Prof. Lieftinck antwoordt
de Tweede Kamer
Tsjang Kai Tsjek treedt af
ENGELAND IN HET OOSTELIJK BEKKEN
DER MIDDELLANDSCHE ZEE
Monetaire en economische politiek
gericht op voorkomen van inflatie
De Zuiderzeewerken
MARINE-BEGROOTING GOEDGEKEURD
Wie neemt na de leiding van het
Chineesche Rijk in handen?
PHI LI PS
Minister voelt niets voor verplicht
huishoudelijk werk
Duister
spel
DE TIJD VAN KLOPPENDE HARTEN,
SUIKERGOED EN MARSEPEIN
GROOTE PARTIJ LEDER
ONTVREEMD
Katwijksche trawler op
pier geloopen
Spoorweg-coupé van
Compiègne verdwenen
Belangelooze Vreugde en poëtische traditie
VRIJDAG 29 NOVEMBER 1946
PAGINA 3
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Krijgt Alexandrië een opvolger?
ziehier? wAt sinös eeuwen
elk holUnöeR weet:
zonöeR hAARlemmeR olie
is 't huis niet compleet!
ZORG VOOR HAARLEMMER
OLIE IN UW MEDICIJNKASTJE
GELDSANEER1HG IN 1947
NIET TEN EINDE?
Proef met arbeiders uit
groote steden mislukt
Nieuwe commissaris
in Limburg
Directeur R.K. Begraafplaats
pleegde oplichting
Ook grafschennis?
TWEEDE KAMER
Marva blijft
Wie kan Tsjang Kai Sjek
opvolgen?
GELDIGHEIDSDUUR VAN
BRANDSTOFFENBONNEN
Ned. mijnwerkers in
Engeland
Nü weer
een echt
St. Nicolaas
geschenk
Alle opvarenden gered
STRIJD IN INDO-CHINA
OPNIEUW ONTBRAND
GEDWONGEN SAMENBRENGEN
GEEN GOEDE OPLOSSING
Ze kruipen tegen Uw beenen op,
(Wordt vervolgd)
Waarschijnlijk uitgebrand
na bombardement
Geen stilstaande auto's
bij Schiphol
Twee landwachters Ier
dood veroordeeld
Hoe moeizaam en traag de Engelsch-
Egyptische verstandhouding zich
ook ontwikkelt naar die van even.
waardigheid van twee zelfstandige pant
hers, vroeg of laat zal er toch een ver
drag tot stand komen dat in dien zin
de betrekkingen tusschen beide landen
regelt. Voorwaarde daartoe zijn dan o.a.
het heengaan van Briitsctve strijdkrach
ten uit de Nijüdelta, zoowel van het leger
als van de vloot, en verdediging van het
Suezkanaal door de Egyptenaren, inge
val van een oorlog. Nog voordat men
een verdrag heeft geteekend, blijkt
thans de Londensche admiraliteit de
zeer voorname haven Alexandrië te
hebben verlaten en haar mannen, sche
pen enz. in Malta te hebben gestation-
heerd.
Het bericht dat ons gisteren hiervan
°P de hoogte bracht, vermeldt niet, of
deze overgang definitief dan wel van
tijdelijk karakter is en laat ons dus in
het onzekere omtrent de bestemming
van Cyprus, dat zich den laatsten tijd
heeft kunnen verheugen in meer be
langstelling van de Britsche regeering
dan voorheen. Londen heeft 4 millioen
Pond beschikbaar gesteld voor den eco-
homischen vooruitgang van het eiland;
er worden maatregelen ter bestrijding
van malaria en soortgelijke ziekten
voorbereid; het onderwijs wordt uitdruk
kelijker op Engelsche leest geschoeid;
een volksvertegenwoordiging zal een
hieuwe grondwet opstellen; en tot gou
verneur is een Britsche oud-minister,
Lord Winster, benoemd, terwijl tot nu
slechts hoogere koloniale ambtenaren
dien post 'bezetten. Intusschen zijn arbei
ders bezig, de wegen te verbeteren en
bouwwerken op te richten waarvan men
den aard niet kent, omdat de militaire
autoriteiten iedereen den toegang ont
ogen.
Men heeft uit dit alles de conclusie
getrokken, dat Engeland strategische
voornemens met Cyprus heeft, en dat
deze voornemens een gevolg zijn van het
terugtrekken der troepen enz. uit Egyp
te. Het is ook zeker, dat de generale
staf inrichting van een basis aan de
Zuidkust van het eiland te Lamaca
heeft overwogen, niet alleen met heit
°°g op den toestand, na een verdrag met
Egypte, maar ook omdat zulke inrich
ting minder kostbaar en minder moei
lijk zou zijn dan herstel van Malta, dat
door de Duitscliers bijzonder zwaar is
gebombardeerd. Zoodat er, alles teza
men, wel reden is, te betwijfelen of het
verplaatsen van het steunpunt te
Alexandrië naar Malta blijvend is.
Nog een tweede haven werd genoemd
als mogelijke vervanger van Alexan
dre: het Palestijnsche Haïfa, dat aan
het einde van de olieleiding uit Irak ligt
en waar dientengevolge reeds uitge
breide haveninstallaties aanwezig zijn.
