s Hongarije in overgangstijd 3 WC DB NOORMAN- DESTEEN VAN ATI ANTU TV. POLEN, {HlET DOMEIN D Als het kindje Een volksdemocratie in wording \N L" u k m r Tweede Kamer zet debat voort over Noodvoorziening Gemeentefinanciën GOEDE SMAAK en schaamtegevoel Cyriel Verschaeve gestorven Een oude heer mm ol IN k LAND VOL TEGEN STELLINGEN J Mr. Witteman zou liever wethouder dan minister van Financiën zijn Nieuwe missiebisschop te Roosendaal Commissie voor Aruba Tragisch leven in ballingschap geëindigd 2 WOENSDAG 16 JUNI 1948 PAGINA 3 a 3T mzW kot* OMSTREDEN VADERSCHAP DER DELASTINGEN BESCHERMING ARBEIDERS Grensbedrag Burg. Wetboek verhoogd Gedelegeerden internatio nale arbeidsconferentie JUNI is groentenmaand Recepten voor 4 personen wekt opschudding I A ant in ge-, er» de en :tje eer ien er, ian ro» oet den dat r?). ;erS rolt •eeS enS van sen, and :h). aad i is in lag. aan nag gen te- aan •eer (Ze ;d?" ikte pi* >ro- verU L138S da dv.) de he- van zie- n it de de om >od- ind- der te >ge- uit- ten ?ing otte oer, »nde isen len- Op atie leb- slis- root tpen ^er- deze 11493 tdv.) hing 6 -99 OVt 3* 48. t S'J o«j>: n 'gr *af V Tan alle landen, die zich bevinden y achter het z.g. ijzeren gordijn, biedt Hongarije de West-Europese "«Zoekers wel de meest belangwekkende '«rspectieven. Niet omdat Hongarije het öiiverste voorbeeld vormt van wat men 'a Oost-Europa een volksdemocratie "oemt. Nog minder omdat het politiek e1 maatschappelijk regiem van het te- '«hwoordige Hongarije een voor de al gemeenheid in Oost-Europa kenmerkend "aal zou zijn van wat de volksdemo- ^atie onder communistische leiding als jjael nastreeft. Het Hongarije van van- Jaag is veeleer van belang, omdat 't zich Jennelijk nog in een overgangsstadium ievindt en omdat men er de Oost-Euro- We revolutie kan waarnemen in een «ase, die zich in Hongarije in een ver daagd tempo voltrekt en die elders in "it deel van Europa reeds afgesloten is. .Dit alles maakt uiteraard een juiste '«oordeling van de Hongaarse toêstan- ï«n niet gemakkelijker. Het gehele po- «tieke en maatschappelijke leven be- Wdt zich nog in beweging. .Nieuwe rirmen beginnen zich eerst langzamer hand te kristalliseren, zonder dat men 'eggen kan dat zij hun definitieve ge halte reeds hebben gevonden. Wil men ®Us in alle objectiviteit een enigszins '«trouwbaar oordeel over de situatie Hongarije uitspreken, dan moet men Jaarin ook allerlei symptomen en ten- '«nzen betrekken, die men tijdens een '«rblijf van enkele weken in dit land 'ader de oppervlakte van een schijn bare stabiliteit kan ontdekken. De ob- «ctiviteit eist ook, dat men de toestand Hongarije beschouwt in zijn histo- 'sch perspectief en dat men zijn gis- 'Qgen omtrent de toekomst mede ba Wrt op parallel lopende verschijnselen ja andere Oost-Europese landen. Eerst 'an kan men hopen iets van het na 'orlogse Hongarije te begrijpen en in llaat te zijn omtrent de toekomstige atwikkeling een prognose te maken, ','e bij benadering juist zal blijken te ajn. Onze chef-redacteur Buitenland, C. de Groot, heeft in de afgelopen we ken een reis gemaakt door een van de landen achter het ijzeren gordijn: Hongarije. In de komende weken zal hij voor onze lezers de belangrijkste aspecten in het naoorlogse Honga rije, waar de z.g. volksdemocratische revolutie zich in een trager tempo voltrekt dan in de overige Oost- Europese landen, behandelen. Juist omdat Hongarije zich nog in een overgangsstadium bevindt, is de be studering van de daar bestgande toe standen en de verschillende tenden- zen en invloeden, dié zich daar open baren, van bijzonder belang. De conclusies, waartoe de West-Euro peaan, die Hongarije bezoekt en zich objectief een beeld tracht te vormen van de daar bestaande, maar nog geenszins gestabiliseerde verhoudin gen, komt, zijn noch onverdeeld gunstig, noch onverdeeld ongunstig. Voor het Westen kunnen zij een aansporing inhouden en een waar schuwing. Ware het niet zo, zou men Honga rije inderdaad kunnen beschouwen als een land, dat geheel zelfstandig zijn positie en houding in een wereld, Waarin de storm van oorlog en om- Wenteling vele oude en verouderde instellingen, gebruiken en denkwijzen heeft weggevaagd, kan bepalen, dan zou men kunnen menen, dat Honga rije op het ogenblik het enige Oost- Europese land is, waar men ernstig en oprecht, zij het moeizaam en niet zonder vergissingen, poogt het maxi mum aan sociale rechtvaardigheid te