Levens aanvaarding D' ERIC DE NOORMAN-DE STEEN VAN ATLANTIS T V K Mensen op reis EIGEN BENEN AMERIKAANSE HULPVERLENING AAN NEDERLAND KAN BEGINNEN Organisatie van het katholieke amateurtoneel Commissie bezits- spreiding Wetsontwerp Ondernemingsraden Overeenkomst Vrijdag getekend Ontslag leden Ged.Staten en wethouders MILITAIREN ROOIEN AARDAPPELEN OPROEP TOT DE GEORGANISEERDE JEUGD V.. .J Deze maand eerste serie landdagen te Utrecht ONTSLAG BIJ ARBEIDS OVEREENKOMSTEN OP I Mgr. Eras naar ons land 2 ZATERDAG 3 JULI 1948 PAGINA 3 Bezwaren en instêmming KON. MILITAIRE ACADEMIE Opleiding begint in September Wetsontwerp ingediend MABEL BARNES GRUNDY Vertaald door: E CRIESE - K. DE VRIES BELONING IN ZICHT Voor verdelgers van color ad okevers Mr. Brons onderschelden l e vorige Zondag en ook nu weer is het Epistel der H. Mis eep pas sage uit St. Paulus' brief aan de I Romeinen. Hij verklaart hun de leer van onze rechtvaardigmaking en legt er alle nadruk op, dat wij door het H. Doopsel in een geestelijke gemeenschap zijn ge treden met Christus' dood. Daardoor zijn wij afgestorven aan de zonde. En zoals Christus door Zijn dood de zonde heeft overwonnen, zo zijn wij, uit kracht van i het doopsel, het bovennatuurlijke leven der genade ingegaan. St. Paulus drukt ons daarbij bizonder op het hart, dat wij zodoende een geheel nieuw leven zijn begonnen, dat echter eerst dan zijn volle bloei bereikt, wanneer wij, mede werkend met Gods genade, de zelfheili ging als onze voornaamste taak bescnou- wen. Want wij mogen niet vergeten, dat, al zijn wij door Christus van de zonde bevrijd, deze toch steeds zal blijven trachten haar verloren invloed op ons te herwinnen, daar de boze begeerten voortdurend in ons nawerken. In het leven ziet Paulus ons als soldaten, die' onze ledematen niet als wapenen der ongerechtigheid in dienst van de zonde moeten stellen, maar als wapenen der gerechtigheid in dienst van God. Vóór het doopsel was de mens een slaaf der zonde, maar daarna is hij van de zonde bevrijd, een dienaar van God, die door zijn verplichte heiliging het eeuwige leven als loon mag verwachten, terwijl de soldij der zonde de dood is. Hiermede is onze taak in het leven duidelijk om schreven. Eerst en vooral door een con- l sequent trouw blijven aan onze uitver kiezing onze eigen heiliging bewerken. Nu is het een zeer betreurenswaardig feit, dat ook onder ons, Katholieken, de aardse gezindheid langzamerhand zózeer is gaan overheersen in ons denken en Voelen, dat wij zulke begrippen als „hei liging" bijna uitsluitend beschouwen als iets heel uitzonderlijks, iets, dat voor een gewoon mens niet is weggelegd, en alleen maar voor uitverkoren zielen be reikbaar. Dit is een grove misvatting, omdat het de miskenning inhoudt van de hoogste levenswaarden, ons onnoe melijk veel schade berokkent en Gods bedoelingen verijdelt. De uitwerking van Zijn verlossing en het effect van Zijn genadehulp heeft Hij in Zijn Wijsheid afhankelijk gesteld van onze vrije mede- Werking. Niet alleen voor ons zelf, maar dok voor anderen. Want onze opdracht is het, £ijn leer onder de mensen te ver breiden, door ons voorbeeldig gedrag ®hderen de waarde van het Christendom i® doen inzien en zo de wereld tot Chris es teleiden, onder Wiens leiding zij alleen geluk en vrede kan vinden. Er kan niet genoeg nadruk worden gelegd op de waarheid, dat juist een volkomen opgaan in God, een allerinnigste gemeen schap met Christus, een onvoorwaarde lijke medewerking met Zijn genaden normale levenshouding Hier ligt misschien de grootste fout, welke de: Christenen ooit begaan heb ben, doordat zij dit niet hebben inge zien en dus ook niet in practijk ge bracht. Wat er nu nog helaas voor de meesten van ons H. Geloof is over gebleven. is niet veel méér dan een verzameling verboden en tradities, die Zo goed en zo kwaad als het gaat wor den onderhouden, maar zó, dat deze Vooral geen afbreuk doen aan onze dierbare gewoontetjes en niet te lastig Worden.'Uit deze gemakzucht zijn wij *r stilaan ook toe gekomen, onze hele bouding in het levéh te beperken tot ®en negatieve houding van afweer. Wij gaan de moeilijkheden liever uit de weg dan dat wij ze recht in de ogen zien en de strijd ertegen aanbinden. Het is dan °ok heel begrijpelijk, dat deze houding bij andersdenkenden een eigenaardige ihdruk heeft gewekt over onze waar dering van het leven in al zijn uitingen. Men beschouwt ons zo ongeveer als de Verklaarde