Prof. Lieftinck antwoordt de Tweede Kamer Tsjang Kai Tsjek treedt af ENGELAND IN HET OOSTELIJK BEKKEN DER MIDDELLANDSCHE ZEE Monetaire en economische politiek gericht op voorkomen van inflatie De Zuiderzeewerken MARINE-BEGROOTING GOEDGEKEURD Wie neemt na de leiding van het Chineesche Rijk in handen? PHI LI PS Minister voelt niets voor verplicht huishoudelijk werk Duister spel DE TIJD VAN KLOPPENDE HARTEN, SUIKERGOED EN MARSEPEIN GROOTE PARTIJ LEDER ONTVREEMD Katwijksche trawler op pier geloopen Spoorweg-coupé van Compiègne verdwenen Belangelooze Vreugde en poëtische traditie VRIJDAG 29 NOVEMBER 1946 PAGINA 3 BUITENLANDSCH OVERZICHT Krijgt Alexandrië een opvolger? ziehier? wAt sinös eeuwen elk holUnöeR weet: zonöeR hAARlemmeR olie is 't huis niet compleet! ZORG VOOR HAARLEMMER OLIE IN UW MEDICIJNKASTJE GELDSANEER1HG IN 1947 NIET TEN EINDE? Proef met arbeiders uit groote steden mislukt Nieuwe commissaris in Limburg Directeur R.K. Begraafplaats pleegde oplichting Ook grafschennis? TWEEDE KAMER Marva blijft Wie kan Tsjang Kai Sjek opvolgen? GELDIGHEIDSDUUR VAN BRANDSTOFFENBONNEN Ned. mijnwerkers in Engeland Nü weer een echt St. Nicolaas geschenk Alle opvarenden gered STRIJD IN INDO-CHINA OPNIEUW ONTBRAND GEDWONGEN SAMENBRENGEN GEEN GOEDE OPLOSSING Ze kruipen tegen Uw beenen op, (Wordt vervolgd) Waarschijnlijk uitgebrand na bombardement Geen stilstaande auto's bij Schiphol Twee landwachters Ier dood veroordeeld Hoe moeizaam en traag de Engelsch- Egyptische verstandhouding zich ook ontwikkelt naar die van even. waardigheid van twee zelfstandige pant hers, vroeg of laat zal er toch een ver drag tot stand komen dat in dien zin de betrekkingen tusschen beide landen regelt. Voorwaarde daartoe zijn dan o.a. het heengaan van Briitsctve strijdkrach ten uit de Nijüdelta, zoowel van het leger als van de vloot, en verdediging van het Suezkanaal door de Egyptenaren, inge val van een oorlog. Nog voordat men een verdrag heeft geteekend, blijkt thans de Londensche admiraliteit de zeer voorname haven Alexandrië te hebben verlaten en haar mannen, sche pen enz. in Malta te hebben gestation- heerd. Het bericht dat ons gisteren hiervan °P de hoogte bracht, vermeldt niet, of deze overgang definitief dan wel van tijdelijk karakter is en laat ons dus in het onzekere omtrent de bestemming van Cyprus, dat zich den laatsten tijd heeft kunnen verheugen in meer be langstelling van de Britsche regeering dan voorheen. Londen heeft 4 millioen Pond beschikbaar gesteld voor den eco- homischen vooruitgang van het eiland; er worden maatregelen ter bestrijding van malaria en soortgelijke ziekten voorbereid; het onderwijs wordt uitdruk kelijker op Engelsche leest geschoeid; een volksvertegenwoordiging zal een hieuwe grondwet opstellen; en tot gou verneur is een Britsche oud-minister, Lord Winster, benoemd, terwijl tot nu slechts hoogere koloniale ambtenaren dien post 'bezetten. Intusschen zijn arbei ders bezig, de wegen te verbeteren en bouwwerken op te richten waarvan men den aard niet kent, omdat de militaire autoriteiten iedereen den toegang ont ogen. Men heeft uit dit alles de conclusie getrokken, dat Engeland strategische voornemens met Cyprus heeft, en dat deze voornemens een gevolg zijn van het terugtrekken der troepen enz. uit Egyp te. Het is ook zeker, dat de generale staf inrichting van een basis aan de Zuidkust van het eiland te Lamaca heeft overwogen, niet alleen met heit °°g op den toestand, na een verdrag met Egypte, maar ook omdat zulke inrich ting minder kostbaar en minder moei lijk zou zijn dan herstel van Malta, dat door de Duitscliers bijzonder zwaar is gebombardeerd. Zoodat er, alles teza men, wel reden is, te betwijfelen of het verplaatsen van het steunpunt te Alexandrië naar Malta blijvend is. Nog een tweede haven werd genoemd als mogelijke vervanger van Alexan dre: het Palestijnsche Haïfa, dat aan het einde van de olieleiding uit Irak ligt en waar dientengevolge reeds uitge breide haveninstallaties aanwezig zijn. V «'plaatsing naar Malta zou betee- kenen, dat het accent op de mili- taire macht der Engelschen in de ddeliandsche Zee voortaan in het «ntrum van die wateren komt te lig- »eh en dat men het Oostelijk bekken ais van den tweedien rang gaat be schouwen. En dat lijkt nogal ongeloofe. lijk als men den Britschen twijfel