Verwezenlijken zonder het elemen taire recht van de mens op persoon lijke en geestelijke vrijheid wezenlijk te beknotten. Thans moet men, bij alle eerlijke 'aardering die men voelen kan voor *at het Hongaarse volk in zijn geheei *h met inspanning van alle krachten 'hderneemt, om de slagen van een hard w bitter lot te boven te komen, vre- b«h, dat de prijs van deze sociale recht vaardigheid die men zoekt te verwer kelijken, tenslotte toch deze persoonlij ke en geestelijke vrijheid zal blijken zijn. En deze orijs zal altijd te hoog wn. Want het is een illusie te menen y. zijn er ongetwijfeld vele Hongaren, r'« zich gaarne aan die illusie over- P'Ven dat dit nieuwe Hongarije on bestreden meester zou zijn over eigen J«t. Dit is het niet, ook al bespeurt «ten maar weinig van directe Russische jhvloed in het Hongaarse politieke en maatschappelijke leven. Doch wie met hongaarse politici spreekt, maakt een J?ede tans om vroeg of Iaat uit hun ■'gen mond te vernemen, dat het niet m'een de «Hongaren zijn, van wie de Wkomstige ontwikkeling van hun land ?'hangt. De tegenwoordige machtheb bers bezitten ongetwijfeld een zekere wate van autonomie, maar het is een ''itonomie, die zich richten moet naar algemene lijn van de Russische po- j'iek in Oost-Europa en die daar niet ■?en in zou kunnen gaan. Dat is heel 'rklaarbaar en zelfs wel niet goed an jers mogelijk in een wereld, waarin bjke politiek wordt beheerst door het bjachtselement, maar het is niettemin in Wjd met het souvereiniteitsbeginseL at tegenwoordig in Oost-Europa meer beleden wordt dan in het Westen, maar er tegelijkertijd in de practyk meer wordt aangetast. Spreek met een aanhanger van het nieuwe Hongaarse regiem over het plan-Marshall en hij zal u zonder aar zeling verzekeren, dat de West-Europe- se landen bezig zijn hun politieke in economische onafhankelijkheid te ver kopen voor wat armzalige dollars. Maar wijs hem op het feit, dat de Hongaarse luchtvaartmaatschappij voor de helft van het aandelenkapitaal een Russische onderneming is, dat de Sovjet-Unie fi nancieel sterk geïnteresseerd is in de Hongaarse Donauscheepvaart, waarvan de schepen op hun romp hun naam dragen zowel in Latijnse als in Russi sche letters, in de Hongaarse Bauxiet- winning en ten dele zelfs in de steen koolwinning, en hij zal ontkennen, dat er een economisch Sovjet-imperialisme bestaat. Hij zal niet geloven aan het bestaan van het ijzeren gordijn, maar tegelij kertijd door zijn houding het bestaan er van bewijzen. Want dit ijzeren gor dijn, dat door talrijke Hongaren wordt beschouwd als 'n legende van kapita listische oorsprong, bestaat in de gees ten der mensen. Het openbaart zich in de argwaan, waarmee het Westen naar het Oosten kijkt en waarmee het Oosten de ontwikkeling der dingen in het Westen volgt. Hongarije heeft, krachtens zijn geografische ligging en de inzichten van de leidende revolu- tionnaire groepen, die het besturen, geopteerd voor het Oosten. Doch tegelijkertijd blijft het, door zijn religie, zijn traditie en zijn beschaving, met duizend banden verbonden aan hei Westen. Dit verklaart het, in vergelij king met andere Oost-Europese landen, betrekkelijk langzame tempo der poli tieke en maatschappelijke ontwikkeling in Hongarije, het verklaart ook de be trekkelijk grote vrijheid, die er nog be staat, doch die ongetwijfeld de tendenz bezit ineen te schrompelen. Het verklaart tenslotte de felheid van de strijd, die thans in Hongarije ontbrand is om de geestesvrijheid, de vrijheid der ouders om voor hun kinderen de opvoe ding te kiezen, die zij zelf wensen en nodig achten. Wie daarvan een beeld wil geven en de psychologische achtergrond daarvan wil verklaren, kan en mag niet volstaan met hét gebruik van de schrille kleu ren van een louter door politieke over wegingen gevormd palet. Hij moet be schikken over de vele tinten, die alleen in staat zijn de bonte veelheid van het Hongaarse leven met zijn vele en grote tegenstellingen Weer te geven. Hij zal veel kunnen waarderen van wat er in dit land achter het ijzeren gordijn gebeurt, hij zal daarnaast veel ernstige critiek niet kunnen verzwijgen. En indien in zijn conclusie tenslotte een ernstige be zorgdheid voor de toekomst overheerst, bij wie ligt daarvan dan de schuld? O. de GROOT (Van onze parlementaire redacteur a.i.) De Tweede Kamer vervolgde giste ren onder voorzitterschap van de heer Smeenk de debatten over de Noodvoorziening