V «'plaatsing naar Malta zou betee-
kenen, dat het accent op de mili-
taire macht der Engelschen in de
ddeliandsche Zee voortaan in het
«ntrum van die wateren komt te lig-
»eh en dat men het Oostelijk bekken
ais
van den tweedien rang gaat be
schouwen. En dat lijkt nogal ongeloofe.
lijk als men den Britschen twijfel aan de
volwaardigheid der Egyptische defensie,
de roezemoezigheid van Palestina, de
moeilijke positie van de Dardanellen en
de steeds meer bedreigde oliebelangen in
het Midden Oosten in aanmerking
heemt.
De Engelsche politiek heeft voortdu
rend gestreefd «aar een militair over
wicht in het Midden Oosten en het
hit vanen van Egypte als basis is meer tot
Versterking dan tot verslapping van deze
Mitiek een reden. De hachelijke toe-
®tand in Macedonië toont wel duidelijk
öa't Engeland minder dan ooit het Oos-
telijfc bekken in den steek kan laten en
b'at Alexandrië, inplaats van als basis
^°nder meer opgegeven en met een veel
Westelijker gelegen basis vereenigd te
Worden, een opvolger behoeft.
Wij meenen dan ook, dat men dezen
hiaatregel der Admiraliteit slechts als
i®ts tijdelijks moet zien en kan ver-
Wachten dat er, indien de voorbereidin
gen voldoende gevorderd zijn, een nieuw
Britsch steunpunt in de Oostelijke wa.
Van oudsher Haarlemsch fabrikaat.
Alleen echt indien voorzien
van bovenstaand merk
Verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten in
flacons en capsules.
teren der Mi-ddellandsohe Zee in gebruik
zal worden genomen.
Waarom dan reeds nu Alexandrië ver
laten? Ongetwijfeld omdat men te Lon
den graag zijn goeden wil tegenover
Egypte te kennen geeft jen liever vrij
willig, met aanspraak op waardeering
en tegenprestatie, opgeeft wat anders
slechts afgedwongen zou lijken. Wel
licht ook, omdat men verwacht had, dat
het Engelsch-EgypUsche verdrag lang
zamerhand wel eens tot stand gekomen
zou zijn. Misschien tevens om den Egyp
tenaren goed onder het oog te brengen,
dat er van hen een groote bijdrage in
het toekomstige verdedigingsstelsel ver
wacht wordt.
"TT
Nadat minister Lieftinck als zijn mee
ning had verkondigd, dat zij die 's lands
uitgaven niet naar hun eigenlijke mérites,
aoch steeds naar hun monetaire conse
quenties willen beoordeelen op het ver
keerde pad zijn, en dat men dient te
volstaan met een algeheele monetaire en
economische politiek, die gericht is op
het voorkomen van inflatie, heeft hij de
financieele deskundigen van de verschil
lende fracties twee uur weten bezig te
hcuden met de beantwoording tot in alle
details van de hem bij de algemeene be
schouwingen over zijn begrooting gestel
de vragen.
Dat de minister niet van zins is zijn
vorderingen op den Nederlandschen belas
tingbetaler te laten schieten, werd den-
gene, die ongetwijfeld ten onrechte nog
eenige illusie mocht hebben gekoesterd op
dit punt, wel duidelijk gemaakt, toen de
bewindsman met nauw verholen tevreden
heid mededeelde, dat zijn ambtgenoot van
Oorlog hem alle medewerking heeft toe
gezegd bij het verleenen van vrijstellingen
uit den militairen dienst voor het hooger
belastingpersoneel. De minister klaagde
over te weinig personeel en deelde de be
zorgdheid van verschillende Kamerleden
over den achterstand bij den aanslag-
dienst. Men is thans ongeveer bij tot 1943
en zonder het stelsel van de zekerheids-
stellingen, dat zich thans uitstrekt over
de jaren van '41 tot '45, zcu er heelemaal
geen uitzicht zijn. Van de f.,1 milliard ze-
kerheidsstellingèn is thans plus minus 1,3
milliard ingevorderd, en zoo er al klachten
zijn over opzet en uitvoering van dit sys
teem, de minister vindt toch, dat de voor-
deelen daar zeker tegen opwegen. Deze
zijn naar zijn gevoelen, dat de Nederland-
sche burger straks niet overvallen wordt
met achterstallige belasting-aanslagen. De
minister is er maar bang voor, dat iemand
zich rijker zou wanen, dan hij in werke
lijkheid is. De behandeling van de bijzon
dere heffingen, waarbij hij in gevallen van
een moeilijke liquiditeit uitstel van be
taling en uiteindelijk voldoen uit saldi
van geblokkeerd geld toezegde, brengt den
heer Lieftinck op het thema van de geld-
saneering, waarvan hij vreest, dat zij in
1947 nog niet beëindigd zai kunnen wor
den.
Als de kwestie van den vrijen beurs
handel aan de orde komt, wordt de mi
nister achter zijn met papieren over
laden tafel nog voorzichtiger. Hij ver
schuilt zich achter het voorbeeld van
zijn Britschen collega en weet niet
nieer mee te deelen, dan dat de vrij
heid van de Beurs zal toenemen, naar
mate de geldsaneering op gang komt.
