Levens
aanvaarding
D'
ERIC DE NOORMAN-DE STEEN VAN ATLANTIS
T
V
K
Mensen op reis
EIGEN BENEN
AMERIKAANSE HULPVERLENING AAN
NEDERLAND KAN BEGINNEN
Organisatie van het katholieke
amateurtoneel
Commissie bezits-
spreiding
Wetsontwerp Ondernemingsraden
Overeenkomst Vrijdag
getekend
Ontslag leden Ged.Staten
en wethouders
MILITAIREN ROOIEN
AARDAPPELEN
OPROEP TOT DE GEORGANISEERDE JEUGD
V..
.J
Deze maand eerste serie landdagen te Utrecht
ONTSLAG BIJ ARBEIDS
OVEREENKOMSTEN
OP I
Mgr. Eras naar ons land
2
ZATERDAG 3 JULI 1948
PAGINA 3
Bezwaren en instêmming
KON. MILITAIRE ACADEMIE
Opleiding begint in
September
Wetsontwerp ingediend
MABEL BARNES
GRUNDY
Vertaald door: E CRIESE - K. DE VRIES
BELONING IN ZICHT
Voor verdelgers van
color ad okevers
Mr. Brons onderschelden
l e vorige Zondag en ook nu weer
is het Epistel der H. Mis eep pas
sage uit St. Paulus' brief aan de
I Romeinen. Hij verklaart hun de leer van
onze rechtvaardigmaking en legt er alle
nadruk op, dat wij door het H. Doopsel
in een geestelijke gemeenschap zijn ge
treden met Christus' dood. Daardoor zijn
wij afgestorven aan de zonde. En zoals
Christus door Zijn dood de zonde heeft
overwonnen, zo zijn wij, uit kracht van
i het doopsel, het bovennatuurlijke leven
der genade ingegaan. St. Paulus drukt
ons daarbij bizonder op het hart, dat wij
zodoende een geheel nieuw leven
zijn begonnen, dat echter eerst dan zijn
volle bloei bereikt, wanneer wij, mede
werkend met Gods genade, de zelfheili
ging als onze voornaamste taak bescnou-
wen. Want wij mogen niet vergeten, dat,
al zijn wij door Christus van de zonde
bevrijd, deze toch steeds zal blijven
trachten haar verloren invloed op ons
te herwinnen, daar de boze begeerten
voortdurend in ons nawerken. In het
leven ziet Paulus ons als soldaten, die'
onze ledematen niet als wapenen der
ongerechtigheid in dienst van de zonde
moeten stellen, maar als wapenen der
gerechtigheid in dienst van God. Vóór
het doopsel was de mens een slaaf der
zonde, maar daarna is hij van de zonde
bevrijd, een dienaar van God, die door
zijn verplichte heiliging het eeuwige
leven als loon mag verwachten, terwijl
de soldij der zonde de dood is. Hiermede
is onze taak in het leven duidelijk om
schreven. Eerst en vooral door een con-
l sequent trouw blijven aan onze uitver
kiezing onze eigen heiliging bewerken.
Nu is het een zeer betreurenswaardig
feit, dat ook onder ons, Katholieken, de
aardse gezindheid langzamerhand zózeer
is gaan overheersen in ons denken en
Voelen, dat wij zulke begrippen als „hei
liging" bijna uitsluitend beschouwen als
iets heel uitzonderlijks, iets, dat voor
een gewoon mens niet is weggelegd, en
alleen maar voor uitverkoren zielen be
reikbaar. Dit is een grove misvatting,
omdat het de miskenning inhoudt van
de hoogste levenswaarden, ons onnoe
melijk veel schade berokkent en Gods
bedoelingen verijdelt. De uitwerking van
Zijn verlossing en het effect van Zijn
genadehulp heeft Hij in Zijn Wijsheid
afhankelijk gesteld van onze vrije mede-
Werking. Niet alleen voor ons zelf, maar
dok voor anderen. Want onze opdracht
is het, £ijn leer onder de mensen te ver
breiden, door ons voorbeeldig gedrag
®hderen de waarde van het Christendom
i® doen inzien en zo de wereld tot Chris
es teleiden, onder Wiens leiding zij
alleen geluk en vrede kan vinden. Er
kan niet genoeg nadruk worden gelegd
op de waarheid, dat juist een volkomen
opgaan in God, een allerinnigste gemeen
schap met Christus, een onvoorwaarde
lijke medewerking met Zijn genaden
normale levenshouding
Hier ligt misschien de grootste fout,
welke de: Christenen ooit begaan heb
ben, doordat zij dit niet hebben inge
zien en dus ook niet in practijk ge
bracht. Wat er nu nog helaas voor
de meesten van ons H. Geloof is over
gebleven. is niet veel méér dan een
verzameling verboden en tradities, die
Zo goed en zo kwaad als het gaat wor
den onderhouden, maar zó, dat deze
Vooral geen afbreuk doen aan onze
dierbare gewoontetjes en niet te lastig
Worden.'Uit deze gemakzucht zijn wij
*r stilaan ook toe gekomen, onze hele
bouding in het levéh te beperken tot
®en negatieve houding van afweer. Wij
gaan de moeilijkheden liever uit de weg
dan dat wij ze recht in de ogen zien en
de strijd ertegen aanbinden. Het is dan
°ok heel begrijpelijk, dat deze houding
bij andersdenkenden een eigenaardige
ihdruk heeft gewekt over onze waar
dering van het leven in al zijn uitingen.