aan de volwaardigheid der Egyptische defensie, de roezemoezigheid van Palestina, de moeilijke positie van de Dardanellen en de steeds meer bedreigde oliebelangen in het Midden Oosten in aanmerking heemt. De Engelsche politiek heeft voortdu rend gestreefd «aar een militair over wicht in het Midden Oosten en het hit vanen van Egypte als basis is meer tot Versterking dan tot verslapping van deze Mitiek een reden. De hachelijke toe- ®tand in Macedonië toont wel duidelijk öa't Engeland minder dan ooit het Oos- telijfc bekken in den steek kan laten en b'at Alexandrië, inplaats van als basis ^°nder meer opgegeven en met een veel Westelijker gelegen basis vereenigd te Worden, een opvolger behoeft. Wij meenen dan ook, dat men dezen hiaatregel der Admiraliteit slechts als i®ts tijdelijks moet zien en kan ver- Wachten dat er, indien de voorbereidin gen voldoende gevorderd zijn, een nieuw Britsch steunpunt in de Oostelijke wa. Van oudsher Haarlemsch fabrikaat. Alleen echt indien voorzien van bovenstaand merk Verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten in flacons en capsules. teren der Mi-ddellandsohe Zee in gebruik zal worden genomen. Waarom dan reeds nu Alexandrië ver laten? Ongetwijfeld omdat men te Lon den graag zijn goeden wil tegenover Egypte te kennen geeft jen liever vrij willig, met aanspraak op waardeering en tegenprestatie, opgeeft wat anders slechts afgedwongen zou lijken. Wel licht ook, omdat men verwacht had, dat het Engelsch-EgypUsche verdrag lang zamerhand wel eens tot stand gekomen zou zijn. Misschien tevens om den Egyp tenaren goed onder het oog te brengen, dat er van hen een groote bijdrage in het toekomstige verdedigingsstelsel ver wacht wordt. "TT Nadat minister Lieftinck als zijn mee ning had verkondigd, dat zij die 's lands uitgaven niet naar hun eigenlijke mérites, aoch steeds naar hun monetaire conse quenties willen beoordeelen op het ver keerde pad zijn, en dat men dient te volstaan met een algeheele monetaire en economische politiek, die gericht is op het voorkomen van inflatie, heeft hij de financieele deskundigen van de verschil lende fracties twee uur weten bezig te hcuden met de beantwoording tot in alle details van de hem bij de algemeene be schouwingen over zijn begrooting gestel de vragen. Dat de minister niet van zins is zijn vorderingen op den Nederlandschen belas tingbetaler te laten schieten, werd den- gene, die ongetwijfeld ten onrechte nog eenige illusie mocht hebben gekoesterd op dit punt, wel duidelijk gemaakt, toen de bewindsman met nauw verholen tevreden heid mededeelde, dat zijn ambtgenoot van Oorlog hem alle medewerking heeft toe gezegd bij het verleenen van vrijstellingen uit den militairen dienst voor het hooger belastingpersoneel. De minister klaagde over te weinig personeel en deelde de be zorgdheid van verschillende Kamerleden over den achterstand bij den aanslag- dienst. Men is thans ongeveer bij tot 1943 en zonder het stelsel van de zekerheids- stellingen, dat zich thans uitstrekt over de jaren van '41 tot '45, zcu er heelemaal geen uitzicht zijn. Van de f.,1 milliard ze- kerheidsstellingèn is thans plus minus 1,3 milliard ingevorderd, en zoo er al klachten zijn over opzet en uitvoering van dit sys teem, de minister vindt toch, dat de voor- deelen daar zeker tegen opwegen. Deze zijn naar zijn gevoelen, dat de Nederland- sche burger straks niet overvallen wordt met achterstallige belasting-aanslagen. De minister is er maar bang voor, dat iemand zich rijker zou wanen, dan hij in werke lijkheid is. De behandeling van de bijzon dere heffingen, waarbij hij in gevallen van een moeilijke liquiditeit uitstel van be taling en uiteindelijk voldoen uit saldi van geblokkeerd geld toezegde, brengt den heer Lieftinck op het thema van de geld- saneering, waarvan hij vreest, dat zij in 1947 nog niet beëindigd zai kunnen wor den. Als de kwestie van den vrijen beurs handel aan de orde komt, wordt de mi nister achter zijn met papieren over laden tafel nog voorzichtiger. Hij ver schuilt zich achter het voorbeeld van zijn Britschen collega en weet niet nieer mee te deelen, dan dat de vrij heid van de Beurs zal toenemen, naar mate de geldsaneering op gang komt. De deviezenomstandlgheden maken den vrijen handel In Amerikaantjes onmogelijk; wanneer hjj deze stukken zou vrijgeven