Gemeentefinanciën, een voorlopige regeling, welke, al dus minister Witteman, die niet wil de pronken met andermans veren, voor een belangrijk deel de vrucht is van het werk der commissie-Oud. Een financieel-technische materie overigens, welke meer spreekt tot de fantasie van gemeentelijke bestuur- deren dan tot die van de gewone burger, die er slechts indirect mee te maken heeft. In kort bestek komt het wetsontwerp hier op neer, dat, vóór de financiële verhouding tussen Rijk en gemeente definitief opnieuw geregeld wordt, voor de tijd van drie jaar een gemeente fonds gevormd wordt, waaruit de ge meenten, naargelang hun classificatie deze blijft gehandhaafd! uitkerin gen ontvangen niet op grondslag van de gedane uitgaven, maar naar zekere- factoren vastgesteld. Uiteraard was er voor dit onderwerp een vrij lange rij ^sprekers met vele desiderata en vragen. Minister Witte man vergeleek in zijn antwoord het Rijk met een vader, die zijn studeren de zoon van zakgeld voorziet: de jon gen moet zien, dat hij rondkomt, maar de vader heeft de zorg, dat het geld gefourneerd wordt en in dit verband deelde de bewindsman mede, dat hij liever wethouder dan minister van Fi nanciën zou zijn. Met de vergelijking was de heer IJsselmuiden (K. V. P.) het in genen dele eens: als er een vader van de belastingen moet worden aangewezen dan is het d<^ gemeente, doch de zoon het Rijk laat vader „op een houtje bijten". Hiermede zat men weer midden in het gecompliceerde vraagstuk wat Rijk en gemeente elk in principe toekomt, doch voor het overige viel er ditmaal in concreto minder dan anders te twis ten over meer en mindèr, want bij het fondssysteem betekent, zoals dé minis ter nog eens onderstreepte, verhoging van het ene elemeat een verlaging van het andere. Minister en Kamer zijn dan ook tezamen bij de behandeling der amendementen op zoek gegaan naar de „verdelende rechtvaardigheid". De maximum-uitkering uit het gemeen tefonds voor enkele wedden was in het ontwerp gesteld op 3000, de Commissie van Rapporteurs stelde 5000 voor, de bewindsman maakte het af op 4500, In een Nota van Wijzigingen kwam rar. Witteman tegemoet aan de ver langens, de kleine gemeenten bij de verdeling der uitkeringen per in woner minder scherp te doen afste ken bij de grotere. Tenslotte strandde de beraadslaging op een amendement over de regeling der kortingen op de uitkeringen, waar over hoofdelijke stemming werd ver langd het quorum was niet aanwe zig, zodat eerst heden hierover gestemd zou worden. Aan het betoog van de minister, die, waar bezwaren rezen, deze met enkele woorden wegbonjourde, ontlenen wij nog, dat Z. Exc. de Noodvoorziening ook ingewikkeld vindt, maar "m 1013 gemeenten aan hun trek te laten ko men is een variabel systeem noodzake lijk. Bij de bijzondere uitkeringen is een subjectief oordeel onvermijdelijk, daar er factoren als draagkracht en behoefte in het geding zijn. Van de straatbelas- 123. Prachtigzei Eric. In een oogwenk hadden zijn helpers zich in de kleding van luipaardkapitein gestoken en Eric draaide met een tevreden gezicht de kamerdeur weer op slot. Ook de kapiteins werden nu in de muurkast gestapt en toen begonnen de drie samenzweerders op hun gemak de laden van het bureau te doorzoeken. Allerlei rapporten over de tinmijnen werden aan een nauwkeurig on derzoek onderworpen en gaven de mannen waardevolle inlichtingenEensklaps liet Eric een zacht gefluit horenDit is zeer interessant," mompelde hij Nieuwsgierig traden zijn mannen naderbij. Het was een brief, eigenhandig ge schreven door de Egyptenaar, waarin verklaard werd, dat de audiëntie, waarom de kolonel gevraagd had, was toegestaan en wel op de 12e dag in de maand der geurige bloemen. „Dat is vandaag," zei EricLet op! dit is onze kans. Als ik ga in plaats van de kolonel, kan ik de Egyptenaar overmeesteren, waarna wi] de macht in handen nemen!" Dit doldrieste plan werd hem door zijn twee helpers sterk afgeraden. Maar Eric had besloten zijn zin door te zetten. Rhodos danst „Koning Custaaf-dag" - Feest bij de „zonen van de tijger" Nederlandse chocoladehoe raken we haar kwijt De politie zocht Voor de eerste maal sedert een jaar mag er op Rhodos gedanst wor den. De directeur van het „Hotel «-» Roses" heeft van de autoriteiten ge- £>an weten te krijgen in zijn zaak bals y organiseren. Zoals bekend, is er ten «jvolge van de Griekse burgeroorlog .'