de
nationaal-socialistische reorganisatie
ook in Nederland, die thans, nu de
beslissing in het Oosten valt, ook
hier aangepakt moet worden. Daar
om zijn alle instellingen en politieke
ideeën, die reactionnair een nieuwe
ontwikkeling willen tegenhouden en
vooral die, welke eens tot helpers
van het maxisme zyn geworden of
zich de hulp van het marxisme lie
ten welgevallen, een beletsel voor
Ged. Oude Gracht 65 - Haarlem
Het tweede kamp van de serie zomerkampen
voor journalisten op het kasteel „De Cannen-
burgh" by Vaassen op de Veluwe, is Donderdag
met een gezelligen kameraadschapsavond be
sloten. Het succes van het eerste kamp was
boven allen twijfel verheven; doch men kan
thans hetzelfde vaststellen van het tweede.
Als gewoonlijk verzamelden allen zich na het
eten op het bordes en de brug over de oude slot
gracht. Ditmaal was het Nederlands grootste
bard, Koos Speenhoff, die met zijn oer-Holland-
sche levensliedjes bijdroeg tot de echte, kame
raadschappelijke Cannenburgh-stemming, die
onder de journalisten-kampeerders in de afge-
loopen twee weken reeds spreekwoordelijk is
geworden. „Oom Koos" voelde zich bovendien
in dit journalistieke gezelschap bijzonder op
zijn gemak, zoodat men zijn kunst in haar bes
ten vorm te genieten kreeg. Een „Ridderspel",
opgevoerd door éenige der penneridders, droeg
ook nog het noodige tot de algemeene vroolijk-
heid bij.
De heer G. Ballentijn, redacteur van het dag
blad „Tubantia", heeft in een kort woord aan
tafel de dankbare stemming van deze tweede
groep deelnemers het beste tot uitdrukking ge
bracht.
Wij zijn hier gearriveerd aldus spreker
met gemengde gevoelens. Wij gaan heen
met dankbaarheid in ons gemoed. Zelfs zij,
die hier kwamen, ik zou haast zeggen on
dank zichzelve, en met het tegendeel van
hooggestemde verwachtingen, gaan naar
hun haardsteden terug met de wetenschap,
dat hun verblijf hier in dit zomerkamp van
Journalisten niet zonder zin is geweest.
Wij hebben hier voorlichting gehad over de
brandende problemen van onzen tijd, die ons,
journalisten, zoo hevig beroeren en waar wij,
aldus spr., desondanks vaak geen weg mee we
ten. Wij hadden hier voor het eerst gelegenheid
om vrijelijk van gedachten te wisselen over deze
problemen. Wij hebben meer begrip en meer
respect voor elkanders overtuiging gekregen en
eerbied voor het hooge ideaal dat de organisa
toren van dit zomerkamp den Nederlandschen
journalist voor oogen stellen: het dienen van
ons volk, het wegslijpen van de scherpe kantjes,
die thans nog zichtbaar zijn. Als ten doel ge
steld is, dit met dit kamp te bereiken en ons
respect bij te brengen voor elkanders overtui
ging en begrip voor wat de toekomst van ons
eischt, dan kan ik u namens alle kampdeelne
mers de verzekering geven, dat men daarin vol
komen geslaagd is. Zelfs degenen, die met het
minste enthousiasme hier gekomen zijn, zeg-
geh thans: wij zouden dit kamp niet graag heb
ben gemist.
Het lange, hartelijke applaus van de deelne
mers drukte waarschijnlijk wel het beste uit,
hoezeer de heer Ballentijn heeft uitgesproken
wat allen voelden.
De algemeene organisator van de zomerkam
pen voor journalisten, de heer A. Meyer—
Schwencke, heeft vervolgens een afscheidswoord
tot de deelnemers gesproken.
Niemand zal betwisten, zoo meende spr., dat
hier verleden week een zeer uiteenloopend ge
zelschap op „De Cannenburgh" samenkwam.
Sommigen uwer zagen deze wereld licht en
zonnig, anderen slechts donker en mistroostig.
Vandaag is het anders. U hebt u iets weten te
verwerven, dat belangrijker is, dan u wellicht
meent. Er is een nauw contact tusschen u, de
sprekers en de kampleiding ontstaan, dat een
basis vormt voor de toekomst. Dit is daarom
zoo belangrijk, volgens spr., omdat juist in deze
week de eindstrijd tusschen twee wereldbeschou
wingen begonnen is, die van oneindig groot be
lang zal zijn voor de toekomst van ons volk.
