De oproep van den Rijkscommissaris GELDEN BESCHIKBAAR Tweede journalistenkamp gesloten ZATERDAG 28 JUNI 1941 Wederom een groot succes Joodsche winkels niet meer op Zondag open LANDMEETKUNDIGEN BIJEEN „Het Engelsche gestamel" Onder uniforme leiding N.V. DE HAARLEMSCHE HYPOTHEEKBANK op eerste hypotheek tegen billijke voorwaarden DIRECTEUREN VOOR GEMEENTEWERKEN Bijeenkomst der Vereeniging Rioleering te Apeldoorn Het tweede gedeelte zal uitgevoerd worden Te dure klompen, erwtensoep en aardappelen Van groote hoogte gevallen en gedood Personeele belasting voor ver vangende motorrijtuigen Bijzondere bepalingen van het Nederlandsche recht opgeheven Het visschen van ansjovis in de Waddenzee Congres te Utrecht DE PFITZNERCYCLUS Academische examens Nuttige handwerken UIT DE STAATSCOURANT Kadaster (Vervolg van pag. 1) Daarom hebben wij dezen beslissenden strijd in volledig vertrouwen op den Pührer aan vaard. Wij hebben twee jaar gezwegen, om dat wij wisten, dat de Führer ons den weg wijst, dien de Voorzienigheid bij de bepaling van zijn alles omvattende taak hem heeft voor geschreven en dat de Fiihrer voor alles zorg* en alles voorbereidt, wat in het uur der bes is- sing noodig is. De arglistigheid der Sovjets, die ons door een non-agressiepact in den oor log en in de nederlaag wilden lokken, :s falf- kant uitgekomen. In het besef van zijn historische taak heeft het Duitsche volk in September 1939 den oorlog op zich genomen en dank zij zijn leiding in Polen, in het Westen, Noorden en Zuid-Oosten, zoo snel beëindigd, dat thans het bolsjewisme te land alleen staat tegenover de grootste militaire macht- die ooit op deze wereld heeft bestaan. Wij hebben het keizerlijke Russische leger in 1914 leeren kennen. Destijds overwonnen wij Rusland, ofschoon wij slechts op halve kracht konden strijden. Het bolsjewistische leger is be slist niet beter dan het tsaristische. Destijds bewogen onze troepen zich voort met een snel heid van 3 a 4 k.m. per uur, thans, geheel afgezien van het luchtwapen, mills tens tienmaal zoo snel. Het Russische gebied is door de tech niek tot op een tiende van zijn vroegere afme tingen verkleind. De strijd mag dan zwaar zijn, de uitslag is niet twijfelachtig Het Engelsche gestamel bij deze gebeurtenis doet ook duidelijk den schrik onderkennen, die den Engelschen in de leden is gevaren, nu zij zien, dat Adolf Hitler toch den stoutmoedigen en zoo gevreesden gooi waagt en heeft voor bereid. Winston Churchill verklaart bij deze gebeurtenis van historische beteekenis, dat de Russische soldaten den grond zullen verdedi gen, dien hun vaderen sedert eeuwen hebben bewerkt. Daarbij weet deze man toch zeer wel dat de bolsjewici de Russische boeren van hun hoeven hebben verjaagd en opgesloten in kolcho zen en als hier of daar nog iemand in staat was .geweest zijn eigen bezit in stand te houden, hem uitgemaakt hebben voor „koelak" en ver bannen naar de ijswoestenijen van Siberië. Churchill spreekt van de Russische woningen, waar vrouwen en kinderen bidden en weet toch heel precies, dat de Russische komsomoltsen de kerken vernield en opgeblazen hebben en zelfs uit de kleinste boerenhofstede de kruisen en ikonen hebben geroofd. Als de oude huichelaar beweert, dat er oogenblikken zijn, waarop alle menschen bidden, dan meenen wij hem te kun nen verzekeren, dat wij hem nog zoover zullen brengen, dat hii werkelijk leert bidden. En zal het wellicht den Russischen soldaten die thans blootgesteld staan aan den aanvals- geest van de Duitsche soldaten, aan de geniali teit van hun leiding en aan de overmacht van de Duitsche wapenen, tot troost strekken, als hij spreekt van de troostelooze. dierlijke, volg zame massa der Hunnensoldaten? Waarschijn lijk heeft die geestelijk zoo belachelijke dwerg er op dat oogenblik niet aan gedacht, dat deze zoogenaamd troostelooze, dierlijke soldaten bij een unieken. heldhaftigen aanval uit de luch* op het eiland Kreta een