Oorlog raasde over
Boim mel er waar d
Ondergrondsche strijd kostte
Frankrijk duizenden levens
Katholieken van Berlijn
Het Japansche Neurenberg
Meidagen 1940
Communisme wil de
school veroveren
V.
WOENSDAG 15 MEI 194b
PAGINA
1
ontreddering^' beleven bange dagen
Cr
Chaos en
Nieuwe zorgen
(^Aanklacht van
elf landen
Venieüwing van hooger
onderwijs
Herdenking te Mill en
op Ypenburg
Te Mil
Velddriel was een welvarende
•parochie in het Westelijk Ka
tholieke deel van de Bomméter-
waard, voordat de geesel van den
oorlog er over heen sloeg. Nu is
het geplunderd, stuk geschoten
en geteisterd; de parochiekerk is
geheel verwoest, de pastorie voor
de helft ingestort en afgebro
ken. De godsdienstoefeningen
worden er, voorloopig, nog altijd
gegeven in een voormalige sme
derij: op het smidsvuur heeft er
de Kerststal opgeslagen gestaan;
aan de zolderingen hangen nog
de raderen voor de drijfriemen
bevestigd; de werkbank dient
poor zitplaats tijdens de Zon
dag sche preek; een groote elec-
trische boor staat er tijdelijk
terzijde gezet en tegen den muur
hangt ergens een koude, ijzeren
electromotor naast een kleurig
kerkvaan. Maar het zal verande
ren. Stapels balken liggen ge
reed voor de noodkerk; en het,
terrein der afgebroken parochie
kerk wordt bewaard, voor, in de
toekomst, een schoon, nieuw
kerkgebouw.
De parochianen denken nog vaak
terug aan den laats ten barren oor
logswinter, toen de Engelsche gra
naten in de nabijheid van hun
mooie kerk neerkwamen.
In de pastorie van Velddriel wa
ren toen behalve de pastoor nog
geherbergd een Empelsche familie
met een Hedelsche -evacué, de de
ken van Kerkdriel en de pastoor
en kapelaan van Ammerzoden; te
vens had een stel Duitsche soldaten
hun kwartier in een deel der pas
torie opgeslagen en van buiten het'
gebouw beveiligd door 'n geweldi
gen stapel, met zand gevulde, fruit
manden. Drie maanden zaten zij
allen (behalve die Duitschers) reeds
te wachten op de bevrijding, waar
van ze echter niets bemerkten dan
de voortdurende salvo's granaten,
die bij dag en nacht overal gierend
insloegen. Geheel Velddriel was tot
in alle hoeken en gaten volgestopt
met vluchtelingen; het,ging voor
„veilig" door en de bewoners der
naburige dorpen kwamen liever
dtór, dan uit te wijken naar het
verre Noorden.
i
Vierduizend évacué's zijn er
een tijdlang geweest. In één
boerderij woonden negentig
menschen.- Een Ortskomman-
dant, die een leeggeruimd fa
miliegraf nabij Hedel op den
duur een te onveilige of te lu
gubere verblijfplaats achtte, ver
huisde, en sloeg zijn tenten ook
nog op in de pastorie van Veld
driel.
Koude en honger spookten rond
in het overbevolkte dorp; de .gods
dienstplechtigheden werden moei
lijk door gebrek aan brood en wijn,
er kwamen veel granaten, nog meer
alarmeerende geruchten, maar wei
nig betrouwbare berichten: ze wa
ren er afgesloten van Noord en
Zuid. Den kapelaan van Ammerzo
den, een 52-jarigen pater Francis
caan, werd het te machtig. Hij werd
ziek en stierf na enkele dagen in
de keuken, terwijl de overige bewo
ners der pastorie voor de aangie
rend© granaten zaten weggedoken
in den kelder. En nog vóór hij be
graven was, kiwam het bevel, dat
hetgeheele dorp moest evacueeren.
Den - volgenden morgen, terwijl de
groote uittocht der bewoners op
karren, fietsen, handwagens en
kinderwagens aan den gang was,
heeft de pastoor voor hem, en te
gelijk voor drie anderen, de uit
vaart gedaan: een gelezen H. Mis,
zonder koster, zanger, misdienaar
of organist, ook zonder familie,
want iedereen vluchtte. En eigen
handig heeflt hij hun graf moeten
uitkappen in de bevroren aarde en
ze haastig toevertrouwd aan den
gewijden grond. Na dón middag
was Velddriel leeg, op de Duit
schers na, die begonnen te plun
deren.