bestaat het groote ge vaar, dat de koersen zouden stijgen boven de New Yorksche pariteit, waar door de stukken niet meer verkoop baar zouden zijn. Zeer enphemistisch erkende de heer Lieftinck, dat zijn verhouding tot de beurs wel eens wat te wenschen overliet, doch hij beriep zich op „het algemeen belang". Men kan natuurlijk, zoo gaf hij den heer Teullngs toe, van visie op dit alge meen belang verschillen. De pers kreeg een steek boven water, daar de minister het mislukken van zijn obligatieleening in Amerika toeschrijft aan de onwelwillende berichtgeving van de Nederlandsche correspondenten aldaar. De opheffing van het bankgeheim blijft voorloopig gehandhaafd. Nadat deze nete lige kwesties al was de Kamer den "be windsman niet vijandig gezind waren doorworsteld, kwam de regeling der oor logsschade aan de orde, die gecritiseerd was door den heer Teulings, o.a. in ver band met de beruchte 18 instanties, die een oorlogsslachtoffer moet afwerken om financieel geholpen te worden. Er zijn al heel wat van die instanties, die op het punt van verdwijnen staan en als de zaken nog wat traag verloopen, dan bedenke men, dat het Commissariaat voor Oorlogsschade tengevolge van aller lei omstandigheden begon met een ach terstand van 40.000 brieven. De heer IJs- selmuiden had den minister verteld, dat zijn bezoek aan de getroffen gebieden zeer welkom was geweest en deze kon niet anders doen, dan zich daardoor ge vleid gevoelen, doch dat wil niet zeggen, dat hij in dezen gelukkigen toestand nu ook de schadevergoeding op basis van de vervangingswaarde zonder meer accep teert. Hij zoekt een tuaschenweg tusschen dit standpunt en dat der vervanging van de waarde op 9 Mei 1340 door renteloos crediet, waarvan na 10 jaar het niet af geloste'gedeelte zal worden kwijtgeschol den. Nadat de Kamer vernomen had, dat de minister er niet over denkt behalve de Ned. Bank ook particuliere banken te na- tionaliseeren, de heer Hoogcarspel een sus send antwoord had gekregen op zijn vra gen over de Londensche aankoopen in het buitenland en de heer De Wilde op de zijne over het Beheersinstituut, ontspon zich een discussietje over de loterijen, die de P. v. d A. een onschuldig volksvermaak noemde, dë communisten een'verwerpelijke van de politiek afleidende instelling, de St. Ger. pricipieel verkeerd en de minister een noodzakelijk kwaad. Bij het naderen van het mddernachtelijk uur wist ds. Zandt het handje vol nog aanwezige Kamerleden tenslotte te vergasten op een verhandeling over het onrecht, sedert 1816 den Gerefor meerderen in de Ned. Herv. Kerk aangedaan, waarbij de toehoorders eens gezellig gingen, zitten,' na afloop ijlings tot de minder ge zellige realiteit van een avondvergadering teruggeroepen door den voorzitter, die snol de goedkeuring van de begrooting van het Gemeentefonds en het staatsmuntbedrijf er door haalde. Daar enkel kleine punten nog zijn aangehouden is de begrooting van Financiën zelf nog niet in haar geheel goedgekeurd. Uit de Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer betreffende de be grooting van het Zuiderzeefonds nlijkt, dat in het afgeloopen jaar een proef is genomen met arbeiders uit de groote steden, die eenigszins in grondwerk ge schoold waren. Mede daar een groot gedeelte van de aangewezen arbeiders nimmer op het werk is verschenen, was deze proef geen succes. De mogelijk heid om in den Noord-Oostpolder poli tieke delinquenten te werk te stellen wordt voornamelijk beheerscht door twee factoren, n.l. de huisvesting en de bewaking. Vanwege het departement van Justitie wordt gestreefd naar een spoedige oplossing van de diverse pro blemen, welke de tewerkstelling van politieke delinquenten nog in de» weg staan. In den loop van deze week is des nachts uit het ledermagazijn van den fabrikant A. Vos te Tilburg een hoe veelheid van 1344 voet bovenleder ont vreemd. De partij werd teruggevonden in de woning van den lederwaren-fabri kant W. L. te Tilburg en in beslag ge nomen. Tengevolge van de groote vluchtwelke de smokkelhandel in vee naar België ge nomen heeft, zijn door de regeering extra strenge maatregelen getroffen. Controle op het vervoer van vee aan den Moerdijk. Bij K. B. van 28 November is aan mr. dr. W. G. A. van Sonsbeeck, op zijn verzoek, met ingang van 1 Januari 1947 op de meest eervolle