Weerzien van Koningin en hoofdstad De Koningin Historisch oogenblik op den ouden Dam r V Grootste militaire parade, die Amsterdam ooit zag 69ste JAARGANG No. 23320 VRIJDAG 29 JUNI 1945 Bureau voor Redactie en Administratie: Smedestraat 5 - Telefoon 2154o en 21544 a b k 419 Abonnementsprijs 26 cent per week 34 jaar Prins Bernh ard Het hoogtepunt der feesten V Aan den rand der stad mt-vj- U NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Onuitsprekelijk waren mijne aandoeningen bij de intrede van heden binnen deze hoofd stad. Teruggegeven aan het volk, dat ik nimmer opgehouden heb te be,minnen, zag ik mij als een vader in het midden van zijn huisgezin. Nooit, Nederlanders, zal mijne ont vangst in Holland, nooit mijne in trede in Amsterdam, uit mijn geheu gen gaan, en. bij uwe liefde belove ik het u. bedrogen zult gij u niet vinden. Ik aanvaarde wat Nederland mij aanbiedt; maar ik aanvaarde het ook alleen onder waarborging eener wijze constitutie, welke uw vrijheid tegen volgende mogelijke misbruiken verzekert.... Mijne voorouders heb ben uwe onafhankelijkheid doen ge boren worden. De handhaving daar van zal de nimmer ophoudende taak van mij en de mijnen zijn." Dit waren de woorden, die Willem Frederik, Prins van Oranje, op den avond van 2 December 1813 te Am sterdam in een proclamatie tot het Nederlandsche volk richtte, nadat hij 30 Nov. uit Londen te Scheveningen voet aan land had gezet. 27 Juni 1945, bijna 132 jaar later, sprak een nazate van Willem I, Ko ningin Wilhelmina, op den vooravond van Haar bezoek aan de hoofdstad, na vijf jaar in verbanning, eveneens in Engeland te hebben doorgebracht, bl) het inleiden van het eerste kabi net, dat op Nederlandsensn bodem is ontstaan na de bevrijding; „Wij staan nu als volk in zijn geheel klaar om te beginnen aan den opbouw van onze toekomst. De toekomst eischt een democratisch beleid, met vast beradenheid uitgestippeld." Fr ins Willem aanvaardde 't, bewind slechts onder voorwaarde eener wijze consti tutie; Koningin Wilhelmina begint Haar nieuwe regeering onder het ge bod van een democratisch beleid, met vastberadenheid uitgestippeld. Het zijn historische oogenblikken, welke we thans belevenhet is de wedergeboorte Van Nederland. Zij ge schiedt op denzelfden historischen grond, waar het hart van Holland ook 130 jaar geleden klopte. Tus- schen het meesterwerk van Jacob van Campen en de Nieuwe Kerk, waar duizenden gisteren in een on beschrijfelijk enthousiasme Hare Ma jesteit toejuichten, werd het nieuwe Nederland geboren, evenals op dien 2en December 1813. In die verschrikkelijke Meidagen van 1940. toen vorstin en regeering naar Engeland uitweken, mag het voor sommigen misschien den schijn gehad hebben, dat een verkeerde stap gedaan werd. Spoedig hebben we echter ondervonden, hoe juist de be slissing is geweest. Zij was het, die van overzee het verzet in stand hield en aanwakkerde i-n de moeilijkste oogenblikken van ons volksbestaan. Zij was het, die Haar waarschuwende stem liet hooren. toen in het begin de .vijand met alltrlei beloften ons volk in verdeeldheid trachtte te bren gen cn van het Huis van Oranje pro beerde los te weeken. Zij was het ook. die in de hachelijkste oogen blikken voor Nederlands bestaan, toen de vijand het masker had af geworpen en met martelingen, ma chinegeweren en hongersnood ons volk trachtte u!t te roeien, een-troost was voor de nagelaten betrekkingen van hen, die vielen, en de bezielende leidster voor de strijders, aan wie zij den weg wees, die tot de overwinning moest voeren. Zwaarder dan wie cok heeft zij het leed van Haar volk gevoeld. Zij was ook de eerste, die ons zeide, dat de overwinning daagde aan den horizon. Zij aarzelde niet den oceaan over te vliegen, om onze belangen bij de grootste en machtig ste staatslieden te bepleiten. Zij was èn onze vorstin én onze Churchill, zcoals eén hooggeplaatst Engelsch- man onlangs verklaarde. Thans staat onze monarchie vaster dan ooit, ons land neemt weer zijn onafhankelijke plaats in onder de volken, ons volk is ongebroken. Dat is mede de vrucht van Haar beleid. Regeeren !s vooruit zien cn dat deed Zij in die ramp zalige Meidagen. „Maar boven de leden van Irst kabinet stond de draagster van de kroon. Het is tijdens deze vijf jaren