-'ti verbod voor het gehele Griekse ge- 'ed tot het organiseren van openbare °?Ls, maar het „Hotel des Roses" is het Semeen hoofdkwartier geworden van ."aaf Bernadotte de bemiddelaar van UNO. Met toestemming van dezelfde J^toriteiten is de directie echter ook T'ergegaan tot verhoging van de prijzen verband met de stijgende kosten van levensonderhoud. be Amerikaanse Lawntennisvereni- ging heeft een „Koning Gustaaf V Dag" ingesteld ter ere van de 90ste jaardag van de Zweedse Koning, die veel van tennissen houdt. L. D wee hoofden van de „Zonen van de 4, Tijger", die de elite der Siamese H bandieten vormen, gaven op een iv.S een schitterend feest te Kamboeri, als men de berichten geloven mag, (Ah feest niet geëindigd, zoals zij zich Aden voorgesteld. bandieten hadden duizenden per- *tfn«n uitgenodigd en mooie meisjes, tA^trovers, ambtenaren en journalisten V,;6n zij aan zij in de aangenaamste tt, standhouding. De alkohol vloeide bij sA.tnen en zes Boeddhistische priesters in echterende feestgewaden lazen gebeden A het feest een hogere wijding te ge lig Tenslotte vond een danswedstrijd ,tats' maar op het ogenblik, waarop J'.nri°PPerhoofd der bandieten zich ge- L-A, maakte de winnaar de kroon op hoofd te zetten, stortte hij door een 'i> getroffen neer. De winnaar van Off: .danswedstrijd was n.l. een politie- Kler JitA volgde een homerische strijd, van Sr hur 's avonds tot zeven uur in de werden honderden schoten ge- !rki tussen de bandieten en de poli- var>nen, die in de meest verschillen- SAirnommingen in de feestzaal waren ^gekomen. De genodigden maakten mogelijk dat ze wegkwamen. Toch heeft de politie een aantal „nota belen" in arrest genomen, die zich voor de rechter te verantwoorden zullen heb ben wegens hun al te nauwe betrekkin gen met de „Zonen van de Tijger". Van deze laatsten zijn er zes gedood. Boven dien zijn vier der „genodigden" gedood en vier agenten gewond. Ongeveer acht- ton chocolade en zoetigheden uit Nederland zullen een dezer dagen in Dublin in het openbaar worden verkocht, daar de winkels zo zijn voorzien van Britse voorraden, dat men met de Nederlandse „in de maag" zit, d.w.z. men ziet geen v kans ze in de magen van.de Dublina- ren te krijgen. Chocolade etc. is zon der bon in Ierland, dat blijkt hier wel uit. Gedurende drie dagen zocht de po litie van de Britse stad Hadden ham naar een man met gebroken handboeien, die een 9-jarig meisje zou hebben beroofd. De negen-jarige had uitvoerig verteld hoe de man er uitzag, wat voor kleren hij droeg enz. Maar de politie zocht tevergeefsHoe kon het anders? Na 3 dagen bekende de „beroofde", dat ze het hele verhaal verzonnen had om haar verlies te ver klaren van 10 shilling. Op Zondag 27 Juni zal mgr. F. Hall van de Missionarissen van Mill Hill in de kapel van het Missiehuis te Roosen daal een pontificale Hoogmis opdragen. Daarna zal de nieuwe bisschop, die a.s. Zondag in de kapel van het Moederhuis te Londen de H. wijding ontvangt, re cipiëren. Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot wijziging van de grens van vier gulden in titel Vila van het Ille boek van het Burgerlij a Wetboek. De wetgever heeft in 1907 bij de regeling van de arbeidsovereenkomst de economisch zwakkere partij in be scherming genomen. Het grootst is deze bescherming voor de arbeiders die zich tegenover de werkgever in de meest af hankelijke positie bevinden, te weten voor hen, die vier gulden of minder per dag verdienen. Langzamerhand zijn in de afgelopen 40 jaren zowel de in geld uitgedrukte lonen, als de prijzen zeer gestegen. De bepolingen van titel Vila van het Ille boek van het Burgerlijk Wet boek zijn niet toepasselijk voor die ar beiders, wier in geld vastgesteld loon weliswaar meer dan vier gulden be draagt, doch wier tegenwoordige posi tie» niet minder afhankelijk is dan des tijds die van arbeiders met een loon van minder dan vier gulden. Bij die be doelde bepalingen is derhalve het grens bedrag van vier gulden te laag gewor den. Het verdient naar de mening van de minister van Justitie aanbeveling het grensbedrag in het Burgerlijk Wetboek gelijk te stellen aan dat van de onge vallenwet. Bij K. B. zijn o.m. benoemd in (Je delegatie van Nederland naar de een- en-dertigste internationale arbeidscon ferentie, welke tegen 17 Juni 1948 te San Francisco is bijeengeroepen: tot regeringsgedelegeerden: Mag. dr. J. G. Stokman, O.F.M., lid van de Twee de Kamer, voorzitter der