Men beschouwt ons zo ongeveer als de
Verklaarde vijanden van alle natuurlijk-
beid, als een soort zuurpruimen die de
zon niet in het water kunnen zien
schijnen. Eerlijk gezegd: wij hebben het
®r enigszins naar gemaakt. Het werk
program der Katholieke Actie in het
bisdom Haarlem heeft onlangs zeer dui
delijk op deze afzijdigheidspolitiek ge
wezen. Enze afgekeurd!
Feitelijk is het diep treurig, dat wij
DU eerst tot dit inzicht zijn geko
men, nu wij door een verkeerd
begrepen voorzichtigheid onze invloed
°P het openbare leven zozeer uit han
den hebben gegeven, dat een minder
heid in staat is geweest haar verkeerd
stempel erop te drukken. Het echte
christelijke leven is niet een vijand van
h® aarde, zoals men veelal denkt. Een
dergelijke opvatting is een belediging
van God! „Al wat door God is gescha
pen, is goed, en niets is verwerpelijk",
*egt St. Paulus (1 Tim. 4.4). En de ge
bade vernietigt de menselijke natuur
biet, maar verheft ze. Het komt er al
ken maar op aan, geen wanorde te
Scheppen, en al het geschapene op de
ühiste manier te waarderen en te be
dotten. Onze christelijke levensstijl.
Mdus het K.A.-orgaan heeft niets
dcgatiefs, is niet. een samenstel van
yerboden en inperkingen, maar heeft
^Oist die heerlijke positiviteit van het
gezonde, normale, échte, waarbij ver
bleken alle onbeteugeld „uitleven"'
"daar een vreugdeloos, armetierig ge-
is.
•Het is niet zoals de wereld meent-
bek van het volle leven alle prettige
duigen af, en je houdt het christelijk
bven over! Neen, wat het christelijk
bven niet omvatten kan, dat is geen
dven, dat is het aankijken niet waard!
"et enige „volle leven" dat er bestaat,
dat van de echte, alzijdige Christen,
edig mens zijn en volledig Christen,
leat ^et door God bedoelde ideaal. Wij
ven nu eenmaal in de wereld en wij
oeten daarom het leven en de wereld
abdurven. Geen verstoppertje spelen,
tpet wegkruipen, en vooral niet te pas
^.a te °npas overal kwaad in zien. Alles,
God geschapen heeft, is goed. Het
eerst kwaad worden, als wij er een
Te 's-Gravenhage is Vrijdagavond on
dertekend de bilaterale overeenkomst tus
sen Nederland en de Ver. Staten, welke
betreking heelt op de uitvoering van het
Europese herstel-programma. Zij kan be
schouwd worden als een verklaring van
Nederlandse zijde tegenover de regering
van de V. S„ dat Nederland de verplich
tingen op zich neemt, die het reeds heeft
aangegaan in het Europese verdrag van
16 April 1948.
Door het sluiten van deze overeenkomst
kan de Amerikaanse hulpverlening aan
Nederland voortgang hebben.
De ondertekening geschiedde door de
minister van Buitenlandse Zaken, mr. G.
W. C. H. baron Van Boetzelaer van Ooster
hout, en de ambassadeur der Ver. St., dr.
Herman Baruch, in bijzijn van o.a. minis
ter Lieftinck, minister Van den Brink, prof.
E. De Vries en dr. H. J. Hirsehfeld.
Minister baron Van Boetzelaer van Oos
terhout noemde de ondertekening een
historisch ogenblik.
Ik zou willen verzekeren, aldus spr.
dat het Nederlandse volk het zijne zal
bijdragen in de uitvoering van dit grote
plan in het volledige besef, dat de ont
zaglijke opofferingen van het Amerikaan
se volk voor de gemeenschappelijke over
winning en thans voor de wederopbouw
van de landen van Europa alleen geëve
naard kunnen worden door de vaste wil
van de steunontvangende landen om deze
unieke gelegenheid zo goed mogelijk te
benutten. Spr. wees er op, dat nu de con
ventie van de Europese economische sa
menwerking is getekend, thans, nog geen
drie maanden na de ondertekening, de or
ganisatie «van Parijs op volle toeren is en
de eerste vrucht van haar activiteit, het
z.g. derde kwartaal-program, naar de auto
riteiten der V.S. gezonden heeft.
In de overeenkomst is vastgelegd, dat
de Nederlandse regering zo goed mogelijk
zal trachten om die maatregelen te nemen
of te handhaven, die nodig zijn om een
doelmatig en practisch gebruik van alle
hulpbronnen, die haar ter beschikking
staan te verzekeren. Daarbij is o.m. inbe
grepen het gadeslaan van- en het toe
zien op het gebruik van zulke hulpbron
nen door middel van een effectief, door
de organisatie van Europese samenwer-
kir* goedgekeurd contróle-systeem.
Voorts het, voorzover uitvoerbaar, ne
men van maatregelen, teneinde vermogens
bestanddelen en de x opbrengsten daarvan,
toebehorende aan Nederlandse onderdanen
verkeerd gebruik fan maken. Jammer
genoeg gebeurt dit zo vaak en zo alge
meen, dat velen niet eens meer begrij
pen, dat menige levensuiting ook goed
kan worden benut. Welnu: Christus
heeft ons het licht en het zout der we
reld genoemd. Beide opdrachten moeten
dus in ons leven tot hun recht komen.