wijze, ontslag ver leend als commissaris der Koningin in Limburg, met dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten door hem aan den lande bewezen. Met ingang van 1 Januari 1947 is Ge noemd tot commissaris der Koningin in Limburg mr. dr. P. J. M. A. H. Houben te 's-Gravenhage. Voor de arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage is Donderdag de zaak be handeld contra den heer A. J. P- S. directeur van de stichting R. K- Be graafplaats te 's-Gravenhage. Aan verdachte was ten laste gelegd, dat hij zich gelden, die in de kas van de Stichting' aanwezig waren opzettelijk wederrechtelijk had toegeëigend en wel in 1944 een bedrag van f 23.562 en in 1945 een bedrag van f 27.273. Voorts dat hij in de jaren 1941, 1942, 1943 en 1944 valsche handteekeningen. had gezet on der kwitanties, waarvan betaling niet was geschied, en dat hij op sommige kwitanties het boekjaar vervalscht zou hebben. Tenslotte vermeldt de ten laste legging grafschennis, doordat ver dachte z.g. tusschengraven tusschen be staande graven had laten plaatsen, waar door een aantal opstallen van graven opgeschoven was. Verdachte gaf het ten laste gelegde toe, behalve wat de graf schennis betrof. Het bleek, dat S. bestellingen had ge daan te eigen bate en deze genoteerd had ten laste van de Stichting. Een voor beeld hiervan is de bestelling van een antieke kast ter waarde van f 2700; op verzoek van verdachte werd op de des betreffende kwitantie vermeld „voor ge leverde goederen." Terzake van de ten laste gelegde graf schennis betoogde verdachte, dat hij niet op de hoogte was van het feit, dat de verschuivingen van de grafsteenen over zulk een afstand waren geschied, dat deze niet meer de graven dekten, voor welke zij bestemd waren. Verdachte zei zelf geschrokken te zijn, toen hij van de werkelijke grootte der opschuivingen hoorde. De officier van Justitie requireerde één jaar en zes maanden met aftrek van preventief. De raadsman van verdachte wees erop, dat al hetgeen zijn cliënt verduisterd had, o m. effecten, nog volledig aanwezig was. Spr. betwistte op juridische gron den de grafschennis. Uitspraak 11 Dec. a.s. (Van onzen parlementairen redacteur) De Marine-begrooting was Donderdag middag in de Tweede Kamer heel snel afgewerkt. Minister Schagen van Leeu wen bracht lof aan de marine en de koopvaardij. Tegen het denkbeeld van fusie tusschen Marine en Oorlog tot een Defensie-departement, verzette hij zich. Aan den heer Tilanus deelde hij mede, dat wij aan Japansche schepen niet zoo veel hebben en dat ze wel duur komen. Het departement doet moeite om eenige eenvoudige Italiaansche schepen te be machtigen. Evenals zijn ambtgenoot van Oorlog over het V.H.K., dacht deze mi nister over de Marva. Hij wil er geen afstand van dpen. De uitlatingen van vice-admiraal Helf rich tegenover de pers. keurde hij af. HU verzekerde, dat hij den admi raal van zijn ontstemming heeft doen blijken. Voorts heeft hij den officieren verboden zich zonder zijn toestemming te laten interviewen. Over Den Helder, Vlissingen en Soe- rabaja kon hij niet anders dan mede- deelen, dat deze marine-bases in meerdere of mindere mate beschadigd of verwoest zijn. Dit maakt dislocatie van het personeel noodig wat hinder lijk is voor den dienst. De kwestie van de film-vertooning, waarover de heer Vorrink zich had boos gemaakt, werd er niet duidelijker op. De heer Vorrink had geciteerd uit ,,Het Parool", doch dit had, en naar men zeide niet al te precies, geciteerd uit „De Kerkbode". De minister zal zich de kranten laten voorleggen. De beide Marine-begrootingen werden zii.st. goedgekeurd. De communisten wilden geacht worden te hebben tegen gestemd. Generalisimo Tsjang Kai Tsjek heeft Donderdag de Chineesche Nationale Ver gadering medegedeeld, dat hij zijn poli tieke loopbaan als beëindigd beschouwt. „Ik ben nu 60 jaar oud", verklaarde de generaal, toen hij in de vergadering de nieuwe ontwerp-grondwet indiende. „In de afgeloopen 20 jaar, sinds den dood van Soen Jat Sen, is de regeeringsverant- woordelijkheid aan mij toevertrouwd ge weest. Nu de Nationale Vergadering haar overgenomen heeft, heb ik geen politieke ambitie meer." De generaal zeide tot de vergadering, dat de nieuwe constitutie voorzag in een regeering met een president aan het hoofd, die een uitgebreide uitvoerende