vijanden van alle natuurlijk- beid, als een soort zuurpruimen die de zon niet in het water kunnen zien schijnen. Eerlijk gezegd: wij hebben het ®r enigszins naar gemaakt. Het werk program der Katholieke Actie in het bisdom Haarlem heeft onlangs zeer dui delijk op deze afzijdigheidspolitiek ge wezen. Enze afgekeurd! Feitelijk is het diep treurig, dat wij DU eerst tot dit inzicht zijn geko men, nu wij door een verkeerd begrepen voorzichtigheid onze invloed °P het openbare leven zozeer uit han den hebben gegeven, dat een minder heid in staat is geweest haar verkeerd stempel erop te drukken. Het echte christelijke leven is niet een vijand van h® aarde, zoals men veelal denkt. Een dergelijke opvatting is een belediging van God! „Al wat door God is gescha pen, is goed, en niets is verwerpelijk", *egt St. Paulus (1 Tim. 4.4). En de ge bade vernietigt de menselijke natuur biet, maar verheft ze. Het komt er al ken maar op aan, geen wanorde te Scheppen, en al het geschapene op de ühiste manier te waarderen en te be dotten. Onze christelijke levensstijl. Mdus het K.A.-orgaan heeft niets dcgatiefs, is niet. een samenstel van yerboden en inperkingen, maar heeft ^Oist die heerlijke positiviteit van het gezonde, normale, échte, waarbij ver bleken alle onbeteugeld „uitleven"' "daar een vreugdeloos, armetierig ge- is. •Het is niet zoals de wereld meent- bek van het volle leven alle prettige duigen af, en je houdt het christelijk bven over! Neen, wat het christelijk bven niet omvatten kan, dat is geen dven, dat is het aankijken niet waard! "et enige „volle leven" dat er bestaat, dat van de echte, alzijdige Christen, edig mens zijn en volledig Christen, leat ^et door God bedoelde ideaal. Wij ven nu eenmaal in de wereld en wij oeten daarom het leven en de wereld abdurven. Geen verstoppertje spelen, tpet wegkruipen, en vooral niet te pas ^.a te °npas overal kwaad in zien. Alles, God geschapen heeft, is goed. Het eerst kwaad worden, als wij er een Te 's-Gravenhage is Vrijdagavond on dertekend de bilaterale overeenkomst tus sen Nederland en de Ver. Staten, welke betreking heelt op de uitvoering van het Europese herstel-programma. Zij kan be schouwd worden als een verklaring van Nederlandse zijde tegenover de regering van de V. S„ dat Nederland de verplich tingen op zich neemt, die het reeds heeft aangegaan in het Europese verdrag van 16 April 1948. Door het sluiten van deze overeenkomst kan de Amerikaanse hulpverlening aan Nederland voortgang hebben. De ondertekening geschiedde door de minister van Buitenlandse Zaken, mr. G. W. C. H. baron Van Boetzelaer van Ooster hout, en de ambassadeur der Ver. St., dr. Herman Baruch, in bijzijn van o.a. minis ter Lieftinck, minister Van den Brink, prof. E. De Vries en dr. H. J. Hirsehfeld. Minister baron Van Boetzelaer van Oos terhout noemde de ondertekening een historisch ogenblik. Ik zou willen verzekeren, aldus spr. dat het Nederlandse volk het zijne zal bijdragen in de uitvoering van dit grote plan in het volledige besef, dat de ont zaglijke opofferingen van het Amerikaan se volk voor de gemeenschappelijke over winning en thans voor de wederopbouw van de landen van Europa alleen geëve naard kunnen worden door de vaste wil van de steunontvangende landen om deze unieke gelegenheid zo goed mogelijk te benutten. Spr. wees er op, dat nu de con ventie van de Europese economische sa menwerking is getekend, thans, nog geen drie maanden na de ondertekening, de or ganisatie «van Parijs op volle toeren is en de eerste vrucht van haar activiteit, het z.g. derde kwartaal-program, naar de auto riteiten der V.S. gezonden heeft. In de overeenkomst is vastgelegd, dat de Nederlandse regering zo goed mogelijk zal trachten om die maatregelen te nemen of te handhaven, die nodig zijn om een doelmatig en practisch gebruik van alle hulpbronnen, die haar ter beschikking staan te verzekeren. Daarbij is o.m. inbe grepen het gadeslaan van- en het toe zien op het gebruik van zulke hulpbron nen door middel van een effectief, door de organisatie van Europese samenwer- kir* goedgekeurd contróle-systeem. Voorts het, voorzover uitvoerbaar, ne men van maatregelen, teneinde vermogens bestanddelen en de x opbrengsten daarvan, toebehorende aan Nederlandse onderdanen verkeerd gebruik fan maken. Jammer genoeg gebeurt dit zo vaak en zo alge meen, dat velen niet eens meer begrij pen, dat menige levensuiting ook goed kan worden benut. Welnu: Christus heeft ons het licht en het zout der we reld genoemd. Beide opdrachten moeten dus in ons leven tot hun recht komen. Licht moet schijnen, en zout moet het voedsel geheel doortrekken. Zo moeten wij midden in de wereld allen een voor beeld zijn. Wanneer anderen Gods goede gaven misbruiken, moeten wij daartegenover het juiste en goede gebruik stellen. Waar anderen door hun misbruik^ spoedig oververzadigd worden en walgen van hun eigen onbeheerstheid, ^noeten wij dofr ons gedrag tonen-, hoe een goed gebruik van Gods schepping de ware en echte vreugde schenkt, die gelukkig en geestelijk gezond maakt. Niets wat de wereld bieden kan, hoeft voor ons verboden ter rein té zijn, mits wij, bij het ge nieten ervan, Gods geboden, of liever nog Gods bedoeling daarmee in het oog houden. Het is bovendien een on loochenbaar feit, dat alléén dan alle aardse goederen hun hoogste per centage aan voldoening, aan onver mengde voldoening schenken. Wij moeten de schepping aanvaarden, zoals ze uit Gods hand is voortgekomen, en dankbaar alles genieten, wat Hij ons ter beschikking heeft gesteld. Want ook door de natuurlijke, gescha pen dingen kunnen en behoren wij naar Gods bedoeling de Schepper te benade ren. Ons afzijdig houden en alleen maar afgeven op de „bedorven wereld" is nutteloos gepraat en komt bovendien verdacht dicht bij heel ordinaire schijn heiligheid. Wat God van ons verwacht is met beide benen stevig midden in het leven te staan. Vertrouwend op Zijn genade en diep overtuigd van de juist heid van onze levenshouding kanten wij ons principieel tegen ieder misbruik van Gods schepping. Maar vooral: wij gaan daarbij allen voor met het goede voorbeeld. Wat verkeerd is, blijft ver keerd en wij weigeren beslist daaraan mee te doen. Omdat wij ervan overtuigd zijn, dat een miskenning van Gods be doelingen en geboden ook noodzakelijk een aanfluiting van het elementaire fatsoen moet zijn. Omdat onze mense lijke waardigheid daardoor ernstig in het gedrang komt. De christelijke be ginselen zijn in ons tegenwoordig open baar leven ver te zoeken. Welnu, daar ligt ons modern apostolaat: de wereld bewijzen, dat een goed Christen nood zakelijk een goed mens is. Zoals een goed mens niet werkelijk goed kan zijn, als hij niet desnoods zonder zich dat bewust te zijn naar de grondbe ginselen van het Christendom leeft. Zo diep grijpen de begrippen mens en Christen in elkaar. L. en aanwezig in de V. S., hare gebiedsde len en bezittingen, te localiseren, te iden tificeren en aan te wenden tot passend gebruik ter bevordering van het gemeen schappelijke Europese herstelprogramma. De Nederlandse regering zal zo goed mo gelijk trachten om haar munt te stabili seren, een gezonde wisselkoers in te stel len of te behouden, haar overheidsbegro ting in evenwicht te brengen zodra zulks uitvoerbaar is, een interne financiële sta biliteit te creëren of te behouden en, in het algemeen, het vertrouwen in haar munt te herstellen of te handhaven. De Nederlandse regering neemt o.m. op zich een speciale missie voor econo mische samenwerking te ontvangen welke zich in Nederland zal kwijten aan de taak der V. S. ingevolge deze overeenkomst. De speciale missie en haar personeel en de bijzondere vertegenwoordiger van de V. S. van Amerika in Europa zal be schouwd worden als deel uit te maken van de ambassade van de V. S. in Nederland. Aan het Voorlopig Verslag van de commissie van rapporteurs der Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot aanvulling van de provinciale wet en de gemeentewet, tussentijds ontslag van de leden der Gedeputeerde Staten en van wethouders, is het volgende ont leend: Bij de ovêrweging van dit wetsont werp in de afdelingen der Kamer ver klaarden verscheidene leden, ernstig be zwaar tegen de voorgestelde regeling te hebben. Ten zeerste betreurden andere leden, dat de regering niet bereid was .geble ken, de wijzigingsvoorstellen van de heer Algera c.s. over te nemen en na de af wijzing daarvan voor de Tweede Kamer zich evenmin ontvankelijk had getoond voor het amendement van het lid der Kamer de heer Hooij c.s. Vele leden verklaarden, met strekking en inhoud van dit wetsontwerp in te stemmen. Naar hun mening vordert een democratisch bestel, dat wethouders en leden van Gedeputeerde Staten, door het vertrouwen van de gemeenteraad en dat van de Provinciale Staten tot hun functiën geroepen, terugtreden zodra hun dat vertrouwen van de gemeente