driemaal zoo sterke Britsche strijdmacht hebben verjaagd en ver nietigd. Hoe troosteloos dierlijk en volgzaam moet dan wel het Britsche rijk zijn! Als Chur chill evenwel aan Rusland alle mogelijke hulp van Engeland belooft, dan hoor ik daarin de raaf. die reeds vroeger voor Polen. Noren. Ne derlanders. Belgen. Franschen. Joego-Slaven en Grieken denzelfden doodenzang heeft gekraaid De Führer zei, dat het jaar 1941 de vol einding van de beslissing zal brengen. Het is niet aan twijfel onderhevig, dat Enge land. als het thans alleen zou staan, reeds juist zoo overwonnen zou zijn als alle andere staten, die het hebben gewaagd tegenstand te bieden aan de Duitsche weermacht. Zon der de onmiddellijke materieele hulp van de Vereenigde Staten en zonder de tot dusver middellijke hulp door het vasthouden van Duitsche strijdkrachten aan de Sovjet grens. zou Engeland door den vereenigden aanval van onderzeeërs en luchtwapen reeds zoo verbrijzeld zi.in. dat het niet meer met uitzicht op succes tegenstand zou kun nen bieden tegen de Duitsche weermacht De materieele hulp van de Vereenigde Sta ten en de tot dusver potentieele hulp door den opmarsch van de Sovjetlegers werkte de verlenging van den oorlog in de hand. Wij hebben ons er aan gewend de Vereenigde Staten in dezen zin als belanghebbenden bij den oorlog te beschouwen. Overigens hebben wij geen haast om officieel klaarheid in deze verhouding te brengen. Zeker is, dat elk schip, elk wapen en elke man, die de Engelschen van waar ook te hulp wil komen, of hen helpt, ver nietigd zal worden door de Duitsche weermacht. Thans evenwel bestaat de mogelijkheid ook mi litair voor die vrijheid in den rug te zorgen, waardoor de beslissing van den oorlog voltooid kan worden geacht. De militaire verbrijzeling van de Sovjet-republiek leidt er toe, dat het Oosten van Europa, dat sedert een kwart eeuw door het stelsel van het bolsjewisme aan Europa is ontrukt, weer tot Europa wordt terugge bracht, waardoor het geheele gebied van Europa politiek en economisch onder uniforme leiding komt. De Duitsche soldaten zullen het Oosten van Europa geestelijk en cultureel* maar ook economisch weer tot Europa terugbrengen. De uitwer king van dezen gang van zaken voor Azië ligt voor de hand. Het resultaat zal zijn, dat de historisch gegroeide oude wereld met haar be slist aanwezige economische levens vatbaarheid aaneengesloten zal zijn en geen enkele militaire aanvalsmo- gelijkheid op dit continent meer zal bestaan, want deze zou moeten worden uitgevoerd via woestijnen en steppen of over zeeën van vele duizenden mijlen. In verband met de voortdurende opschortin gen. die de Vereenigde Staten bij hun bewape ning toepassen en waarbij eigenlijk slechts in breuk op de verkiezingsbeloften aan den loo penden band valt te zien, is het duidelijk, dat de Vereenigde Staten, of zij willen of niet, de thans begonnen regeling van de Europeesche aangelegenheden, door het nationaal-socialisme in strijdgemeenschap met het fascisme, niet in den weg kunnen treden. Is deze regeling ge schied, dan is de toekomst van Europa politiek opgehelderd en economisch ten minste veilig. Al wat Europa noodig heeft is in een of an deren vorm als grondstof of werkstof aanwezig. Wij willen niet loochenen, dat er nog ontberin gen kunnen komen, misschien zelfs zware ontbe ringen. Wij zullen wellicht de levensmiddelen- voorziening tusschen dezen en den komenden oogst tijdelijk moeten beperken, misschien zul len we dezen winter ook niet voldoende kolen hebben om aan alle behoeften als in vredestijd te voldoen. Maar al deze beperkingen raken de zenuw van het Europeesche leven niet. Het is een kwestie van ons organisatievermogen en van onzen ijver te zorgen, dat alle economische mogelijkheden van het nieuw verworven Europa en van de aangrenzende gebieden, die binnen afzienbaren tijd tot de Europeesche economie zullen behooren, worden gebruikt om 't levens peil van