macht zou bezitten. Er bestaat aldus een gevaar voor al leen-heerschappij, indien de president niet mocht weten, hoe hij zijn macht moet beperken. Het Chineesche volk moet opgevoed worden in de wetenschap van het regee- ren, daar het totaal geen ervaring heeft in zelfbestuur." De toespraak van Tsjang Kai Tsjek. welke 20 minuten duurde, was misschien een van de gewichtigste, die hij in zijn lange loopbaan gehouden heeft. Hij werd herhaaldelijk onderbroken door ap plaus en kon zijn ontroering moeilijk bedwingen. Door deze verklaring van Tsjang Kai Tsjek komt de vraag naar voren, wie den generalissimo zal opvolgen. De Chineesche wetten bevatten de bepa ling, dat Tsjang's bevoegdheden over gaan op den leider der uitvoerende Yuan, Het Centraal Distributiekantoor deelt mede, dat de volgende brandstoffenbon- nen van de ibrandstoffenkaart geldig blijven tot en met den daarachter ver melden datum: 62 BV (een eenheid) tot en met 30 November 1946 63 BV (twee eenheden) tot en met 31 December 1S46; 60 BV (drie eenheden) tot en met 31 Januari 1947 en 61 BV (drie eenhe den! tot en met 28 Februari 1947. Blrandsitoffenhandelaren kunnen die- ze bonnen resp. tot en met 7 December 1946, 11 Januari 1947, 8 Februari en 8 Maart 1947 bij den plaatselijken distri- butiedienst inleveren. De periode-bonnen le t/m 9e periode van de kaarten WA en WB 606 bleven tot nader order geldig. Vier Nederlandsche mijnwerkers en een vertegenwoordiger van de Nederlandsche Staatsmijnen zijn Donderdag in Londen aangekomen. Zij hadden 500.000 tulpen bollen bij zich., een gift van het Neder landsche Centrale Bollencomité aan de Britsche mijnwerkers, als blijk van erken telijkheid voor hun verdiensten tijdens den oorlog. die ongeveer gelijk te stellen is met een premier. Dit ambt wordt op het oogen- blik bekleed door zijn zwager, Soeng. Er zijn echter slechts weinigen in China, die gelooven, dat Soeng inderdaad het bestuur op zich zal nemen. De algemeene opinie, dat een of an dere soort „junta", onder leiding van een generaal, de leiding der zaken in China in handen zou nemen. Men noemt als zoodanig generaal Tsjen Tsjeng, den besluitvaardigen, voortvarenden en be kwamen chef van den staf van het Chi neesche leger. Deze is tien jaar jonger dan Tsjang en werd meermalen de „dou blure" van den generalissimo genoemd. Tsjen heeft op het oogenblik in China meer militaire macht dan wie ook met uitzondering van "Tsjang en dit feit geeft hem de beste kansen. Ook in andere opzichten schijnt hij een passende „erf genaam". Wendt U tot een erTcend „Philishave"handelaar I Electrisch droogscheer-apparaat KV. PHILIPS' VEBKOQP-MAAISCHAPPU V. NEDERLAND. De Katwijksche stoomtrawler „Dirk 157" is Donderdagavond omstreeks half zeven op de per b het dorpje Petten geloopen. Op weg van Grimsby naar IJmuiden was de trawler door een on juiste aanwijzing van het kompas uit den koers geraakt en gestrand. De toestand was aanvankelijk critiek en de beman ning zond noodsignalen uit. Het schip lag in een zeer ongunstige positie en maakte reeds water, zoodat men vreesde, dat de motorreddingboot „Doms Rijkers", die van Den Helder ter assistentie uit gevaren was, veel moeilijkheden zou Hebben den trawler te bereiken. De „Dorus Rijkers'" behoefde echter niet in actie te komen want alle 13 opvarenden konden inmiddels spoedig, mede dank zij het kalme weer, met behulp van het wipper-toestel van de N.Z.H.R.M. van het strand, van boord worden overge haald. Vandaag was men bezig- te trachten den trawler vlot te sleepen. Met het oog op de herleving van den strijd in Indo-China overweegt Frankrijk op het oogenblik het zenden van troe- penversterkingen, teneinde de orde al daar te herstellen. Sinds 25 November zijn hevige gevechten tusschen Fransche troepen en Indo-Chineesche nationalis ten gaande in de belangrijke havenstad Haiphong, terwijl te Langson sinds den 21sten wordt gevochten. Zooals men weet, werd te Parijs op 14 September een voorloopige overeen komst gesloten tusschen Frankrijk en de Indo-Chineezen. Volgens deze over eenkomst erkende Frankrijk de onaf hankelijkheid binnen de Fransche Unie van den Indo-Chineeschen staat. Thans zijn nieuwe moeilijkheden gerezen ki verband met de uitvoering van de douane-overeenkomst. Teneinde het bestaande tekort aan huishoudelijke hulp te verminderen zijn