raad en dat van de Provinciale Staten tot hun functiën geroepen, terugtreden zodra hun dat vertrouwen wordt op gezegd. Om te voorzien in het ernstige tekort aan beroepsofficieren bij de Koninklijke Landmacht, is het noodzakelijk de Ko ninklijke Militaire Academie te doen herleven. De commissie, welke ter bestudering van dit onderwerp was ingesteld, heeft kort geleden haar rapport uitgebracht. Op grond van dit rapport en van verder terzake gevoerd overleg is de minister van Oorlog tot de conclusie gekomen, dat, mede uit financiële overwegingen, vestiging te Breda, in het kasteel van Breda, het meest aanbevelenswaardig is. Het ligt in het voornemen van de mi nister om met de opleiding in September 1948 te beginnen, indien alsdan de voor zieningen aan het gebouwen- en ter reinencomplex gereed zijn gekomen. De minister van Oorlog heeft op dringend verzoek van de georgani seerde landbouw, in overleg met de departementen van Landbouw en Sociale Zaken ruim 900 militairen voor het rooien van pootaardappelen aangewezen. Gisteren zijn zij met het werk begonnen in Zeeuws- Vlaanderen en in W.-Brabant, en in de komende dagen zullen zij in de Wieringermeer en omgeving werk verrichten. 138. Onbewust van wat zich exp het podium afspeelde, wachtten Eric's qetrou- wen vergeefs op het sein tot dé strijd. Zij hielden gespannen de figuur van de generaal in het oogzij zagen hém opstaan en reeds meenden zij de witte vlag te zien ontplooien, toen Tubalah met een ruk weer ging zitten! Zenuwach tig rekten de Atlantiden de halzen een onrustig gevoel bekroop hen Nie mand van hen bemerkte dat de lijfwacht van Kirasso een ijzeren gordel legde rond de aanwezigen, zodat allen opgesloten waren en gevangen in een reus achtige val. In zijn kerker slaakte Eric een zucht van opluchting toen het deurtje openging en de ladder neergelaten werd. ..Het is zo ver" klonk de stem van een luipaardman hol door de ruimte, „ztjt gij gereed?" „Ja", antwoordde Eric met heldere stem, de dwerg liet een onzeker gepiep horenMet veerkrachtige tred liep Eric naast de luipaardmanpen door de donkere gangen. Eensklaps echter overviel Eric een bang voorgevoel. Duurde de tocht zo lang? Wat waren dit voor gangetjes, waardoor hij liepEindelijk straalde voor hem het zonlicht naar binnen door een kleine poort en Eric meende het einde van zijn tocht bereikt te hebben. Doch nauwelijks was hij naar buiten gestapt of Mi bleef als versteend staan en het was of alle leven uit hem vluchtte. Daar voor hem stond op een klein binnenhof een hakblok. Twee mannen stonden achter dit sombere werktuig. De een was een beul in scharlaken kleding, een bijl rustend aan zijn voet. De andere man was Kirasso. „Treed nader. Noorman!" snerpte Kirasso's stem. Dit is de dag van uw terechtstelling, niet waar? Welnu hij vindt stipt op tijd plaats, alleen de plek zoals ge ziet, is niet die welke gij u gedacht had! GIJ ZULT UW DOOD NIET ONTGAAN!!!" Ter gelegenheid van het Gouden Regeringsjubileum van H. M. de Koningin zal op 10 Juli door alle jeugdorganisaties, samenwerkende in de Nederlandse Jeugd Gemeenschap, te Amsterdam „De Dag van de Jeugd" worden georganiseerd. Ondergetekenden roepen alle leden van jeugdorganisaties, als: Padvindsters, Katholieke Verkenners, padvinders, V.C.J.C.'ers, A.J.C.'ers, V.J.B.'ers, Gidsen, C.J.M.V.'ers, C.J.V.F.'sters, Kajotters, Lutherse jeugd, Doopsgezinde jongeren, C.O. J.O.-leden, A.M.V.J.'ers, Ons-Huis-jeugd, N.J.V.'ers, Hervormde jongeren en anderen op Zaterdagmiddag 10 Juli cl.s. deel te nemen aan de grote jeugdmanifestatie in het Olympisch Stadion, waar het Jeugdstadionspel door duizenden aangesloten leden wordt uitgevoerd. Op Zaterdagavond wordt in hetzelfde stadion voor de ouderen een uitvoering gegeven, die voor iedereen toegankelijk is. Ds. N. O. STEENBEEK, voorzitter N.J.G. E. A. SCHüTTENHELM, directeur Kath. Jeugdbew. Mevr. E. v. d. BOSCHde Jongh, presidente N.P.G. Me j. J. AALBERS, secr. Meisjesverbond C.J.V.F. Ds. P. FAGEL, secretaris Herv. Jeugdraad. Mej. J. FOKKE, secr. Ned. Bond van Volksh. AD VAN MOOCK, secretaris A.J.C. W. C. ROEST VAN LIMBURG, hoofdcomm. N.P.V. Mej. M. VENDRIK, voorzitster K.A.V.J. Ned. L. MEILINK, secretaris Buitenleven N.J.G. JAN PETERS, algemeen secretaris der N.J.G. Het Katholiek Amateur- en Leken- toneel in Nederland gaat zich organi seren in een landelijke organisatie, die „Werkverbond Katholiek Amateur toneel" gaat heten, afgekort: W.K.A. 