de Europeesche volken te verzekeren. Seaert 22 Juni werkt de tijd meer dan ooit te onzen gunste en zullen onze levensvoorwaarden, op den langen duur beschouwd, steeds beter worden. Op dit oogenblik van wereldhis torische beteekenis roepen wy alle nationaal-socialisten op, om mede vorm te geven aan het nieuwe Euro pa. Inzonderheid richt ik dezen op roep tot onze nationaal-socialistische medestanders in Nederland, opdat ook zij zich beschikbaar stellen voor de organisatie van het Europeesche gebied. Zij treden mede aan voor 't welzijn van hun eigen volk, als zy hun economische ervaring en hun discipline beschikbaar stellen voor de exploitatie van de economische mogelijkheden en de beveiliging van de orde. Nederlanders, gij leeft bovenal in Europa en niet op zee, of in overzeesche gewesten. Gij deelt bovenal Europa's bestel en zijt mede verantwoor delijk voor het lot van Europa. Wat in het Oosten geschiedt, hetzij in Duitschland, dan wel in de groote Oostelijke gebieden van Europa, is voor u geen schouwspel en ieder geval niet maar een verstoring van uw rust, doch uw lot Dit hebt gij geslachten lang over het hoofd gezien Daarom heeft de ontwikkeling u over stelpt, toen het lot van Europa aan de orde kwam Thans is het duidelilk, dat niet de ons, Duit- schehs, voor de voeten geworpen heerschzucht, maar de verantwoordelijkheid voor Europa en de strijd om Europa's voortbestaan ons, Duit- schers, bovenal tot krijgers hebben gemaakt. Dezelfde vastberadenheid, die ons eens de aan vallen van Hunnen, Avaren, Mongolen en oe overige invallen uit het Oosten van Europa deed afweren, moest ons sterk maken. En als er menschen waren, die ten deele uit onbegrip, ten deele door hun gevoel van eigen ontoerei kendheid onze soldatenhouding als Pruisendom en militairisme beschimpten, dan is het duide lijk, dat deze houding bij eiken Duitscher af zonderlijk het totaal van de hoogste discipline en opofferingsgezindheid, maar ook van de hoogste eigen verantwoordelijkheid voor het gemeenschappelijk lot vormt en geworden is tot het schild en zwaard van Europa, die het Duitsche volk in staat stellen, in nauwelijks twee jaar vijf zegevierende veldtochten van on gekende afmetingen te ondernemen. Nederlanders, blikt naar het Oos ten! Uw voorvaderen zyn reeds 800 jaar geleden en steeds wèer daar heen getrokken en belangrijke bouwsteenen van de Europeesche cultuur en denkwereld geweest. Se dert geslachten ontbreekt gij bij de vervulling van deze gemeenschap pelijke Europeesche taak. De Duit sche soldaten, in wier gelederen reeds thans uw zonen staan, halen thans het Oosten terug. Thans gaat het er om dit Europeesche gebied definitief voor Europa te winnen. Gij bouwt aan de toekomst van uw kinderen, als gij thans mede aan treedt. Uw stryd is uw plicht en uw belang en tevens een weldaad voor de bewoners van deze gebieden, daar wij hen hebben te verlossen van het bolsjewisme en terug te ge ven aan de cultuur van het avond land. Deze reorganisatie geschiedt door eigen, uit sluitend Europeesche kracht. De sterke is al leen het machtigst. Wij willen onze Europee sche problemen alleen oplossen en niet dul den, cat de gezwollen predikers aan de andere zijde van den Atlantischen Oceaan nog op peni- gerlei wijze meespreken bij onze toestanden Wij vormen thans in den nood en in de over winning een lotsgemeenschap der eere. Wij, nationaal-socialisten, móeten een ondeelbare, onwrikbare eenheid vormen. Waarover gaat eigenlijk thans nog de strijd in uw gelederen hier in Nederland? Wellicht over den omvang der staatsrechtelijke banden tusschen Nederland en het toekomstige gebied van' Europa en over de vraagstukken van de staatkundige zelfstan digheid van Nederland? De bittere ervaringen van verleden en heden en de onweerhoudbaar toenemende overtuiging' van de lotsverbonden heid juist van de Germaansche volken op het vasteland zullen deze tot een lotsbond veree nigen, die zijn rechten