De deviezenomstandlgheden maken
den vrijen handel In Amerikaantjes
onmogelijk; wanneer hjj deze stukken
zou vrijgeven bestaat het groote ge
vaar, dat de koersen zouden stijgen
boven de New Yorksche pariteit, waar
door de stukken niet meer verkoop
baar zouden zijn. Zeer enphemistisch
erkende de heer Lieftinck, dat zijn
verhouding tot de beurs wel eens wat
te wenschen overliet, doch hij beriep
zich op „het algemeen belang". Men
kan natuurlijk, zoo gaf hij den heer
Teullngs toe, van visie op dit alge
meen belang verschillen.
De pers kreeg een steek boven water,
daar de minister het mislukken van zijn
obligatieleening in Amerika toeschrijft
aan de onwelwillende berichtgeving van
de Nederlandsche correspondenten aldaar.
De opheffing van het bankgeheim blijft
voorloopig gehandhaafd. Nadat deze nete
lige kwesties al was de Kamer den "be
windsman niet vijandig gezind waren
doorworsteld, kwam de regeling der oor
logsschade aan de orde, die gecritiseerd
was door den heer Teulings, o.a. in ver
band met de beruchte 18 instanties, die
een oorlogsslachtoffer moet afwerken om
financieel geholpen te worden.
Er zijn al heel wat van die instanties,
die op het punt van verdwijnen staan en
als de zaken nog wat traag verloopen,
dan bedenke men, dat het Commissariaat
voor Oorlogsschade tengevolge van aller
lei omstandigheden begon met een ach
terstand van 40.000 brieven. De heer IJs-
selmuiden had den minister verteld, dat
zijn bezoek aan de getroffen gebieden
zeer welkom was geweest en deze kon
niet anders doen, dan zich daardoor ge
vleid gevoelen, doch dat wil niet zeggen,
dat hij in dezen gelukkigen toestand nu
ook de schadevergoeding op basis van de
vervangingswaarde zonder meer accep
teert. Hij zoekt een tuaschenweg tusschen
dit standpunt en dat der vervanging van
de waarde op 9 Mei 1340 door renteloos
crediet, waarvan na 10 jaar het niet af
geloste'gedeelte zal worden kwijtgeschol
den.
Nadat de Kamer vernomen had, dat de
minister er niet over denkt behalve de
Ned. Bank ook particuliere banken te na-
tionaliseeren, de heer Hoogcarspel een sus
send antwoord had gekregen op zijn vra
gen over de Londensche aankoopen in het
buitenland en de heer De Wilde op de
zijne over het Beheersinstituut, ontspon
zich een discussietje over de loterijen, die
de P. v. d A. een onschuldig volksvermaak
noemde, dë communisten een'verwerpelijke
van de politiek afleidende instelling, de
St. Ger. pricipieel verkeerd en de minister
een noodzakelijk kwaad. Bij het naderen
van het mddernachtelijk uur wist ds. Zandt
het handje vol nog aanwezige Kamerleden
tenslotte te vergasten op een verhandeling
over het onrecht, sedert 1816 den Gerefor
meerderen in de Ned. Herv. Kerk aangedaan,
waarbij de toehoorders eens gezellig gingen,
zitten,' na afloop ijlings tot de minder ge
zellige realiteit van een avondvergadering
teruggeroepen door den voorzitter, die snol
de goedkeuring van de begrooting van het
Gemeentefonds en het staatsmuntbedrijf
er door haalde. Daar enkel kleine punten
nog zijn aangehouden is de begrooting van
Financiën zelf nog niet in haar geheel
goedgekeurd.
Uit de Memorie van Antwoord aan
de Tweede Kamer betreffende de be
grooting van het Zuiderzeefonds nlijkt,
dat in het afgeloopen jaar een proef
is genomen met arbeiders uit de groote
steden, die eenigszins in grondwerk ge
schoold waren. Mede daar een groot
gedeelte van de aangewezen arbeiders
nimmer op het werk is verschenen, was
deze proef geen succes. De mogelijk
heid om in den Noord-Oostpolder poli
tieke delinquenten te werk te stellen
wordt voornamelijk beheerscht door
twee factoren, n.l. de huisvesting en
de bewaking. Vanwege het departement
van Justitie wordt gestreefd naar een
spoedige oplossing van de diverse pro
blemen, welke de tewerkstelling van
politieke delinquenten nog in de» weg
staan.
In den loop van deze week is des
nachts uit het ledermagazijn van den
fabrikant A. Vos te Tilburg een hoe
veelheid van 1344 voet bovenleder ont
vreemd. De partij werd teruggevonden
in de woning van den lederwaren-fabri
kant W. L. te Tilburg en in beslag ge
nomen.
Tengevolge van de groote vluchtwelke
de smokkelhandel in vee naar België ge
nomen heeft, zijn door de regeering extra
strenge maatregelen getroffen. Controle op
het vervoer van vee aan den Moerdijk.
Bij K. B. van 28 November is aan
mr. dr. W. G. A. van Sonsbeeck, op zijn
verzoek, met ingang van 1 Januari 1947
op de meest eervolle wijze, ontslag ver
leend als commissaris der Koningin in
Limburg, met dankbetuiging voor de vele
en gewichtige diensten door hem aan den
lande bewezen.
