GIGANTISCHE WONINGNOOD IN V.S. Tekort aan twaalf millioen nieuwe huizen SSCHiN TWEE POLEN D Communisten wekken sympathieën in het Nabije Oosten Bedriegers die bedrogen werden Mao*d- DELFT FRANCO ZIJN EIGEN GRAF? O V00R00RL0GSCHE SPION BERECHT Rotterdamsche recherche doet drie arrestaties Sombere werkelijkheid tegenover reclame Opnieuw 5 jaar geëischt op de heide Een reeds mislukkende poging tot redding van het regiem VRIJDAG 4 APRIL 1947 PAGINA 3 BUITENLANDSCH OVERZICHT Begrafenis H. van Boeyen Duitschers nemen zoele wraak Werd Todt vermoord Mag ik den heer Wolf van U De „Afdeeling Huwelijk". Buitengewoon gezant in Nieuw-Zeeland Repatrïeeringsschepen Commandowisseling zeemacht Nederland Radiozender Kootwijk terug „Air-strip" in West-Brabant? De toekomst van Suriname (Wordt vervolgd) Na de hardnekkige geruchten om trent een zwenking van het Fran co-bewind naar den kant van de Monarchisten, kwam de „wet op de 0Pvolging" van den Caüdillo nauwelijks •Peer als een verrassing. Uit den treure zijn er in de afgeloopen maanden betoo- Slngen door de Spaansche koningsgezin- öen georganiseerd, in Madrid en in an te groote steden. Deze actie heeft nooit opgehouden en won voortdurend in kracht. Voortdurend bleef ook de troonpretendent, Don Juan, de zoon van den verbannen en inmiddels overleden koning Alfonso XIII, bedrijvig in het onderhouden van het contact met zijn medestanders in het vaderland, met de republikeinsche emigrantenregeering in Parijs, en met de stille en openlijke, per manente en bijzondere afgezanten van Franco zelf. Met de republikeinen kwam Don Juan niet tot overeenstemming. Beider wen- Schen liepen slechts samen voorzoover bet de afzetting van Franco zelf betrof; in het einddoel, den toekomstigen staatsvorm, verschilden ze echter wezen lijk en tenslotte is Alfonso XIII toch juist door de republikeinen verjaagd. Samenwerking tusschen beide groepen Werd trouwens voor Don Juan steeds minder aantrekkelijk: de republikein sche regeering-Llopis steunde bij haar intrede reeds op een nog kleiner deel van de Spaansche ballingen dan haar voorgangster, de regeering-Giral, en in Uen korten tijd van haar bestaan heeft zij er alleen maar verloren, geen bijge- wonnen. Met Franco werd evenmin een accoord bereikt. De koningszoon wilde de kroon niet aanvaarden uit handen van Franco maar slechts van het Spaansche volk, en dan niet bij wijze van noodoplossing doch geheel als herstel in oude rechten. Zoowel de republikeinen, die de beste contacten hebben met de groote mogendheden, als de monarchisten, eischten een eerlijke, algemeene uit spraak van hét volk. Dat borg voor Franco het gevaar, dat zij op een goeden dag toch nog eens hun acties zouden bundelen, zij het dan maar om een uit alle oppositiegroepen bestaande interim- regeering in het zadel te helpen, en om aan haar het organis'eeren van verkie zingen over te laten, in het begin van dit jaar was er al sprake van zulk een legeering. Het schijnt" wel duidelijk te zijn, dat een dergelijke volksstemming in het nadeel van Franco zou uitvallen; anders had hij wellicht den anderen den wind uit de zeilen kunnen nemen door zelf een referendum te doen houden. De Caudillo is nu den tusschenweg gegaan. Géén verkiezingen, wél een uit slag. Uitslag dan te zijnen gunste: die hem ongemoeid, het voortbestaan van zijn Spanje mogelijk laat, en die voor he toekomst-na-zijn-dood bovendien van twee kwaden (republiek en konink rijk) het minste kiest. Verschillende bedoelingen zullen hierbij hebben voor- Bezeten. - De internationale publieke meening, b°g steeds op den Spaanschen staats- chef gebeten,' moet een weinig gesust wohien door dit blijk van „Spanje's gang naar de democratie", door dit alweer Verder terugwijken van het oude partij- radicalisme. Vooral het Vaticaan, welks r°l in het zeer clericale land zoo on schatbaar belangrijk is, moet gepaaid Worden: de officieele verklaring legt er dan ook den nadruk op dat Spanje een „katholieke en sociale staat" zal worden. De steeds sterker en driester worden de monarchisten moeten bevredigd en tot rust gebracht worden door het be sef, dat trouw aan Franco-zoolang-hy- leeft automatisch het koninkrijk terug zal brengen zoodra hij niet meer leqft. De falangisten moeten in de monar chie het verlengstuk gaan zien van het Franco-bewind, dus partijgangers