naar buiten gemeen schappelijk zal vertegenwoordigen en zoo noo dig verdedigen en tusschen de bondsdeelen een economische verstrengeling, die zoover gaat, als allen juist en nuttig oordeelen. Het ligt echter niet in het wezen van het nationaal-socialisme en van de door den Führer ontworpen re organisatie van Europa, den Neder landers hun nationale eigenaardig heden en zelfstandigheid te ontne men. Het gaat derhalve niet om de zelfstandigheid van Nederland, maar het gaat om de gelijkgerechtigdheid der Nederlanders in het gereorgani seerde Nederlandsche gebied. Ik acht het mijn bijzondere taak den terugkeer der Nederlanders in de pan-Europeesche gemeenschap te verlichten en mede te helpen, opdat de Nederlanders in volledige gelijk gerechtigdheid aan dezen nieuwen opbouw kunnen deelnemen. Deze gelijkgerechtigdheid hangt evenwel af van de mate, waarin zij zich na tionaal-socialisten betoonen. Uw geestelijk en cultureel eigen leven in dit land nu kan niet beter beschermd en gehandhaafd blijven dan door opvolging van de nationaal-socia listische beginselen, want deze scha kelen alle elementen, vreemd aan bloed en nationaliteit, uit en laten de van het bloed afhankelijke eigen cultuur tot volle ontplooiing komen. Tusschen ons, nationaal-socialisten, kan er slechts één wedstrijd zijn, n.I. wie de beste nationaal-socialist is, d.w.z. wie de nationaal-socialisti sche beginselen het duidelijkst be grijpt en het onvoorwaardelijkst verwezenlijkt. Wii moeten ons eigen leven evenals ook ons gemeenschapsleven op de orde der volksche waarden afstemmen. De volken zijn in hun van het bloed afhankelijke eigen geaardheid de van God gewilde bouwsteenen der menschheid. Het bloed schept tusschen de rassen verschillen die den afzonderlijken mensch verschillende rech ten en plichten, d.w.z. uiteenloopende verant woordelijkheid jegens het geheel schenken, al thans uiteenloopend overeenkomstig de ver schillende breedten op onze aarde. De men schen zijn niet gelijk, noch naar karakter, noch naar geestelijke geaardheid, het allerminst even wel in de van hun bloed afhankelijke geaard heid. Indien het een goddelijk gebod was, dat wij aan elk menschenras in onze volksgemeen- schap dezelfde rechten en kansen moesten ge ven, dan zou Onze Lieve Heer alle menschen gelijk hebben geschapen. Thans evenwel moet het hoogste zedelijke gebod voor ons daarin be staan, dat wij de krachten, die de schepping ons door ons bloed heeft gegeven, ontwikkelen en volstrekt en onvoorwaardelijk beschikbaar stellen voor de bloedsgemeenschap van het eigen volk. Derhalve beteekent nationaal-socialisme niet slechts handhaving van de trouw aan het bloed, doch ook verleening van het grootste nut aan het eigen volk door den eigen arbeid. Terwijl het bolsjewisme de ongelijkheid in de verdeeling van de goede ren dezer aarde wil afschaffen door allen op het laagste niveau even arm te maken zal het nationaal-socialisme den grooten socialen arbeid van de toekomst volbrengen, doordat iedereen onder waarborg aanspraak op werk en daarmede op een overeenkom stig levenspeil heeft, gedragen door de ge meenschappelijke verantwoordelijkheid van alle deelen des volks. De enkeling heeft zijn eigen rechten, hij heeft ook zijn gepaste bezit, maar rechten en bezit zijn voor ieder verbonden met de even groote plichten jegens de gemeenschap. Zoo zullen wij, nationaal-socialisten, na deze grootste oorlogen en veldslagen van alle tijden, een nieuw Europa van den arbeid en de volk sche eer opbouwen. Ik zelf beschouw deze onze be tooging als het uitgangspunt van de nationaal-socialistische reorganisatie ook in Nederland, die thans, nu de beslissing in het Oosten valt, ook hier aangepakt moet worden. Daar om zijn alle instellingen en politieke ideeën, die reactionnair een nieuwe ontwikkeling willen tegenhouden en vooral die, welke eens tot helpers van het maxisme zyn geworden of zich de hulp van het marxisme lie ten