Met ingang van 1 Januari 1947 is Ge
noemd tot commissaris der Koningin in
Limburg mr. dr. P. J. M. A. H. Houben
te 's-Gravenhage.
Voor de arrondissementsrechtbank te
's-Gravenhage is Donderdag de zaak be
handeld contra den heer A. J. P- S.
directeur van de stichting R. K- Be
graafplaats te 's-Gravenhage.
Aan verdachte was ten laste gelegd,
dat hij zich gelden, die in de kas van
de Stichting' aanwezig waren opzettelijk
wederrechtelijk had toegeëigend en wel
in 1944 een bedrag van f 23.562 en in
1945 een bedrag van f 27.273. Voorts dat
hij in de jaren 1941, 1942, 1943 en 1944
valsche handteekeningen. had gezet on
der kwitanties, waarvan betaling niet
was geschied, en dat hij op sommige
kwitanties het boekjaar vervalscht
zou hebben. Tenslotte vermeldt de ten
laste legging grafschennis, doordat ver
dachte z.g. tusschengraven tusschen be
staande graven had laten plaatsen, waar
door een aantal opstallen van graven
opgeschoven was. Verdachte gaf het ten
laste gelegde toe, behalve wat de graf
schennis betrof.
Het bleek, dat S. bestellingen had ge
daan te eigen bate en deze genoteerd
had ten laste van de Stichting. Een voor
beeld hiervan is de bestelling van een
antieke kast ter waarde van f 2700; op
verzoek van verdachte werd op de des
betreffende kwitantie vermeld „voor ge
leverde goederen."
Terzake van de ten laste gelegde graf
schennis betoogde verdachte, dat hij niet
op de hoogte was van het feit, dat de
verschuivingen van de grafsteenen over
zulk een afstand waren geschied, dat
deze niet meer de graven dekten, voor
welke zij bestemd waren. Verdachte zei
zelf geschrokken te zijn, toen hij van de
werkelijke grootte der opschuivingen
hoorde.
De officier van Justitie requireerde
één jaar en zes maanden met aftrek van
preventief.
De raadsman van verdachte wees erop,
dat al hetgeen zijn cliënt verduisterd
had, o m. effecten, nog volledig aanwezig
was. Spr. betwistte op juridische gron
den de grafschennis.
Uitspraak 11 Dec. a.s.
(Van onzen parlementairen redacteur)
De Marine-begrooting was Donderdag
middag in de Tweede Kamer heel snel
afgewerkt. Minister Schagen van Leeu
wen bracht lof aan de marine en de
koopvaardij. Tegen het denkbeeld van
fusie tusschen Marine en Oorlog tot een
Defensie-departement, verzette hij zich.
Aan den heer Tilanus deelde hij mede,
dat wij aan Japansche schepen niet zoo
veel hebben en dat ze wel duur komen.
Het departement doet moeite om eenige
eenvoudige Italiaansche schepen te be
machtigen. Evenals zijn ambtgenoot van
Oorlog over het V.H.K., dacht deze mi
nister over de Marva. Hij wil er geen
afstand van dpen.
De uitlatingen van vice-admiraal
Helf rich tegenover de pers. keurde hij
af. HU verzekerde, dat hij den admi
raal van zijn ontstemming heeft doen
blijken. Voorts heeft hij den officieren
verboden zich zonder zijn toestemming
te laten interviewen.
Over Den Helder, Vlissingen en Soe-
rabaja kon hij niet anders dan mede-
deelen, dat deze marine-bases in
meerdere of mindere mate beschadigd
of verwoest zijn. Dit maakt dislocatie
van het personeel noodig wat hinder
lijk is voor den dienst.
De kwestie van de film-vertooning,
waarover de heer Vorrink zich had boos
gemaakt, werd er niet duidelijker op. De
heer Vorrink had geciteerd uit ,,Het
Parool", doch dit had, en naar men
zeide niet al te precies, geciteerd uit
„De Kerkbode". De minister zal zich de
kranten laten voorleggen.
De beide Marine-begrootingen werden
zii.st. goedgekeurd. De communisten
wilden geacht worden te hebben tegen
gestemd.
Generalisimo Tsjang Kai Tsjek heeft
Donderdag de Chineesche Nationale Ver
gadering medegedeeld, dat hij zijn poli
tieke loopbaan als beëindigd beschouwt.
„Ik ben nu 60 jaar oud", verklaarde de
generaal, toen hij in de vergadering de
nieuwe ontwerp-grondwet indiende. „In
de afgeloopen 20 jaar, sinds den dood van
Soen Jat Sen, is de regeeringsverant-
woordelijkheid aan mij toevertrouwd ge
weest. Nu de Nationale Vergadering
haar overgenomen heeft, heb ik geen
politieke ambitie meer."
De generaal zeide tot de vergadering,
dat de nieuwe constitutie voorzag in een
regeering met een president aan het
hoofd, die een uitgebreide uitvoerende
macht zou bezitten.
Er bestaat aldus een gevaar voor al
leen-heerschappij, indien de president
niet mocht weten, hoe hij zijn macht
moet beperken.