Licht moet schijnen, en zout moet het
voedsel geheel doortrekken. Zo moeten
wij midden in de wereld allen een voor
beeld zijn.
Wanneer anderen Gods goede gaven
misbruiken, moeten wij daartegenover
het juiste en goede gebruik stellen. Waar
anderen door hun misbruik^ spoedig
oververzadigd worden en walgen van
hun eigen onbeheerstheid, ^noeten wij
dofr ons gedrag tonen-, hoe een
goed gebruik van Gods schepping
de ware en echte vreugde schenkt,
die gelukkig en geestelijk gezond
maakt. Niets wat de wereld bieden
kan, hoeft voor ons verboden ter
rein té zijn, mits wij, bij het ge
nieten ervan, Gods geboden, of liever
nog Gods bedoeling daarmee in het
oog houden. Het is bovendien een on
loochenbaar feit, dat alléén dan
alle aardse goederen hun hoogste per
centage aan voldoening, aan onver
mengde voldoening schenken. Wij
moeten de schepping aanvaarden, zoals
ze uit Gods hand is voortgekomen, en
dankbaar alles genieten, wat Hij ons
ter beschikking heeft gesteld.
Want ook door de natuurlijke, gescha
pen dingen kunnen en behoren wij naar
Gods bedoeling de Schepper te benade
ren. Ons afzijdig houden en alleen maar
afgeven op de „bedorven wereld" is
nutteloos gepraat en komt bovendien
verdacht dicht bij heel ordinaire schijn
heiligheid. Wat God van ons verwacht
is met beide benen stevig midden in
het leven te staan. Vertrouwend op Zijn
genade en diep overtuigd van de juist
heid van onze levenshouding kanten
wij ons principieel tegen ieder misbruik
van Gods schepping. Maar vooral: wij
gaan daarbij allen voor met het goede
voorbeeld. Wat verkeerd is, blijft ver
keerd en wij weigeren beslist daaraan
mee te doen. Omdat wij ervan overtuigd
zijn, dat een miskenning van Gods be
doelingen en geboden ook noodzakelijk
een aanfluiting van het elementaire
fatsoen moet zijn. Omdat onze mense
lijke waardigheid daardoor ernstig in
het gedrang komt. De christelijke be
ginselen zijn in ons tegenwoordig open
baar leven ver te zoeken. Welnu, daar
ligt ons modern apostolaat: de wereld
bewijzen, dat een goed Christen nood
zakelijk een goed mens is. Zoals een
goed mens niet werkelijk goed kan zijn,
als hij niet desnoods zonder zich
dat bewust te zijn naar de grondbe
ginselen van het Christendom leeft. Zo
diep grijpen de begrippen mens en
Christen in elkaar.
L.
en aanwezig in de V. S., hare gebiedsde
len en bezittingen, te localiseren, te iden
tificeren en aan te wenden tot passend
gebruik ter bevordering van het gemeen
schappelijke Europese herstelprogramma.
De Nederlandse regering zal zo goed mo
gelijk trachten om haar munt te stabili
seren, een gezonde wisselkoers in te stel
len of te behouden, haar overheidsbegro
ting in evenwicht te brengen zodra zulks
uitvoerbaar is, een interne financiële sta
biliteit te creëren of te behouden en, in
het algemeen, het vertrouwen in haar munt
te herstellen of te handhaven.
De Nederlandse regering neemt o.m. op
zich een speciale missie voor econo
mische samenwerking te ontvangen welke
zich in Nederland zal kwijten aan de taak
der V. S. ingevolge deze overeenkomst.
De speciale missie en haar personeel en
de bijzondere vertegenwoordiger van de
V. S. van Amerika in Europa zal be
schouwd worden als deel uit te maken van
de ambassade van de V. S. in Nederland.
Aan het Voorlopig Verslag van de
commissie van rapporteurs der Eerste
Kamer over het ontwerp van wet tot
aanvulling van de provinciale wet en
de gemeentewet, tussentijds ontslag van
de leden der Gedeputeerde Staten en
van wethouders, is het volgende ont
leend:
Bij de ovêrweging van dit wetsont
werp in de afdelingen der Kamer ver
klaarden verscheidene leden, ernstig be
zwaar tegen de voorgestelde regeling
te hebben.
Ten zeerste betreurden andere leden,
dat de regering niet bereid was .geble
ken, de wijzigingsvoorstellen van de heer
Algera c.s. over te nemen en na de af
wijzing daarvan voor de Tweede Kamer
zich evenmin ontvankelijk had getoond
voor het amendement van het lid der
Kamer de heer Hooij c.s.
Vele leden verklaarden, met strekking
en inhoud van dit wetsontwerp in te
stemmen. Naar hun mening vordert een
democratisch bestel, dat wethouders en
leden van Gedeputeerde Staten, door
het vertrouwen van de gemeenteraad en
dat van de Provinciale Staten tot hun
functiën geroepen, terugtreden zodra
hun dat vertrouwen van de gemeente
raad en dat van de Provinciale Staten
tot hun functiën geroepen, terugtreden
zodra hun dat vertrouwen wordt op
gezegd.