reeds verschillende maatregelen getrof fen o.m. door het in leven roepen van interne en externe cursussen tot hulp in de huishouding, van welke de externe echter niet voldoende deelneemsters hebben kunnen verkrijgen, aldus minis ter Drees in zijn Memorie van Antwoord aan de Tweede Kamer over de begroo ting van Sociale Zaken. Daarnaast zijn cursussen voor en door gedetineerden in de kampen georganiseerd. Tenslotte worden de verschillende bestaande op leidingen tot gezinsverzorgster zooveel mogelijk gecoördineerd en van Rijks wege gesubsidieerd. In aanmerking ihoet worden genomen, dat niet alleen te weinig huishoudelijke hulp beschikbaar is, maar dat ook het bedrijfsleven, mede in bedrijfstakken, die voor de huishouding van groot be- die sluipende, geniepige rheumatische pijnen. Het zijn de onzuiverheden in het bloed, die U belagen. Wapen U daartegen. Volg de weldadige Kruschenkuur. Met Kruschen Salts de heilzame Engelsche samenstelling van de zes minerale zou ten die Uw gestel noodig heeft. In dit klimaat en in dit jaargetijde des te méér. Verkrijgbaar bij alle apoth. en drogisten. Fabr. Griffiths Hughes Ltd., Manchester (Engeland). (Adv.) Roman op een Waddeneiland 22) Hay voelde zich niet prettig. Zeker, hij «ad er de politie bij moeten halen en 'ijkbaar was het ook wel heel erg hoodig, dat er eens een helder licht op het duister bedrijf van Uwe Tonner en Barsten Tewes viel. Maar aan de nood- ^kelijkheid, het onderzoek ook tot Hel- he s vader uit te strekken, had hij niet 8edaeht. Dat stemde hem nu onbehaag- 'Jk. Hjj zag Helke vóór zich, dat on schuldige, lieve meisje, van wie hij zoo veel hield. Hij dacht aan haar moeder, die de laatste jaren zoo erg sukkelde met haar gezondheid. En hij stelde zich voor, V' "Ik onheil over die twee zou komen, Wanneer Jan Paulsen de verdenking, h!et Tonner en Tewes strandroof te be drijven, niet ontzenuwen kon. Toen schoot hem weer te binnen, wat diesa Lührs hem verklapt had: Uwe - onner en Helke Paulsen zouden zich binnenkort verloven. Hij haalde diep Hdem en een smartelijk gevoel trok door jdin borst. Neen! schreeuwde het in zijn hnnenste, neen, dat mag niet gebeuren, hooitj Harm Ehlers stond aan het strand, toen de stoet met den doode op het eiland aankwam. Hij had het in bed niet uit kunnen houden, maar hiqr gewacht, om zich nog op de een of andere ma nier nuttig te kunnen maken. Ze droegen Jens Rickmers naar de kom en legden hem in een vervallen schuur op het stroo. „Ziezoo", zei de opperwachtmeester, „nu gaat de zaak beginnen. Het lijk blijft voorloopig in beslag genomen. Ehlers, doe me een pleizier en haal al de bewoners van het eiland hier, ik moet ze allemaal in verhoor nemen. Naar den ouden Rickmers zal ik zelf wel gaan." Grothe en Kay Möller bleven bij den doode. Zij gingen voor de schuur op een boomstronk zitten. Het was intusschen helder dag geworden. Als een gloeiende vuurbal steeg in de verte, boven de kust van het vasteland, de zon op. „Ja", zei de wachtmeester slaperig, „er gebeuren rare dingen in de wereld. Weet je, wat ik denk? Die Jut woont niet eens op Hallig Hohne." „Best mogelijk. Als ten minste de knecht van Tonner, Karsten Tewes, zich niet achter dien naam verbergt," ant woordde Kay. „Kent u dien knaap van nabij?" „Nee hij is pas een jaar op het eiland. Kapitein Dohse vertelde me, dat Uwe Tonner hem op 'n keer uit Husum meegebracht had." Een kwartier later kwamen de eerste eilandbewoners naar de schuur. Het wa ren Gesa en Hein Lührs. Huiverend be zagen zij den doode. „Tjonge", zei Hein, „dezen nacht is er heel wat gebeurd. Je komt gewoon niet meer tot rust. Kay, wat zeg jij van dien armen Jens? Is 't niet verschrikkelijk?" Kay knikte en keek langs Gesa heen. „Hoe gaat 't met de schilderes?" „O, die slaapt zich gezond. Blijkbaar heeft het koude bad haar verder geen kwaad gedaan. Zij is gehard." Nu kwam Steffen Hinriksen met vrouw en kinderen aanzetten. Harm Ehlers scheen de heele familie zoo maar uit bed gehaald te hebben. Ontzet hoorden zij, wat er gebeurd was. Spoedig verscheen ook vrouw Antje. Zij bracht heete koffie mee in de ther- mosflesch, die Kay onlangs bij Lührs had gekocht, voor haar zoon en voor de beambten, maar zij had niet den moed, in de schuur te kijken. Op haar volgden kapitein Dohse en Alma Thiessen. „Wel," vroeg hij, „hebben jullie