van strijd een zegen voor ons volk geweest, dat H. M. de Koningin m deze; worsteling om ons volksbestaan zoo volstrekt voorop gegaan is, zich daarbij tegenover ons in de verdruk king vaak uitend met een nauw ver holen hartstocht. Haar geest1 was niet alleen een kracht voor hen. die in Nederland zwak waren, maar moet eveneens een prikkel ten goede heb ben beteekend voor onze ambtsvoor gangers in Londen." aldus sprak Woensdagavond de nieuwe minister president prof. W. Schermerhorn. Dkarvoor heeft Amsterdam en met Amsterdam heel het Nederlandsche volk gisteren de Koningin zijn dank betuigd. In al onze katholieke kerken werd lederen Zondag tot God liet gebed opgezonden: „Domine salvam fac reginam nostram". Vijf jaar lang mocht dit gebed met hoeveel ont roering werd liet niet gezongen op onze nationale feestdagen alleen maar binnen onze kerkmuren weer klinken. Thans dragen we deze bede naar buiten: moge God onze Vorstin nog lang sparen tot heil van ons land en volk. De opperceremoniemeester Graaf Dmionceau, die tot de aankomst in Amsterdam H. M. had vergezeld, ver liet nu den koninklijken auto en Baronesse van Tuyll van Seroosker- ken nam naast de Koningin plaats. In het gevolg van H. M. bevonden zich voorts de kapitein-vlieger Ir. E. Hazelhoff Roelfsema, adjudant van H. M. kapitein J. *C. Buhrman, me vrouw M. StokvisKnappert en de verbindingsofficier kapitein G. Rut ten. De begroeting duurde slechts enkele oogenblikken.. De stoet zette zich weer' in beweging, aanvankelijk zeer langzaam, omdat de opdringsnde menigte, die van blijdschap den ko ninklijken auto bijna bestormde, nauwelijks ruimte liet om den auto van H. M. te laten passeeren. Spoe dig echter bereikte de stoet de Dui- vendrechtsche kade. waar de men- schen minder dicht opeengepakt stonden en waar de auto's dus in snelle vaart hun tocht naar Amster dam konden vervolgen. (Vervolg op pag. 3) In afwachting van de komst van Have Majesteit, de groote parade en het défilé, stelden zich tegenover het paleis aes CanadeeschE' muziek corpsen' op, die afwisselend de plech tigheid zouden opluisteren. Vóór het paleis wachtten o.a. a:e gep. vice-ad- Aan de grens der gemeente Am sterdam. in het landelijke Diemen. werd Hare Majesteit opgewacht door den waarnemenden burgemeester van de hoofdstad, den heer F. de Boer, en door Generaal Crerar, comman dant van het eerste Canadeesche "De spoor wegmannen, die op bevel van de regeering in 1944 het werk neerlegden, werden overal luide toegejuicht H. M. de Koningin slaat in gezelschap o.a. van de beide Canadeesche bevel hebbers en generaal-majoor Koot van het balcon van het Paleis op den Dam het défilé gadec leger. Voorts waren hier ter begroe ting aanwezig de secretaris van de Koningin, de heer M. Kohnstam on Baronesse van Tuyll van Seroosker- ken. greotmeesteresse van H.M. In de omgeving van de plaats der be groeting hadden Zich reeds geruimen tijd van te voren belangstellenden opgesteld, bewoners van Diemen, maar ook talrijke Amsterdammers, die van dit historische moment ge tuige wilden zijn. Onder ben bevond zich cok een' deputatie van ver pleegsters van het Burgerzieken huis. die destijds Z.K.H. Prins Beril- hard, toen deze onder den rook van Amsterdam een auto-ongeluk heeft gehad, verpleegd hebben. Reeds in de aankomst van H.M. school een verrassend element, doordat de betonnen muur. dien de Duitschers dwars over den weg hebben gebouwd, den koninklijken auto, waarvan de kap was neer gelaten, tot op het laatste oogen blik aan de blikken der wachten de menigte onttrek. Onder luid gejuich van de wachtenden, die toen zelfs niet meer door de Ca nadeesche militaire politie in be dwang waren te houden maar door de afzetting heenbraken en sa menstroomden om den koninklij ken auto, traden de waarnemende burgemeester en generaal Crerar op H.M. toe. De eerste heette haar met enkele woorden welkom in de hoofdstad van het koninkrijk en bood haar een met een oranjelint saamgebonden bouquet anjelieren aan, waarna Hare Majesteit, die gekleed was in een petit gris1 bontmantel, zich enkele oogenblikken onderhield met gene raal Crerar. Vandaag verjaart Z. K. H. Prins Bemhard. Na vijf ja ren kunnen wij hem, die zich een zoo heel eigen plaafs in ons volksleven heeft weten te verwerven, wederom open lijk gelukwenschen en uiting geven aan onze diepste ge voelens van dankbaarheid en hulde voor al dat vele werk, hetwelk hij, vooral in het nu afgesloten levensjaar, in ''s lands belang heeft ver richt, speciaal als opperbe velhebber der Nederlandsche Binnenlandsche Strijdkrach ten. Een autotocht voerde Prins Bemhard vandaag door tal van steden in het pas bevrij de Westen des lands. Onver wachts. onvoorbereid was zijn komst en daarom juist zoo teekenend voor zijn aan zien was in alle lagen der be volking het enthousiasme waarmede hij overal werd begroet. 