Het Chineesche volk moet opgevoed
worden in de wetenschap van het regee-
ren, daar het totaal geen ervaring heeft
in zelfbestuur."
De toespraak van Tsjang Kai Tsjek.
welke 20 minuten duurde, was misschien
een van de gewichtigste, die hij in zijn
lange loopbaan gehouden heeft. Hij
werd herhaaldelijk onderbroken door ap
plaus en kon zijn ontroering moeilijk
bedwingen.
Door deze verklaring van Tsjang
Kai Tsjek komt de vraag naar voren,
wie den generalissimo zal opvolgen. De
Chineesche wetten bevatten de bepa
ling, dat Tsjang's bevoegdheden over
gaan op den leider der uitvoerende Yuan,
Het Centraal Distributiekantoor deelt
mede, dat de volgende brandstoffenbon-
nen van de ibrandstoffenkaart geldig
blijven tot en met den daarachter ver
melden datum: 62 BV (een eenheid) tot
en met 30 November 1946 63 BV (twee
eenheden) tot en met 31 December
1S46; 60 BV (drie eenheden) tot en met
31 Januari 1947 en 61 BV (drie eenhe
den! tot en met 28 Februari 1947.
Blrandsitoffenhandelaren kunnen die-
ze bonnen resp. tot en met 7 December
1946, 11 Januari 1947, 8 Februari en 8
Maart 1947 bij den plaatselijken distri-
butiedienst inleveren.
De periode-bonnen le t/m 9e periode
van de kaarten WA en WB 606 bleven
tot nader order geldig.
Vier Nederlandsche mijnwerkers en een
vertegenwoordiger van de Nederlandsche
Staatsmijnen zijn Donderdag in Londen
aangekomen. Zij hadden 500.000 tulpen
bollen bij zich., een gift van het Neder
landsche Centrale Bollencomité aan de
Britsche mijnwerkers, als blijk van erken
telijkheid voor hun verdiensten tijdens den
oorlog.
die ongeveer gelijk te stellen is met een
premier. Dit ambt wordt op het oogen-
blik bekleed door zijn zwager, Soeng. Er
zijn echter slechts weinigen in China,
die gelooven, dat Soeng inderdaad het
bestuur op zich zal nemen.
De algemeene opinie, dat een of an
dere soort „junta", onder leiding van
een generaal, de leiding der zaken in
China in handen zou nemen. Men noemt
als zoodanig generaal Tsjen Tsjeng, den
besluitvaardigen, voortvarenden en be
kwamen chef van den staf van het Chi
neesche leger. Deze is tien jaar jonger
dan Tsjang en werd meermalen de „dou
blure" van den generalissimo genoemd.
Tsjen heeft op het oogenblik in China
meer militaire macht dan wie ook met
uitzondering van "Tsjang en dit feit geeft
hem de beste kansen. Ook in andere
opzichten schijnt hij een passende „erf
genaam".
Wendt U tot een erTcend
„Philishave"handelaar I
Electrisch droogscheer-apparaat
KV. PHILIPS' VEBKOQP-MAAISCHAPPU V. NEDERLAND.
De Katwijksche stoomtrawler „Dirk
157" is Donderdagavond omstreeks half
zeven op de per b het dorpje Petten
geloopen. Op weg van Grimsby naar
IJmuiden was de trawler door een on
juiste aanwijzing van het kompas uit den
koers geraakt en gestrand. De toestand
was aanvankelijk critiek en de beman
ning zond noodsignalen uit. Het schip
lag in een zeer ongunstige positie en
maakte reeds water, zoodat men vreesde,
dat de motorreddingboot „Doms Rijkers",
die van Den Helder ter assistentie uit
gevaren was, veel moeilijkheden zou
Hebben den trawler te bereiken. De
„Dorus Rijkers'" behoefde echter niet in
actie te komen want alle 13 opvarenden
konden inmiddels spoedig, mede dank zij
het kalme weer, met behulp van het
wipper-toestel van de N.Z.H.R.M. van
het strand, van boord worden overge
haald.
Vandaag was men bezig- te trachten
den trawler vlot te sleepen.
Met het oog op de herleving van den
strijd in Indo-China overweegt Frankrijk
op het oogenblik het zenden van troe-
penversterkingen, teneinde de orde al
daar te herstellen. Sinds 25 November
zijn hevige gevechten tusschen Fransche
troepen en Indo-Chineesche nationalis
ten gaande in de belangrijke havenstad
Haiphong, terwijl te Langson sinds den
21sten wordt gevochten.
Zooals men weet, werd te Parijs op
14 September een voorloopige overeen
komst gesloten tusschen Frankrijk en
de Indo-Chineezen. Volgens deze over
eenkomst erkende Frankrijk de onaf
hankelijkheid binnen de Fransche Unie
van den Indo-Chineeschen staat. Thans
zijn nieuwe moeilijkheden gerezen ki
verband met de uitvoering van de
douane-overeenkomst.