Onder de mokerslagen van de Duitsche weer
macht wordt een wereldbeschouwing vernietigd,
die de menschheid slechts ellende heeft ge
bracht. Er wordt op het Oostfront een einde
gemaakt aan de wereld van het liberalisme, de
wereld van den chaos, die -tenslotte in het bol
sjewisme moest eindigen. Tegenover het bolsje
wisme staat het nationaal-socialisme. Tegen
over den chaos de orde. De orde zal overwin
nen. Zij zal ook in Nederland komen. Maar dan
moet ons volk ook gereed zijn om daar het volle
profijt van te trekken. En daarom doet het mij
zooveel plezier, dat gij samen een gemeenschap
pelijke basis hebt gevonden om verder te wer
ken.
Gij allen hebt het beste met ons volk voor.
Gij houdt van ons land. Op u rust de plicht, dit
volk den weg te wijzen naar de orde, die ook
hier komt. Gij hebt een zending te vervullen.
Gij moet uzelf niet zien als onderdeelen van
het een of andere dagbladbedrijf, maar als strij
ders voor uw volk. Ik ben er van overtuigd,
aldus spr., dat u na dit verblijf in onze „Can-
nenburgh-gemeenschap" dien strijd durft te
aanvaarden. De strijd zal niet licht zijn, zoo
besloot de heer Meyer—Schwencke, maar ik weet
zeker, da't dit de eenige mogelijkheid is om ons
volk weer tot een gelukkig volk te maken.
Tenslotte heeft de cultureele leider van de
journalistenkampen, drs. W. Goedhuys, nog af
scheid genomen van de tweede ploeg, evenals
kampcommandant J. Learbuch, die beiden zulk
een groot aandeel hebben in het succes van de
kampen op „De Cannenburgh", waar vandaag
de derde groep arriveert.
De secretaris-generaal van het departement
van Volksvoorlichting én Kunsten, dr. T. Goe-
dewaagen, had weer blijk gegeven van zijn bij
zondere belangstelling voor dit nieuwe element
in de Nederlandsche journalistiek. Hij was op
dezen afscheidsavond vertegenwoordigd door
hei hoofd van de afdeeling algemeene propa
ganda ten departemente, den heer N. Ooster-
baan.
een gelukkige toekomst. Wij zullen
ze opruimen en voor het Nederland
sche volk den weg vrijmaken voor
deelneming aan den nieuwen op
bouw. Het Nederlandsche volk moet
in volledige gelijkgerechtigdheid en
met bijzondere erkenning van zijn
bekwaamheden de hem toekomen
de plaats innemen en het zal zyn
eigen geluk en zijn welstand bevor
deren, als het zich van den binnen
gedrongen Joodschen, kapitalisti-
schen, ten deele reeds nihilistischen
en bolsjewistischen, maar evenzeer
van den verouderden reactionnairen
geest en dwang bevrijdt en indien
gij, nationaal-socialisten, geloovig
en vol vertrouwen op de Voorzie
nigheid en Haar bestuur, de goede
geesten bindt, die uw vaderen reeds
eenmaal uw geestelijke en volksche
geaardheid in den strijd deden
handhaven.
Ik groet de Duitsche en Neder
landsche nationaal-socialisten.
Heil Hitier.
Vrijdagmorgen is te Arnhem in Musis Sa
crum de tweedaagsche vergadering geopend van
de Vereeniging van Directeuren voor gemeente
werken. De directeur der gemeentewerken te
Arnhem, ir. J. P. van Muilwijk, gaf een uiteen
zetting omtrent de te houden excursies, het be
zichtigen van gebouwen, enz. Daarna volgde ten
gemeentehuize een officieele ontvangst door 't
gemeentebestuur, waar de burgemeester, de
heer H. P. J. Bloemers, bestuur en leden ver
welkomde. Zijn toespraak werd beantwoord
door den voorzitter van de vereeniging. ir. W.
A. de Graaf te Amsterdam.
In den middag volgde per tram een excursie
naar verschillende gebouwen in de stad en naar
het openluchtmuseum.
Vandaag is er een huishoudelijke vergade
ring en daarna worden excursies gehouden, o.a.
naar de haven van Malburgen het nieuwe
AKU-terrein en de inrichting van de KEMA.
De gemeenteraad van Apeldoorn heeft 't voor
stel van B. en W. aangenomen, om met mede
werking van het Werkfonds het tweede ge
deelte van het rioleeringsplan uit te voeren,
waarvan de kosten op bijna ƒ2.000,000 zijn ge
raamd. Het eerste gedeelte, waarmede men in
1933 begonnen is, nadert zijn voltooiing.
Te Dordrecht verkocht de winkelier Van H.
klompen, zonder met de voor dit artikel vast
gestelde maximumprijzen rekening te houden.
Voor een paar vrouwenklompen, welke volgens
de prijzenbeschikikng klompen niet meer dan
1.15 mogen kosten, vroeg hij 1.25. Voor deze
ongeoorloofde prljsverhooging werd hij door den
inspecteur voor de prijsbehieersching beboet
roet 150.--.