Drie maanden heèft hun opont
houd in den vreemde geduurd.
Toen, 18 April, mochten ze om een
of andere réden terugkeeren. De
Duitschers waren ex nog. Kerk en
pastorie, wat gehavend door grana
ten, stonden nog overeind. Maar
nu scheen het einde toch in zicht:
het bericht kwam, dat de Engel-
schem over de Maas waren geko
men en reeds in Kerkdriel waren
doorgedrongen. Het einde bracht
echter de zwaarste beproeving. Een
Duitsche soldaat werd doodgesto
ken- tijdens een ruzie met Veld-
drielsche mannen; er vollgde een
razzia, de Duitschers vuurden op
burgers. De pastoor, bij twee ge
troffenen geroepen, werd zelf door
een schot aan het oog getroffen en
terwijl hü gewónd bij een zijner
parochianen In bed lag, vloog zijn
parochiekerk met een daverenden
knal in de lucht, opgeblazen door
de Duitschers. Een week daarna
krwam de bevrijding op 5 Mei.
De omgeving van de zwaargetroffen kerk van Velddriel
Bij K.B. is, gerekend te zijn inge
gaan 1 Mei 1946, aan prof. mr. G. W.
J. Bruins eervol ontslag verleend als
koninklijk commissaris bij de Ned.
Bank, onder dankbetuiging voor de
vele en gewichtige diensten, door hem
in die functie den lande bewezen.
(Van onzen Berlijnschen
correspondent)
Na 12 jaar Hitlerregeering en 6
jaar oorlog is Berlijn een stad
der ruïnes. Maar niet alleen
de huizen zijn herschapen in
troostelooze puinhoopen, ook het
economisch leven, de begrippen van
zedelijkheid en naastenliefde zijn
ontredderd, ontwricht. Er heerscht
een chaos op maatschappelijk en
geestelijk gebied. De moraal is tot
ongekende diepten gezonken, de ze
den zijn hopeloos -verwilderd. De
toestand, waarin en de omstandig
heden waaronder een groot deel der
Berlijnsche bevolking leeft, verhoo-
gen de sociale en geestelijke nooden
en kweeken gevaren, waarvan de
consequenties nog niet zijn te over
zien. In een stad, waarvan de woon
huizen tot 70 pCt. zijn verwoest,
leven weer meer dan 3millioen
menschen (vroeger 4.2 mill.). Het is
geen zeldzaamheid, dat 10 tot 16
personen, volwassenen en kinderen,
vrouwen en mannen, ln één ver
trek hulzen.
Het aantal katholieken te Ber
lijn wordt geschat op 300 tot
350.000. Ook zij leven onder deze
omstandigheden. Ze leven ln kel
ders en bouwvallige woningen, op
elkaar gepropt, in angst en nood;
z(j lijden gebrek aan alles, honge
ren, worden ziek, sterven
In den afgeloopen zomer en
herfst bedroeg het sterftecijfer der
zuigelingen 80 tot 90 pCt. en ook
nu nog bedraagt het 30 pCt. In den
laatsten winter stierven 30 000 vol
wassen menschen per maand, dat ls
1000 per dag. In Maart was dit cij
fer gedaald tot 1215.000 per
maand. In vele gezinnen zijn de
mannen nog niet teruggekomen en
wie weet wanneer en of zij zullen
terugkomen? Duizenden én nog
eens duizenden vluchtelingen uit het
Oosten hebben in Berlijn een toe
vlucht gezocht, het waren- hoofdza-
keiyk katholieken. Wat zij mee
brachten was ellende, nood en
ziekte. De Caritasbond en de sta
tionszending kunnen het werk niet
af. Lichamelijke en geestelijke
nood gaan hand in hand. Er zijn
geen kleeren, er is geen voedsel. De
katholieke bibliotheken zijn ver
brand.
De bevrijding heeft vele zorgen
weggenomen, maar aan den ande
ren kant nieuwe zorgen gebaard.