delegatie; B. Krijger, secretaris van Staat, hoofd van het departement van Sociale Zaken te Batavia. Tot adviseur, tevens plaatsvervangend regeringsgedelegeerde: mej. mr. G. J. Stemberg, lid van de raad van beheer van het Internationaal Arbeidsbureau. Tot adviseur der regeringsgedelegeer den, tevens secretaris der delegatie, mr. J. Aeg. Timmerman, ambtenaar aan het ministerie van Sociale Zaken. ting weet de bewindsman, dat zij impo pulair is, doch hij acht haar onmisbaar; bij de vermakelijkheidsbelasting advi seert de regering de gemeenten er uit te halen wat mogelijk is. Sprekend over de classificatie zei mr. Witteman, dat hij het platteland ook op een hoger peil wil brengen, maar het is nu niet de tijd voor ver anderingen in de status quo; de bij zondere uitkeringen zijn nog niet de finitief vastgesteld. De minister acht voor de toekomst voor de gemeenten een eigen en een gezamenlijk belas tinggebied gewenst. Aan het slot van de middag heeft de Kamer minister Lieftinck aan de tand gevoeld over een uitkering van f 100.000 aan de weduwe van de Thesaurier-Ge neraal, dr. J. Ridder, die in November '46 bij een vliegtuigongeluk om het le ven kwam. Z. Exc. had ten onrechte gemeend deze uitkering te kunnen doen op grond van een K.B. van 1924, doch de Reken kamer tikte de minister van Financiën op de vingers. Prof. Lieftinck erkende deze middag de verkeerde weg te heb ben bewandeld en de Kamer zag in verband met het pijnlijke van de si tuatie van het aanvoeren van bezwaren in tweede termijn af. De minister verschilde met de heer Bierema V.V.D.)die reizen per vlieg tuig niet meer riskant achtte dan per auto, van mening en deelde de Ka mer mede, dat hij zojuist een K.B. ge contrasigneerd had, waarby bepaald is, dat ambtenaren, die voor dienstrei zen van het luchtverkeer gebruik moeten maken, voor kosten van het Ryk verzekerd worden. ma lijk^En, eerlijk gezegd, men zi<|0altijd ook vrouwen, die er'zich weinig om bekom meren, hoe ze er in zo'n tijd uitzien, iets wat fout is en waarin men, zeker tegenover de mannelijke huisgenoten, te kort schiet. Als u wel eens in het Am sterdamse museum is geweest en u heeft daar dat prachtige schilderij van Vermeer beke ken van die jonge vrouw in verwachting met 'n blauw jak aan, die een brief staat te lezen, dan moet het u getrof fen hebben, hoe mooi deze vrouw is, hoe ontroerend mooi, ondanks, maar het ware beter te zeggen, juist in haar positie. Maar haar wijze van kleden draagt daar ook zeer het hare toe bij. Ze draagt een losvallend jakje op een ruime rok. En nu wil den wij u vertellen, hoe het ons opviel, toen wij vorig jaar zomer in Noorwegen waren, dat de vrouwen, die in ver wachting zijn, daar zulke aardige, geschikte jurken droegen op straat, ook be staande uit een ruime, be hoorlijk lange rok en een wijd, losvallend jakje. Men kan zich als positie jurk geen beter model voor stellen, want een lichte zo merstof leent er zich zo uitermate goed voor. In som mige winkels kan men aar dige bedrukte katoens kopen, die eigenlijk als bekledings- stof zijn bedoeld. Als u geen punten heeft, gaat u dan eens naar zoiets op zoek, want be- kledingsstoffen krijgt men wel zonder punten. stand is, die een natuur en haar dies een "T,gen schoonheid geeft. De tekenaar schetste een model van positiejurk, zoals wij ze in Oslo op straat za gen dragen. ASTRÏD. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiininiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiititiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiin nen dragen? Hondjes, poes jes en kuikentjes waren vroeger de gebruikelijke ver sierselen voor kinderjurkjes en schortjes. Vandaag de dag lopen dames van om en bij de zestig rustig met een rand van geborduurde hond jes in haar japon. En nu kan de jurk op zich nog zo aardig zijn, een dame op leeftijd, die voor haar kle ding een dergelijke kinder achtige versiering kiest, geeft blijk over weinig goede smaak te beschikken. Eindelijk is het dan toch zomer geworden. De zon is doorgebroken en het ziet er naar uit, dat zij van plan is voorlopig haar heerschappij te hand haven. En als echte vrou wen kunnen wij op dit stralende zomerweer slechts antwoorden met het on middellijk voor de dag ha len van onze zomerjurken. Een blik naar buiten is vol doende om ons te tonen, dat deze reactie algemeen is. Iedereen heeft opeens iets zomers aangetrokken. En nu we weer even wat extra aandacht aan