welgevallen, een beletsel voor Ged. Oude Gracht 65 - Haarlem Het tweede kamp van de serie zomerkampen voor journalisten op het kasteel „De Cannen- burgh" by Vaassen op de Veluwe, is Donderdag met een gezelligen kameraadschapsavond be sloten. Het succes van het eerste kamp was boven allen twijfel verheven; doch men kan thans hetzelfde vaststellen van het tweede. Als gewoonlijk verzamelden allen zich na het eten op het bordes en de brug over de oude slot gracht. Ditmaal was het Nederlands grootste bard, Koos Speenhoff, die met zijn oer-Holland- sche levensliedjes bijdroeg tot de echte, kame raadschappelijke Cannenburgh-stemming, die onder de journalisten-kampeerders in de afge- loopen twee weken reeds spreekwoordelijk is geworden. „Oom Koos" voelde zich bovendien in dit journalistieke gezelschap bijzonder op zijn gemak, zoodat men zijn kunst in haar bes ten vorm te genieten kreeg. Een „Ridderspel", opgevoerd door éenige der penneridders, droeg ook nog het noodige tot de algemeene vroolijk- heid bij. De heer G. Ballentijn, redacteur van het dag blad „Tubantia", heeft in een kort woord aan tafel de dankbare stemming van deze tweede groep deelnemers het beste tot uitdrukking ge bracht. Wij zijn hier gearriveerd aldus spreker met gemengde gevoelens. Wij gaan heen met dankbaarheid in ons gemoed. Zelfs zij, die hier kwamen, ik zou haast zeggen on dank zichzelve, en met het tegendeel van hooggestemde verwachtingen, gaan naar hun haardsteden terug met de wetenschap, dat hun verblijf hier in dit zomerkamp van Journalisten niet zonder zin is geweest. Wij hebben hier voorlichting gehad over de brandende problemen van onzen tijd, die ons, journalisten, zoo hevig beroeren en waar wij, aldus spr., desondanks vaak geen weg mee we ten. Wij hadden hier voor het eerst gelegenheid om vrijelijk van gedachten te wisselen over deze problemen. Wij hebben meer begrip en meer respect voor elkanders overtuiging gekregen en eerbied voor het hooge ideaal dat de organisa toren van dit zomerkamp den Nederlandschen journalist voor oogen stellen: het dienen van ons volk, het wegslijpen van de scherpe kantjes, die thans nog zichtbaar zijn. Als ten doel ge steld is, dit met dit kamp te bereiken en ons respect bij te brengen voor elkanders overtui ging en begrip voor wat de toekomst van ons eischt, dan kan ik u namens alle kampdeelne mers de verzekering geven, dat men daarin vol komen geslaagd is. Zelfs degenen, die met het minste enthousiasme hier gekomen zijn, zeg- geh thans: wij zouden dit kamp niet graag heb ben gemist. Het lange, hartelijke applaus van de deelne mers drukte waarschijnlijk wel het beste uit, hoezeer de heer Ballentijn heeft uitgesproken wat allen voelden. De algemeene organisator van de zomerkam pen voor journalisten, de heer A. Meyer— Schwencke, heeft vervolgens een afscheidswoord tot de deelnemers gesproken. Niemand zal betwisten, zoo meende spr., dat hier verleden week een zeer uiteenloopend ge zelschap op „De Cannenburgh" samenkwam. Sommigen uwer zagen deze wereld licht en zonnig, anderen slechts donker en mistroostig. Vandaag is het anders. U hebt u iets weten te verwerven, dat belangrijker is, dan u wellicht meent. Er is een nauw contact tusschen u, de sprekers en de kampleiding ontstaan, dat een basis vormt voor de toekomst. Dit is daarom zoo belangrijk, volgens spr., omdat juist in deze week de eindstrijd tusschen twee wereldbeschou wingen begonnen is, die van oneindig groot be lang zal zijn voor de toekomst van ons volk. Onder de mokerslagen van de Duitsche weer macht wordt een wereldbeschouwing vernietigd, die de menschheid slechts ellende heeft ge bracht. Er wordt op het Oostfront een einde gemaakt aan de wereld van het liberalisme, de wereld van den chaos, die -tenslotte in het bol sjewisme moest eindigen. Tegenover het bolsje wisme staat het nationaal-socialisme. Tegen over den chaos de orde. De orde zal overwin nen. Zij zal ook in Nederland