17 en 18 Juli worden er in Utrecht landdagen gehouden, waarop deze or ganisatie haar beslag zal krijgen. Het voorbereidend werk is al zo ver verricht, dat de organisatie op papier reeds geheel in kannen en kruiken is. De statuten zijn gereed, een regiecursus en spelersweekends zijn voorbereid, op de landdagen verschijnen het eerste nummer van een eigen tijdschrift en een becommentarieerde catalogus van toneelstukken, een Wagenspel, dat de aangesloten verenigingen beschikbaar wordt gesteld, is geschreven, een biblio theek en een adviesbureau zijn gesticht, er zijn nog allerlei plannen en dat alles is het werk van het voorlopig hoofdbe stuur, dat 6 Maart van dit jaar werd ge formeerd en dat de leiding houdt; totdat op statutaire wijze een hoofdbestuur wordt gevormd. Men ken dus wel zeg gen, dat er met enthousiasme en voort varendheid is gewerkt. Het begin van deze organisatie lag bij het Hoogwaardig Episcopaat, dat 29 No vember het Katholiek Centrum voor Nederlandse Cultuur verzocht antwoord te geven op de vraag, of een katholieke bond van amateurtoneelspelers en leken spelbeoefenaars wenselijk was. Het Cen- Gisteren werd in Den Haag de bilaterale overeenkomst tussen Nederland en de Verenigde Staten getekend. Dr. Herman Baruch, Amerikaans ambassadeur, tekende voor zijn land. trum stelde uit de kringen van het ama teurtoneel onder voorzitterschap van mr. Jan Derks een commissie samen, die over deze vraag rapport moest uitbren gen. De conclusie van dat rapport was, dat zulk een katholieke organisatie no dig is, om het toneel, dat voortkomt uit de katholieke beginselen en deze wil^ uitdragen, tot een zo hoog mogelijke ont wikkeling te brengen. 24 December 1947 aanvaardde het Episcopaat deze conclu sie en hechtte zijn goedkeuring aan de statuten, die de commissie ontworpen had. Tot nu toe bestaat op dit ffebied in ons land slechts de Natn, de Neder landse Amateurtoneel Unie, die voor de ontwikkeling van het amateurtoneel uitstekende dingen heeft gedaan en de bij haar aangesloten katholieke ver enigingen nimmer reden tot klachten heeft gegeven. Zij eerbiedigde de ka tholieke beginselen ook ten volle, maar de commissie-Derks was van oordeel, dat de eerbiediging van deze beginselen een vrij negatieve basis is en dat een organisatie nodig is, die positief deze beginselen huldigt. Men heeft daaronder uiteraard niet te verstaan, dat bij het W.K.A. dat soort slecht patronaatstoneel, dat zich een kwade naam verworven heeft door zijn zoetelijke sentimentaliteit, de hoofdtoon zal voeren. Men zal dat integendeel weren en er op uit zijn, dat de uitvoe ringen artistiek verantwoord zijn. Dat wil nu weer niet zeggen, dat men een kleine plattelandsvereniging tot het klassieke repertoire zou willen brengen, maar wel tot stukken, die niet met de goede smaak overhoop liggen. Met het beroepstoneel streeft het W.K.A. goede verstandhoudingen na en een van de aardigste plannen is wel, in verschillende plaatsen een kern be roepsspelers tezamen met amateurs te doen optreden. Bovendien wil men het de amateurs gemakkelijker maken om beroepstoneel te gaan zien, en dat alles is belangrijk voor het amateurtoneel, omdat het er van kan leren, maar ook voor het beroepstoneel, omdat het zo binnentreedt in kringen, waar het tot dusver doorgaans niet kwam. Het Wagenspel, dat het W.K.A. voor zijn verenigingen heeft laten schrijven, is van de hand van mr. Jan Derks en heeft tot titel „De dood speelt mee". Het voert een spullenbaas ten tonele, die met de handen in het haar zit, omdat de man, die in zijn wagenspel de dood moet spelen, ziek is. De echte dood komt om de toneeldood te halen en de spullen- baas haalt hem over, de rol van zijn slachtóffer te spelen, wat aanleiding geeft tot dwaze verwikkelingen, waar aan de ernstige achtergrond niet ont breekt. Een aardige vondst voor een spelletje van veertig minuten met spitse dialogen. Het is de bedoeling, dat de verenigingen dit stuk inderdaad als wa genspel op pleinen en markten opvoeren. Dezer dagen heeft de minister van Sociale Zaken de commissie geïnstal leerd, welke tot taak heeft advies uit te brengen inzake „net vraagstuk in hoeverre door wettelijke maatregelen de spreiding van het bezit over de grote massa des volks en een redelijke ver deling van het inkomen over de ver schillende groepen der bevolking dient te worden bevorderd". Deze commissie, kortweg commissie bezitsspreiding geheten, staat onder lei