Om te voorzien in het ernstige tekort
aan beroepsofficieren bij de Koninklijke
Landmacht, is het noodzakelijk de Ko
ninklijke Militaire Academie te doen
herleven.
De commissie, welke ter bestudering
van dit onderwerp was ingesteld, heeft
kort geleden haar rapport uitgebracht.
Op grond van dit rapport en van verder
terzake gevoerd overleg is de minister
van Oorlog tot de conclusie gekomen,
dat, mede uit financiële overwegingen,
vestiging te Breda, in het kasteel van
Breda, het meest aanbevelenswaardig is.
Het ligt in het voornemen van de mi
nister om met de opleiding in September
1948 te beginnen, indien alsdan de voor
zieningen aan het gebouwen- en ter
reinencomplex gereed zijn gekomen.
De minister van Oorlog heeft op
dringend verzoek van de georgani
seerde landbouw, in overleg met de
departementen van Landbouw en
Sociale Zaken ruim 900 militairen
voor het rooien van pootaardappelen
aangewezen. Gisteren zijn zij met
het werk begonnen in Zeeuws-
Vlaanderen en in W.-Brabant, en in
de komende dagen zullen zij in de
Wieringermeer en omgeving werk
verrichten.
138. Onbewust van wat zich exp het podium afspeelde, wachtten Eric's qetrou-
wen vergeefs op het sein tot dé strijd. Zij hielden gespannen de figuur van de
generaal in het oogzij zagen hém opstaan en reeds meenden zij de witte
vlag te zien ontplooien, toen Tubalah met een ruk weer ging zitten! Zenuwach
tig rekten de Atlantiden de halzen een onrustig gevoel bekroop hen Nie
mand van hen bemerkte dat de lijfwacht van Kirasso een ijzeren gordel legde
rond de aanwezigen, zodat allen opgesloten waren en gevangen in een reus
achtige val. In zijn kerker slaakte Eric een zucht van opluchting toen het
deurtje openging en de ladder neergelaten werd. ..Het is zo ver" klonk de stem
van een luipaardman hol door de ruimte, „ztjt gij gereed?" „Ja", antwoordde Eric
met heldere stem, de dwerg liet een onzeker gepiep horenMet veerkrachtige
tred liep Eric naast de luipaardmanpen door de donkere gangen. Eensklaps echter
overviel Eric een bang voorgevoel. Duurde de tocht zo lang? Wat waren dit voor
gangetjes, waardoor hij liepEindelijk straalde voor hem het zonlicht naar
binnen door een kleine poort en Eric meende het einde van zijn tocht bereikt te
hebben. Doch nauwelijks was hij naar buiten gestapt of Mi bleef als versteend staan
en het was of alle leven uit hem vluchtte. Daar voor hem stond op een klein
binnenhof een hakblok. Twee mannen stonden achter dit sombere werktuig. De
een was een beul in scharlaken kleding, een bijl rustend aan zijn voet. De andere
man was Kirasso. „Treed nader. Noorman!" snerpte Kirasso's stem. Dit is de dag
van uw terechtstelling, niet waar? Welnu hij vindt stipt op tijd plaats, alleen de
plek zoals ge ziet, is niet die welke gij u gedacht had! GIJ ZULT UW DOOD NIET
ONTGAAN!!!"
Ter gelegenheid van het Gouden Regeringsjubileum van H. M. de
Koningin zal op 10 Juli door alle jeugdorganisaties, samenwerkende in
de Nederlandse Jeugd Gemeenschap, te Amsterdam „De Dag van de
Jeugd" worden georganiseerd.
Ondergetekenden roepen alle leden van jeugdorganisaties, als:
Padvindsters, Katholieke Verkenners, padvinders, V.C.J.C.'ers, A.J.C.'ers,
V.J.B.'ers, Gidsen, C.J.M.V.'ers, C.J.V.F.'sters, Kajotters, Lutherse jeugd,
Doopsgezinde jongeren, C.O. J.O.-leden, A.M.V.J.'ers, Ons-Huis-jeugd,
N.J.V.'ers, Hervormde jongeren en anderen op Zaterdagmiddag 10 Juli
cl.s. deel te nemen aan de grote jeugdmanifestatie in het Olympisch
Stadion, waar het Jeugdstadionspel door duizenden aangesloten leden
wordt uitgevoerd.
Op Zaterdagavond wordt in hetzelfde stadion voor de ouderen een
uitvoering gegeven, die voor iedereen toegankelijk is.
Ds. N. O. STEENBEEK, voorzitter N.J.G.
E. A. SCHüTTENHELM, directeur Kath. Jeugdbew.
Mevr. E. v. d. BOSCHde Jongh, presidente N.P.G.
Me j. J. AALBERS, secr. Meisjesverbond C.J.V.F.
Ds. P. FAGEL, secretaris Herv. Jeugdraad.
Mej. J. FOKKE, secr. Ned. Bond van Volksh.
AD VAN MOOCK, secretaris A.J.C.
W. C. ROEST VAN LIMBURG, hoofdcomm. N.P.V.
Mej. M. VENDRIK, voorzitster K.A.V.J. Ned.
L. MEILINK, secretaris Buitenleven N.J.G.
JAN PETERS, algemeen secretaris der N.J.G.