van den nieuwen vorst worden, zonder van hun tot nu toe gehuldigde opvattingen af te stappen; juist de sympathie voor den toekomstigen koning, welke hun lei der hun door zijn decreet heeft opgelegd, moet het voortbestaan van de falangis- tische ideeën onder het nieuwe koning schap waarborgen. En Don Juan moet de kroon eenvou dig opgedrongen krijgen, door het mee- rendeel van het Spaansche volk en daar om onafwijsbaar, maar niet in den vorm waarin zijn vader haar verloor en waarin hij haar terugeischt, doch met alle erfelijke lasten van het huidige re- geeringsstelsel er op den koop toe bij. Deze bedoelingep blijken reeds op het oogenblik de kiem der mis lukking in zich te dragen. De in ternationale reactie is heel lauw ge weest, en niemand heeft Franco gepre zen, terwijl de U.N.O. geen reden aan wezig zag, haar eenmaal ingenomen af wijzende houding ten aanzien van het huidige Spaansche bewind te wijzigen. Het enthousiasme onder de falangisten is maar heel klein, en het ziet er eerder naar uit, dat een aantal aanhangers zich bij groote groepen van ontevredenen gaat voegen. En zal Don Juan zich neerleggen bij Franco's besluit? Zijn naam wordt in het geheele decreet niet genoemd, wel een teeken dat Franco van zijn mede werking en goedkeuring niet erg over tuigd was; hetgeen ook kan blijken uit het ontbreken van eenig overleg met den prins. Don Juan heeft de „wet op de opvolging" reeds verworpen, omdat zij dictatoriaal, n.l. zonder goedvinden van volk en opvolger beiden, was opgesteld. Hij heeft ook te kennen gegeven, de daad van den Caudillo als een directen aanval te beschouwen. Wellicht zal hij hierdoor geprikkeld worden, toch nog met Llopis tot overeenstemming te ge- rakeri, toch samen met diens aanhan gers een voorloopige anti-Franco-regee- ring in het zadel te helpen, en toch ver- eenigd met hem een volksreferendum te doen houden. Als dat het gevolg zou zijn de toekomst verbergt bet nog dan zou Franco aan het delven van zijn eigen graf hebben meegeholpen. In de kapel van de inrichtingen „Son en Schild" en „Hebron" te Amersfoort werd gistermiddag een rouwdienst ge houden voor den oud-minister van Bin- nenlandsche Zaken, den heer H. van Boeyen. Onder de talrijke aanwezigen merkten wij om. op den min.-president. dr. L. J. M. Beel. den oud-min.-presi- dent prof. mr. P. S. Gerbrandy, de oud ministers A. Dijxhoom, mr. G. H. van Heuven Goedhart, ir. W. J. Albarda, dr. G. Bolkenstein, mr. dr. van Rhijn, mr. Van den Tempel, den vertegenwoordiger van den minister voor Wederopbouw en hoofd-direeteur der P.T.T., den heer W. R. van Goor. New York is de stad der tegenstellingen. Enkele minuten gaans van de schitterende Broadway liggen deze armzalige buurten, waar de menschen wel licht voor hun leven zijn opgestapeld met als eenig uitzicht de drogende wasch en de eentonige ruiten van den overkant. Twee millioen menschen wachten in New York op een woning en hui zen in krotten waarbij deze „gevangenissen" nog riant mogen heeten (Van onzen New Yorkschen corresp.) Te oordeelen naar de idyllische foto's van prefabricated houses en bun galows, die de Europeesche pers regelmatig zijn naar meer levensruimte hunkerende lezers onder oogen brengt als een afglans van de schitterende Ame- rikaansche woningtoestanden en bouw methodes, geeft men zich er maar heel weinig rekenschap van hoe in feite de woningtoestand in de Vereenigde Staten is. Voor degene, die echter slechts en kele Amerikaansche publicaties over woningtoestanden in de V. S. leest, wordt het al heel gauw duidelijk,dat deze verheerlijkende foto's en verhalen evenver van de realiteit verwijderd zijn als het utopia van de doorsnee Ameri kaansche film van de realiteit van.het leven. De V. S. kennen op het oogenblik een woningprobleem, dat haast even gigan tisch is als het Duitsche. De statistie ken geven duizelingwekkende getallen en het eischt een keihard optimisme van de verantwoordelijke personen om niet bij de pakken te gaan neerzitten. Op een driedaagsch congres in Wash ington hebben de Amerikaansche burge meesters het woningprobleem als een der voornaamste onderwerpen bespro ken. Zij gaven daarbij hun groote zorg te kennen en constateerden, dat de 700.000 woningen, die in het kader van het urgentieprogramma 1946 gebouwd waren, slechts een druppel op een gloeiende plaat zijn. De