ding van dr. M. J. H. Cobbenhagen. pr., hoogleraar aan de Kath. Econ Hoge school te Tilburg. Minister Drees verheugde het, dat hij de commissie breed had kunnen samen stellen met personen, die grote deskun digheid aan grote belangstelling paren, en verwachtte dat de commissie aller eerst het vraagstuk der winstdeling ter hand zou nemen en daarover afzonder lijk en zo concreet mogelijk zou rap porteren Overigens bestrijkt de opdracht der commissie een breder terrein, waarbij intussen meer principiële adviezen dan in alle onderdelen uitgewerkte voor stellen worden verwerkt. Prof. Cobbenhagen legde er in zijn antwoord de nadruk op. dat de com missie bezitsspreiding een studiecom missie is, waarvan het eindresultaat, dat voorshands een groot vraagteken is, cri- tisch za worden ontvangen, bezien en bestudeerd. Bij de Tweede Kamer is ingediend het wetsontwerp „Wijziging van de bepa lingen omtrent het ontslag bij de ar beidsovereenkomsten." Aan de Memorie van Toelichting is o.m. het volgende ontleend: Nadat de Stichting van den Arbeid 29 Juli 1947 haar rapport had uitgebracht, heeft de minister 23 September 1947 aan een kleine commissie verzocht aan de hand van het rapport van de Stich ting van den Arbeid een wetsontwerp tot wijziging van de bepalingen omtrent het ontslag bij arbeidsovereenkomsten samen te stellen. Het wetsontwerp bevat bepalingen omtrent de volgende onderwerpen, welke ook in het rapport van de Stich ting van den Arbeid worden aange roerd: Verlenging van de opzeggingstermijn bij langdurig dienstverband; ontsla gen, welke kennelijk onredelijk zijn: herplaatsing; ontslag bij ziekte ery bij militaire dienst; het concurrentiebe ding. Twee heren schieten achter hun krant vandaan als het jonge meisje de coupé instapt. „Denkt U om mijn hoedje," waar schuwt de blozende blonde met een lachje. Aan het handvat van de koffer bengelt een bosje wit-groene veertjes. JJank U+Is deze plaats vrij?" Voor U altijd," slooft een jonge man zich uit en wappert demonstra tief met het ochtendblad de bank schoon. Hij heeft pech: het meisje duikt meteen in een enorm boek. Als de trein wegrijdt, laten de heren alweer hun respectievelijke lichten over di verse politieke kwesties schijnen. Een van de meest dankbare onderwerpen, Indië. wordt vakkundig behandeld. Niemand is het eens met iemand, leder goochelt met jaartallen en cijfers, als een Chinees met zijn ontbijtservies op een stokje. In de hitte van dit dispuut bemerkt niemand het lachend, luisterend meis- 3' „De heren zijn zeker jarenlang in Indië geweest," waagt zij dan te ver onderstellen. Dof dreunt de trein over een brug. „U dan soms?" De heer in de hoek vindt de aanval blijkbaar de beste ver dediging. inderdaad.' Wel niet zo lang, maar in een ziekenhuis leer je alles en iedereen maar wat gauw kennen." .(Dan zult U toch toe moeten geven. dat de EngelsenDe jongeman kon zijn zin niet afmaken. „Bent U al eens in Engeland ge weest?" informeert het meisje voor overbuigend. .Jlelaas niet, maar ik „Dan lijkt het mij toch moeilijk over Engeland en de Engelsen zo maar een vernietigend oordeel te geven." „Hoort U nou eens, psychologisch bekeken. „U heeft dus óók psychologie ge studeerd?" De heren zijn verstomd en een juf frouw smispelt met haar ogen om hoog: fieeremetijddie meissies van te- genswoordigf „U is iedere man de baas! U trouwt waarschijnlijk nooit" is de nogal abrupte reactie van een heer. „Aanstaande Zondag ga ik my an ders verloven." Het meisje pareert lachend alle aanvallen. „Dan geef ik mij gewonnen," capi tuleert alvast eert heer. De jongeman denkt nog even een treffer te plaatsen. „Dat vind ik toch altiid zo jammer: een meisje gaat naar de universiteit en als ze afgestudeerd is, gaat zij trouwen. „Vindt U dat jammer? Denkt U niet dat een getrouwde vrouw een beetje psychologische scholing best kan ge bruiken bij de opvoeding van de kin deren bijvoorbeeld, ofby een ge sprek met haar man en zijn vrien den....?" (Vervolg van pag. 1) De ondernemingsraad kan bij zijn regle ment bepalen, dat het hogere leiding gevend personeel, voorzover oit geacht kan worden door de voorzitter te zijn vertegenwoordigd, van de uitoejening van het kiesrecht of van le verkiesbaar heid is uitgesloten. De leden van de ondernemingsraad, met uitzondering van de voorzitter, worden gekozen aan de nand van een of meer candidatenlysteh. In beginsel is de verkiezing gedaciir als een enkelvoudige, volgens