De nieuwe politiek, die te Berlijn
een sterk communistisch karakter
draagt, richt zich op andere proble
men dan op een herstel van het
kerkelijk leven. Evenals onder Hit-
Ier eischen de politieke machtheb
bers het recht voor zich op, de
jeugd op te voeden en op te leiden
in hun geest, een geest, die niet
de geest is van de Kerk en van'het
Christelijk geloof. Het communisme
poogt dé school te veroveren. Meest
al ls het zoo, dat van 50 kinderen
van een klas er hoogstens 5 katho
liek zijn. Het is begrijpelijk, dat een
geregeid godsdienstonderwijs voor
deze kleine minderheid nauwelijks
mogelijk is. De Sociale Vrouwen-
school van den Katholieken Vrou
wenbond, de eenige katholieke
school die de Jaren van het natio-
naal-socialisme heeft overleefd,
heeft' met de grootste moeilijkhe
den te kampen en wordt thans
eveneens bedreigd. Het katholieke
volksdeel van Berlijn beleeft weer
bange dagen. Als een weldaad werd
het beschouwd, dat de Britsche bï-
zettingsautotteiten de z.g. „Aktion
Storch'' in het ieven hebben geroe
pen, een actie om katholieke kin
deren uit Berlijn eenige maanden
lang onder te brengen bij katholie
ke gezinnen in het Westen van
Duitschland, waar zij extra voedsel
Voor het verzame
len van gegevens ter
staving van de Neder-
landsche aanklacht te
gen Japan, vertoeft
momenteel mr. W. G.
F. Borgerhoff Mulder,
de Nederlandsche
openbare aanklager
bij het Internationale
Gerechtshof voor oor
logsmisdaden te Tokio,
ln Batavia. Naar mr.
Borgerhoff Mulder
mededeelde, zullen de
zittingen van dit Hof
waarschijnlijk niet
vóór 1 Juni a.s. begin
nen en men verwacht,
dat zij zeker een half
jaar in beslag zullen
nemen. Elf landen
dienden een' aan
klacht in, n.l. de Ver.
Staten, China-Rus-
land, Engeland, Aus
tralië, Nederland, Br.-
Indië, de Philippijnen,
Nieuw-Zeeland, Cana
da en Frankrijk. Ne
derland zaj tevens de
belangen van Portugal
behartigen. De zittin
gen zullen gehouden
worden in een der
grootste gebouwen van
Tokio: het departe
ment van Oorlog.
Naast het belang
rijke punt betreffende
<3e slechte behande
ling van' onze krijgs
gevangenen en burger
geïnterneerden handelt
de Nederlandsche aan
klacht voornamelijk
over de politieke agi
tatie van Japan in
Ned.-Indië. Een der
redenen voor het be
zoek aan Batavia is
dan ook het verzame
len van gegevens be
treffende Japans po
litieke werkzaamheid
tijdens de bezetting.
Op de vraag, of in de
aanklacht ook wordt
gewezen op het feit,
dat Japan na zijn ca
pitulatie deze politie
ke activiteit in Ned.-
Indië heeft voortgezet,
verzekerde mr. Borger
hoff Mulder, dat dit.
wèl zal geschieden.
Binnenkort zal de
lijst van de voornaam
ste oorlogsmisdadigers,
die zich voor het Hof
zullen moeten verant
woorden, worden be
kend gemaakt. Als hun
verdedigers treden
Amerikaansche en Ja
pansche rechtsgeleer
den op, die hiervoor
'een vastgesteld salaris
zullen ontvangen. On
der de Amerikaansche
verdedigers bevinden
zich enkele vooraan
staande advocaten uit
Washington en New
York. Dit salaris, zoo
als trouwens alle kos
ten van het Hof,
zal uiteindelijk door
Japan moeten worden
betaald.
Hierna deelde de
heer Borgerhoff een
en ander mede over
de toestanden in Ja
pan. Voor zoover de
buitenlander kan waar
nemen, is de houding
van de bevolking na
de nederlaag er een
van berusting. Men
moet hierbij niet uit
het oog verliezen, dat
vele bevolkingsgroepen
en vooral de vrouwen
onder het militaire be
stuur in een veel be
tere positie zijn geko
men. Voor generaal
MacArthur koesterde
mr. Borgerhoff Mulder
groote bewondering.