onze •mede-aardebewoonsters en haar kleding schenken, zien we weer ontstellend duide lijk het schromelijke gebrek aan goede smaak. De „new look", die in we zen zeer gracieus kan zijn, wordt slechts door weinigen werkelijk elegant gedragen. Nog steeds proberen dames van middelbare of oudere leeftijd er uit te zien als haar dochters en kleindoch ters en maken hierdoor dat zij er, in plaats van char mant, allerbespottelijkst uit zien. Een lichtgebloemd ja ponnetje met een vlinder mouwtje en een wijd open hals kan een dame op leef tijd niet anders dan bela chelijk kleden. Het lijkt wel of de heden daagse vrouw verleerd heeft zichzelf in de spiegel te be kijken. Of zijn de dames van nu zo ij del en zo naïef, dat ze denken, dat ze alles kun- Dit gebrek aan goede smaak, dat zich steeds meer uit in kleur, snit en versie ring van de kleding over dit gebrek in de levensstijl van talloos velen zwijgen we maar wordt nog verre overtroffen door het gebrek aan normaal, gezond schaam tegevoel. Onze badplaatsen en stranden vormen daar het duidelijke bewijs voor. Wie nog enig schaamtege voel heeft overgehouden, kan er op warme dagen niet zonder ergernis verblijven. En dat daar de gevoelens voor het betamelijke bij kin deren en jeugdige personen hartgrondig geruïneerd» wor den, behoeft geen betoog. Het is wel triest, dat op deze manier zee en strand tot geestelijk gevaarlijk terrein worden gemaakt. Waar het gevoel voor nor men bij de bezoekers ont breekt, hebben overheidsbe- palingen weinig nut en even eens weinig kans op effect. Juni Js de maand van de zomergroenten. Wij, Neder landse huisvrouwen, zijn daar zo mee verwend, dat we e r ei genlijk niet dankbaar genoeg voor zijn. Men moet de twee Noorse vriendinnen, die haar vacantie in ons land door brachten, en verrukt waren van al die frisse heerlijkhe den, gehoord hebben, om weer eens te beseffen, hoe véél keus er voor ons is. In Noorwegen zijn groenten namelijk zeer schaars, want de zomer is er kort en goede grond is er weinig. Wij geven ditmaal eens "twee recepten van het toe bereiden van een groente soort, zoals u het wellicht nog niet geprobeerd heeft. Maar 'n mens en zeker een huis vrouw is nooit te oud om iets nieuws te leren. De tuin bonensoep kan wellicht die huisgenoten, die tuinbo nen overigens versmaden, deze kostelijke groente lé ren eten en de spinaziesla is een frisse toevoeging, an ders dan anders. Wie één keer met spinaziesla kennis heeft gemaakt, brengt dat gezonde en lekkere hapje minstens iedere Week op tafel. TUINBONENSOEP 1 liter tuinbonennat (kook vocht, aangevuld met water of melk), (een restje fijn gemaakte tuinbonen), 2 bouillonblokjes. 30 a 40 gr. (3 4 eetlepels) bloem (al naar de dikte van het nat), boter of margarine, veel ge hakte peterselie, wat zout. Het tuinbonennat met de bouillonblokjes aan de kook brengen en bij binden met de aangemengde bloem. Een klontje boter of margarine en op het laatst de gehakte peterselie er aan toevoegen. i SPINAZIESLA kg. spinazie, 2 lepels azijn of slasaus, zout, peper, basilicum, dille, kervel, tijm, bieslook, venkel, gekookte aardappelen). De spinazie wassen, zeer fijn snijden en vermengen met azijn, zout en peper of slasaus, met de fijngehakte tuinkruiden en met wat fijngemaakte aard appelen. waardoor dit slaatje aan zachtheid wint. Na^r het A.N.P. verneemt, is de com missie voor onderzoek van de toekom stige status van Aruba als volgt samen gesteld: Voorzitter: Prof, dr. G. A. van Poelje, leden: Dr. J. E. M. Arends, mr. dr. M. F. da Costa Gomez, J. E. Croes, dr. W. Ch. de la Try Ellis, J. H. A. Eman, dr. P. Henriquez, C. W. J. Jonckheer, L. A. C. Lacle, mr. L. P. M. Loeff, W. F. G. Mensing, W. R. Plantz, mr. dr. D. Si mons en A. E. Wever. Tot secretaris, tevens lid van de com missie, werd benoemd: Mr. J. van An- del Gzn., tot secretarissen: L. C. M. Kerstens en H. A. Hessling. De benoeming van de heren A. Curiel en Helmund is te verwachten. Voorts is de commissie gemachtigd deskundi gen aan te wijzen, die dan door de mi nister van Overzeese Gebiedsdelen zul len worden benoemd. De leden van de commissie zouden vandaag de reis naar Aruba aanvaarden in gezelschap van de heer J. A. Eman en dr. da Costa Gomez. „La Libre Belgique" meldt het over lijden in Zuid-Afrika van de Vlaamse priester-dichter Cyriel Verschaeve, die in 1874 te Ardooie werd geboren. Cyriel Verschaeve, die tijdens de be zetting voorzitter