evenredig stel sel, naargelang van de bezetting van de in de onderneming uitgeoefende beroe pen. De zuivere evenredigheid zal echter kunnen wijken voor het streven, zoveel mogelijk alle categorieën van werknemers in de ondernemingsraad vertegenwoordigd te doen zijn. De gekozen leden van de ondernemings raad zullen om de twee jaar gezamenlijk moeten aftreden. Door het hoofd van de onderneming en ook door de ondernemings raad kunnen gekozen leden van die raad bij de bedrijfscommissie met opgave van redenen voor schorsing of ontslag worden voorgedragen. Voor groepen van ondernemingen worden door de Sociaal-Economische Raad welke bedoeld is bij de wet op de bedrijfsorganisatie, ter behande- 10) „Ook ben ik geen kindermeisje, ik ben..." maar de dame wenkte Juanita, mij mee te nemen, hetgeen deze met grote snelheid deedzij leidde mij de trap af en de straat op, zoals zij het een klein kind' zou hebben gedaan. Toen leunde ze tegen een winkeldeur en begon te lachen. „O, Hilaryzei ze zwakjes. „Kunnen we hier nergens hard lo pen Vliegen als de wind, tot ik me beter voel vroeg ik woest. „Nee," zei ze, „niet in Londen. Er zou direct een politieagent achter ons aan zitten. Maar als je wilt, zullen we een tochtje met de bus maken. We zul len naar Kensington gaan. Zou het te koud zijn voor bovenop „KoudIk sta in brand." „Kom dan mee bij het Circus kun nen we er een nemen." Spoedig reden we langs Piccadilly, terwijl de frisse wind langs mijn wan gen streek. „Voel je je al beter?" vroeg Juani- ta. „Ja," antwoordde ik. „Maar kunnen zulke dingen gebeuren? Kunnen zulke mensen werkelijk bestaan?" „Welke mensen? De dominee, of kin derjuffrouwen, of agentschap-dames?" „Allemaal," kreunde ik. „De ene helft van de wereld weet niet, hoe de andere helft leeft." „Het is afschuwelijk. Arme kinder juffrouwen!" „En arme dominees met hun kleine inkomen en grote gezinnen." „En niet arme agentschap-dames. Ik heb geen aasje medelijden met ze, als die vrouw er een voorbeeld van was. Een regelrechte dievegge! Zij heeft mijn vijf shilling gehouden." ,',Ja, lachte Juanita. „Het spijt me vre selijk, maar hoe kwam je er toe, ze haar te geven?" „Ze was zo imponerend en ze ritsel de zo." „Ja, nogal. Wat gaan we nu doen? Winkels kijken of naar huis?" „Ik moet met mijn aanbevelingen be ginnen. Ik dacht eerst Sir Nigel Mont morency te bezoeken." „Maar niet vandaag. Vanavond is de danspartij van de club, en daarvoor moet je fris zijSl" „Ik ben niet naar Londen gekomen om te dansen. Ik kwam om te...." „Onzin!" zei Juanita. „Je moet wat rusten na die schok. Je ogen bliksemen nog en je hart bonkt Niemand zou jo vandaag aannemen. Je ziet er meer uit als een treurspel-koningin uit de „Adelphi" dan als een ingetogen secre taresse. Kom mee naar huis," En ik ging. Ik geloof, dat ik evenveel genoot van de toebereidselen voor de danspartij als van de danspartij zelf. Thuis verkleedden wij ons achter ge sloten deuren. Hier bleven de Cartons een opgewekt gesprek voeren met de deuren wijd open van het ene ver trek naar het andere. De hele huishou ding kon zien, hoe Juanita haar neus poederde. „Iedereen weet, dat ik mijn neus poeder, waarom zou ik dan doen, of het niet zo was?" zei ze, en bekeek genoemd lichaamsdeel critisch in een handspiegeltje. Ze zat voor de spiegel, in een beeldig wit kapmanteltje, en be gon op haar gemak haar haar te doen Ik keek graag naar de bruine strengen, die zij door haar slanke vingers liet glijden. Juanita had mooie handen en naar ze mij verteld had, hadden ver scheidene artisten haar gevraagd, voor hen te poseren, alleen voor haar han den en polsen. „Maar niet voor mijn ge zicht; dat houden ze altijd zorgvuldig buiten het schilderstuk," voegde ze er met een komisch trekken van haar mond aan toe. „Dat komt door je" neus," merkte Dorothea op, die de kamer in kwam, om haar jurk te laten dichtmaken. „Die lijkt te veel op een wegwijzer, Nita." „Ja," lachte Juanita vriendschappelijk. „Zonder dat zou ik er aardig uitzien." Eerst schrok ik over hun onverbloem de opmerkingen tegen elkaar. Ik had me verbeeld, dat Miranda, Mick en ik tamelijk vrij waren in het uitdrukken van onze gevoelens, maar als ik Mick verteld zou hebben, dat haar neus er als een wegwijzer uitzag, zou zij mij een hele week met merkbare koelheid be handeld hebben. Terwijl Juanita op een heel leuke manier lachte. „Ik zal je hel pen, als ik met mijn haar klaar ben," zei ze tegen haar zuster. En