Teneinde het bestaande tekort aan
huishoudelijke hulp te verminderen zijn
reeds verschillende maatregelen getrof
fen o.m. door het in leven roepen van
interne en externe cursussen tot hulp in
de huishouding, van welke de externe
echter niet voldoende deelneemsters
hebben kunnen verkrijgen, aldus minis
ter Drees in zijn Memorie van Antwoord
aan de Tweede Kamer over de begroo
ting van Sociale Zaken. Daarnaast zijn
cursussen voor en door gedetineerden
in de kampen georganiseerd. Tenslotte
worden de verschillende bestaande op
leidingen tot gezinsverzorgster zooveel
mogelijk gecoördineerd en van Rijks
wege gesubsidieerd.
In aanmerking ihoet worden genomen,
dat niet alleen te weinig huishoudelijke
hulp beschikbaar is, maar dat ook het
bedrijfsleven, mede in bedrijfstakken,
die voor de huishouding van groot be-
die sluipende, geniepige rheumatische
pijnen. Het zijn de onzuiverheden in het
bloed, die U belagen. Wapen U daartegen.
Volg de weldadige Kruschenkuur. Met
Kruschen Salts de heilzame Engelsche
samenstelling van de zes minerale zou
ten die Uw gestel noodig heeft. In dit
klimaat en in dit jaargetijde des te méér.
Verkrijgbaar bij alle apoth. en drogisten.
Fabr. Griffiths Hughes Ltd., Manchester
(Engeland). (Adv.)
Roman op een
Waddeneiland
22)
Hay voelde zich niet prettig. Zeker, hij
«ad er de politie bij moeten halen en
'ijkbaar was het ook wel heel erg
hoodig, dat er eens een helder licht op
het duister bedrijf van Uwe Tonner en
Barsten Tewes viel. Maar aan de nood-
^kelijkheid, het onderzoek ook tot Hel-
he s vader uit te strekken, had hij niet
8edaeht. Dat stemde hem nu onbehaag-
'Jk. Hjj zag Helke vóór zich, dat on
schuldige, lieve meisje, van wie hij zoo
veel hield. Hij dacht aan haar moeder,
die de laatste jaren zoo erg sukkelde met
haar gezondheid. En hij stelde zich voor,
V' "Ik onheil over die twee zou komen,
Wanneer Jan Paulsen de verdenking,
h!et Tonner en Tewes strandroof te be
drijven, niet ontzenuwen kon.
Toen schoot hem weer te binnen, wat
diesa Lührs hem verklapt had: Uwe
- onner en Helke Paulsen zouden zich
binnenkort verloven. Hij haalde diep
Hdem en een smartelijk gevoel trok door
jdin borst. Neen! schreeuwde het in zijn
hnnenste, neen, dat mag niet gebeuren,
hooitj
Harm Ehlers stond aan het strand,
toen de stoet met den doode op het
eiland aankwam. Hij had het in bed niet
uit kunnen houden, maar hiqr gewacht,
om zich nog op de een of andere ma
nier nuttig te kunnen maken.
Ze droegen Jens Rickmers naar de
kom en legden hem in een vervallen
schuur op het stroo.
„Ziezoo", zei de opperwachtmeester,
„nu gaat de zaak beginnen. Het lijk
blijft voorloopig in beslag genomen.
Ehlers, doe me een pleizier en haal al
de bewoners van het eiland hier, ik moet
ze allemaal in verhoor nemen. Naar den
ouden Rickmers zal ik zelf wel gaan."
Grothe en Kay Möller bleven bij den
doode. Zij gingen voor de schuur op een
boomstronk zitten. Het was intusschen
helder dag geworden. Als een gloeiende
vuurbal steeg in de verte, boven de kust
van het vasteland, de zon op.
„Ja", zei de wachtmeester slaperig, „er
gebeuren rare dingen in de wereld.
Weet je, wat ik denk? Die Jut woont
niet eens op Hallig Hohne."
„Best mogelijk. Als ten minste de
knecht van Tonner, Karsten Tewes, zich
niet achter dien naam verbergt," ant
woordde Kay.
„Kent u dien knaap van nabij?"
„Nee hij is pas een jaar op het
eiland. Kapitein Dohse vertelde me, dat
Uwe Tonner hem op 'n keer uit Husum
meegebracht had."
Een kwartier later kwamen de eerste
eilandbewoners naar de schuur. Het wa
ren Gesa en Hein Lührs. Huiverend be
zagen zij den doode.
„Tjonge", zei Hein, „dezen nacht is er
heel wat gebeurd. Je komt gewoon niet
meer tot rust. Kay, wat zeg jij van dien
armen Jens? Is 't niet verschrikkelijk?"
Kay knikte en keek langs Gesa heen.
„Hoe gaat 't met de schilderes?"
„O, die slaapt zich gezond. Blijkbaar
heeft het koude bad haar verder geen
kwaad gedaan. Zij is gehard."
Nu kwam Steffen Hinriksen met vrouw
en kinderen aanzetten. Harm Ehlers
scheen de heele familie zoo maar uit bed
gehaald te hebben. Ontzet hoorden zij,
wat er gebeurd was.
Spoedig verscheen ook vrouw Antje.
Zij bracht heete koffie mee in de ther-
mosflesch, die Kay onlangs bij Lührs
had gekocht, voor haar zoon en voor de
beambten, maar zij had niet den moed,
in de schuur te kijken.
Op haar volgden kapitein Dohse en
Alma Thiessen.
„Wel," vroeg hij, „hebben jullie hem?
