De officiëele overgave van Westelijk Nederland
Historische besprekingen in Wageningen
Een Canadees bijgezet op
Buitenveldert
COURANTEN BEZORGERS
De Anep-correspondent Jan Goderie schrijft:
Boven de donkere bosschen langs het front in Midden-Nederland schoten
Vrijdagavond vele felgekleurde lichtkogels de lucht in. Tusschen Zuiderzee en
Rijn daverde de lucht van vreugdeschoten. Het geallieerde leger vierde zijn
overwinning.
Zaterdag werd deze overwinning, voor wat Nederland betreft, officieel be
krachtigd. In het half verwoeste Wageningen was ik getuige van de officieeel
overgave van Westelijk Nederland door Generaloberst Blaskowitz, bevelhebber
der Duitsche strijdkrachten in Nederland aan Generaal Foulkes, commander First
Canadian Corps. Prins Bernhard was bij deze plechtigheid aanwezig.
Aan de westzijde van een voedseldepot, gelagen aan
den Rijksweg tusschen Wageningen en R1 enen, waren
de Duitsche en aan de oostzijde de Canadeesche sol
daten bezig met den aanleg van een telefoonlijn.
Ongeveer in het midden van het depot, voor het h"is
dat het nummer 50 draagt en een gevelsteen met de
inscriptie „Nuda 1891" beleefden wij het historische
moment, dat de vijandelijke hoofdkwartieren door een
telefoonlijn met elkander verhouden werden. Eerst
stonden daT de twee telefoontoestellen r aast elkaar
op een tafeltje en nadat aan Cinadeesche zijde Brigade
gereraal Wrinch en aan Duitsche zijde Majoor Hen-
ninger verbinding hadden gemaakt met hun hoofd
kwartier werd de lijn doorgekoppeld. Over deze lijn
kreeg de Duitsche opperbevelhebber even later te
hooren, dat hij om 11 uur in den morgen een verte
genwoordiger moest zenden naar Wageningen.
Precies op tijd arriveerde deze, luitenant-generaal
Reichelt, die in een der zalen van het zwaar bescha
digde Hotel „De Wereld" door Generaal Foulkes
werd ontvangen, bij welke ontmoeting ook Prins
Bernhard aanwezig was. Er werd bepaald, dat 's mid
dags om vier uur de officieele overgave door General
oberst Blaskowitz zou geschieden.
Toen Generaal Foulkes opmerkte, dat van nu af
Seyss-Inquart geen enkele autoriteit meer bezit, deelde
Reichelt mede, dat Seyss-Inquart Nederland een paar
dagen geleden had verlaten. Van Prins Bernhard,
met wien ik na afloop der conferentie een kort
gesprek had, vernam ik, dat Seyss-Inquart per boot
was verrokken, zg. om zich in verbinding te stellen
met Dönitz.
„Ik zal," aldus ging Generaal Foulkes voort, „de
Duitsche troepen uit Nederland verwijderen zoo gauw
ik kan en hen laten brengen naar het door de Britten
bezette deel van Duitschland."
Prins Bernhard nam thans her woord en zei; „Als
U de ondergrondsche beweging ais geregelde troepen
erkent, zal ik er voor zorgen, dat de Nederlandsche
ondergrondsche troepen zich strikt aan de krijgsrege-
len zullen houden." Blaskowitz ging hiermede dadelijk
accoord.
Toen Generaal Foulkes zei, dat de spoorwegen en
waterwerken, machinerieën, pompen en sluizen in wer
king moeten komen, was het antwoord: „Dat zal dik
wijls zeer moeilijk zijn, want wij hebben geen olie en-
geen benzine,"
Foulkes„Ik wil direct met de werkzaamheden op de
wegen beginnen. AlJe Duitsche troepen moeten op de
hoogte worden gebracht."
Blaskowitz: „Ik zal dar direct na mijn terugkeer
doen".