Het Katholiek Amateur- en Leken-
toneel in Nederland gaat zich organi
seren in een landelijke organisatie, die
„Werkverbond Katholiek Amateur
toneel" gaat heten, afgekort: W.K.A.
17 en 18 Juli worden er in Utrecht
landdagen gehouden, waarop deze or
ganisatie haar beslag zal krijgen.
Het voorbereidend werk is al zo ver
verricht, dat de organisatie op papier
reeds geheel in kannen en kruiken is.
De statuten zijn gereed, een regiecursus
en spelersweekends zijn voorbereid, op
de landdagen verschijnen het eerste
nummer van een eigen tijdschrift en
een becommentarieerde catalogus van
toneelstukken, een Wagenspel, dat de
aangesloten verenigingen beschikbaar
wordt gesteld, is geschreven, een biblio
theek en een adviesbureau zijn gesticht,
er zijn nog allerlei plannen en dat alles
is het werk van het voorlopig hoofdbe
stuur, dat 6 Maart van dit jaar werd ge
formeerd en dat de leiding houdt; totdat
op statutaire wijze een hoofdbestuur
wordt gevormd. Men ken dus wel zeg
gen, dat er met enthousiasme en voort
varendheid is gewerkt.
Het begin van deze organisatie lag bij
het Hoogwaardig Episcopaat, dat 29 No
vember het Katholiek Centrum voor
Nederlandse Cultuur verzocht antwoord
te geven op de vraag, of een katholieke
bond van amateurtoneelspelers en leken
spelbeoefenaars wenselijk was. Het Cen-
Gisteren werd in Den Haag de bilaterale overeenkomst tussen Nederland en de
Verenigde Staten getekend. Dr. Herman Baruch, Amerikaans ambassadeur,
tekende voor zijn land.
trum stelde uit de kringen van het ama
teurtoneel onder voorzitterschap van mr.
Jan Derks een commissie samen, die
over deze vraag rapport moest uitbren
gen. De conclusie van dat rapport was,
dat zulk een katholieke organisatie no
dig is, om het toneel, dat voortkomt uit
de katholieke beginselen en deze wil^
uitdragen, tot een zo hoog mogelijke ont
wikkeling te brengen. 24 December 1947
aanvaardde het Episcopaat deze conclu
sie en hechtte zijn goedkeuring aan de
statuten, die de commissie ontworpen
had.
Tot nu toe bestaat op dit ffebied in
ons land slechts de Natn, de Neder
landse Amateurtoneel Unie, die voor
de ontwikkeling van het amateurtoneel
uitstekende dingen heeft gedaan en de
bij haar aangesloten katholieke ver
enigingen nimmer reden tot klachten
heeft gegeven. Zij eerbiedigde de ka
tholieke beginselen ook ten volle,
maar de commissie-Derks was van
oordeel, dat de eerbiediging van deze
beginselen een vrij negatieve basis is
en dat een organisatie nodig is, die
positief deze beginselen huldigt.
Men heeft daaronder uiteraard niet te
verstaan, dat bij het W.K.A. dat soort
slecht patronaatstoneel, dat zich een
kwade naam verworven heeft door zijn
zoetelijke sentimentaliteit, de hoofdtoon
zal voeren. Men zal dat integendeel
weren en er op uit zijn, dat de uitvoe
ringen artistiek verantwoord zijn. Dat
wil nu weer niet zeggen, dat men een
kleine plattelandsvereniging tot het
klassieke repertoire zou willen brengen,
maar wel tot stukken, die niet met de
goede smaak overhoop liggen.
Met het beroepstoneel streeft het
W.K.A. goede verstandhoudingen na en
een van de aardigste plannen is wel,
in verschillende plaatsen een kern be
roepsspelers tezamen met amateurs te
doen optreden. Bovendien wil men het
de amateurs gemakkelijker maken om
beroepstoneel te gaan zien, en dat alles
is belangrijk voor het amateurtoneel,
omdat het er van kan leren, maar ook
voor het beroepstoneel, omdat het zo
binnentreedt in kringen, waar het tot
dusver doorgaans niet kwam.
Het Wagenspel, dat het W.K.A. voor
zijn verenigingen heeft laten schrijven,
is van de hand van mr. Jan Derks en
heeft tot titel „De dood speelt mee". Het
voert een spullenbaas ten tonele, die met
de handen in het haar zit, omdat de
man, die in zijn wagenspel de dood moet
spelen, ziek is. De echte dood komt om
de toneeldood te halen en de spullen-
baas haalt hem over, de rol van zijn
slachtóffer te spelen, wat aanleiding
geeft tot dwaze verwikkelingen, waar
aan de ernstige achtergrond niet ont
breekt. Een aardige vondst voor een
spelletje van veertig minuten met spitse
dialogen. Het is de bedoeling, dat de
verenigingen dit stuk inderdaad als wa
genspel op pleinen en markten opvoeren.
Dezer dagen heeft de minister van
Sociale Zaken de commissie geïnstal
leerd, welke tot taak heeft advies uit
te brengen inzake „net vraagstuk in
hoeverre door wettelijke maatregelen
de spreiding van het bezit over de grote
massa des volks en een redelijke ver
deling van het inkomen over de ver
schillende groepen der bevolking dient
te worden bevorderd".
Deze commissie, kortweg commissie
bezitsspreiding geheten, staat onder lei
ding van dr. M. J. H. Cobbenhagen. pr.,
hoogleraar aan de Kath. Econ Hoge
school te Tilburg.