De winkelier O. te Vlaardingen verkocht in
Maart j.l. potten erwtensoep voor 2.per
stuk, waarvan de prijs bij hem oorspronkelijk
1.80 was geweest 'en de normale verkoopprijs,
welke andere winkeliers berekenden, niet meer
dan f 1.60 per pot bedroeg.
Wegens overtreding van de prijzenbesehik-
king 1940 1 legde de inspecteur voor de prijs-
beheersching hem een boete van 250.— op.
Eind April verkocht de landbouwer V. te West-
dorpe (Z.-Vl.) 450 kg. aardappelen aan den
landarbeider M. te Overslag tegen een prijs van
12.— per 100 kg. De in het prijzen besluit
aardappelen vastgestelde prijs voor de verhan
delde aardappelen bedroeg echter slechts 4.70
per 100 kg., zoodat de prijs in dit geval belang
rijk was opgedreven.
Ook deze overtreding van de prijsvoorschrif-
ten berechtte de inspecteur voor de prijs'oe-
heersching te 's-Gravenhage. Hij legde zoowel
den kooper als den verkooper een boete van
200.— op.
Donderdagmiddag is de 38-jarige arbeider H.
Goverae, wonende te Tilburg, werkzaam aan
een bouwwerk onder de gemeente Gilze-Rijen,
van een groote hoogte gevallen en gedood. Het
slachtoffer was door een misstap door een ope
ning in het dak gevallen. Hij laat vrouw en
acht kinderen achter, van wie het oudste twaalf
en het jongste één jaar oud is.
Het is bekend, dat een aantal rijvergunningen
ingetrokken werd, omdat de betrokken motor
rijtuigen een hooger benzineverbruik hadden
dan vijftien liter per 100 k.m. Een nieuwe rij
vergunning werd alleen verleend, Indien de
aanvragers een auto met geringer benzinever
bruik aanschaften.
Ingevolge de wet op de personeele belasting
is men, indien het andere motorrijtuig niet
wordt afgeschaft, ook voor het vervangende
motorrijtuig belasting verschuldigd. De wnd.
secr.-gen. van het departement van Financiën
heeft evenwel naar de A.N.W.B. bericht
thans bepaald, dat voor hen, die in 1941 in
bovenomschreven omstandigheden zijn komen te
verkeeren, een suppletoire aanslag achterwege
zal blijven.
Het A.N.P. meldt:
Het Vrijdag verschenen Verordeningenblad
bevat een verordening van den rijkscommissaris
voor het bezette Nederlandsche gebied, hou
dende wijziging van eenige bepalingen op het
gebied van het bedrijfsleven en van het ar
beidsrecht. Bij deze verordening worden de gel
dende voorschriften van het Nederlandsche
recht waarbij aan leden van kerkgenootschap
pen, die een anderen dag dan den Zondag ai
rustdag tellen (in de eerste plaats dus de
Joden), de mogelijkheid gegeven wordt, op zon
dagen te werken, resp. winkels open te houden
afgeschaft.
Ter toelichting dient het volgende:
Het Nederlandsche recht behelst bepaalde
voorschriften op het gebied van bedrijfs- en
arbeidsrecht, krachtens welke met betrekking
tot personen, „die lid zijn van een kerkgenoot
schap, dat den wekelijkschen rustdag op den
Sabbath of den zevenden dag houdt", uitzon
derlijke regelingen getroffen zijn in dien zin,
dat voor het beroep en bedrijf van dergelijke
personen, resp. voor het werk in bedrijven,
waartoe dergelijke personen behooren of die
door hen geleid worden, zekere beperkende bepa
lingen in het belang der handhaving van de
Zondagsrust niet op Zondagen, doch op de rust
dagen door de week, binnen bepaalde grenzen
tot uitoefening van hun beroep en bedrijf zijn
toegestaan.
Personen van dien aard zijn in de eerste
plaats de Joden. De bovenvermelde bepalingen
bevatten derhalve een bijzondere behandeling
van het Joodsche bevolkingselement hier te
lande.
De toepassing van deze bijzondere bepalingen
heeft in de practijk tot ongewenschte toestan
den geleid, en wel
a. doordat dergelijke ondernemingen haar be
drijf op Zondag kunnen openhouden, terwijl het
overwegende aantal van gelijksoortige bedrijven
gesloten moet blijven;
b. doordat de controle, of de op deze wijze
bevoorrechte bedrijven van hun kant de Zon
dagsrust op de rustdagen door de week hand
haven, uiteraard bemoeilijkt wordt en ook wat
betreft de materieele schade, welke gelijksoor
tige "bedrijven door den onder a aangeduiden
stand van zaken betreft, van ondergeschikte
beteekenis is;
c. doordat werknemers gedwongen zijn op
Zondag te werken, omdat de werkgever tot den
bovenvermelden bevoorrechten kring van perso
nen behoort.