hem? Ik ben op de sofa gaan liggen, maar om het half uur werd ik wakker. De drom mel mag het tuig halen, dat een ouden man van zijn slaap berooft!" Zijn huishoudster, die met een stok liep, leunde zwijgend tegen de schuur en zag, de handen voor de borst in haar wollen doek gewikkeld, strak en knorrig voor zich uit. Intusschen kwamen ook de ouders van Harm Ehlers uit hun nabij gelegen huisje langzaam aangewaggeld. Daarna volgden de oude Jasper Kroeger met zijn kromme beenen en de hooge jonge gestalte van Helke Paulsen. Kay zag hen bedrukt tegemoet. Zijn oogen lichtten op, toen zij eindelijk Helke weer zagen. Maar zijn gedachten bleven somber en een sterke onrust greep hem aan. Maar hij fceheerschte zich, want hij bemerkte, dat zijn moeder en Gesa hem verstolen bezagen. „Goeden morgen," groetten Jasper Kroeger en Helke Paulsen. Kay had de vraag al op de lippen, waarom zij alleen kwamen. Maar hij be dacht, dat Jan Paulsen en zijn vrouw nog wel zouden nakomen en dus zweeg hij. Toen ontmoetten zijn oogen en die van Helke elkaar. Hij lachte haar toe. Maar Helke streek verlegen een losse lok van haar voorhoofd, bleef heel ernstig en wendde zich haastig tot Grothe: „Wat is er toch gebeurd, wachtmees ter? Waarom moeten wij hier komen en nog wel zoo vroeg in den morgen?" „Wacht maar eens af," antwoordde de beambte vriendelijk. „Maar waar blijven uw ouders?" „Moeder moet ik excuseeren; zij voelt zich niet goed. En vader is heelemaal niet thuis; hij is sinds gistermiddag met Uwe Tonner in Husum." „Hè?" zei Grothe verrast. „Met Uwe Tonner in Husum? Wat vertelt u me nou Helke verschrok en kreeg een kleur. Haar oogen zwierven van den een naar den ander, totdat zij op Kay Möller ge vestigd bleven. Maar die staarde haar aan, alsof hij wie weet waar met zijn ge dachten was en hij klemde nerveus de lippen opeen. „Goeie hemel," stamelde Helke, die opeens voelde, dat er iets bijzonders aan de hand was, iets, dat haar dwong, op haar hoede te zijn. „Wat is er gebeurd? Wat is er met mijn vader?" „Daar komt de opperwachtmeester aan," zei Grothe, „die zal 't u direct wel zeggen." Schlemm bracht den vader en den broer van Jens Rickmers mee. Hij wees hun de schuur en liet hen daar met den doode alleen. Toen ging hij naar de eilandbewoners, die hem opgewonden omringden. ^Zijn ze er nog niet alle maal?" vroeg hij, terwijl hij kalm zijn knevel opstreek. Grothe fluisterde hem toe, dat Paulsen en Uwe Tonner niet zouden komen. „O nee? En de oude Tonner dan, met zijn knecht en zijn huishoudster?" lang zijn, een nijpend tekort heeft aau vrouwelijke arbeidskrachten. Voor een verplichting voor de meis jes om één jaar in de huishouding te werken, gevoelt de minister niet. Hij betwijfelt, of een gedwongen samenbrengen, juist in gezinnen, een gelukkige oplossing zou zijn en heeft bovendien groot bezwaar tegen het in stellen van het ambtelijk apparaat en het treffen van de controlemaatrege len, die hiervoor noodig zouden zijn. Hier en daar schijnt op het oogen blik het verkrijgen van huishoudelijke hulp weer iets gemakkelijker te worden Het gebeurt soms, dat een leege goe derenwagon op het een of andere zijspoor uit het oog wordt verlaren, doch nooit tevoren is de meest beroemde spoorweg wagon ter wereld op een zoo onverklaar bare wijze verdwenen. Twee dagen lang hebben de Fransche ministers van Oorlog, Vervoer en Openbare werken getracht, de plaats te vinden, waar zich de wereldbe roemde Fransche spoorwegcoupé bevindt, waarin vertegenwoordigers van Kaiser Wilhelm II in 1918 in Compiègne den wa penstilstand met Frankrijk onderteekend hebben. De Franschen lieten na den eersten wereldoorlog den wagon trotsch op de zelfde plaats staan en brachten er een. gedenkplaat op aan. In 1940 dwong Hit- Ier de vertegenwoordigers van Frankrijk den wapenstilstand met Duitschland te teekenen in denzelfden wagon en op de zelfde plaats. Hitier liet den wagon naar Berlijn bren gen en stelde dezen daar ten toon. met de gedenkplaat. Twee dagen geleden vroeg iemand aan de Franschen, waar de wagon gebleven was. Men ging speuren in de archieven, doch er was geen enkele aanwijzing te vinden, dat de wagon weer naar Frankrijk terug gekomen was, of wat anders zijn lot ge weest was. Eindelijk kwam het commissariaat voor het toerisme te hulp. Dit deelde mede, dat de wagon in