Minister Drees verheugde het, dat hij
de commissie breed had kunnen samen
stellen met personen, die grote deskun
digheid aan grote belangstelling paren,
en verwachtte dat de commissie aller
eerst het vraagstuk der winstdeling ter
hand zou nemen en daarover afzonder
lijk en zo concreet mogelijk zou rap
porteren
Overigens bestrijkt de opdracht der
commissie een breder terrein, waarbij
intussen meer principiële adviezen dan
in alle onderdelen uitgewerkte voor
stellen worden verwerkt.
Prof. Cobbenhagen legde er in zijn
antwoord de nadruk op. dat de com
missie bezitsspreiding een studiecom
missie is, waarvan het eindresultaat, dat
voorshands een groot vraagteken is, cri-
tisch za worden ontvangen, bezien en
bestudeerd.
Bij de Tweede Kamer is ingediend het
wetsontwerp „Wijziging van de bepa
lingen omtrent het ontslag bij de ar
beidsovereenkomsten." Aan de Memorie
van Toelichting is o.m. het volgende
ontleend:
Nadat de Stichting van den Arbeid 29
Juli 1947 haar rapport had uitgebracht,
heeft de minister 23 September 1947
aan een kleine commissie verzocht aan
de hand van het rapport van de Stich
ting van den Arbeid een wetsontwerp
tot wijziging van de bepalingen omtrent
het ontslag bij arbeidsovereenkomsten
samen te stellen.
Het wetsontwerp bevat bepalingen
omtrent de volgende onderwerpen,
welke ook in het rapport van de Stich
ting van den Arbeid worden aange
roerd:
Verlenging van de opzeggingstermijn
bij langdurig dienstverband; ontsla
gen, welke kennelijk onredelijk zijn:
herplaatsing; ontslag bij ziekte ery bij
militaire dienst; het concurrentiebe
ding.
Twee heren schieten achter hun
krant vandaan als het jonge
meisje de coupé instapt.
„Denkt U om mijn hoedje," waar
schuwt de blozende blonde met een
lachje. Aan het handvat van de koffer
bengelt een bosje wit-groene veertjes.
JJank U+Is deze plaats vrij?"
Voor U altijd," slooft een jonge
man zich uit en wappert demonstra
tief met het ochtendblad de bank
schoon.
Hij heeft pech: het meisje duikt
meteen in een enorm boek. Als de
trein wegrijdt, laten de heren alweer
hun respectievelijke lichten over di
verse politieke kwesties schijnen. Een
van de meest dankbare onderwerpen,
Indië. wordt vakkundig behandeld.
Niemand is het eens met iemand,
leder goochelt met jaartallen en cijfers,
als een Chinees met zijn ontbijtservies
op een stokje.
In de hitte van dit dispuut bemerkt
niemand het lachend, luisterend meis-
3'
„De heren zijn zeker jarenlang in
Indië geweest," waagt zij dan te ver
onderstellen.
Dof dreunt de trein over een brug.
„U dan soms?" De heer in de hoek
vindt de aanval blijkbaar de beste ver
dediging.
inderdaad.' Wel niet zo lang, maar
in een ziekenhuis leer je alles en
iedereen maar wat gauw kennen."
.(Dan zult U toch toe moeten geven.
dat de EngelsenDe jongeman
kon zijn zin niet afmaken.
„Bent U al eens in Engeland ge
weest?" informeert het meisje voor
overbuigend.
.Jlelaas niet, maar ik
„Dan lijkt het mij toch moeilijk
over Engeland en de Engelsen zo maar
een vernietigend oordeel te geven."
„Hoort U nou eens, psychologisch
bekeken.
„U heeft dus óók psychologie ge
studeerd?"
De heren zijn verstomd en een juf
frouw smispelt met haar ogen om
hoog:
fieeremetijddie meissies van te-
genswoordigf
„U is iedere man de baas! U trouwt
waarschijnlijk nooit" is de nogal
abrupte reactie van een heer.
„Aanstaande Zondag ga ik my an
ders verloven." Het meisje pareert
lachend alle aanvallen.
„Dan geef ik mij gewonnen," capi
tuleert alvast eert heer.
De jongeman denkt nog even een
treffer te plaatsen.
„Dat vind ik toch altiid zo jammer:
een meisje gaat naar de universiteit
en als ze afgestudeerd is, gaat zij
trouwen.
„Vindt U dat jammer? Denkt U niet
dat een getrouwde vrouw een beetje
psychologische scholing best kan ge
bruiken bij de opvoeding van de kin
deren bijvoorbeeld, ofby een ge
sprek met haar man en zijn vrien
den....?"
(Vervolg van pag. 1)
De ondernemingsraad kan bij zijn regle
ment bepalen, dat het hogere leiding
gevend personeel, voorzover oit geacht
kan worden door de voorzitter te zijn
vertegenwoordigd, van de uitoejening
van het kiesrecht of van le verkiesbaar
heid is uitgesloten. De leden van de
ondernemingsraad, met uitzondering van
de voorzitter, worden gekozen aan de
nand van een of meer candidatenlysteh.