De verordening maakt een eind aan al deze
bijzondere bepalingen en herstelt zoo ook op
dit gebied, met wegneming van vroegere Jood
sche voorrechten, dezelfde voorwaarden van
concurrentie voor Joodsche en niet-Joodsche
neringdoenden.
Dit besluit is 27 Juni in werking getreden.
Bij beschikking van den secretaris-generaal
van het departement van Landbouw en Vis-
scherlj is bepaald, dat de gesloten tijd voor het
visschen met het staand ansjovisnet, de ansjo
visfuik, het ansjovissleepnet en den wonderkui!
in de Waddenzee in 1941 zal ingaan op 15 Juli,
mplaats van 1 Juli.
In het Geografisch Instituut van het Rijks
museum te Utrecht is Vrijdag het vierde con
gres van de Nederlandsche Landmeetkundige
Federatie gehouden, waarvoor een groote be
langstelling bestond.
De voorzitter der federatie, prof. dr. J. M.
Tienstra, heeft het congres met woorden van
welkom aan de congressisten en daarna de voor
deze gelegenheid ingerichte tentoonstelling in
de hal van het gebouw geopend.
Nadat de bestuursmededelingen waren afge
handeld en de verslagen waren goedgekeurd, had
de verkiezing plaats van een lid van het dage-
lijksch bestuur, wegens reglementair aftreden
van den heer G. F. Witt, die niet herkiesbaar
was. In zijn plaats is gekozen de heer B. de Boer.
Hierna hadden de commissievergaderingen
plaats, te weten die der technische deskundigen
der maatschappelijke organisatie en van den
werkkring.
Na deze vergaderingen was er een pauze,
waarvan de congressisten gebruik maakten om
de door den heer E. Kruidhof, lector aan de
Landbouwhoogeschool te Wageningen, ingerichte
tentoonstelling van graphieken, statistieken en
fotomateriaal over de ruilverkaveling te bezich
tigen.
In de plenaire slotzitting heeft de heer Ir. A.
G. Swart, adjunct-secretaris van de Centrale
cultuurtechnische commissie te Utrecht, een
lezing gehouden over het onderwerp „de sociaal-
economische beteekenis van de ruilverkaveling".
Na een uitvoerige discussie over deze lezing
werden de commissievergaderingen behandeld,
waarna, na de rondvraag, prof. Tienstra het
congres sloot.
Vandaag zal Willy d'Ablaing van 18.00 tot
18.10 uur over den zender Hilversum II een
nabeschouwing houden over den Pfitzner-cyclus,
welke onder auspiciën van den Nederlandschen
Omroep hier te lande werd opgevoerd, en het
daarmede verband houdende bezoek van prof.
dr. Hans Pfitzner.
AMSTERDAM. Geslaagd voor het doctoraal
examen geneeskunde mej. A. J. Buffinga, mej
C. P. Ouwehand en de heeren D. A. Jou6tra,
J. L. Mastboom en J. W. Bos.
Geslaagd voor het candidaatsexamen genees
kunde (tweede gedeelte) de heeren: L. Wijn
berg, Chr. W. Böttger, R. G. A. van Wajjjen
li. M. Friderichs, G. Taams, J. W. Fortuin,
J. F. A. M. Opdam, A. L. Greebel, B. J. Mon-
rov, J. C. van Veen en A. Hustinx.
LEIDEN. Geslaagd voor het doctoraal examen
geneeskunde: mej A. G. Helders, Arnhem, en
de heer Ph. J. van Harreveld, Den Haag.
Voor het artsexamen eerste gedeelte: mej. B.
Domir.icus, Den Haag, mej. S. C. Offerhaus,
Den Haag, mej. C. G B. Neijzen. Delft, en ds
heeren P. J. J. Versluys, Oegstgeest, C. Bies-
baar, Den Haag, B. M van Rij, Oegstgeest.
Bevorderd tot arts: de heeren H. de Roest,
Rhoon, C. Kuypers, Oegstgeest, R. Abdoelrach-
man. Leiden, P. C. J. Voogd. Goedereede, F.
Wensinck, Leiden/ A. G. Bicker. Den Haag,
F. W. Henderson, Oegstgeest.
AMSTERDAM. Bevorderd tot doctor in de
wis- en natuurkunde op proefschrift de heer
A. G. Brandsma, geb. te Amsterdam.
ARNHEM (Rijkskweekschool voor Onderwij
zers en Onderwijzeressen). Geslaagd de da
mes M. S. van Amerongen en A. E. M. Sikkink
te Arnhem.
Benoemd zijn tot landmeter van het kadaster
in tijdeljjken dienst: E. Muller, G. J. Docters
van Leeuwen, H. R. Massink.