Foulkes: „Uit alles wat met munitie geladen is,
moet de springstof verwijderd worden".
Blaskowitz: „Daar is het bevel reeds toe gegeven".
Foulkes „Goed. U kunt de copie meenemen. Ik kom
morgenmiddag om 4 uur in het Duitsche hoofdkwar
tier en dan moet U teekenen. Denkt er om. dat er
zich geen incidenten voordoen, want ik zal er de
Duitsche officieren voor aansprakelijk stellen".
Nadat Blaskowitz nog had gevraagd, hoe laat de
troepen Zondag zouden oprukken en generaal Foulkes
hem mededeelde, dat hij daarover nog nader bericht
zou krijgen, was het openbare deel van deze historische
bijeenkomst geëindigd en ging men over tot bespre
king der technische details der overgave.
Niet licht zal ik den indruk ver
geten, dien de bijeenkomst van Zater
dagmiddag, waarbij Westelijk Neder-
derland aan de geallieerden werd
overgegeven, op mij gemaakt heeft.
Vele gevoelens streden om den voor
rang, maar de voornaamste waren
toch wel die van vreugde om te mo
gen hooren, dat de Westelijke provin
cies, die zoo onnoemlijk veel geleden
hebben, onvoorwaardelijk en definitief
werden overgegeven en daarnaast een
triomfantelijk gevoel van voldoening
om te mogen zien, hoe deze zenuw
achtige verslagen Duitsche generaal
heel, heel klein werd naast den rusti-
gen generaal Foulkes, die hem met
de zelfbewustheid van den overwin
naar zijn bevelen dicteerde.
De bijeenkomst werd gehouden in de groote café
zaal van Hotel „De Wereld" in Wageningen.
Het eerst arriveeren twee leden van den staf van
Generaal Foulkes en even later komt Prins Bernhard
aan, met Kolonel Doorman en Kapitein van Tuyll.
Precies om vier uur verschijnt Generaal Foulkes en
vlak daarop Generaloberst Blaskowitz. Hij is verge
zeld van luitenant-generaal Reichelt, een tolk en twee
jongere officieren: Blaskowitz doet geforceerd rustig,
maar is kennelijk zenuwachtig. Hij en Reichelt dragen
beiden het Ritterkreuz.
Als Blaskowitz de vraag van Generaal Foulkes, of
hij rcds een afschrift heeft ontvangen van de capitu
latie-overeenkomst tusschen de 21st Army Group en
het Duitsche opperbevel, ontkennend moet beant
woorden, wordt deze overeenkomst hem voorgelezen.
„En nu zal ik U mijn orders geven" zegt Generaal
Foulkes en hij somt op: dat hij alle troepen in de
tegenwoordige positie moet houden, dat voor Zondag
middag vier uur een volledige lijst van alle voorraden
van oorlogsmaterieel, wagens en voertuigen moet zijn
opgegeven en dat geen enkele verbinding door middel
van radio of anderszins met andere Duitsche eenheden
mag worden tot stand gebracht. De Duitschers mogen
de wapenen, die hun persoonlijk bezit zijn, behouden
tot zij in gevangenkamp'n zijn ondergebracht. De
Duitsche troepen moeten zichzelf ravitailleeren tot zij
uit Nederland verwijderd zullen worden.
„Er is van nu at aan in Nederland maar één opper
bevelhebber", zei Generaal Foulkes, „en dat ben ik.
Ik geef mijn orders aan Gen. Blaskowitz en hij geeft
ze door aan zijn troepen, U zult dadelijk al het
personeel van de concentratiekampen laten arresteeren.
U zult de kanalen in orde laten brengen en mijnen
velden opruimen. Wij zullen het verstrekken van
voedsel aan de Nederlanders voortzetten. Zult U deze
bevelen opvolgen 7"
Blaskowitz: „Ja, maar ik moet overwegen hoe ik
alles in praktijk moet brengen."