Dorothea trok een sjaal om haar hals en ging op het bed zitten, nadat zij mijn hulp had afgewezen, daar, zoals ze zei, alleen Nita wist hoe ze het moest doen. „Zij is bang, dat een ander haar haar scheef vastmaakt," zei Juanita, terwijl zij haar mooie, dikke haar oprolde en om haar hoofd bevestigde. „Bovendien beeft zij de gewoonte, om plotseling in lachen uit te barsten, als je bezig bent, en dan is het verduiveld lastig." Dorothea gichelde en keek Juanita met bewonderende blikken aan. „Is ze geen practische schat? Heb je ooit iemand ontmoet, die zo aardig is?" „Niet vaak, maar ik vermoed, dat ze ook haar fouten heeft." „Ze is lui, beestachtig lui. Iedereen doet van alles voor haar. In de veron derstelling, dat ze zwak is. Als ze een huis binnenkomt, vliegen de mensen haar tegemoet met kussens en voeten bankjes en koppen bouillon en ge ven haar de gemakkelijkste stoel in de kamer, die zij rustig aanneemt, terwijl ze naar iedereen straalt met haar min zaamste glimlach en goedkeurende knikjes geeft bij het algemene gesprek. En ze is niets zwakker dan ik. Ze kan dansen tot twee uur in de morgen, zes dagen per week naar schouwburgen of iets dergelijks gaan en een paar uur stil blijven staan om een nieuwe japon te passen. Ze is een volmaakte huiche laarster". i Terwijl Dorothea sprak, zat Juanita in een armstoel en trok een paar bron zen schoentjes aan. „Thea, ik ben klaar. En Hilary, ik zou je aanraden je te gaan verkleden. Heb je lang werk?" „Niet erg," zei ik en ging terug naar mijn eigen kamer en haalde mijn lavendelkleurige jurk en witte onder jurk te voorschijn, om ze te luchten en de kreukels te laten uitzakken, en toen ging ik zitten en schreef een brief aan moeder Er werd op mijn deur geklopt en Be linda vroeg mij, of ze iets voor mij kon doen. Dorothea's stem klonk door de gang: „De keukenmeid heeft in haar vinger gesneden en ik heb haar ver bonden op de manier, zoals ik het ge leerd heb bij de Eerste Hulp, en het bloedt harder dan ooit, Nita. „Natuurlijk, terwijl jijj de instructies van de Eerse Hulp opvolgt, die je waar schijnlijk vergeten bent, bloedt je pa tiënt dood. Je moet je .gezond verstand gebruiken." En ik lachte om haar prac tische zin. (Wordt vervolgd ling van aangelegenheden betref fende de ondernemingsraden, in deze ondernemingen commissies ingesteld, die bedrijf scommissi es, bestaande nit minstens zes leden, znllen heten. De besluiten der bedrijfscom- missies kannen, voorzover zij met de wet of het algemeen belang strijden, door de Minister geheel of gedeelte lijk worden geschorst of vernietigd bij een met redenen omkleed besluit. De Sociaal-Economische Raad kan desgewenst op voorstel of op advies van Je bedrijfscommissie aan een of meer ondernemingsraden nog andere bevoegdheden toekennen al naarge lang de omstandigheden zulks moge lijk maken. Op deze wijze kunnen, inachtne ming van bepaalde grenzen, bij het toe kennen van bevoegdheden aan de ver schillende ondernemingsraden de no dige differentiaties worden toegepast. Het ligt in de bedoeling op verschil lende punten de mogelijkheid open te laten tot het treffen van afwijkende voorzieningen, waardoor aan het vrije initiatief voldoende ruimte wordt ge laten. Onder de 281 scholen, waarvan kinderen in totaal waren het er 30.000 mee geholpen hebben bij het verdelgen van de zwermen coloradokevers, die enige weken geleden op het Noordzeestrand aanspoel den, zijn tien retourvluchten Amsterdam Twenthe per K.L.M. verloot. De scholen, die door het lot werden aangewezen zijn, het Lyceum te Temeuzen, de Prins Willem- school te Vlissingen, de O. L. school te Wissekerke, de Christelijke school te Zou- telande, de Gereformeerde schaal te 's-Gra- vezande, de R.K. meisjesschool te Monster, de Ambachtsschool aan de La Reyweg te 's-Gravenhage. de R.K. meisjesschool te Noordwijkerhout, de Hervormde school no. 4 te Katwijk en de Schout bij nacht Door- manschool (Openbare ULO) te Wassenaar. Door een tweede loting zal worden uitge maakt welke leerling van iedere school de vlucht zal meemaken. De Procurator van het Nederlands Episcopaat te Rome Mgr. dr. B. Eras, zal dezer dagen in het vaderland aan komen en gedurende enige tijd bij zijn familie verblijven. Naar wij vernemen, id de demissionaire fouvemeur van Suriname, mr. J. C. Brons, ij K. B. benoemd tot commandeur in de Orde van Oranje-Nas sa u.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1948 | | pagina 3