HISTORIE EN ROMANTIEK IN
HAARLEMS STRATEN
Commissie-Gen.
voor Ned.-lndië
Mgr. J. P. Huilers en Prins
Bernhard onder de gasten
Grootsch schouwspel
Dertig dooden bij
ontploffing
I1L
ir§
Van 18 Augustus v
MARGARINE OF VET
NAAR KEUZE
Boterrantsoen
in den winter
Tot hoofd en hart
69ste JAARGANG No. 23617
ZATERDAG 10 AUGUSTUS 19
4$
Bureaux Smedestraat 5. Telefoon Redactie 21544 Telefoon Administratie 21543 Postgiro 143480 Abonnementsprijs 30 cent per weelc
(Vervolg op pag3)
De Camera Obscura", een der glansnummers van den historisch-allegorischen optocht
Er trok een stoet door de stad, een lange, bonte en feestelijke
stoet, die ons in vlucht door zeven eeuwen heenvoerde, die
tienduizenden van het Begin tot het einde boeide, een stoet, vol
pracht en praal, afgewisseld door den zachtgevooisden zang
van minnestreelen, door de grollen en grappen van de potsier
lijke zottekens, door de levende have van de markskramers en
veedrijvers, door een vlammende rede van Ripper da en de
romantiek van Hildebrands onsterfelijke figuren.
De voorbereidingen
Eenige hooge gasten, mgr. J. P. Huïbers en de burgemeester van
Echternach. Gent en Derby, die den historischen optocht gade
sloegen
Aardappelen goedkooper
(Vervolg op pag. 3)
Weerzinwekkend is het niet
zeggen durven wat men
denkt; niet doen, wat men
I meent; niet toonen wat
men is.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Het was vrijwel gelijktijdig met
de totstandkoming van het
kabinet-Beel, waarin prof.
Schermerhorn. ondanks de
pogingen van de Partij van den Arbeid,
geen zitting kreeg, dat „Het Vrije
Volk'1 met veel ophef en zeer positief
het bericht publiceerde, dat de oud-
prenUer lals Commissaris-Generaal
haar Batavia zou vertrekken, Te-
eelfder tijd gingen er geruchten,
dat orof Logemann, minister van
Overzeesche Gebiedsdeelen uit het
vorige kabinet, voorzitter van de
in uitzicht gestelde Rijksconferen
tie zou worden. Al spoedig wist
men, dat in regeeringskringen in
Den Haag binnenskamers reeds
nauwkeurig het plan voor een Com
missie-Generaal. bestaande uit drie
personen. was uitgewerkt hetgeen
dan ook officieel tot uiting kwam
in de Troonrede van 23 Juli j.l.,
waarop, zooals bekend, deze week
het wetsontwerp tot instelling van
een Commissie-Generaal voor Ned.-
lndië is verschenen.
Reeds meermalen hebben wij er op
gewezen, dat dit, historisch gezien,
geen novum is en ook de Memorie
van Toelichting maakte hiervan
Uitvoerig gewag. De vorige eeuw
heeft men herhaaldelijk In critieke
tijden Commissarissen-Generaal naar
Indië gezonden. Het meest bekend
Uit dp latere geschiedenis zijn de
Commissarissen-Generaal van 1814
(Elout. Van der Capellen en Buys,
kes). van 1825 (Burggraaf Du Bus
de Gisignies een Belgisch edelman)
en 1832 (Graaf Van den Bosch).
Deze commissarissen waren met een
buitengewone 'macht bekleed, zoo
danig als de Koning, ware hij zelf
ter plaatse, zou kunnen uitoefenen.
Deze macht was dus alléén beperkt
door de bijzondere instructies van
den Koning persoonlijk.
Bezien wij de critieke toestanden
van toen en nu dan loopen zij in
vele opzichten parallel, vooral die
van 1814, toen de Commissie-Gene
raal tot taak had Ned.-lndië over
te nemen van het Engelsche tus-
schenbewind van 18111816. Het
Moederland was geteisterd door de
Napoleontische oorlogen, revolution,
naire golven waren over Europa
gegaan en de stabilisatie van de
politieke denkbeelden hier te lande
was nog geenszins voltooid. Het
besluursstelsel van de Compagnie
wa, reeds tn 1795 afgesloten en ge
heel nieuwe denkbeelden over het
bestuur in Indië vonden ingang.
Oppervlakkig beschouwd bestaat er
dus gelijkenis tusschen de toestan
den van toen en nu. Terecht wordt
er echter in de Memorle van Toe
lichting op gewezen, dat er eenige
fundiamenteele verschillen bestaan.
Een van die verschillen betreft de
constitutioneele (grondwet
tige) positie van den Koning als
hebbende het opperbestuur der
overzeesche gebiedsdeelen, een ander
belangrijk verschil betreft het alge
meen bestuur van den Gou
verneur-Oeneraal of luit.-gouv.-gen.,
onder de constitutioneele verhou
dingen van toen en nu.