.De opperbevelhebber
werkt letterlijk dag en
nacht en de resultaten
van zijn organisatie
talent zijn alom merk
baar. Men kan als bui
tenlander in Japan
gerust voor het week
einde naar buiten
trekken; in Kioto en
andere bekende toe
ristencentra van het
vooroorlogsche Japan
zijn de meeste hotels,
veelal onder Ameri-
kaansch beheer, dan
ook heropend. In het
land heerscht rust.
Misschien zullen en
kele „diehards" onder
de oppervlakte wroe
ten, doch naar buiten
is alles volmaakte.orde
en veiligheid.
kregen en aan de ongezonde met
ziektekiemen besmette atmosfeer
van de groote puinstad werden ont
trokken.
Zoowel door het Zweedsche Roo-
de Kruis als van Pauselijke zyde
wordt hulp verleend. Doch ook de
katholieken van Berlijn zelf slaan
de handen Ineen en zijn aan het
werk getogen, om den stryd tegen
den nood, tegen verwaarloozing en
ontaarding aan te binden. Het ka
tholieke gymnasium aan de Liet-
zensee en de katholieke lycea heb
ben hun poorten weer geopend en
zijn dank zij den Intergeallieerden
Contróleraad door. den staat er
kend, maar de gebouwen zijn ge
deeltelijk vernield en er is gebrek
aan ruimte. Het is zelfs mogelijk,
dat enkele scholen weer moeten
worden ontruimd, omdat zy we
gens bouwvalligheid moeten wor
den afgekeurd. Het vereenigingsle-
veh begint weer te kiemen en de
kerken zijn vol. Vooral' de katholie
ke jeugd legt veel Ijver aan den
dag. Het katholieke Zondagsblad,
het „St. Petrusblatt", verschijnt
weer. Jonge krachten komen in be
weging. Zij bereiden zich voor op
harden strijd onder zware lasten en
hopen op hulp van buiten.
Bij K.B. is ingesteld een. staats
commissie, welke tot taak heeft aan
den Miniser van O., K. en w. rap
port uit te brengen inzake een ver
nieuwing van het hooger onderwijs
aan de Nederlandsche universitei
ten en hoogescholen.
Tot leden van de1 commissie zijn
benoemd 71 personen, professoren,
doctoren, juristen en anderen. Tot
voorzitter werd benoemd mr. H. J.
Reinink te 's-Gravenhage en tot
secretaresse: mevrouw mr. M. J.
KochKiJIstra.
Herdenking van de Meidagen
1940 op de scholen. Op alle
scholen in ons land werd aan de
leerlingen een kort cfverzicht ge
geven van de krijgsverrichtingen
Hoewel het reeds 6 jaar
geleden is, heeft iedere
Nederlander de capitula
tie van de Nederland
sche strijdkrachten op dien be-
ruchten 14dem Mei nog versch
in het geheugen. Toen een stra
lende zomerdag, die in schry-
nende tegenstelling was met
den zwaren slag, welke het Ne
derlandsche leger trof. Nu een
koude gure dag waaróp de ge
vallenen van de oorlogsdagen
en van het verzet op het vlieg
veld Ypenburg - plechtig wer
den herdacht.
Kolonel D. A. van Hilten gaf een
uitvoerig overzicht van de oorlogs
dagen in 1940. Op deze historisché
plek, midden in het hart des lands,
zoo zeide de kolonel, zijn wij samen
gekomen, ter herdenknig van den
strijd, welke in de Meidagen van
1940 is gevoerd tegen don Duitschen;
overweldiger, die met ongekende
overmacht ons vreedzame land beeft
overvallen. Bij herhaling had het
Duitsche R.yk de plechtige verzeke7
ring gegeven, de neutraliteit van
het Koninkrijk te zullen eerbiedi
gen, doch op den vroegen morgen
van 10 Mei 1940 werd deze belofte
brutaal geschonden. Vervolgen»
schetste spr. den strijd op de vlieg
velden Valkenburg en Ypenburg.
Nadat het „Wilhelmus" was ge
speeld, deed kapitein Troeger voor
lezing van het K.B., waarby talrijke
gesneuvelden op het vliegveld Ypen
burg posthuum werden onderschel
den.