Berlijn door de Geallieer den was gebombardeerd en vervolgens was uitgebrand. Men bad slechts één ding kunnen redden uit de ruïne en wel de ge denkplaat, die naar Compiègne is terugge bracht. Herhaaldelijk komt het voor, dat auto mobilisten, ondanks het uitdrukkelijk stopverbod, op het viaduct bij het vlieg veld Schiphol, in den rijksweg Amster dam's-Gravenhage en op den Spaarn- wouderweg langs Schiphol met hun wa gens blijven staan. Naar van de zijde der Rijkspolitie wordt medegedeeld, zal overtreders van het stop ver bod, zonder voorafgaande waarschuwing onmiddel lijk een hooge boete worden opgelegd. Op den Spaamwouderweg bestaat slechts een reden om te stoppen wan neer een vliegtuig gaat landen en daar toe zeer laag vliegend den weg over steekt. Dan is het toegestaan even te stoppen tot het vliegtuig gepasseerd is, maar direct daarna dient men zijn weg weer te vervolgen. Het Bijzonder Gerechtshof te Am sterdam veroordeelde hedenmorgen twee landwachters H. Lekkerkerker en J. v. Bamevjeld, die actief aan den strijd, op vaderlandschen bodem tegen de geallieerden gevoerd, hebben deelge nomen, tot de doodstraf. De Hongaarsche regeering heeft een nota gestuurd naar de ministers van Buitenland- sche Zaken in New York, waarin geprotes teerd wordt tegen de deportatie van de Hon gaarsche minderheid uit Slovaklje. t T^\e tijd van de stoomboot uit J Spanje, van de vol verwachting kloppende harten, en van het suikergoed en marsepein is er weer. En de oom die nu al sinds ontelbare jaren op 5 December voor zijn neef jes en nichtjes voor Sinterklaas speelt, haalt van den zolder zijn uit rusting te voorschijn om te zien of er hier en daar niet wat versteld of op gedoft moet worden. Misschien dat hij daarbij één oogenblik in zoete overpeinzing terugdenkt aam den tijd, dat hij zelf nog uit de handen van den goeden en heiligen man zijn ge schenken ontving. De neefjes en nichtjes leven in voortdurende hoogspanningzijn on natuurlijk braaf of onnatuurlijk stout, al naar gelang hun aard of temperament dat meebrengt. Het groote, allesbeheerschende probleem: het bestaan of niet bestaan van Sinterklaas wordt in de kinderwereld druk besproken. Er zijn er, kinderen, die met schei-overslaande stemmetjes beweren dat hij niet bestaat: zoo'n Sinterklaas kan immers niet overal tegelijk zijn. Anderen wachten toch nog liever even met hun definitief oordeel; je kunt nooit weten. Er is ook het jochie, dat een compromis oplossing gevonden had en dat ons met nadruk verzekerde, dat St. Ni colaas niet, maar Zwarte Piet wél bestond. Maar allemaal zijn ze als zij voor den goeden Sint en zijn ijzig- streng kijkenden knecht moeten ver schijnen een tikje beverig. Jantje, die zoo heel brutaal-weg verteld had, aan ieder die het maar hooren wilde, dat Sinterklaas 'n „ouwe taaie" was, kan plotseling de woorden van het liedje dat hij zal gaan zingen niet meer vinden. Fransje, die ontdekt had dat „Sinterklaas je vader was", staat bleek en strak te staren naar den grooten zak en de vervaarlijke aard van Piet; en Koosje, de grootste rebel van het huis, krijgt een brok in zijn keel op het moment dat hij naar Sint Nicolaas houdt spreekuur en infor. meert hij dc kinderen naar het gedrag in het afgeloopen jaar de angstwekkend, rollende oogen van den zwarten knecht kijkt. Maar al dat leed is gauw vergeten als er dan toch maar niemand in den zak hoeft er. als er uit een andere allerlei heerlijke dingen te voorschijn komen: een treintje met roode en groene wagentjes, een pop die bèeee zegt als je hem voorover houdt; een bromtol met alle kleuren van den re genboog en met een geheimzinnig ruischende muziek er binnen in; een chocolade-manneke met twee rose handen op zijn bollen buik; een leg- puzzle; een koek en een suikeren hart en wat al niet meer. En de ouderen? Het is hun plezier en hun vreugde: de blijdschap van de kinderen. Maar toen Sinterklaas voor hen ophield, te bestaan, bleef de illusie. Zij nemen de taak van den goeden Sint over en bedenken voor el kaar een prettige verrassing, met een klein tikje minzame plagerij opge diend. Ja, Sinterklaas is een goed en nobel feest. Een feest van belangelooze vreugde en poëtische traditie. Sinterklaas goed heilig man Trek maar weer je bests tabberd an!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1946 | | pagina 3