meest indrukwekkende beschouwing over de huidige situatie was wel die van burgemeester William O'Dwyer van New York City, die b(j afwezigheid van den burgemeester, werd voorgelezen door Edmond Butler, voorzitter van den New Yorkschen woningraad. De getallen zijn verbijsterend in hun grootheid en huive ringwekkend omdat zij parallellen vormen met de situatie in elke andere groote stad der V. S. O'Dwyer begint met. te constateeren dat in de stad New York een absoluut woning tekort heerscht van 150.000 huizen. Dat beteekent, dat een half millioen menschen alleen al in in deze stad tekort hebben De Duitschers, die in vijandschap met liun buurman of concurrent leven, hebben een nieuwe ma- wf gevonden, om dezen in moeilyk- h^n,uf breneen- °e bezetting en de J censuur hebben hun deze aa" de hand gedaan en het heeft achter8 warJnd' e€r de Amerikanen er een vriend" een Dultscher schrijft mot "de normto en verzendt dezen met de noririEii© post „Ik vond het fijn we» eens lets van je te hooren wordt in de eerste regels gezet, „omdat ik niets van je vernomen heb sinds we samen in de ss dienden De onderteekening en de afzender zijn natuurlijk fictief, maar de persoon aan wien de brief gericht is, komt automa tisch in moeilijkheden, omdat de cen suur de opmerking leest en aan dè po litie mededeeling doet. In Beieren heeft dit syteem zoo'n omvang aangenomen, dat de Amerikaansche autoriteiten, die' veel tijd besteden aan dergelijke „tips", er den noodigen overlast van hebben. e geruchten, die in 1942 reeds de ronde deden, dat het vliegtuigon geluk, waarbij Todt, Hitlers bouw leider omkwam, onder abnormale om standigheden plaats had, krijgen nieuw voedsel door verklaringen, die mevrouw Todt gedaan heeft tijdens haar denazi- ficatie-proces. Volgens haar zou Todt namelijk door de Gestapo zijn vermoord, daar hij telkens tegen het gevaar van d« Amerikaansche luchtmacht waar schuwde en na de oorlogsverklaring aan de V. s. betoogd had, dat de toestand hopeloos was. Het vliegtuig, dat volgens de nazi-pers „op zoo noodlottige wijze verongelukte", vertrok normaal met goed weer. Alleen werd het vertrek een half uur uitgesteld, omdat er nog „een sol daat met verlof" mee moest. Deze droeg ®en koffer, die er „opvallend" uitzag Mevrouw Todt vindt het achteraf wel een beetje vreemd, dat het vliegtuig van een zoo hooggeplaatst iemand als haar man, op een „gewoon soldaat" teoest wachten. Zij gelooft eerder, dat het een Gestapo-agent was, die wel koffer met explosieven inhoud aan h°°rd zette, maar zelf veilig op den grond bleef. De Londensche dierentuin, beter bekend als de „Zoo", is ook dit jaar weer het slachtoffer gewor den van 's menschen streken op „Ali Fools' Day", by ons kortweg „I April" genoemd. Was het andere jaren het stereotiepe grapje om de telefoniste van de Zoo op te bellen en naar „den Heer de Leeuw" te vragen, dit jaar hebben de grappenmakers iets anders verzon nen. ZU belden namelijk een groot aan tel kantoren op en lieten de boodschap overbrengen of men „Primrose 3333'"' wilde opbellen en naar „den Heer de Wolf' wikfT" vragen. Natuurlijk vloog bijna iedtereen er in. Wie weet ook dat Primrose 3333 het nummer van den dierentuin is? De tele fonisten helden het nog drukker gehad dan andere jaren. Het bleek zelfs on mogelijk verbinding met de Zoo te krijgen, daar het nummer constant in gesprek was. mdat zij vele Amerikanen van de vrüheid heeft beroofd, heeft een 22-jarig Fransch meisje van de Amerikaansche regeering de Vry- heidsmedaille gekregen. Zooals gebrui- helyk werd de onderscheiding tijdens een ceremonie uitgereikt. Toen bleek, dat: luitenante Lemeitour (zoo heet de onderscheidene) hoofd was van de „af deeling Huweiyk van de Fransche Ver- bindingsgroep voor de Westeiyke Sectie van het Amerikaansche Leger", De Amerikanen hebben er een mooi woord -voor. In deze hoedanigheid had luite nante Lemeitour het bureau-werk ver zet om2000 Amerikaansche G.I.'s in staat te stellen met Fransche meisjes te trouwen. De bureaucratie moet wel zeer veel van haar jonge krachten ge vergd hebben, dat zij er een onder scheiding mee verdiende! Bovendien speldde een generaal in hoogst eigen persoon haar de „Medal óf Freedom" op. Mr. A. F. H. van Troostenburg de Bruyn is benoemd tot Hr. Ms. buiten gewoon gezant en gevolmachtigd minis ter in Nieuw-Zeeland. aan woonruimte. 