was van de Vlaams- Duitse cultuurgemeenschap, volgde in 1944 de Duitsers bij hun terugtocht en vestigde zich in Duitsland. Door de persoonlijke bemiddeling van maarschalk Smuts werd hij na de capi tulatie met een speciaal vliegtuig naar Zuid-Afrika overgebracht, waar hem asyl werd verleend. Het is wel een tragisch leven, dat op deze wyze werd beëindigd. Het talent van Cyriel Verschaeve als schrijver heeft van het begin af aan erkenning gevonden in een uitge breide kring van katholieke Vlamin gen, doch is zeker niet voldoende ge waardeerd geweest buiten die kring, Dit neemt niet weg, dat zijn bedoelin gen ten opzichte van het Vlaamse volk door JAMES CHARLES LYNCH 13) Sam draaide zich met een ruk om, kwaad op zichzelf. Hij was in een hin- derlaa ggelopen. Een oud-gediende, met een krans van witte baardharen rond om zijn wangen, gluurde hen van de deuropening uit uilachtig aan. „Hallo, Casper", zei Will „Ik achter volg die man". „Grijp hem dan en maak dat je weg komt", zei Casper. „Jullie bent in over treding. Niemand heeft je gevraagd, om op deze grond iemand te achtervolgen". „Kom mee, Sam", zei Will. „Zodra ik uitgepraat ben", zei Sam. Hij wierp Casper een wantrouwige blik tde. „Waar is Deborah? Ik wil haar spreken". „Ga dan maar naar Boston", zei Cas per. „Ze is naar Boston vertrokken. Voor de hele zomer. De baas heeft haar weggestuurd" „Wat je zegt. En waarom?" „Gaat je geen snars aan. Hy heeft Terheun haar het hof zien maken en daarom heeft hij haar weggestuurd". „Wat!" zei Will Arundle. „Ruk in", zei Casper. „Orders van de baas". Sam keerde zich om en wandelde de heuvel af. De nederlaag knaagde aan zijn ziel, maar het was niet de eerste maal, dat hij verslagen werd. Niettemin was het een ondraaglijke toestand. Hij stampte op de grond en uitte een ver wensing. Toen zij terug waren op Tom Adam's grond, zei Will Arundle: „Je loopt je overal te pletter tegen die Smythe. Hij heeft zijn vangarmen naar alle kanten uitgestrekt 't Is vechten tegen de bier kaai. Snap je nou, waarom Steve de kuiten wil nemen? Hij is hier uitge praat. Hij krijgt niet ene klant meer". Sam bleef plotseling stilstaan. „Zeg tegen hem, dat hij z'n winkel niet moet verkopen. Zeg hem maar, dat z'n zaken als een vuurpyl de hoogte in zullen gaan". „Hoezo?" vroeg Arundle. „Je zei daar juist iets", zei Sam. „Je hebt me op een idee gebracht". „Wat ga je doen?" vroeg de agent. „Tekort aan arbeidskrachten, niet waar?" „Schreeuwend". „Als de ramen kapot waaiden en de pannen van de daken vlogen, dan zou den ze Steve de zaak moeten laten her stellen, nietwaar?" „Ik zou het wel denken" „Ik ga de boel laten kapot waaien", zei Sam. „Ik ga de hele zaak ruïneren". Will Arundle keek niet op zijn ge mak. „Hoe dan?" ,,'n Smerige Indianentruc", zei Sam. „Ik heb een medicijntas. Gekregen van een medicynman Blauwe Arend heette hij nadat ik zijn spoor had ge volgd en hem te pakken had gekregen. Blauwe Arend placht regen te maken, zodat de wagentreinen in de modder vastliepen. Of, als de mensen ergens een huis bouwden, riep hij een cycloon op, die alles van de vlakte vaagde". „Blij toe", zei Arundle, „dat jij geen Indiaan bent". „Komt op hetzelfde neer", zei Sam. „Ik heb toctj zeker een Indianennaam. Ik ben toch zeker in een stam opge nomen!" „Weet ik niks van", zei Will. „Maar wat ik wel weet, dat is, dat je wegens vernieling van andermans eigendommen kunt worden gearresteerd". „Zie maar, dat je me te grazen krijgt", zei Sam. „Probeer het maar te bewij zen". Will krabde op zijn hoofd. „Voel je je helemaal goed, Sam?" „Best. Ik heb me zelden zo uitgesla pen gevoeld". „Ik ga terug naar de stad", zei Will. „Neem je in acht. Als er morgen ook maar één dakpan ontbreekt, voer ik dit arrestatiebevel uit". „Mij een zorg", zei Sam. „Als je tot zolang je snavel maar houdt" De wagen stond nog voor de deur geparkeerd. Sam ging naar binnen en gluurde in de zitkamer. Tom Adams hing in een stoel, met een groot glas in zijn hand. „Langzaamwerkend vergift is dat, m'n zoon", zei Sam. „Ik gebruik het al se dert jaren". „Nog nieuwe verwoestingen?" vroeg Tom. „Nog slachtoffers van geweld?" „Weet ik veel", zei Sam. „Dacht je dat ik me met zulke akelige dingen op hield?" „G-r-r-r-r!" zei Tom. „Wees stil. Janet slaapt. Ze is doodop". „Ze topt te veel", zei Sam. „Ze onder mijnt haar krachten". Hij gifig naar boven, naar zijn kamer en trok de jutezak onder zyn bed van daan. Hy bleek