komen. Maar dan moet ons volk ook gereed zijn om daar het volle profijt van te trekken. En daarom doet het mij zooveel plezier, dat gij samen een gemeenschap pelijke basis hebt gevonden om verder te wer ken. Gij allen hebt het beste met ons volk voor. Gij houdt van ons land. Op u rust de plicht, dit volk den weg te wijzen naar de orde, die ook hier komt. Gij hebt een zending te vervullen. Gij moet uzelf niet zien als onderdeelen van het een of andere dagbladbedrijf, maar als strij ders voor uw volk. Ik ben er van overtuigd, aldus spr., dat u na dit verblijf in onze „Can- nenburgh-gemeenschap" dien strijd durft te aanvaarden. De strijd zal niet licht zijn, zoo besloot de heer Meyer—Schwencke, maar ik weet zeker, da't dit de eenige mogelijkheid is om ons volk weer tot een gelukkig volk te maken. Tenslotte heeft de cultureele leider van de journalistenkampen, drs. W. Goedhuys, nog af scheid genomen van de tweede ploeg, evenals kampcommandant J. Learbuch, die beiden zulk een groot aandeel hebben in het succes van de kampen op „De Cannenburgh", waar vandaag de derde groep arriveert. De secretaris-generaal van het departement van Volksvoorlichting én Kunsten, dr. T. Goe- dewaagen, had weer blijk gegeven van zijn bij zondere belangstelling voor dit nieuwe element in de Nederlandsche journalistiek. Hij was op dezen afscheidsavond vertegenwoordigd door hei hoofd van de afdeeling algemeene propa ganda ten departemente, den heer N. Ooster- baan. een gelukkige toekomst. Wij zullen ze opruimen en voor het Nederland sche volk den weg vrijmaken voor deelneming aan den nieuwen op bouw. Het Nederlandsche volk moet in volledige gelijkgerechtigdheid en met bijzondere erkenning van zijn bekwaamheden de hem toekomen de plaats innemen en het zal zyn eigen geluk en zijn welstand bevor deren, als het zich van den binnen gedrongen Joodschen, kapitalisti- schen, ten deele reeds nihilistischen en bolsjewistischen, maar evenzeer van den verouderden reactionnairen geest en dwang bevrijdt en indien gij, nationaal-socialisten, geloovig en vol vertrouwen op de Voorzie nigheid en Haar bestuur, de goede geesten bindt, die uw vaderen reeds eenmaal uw geestelijke en volksche geaardheid in den strijd deden handhaven. Ik groet de Duitsche en Neder landsche nationaal-socialisten. Heil Hitier. Vrijdagmorgen is te Arnhem in Musis Sa crum de tweedaagsche vergadering geopend van de Vereeniging van Directeuren voor gemeente werken. De directeur der gemeentewerken te Arnhem, ir. J. P. van Muilwijk, gaf een uiteen zetting omtrent de te houden excursies, het be zichtigen van gebouwen, enz. Daarna volgde ten gemeentehuize een officieele ontvangst door 't gemeentebestuur, waar de burgemeester, de heer H. P. J. Bloemers, bestuur en leden ver welkomde. Zijn toespraak werd beantwoord door den voorzitter van de vereeniging. ir. W. A. de Graaf te Amsterdam. In den middag volgde per tram een excursie naar verschillende gebouwen in de stad en naar het openluchtmuseum. Vandaag is er een huishoudelijke vergade ring en daarna worden excursies gehouden, o.a. naar de haven van Malburgen het nieuwe AKU-terrein en de inrichting van de KEMA. De gemeenteraad van Apeldoorn heeft 't voor stel van B. en W. aangenomen, om met mede werking van het Werkfonds het tweede ge deelte van het rioleeringsplan uit te voeren, waarvan de kosten op bijna ƒ2.000,000 zijn ge raamd. Het eerste gedeelte, waarmede men in 1933 begonnen is, nadert zijn voltooiing. Te Dordrecht verkocht de winkelier Van H. klompen, zonder met de voor dit artikel vast gestelde maximumprijzen rekening te houden. Voor een paar vrouwenklompen, welke volgens de prijzenbeschikikng klompen niet meer dan 1.15 mogen kosten, vroeg hij 1.25. Voor deze ongeoorloofde prljsverhooging werd hij door den inspecteur voor de prijsbehieersching beboet roet 150.