600.000 families (ongeveer 2 millioen menschen) wonen In sloppen en bouwvallige krotten. Alleen al voor de stad New York zijn dus 750.000 nieuwe wonin gen noodig, om ln de meest dringende be hoefte te voorzien. Voor dengene. die re gelmatig het New Yorksche nieuws leest, behoeft burgemeester O'Dwyer de gevolgen van deze opeenpropplng van menschen niet te schilderen. Eiken dag vullen berich ten over enorme branden, die dagelijks menschenlevens kosten, en over het, te- storten van gebouwen, die reeds lang on bewoonbaar verklaard hadden moeten wor den, de New Yorksche bladen. En de mo- reele verliezen zijn niet te schatten. Na deze constateering besprak O' Dwyer de mogeiykheden voor een op lossing. Hy wees daarbü op de eerste plaats op de valsche voorstelling van zaken, die gegeven wordt door degenen, die beweren, dat men meer vrijheid moet laten aan het particulier initiatief, waardoor het woningprobleem vanzelf opgelost zou worden. Volgens O'Dwyer zullen de bestaande privé-ondernemin- gen echter hoogstens 80 tot 85 procent van de benoodigde 750.000 woningen kunnen verschaffen en daarbij is dan nog zeer belangrijke gemeentelijke hulp vereischt, als voor stadsplanning, ont eigening, bepaalde verordeningen enz. De situatie biykt dan echter zoo komen te liggen, dat de gemeente en de staat moeten zorgen voor woonruimte voor ongeveer 200.000 gezinnen uit de laagste loonklasse, die onmogelük zelf het ini tiatief voor woningbouw kunnen nemen. In 1939 is men reeds van gemeentewege begonnen woningen te houwen voor deze gezinnen. 250 millioen dollar waren toen uitgetrokken voor woningbouw, doch de bouwprijzen stegen lntusschen zoo hoog, dat men slechts een gedeelte van het ge stelde doel heeft kunnen bereiken. Slechts een fractie van de benoodigde 200.000 woningen kon dientengevolge gebouwd worden. Een tweede moeilijkheid was het verzet der particuliere bouwondernemingen tegen den gemeentelijken bouw en exploitatie van woningen. In het vorige Congres leed reeds de Taft-Wagner-EUender General Housing Bill, die den bouw van staatswege van goedkoope woonruimte voorstelde, schip breuk. senator Taft, een der auteurs van dit plan, heeft echter den moed niet op gegeven. Op het burgemeesterscongres te Washington gaf hij opnieuw als zijn mee ning te kennen dat alleen staats- en ge meentelijke woningbouw in staat zijn het woningprobleem voor de bevolking, die in de laagste loonklasse valt. ongeveer 20 pet., op te lossen. Doch hoewel Taft dezen openbaren woningbouw tot het minimum beperkt wilde zien, kon hij niet nalaten erop te wijzen, dat de laagste loonklasse steeds de dupe geweest was van het parti culiere Initiatief. „En ik moet, evenals de meerderheid van ons volk. niets hebben van de economische philosophie van „devil take the kmdmost", aldus Taft. Ook de Senator gaf een reeks cijfers, waarbij zelfs die van burgemeester O'Dwyer bijna verbleekten. Volgens hem zullen er in de V« S. bin nen 10 Jaar 12 millioen nieuwe huizen ge bouwd 'moeten worden, waarvan de eeue helft noodig is voor de behuizing van de in en na den oorlog gevormde nieuwe ge zinnen en de andere ter vervanging van de krotwoningen. Dit beteekent dus, dat per jaar 1.2 millioen woningen gebouwd zullen moeten worden. De huidige productie biyft daarby door tekort aan materiaal en werk krachten nog verre ten achter en vol gens Taft zal staatsingrüpen de eenige mogeiykheid zijn om een continuën nood toestand te voorkomen. Deze duistere getallenreeks en de uiterst sombere verklaringen van twee vooraanstaande mannen uit het Ameri kaansche openbare leven, vormen dus wel een zwarte keerzijde van de vrien delijke bungalow-foto's en toonen wel zeer schril de problemen waarmee ook het na-oorlogsche Utopia aan de over- zyde van den Oceaan te kamden heeft. Het m.s. „Oranje" met 749 repatriee- renden aan boord wordt Zaterdag 5 April in de vroege ochtenduren te IJmuiden verwacht. Het m-s. „Johan van Olderf- bameveldt" arriveert Zaterdagavond laat in IJmuiden. Dit schip zal Zondagmor gen 9 uur te Amsterdam worden gede- 'barkeerd. Dat het communisme in het na bije Oosten doorgaat „vrienden te maken en de massa's te beïnvloe den", biykt duideiyk uit het uit Cairo toegekomen verslag van Mau rice Ferro, buitenlandsch correspon dent van de Parijsche „Le Monde". Communistische