Foulkes„U kunt een copie meenemen en bestudee-
ren. We zullen dan morgenmiddag om vier uur d;
overeenkomst ratificeeren".
Blaskowitz: „Jawohl".
Verdeeling der „luchtpakketten"
De verdeeling van de door de lucht aangevoerde
levensmiddelen, die men reeds met „luchtpakketten"
aanduidt is thans volop aan den gang. De heer J. Win
kelman, hoofd van den distributiedienst Amsterdam
heeft ons zulk een pakket getoond, zooals het is uit
geworpen. Het is een groote vierkante doos van zwaar
karton met ijzerband dichtgebonden. In die doos be
vinden zich weer vier kleinere kartons, waarin alles
bijeen een volledig ontbijt, een lunch en een diner
verpakt zijn. De doozen zijn immers bes^e^d geweest
voor de ravitailleering van troepen uit de lucht. Uiter
lijk zijn deze pakketten volkomen ongeschonden, doch
inwendig zijn ze dikwijls min of meer zwaar bescha
digd. Het blijkt, dat vele blikken niet alleen in elkaar
gedrukt zijn, maar in sommige gevallen ook zijn open
gescheurd, zoodat wanneer ze een vloeibaren inhoud
hebben die er dan wel eens is uitgeloopen. Het is
duidelijk, dat terwille van de bestemmiog der levens
middelen, die in opengescheurde blikken zitten de
verdeeling zeer snel moet geschieden, anders zouden
ze bederven. Het is daarom dus onmogelijk de hoe
veelheden op een goudschaaltje tegen elkaar af te wegen.
Het publiek dient dit te bedenken en niet te gaan
mopperen, als de een vsn een bepaald artikel iets min
der krijgt dan een ander. Hij zal daartegenover wel
een ander ding krijgen, dat zijn buurman niet heeft.
Mevr. M. Zegger-Tucker f
Na de uitvaart in de Krijtberg is Vrijdagmorgen op
Buitenveldert ter aarde besteld het stoffelijk overschot
vaa Mevr. M. Zegger-Tucker, in leven o.m. Ie pen-
ningm. van den R. K. Vrouwenbond en presidente
Stadsonderzoek van de Ned. R. K. Centr. Ver, ter
bescherming van Meisjes.
De U.V.V. in actie
Op het stadhuis te Haarlem werd Woensdagmorgen
het bureau geopend van de Unie van Vrouwelijke
Vrijwilligers. Zeer veel Haarlemsche meisjes hebben ge
volg gegeven aan den opro' p van de U.V.V en meldden
zich vrijwillig Voor het opbouw- en herstelwerk zij a
echter zooveel krachten dringend noodig dat velen
zich nog met een taak bij de U.V.V. kunnen belasten.
Aanmelding kan geschieden bij het bureau in de
Zijlstraat.
Dinsdag 1.1. reed een onzer Canadeesche vrienden
ter hoogte van de St. Jozefsschool op den Amstel-
veenschewee tegen een verradelijk brok bunker, door
den afgedropen bezetter op onze wegen achtergelaien.
De jongeman sloeg van zijn motor en was op slag
dood. Een zijner krijg«makkers kwam In de dooden-
kapel van de R K. Begraafplaats De Buitenveldert
binnen, waar zich kapelaan J. G. Sul bevond. De over
ledene was niet katholiek, maar de kapelaan had geen
bezwaar, het stoffelijk overschot aan de aarde toe te
vertrouwen. Naar krijgsmansgewoonte bracht men het
lijk in een Canadeesche vlag gewikkeld. Door de
goede zorgen van den directeur der begraafplaats, den
heer v. d. Sluis, werd dadelijk voor een kist gezorgd.