Ik ben op de sofa gaan liggen, maar om
het half uur werd ik wakker. De drom
mel mag het tuig halen, dat een ouden
man van zijn slaap berooft!"
Zijn huishoudster, die met een stok
liep, leunde zwijgend tegen de schuur en
zag, de handen voor de borst in haar
wollen doek gewikkeld, strak en knorrig
voor zich uit.
Intusschen kwamen ook de ouders van
Harm Ehlers uit hun nabij gelegen huisje
langzaam aangewaggeld. Daarna volgden
de oude Jasper Kroeger met zijn kromme
beenen en de hooge jonge gestalte van
Helke Paulsen.
Kay zag hen bedrukt tegemoet. Zijn
oogen lichtten op, toen zij eindelijk Helke
weer zagen. Maar zijn gedachten bleven
somber en een sterke onrust greep hem
aan. Maar hij fceheerschte zich, want hij
bemerkte, dat zijn moeder en Gesa hem
verstolen bezagen.
„Goeden morgen," groetten Jasper
Kroeger en Helke Paulsen.
Kay had de vraag al op de lippen,
waarom zij alleen kwamen. Maar hij be
dacht, dat Jan Paulsen en zijn vrouw
nog wel zouden nakomen en dus zweeg
hij. Toen ontmoetten zijn oogen en die
van Helke elkaar. Hij lachte haar toe.
Maar Helke streek verlegen een losse lok
van haar voorhoofd, bleef heel ernstig
en wendde zich haastig tot Grothe:
„Wat is er toch gebeurd, wachtmees
ter? Waarom moeten wij hier komen en
nog wel zoo vroeg in den morgen?"
„Wacht maar eens af," antwoordde de
beambte vriendelijk. „Maar waar blijven
uw ouders?"
„Moeder moet ik excuseeren; zij voelt
zich niet goed. En vader is heelemaal
niet thuis; hij is sinds gistermiddag met
Uwe Tonner in Husum."
„Hè?" zei Grothe verrast. „Met Uwe
Tonner in Husum? Wat vertelt u me
nou
Helke verschrok en kreeg een kleur.
Haar oogen zwierven van den een naar
den ander, totdat zij op Kay Möller ge
vestigd bleven. Maar die staarde haar
aan, alsof hij wie weet waar met zijn ge
dachten was en hij klemde nerveus de
lippen opeen.
„Goeie hemel," stamelde Helke, die
opeens voelde, dat er iets bijzonders aan
de hand was, iets, dat haar dwong, op
haar hoede te zijn. „Wat is er gebeurd?
Wat is er met mijn vader?"
„Daar komt de opperwachtmeester
aan," zei Grothe, „die zal 't u direct wel
zeggen."
Schlemm bracht den vader en den
broer van Jens Rickmers mee. Hij wees
hun de schuur en liet hen daar met den
doode alleen. Toen ging hij naar de
eilandbewoners, die hem opgewonden
omringden. ^Zijn ze er nog niet alle
maal?" vroeg hij, terwijl hij kalm zijn
knevel opstreek.
Grothe fluisterde hem toe, dat Paulsen
en Uwe Tonner niet zouden komen.
„O nee? En de oude Tonner dan, met
zijn knecht en zijn huishoudster?"
lang zijn, een nijpend tekort heeft aau
vrouwelijke arbeidskrachten.
Voor een verplichting voor de meis
jes om één jaar in de huishouding
te werken, gevoelt de minister niet.
Hij betwijfelt, of een gedwongen
samenbrengen, juist in gezinnen, een
gelukkige oplossing zou zijn en heeft
bovendien groot bezwaar tegen het in
stellen van het ambtelijk apparaat en
het treffen van de controlemaatrege
len, die hiervoor noodig zouden zijn.
Hier en daar schijnt op het oogen
blik het verkrijgen van huishoudelijke
hulp weer iets gemakkelijker te worden
Het gebeurt soms, dat een leege goe
derenwagon op het een of andere zijspoor
uit het oog wordt verlaren, doch nooit
tevoren is de meest beroemde spoorweg
wagon ter wereld op een zoo onverklaar
bare wijze verdwenen. Twee dagen lang
hebben de Fransche ministers van Oorlog,
Vervoer en Openbare werken getracht, de
plaats te vinden, waar zich de wereldbe
roemde Fransche spoorwegcoupé bevindt,
waarin vertegenwoordigers van Kaiser
Wilhelm II in 1918 in Compiègne den wa
penstilstand met Frankrijk onderteekend
hebben.
De Franschen lieten na den eersten
wereldoorlog den wagon trotsch op de
zelfde plaats staan en brachten er een.
gedenkplaat op aan. In 1940 dwong Hit-
Ier de vertegenwoordigers van Frankrijk
den wapenstilstand met Duitschland te
teekenen in denzelfden wagon en op de
zelfde plaats.
Hitier liet den wagon naar Berlijn bren
gen en stelde dezen daar ten toon. met de
gedenkplaat. Twee dagen geleden vroeg
iemand aan de Franschen, waar de wagon
gebleven was.
Men ging speuren in de archieven, doch
er was geen enkele aanwijzing te vinden,
dat de wagon weer naar Frankrijk terug
gekomen was, of wat anders zijn lot ge
weest was.