agenten hebben groe pen als „de vrienden van de Sovjet- Unie" georganiseerd en "tentoonstellingen van Sovjetkunst ingericht o.a. te Bei roet in den Libanon. Sovjet-communis ten hebben eveneens de minoriteiten in Arbeidsjan en de Koerdische auto- nomisten aangemoedigd, terwyi zij de Egyptische massa hebben gevleid door haar anti-Britsche eischen te onder- schryven. Voorts heeft het Kremlin getracht de Grieksche orthodoxe Kerk in het Nabye Oosten „in bescherming te nemen", waartoe het reeds den ortho doxen Fatriarch van Moskou en den Metropoliet van Leningrad daarheen zond, terwijl het voorts bepaalde ver klaringen aflegde. De activiteiten van de Sovjets en hun vertegenwoordigers samenvattend, zegt Ferro, dat er in het Nabye Oosten „een sympathiek klimaat" voor de communis tische ideeën geschapen is. Welk succes de communisten inmiddels behaalden met het scheppen van genoemd „kli maat", en dit ondanks de religieuze tegenkanting van den Islam, is af te meten aan de herhaalde verklaringen van Mohammedaansche leiders volgens welke „het communisme fundamen teel in tegenspraak is met de leer van den Profeet". Zulke uitspraken worden niet alleen botweg tegengesproken door de commu nistische pers en radio, doch hec effect er van wordt omzeild door het beroep, hetwelk de communisten onmiddellijk doen op de massa's, wier armzalige toe stand een goeden voedingsbodem vormt voor het zaad van de agitatie. De com munisten vinden dan ook een willig ge hoor bij de Mohammedaansche massa's, omdat zij deze om hun materieele ellende weten te beklagen en hun nationale en po litieke aspiraties aanvuren. De commu nistische propaganda zou dit succes zeker niet geoogst hebben, indien zij zich had beperkt tot een religieus en ideologisch debat. In hoeverre deze pro paganda in staat zal zijn, den weg naar een communistische werkehjkheld in het Nabye Oosten te plaveien, zal afhangen van het vermogen der huidige Arabische leiders, de vitale proble men, welke hun millioenen-volken be treffen, aan te vatten en op te lossen in de sfeer van de traditioneele Moham medaansche cultuur, aangevuld met Westersche ideeën en technieken. Schout bij nacht J. A. Gauw is, op zyn verzoek, eervol ontheven van zb'n functie van commandant zeemacht Nederland. Als zijn opvolger is aangewezen de kapi tein ter zee J. J. L. Willinge, tot dusver chef staf van het commando zeemacht Ned.-Indië. De commando-overdracht zal geschieden Woensdag 16 April, 11 uur, voor het hoofdkwartier der Koninklijke Marine in Scheveningen. Nauwelijks hadden de Duitschers ons land overrompeld, of zij gaven opdracht 5 met name genoemde door Nederland- sche rechtbanken wegens spionnage veroordeelde en opgesloten personen on middellijk in vrijheid te stellen. Een van hen was de thans 51-jarige Amsterdam- sche kellner V., jarenlang ober in een der Anjsterdamsche studenten-sociëtei ten. Hij was op 27 Maart 1940 wegens spionnage tot 5 jaar veroordeeld, waar van hij juist 1 maand had uitgezeten, toen hij op last der Duitschers zijn vrij heid herkreeg. In 1946 liep <}e kellner, die tijdens de bezetting in Duitschland zijn beroep had uitgeoefend, on den Amsteldijk te Amster dam een marechaussee in de armen, die hem op lo Januari 1940 in Arnhem had gearresteerd en hem als zijn vroegeren ar restant herkende. De kellner stond Thans voor het Amsterdamsch gerechtshof in hooger beroep terecht. De marechaussee vertelde als getuige, hoe bij op 10 Januari 1940 vernam, dat verdachte reeds voor de zooveelste maal bij Emmerik door de Duitsche grensbeambten was doorgelaten, zonder dat hij over gel dige papieren beschikte. Dit wékte emsti- gen argwaan en daarom arresteerde hij den kellner, die begeleid werd door een N.S.B.- er, bij zijn terugkomst in Nederland. De kellner had een kleine zakatlas bij zich, de N.S.B.-er echter niets. De kellner beweerde voor het Hof slechts naar Emmerik te zijn geweest voor een mis lukten smokkelhandel. De N.6.B.