De grondwettige positie van den
Koning verouderde in 1848 volkomen
en de verantwoordelijke minister,
niet meer alleen 's Konings dienaar
deed zijn Intrede in de staatkundige
verhoudingen, hetgeen gelijken tred
hield met de ontwikkeling van den
Invloed der Sta ten-Generaal. De re
geermacht des Konings was niet meer
absoluut, doch werd door de Staten-
Generaal vla den verantwoordelijken
minister gecontroleerd.
De Koning kon dus voortaan geen
Commissarissen-Generaal uitzenden,
die met de Hoogst Deszelfs volledige
regeermacht in de koloniën waren be
kleed. Ook de wet bepaalt, dat de
uitoefening van de regeering in In
dië is opgedragen aan een gouver
neur-generaal, respectievelijk een
luit.-gouverneur-generaal. Er is
dus thans een Opperbestuur (Den
Haag) en een Algemeen Bestuur
(Batavia). De Commissaris-Generaal
van vroeger verrichtte zijn functie
op beide gebieden, thans moet men
dat gescheiden houden.
Wij hebben hierbij de Memorie
van Toelichting op den voet ge
volgd, omdat de thans noodzakelij
ke gescheidenheid van Opperbestuur
en Algemeen Bestuur, welke de
regeering ook wil handhaven, in de
toekomst wel eens een belangrijk
punt van wrijving kon gaan uitma
ken.
Waarom immers acht de re
geering een Commissie-Ge
neraal noodzakelijk en wat
zijn haar beweegredenen?
Ten eerste is de overname begon
nen van het gezag van den Brit-
schen opperbevelhebber in het
south -East Asia-Command. Ten
is er 6611 financieel, econo
misch en sociaal reconstructiepro
bleem van ontzagwekkenden om
vang en ten derde, zeker niet het
minst belangrijke, is er een poli
tiek vraagstuk van zorgwekkende
zwaarte. Deze problemen vallen vol
gens de regeering buiten de nor
male sfeer van het algemeen be
stuur in Ned. Indië. Bovendien
remt de afstand tusschen Den Haag
en Batavia het nemen van snelle
beslissingen. Er is uit den aard der
zaak een voortdurend contact ook
met den minister van Overzeesche
Gebiedsdeelen noodig, zooals tijdens
en vooral na de bevrijding herhaal
delijk gebleken is.
GU allen hebt ze ongetwijfeld
gezien: Hille Babtfe, de heks
van Haarem, achterstevoren
op haar ezel gezeten, Graaf Willem
II, die Haarlem het stadsrecht ver
leende, Lonrens Jansz. Coster, die
geen Haarlemmer de uitvinding van
de boekdrukkunst ontzegt, Keesje,
het diakenhuismannetje, Lodewïjk
Napoleon, Prins Mauri ts, Pieter
Langendijk en Frans Hals. E,»n en
thousiaste bewondering oogstten
verschillende praalwagens: de jonge
Mozart, spelende op ons wereldbe
roemde orgel, de dwaze tulpenhan
delaren in de narrenkap, de ver-
guldparty uit de Camera en de al
legorische uitbeelding van Haar
lem als bloemenstad. Het is moei
lijk te zeggen, wat ons het meeste
trof, de fijne kleeding, die het oog
bekoorde, de humor, die een dave
renden lach ontlokte of de rijke
blocmenschat, die natuurlijk bij
dit feest in deze stad niet ontbre
ken mocht.
Het 700-jarig verleden van Haar.
lem begon reeds te herleven in den
vroegen morgen van dien langver-
beiden Vrijdag, die tevens een vrije i
dag zou zijn. Eeuwen troffen elkan
der gelijktijdig op een plaats, waar
eens de grens van de stadsveste
lag. In de groote schoolgebouwen
aan de Raaks en de Zijlvest werd
de historisch-allegorische optocht,
die des middags Haarlemmers en
niet-Haarlemmers op de been zou
roepen, voorbereid.
Jacoba van Beieren (zonder
kannetje) was reeds aangekleeed
en zij klampte even de baker van
Hildebrand aan, overbrugde eeni
ge honderden jaren en begon met
haar een babbeltje over moderne
en hygiënische baby-verzorging.
Ergens anders liep de stcere Rip-
perda heel vriendschappelijk te
wandelen met een Dominicaner
monnik, terwijl de fameuze
schrijver Beets met een middel-
eeuwsche jonkvrouw flirtte.
Op het schoolplein dansten
eenige schildknechten en wapen
dragers een foxtrot op radio-
muziek en Mercurius, de god van
den handel, rookte een Belgisch
shagje, om den tjjd een weinig te
dooden.
Er waren verschillende deelne
mers, die hun ongeduld niet kon
den bedwingen. De patriarch van
Jeruzalem keek telkens op zijn hor
loge, of het oogenblik nog niet was
aangebroken, dat de stoet gefor
meerd zou worden. Een paladijn,
die het wachten eveneens moe was,
had een bezigheid gevonden en
probeerde een spiksplinternieuwe
motorfiets, die moederloos aan den
kant stond. Verderop vereeuwigde
een Camerafiguur de zoete en lief
tallige kinderen uit zijn groep met
een Leica-apparaat, De merkwaar
digste tegenstellingen ontmoette
men daar in 't wel zeer gevarieer
de bijna duizendkoppige gezelschap,
dat reeds uren voordat de optocht
begon, aanwezig was, om zich te
verkleeden in die kostbare tooneel-
costuums en om gekapt en gegri
meerd te worden.