Te Mill in Noord-Brabant waren
duizenden op de Vilheide, eens het
tooneel van moedigen strijd, sa
mengestroomd en woonden daar on
der een loodgrijzen hemel, waaruit
gestaag de regen viel, de herden
kingsplechtigheden bij. Jhr. J. Smits
van Oyen voerde het woord namens
de regeering. Hy eerde de nage
dachtenis van de moedige mannen,
die hier in den ongelijken stryd te
gen den verraderiyk binnengeslopen
vijand hun leven gaven en wier bloed
dit stuk van den Brabantschen bo
dem heeft doordrenkt.
Kolonel A. van der Kroon gaf
een kort overzicht van den kor
ten stryd en beschreef hoe een
Duitsche pantsertrein tot by
Mill wist door te dringen en.
onze troepen in den rug aanviel.
Er werd goed weerstand gebo
den en zulks aanvankelijk met
succes. Doch tenslotte moesten
onze soldaten in den nacht van
den tienden Mei voor de over-
machtigen .vijand wijken en zich
terugtrekken achter de Zuid-
Willemsvaart. Toen ook deze
hindernis door de Duitsche pant
sertroepen genomen werd, moest
het derde legercorps stellingen
betrekken benoorden de groote
rivieren. Daar werd de tegen
stand dapper voortgezet. By de
capitulatie op 14 Mei was de
verslagenheid groot.
Nadat „De Dooden" van Muu8
Jacobse was gedeclameerd en een
aalmoezenier het „Onze Vader" had
gebeden, werd één minuut stilte in
acht genomen, waarna de aanwezi
gen gezamenlijk het „Wilhelmus"
zongen.
Op den dag dat Nederland zijn
capitulatie in 1940 herdacht, heeft de
Fransche generaal Guillain de Benou-
ville gesproken over Frankrijk in zijn
verzet tegen de Duitschers.
De omstandigheden in Frapkrijk
waren anders dan in Nederland. Wel
kende Frankrijk de Gestapo met al
haar beestachtigheden, maar niet een
Seyss-Inquart met zijn Grüne Polizei.
De bezetting van Frankrijk heeft zich
tot °P den dag van de bevryding be
perkt tot een militaire, die wel niet
veel verschil maakte met de bezetting,
zooals wij haar gekend hebben, maar
dit gradueele verschil, gevoegd bij het
feit, dat Frankrijk een land is met
„ruimte" er zijn groote stukken
waar een zeer geringe bevolkings
dichtheid is, en Frankrijk heeft zijn
bergen waar de ondergrondsche be
weging voor haar volledig uitgeruste
en geüniformeerde regimenten een
afdoende schuilplaats kon vinden
maakt dat het probleem bij onze
Zuidelijke bondgenooten ondanks de
collaboratie van Vichy geheel anders
lag dan in ons land. Het verzet in
Frankrijk, aldus bleek ons uit hetgeen
generaal De Benouville verteldè, had
daardoor een heel ander karakter.
De Fransche verzetsbeweging, die
uit vertegenwoordigers van alle par
tijen was samengesteld, vormde een
hechte eenheid en deze samenwerking
maakte, dat men ondanks verschil in
politieke opvatting toch een hechte
basis tot samenwerking had. Het
grootste deel van de huidige minis
ters is ook voortgekomen, hetzy uit
de binnenlandsche, dus ondergrond
sche verzetsbeweging, hetzy uit de
bovengrondsche Fransche verzetsbe
weging, dus uit het Imperium of uit
Londen.
Sprekende over de slagen, die
Frankrijk te verduren heeft ge
had tydens de Duitsche bezet
ting, noemde generaal De, Benou
ville enkele cijfers die te denken
geven. In totaal zijn 800.000 Fran
sche levens verloren gegaan;
300.000 door fusillade of in den
ondergrondschen stryd en 300.000
op het slagveld. Ruim 200.000
Franseben hebben de Duitschers
naar concentratiekampen gevoerd.
Hiervan zijn 50.000 teruggekeerd
en van deze 50,000 is de helft later
nog overleden. Daarnaast komen
de geweldige materieele verwoes
tingen welke de Duitschers heb
ben aangericht. Typeerend is dat
ondanks een zeer strenge zuivering
in Frankrijk slechts 3000 van 40
millioen inwoners zyn gefusilleerd
wegens verraad.