-er daar entegen vertelde zonder werk te zijn ge weest en de kellner had hem een verward voorstel gedaan om voor een Duitscher te gaan werken. Het kwam hier op neer, dat hij spionnagediensten zou moeten verrich ten voor de Duitschers in België en Frank rijk. Daartoe had de kellner hem dien dag medegenomen naar Duisburg. Bij Emme rik stond een Duitscher hen reeds op te wachten. De Duitsche grensbeambten had den opdracht slechts voor den vorm hun papieren te controleeren en zonder moei lijkheden waren zij in Duisburg aangeko men. In de stationsrestauratie aldaar voerde de kellner een gesprek met een in Nederland reeds in dien tijd berucht Duitsch spion. De kellner had den Duit scher aanwijzingen gegeven op twee land kaarten en over den IJssel en de Waal ge sproken. De Duitscher had geïnformeerd naar de houding der Nedèglandsche offi cieren bij een eventueelen Duitschen over val. Daar de toekomstige Duitsche chef van den N.S.B.-er niet was verschenen, hadden de mannen daarop afgesproken om na 6 dagen terug te komen, waarop de Duitsche spion hen wegbracht tot de grens en meteen maatregelen trof, dat zijn twee bezoekers den volgenden keer zonder moei lijkheden Duitschland zouden kunnen bin nenkomen. Terug in Nederland waren zij door de marechaussee gearresteerd. De kell ner werd wegens spionnage tot 5 Jaar ver oordeeld. de N.S.B.-er stond niet terecht, cmdat hij nog geen spionnage had bedre ven. Voor het gerechtshof bleef de keHner iedere schuld ontkennen, hoewel h(J toegaf met den Duitschen spion ln Duis burg te hebben gesproken. Hij zeide er slechts heen geweest te zijn, omdat de spion contact wilde hebben met Belgi sche smokkelaars en om een bemiddelaar had gevraagd, die hij in den persoon van den X.S.B.-er had meegebracht. Deze N.S.B.-er, die thans wegens zijn lidmaatschap der N.S.B. en ook wegens deze spionnage-affaire gedetineerd is. bleef als getuige volkomen by de verklaring, die hij 7 jaar geleden hao afgelegd. Hij voegde daaraan toe, dat hij zeker niet zijn eigen land had willen besplonneeren en op vragen van den president, als: „Vond u het daar in Duisburg geen min derwaardig gedoe?", antwoordde hij be vestigend. Dit maakte tenslotte een ver dachte zoo kwaad, dat hij met volkomen veronachtzaming van zijr. eigen hardnek kig volgehouden onschuld, zyn vroegeren adsptrant-spion hevig begon aan te val len. „Hy voelde zich daar geweldig op zijn plaats", riep verdachte uit. „en deed zich voor als een vurig partyman, die best met de Duitschers wilde samenwer ken De aanwijzingen, aie verdachte op de landkaartenaan den Duitscher had gegeven, betroffen volgens verdachte leu ter vriendelijke praatjes over mooie ste den. die de Duitscher vroeger in Neder land had bezocht. De procureur-generaal vroeg beves tiging van het 7 Jaar geleden gevelde vonnis: 5 Jaar gevangenisstraf. Uitspraak 17 April. Het commissariaat-generaal voor de Ne- derlandsche economische belangen in Duitschland (C.G.R.) deelt mede, dat te Nederland zijn teruggekomen 15 wagons met door de Duitschers gestolen onderdee- len van den radiozender Kootwijk. Russi sche autoriteiten hadden deze gevonden en voor restitutie vrijgegeven. Dit is het eerste belangrijke restitutiegeval uit de Russische zone. Waar bovendien vijftien andere aanvragen, waaronder zeer belang rijke, zijn vrygegeven, is de hoop gewet tigd, dat nu ook daar de restitutie, voor zoovel de goederen nog te vinden zijn, op gan" komt. Hoewel het transport nog groote moeilijkheden oplevert, kunnen de boven geivemde objecten vry spoedig te Nederland verwacht worden. Op het oogenblik wordt de wensche- lykheid en mogelijkheid onderzocht van het aanleggen van een Air-strip" in West-Brabant. De burgemeesters van Hoeven, Oudenbosch, Etten, Rucphen en Roosendaal zijn namelijk van plan op een onder de gemeente Hoeven ge legen terrein een „air-strip" in te rich ten. Het plan is ontsproten aan particu lier initiatief. De gouverneur van Suriname, de heer P. Brons, die zich op het oogenblik voor besprekingen met Nederlandsche regee- ringsautoriteiten in ons land bevindt, heeft in een interview met Associated Press als zijn verwachting uitgesproken, dat in een zeer nabye toekomst politieke hervormingen voor Suriname bekend ge maakt zullen worden, die een grootere onafhankelykheid Inhouden. Na aan neming van een desbetreffende wet door het parlement zullen de hervormingen worden uitgevoerd. De wijzigingen zullen in twee phasen worden tot stand gebracht. Die van de eerste phase vallen binnen het grond wettelijk kader en houden o.a. ln her vorming van het kiesstelsel, een minder autocratische positie van den gouver neur van Suriname en algemeene maat regelen tot inleiding van zelfbestuur. De