De organisatoren en hun mede
werkers hadden hun handen vol
werk, maar zij vonden gelukkig
willig materiaal en bovendien was
reeds te voren veel geregeld, zoodat
den deelnemers dadelijk na aan
komst in de school een bepaald
lokaal gewezen werd, waar de klee
ding voor een ieder, genummerd en
wel, klaar lag. Een 15-tal kappers
en posticheurs waren van des mor
gens 9 uur af druk bezig de meis
jes en vrouwen, jongens en man
nen te schminken en hun een pruik
op het hoofd te zetten. Dit gebeurde
snel en vaardig, maar toch nam dit
werk geruimen tijd in beslag, want
er komt heel wat kijken, voordat
er een markante kop geteekend is!
Over het algemeen waren de rol
len echter goed verdeeld en de ver
schillende personen raak getypeerd.
Het frêle gezichtje van den 13-
jarigen Mozart en het als in steen
uitgehouwen gelaat van Lourens
Coster waren hiervan een voor
beeld.
Tegen één uur waren de
meeste personen in hun historisch
costuum gestoken. Voor de stoet
opgesteld zou worden, repeteerden
de kostelijk gekleede narren hun
fratsen en grimassen, waarmee zij
het vrouwelijk deel van het pu
bliek de stuipen dp het lijf zouden
jagen. De ridders uit het steekspel
zwoegden met moeite in hun zware
harnassen voort en wenschten het
oogenblik nabij, dat ze te paard
zouden zitten, want te yoet was het
niets gedaan
In de school, waar de vrouwe
lijke deelnemers gecostumeerd
werden, was het een leven van
belang. De dames raakten niet
uitgepraat over de elegante klee
ding van vroeger en zij bewon-
Met ingang van 18 Augustus zal
de gescheiden distributie van mar
garine en vet werden opgeheven en
zal een ben worden aangewezen
waarop naar keuze vet of marga
rine kan worden gekocht. Daar
naast zal de bon, waarop uitslui
tend boler verkrijgbaar is, gehand
haafd werden. Deze maatregel
heeft tot doel den consumenten
meer ruimte te verschaffen om in
de wisselende behoeften aan spijs-
vetten en margarine te voorzien.
Voor de periode van 18 t/m 31
Augustus zijn de volgende rant
soenen vastgesteld vcor kinderen
geboren in 1942 of later een bon
voor 250 gram boter en een bon
voor 125 gram margarine of 100
gram vetvcor personen geboren
in 1941 of vroeger een bon voor
125 gram boter en een bon voor
375 gram margarine of 300 gram
vet.
Naar het A. N. P. van bevoegde
zijde verneemt zal het huidige bo
terrantsoen. gedurende de winter
maanden, zoo mogelijk, gehand
haafd blijven. De kans bestaat ech
ter, dat minder boter, doch daar
entegen meer margarine zal worden
verstrekt. Men streeft er naar geen
verandering te brengen in het to.ale
vet-, boter- en margarinerantsoen.
Een en ander is evenwe'. geheel af
hankelijk van den invoer.
Bij de opruiming van een muni
tiedepót tusschen .Makassar en
Malino is een bom ontploft, waar
bij 30 personen, onder wie 3 mili
tairen, werden gedood en 27 ern
stig gewond.
Met ingang van 12 Augustus zal
de prijs voor consumptie-aardap
pelen 13 cent per K.G. bedragen.
derden elkaar naar hartelust. Zij
probeerden het hoofsche knikje
van de edelvrouwen na te doea
en den gracieuzen gang te imi-
teeren, die 't vrouwelijk geslacht
ongetwijfeld gehad moet hebben,
toen de lange en wijde rok hoogtij
vierden.
Teekenaars, die zich dit kansje
niet wilden laten ontgaan, waren
ook aanwezig. Zij maakten schet
sen aan de hand van de zeldzame
collectie costuums, welke daar voor
hun oogen getooverd werd en von
den dankbare modellen in de
éaarlemsche vrouwen en meisjes.
Om half twee ongeveer begon
men met het arrangeeren van den
stoet. En dit had heel wat voeten
in de aarde. Hoe kan het anders,
een optocht met zooveel honderden
deelnemers is niet in een minimum
van tijd opgesteld. Zeker niet, wan
neer er nog strubbelingen zijn met
paarden. Zoo wilde bijvoorbeeld een
schimmel, die samen met zijn zusje
twee jonkvrouwen ln een koets
mocht dragen, niet meer mee doen,
omdat het hem te lang duurde. HU
ging eerst op het lage hekje zitten,
dat het plantsoentje voor de H.B.S,
omboordt, en vleide zich vervol
gens neder. Met veel moeite heeft
men hem bewogen op te staan,
doch toen hij eenmaal stond, wei
gerde hij resoluut zich te laten in
spannen, dus moesten de dame3
met den beenenwagen gaan.