--. De winkelier O. te Vlaardingen verkocht in Maart j.l. potten erwtensoep voor 2.per stuk, waarvan de prijs bij hem oorspronkelijk 1.80 was geweest 'en de normale verkoopprijs, welke andere winkeliers berekenden, niet meer dan f 1.60 per pot bedroeg. Wegens overtreding van de prijzenbesehik- king 1940 1 legde de inspecteur voor de prijs- beheersching hem een boete van 250.— op. Eind April verkocht de landbouwer V. te West- dorpe (Z.-Vl.) 450 kg. aardappelen aan den landarbeider M. te Overslag tegen een prijs van 12.— per 100 kg. De in het prijzen besluit aardappelen vastgestelde prijs voor de verhan delde aardappelen bedroeg echter slechts 4.70 per 100 kg., zoodat de prijs in dit geval belang rijk was opgedreven. Ook deze overtreding van de prijsvoorschrif- ten berechtte de inspecteur voor de prijs'oe- heersching te 's-Gravenhage. Hij legde zoowel den kooper als den verkooper een boete van 200.— op. Donderdagmiddag is de 38-jarige arbeider H. Goverae, wonende te Tilburg, werkzaam aan een bouwwerk onder de gemeente Gilze-Rijen, van een groote hoogte gevallen en gedood. Het slachtoffer was door een misstap door een ope ning in het dak gevallen. Hij laat vrouw en acht kinderen achter, van wie het oudste twaalf en het jongste één jaar oud is. Het is bekend, dat een aantal rijvergunningen ingetrokken werd, omdat de betrokken motor rijtuigen een hooger benzineverbruik hadden dan vijftien liter per 100 k.m. Een nieuwe rij vergunning werd alleen verleend, Indien de aanvragers een auto met geringer benzinever bruik aanschaften. Ingevolge de wet op de personeele belasting is men, indien het andere motorrijtuig niet wordt afgeschaft, ook voor het vervangende motorrijtuig belasting verschuldigd. De wnd. secr.-gen. van het departement van Financiën heeft evenwel naar de A.N.W.B. bericht thans bepaald, dat voor hen, die in 1941 in bovenomschreven omstandigheden zijn komen te verkeeren, een suppletoire aanslag achterwege zal blijven. Het A.N.P. meldt: Het Vrijdag verschenen Verordeningenblad bevat een verordening van den rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, hou dende wijziging van eenige bepalingen op het gebied van het bedrijfsleven en van het ar beidsrecht. Bij deze verordening worden de gel dende voorschriften van het Nederlandsche recht waarbij aan leden van kerkgenootschap pen, die een anderen dag dan den Zondag ai rustdag tellen (in de eerste plaats dus de Joden), de mogelijkheid gegeven wordt, op zon dagen te werken, resp. winkels open te houden afgeschaft. Ter toelichting dient het volgende: Het Nederlandsche recht behelst bepaalde voorschriften op het gebied van bedrijfs- en arbeidsrecht, krachtens welke met betrekking tot personen, „die lid zijn van een kerkgenoot schap, dat den wekelijkschen rustdag op den Sabbath of den zevenden dag houdt", uitzon derlijke regelingen getroffen zijn in dien zin, dat voor het beroep en bedrijf van dergelijke personen, resp. voor het werk in bedrijven, waartoe dergelijke personen behooren of die door hen geleid worden, zekere beperkende bepa lingen in het belang der handhaving van de Zondagsrust niet op Zondagen, doch op de rust dagen door de week, binnen bepaalde grenzen tot uitoefening van hun beroep en bedrijf zijn toegestaan. Personen van dien aard zijn in de eerste plaats de Joden. De bovenvermelde bepalingen bevatten derhalve een bijzondere behandeling van het Joodsche bevolkingselement hier te lande. De toepassing van deze bijzondere bepalingen heeft in de practijk tot ongewenschte toestan den geleid, en wel a. doordat dergelijke ondernemingen haar be drijf op Zondag kunnen openhouden, terwijl het overwegende aantal van gelijksoortige bedrijven gesloten moet blijven; b. doordat de controle, of de op deze wijze bevoorrechte bedrijven van hun kant de Zon dagsrust op de rustdagen door de week hand haven, uiteraard bemoeilijkt wordt en ook wat betreft de materieele schade, welke gelijksoor tige "bedrijven door den onder a aangeduiden stand van zaken betreft, van ondergeschikte