tweede phase begint na de herziening der grondwet van het koninkrijk. Nie mand kan nog voorspellen, aldus de heer Brons, wanneer de nieuwe grond wet in werking zal treden. Een boer in Gilze-Ryen had vijf va ten koolzaadolie te koop, van welk feit een tweetal Dordtenaren lucht kreeg. Zy besloten den boer het partijtje afhan. dig te maken. Zij kwamen nog in con tact met een Rotterdamschen bankwer ker, die wel ooren had naar een avon tuur. Afgesproken werd, dat hij voor eenige „koopers" zou zorgen en zoo ging op een goeden dag de boer naar Rotterdam met de olie en in een café aan het Noordplein was de koop spoedig gesloten. Daar de koopers evenwel niet de noodige contanten bij zich bleken te hebben, werd de olie ln een pakhuis in de Noorderstraat opgeborgen en de boer ging met een der koopers naar het Wes ten, waar het geld gehaald en uitbetaald zou worden. l door HANS VERHOEVEN 30) „Hoe wist u dat zoo precies? Bent u met dat huis bekend?" „Nu wel, omdat ik er gisteren weer ben geweest zette Lutman den inspec teur verwytend terecht. „Mag ik voort, gaan? Ik was dan tegen een uur of negen in de buurt van Berkenrode geko men, toen ik een man ontmoette, die erg vreemd deed." „preciseert u dat eens. Waaruit bleek die vreemdheid?" De heer Lutman dacht een oogenblik na. „De man liep in zichzelf te praten en toen ik hem passeerde, keek hy me aan met oogen, die me byna bang maakten. En ik laat me toch heusch niet door elke kleinigheid van streek brengen, dat ver zeker ik u. Ik heb in myn functie vooral als ambtenaar van den burgeriy- ken standmet veel menschen omgang gehad en ik meen daardoor wel in staat 'e zyn een oordeel te vormen. Deze man is niet op zijn gemak, zei ik tot mezelf, dien man hindert iets! En, zooals ik al zei, toen ik gisteren het bericht over den moord las, kon ik my voorstellen, wat hem hinderde. Het was zyn geweten, dat in hem sprak!" „Kwam die man uit de richting van Berkenrode?" vroeg Lankman, zonder in te gaan op de voorbarige conclusie van den ouden heer. „Dat mag Ik niet zeggen, maar hy kón er vandaan zijn gekomen- Hij liep op het heidepad evenwijdig met den straatweg, ongeveer ter hoogte van het huis. Mis schien hebt u wel opgemerkt, dat het mogelijk is op diverse manieren van de straat op de heide te komen." Ja, dat had Lankman inderdaad ge zien, toen hij op den avond van den moord van de slaapkamer uit „de zee van golvend purper" had bekeken. Toch bleef hij sceptisch en hy liet dat ook door zijn volgende woorden blyken. „Als ik u dus goed begrijp, hebt u eergisterenavond omstreeks negen uur achter Berkenrode een man zien loopen, waarin u den moordenaar meent te moe ten zien, omdat hy' eenigszins vreemd deed. Een verre van solide basis voor een ernstige beschuldiging, zou ik zoo zeg gen. Maar enfin, dat is wellicht na te gaan. Zoudt u dien man herkennen?" „Zeer zeker! Ik heb hem goed geobser. veerd, omdat ik, eeriyk gezegd, een beetje van hem ben geschrokken. Hy was niet byzonder groot van stuk, had een bleek gezicht, waarschijniyk rossig haar en was slordig gekleed." „Hm. Dat kan op heel veel menschen slaan- Maar we zullen zien Hij dacht een oogenblik na. De heer Lutman mocht dan al arrogant zyn en meer eigenschappen bezitten, die hem minder sympathiek maakte, hy was blykbaar geen slecht opmerker en zijn mededeeling was belangrijk genoeg om er op in te gaan. Als hij eens met den ouden man experimenteerde en hem en kele verdachten liet zien?" „Mynheer Lutman," herham hy wat vriendelijker, „als u nog een poosje ge duld hebt, kunt u mij misschien helpen. Ik wil de proef op de som nemen en zal een paar menschen laten halen, die in deze affaire een rol spelen. Als u even hiernaast gaat zitten, er lag nog een wachtkamertje aan de gang „zal ik u onmiddellijk waarschuwen, wanneer ik u noodig heb." Telefonisch gaf hy agent-recherchéur Wartela een opdracht. Binnen een half uur meldde deze, dat aan het bevel was voldaan. Toen Lankman het wachtkamertje bin nentrad, sprong Lutman zenuwachtig op „Is Het zoo ver?" vroeg hy gejaagd. „Wilt u maar met mij meeloopen?" Hy bracht den man via een zijgang achter het kamertje, waar agent Groo teman den scepter zwaaide. Zy bevonden zich op een binnenplaas, het raam van de kamer ging half schuil achter eeD paar enorme openbare bekendmakingen- „Kijk nu voorzichtig naar