In beginsel is de verkiezing gedaciir als
een enkelvoudige, volgens evenredig stel
sel, naargelang van de bezetting van de
in de onderneming uitgeoefende beroe
pen. De zuivere evenredigheid zal echter
kunnen wijken voor het streven, zoveel
mogelijk alle categorieën van werknemers
in de ondernemingsraad vertegenwoordigd
te doen zijn.
De gekozen leden van de ondernemings
raad zullen om de twee jaar gezamenlijk
moeten aftreden. Door het hoofd van de
onderneming en ook door de ondernemings
raad kunnen gekozen leden van die raad
bij de bedrijfscommissie met opgave van
redenen voor schorsing of ontslag worden
voorgedragen.
Voor groepen van ondernemingen
worden door de Sociaal-Economische
Raad welke bedoeld is bij de wet op
de bedrijfsorganisatie, ter behande-
10)
„Ook ben ik geen kindermeisje, ik
ben..." maar de dame wenkte Juanita,
mij mee te nemen, hetgeen deze met
grote snelheid deedzij leidde mij de
trap af en de straat op, zoals zij het
een klein kind' zou hebben gedaan.
Toen leunde ze tegen een winkeldeur
en begon te lachen. „O, Hilaryzei ze
zwakjes.
„Kunnen we hier nergens hard lo
pen Vliegen als de wind, tot ik me
beter voel vroeg ik woest.
„Nee," zei ze, „niet in Londen. Er
zou direct een politieagent achter ons
aan zitten. Maar als je wilt, zullen we
een tochtje met de bus maken. We zul
len naar Kensington gaan. Zou het te
koud zijn voor bovenop
„KoudIk sta in brand."
„Kom dan mee bij het Circus kun
nen we er een nemen."
Spoedig reden we langs Piccadilly,
terwijl de frisse wind langs mijn wan
gen streek.
„Voel je je al beter?" vroeg Juani-
ta.
„Ja," antwoordde ik. „Maar kunnen
zulke dingen gebeuren? Kunnen zulke
mensen werkelijk bestaan?"
„Welke mensen? De dominee, of kin
derjuffrouwen, of agentschap-dames?"
„Allemaal," kreunde ik.
„De ene helft van de wereld weet
niet, hoe de andere helft leeft."
„Het is afschuwelijk. Arme kinder
juffrouwen!"
„En arme dominees met hun kleine
inkomen en grote gezinnen."
„En niet arme agentschap-dames. Ik
heb geen aasje medelijden met ze, als
die vrouw er een voorbeeld van was.
Een regelrechte dievegge! Zij heeft
mijn vijf shilling gehouden."
,',Ja, lachte Juanita. „Het spijt me vre
selijk, maar hoe kwam je er toe, ze
haar te geven?"
„Ze was zo imponerend en ze ritsel
de zo."
„Ja, nogal. Wat gaan we nu doen?
Winkels kijken of naar huis?"
„Ik moet met mijn aanbevelingen be
ginnen. Ik dacht eerst Sir Nigel Mont
morency te bezoeken."
„Maar niet vandaag. Vanavond is de
danspartij van de club, en daarvoor
moet je fris zijSl"
„Ik ben niet naar Londen gekomen
om te dansen. Ik kwam om te...."
„Onzin!" zei Juanita. „Je moet wat
rusten na die schok. Je ogen bliksemen
nog en je hart bonkt Niemand zou jo
vandaag aannemen. Je ziet er meer
uit als een treurspel-koningin uit de
„Adelphi" dan als een ingetogen secre
taresse. Kom mee naar huis,"
En ik ging.
Ik geloof, dat ik evenveel genoot van
de toebereidselen voor de danspartij als
van de danspartij zelf.
Thuis verkleedden wij ons achter ge
sloten deuren. Hier bleven de Cartons
een opgewekt gesprek voeren met de
deuren wijd open van het ene ver
trek naar het andere. De hele huishou
ding kon zien, hoe Juanita haar neus
poederde. „Iedereen weet, dat ik mijn
neus poeder, waarom zou ik dan doen,
of het niet zo was?" zei ze, en bekeek
genoemd lichaamsdeel critisch in een
handspiegeltje. Ze zat voor de spiegel,
in een beeldig wit kapmanteltje, en be
gon op haar gemak haar haar te doen
Ik keek graag naar de bruine strengen,
die zij door haar slanke vingers liet
glijden. Juanita had mooie handen en
naar ze mij verteld had, hadden ver
scheidene artisten haar gevraagd, voor
hen te poseren, alleen voor haar han
den en polsen. „Maar niet voor mijn ge
zicht; dat houden ze altijd zorgvuldig
buiten het schilderstuk," voegde ze er
met een komisch trekken van haar
mond aan toe.
„Dat komt door je" neus," merkte
Dorothea op, die de kamer in kwam, om
haar jurk te laten dichtmaken. „Die
lijkt te veel op een wegwijzer, Nita."
„Ja," lachte Juanita vriendschappelijk.
„Zonder dat zou ik er aardig uitzien."
Eerst schrok ik over hun onverbloem
de opmerkingen tegen elkaar. Ik had
me verbeeld, dat Miranda, Mick en ik
tamelijk vrij waren in het uitdrukken
van onze gevoelens, maar als ik Mick
verteld zou hebben, dat haar neus er
als een wegwijzer uitzag, zou zij mij een
hele week met merkbare koelheid be
handeld hebben. Terwijl Juanita op een
heel leuke manier lachte. „Ik zal je hel
pen, als ik met mijn haar klaar ben,"
zei ze tegen haar zuster. En Dorothea
trok een sjaal om haar hals en ging op
het bed zitten, nadat zij mijn hulp had
afgewezen, daar, zoals ze zei, alleen
Nita wist hoe ze het moest doen.