heel wat te bevatten. Behalve de half lege zak met pinda's, was er ook een met gepofte maïs en een andere met stukken taai, gedroogd vlees. Sam at uit beide zakken een flinke hoeveelheid, terwyl hy zyn arm in de plunjezak begroef en een bundeltje te voorschijn bracht, dat in een rode lap zat gewikkeld. Hij stopte het pakje on der zijn jas en sloop weg door de ach teruitgang, zonder te worden lastig ge vallen. Weer. ging hij naar het strand, waar hy een afgezonderde plek vond tussen een boomstam en een overhan gende rots. Hier kon hij onopgemerkt zijn plechtigheden verrichten. Maar het was nog te vroeg. Hij stak zijn bundel tje onder de rots, ging op zijn rug liggen schoof zyn hoed over zijn gezicht en viel in slaap. Met schrik werd hy wakker. De duis ternis was gevallen Hoog in de lucht stond een pokdalige maan en wolken- c; flarden joegen voorbij het kille gezicht. Hier en daar dansten lantarens en de nacht was vervuld van roepende stem men. „Opa!" „Sam!" Hé, daar!" „Mensenjacht", mompelde Sam en dook dieper in zijn schuilplaats. Er naderden gestalten. Hij onder scheidde Janet in een baan maanlicht. Tom herkende hij aan zijn stem. Will Arundle verscheen, zwaaiend met een lantaarn. Ze maakten een massa spek takel en verdwenen toen in de richting van het huis. „Die Arundle heeft me verklikt", zei Sam. „Ik mag lijden, dat hij een dakpan op zijn kersepit krijgt". Hij pakte het bundeltje uit en haalde een aantal amuletten en kralensnoeren te voorschijn. Deze legde hij volgens een bepaald patroon neer, na verscheidene malen zijn ogen op de Grote Beer en andere hemellichamen te hebben ge slagen Toen alles gereed was, ging hij met gekruiste benen voor zijn uitstalling zitten, een rammelende, uitgeholde ka lebas in elke hand. Hij schudde de ram melaars boven de amuletten. Hij wierp een snuifje stof «ver zijn linkerschou der en riep: „Whamamaho!" Een half uur lang rammelde hij met de kalebassen en uitte hij onverstaan bare kreten. En toen hij klaar was, riep hij uit: „Blaas, zeg ik je, blaas!" in zyn moedertaal, om elk misverstand te voorkomen. (Wordt vervolgd) zuiver en belangloos geweest kunnen zijn. Maar in hem bewoog een droom van genialiteit, waaraan zijn vorm vermogen hem niet de gelegenheid bood, te beantwoorden. In werkelijk heid schreef hy vaak zeer slordig of zeer pathetisch. Hij had grootse ont werpen, weidse denkbeelden, doch een gering schattingsvermogen ,en te weinig zelfcritiek. Als priester, die reeds in de eerste wereldoorlog gezien had, hoe in het leger, speciaal tydens de gevechten'aan de IJzer, onrecht werd gedaan aan Vlaamse militairen, gaf hy zich met hart en ziel aan de belangen van deze katholieke Vlaamse jongens. Hij kwam hierdoor in een ietwat scheve verhou ding tot zijn kerkelijke overheden, die oordeelden, dat hij in het kiezen van party ten gunste der Vlamingen verder gegaan was dan hij strikt gesproken verantwoorden kon. .Zijn benoeming tot pastoor bleef uit. Het was voor iedereen duidelyk, dat Verschaeve om bepaalde redenen werd achteraf gehouden. Zeker mag men het als een rehabilita tie zien, dat hij in 1937 door de universi teit te Leuven zich een eredoctoraat in de letteren zag toegekend. Inderdaad heeft hij voor de Vlaamse letteren grote verdiensten. Hij is bij uitstek de inwij- der geweest tot allerhande meesterwer ken. Zijn betoog wist de jéugd te be zielen. Hy leerde haar eerbied voor het grootse en gaf haar oog voor het ver hevene. Dat hij in de tweede wereldoorlog op nieuw partij koos, menende dit voor Vlaanderen te doen, is moeilijk te ver ontschuldigen, want nu koos hij niet alleen partij voor een verwant volk, maar voor een fel anti-katholieke bewe ging. Hij heeft het nazidom gepropa geerd. Hij zal daarbij zekere omzichtig heid niet uit het oog verloren hebt^n, doch zijn naam is als belangrijk propa gandamiddel gebruikt^Hij heeft dit la ten geschieden. Dat een man van zijn begaafdheid in ballingschap sterven moest, is be treurenswaardig. Maar het is niet toe te schrijven aan enigerlei onrecht ten zynen opzichte. Hij heeft zichzelf dit bittere lot op de hals gehaald. Het hoofdbestuur van het Nederlandse Rode Kruis deelt mede, dat van de Nederlandse Bank toestemming kan worden verkregen tot overschrijving uit geblokkeerd tegoed voor giften van 500 en hoger, ten bate van het Neder landse Rode Kruis.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1948 | | pagina 3