binnen," instrueerde Lankman, „maar zorg er voor, dat niemand in de kamer u ziet." Lutman gevoelde zich de held van den dag. Deze samenwerking met de po litie zou hem maandenlang met een aureool omgeven, het zou hem stof geven voor enorme verhalen op zyn stambank ln het park. Op zijn teenen liep hij naar het raam en gluurde om den hoek van den muur. Het volgend moment trok hy zijn hoofd verschrikt terug. Hy knikte enkele malen nadrukkelyk met zyn ma gere vogelkopje: „Daar zit le! Ik herken hem zonder twijfel!" „Waar?" vroeg Lankman en keek op zijn beurt naar binnen. „Die met het gezicht naar het ven. ster." fluisterde Lutman. „Prachtig," zei de inspecteur. Hij bracht zyn bezoeker langs den kortsten weg naar buiten en schudde hem de hand. Trotsch als een pauw vertrok Lut man. Daarna ging Lankman naar zyn bu reau terug en belde Grooteman de twee verdachten een voor een by hem binnen te brengen. Het waren Den Droogen, die He* laatst aan de beurt moest komen en Schutter, want dien had de ex-ambtenaar van den burgeriyken stand als den man herkend, die te circa negen uur achter Berkenrode had rondgescharreld. ACHTSTE HOOFDSTUK Deceptie Juffrouw Klassen kon den heelen dag wel huilen. Wel probeerde zy, met Mien, zooveel mogeiyk den normalen gang van zaken ln het huis te handhaven, maar de gedachte aan het vreeselijk einde van den man, die een byzondere plaats had Ingenomen in haar oude meisjeshart, kwam telkens als een benauwend spook beeld voor haar geest en dan „schoot haar gemoed weer vol", zooals zij het plastisch uitdrukte. En dan kon Mien zich ook niet goed houden en samen be weenden zy den doode. van wien zij, elk op haar manier, hadden gehouden. De kleine huishouding vergde overigens dezelfde bemoeienissen als voorheen, want zij was weer op sterkte gebracht door den jongen Barkhof, die de vele beslommeringen, verbonden aan het overly den van zyn oom, het best met Berkenrode als hoofdkwartier meende te kunnen regelen. Of het zyn perma nente residentie zou worden, stond nog niet vast en dat was eveneens een punt, dat de huishoudster bezorgdheid gaf ln de momenten, waarin zy de toekomst helder voor zich zag: waar kon zy zoo spoedig mogelijk 'n passenden werkkring, waar een even goed onderkomen vinden? De „kooper" wist zich evenwel op lis. tige wyze van den boer te ontdoen en daar deze, zich beetgenomen voelde, ging hy zoo snel hy kon naar het pakhuis terug. De olie bleek evenwel niet meer aanwezig. De ftoer berustte niet in het verlies en deed aangifte by de politie. Hij kon slechts de namen van de Dordte naren noemen en dezen op hun beurt slechts den naam van den contactman en daar deze onvindbaar was, dreigde het onderzoek dood te loopen. Doch ziet, eenige dagen geleden werd ten huize van een zekeren v. E. in de Vyverhofdwarsstraat een party 6igaxet. ten in beslag genomen en daar ook de contactman deze initialen droeg, kwam een rechercheur op de idee den man eens nader aan den tand te voelen. De boer werd met hem geconfronteerd en deze herkende in den man een der ..koo pers", zoodat ontkennen uit den booze was. Zoo kwam de heele zaak spoedig tot klaarheid. Door den groentehandelaar, by wien de olie destyds was opgeslagen, waren de vaten uit het pakhuis op een wagen gerold en hy was daarna mee naar de Dirk Smitsstraat gereden, waar hy een monster van de olie aan een adspiranf- k00per had meegegeven. Hy wachtte drie uren op de terugkomst van dien man en in dien tusschentyd werd hy aangesproken door een bewoner van die straat, die argwaan- had gekregen. Toen deze hoorde, welk een kostbare lading zich op den wagen bevond, vertelde hy, dat hU wel een kooper wist en spoedig bevond de party zich in de werkplaats van een 63-jarigen monteur aan den 'sGravenweg. die prompt ƒ4000 neer telde. De Rotterdammers deelden dit bedrag onder elkaar en de Dordtenaren lieten zy er koud van. Zoo waren de eerste bedriegers be drogen, doch er bleek uit het onderzoek, dat er van nog meer bedrog sprake was. Want de kooper kwam tot de ontdek king, dat de vaten niet koolzaadolie be vatten, doch paraffine-olie, door den boer op toewijzing verkregen. De kooper boekte daardoor by den verkoop een verlies van ƒ1000, dank zy het gedrag van den boer. die begonnen was bedrie gers te bedriegc

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1947 | | pagina 3