„Zij is bang, dat een ander haar haar
scheef vastmaakt," zei Juanita, terwijl
zij haar mooie, dikke haar oprolde en
om haar hoofd bevestigde. „Bovendien
beeft zij de gewoonte, om plotseling in
lachen uit te barsten, als je bezig bent,
en dan is het verduiveld lastig."
Dorothea gichelde en keek Juanita
met bewonderende blikken aan. „Is ze
geen practische schat? Heb je ooit
iemand ontmoet, die zo aardig is?"
„Niet vaak, maar ik vermoed, dat ze
ook haar fouten heeft."
„Ze is lui, beestachtig lui. Iedereen
doet van alles voor haar. In de veron
derstelling, dat ze zwak is. Als ze een
huis binnenkomt, vliegen de mensen
haar tegemoet met kussens en voeten
bankjes en koppen bouillon en ge
ven haar de gemakkelijkste stoel in de
kamer, die zij rustig aanneemt, terwijl
ze naar iedereen straalt met haar min
zaamste glimlach en goedkeurende
knikjes geeft bij het algemene gesprek.
En ze is niets zwakker dan ik. Ze kan
dansen tot twee uur in de morgen, zes
dagen per week naar schouwburgen of
iets dergelijks gaan en een paar uur
stil blijven staan om een nieuwe japon
te passen. Ze is een volmaakte huiche
laarster". i
Terwijl Dorothea sprak, zat Juanita
in een armstoel en trok een paar bron
zen schoentjes aan.
„Thea, ik ben klaar. En Hilary, ik
zou je aanraden je te gaan verkleden.
Heb je lang werk?"
„Niet erg," zei ik en ging terug
naar mijn eigen kamer en haalde mijn
lavendelkleurige jurk en witte onder
jurk te voorschijn, om ze te luchten
en de kreukels te laten uitzakken, en
toen ging ik zitten en schreef een brief
aan moeder
Er werd op mijn deur geklopt en Be
linda vroeg mij, of ze iets voor mij kon
doen. Dorothea's stem klonk door de
gang: „De keukenmeid heeft in haar
vinger gesneden en ik heb haar ver
bonden op de manier, zoals ik het ge
leerd heb bij de Eerste Hulp, en het
bloedt harder dan ooit, Nita.
„Natuurlijk, terwijl jijj de instructies
van de Eerse Hulp opvolgt, die je waar
schijnlijk vergeten bent, bloedt je pa
tiënt dood. Je moet je .gezond verstand
gebruiken." En ik lachte om haar prac
tische zin.
(Wordt vervolgd
ling van aangelegenheden betref
fende de ondernemingsraden, in deze
ondernemingen commissies ingesteld,
die bedrijf scommissi es, bestaande
nit minstens zes leden, znllen heten.
De besluiten der bedrijfscom-
missies kannen, voorzover zij met de
wet of het algemeen belang strijden,
door de Minister geheel of gedeelte
lijk worden geschorst of vernietigd
bij een met redenen omkleed besluit.
De Sociaal-Economische Raad kan
desgewenst op voorstel of op advies
van Je bedrijfscommissie aan een of
meer ondernemingsraden nog andere
bevoegdheden toekennen al naarge
lang de omstandigheden zulks moge
lijk maken.
Op deze wijze kunnen, inachtne
ming van bepaalde grenzen, bij het toe
kennen van bevoegdheden aan de ver
schillende ondernemingsraden de no
dige differentiaties worden toegepast.
Het ligt in de bedoeling op verschil
lende punten de mogelijkheid open te
laten tot het treffen van afwijkende
voorzieningen, waardoor aan het vrije
initiatief voldoende ruimte wordt ge
laten.
Onder de 281 scholen, waarvan kinderen
in totaal waren het er 30.000 mee
geholpen hebben bij het verdelgen van de
zwermen coloradokevers, die enige weken
geleden op het Noordzeestrand aanspoel
den, zijn tien retourvluchten Amsterdam
Twenthe per K.L.M. verloot. De scholen, die
door het lot werden aangewezen zijn, het
Lyceum te Temeuzen, de Prins Willem-
school te Vlissingen, de O. L. school te
Wissekerke, de Christelijke school te Zou-
telande, de Gereformeerde schaal te 's-Gra-
vezande, de R.K. meisjesschool te Monster,
de Ambachtsschool aan de La Reyweg te
's-Gravenhage. de R.K. meisjesschool te
Noordwijkerhout, de Hervormde school no.
4 te Katwijk en de Schout bij nacht Door-
manschool (Openbare ULO) te Wassenaar.
Door een tweede loting zal worden uitge
maakt welke leerling van iedere school
de vlucht zal meemaken.
De Procurator van het Nederlands
Episcopaat te Rome Mgr. dr. B. Eras,
zal dezer dagen in het vaderland aan
komen en gedurende enige tijd bij zijn
familie verblijven.
Naar wij vernemen, id de demissionaire
fouvemeur van Suriname, mr. J. C. Brons,
ij K. B. benoemd tot commandeur in de
Orde van Oranje-Nas sa u.