Ondertusschen waren een Canadeesche pred-kant en
eenige Canadeesche 'oldaten gearriveerd. De kist werd
bedekt met de Canadeesche vlag en de predikant ver
zocht kapelaan Sul eenige woorden te spreken, waarop
deze in het Engelsch een ontroerende korte lijkrede
hield. Daarna sprak de predikant, die aan het slot van
zijn rede warme woorden van dank vond voor den
katholieken priester, die zoo spontaan aan hun ver
langen had voldaan en direct voor een fraaie bloemen
hulde had gezorgd. Het stoffelijk overschot van den
zoo jammerlijk gestorvene op den drempel der bevrij
ding zal later worden bijgezet in het groote gemeen
schappelijke graf der Canadeezen aan de Grebbelinie.
De arrestatie van Mussert
De arrestatie van den voormaligen „leider" van het
Nederlandsche volk, ir. A A. Mussert, geschiedde
niet in Utrecht, doch te 's-Gravenhage. De plaatselijke
districtscommandant der B. S. deelde hieromtrent het
volgende mede:
Het was ons bekend, dat Mussert zich in den Haag
ophield en wel in het z.g. „kabinet van Staat" aan
den Korte Vijverberg. In overleg met de politie waren
eenige rechercheurs derwaarts gezonden, waarna de
districtscommandant en de commandant der arrestatie-
ploegen der B.S., alsmede de hoofdcommissaris van
politie, de heer Valke, volgden. Door de Doelenstraat
begaf men zich naar de achterzijde van het gebouw,
waar zij ontvangen werden door den heer Huygen.
Eenige oogenblikken later kwam Mussert de marmeren
trap af en kondigde de hoofdcommissaris hem zijn
arrestatie aan.
De lijfwacht die zelf de wapens reeds had afgelegd
trad voor het laatst aao, waarop Mussert met eenige
woorden afscheid van haar nam en haar vervolgens
zeide, dat zij zich onder arrest moest beschouwen.
Hierop wandelde Mussert het vertrek op en neer, ter
wijl hij verschillende gedachten uirte. Vervolgens zeide
Mussert, dat hij nog eenige geheime stukken, welke
in het belang van den staat waren, persoonlijk had
over te dragen aan den minister van buitenlandsche
zaken. Toen men hem onder het oog bracht, dat deze
persoonlijke overdracht niet mogelijk was, werden de
stukken ingepakt en verzegeld. Hierna ledigde Mussert
zijn automatische pistolen en overhandigde ze aan
den districtscommandant. Hij verzocht of men hem
bij het overbrengen niet wilde fotografeeren, doch
waardig behandelen, waarop de districtscommandant
der B. S. hem wees op het „historische" moment
Mussert zeide hiervan overtuigd te zijn. Vervolgens
gingen allen in eenige auto's, die door het weinige
ter plaatse aanwezige publiek met opgetogenheid
werden nagekeken.
Richard Rowland, Reuters bijzondere correspondent
bij het Canadeesche leger, had in de gevangenis een
onderhoud met Mussert, die er dik en weldoorvoed
uitzag. „Ik deed naar eer en geweten mijn plicht voor
mijn volk", zei hij. „Wat ik ondernam deed ik, om
iets voor mijn land te kunnen doen, wanneer Hitier
overwon. Uw vijaoden zijn dus mijn vijanden. Nu
ben ik zelf ook vrij". Mussert voegde daaiaan toe:
„Ik ben bang, dat u me niet zult begrijpen".
Reisvergunningen
De Haarlemsche commandant van de B.S. maakt
bekend, dat rei'vergunningen alleen worden verstrekt
aan diegenen die in het algemeen belang werkzaam
zijn, zooals voedselvoorziening e.d.
Courantenbezorgers gevraagd
voor dagelijksche bezorging
voor
AMSTERDAM,
SLOTEN en omgeving en
BADHOEVEDORP
Aanmelding:
Bureau De Tijd.N.Z. Voorburgwal 65—73.
Amsterdam.
Voor Sloten en Badhoevedorp aanmelding
Havikstraat 21, Badhoevedorp.