28 Juni 1945. In de geschiedenis van het wereldmachtig Amsterdam, hart van de Republiek, later in die van het Ko ninkrijk der Nederlanden, is het Damplein vele malen getuige geweest van groote, historische gebeurte*issen. Maar geen is er van zoo diepe beteekenis geweest voor stad, land en volk als het oogenblik, dat zich in het Paleis op den Dam de balcondeuren openden en de roemrijke Koningin Wilhelmina, de langst re- geerende van Haar dynastie, na vijf jaar van bittere ballingschap, toen Nederland op zijn grondvesten wankelde, in de hoofdstad voor Haar volk trad. Het was 28 Juni 1945 en van het oude stad huiscarillon klonk de voorslag van het middaguur. De Dam was voor het grootste deel vrijgehouden, zoodat het gejuich zwak doordrong uit de hoeken van het plein en de gebouwen rondom; het verhoogde slechts de plechtigheid en de ontroering van dit waarlijk grootsche oogenblik, dat zoolang en vurig werd verbeid tussche'n hoop en vreeze. Daar stond Zij, H.M. Koningin Wilhel mina, als zoovele malen voorheen, maar hoe gansch anders werd Haar verschijning thans begroet. Daar wapperde hoog van den koepel weer Haar standaard en heel het eeuwenoude huis, dat in de achter ons liggende jaren somber en leeg en, als door een wonder onberoerd, in een stervende stad had gestaan, was op nieuw tot leven gewekt. Allen, die het zagen, namen het beeld in zicli op, dat onvergetelijk zal blijven. En ook de Koningin zelve heeft na afloop getuigd van Haar aandoening bij het weer zien van den vertrouwden Dam en Haar hoofdstedelijk paleis, den diepen indruk, dien het oogenblik op Haar maakte, toen Zij weer, na zoo lange afwezigheid, naar buiten trad voor liet Amsterdamsche volk. De derde en laatste dag van het Amsterdamsche bevrijdingsfeest, waaraan de komst van Hare Ma jesteit een zoo bijzonderen glans' verleende, werd dan ook het hoog tepunt van heel de viering. Iedereen had vrijaf en reeds vroeg bewogen zich de duizenden van alle zijden naar de binnenstad, waar in de omgeving van- den Dam uitgebreide ordemaatregelen waren getroffen. Aan het verbond tusscher. Neder land. Oranjeèn de zon herinnerde' in het vroege uur een regenboog aan den ochtendhemel en inderdaad heeft de zen, ofschoon de regen her haalde malen dreigde, telkens weer het pleit gewonnen. De Dam was ai vroeg gereserveerd. Een beperkt aan tal genoodigden werd toegelaten no een eeretribune, die op het midden- terrein was verrezen en op de zij- trottoirs, waar stoeltjes gereed ston den, vensters, daken en balcons vul den zich echter met toeschouwers cn waar de straten op den Dam uitlie pen hoopte het publiek zich op. wat op den Nie-uwonilijk helaas tot ern stig' gedrang en gebroken ruiten leidde. uiiraal Quant, generaal Ridder van Rappard. overste Hendritse en ver tegenwoordigers der B.S. de komst van Hare Majesteit af. Terzijde had zich eon groot aantal Engelsche en Canadeesche hoofdofficieren verza meld. Inmiddels hield H. M. de Ko ningin .Haar iniecht in Amster dam, dat Haar eer. ontvangst be reidde, zóó spontaan en hartelijk, dat zij, die er getuige van zijn ge weest, onwillekeurig herinnerd werden aan de vreugderijke dagen, teen de landsvrouwe betrekkelijk korten tijd voer den oorlog in de hoofdstad Haar veertigjarig regee- ringsjubileum lieeft gevierd. Was ditmaal de entvangst minder „ge organiseerd" dan alle intochten, die wij ons uit vroeger jaren her inneren, zij was er cok des te ver rassender door én de eiementen van verrassing en zuiver mensehe- lijke entroering, die dit eerste weerzien tusschen Vorstin en voik beheerschten, hebben daaraan een onvergetelijk karakter geschonken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1945 | | pagina 1