Eindelijk kwam het commissariaat voor
het toerisme te hulp. Dit deelde mede,
dat de wagon in Berlijn door de Geallieer
den was gebombardeerd en vervolgens was
uitgebrand. Men bad slechts één ding
kunnen redden uit de ruïne en wel de ge
denkplaat, die naar Compiègne is terugge
bracht.
Herhaaldelijk komt het voor, dat auto
mobilisten, ondanks het uitdrukkelijk
stopverbod, op het viaduct bij het vlieg
veld Schiphol, in den rijksweg Amster
dam's-Gravenhage en op den Spaarn-
wouderweg langs Schiphol met hun wa
gens blijven staan. Naar van de zijde
der Rijkspolitie wordt medegedeeld, zal
overtreders van het stop ver bod, zonder
voorafgaande waarschuwing onmiddel
lijk een hooge boete worden opgelegd.
Op den Spaamwouderweg bestaat
slechts een reden om te stoppen wan
neer een vliegtuig gaat landen en daar
toe zeer laag vliegend den weg over
steekt. Dan is het toegestaan even te
stoppen tot het vliegtuig gepasseerd is,
maar direct daarna dient men zijn weg
weer te vervolgen.
Het Bijzonder Gerechtshof te Am
sterdam veroordeelde hedenmorgen
twee landwachters H. Lekkerkerker en
J. v. Bamevjeld, die actief aan den
strijd, op vaderlandschen bodem tegen
de geallieerden gevoerd, hebben deelge
nomen, tot de doodstraf.
De Hongaarsche regeering heeft een nota
gestuurd naar de ministers van Buitenland-
sche Zaken in New York, waarin geprotes
teerd wordt tegen de deportatie van de Hon
gaarsche minderheid uit Slovaklje.
t
T^\e tijd van de stoomboot uit
J Spanje, van de vol verwachting
kloppende harten, en van het
suikergoed en marsepein is er weer.
En de oom die nu al sinds ontelbare
jaren op 5 December voor zijn neef
jes en nichtjes voor Sinterklaas
speelt, haalt van den zolder zijn uit
rusting te voorschijn om te zien of er
hier en daar niet wat versteld of op
gedoft moet worden. Misschien dat
hij daarbij één oogenblik in zoete
overpeinzing terugdenkt aam den tijd,
dat hij zelf nog uit de handen van
den goeden en heiligen man zijn ge
schenken ontving.
De neefjes en nichtjes leven in
voortdurende hoogspanningzijn on
natuurlijk braaf of onnatuurlijk
stout, al naar gelang hun aard of
temperament dat meebrengt. Het
groote, allesbeheerschende probleem:
het bestaan of niet bestaan van
Sinterklaas wordt in de kinderwereld
druk besproken. Er zijn er, kinderen,
die met schei-overslaande stemmetjes
beweren dat hij niet bestaat: zoo'n
Sinterklaas kan immers niet overal
tegelijk zijn. Anderen wachten toch
nog liever even met hun definitief
oordeel; je kunt nooit weten. Er is
ook het jochie, dat een compromis
oplossing gevonden had en dat ons
met nadruk verzekerde, dat St. Ni
colaas niet, maar Zwarte Piet wél
bestond. Maar allemaal zijn ze als zij
voor den goeden Sint en zijn ijzig-
streng kijkenden knecht moeten ver
schijnen een tikje beverig. Jantje, die
zoo heel brutaal-weg verteld had, aan
ieder die het maar hooren wilde, dat
Sinterklaas 'n „ouwe taaie" was, kan
plotseling de woorden van het liedje
dat hij zal gaan zingen niet meer
vinden. Fransje, die ontdekt had dat
„Sinterklaas je vader was", staat
bleek en strak te staren naar den
grooten zak en de vervaarlijke
aard van Piet; en Koosje, de grootste
rebel van het huis, krijgt een brok in
zijn keel op het moment dat hij naar
Sint Nicolaas houdt spreekuur en infor.
meert hij dc kinderen naar het gedrag in
het afgeloopen jaar
de angstwekkend, rollende oogen van
den zwarten knecht kijkt.
Maar al dat leed is gauw vergeten
als er dan toch maar niemand in den
zak hoeft er. als er uit een andere
allerlei heerlijke dingen te voorschijn
komen: een treintje met roode en
groene wagentjes, een pop die bèeee
zegt als je hem voorover houdt; een
bromtol met alle kleuren van den re
genboog en met een geheimzinnig
ruischende muziek er binnen in; een
chocolade-manneke met twee rose
handen op zijn bollen buik; een leg-
puzzle; een koek en een suikeren hart
en wat al niet meer.
En de ouderen? Het is hun plezier
en hun vreugde: de blijdschap van
de kinderen. Maar toen Sinterklaas
voor hen ophield, te bestaan, bleef de
illusie. Zij nemen de taak van den
goeden Sint over en bedenken voor el
kaar een prettige verrassing, met een
klein tikje minzame plagerij opge
diend.
Ja, Sinterklaas is een goed en nobel
feest. Een feest van belangelooze
vreugde en poëtische traditie.
Sinterklaas goed heilig man
Trek maar weer je bests tabberd an!