beteekenis is; c. doordat werknemers gedwongen zijn op Zondag te werken, omdat de werkgever tot den bovenvermelden bevoorrechten kring van perso nen behoort. De verordening maakt een eind aan al deze bijzondere bepalingen en herstelt zoo ook op dit gebied, met wegneming van vroegere Jood sche voorrechten, dezelfde voorwaarden van concurrentie voor Joodsche en niet-Joodsche neringdoenden. Dit besluit is 27 Juni in werking getreden. Bij beschikking van den secretaris-generaal van het departement van Landbouw en Vis- scherlj is bepaald, dat de gesloten tijd voor het visschen met het staand ansjovisnet, de ansjo visfuik, het ansjovissleepnet en den wonderkui! in de Waddenzee in 1941 zal ingaan op 15 Juli, mplaats van 1 Juli. In het Geografisch Instituut van het Rijks museum te Utrecht is Vrijdag het vierde con gres van de Nederlandsche Landmeetkundige Federatie gehouden, waarvoor een groote be langstelling bestond. De voorzitter der federatie, prof. dr. J. M. Tienstra, heeft het congres met woorden van welkom aan de congressisten en daarna de voor deze gelegenheid ingerichte tentoonstelling in de hal van het gebouw geopend. Nadat de bestuursmededelingen waren afge handeld en de verslagen waren goedgekeurd, had de verkiezing plaats van een lid van het dage- lijksch bestuur, wegens reglementair aftreden van den heer G. F. Witt, die niet herkiesbaar was. In zijn plaats is gekozen de heer B. de Boer. Hierna hadden de commissievergaderingen plaats, te weten die der technische deskundigen der maatschappelijke organisatie en van den werkkring. Na deze vergaderingen was er een pauze, waarvan de congressisten gebruik maakten om de door den heer E. Kruidhof, lector aan de Landbouwhoogeschool te Wageningen, ingerichte tentoonstelling van graphieken, statistieken en fotomateriaal over de ruilverkaveling te bezich tigen. In de plenaire slotzitting heeft de heer Ir. A. G. Swart, adjunct-secretaris van de Centrale cultuurtechnische commissie te Utrecht, een lezing gehouden over het onderwerp „de sociaal- economische beteekenis van de ruilverkaveling". Na een uitvoerige discussie over deze lezing werden de commissievergaderingen behandeld, waarna, na de rondvraag, prof. Tienstra het congres sloot. Vandaag zal Willy d'Ablaing van 18.00 tot 18.10 uur over den zender Hilversum II een nabeschouwing houden over den Pfitzner-cyclus, welke onder auspiciën van den Nederlandschen Omroep hier te lande werd opgevoerd, en het daarmede verband houdende bezoek van prof. dr. Hans Pfitzner. AMSTERDAM. Geslaagd voor het doctoraal examen geneeskunde mej. A. J. Buffinga, mej C. P. Ouwehand en de heeren D. A. Jou6tra, J. L. Mastboom en J. W. Bos. Geslaagd voor het candidaatsexamen genees kunde (tweede gedeelte) de heeren: L. Wijn berg, Chr. W. Böttger, R. G. A. van Wajjjen li. M. Friderichs, G. Taams, J. W. Fortuin, J. F. A. M. Opdam, A. L. Greebel, B. J. Mon- rov, J. C. van Veen en A. Hustinx. LEIDEN. Geslaagd voor het doctoraal examen geneeskunde: mej A. G. Helders, Arnhem, en de heer Ph. J. van Harreveld, Den Haag. Voor het artsexamen eerste gedeelte: mej. B. Domir.icus, Den Haag, mej. S. C. Offerhaus, Den Haag, mej. C. G B. Neijzen. Delft, en ds heeren P. J. J. Versluys, Oegstgeest, C. Bies- baar, Den Haag, B. M van Rij, Oegstgeest. Bevorderd tot arts: de heeren H. de Roest, Rhoon, C. Kuypers, Oegstgeest, R. Abdoelrach- man. Leiden, P. C. J. Voogd. Goedereede, F. Wensinck, Leiden/ A. G. Bicker. Den Haag, F. W. Henderson, Oegstgeest. AMSTERDAM. Bevorderd tot doctor in de wis- en natuurkunde op proefschrift de heer A. G. Brandsma, geb. te Amsterdam. ARNHEM (Rijkskweekschool voor Onderwij zers en Onderwijzeressen). Geslaagd de da mes M. S. van Amerongen en A. E. M. Sikkink te Arnhem. Benoemd zijn tot landmeter van het kadaster in tijdeljjken dienst: E. Muller, G. J. Docters van Leeuwen, H. R. Massink.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1941 | | pagina 3